TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
Heemkunde.
FEUILLETON.
Een meisje in de
Wild West.
Electrische stroom
rond de weiden.
Zaterdag 10 Juni 1939
Zestigste Jaargang No 23
ENKELE GREPEN UIT DE
GESCHIEDENIS VAN DE
GEMEENTE VENRAY.
Het dorp Venray ligt tussen de
Loobeek, die bij Vierlingsbeek
en de Molenbeek, die bij Geijs-
teren in de Maas stroomt. In 't
Zuiden der gemeente ligt de Lol
lebeek, een zijtak van de Wans-
sumsche beek.
In de oude tijden, toen
de afwatering nog niet zo
goed geregeld was, hadden de
veen- en broekgronden nabij deze
beken een zeer grooten omvang
en het eerste werk der mensen,
die te Venray een dorp gesticht
hebben, zal wel geweest zijn het
uitrooien van het oerwoud langs
deze vennen. Vandaar de naam
Venrode, later Venray.
Het dorp Venray is omgeven
door een krans van gehuchten en
kleinere dorpen.
in 't Noorden ligt de Smakt;
in 't Oosten Oostrum en Oirlo;
in 't Zuiden Klein-Oirlo, Casten-
ray, Leunen en Veulen; in 't
Westen Heide, Weverslo en Mer-
selo. Ten Westen van de oude
cultuurgronden strekt zich de on
metelijke Peel uit, waar pas sinds
enkele jaren nieuwe r.ederzettin
gen verrijzen; zooals 't dorp
Ysselsteyn.
Als een spinneweb lopen in 'l
dorp van Venray de wegen bijeen
die de gehuchten met de hoofd
plaats verbinden.
Verschillende van deze wegen
zijn van grote betekenis voor het
doorgaand verkeer, zooals de
Provinciale weg van Venlo
Blerik over Horst naar Maashees,
verder door het land van Cuyk
langs de Maas. Niet minder druk
is de weg van Deurne over Ven
ray naar 't pontveer te Wanssum,
en de weg naar de Brabantse
Peeldorpen Overloon en Oploo.
De grote vlakte der Peel bracht
van oudsher gevaar voor zand
verstuiving mee, terwijl ook op
verschillende plaatsen tussen de
be"en uitgestrekte duinen worden
aangetroffen.
Niet alleen om van de voor de
landbouw ongeschikte gronden
iets te trekken, maar ook om
den wind en het zand, dat hij
meebracht tegen te houden, zijn
rond de oude cultuurlanden
bossen aangelegd, die een grote
sieraad voor 't landschap zijn.
Vooral is dit geschied toen de
heidegronden voor de schapen
teelt, eeuwenlang een hoofdbron
van inkomsten voor de inwoners
van Venray, ophield te bestaan.
Er is een tijd geweest, da*
Venrayse schaapherders van de
Oostzee en de Russische grens,
dwars door Duitschland en Ne
derland naar Frankrijk, tot aan
de Middelandsche Zee, met hun
kudden zijn getrokken. De Peel
was als het ware voor de scha
pen een onbegrensd weideland.
De Peel leverde echter ook de
turf, naast 't hout, de brandstof
der voorvaderen.
I 33
Laat mij iets drinken. Dank u
Dok ruiver water is goed genoeg voor
mij, zoolang er genoeg whisky in is
om de flauwe smaak te verdrijven. Nog
maals dank. Opgefrischt keer ik tot
het onderwerp van mijn verhaal terug.
Ik waarschuw u echier, dat er nog
heel wat te vertellen is.
Waar was ik ook weer? O ja,in
Sonora. Zooals gezegd, begonnen mijn
verdenkingen hoe langer hoe meer
vasten vorm te krijgen. Het heelt me
veel geholpen, dat ik later naar Black
Butte kwam met een sterk vooroor
deel tegen Carver en al zijn plannen
en daden ik kon do .algemeene ach
ting", die hij hier genoot, niet deelen.
