TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
mkeüïms
TVtfA düMk 'y, umAA
Langs de kruislijnen
der Europeesche
Imperia.
FEUILLETON.
Schinder Daniël,
dc scherpschutter.
Moderne fruitteelt.
Zaterdag 29 Juli 1939
Zestigste Jaargang No 30
NABESCHOUWING.
De Zwitsers zijn het gemoe-
delijkste volk ter wereld, maar
je moet ze niet over het Hotel
plan praten, want dan worden ze
kregel. Althans degenen, die bij
dat plan zijn geïnteresseerd. Het
Hotelplan is een organisatie van
een Duitsch-Zwitser, die zich
voorheen naam had gemaakt en
zich populariteit had verworven
door de inrichting van een groot
aantal winkels, welke goedkope
eenheidspijzen voeren. Zijn aan
hang vond hij onder het gewone
volk van kleine boertjes, die
hem in de volksvertegenwoordi
ging brachten.
Natuurlijk kreeg hij den mid
denstand tegen zich en een po
ging om ook dezen voor zich te
winnen het Hotelplan faalde
volkomen.
De bedoeling was wellicht
goed: getracht zou worden om
door het stellen van lage prijzen
een massa-toerisme naar Zwitser
land te ontwikkelen. Dat is in
zekere mate gelukt, maar tot scha
de van de reputatie van het Zwit
serse hotel-en restaurantbedrijf.
Velen van hen. die ééns per Hotel
plan Zwitserland bezochten, zul
len zich hebben voorgenomen,
om er nooit weer te keeren.
De „lage prijzen" worden den
hotel- en restauranthouders o p-
gelegd. De prijzen zijn te laag;
er valt geen droog brood mee
te verdienen. De exploitanten van
betere zaken denken er eenvoudig
niet aan, om zich aan het hotel
plan te verbinden; de eigenaren
van kleine seizoenbedrijven die
moeten wel, omdat 'n paar con
currenten het doen en omdat zij
hun clientèle enkel en alleen
kunnen verwachten uit den kring
van menschen, die nu, bijna
zonder uitzondering, van het
Hotelplan profiteeren.
En daarom verschaffen ze er
logies en serveeren ze maaltijden
waarop „geld toe" wordt gelegd.
Ze hopen, dat op de bijgeleverde
consumpties wat te verdienen
valt, maar valt dat gebruik ook
nog tegen, dan zakt de stemming
van den eigenaar natuurlijk in
mineur.
En de stemming van den toe
rist is evenmin op peil, want
natuurlijk valt de kamer hem
tegen en is de maaltijd té sober.
Vele toeristen zien spoedig
genoeg, waar de schoen wringt.
Ze praten eens met den eigenaar,
aanhooren diens jammerklacht,
dat de Hotelplan-organisator, die
15 pet. van de reissom der
Hotelplan-reizigers voor zich, d.i.
voor de bestrijding zijner kosten
reserveert, de eenige is, die wat
aan de zaak verdient en: ze tref
fen een accoordje.
Met een kleine extra-toeslag
doet men wonderen en leert
men den Zwitser kennen in zijn
gewone gulle gastvrije gevoelens,
zijn prettig open karakter en met
zijn zonnigen kijk op het leven.
Het Hotelplan kon ik uit den
aard der zaak om de wille
keurigheid van mijn route niet
passend maken in mijn eigen
reisplan. Maar het is juist daar
door, dat velen zoo openhartig
met me hebben gesproken over
deze instelling.
De Hollanders zijn graag ge
ziene gasten in Zwitserland, maar
met 'n zucht stellen de Zwitser-
sche hoteliers vast, dat je - op
die manier tegenwoordig aan
de Hollanders ook al niets meer
hebt.
En „die manier" is ook oor
zaak, dat de Hollanders niet zoo
veel aan Zwitserland hebben,
als ze zich hadden voorgesteld
en als dit heerlijke land inder
daad kan bieden.
Een en ander zal zich beter
en, wanneer de Hollandsche
toeristen, die per Hotelplan
Zwitserland bezoeken, van mijn
hiervoren gegeven tip gebruik
maken. Maar: als de finantieën
het veroorloven, reist dan bij
voorkeur zonder bijzondere vooraf
aangegane verbintenissen.