Ik wist, wat de anderen in deze streek
niet wisten en ik beschouwde hem als
een gehaaiden bedrieger.
ik had toen al dadelijk van Mexi
co naar Black Butte moeten gaan maar
ik deed het niet. Ik keerde naar Cali-
lornie terug en nam wat geld op. Dat
kleine uitstel haalde een streep door
mijn rekening. Toen ik hier aankwam
was het te laat om Oom Bartotomé te
bewerken of de Cortez bezitting tot
mijn hoofdkwattier te benoemen. Oom
Bart was dood en een vreemdeling,
Wallace, was bezitter van de Ranch
der Zwarte Steenen.
Ik moest mijn plannen toen vlug
veranderen en een beetje defectieven-
werk voor mij zelf doen. ik verdween
weer voor korten tijd en keerde terug
onder de vermomming van een nederig
Geen wonder, dat deze voor
menselijke nederzetting zeer ge
schikte streek, een oude geschie
denis heeft.
In 1220 wordt Venray reeds,
als gebied behorende tot het
Hertogdom Gelder, genoemd.
Toch zal het voor dien tijd ook
behoort hebben tot 't Land van
Kessel, zoals 't overige gedeelte
van Noord-Limburg op de linker
Maasoever, zullen hier de Romei
nen doorgetrokken zijn, zal Sint
Wilberi aan de over Rijn en Maas
gekomen Saksers en Franken het
Evangelie hebben gepreekt.
De gemeente Venray van heden
was vroeger de heerlijkheid Ven
ray met eigen schepenbank en
de heerlijkheid Oirlo en Spra-
land bij Oostrum.
Venray zelf heeft zover wij
welen nooit een kasteel gehad.
Vermoedelijk was de hertog zelf
de heer. Toen deze, en wel in
persoon van de koning van Span
je, de heerlijke rechten in 't jaar
1673 aan de heren Bouwens van
der Boyen van Nerische verkocht,
woonde deze familie op het kas
teel Makken bij Holthees (Noord-
Brabant) niet ver van de Smakt,
dat zij erfden van de heren van
Boekholt.
Jan Albert van Bouwens deed
in 1699 de markt te Venray her
leven. Hij had twee dochters,
waarvan de een trouwde met een
baron van Hugenpoth, die hem
als heer der heerlijkheid opvolg
de. De andere dochter trouwde
met een heer van Overschie,
wiens nakomelingen in het bezit
der heerlijkheid kwamen na het
uitsterven van deze tak der fa
milie Hugenpoth.
Nochthans is deze familie van
Overschie eigenaresse van de
hoeve, gronden en bossen beho
rende bij het voormalige kasteel
Makken, dat door ouderdom is
vervallen.
Wel was er nabij Oostrum een
kasteel, genaamd Spraland, waar
van bekend is, dat 't reeds in
1257 bestond.
Het wordt ook nog in 1424
genoemd. In 1532 wordt enkel
maar gesproken van een „hof
stad". De heren van Spraland
waren tot de 18de eeuw meestal
ook heren van Oirlo.
Als heer dezer heerlijkheid
staat in 1257 Gerard van Ooy
beschreven. Zijn opvolgers waren
door huwelijk de heren van Ap-
peltern.
In 1401 treedt echter Willem
van Broekhuizen, heer van Geijs-
teren, ook als heer van Spraland
op. Met Geijsteren ging Spraland
in 1484 over op de familie van
Eyll en in het jaar 1542 aan de
graven van Schellart, de voorzaten
van den tegenwoordigen eigenaar,
wiens familie in 1806 door huwe
lijk is opgevolgd.
De kerk van Venray dateert
van 1401. Echter heeft in 1224
ook al een kerk bestaan, waar
van het patronaatsrecht door den
graaf van Gelder werd overge-
gedragen aan het Munster van
Roeimond.
De kerk is rijk aan kunstschat
ten, meestal verkregen in een
tijd, toen 't elders nog onveiliger
was. Want ook Venray heeft veel
gevaren doorstaan.
De kerk te Merselo, Oostrum
en te Oirlo hestonden reeds in
1400, die te Leunen in 1431 en
de kapel te Castenray in 1485.
De kapel vanVeltum is van 1668
en de oude kleine kapel op de
Smakt van 1699. De grote kapel
van de Smakt en de kerk van
Ysselsteyn zijn van nieuweren
datum.
Natuurlijk hebben ook aan de
oudere kerken in den loop der
eeuwen verbouwingen plaats ge
had. Verschillende dezer kerken
hadden gebrandschilderde glazen
ramen, die, zoals wordt beweerd
nabij „de Boschhuizen" zouden
vervaardigd zijn.
Jammer, dat deze verloren zijn
gegaan en ook, dat deze tak van
nijverheid niet meer beoefend
wordt.
Omstreeks 1220 werd te Venray
een klooster gesticht, met een
kapittel van vier kanunniken.
Het klooster „Jerusalem" da-
teeit van 1422 en de zusters
leefden volgens de regels van
den H. Augustinus. In 1838 kwa
men de Ursulinen.
in 1647 werd het Francisca
nenkloostergesticht. OokinOos-
trurn stond een klooster, dat in
1450 door Jan van Broekhuizen
was geslicht voor paters van
dezelfde orde, die echter in 1468
naar Straelen verhuisden, alwaar
de heer Adolf van Gelder, uil
dank voor zijn overwinning over
de Kleefsen, 't klooster „In '1
Zand" had gesticht.
in 1474 kwamen in hun plaats
zusters van dezelfde orde. Tijdens
de Franse revolutie en overheer
sing werd dit klooster opgeheven,
verkocht en afgebroken; de laat
ste zusters verhuisden naar Geijs
teren, naar 't huis, dat thans als
„Oude Pastorie" bekend staat.
In 1423 heeft de Hertog Ar
nold van Gelder een bezoek
gebracht aan Venray en bij die
gelegenheid een einde gemaakt
aan de moeilijkheden, die de
Burgers de zusters van „Jerusa
lem" in de weg legden.
Tijdens den strijd der Bour
gondiërs met de Hertogen van
Gelder om het bezit van 't Her-
togendom werd Venray door 3000
lansknechten en 1500 ruiters, in
dienst van Keizer Maximiliaan
geplunderd.
In 1572 werd Venray bezet en
geplunderd door troepen van den
Prins van Oranje, die Gelder en
Roermond veroverd had, maar
Venlo nog niet in zijn macht kon
krijgen.
Korten tijd daarna waren 'tde
Vendels van den Graaf van Hey
van 't kasteel Boxmeer, die in
Venray haalden, wat zij meenden
nodig te hebben.
Daarna waren 't Franse troepen,
die te Venray waren gelegerd.
Voor en na de slag van Mook
in de Paasweek 1574 legerden
te Venray troepen vandenSpaan-
sen generaal Sancho d'Avilla,
vooral de ruiters van Schenk.
In 1579, na de val van Venlo,
waren 't de troepen van Hohen-
lohe, generaal van 't Staatse
leger, die Venray en vooral de
kloosters leeghaalden en van
daaruit deelnamen aan 't beleg
van Well, dat door Maarten
Schenk werd verdedigd.
in 1588 liet deze, toen weer
om Well gevochten werd, Venray
in brand steken. Ook het kasteel
Geijsteren werd in dat jaar in
puin gelegd.
1599 was 't jaar van de grote
misoogst, bovendien werden de
dorpen der gemeenten opnieuw
door Staatse troepen, die de
Spaansen op den Bommelerwaard
in den rug wilden vallen, opnieuw
geplunderd.
In 't jaar 1602 trok in Juni
een Staats leger en in Juli 'n
Spaans leger door Venray, in de
richting Grave.
In 1608 waren 't Engelse troe
pen, die in Venray onderdak
zochten. Tijdens de Spaanse
successie-oorlog legerden in 1706
Pruisisse troepen in Venray.
Na den vrede van Utrecht in
1713 werd ook Venray, zoals 'I
overige deel van het Overkwar-
tier Pruisis gebied. In 1738
bracht de Pruisisse koning met
zijn zoon een bezoek aan de
gemeente
't Schijnt, dat de koning zich
toen zeer geïnteresseerd heeft
voor de vaststelling der gemeen
tegrens in de Peel, voor de be
bossing, voor aanleg van goede
wegen en de verbetering van 't
lager onderwijs.
in 1794 hadden de Pruisen 't
land verlaten om de Rijn tegen
de troepen der Franse Republiek
te verdedigen.