Zwitserland is niet zoo duur,
als men wel eens meent. Voor
circa 8 9 francs per dag (de
Zw. franc staat op 42 a 43 cent)
kan men overal in een zeer be
hoorlijke zaak goed en volledig
pension bekomen. Waarbij een
of twee keer per week kostelijke
forellen, gevangen uit de rui-
schende bergbeken, gebakken of
„im olue" niet op het menu
ontbreken.
Wie luxe-verblijven prefereert,
moet natuurlijk, als overal, luxe
prijzen betalen.
o—
Wie zich sterk voor de win
tersporten interesseeren, zullen
Zwitserland bij voorkeur in den
winter bezoeken, maar 's zomers
is het landschap er veel liefelijker,
ja, dan is het van een Paradijs
achtige schoonheid.
Ik ben door heel wat landen
heengetrokken, maar nergens ter
wereld kan de natuur me zoó
bekoren en raak ik méér onder
den indruk van de schoonheid
der schepping, dan in Zwitser
land.
Als ik deze regelen schrijf,
denk ik in het bijzonder aan het
gebied van de Zuidelijke uitloo-
pers der Alpen, aan Tessino, het
„Italiaansche" deel van Zwitser
land.
Ja, een paradijs 1 En 't komt
me voor, dat de menschen, die
daar als eersten hebben geleefd,
nooit hebben gezondigd en dat
daarom hun nageslacht het ka
rakter van vrijmoedigen eenvoud,
van menschelijke hartelijkheid en
van blije tevredenheid heeft kun
nen bewaren, welke het op zoo
weldadig aandoende wijze ken
merkt.
-o
Ik stond ergens op een berg
weg in de Valle Maggia en heel
Een Venraysche novelle
door Gerard lemmen»
Ei!.... daar, links van dat walletje,
die bult,, en zêer gunstig van hier uit
om er naar toe te sluipen die domme
gek van een veldwachter 1 daar stak
zijn rug boven de hei uit. 'n Bruine
rug, want de gek had een bruin pak
aan; dat had Daniël straks wel gezien
Het was wel een aardig eindje, tot
daar. Van hier uit zou het kunnen zijn,
dat z'n revolverkogels den veldwach
ter niet veel kwaad deden En een
riskatie nu, dat mocht niet.
Daniël voelde het wel, dat het er om
ging. Hij blaasde de lamp uit, hier in
Peel, ot dien Kaebel daar.
De lamp uitblazen. Ja, een van de
twee: maar Schinder Daniël, de scherp
schutter, niet!....
Daniël wilde toesluipen. Het moest.
Om twee redenen.
Daniël zou toesluipen. Maar be
dacht zich toenl
Kom, kom, dacht men hem nu op
zoo'n onnoozele, zoo'n ordinaire, zoo'n
kinderachtige manier d'rbij te krijgen
Dacht de veldwachter dan, dat Daniël
zich door zoo'n truk liet vangen
Want Daniël had het nu wel gezien,
hoe tergend stil die rug bleet liggen.
diep beneden kolkte -de beek
haar vlokkend schuim tusschen
de geweldige keien, welke in
grillige formatie den loop van
het water op zijn langen weg
vruchteloos pogen te stuiten. De
beek wordt overspannen door 'n
smal, niet meer dan 'n meter
breed, oud en verweerd, bijna
tot een ruïne vervallen steenen
boogbrugje, dat er al honderden
jaren liggen. Teere tinten van
licht groen ontwaaien het van de
steile achterliggende berghoogte.
Dat bruggetje trok me onweer
staanbaar aan en ik daalde er
naar af. In de laagte passeer ik
een landman, die van de tegen
gestelde hoogte was gekomen en
vroolijk groet.
De weg-terug viel niet mee,
pas bij het klimmen kenmerkt
zich de steilte. Halverwege is 't
laatste restje moed en uithou
dingsvermogen uit mijn reisge-
noote geweken; ze huilt en ver
klaart, dat ze geen stag meer
kan doen niet meer durft te
doen, vooruit noch achteruit.
Ik vond het een benarde situ
atie en dacht aan de rubriek
„Gemengde Berichten" in de
Nederlandsche bladen en het
hoofdje „De dood in de bergen.'
Laat ik dit tusschen haakjes
opmerken: niemand behoeft zich
door deze regelen te laten weer
houden om naar Tessini te ko
men. Overal in Zwitserland vindt
men zeer behoorlijke wegen op
de bergen en niemand behoeft
buiten deze wegen zich meer
gekkigheden aan te halen dan hij
meent zich te kunner. permit-
teeren.
Enfin, ik zat daar dus hal
verwege. Ik dacht aan St. Ber-
nardshonden en hulpcolonnest
aan de Zwitsersche clubs der
Samaritanen en... aan een lekker
glas bier, want het gesjouw van
m'n eigen 200 ponds gewichtig
heid naar omhoog, had me een
prachtigen, maar voorloopig niet
te lesschen dorst bezorgd.
Wat doet 'n mensch, ais hij in
een wanhopige positie verkeert
Kersenteelt.
GOEDE OOGST.
Kersen zijn er dit jaar in menigte.
Daar heeft zeker het gunstige voor
jaar toe bijgedragen. Veel zon en
weinig of geen vorst. De prijzen op
de veiling waren zeer bevredigend
en voor den kersenboomgaardbezit-
ter kwam er heel wat geld in de
kist. Tenminste voor degenen, die
het bedrijf met oordeel en verstand
voeren.
Een boom is een boom, redeaeert
men nog vaak. Hg draagt of hg
draagt niet. Dat hangt dan van 't
weer af. Wie zoo denkt en er maar
luk raak op los poot, komt vaak be>
drogen uit.
Door de gunstige oogst zal wel
licht menigeen er toe overgaan, deze
herfst een nieuwe kersenaanplant te
beginnen. Daarom willen we de zaak
eens wat nader bekgken.
Kersenvergadering.
Het was een goede gedachte van
den heer Van der Kroft, Rgkstuin-
bouwconsulent, om de Tuinbouw- en
Vakonderwijzers op een bijeenkomst
te Maastricht uit te noodigen, in
werkelrjken zin, op de kersen. Want
hrj had met behulp van zijn assis
tenten een soort tentoonstelling in
gericht, een kersenshow, op verschil
lende tafels een 12-tal soorten, te
kiss en te keur, met nog een paar
tafels met kersentakken. Want het
ging in de eerste plaats om te„lee-
ren." In een interessante en leerrijke
voordracht zooals den heer Van der
Kroft eigen is, werd een overzicht
gegeven van de kersenteelt in ons
land en daar buiten, de indeeling in
soorten en hun eigenschappen, de
bloeitijden, bestuivingen, ziekten en
bestrijving. En tot practische toe
passing kon er geproefd worden, van
elke soort, door 'n 80 deelnemers,
waarvan een dankbaar gebruik ge
maakt werd. Het leek wel de spij
ziging in de woestgn, met dit ver
schil, dat de aanwezige voorraad on
uitputtelijk scheen, want er bleven
nog verschillende korven over.
Daarna werd een excursie gehou
den in Gronsveld en Eijsden, we wil
len van die leerrijde dag het voor
naamste mededeelen.
Indeeling.
Men verdeelt de kersen in zure,
halfzure en zoete.
Tot de zure behooren: Noordkers
(dubbele morel) en Roode Waalsche.
Tot de halfzure: Reine fcHortense
(met blaadje aan den steel), Bruine
Waalsche en Meikers. Tot de zoete
of krieken: Gasconger, Blankette,
Earley Rivers, Loenen, Bastaarddik-
ke, Spaansche Zwarte, enz.
Bestuiving.
De Morel, Meikers en Roode Waal
sche kunnen zich zelf bestuiven, ze
zijn, wat men noemt zelffertiel.
De andere soorten zgn zelfsteriel,
dat wil zeggen, dat ze stuifmeel van
andere soorten noodig hebben. Hier
bij moet er dan tevens op gelet wor
den, dat men soorten bij elkaar plant,
die tegelgk bloeien, in ieder geval,
dat de bloeitgden 2 tot 3 dagen sa
menvallen.
Door bloeiwaarnemingen geduren-
een aantal jaren heeft men den
bloeitg'd van de voornaamste soorten
kunnen vaststellen. Hier volgt een
lijst in volgorde van bloei, met de
vroegste te beginnen.
Bastarddikke, Kleine Blankette,
Kleine Loen, Earley Rivers, Dikke
Loen, Vroege van Werder, Spaan
sche Zwarte, Reine Hortense, Frühes-
te der Mark, Gascogner, Variksche
Zwarte, Udensche Zwarte, Pater van
Mansfeld, Beeksche Late, Udensche
Spaansche. Meikers. Brulna Want-
sche Drogans Gelbe, Knorpelkirsche,
Glimmer, Hedelfinger Riesenkirsche.
Gros Royal, Roode Waalsche, Morel,
Men dient hg de aanplant van
kruisbestuivers die soorten bg elkaar
te zetten, welke in dit rijtje in ei
kaars nabgheid staan.
Practische waarnemingen.
Na afloop van de uiteenzetting
werd een excursie gehouden in het
kersenland.
Het spreekwoord zegtDe uiters
ten raken elkaar en dit vonden we
hier bewaarheid.
We zagen o.a. een kersenboomgaard
van eenige ha. uitsluitend beplant
met Basterddikke, naar schatting
20-jarige boomen, een prachtig ge
was, maar... geen kersen. Oorzaak:
geen bestuiving. Men vroeg zich on
willekeurig af, waarom niet een van
de boomen tusschen elk 4-tal op tijd
gekapt en er een bestuiver tusschen
geplant, zooals Blanket, Loen of
Earley Rivers. Tot overmaat van
ramp had de eigenaar er nu appel-
boomen tusschen gezet.
In de buurt was een mooie boom
gaard met Basterddikke, waarvan
enkele takken afgeënt, en verder
meest Loen, Blanket en Roode Waal
sche. Resultaat: een rgk beladen
gewas.
Een goede raad.
Wie van plan is kersen te planten
moet eerst zg'n grond er voor ge
schikt is. Kersen houden van een
warmen, drogen, kalkhoudenden
grond. Ze groeien ook uitstekend op
zandgrond, mits deze niet te nat is.
Het spreekt vanzelf, dat te hooge
droge gronden er ook niet voor ge
schikt zgn. Verder dient men inlich
tingen vragen ter bevoegder
plaatse over de meest gangbare
soorten en moet er op gelet worden
voor een goede bestuiving.
Wie in een bestaanden boomgaard
teleurgesteld wordt in de opbrengst
moet eens nagaan, of de bestuiving
wel in orde is. Natuurlek spreken
ook bemesting en ziektebestrijding
een woordje mee.
En niet te vergeten, dat er tgdens
den bloeitjjd een voldoend aantal
bgenvolken aanwezig moet zgn. Men
rekent minstens 5 volken per ha.
Heel. J. H. DELHOOFEN.
De groote zaal van het Patronaat
was Zondag goed bezet, toen daar
onder leiding van het bestuur der
Coöperatieve Veilingvereeniging te
Venlo een vergadering plaats had,
tot bespreking der belangen van de
fruittelers.
De Voorzitter van genoemde vei
ling, de heer van Maris uit Helden,
sprak een woord van welkom tot de
aanwezigen en opende de vergadering
met den Christelrjken groet, waarna
hg er op wees, dat in de fruitteelt
en fruitverkoop, langs den weg der
samenwerking nog zooveel perspec
tieven zgn, die even goed bereikbaar
zgn als bg den eierhandel, kippen-
teelt en groenten, waarvan de land
bouwer de gunstige resultaten reeds
jarenlang ondervindt.
Waar de fruitteelt een zaak der
toekomst is, kan het niet anders of
ook deze tak van cultuur zal hier
de belangstelling hebben.
Hier in Noord-Limburg: is echter
de fruitteelt nog een braakliggend
terrein. Er worden fruitboomen ge
plant zonder echter te letten op
voldoende gangbare vruchten. Ieder
zet er maar een boom neer, zonder
voorgrond komt, waardoor de ver
handelbaarheid wordt tegen gehou
den. Teneinde hierin nu verbetering
te brengen, is deze vergadering be
legd en zal nu het woord gevoerd
worden door den Heer In 't Zand,
Directeur der Veiling.
Spreker spoort dan aan tot sa
menwerking, waaruit als het ware
vanzelf voorkomt betere prijzen bg
betere productie, daar op de veiling
al het fruit bgeen komt, is mooiere
sorteering mogelijk en kan men den
handel bedienen.
Spreker toont dit aan met voor
beelden uit de praktijk, die de mees
ten der aanwezigen al jaren hebben
meegemaakt op het gebied van
eieren en groenten. Bg een flink
doorgevoerde sorteering zal de ex
port ook toenemen en zullen buiten-
landsche kooplieden ook de Coöpera
tieve Veiling van Venlo bezoeken
en zal ons fruit zgn weg vinden in
Duitschland, Engeland etc.
De eischen, die het buitenland aan
bederft het beste humeurt
Maar de zwaarste hoofd
pijn verdwijnt in een kwar
tier met een "AKKERTJE"
dat de nieuwste menging
bevat tegen hoofdpijnen.
Vlugge, zekere werking
bij alle pijnen, dat is het
geheim der "AKKERTJES",
die door geen enkele imi
tatie worden geëvenaard,
noch in hun bijzondere
samenstelling, nóch in
hun gemakkelijk in te
nemen ronden vorm.
I Op elk "AKKERTJE" staat
het "AKKER"-merk, Uw
garantie voor echtheid I
tegen pijnen, griep, koorts, kou.
13 stuks - 12 stuivers2 stuks - 2 stuivers
D'r< zat niks geen beweging in. Na
tuurlijk, die gladjanus daar, die had
eenvoudig zijn jas uitgetrokken en 'm
toen daar neergelegd, zoo en toen was
ie zelfs ergens anders heen gekropen,
ergens anders op den loer gaan liggen
om hem, Daniël, onder vuur te nemen,
zoo gauw als hij zich bloot gaf naar
die jas-richting.
Daniël doordacht de situatie.
Hij moest handelen, anders kon het
beroerd voor 'm worden. Maar hij zou
den veldwachter hebben en niet den
veldwachter hem, den scherpschutter.
Dat was ook nog dezelfde veldwachter,
die hem zoo astrant had aangekeken,
toen met dat geval metBellekes Klaos
2'n koe.
Daniël beschouwde 't.
O, als hij op die rug daar wilde
schieten om raak te treffen wat er
onder lag, dan moest hij een stuk
vooruit, en dan gaf hij zich bloot aan
den rechterkant. Links bleef ie gedekt.
Rechts werd het wat lager en links
ging het wat klef op.
Dus..., nadat de veldwachter die jas
daar zoo gedeponeerd had, is de man
daarheen gekropen en lag de gladde
veldwachter nu vast en zeker aan den
rechterkant van hem...
Prachtig, die is goed
Schinder schudde met z'n hoofd en
lachte. Wat zou die man daar direct
opkijken Dus, hij moest aan de rech
terkant Ifggen. Dat was die bult, dat
walletje, waarachter de politieman daar
straks ook al lag, vanwaar hij zoo gek
had geschoten. Mooi zoo. Maar als
hij, Daniël, dan bij de rug daar komen
dat wat verderop lag, dan moest hi
den veldwachter manjefiek onder scho
hebbenDus: Kaebel had, toen ie zoo
barbaars geschoten had, z'n jas gauw
daar gelegd (want in die tijd moest
Daniël zich dekken en kon hij niet uit
kijken). en lag hij nou terug achter het
klefwalletje. - Ja, ja; ik heb je, edel-
gestrenge
De zon hing rossig en laag. Het
ging zoo tegen den avond aan.
De zon hing rossig en laag. En
kustte het Brabantsche land, ver weg.
Dit moest hij hebben nog, het lauwe
licht. Valsch licht over de hei.
Als een slang zoo onhoorbaar en'zoo
geraffineerd kroop Daniël, links uit, in
de richting van de rug. Als ie daar
was, dan had ie den veldwachter dan
van hem uit gezien vóór zich liggen,
tégen de wal aan, geheel en al vrij,
Dan kon ie hem met alle gemakken...
nou ja, zijn loon geven: de kogel tus
schen de oogen. Z'n wijsvinger zoo
maar even bewegen 'n knalletje en klaar
was de zaak. Reken maar, dat hij dit
maal wel weer mikken zou
Wat zouden ze in Rooi, in de dor
pen rondom, in het land, in Elsenborn,
in de wereld wel over hem spreken,
schrijven en spreken 1 van dat feilloos
schot tusschen de oogen...
Volgens zijn berekening moest hij nou
in de buurt van de rug zijn. Even kij
ken. Ja. Daar lag de jas, dat de rug
zou moeten verbeelden van veldwach
ter Kaebel. Altijd nog even stil. Nou,
als de veldwachter er gelegen had,
had ie al lang moeten reageeren.
Opletten nu. Alles bleef doodstil.
Nee, veldwachterke, ge verneukt
Daniël niet.
Daniël verroerde zich niet meer
luisteide.
Als... ja, als Kaebel, gesteld maar!
daar werkelijk gelegen had waar de
rug lag, nu vlak bij, dan was Daniël-
leke al lang voor de pieringen ge
weest; o zoo
Kijk, nou moest Kaebel daarzoo
liggen.
Ik kan niet mis zijn. Dat móet.
Klopt als een bus. En Daniël zal op
springen, plotseling. En de slag doen:
het schot geven. Afgeloopen is het dan.
Morgenvroeg zit Schinderke dan, ja wie
weet waar; maar hier niet. Kaebel z'n
paard loopt ginds nog ergens; komt
goed van pas, 'n goed paardje; zal 'm
wel de heele nacht dragen en 'm ver,
heel ver wegbiengen. En hij zal 't
beest dan ergens, in 'n bosch of zoo,
waar men 't kadaver niet zoo gauw
vindt, tegen den morgen afmaken: hij
is dan honderd, twee honderd kilome
ters hier vandaan.
Ja, Daniël zag het paard. Koen-
dert... die lafbek, bekende je al lang
niet meer.
Daniël klemde z'n revolver vast.
Nu.
Hij sprong op. De „rug" in z'n rug,
en de veldwachter, natuurlijk, daar voor
zich... daar voor zich?... waar is ie?...
neenneen neen 1
...Daniël kreeschDaniël keek om..
Maar keek toen recht in de revolver
van Kaebel.
Een ondeelbaar oogenblik schoot
Kaebel, voorbereid, eerderDaniël
schokte, de revolver viel. Kaebel sprong
toe, hij boeide hem. De eene arm van
Daniël hing los. En toen zakte Daniël
neer.
Schinder Daniël, de scherpschutter.
Veldwachter Kaebel haalde verruimd
adem.
Dat was een uurtje voor hem ge
weest
Maar Daniël had toch precies ge
daan, zooals hij het had berekend.
Achter de rug van zijn jas, daar
lag hij wél. Daar lag hij wél, de grond
was er wat kuilerig; en daar wachtte
hij af. En door daar rustig te blijven
liggen hij had al eerder raak kun
nen schieten, en zou het eventueel ook
gedaan hebben als het gemoeten had 1
maar... bereikte hij zijn doel: niet om
Schinder Daniël dood in handen te
krijgen, doch levend!
En dat had hij nu.
Want Daniël was in z'n bovenarm
getroffen, de kogel was meteen in
de schouderknook gedrongen. Daniël
kreunde.
Kaebel ging zijn paard opvangen.
De kar stond er ook nog, de kar
van Koendert.
Hij spien toen in. 't Kadaver van
het andere paard liet hij liggen. De
korven ook. Tjebbe Tjeerdma laadde hij
op: de lange Fries met zijn melkboe
renhondenhaar waar doorheen bloed
gespat zat, was nog niet dood. De af
stand voor een revolverschot was straks
misschien wat te groot geweest om
direct doodelijk te zijn. Mogelijk was ie
hoofdzakelijk versuft, de arme lange.
Afijn, dat werd een affaire voor den
dokter.
Toen ging ie Daniël weer halen, dien
hij geboeid had aan armen en voeten.
En toen ja, het burgermeesterspaard
moest er aan gewennentoen stuur
de hij, veldwachter Manes Kaebel, den
vallenden nacht in, op Rooi aan, kalm,
zeer kalm. Omdat het maar niet te zeer
zou schokken op den Krayenhutschen I
het buitenland aan het te koopen
fruit stelt, worden hoe langer hoe
hooger. Men let vooral op de sor
teering, gelgke kwaliteit, verpakking
en op de hoe-grootheid der partijen.
De eenling zal dit moeilgk kunnen
bereiken, zoodat samenwerking ver
eischt wordt, waardoor aan deze
eischen goedkooper kan voldaan
worden. Bovendien is meerdere op
brengst een belang, dat de fruitteler
zeer zeker op prgs zal weten te
stellen.
De fruitteelt, zooals die thans be
oefend wordt in Noord-Limburg en
danraan grenzend gedeelte van Bra
bant, waar speciaal het terrein der
werkzaamheden van de Coop. Veiling
gelegen is, kan nog zeer opgevoerd
worden bg onderlinge samenwerking.
Daar dan voorlichting bg te teelen
soorten fruit gegeven kan worden
en tevens de kwaliteit verbeterd kan
worden tot betere finantieele uit
komst voor den teler.
Hierna voerde 'ir. v. d. Krofft het
woord, die begon met er op te wij
zen, dat de Veiling voornemens is
meer te gaan doen op het gebied
van fruitteelt, dan tot nog toe mo-
lg'k was. En wel speciaal op het
verbeteren van het product, dat op
de eerste, nlaats een sociaal helant»
zeer veel fruit onderhandsch ver
kocht, wat lang niet altijd in het
voordeel der telers is in het alge
meen. Men moet een offer weten te
brengen, waaruit in de toekomst
groote voordeelen zullen voortkomen.
Bg samenwerking is het mogelgk
cursussen en lessen te volgen, ont
wikkeling te verkrggen, op de hoogte
te komen van afzetmogeigkheden en
dergeigke. Spreker wgst er op, hoe
b.v. een teelt van bramen en bosch
bessen een loonend werk zijn kan,
waarvan de afzet vooral in Engeland
en Duitschland mogelgk is. Vervol
gens ging Spreker over tot een
zuiver technische behandeling van
fruitteelt en wat daarmede samen
hangt, als grondonderzoek, bemes
ting, besnoeiing, bespuiting, het
planten der juiste fruitsoorten op
den daarvoor geschikten grond, ver
zorging van den boomgaard, welke
uiteenzetting met groote aandacht
door de vergadering gevolgd werd.
Dat mede in de juiste verzorging
van den boomgaard veel gelegen is,
toonde Spreker aan door de mede-
deeling, hoe een boomgaard in Zuid-
Limburg van 4V, H.A. behandeld
werd.
4 H.A. werden door den eigenaar
op „ouderwetsche manier" behandeld
terwgl Spreker de resteerende halve
Hectare voor zijn rekening nam en
het resultaat was, dat die halve
Hectare het in aantal kilo's fruit
van de 4 Hectaren, terwgi de
kwaliteit ook veel beter was.
Waar in de fruitteelt, die een zaak
der toekomst is, zulk een groote
bestaansmogelijkheid gelegen is, wekt
Spreker allen op, om door onderlinge
samenwerking te komen tot het
bereikbare, waarbg' hg de aanwezi
gen uitnoodigt gezamenlijk een be
zoek te brengen aan den boomgaard
van den heer Loonen te Oostrum.
De Voorzitter dankt Ir v.d. Krofft
voor zgn schoone lezing en sloot de
vergadering met den Chr. groet.
dijk. Voor de verwonden.
Moeder de vrouw had 's avonds nog
tegen heuren Manes gezegd: „Manes,
zeg, waor hedde owe jas gelaote
En 's anderendaags al heel vroeg
in den morgen ging veldwachter Manes
Kaebel zijn bruine burgerjas halen, die
hij met zijn drukke doen en rijerij heele-
maal vergeten had.
De voerkar weer recht zetten en in
spannen, het doode paard versjouwen...
dat werk behoefde Kaebel, die een
Schinder Daniël had gearresteerd, van
daag niet te doen Dat mocht hij over
laten aari anderen. En hij had dit nog
wel het liefst overgelaten aan die
vreemde heeren rechercheurs en crimi
nalisten en experts en zoo voorts, die
hem immers ook maar als 'n piekkelo
hadden gebruikt
Alleen achter Koendert met het ge
stolen paard heenzitten, dat deed ie
met enkele anderen.
Koendert kreeg men, Tjebbe Tjeerdma
genas mét lidteeken, Schinder Daniël
ontging zijn straf niet, en... veldwachter
Manes Kaebel kwam in de gelegenheid
om politioneele promotie te maken.
EINDE.