Het jaar 1813 zag de Fransen
met snelle spoed vertrekken en
een Hollands leger optrekken tot
beleg' van Venlo. Het verdrag
van Parijs in 1814 en 't congres
van Weenen in 1815 voegde een
groot gedeelte van 't oude op-
perkwartier Gelder, 't land van
Kessel en een strook op de
rechter Maasoever bij 't konink
rijk der Nederlanden.
Na de afscheiding van België
in 1830, kwam ook Venray onder
Belgis beheer. Het heeft nog
9 jaar geduurd alvorens over de
toekomst van de tegenwoordige
provincie Limburg werd beslist,
zodat in dit jaar, 1939, alle aan
leiding is, om 't besluit van Ko
ning Willem I te herdenken,
waarbij deze de voorstellen der
groote mogendheden op de con
ferentie te Londen bijeen, inzake
der verdeling van Limburg en
Luxemburg, heeft aanvaard.
Het was in Juni 1839 dat voor
het eerst weer, sinds bijna 9
jaren, de rood-wit-biauwe vlaggen
ook te Venray op den toren
mochten wapperen.
Geen prikkeldraad meer
In Dansk Arbejde, het orgaan van
de vereeniging Deensch fabrikaat,
aldus het Alg. Landbouwweekblad,
troffen we een artikeltje aan over
bovengenoemd onderwerp.
Het schijnt, dat in Denemarken
nogal propaganda wordt gemaakt
voor het maken van electrische af
scheidingen tusschen landerijen.
Zooals bekend heeft het gebruik
van prikkeldraad schaduwzijden.
De Deenscbe huidenhandel consta
teerde, dat tot 90 pet. van de Deen-
sche runderhuiden is beschadigd.
Zoowel voor de veehouders als uit
nationaal-economisch oogpunt be-
teekent dat een aanzienlijk verlies.
Uit Amerika is het denkbeeld over
gewaaid om het prikkeldraad door
een electrische afrastering te ver
vangen. Men gebruikt daarvoor een
zwakken stroom, welke elk gevaar
buitensluit. Een Deensch fabrikant,
Jensen genaamd, heeft het systeem
beproefd, spoedig door anderen ge
volgd.
In plaats van drie rijen prikkel
draad heeft men bj electrische af
rastering slechts één dunnen draad,
vastgemaakt aan lichte paaltjes. Het
geheel is gemakkelijk te plaatsen,
als de beesten worden verweid.
Door den dunnen draad wordt 'n
electrische stroom geleid, afkomstig
van een batterij en zoo geregeld, dat
er per minuut 30 50 stroomstoo-
ten worden gegeven. De stroom is
niet sterker dan wordt toegepast bij
bet aanzetten van een auto. Onze
landbouwhuisdieren, zooals koeien,
paarden, varkens en schapen hebben
er echter respect voor.
Bij aanraking van den draad heb
ben ze een licht gevoel van pjn,
waardoor ze zich spoedig op een af
stand houdeD, zelfs als ze den draad
en de paaltjes gemakkelijk zouden
kunnen omverwerpen of eroverheen
kunnen springen.
Zoodoende vormt de electrische
draad een betere afscheiding dan de
soliedste prikkeldraadversperring..
Bovendien is ze goedkooper, daar
men op dra?d, palen en arbeid be
spaart.
Men meent dan ook in Denemarken
dat de besparing gemakkeijk op
weegt tegen de aanschaffing van 't
electrische apparaat, zijnde de elec
trische batterij en de stroomrege-
laar.
r.j
Mexicaansche werkman. Er'zijn genoeg
Mexicanen met blauwe of grijze oogen
zooals u weet en ik spreek hun taal
even goed als het Engelsch.
Noch Wallace, noch zijn opzich
ter Young besteedden veel aandacht
aan de Mexicanen, die in de hutten
ten Westen van de beek woonden. Ik
leefde er ongeveer een maand en ver
diende een schamel loon door mijn
landgenooten Claudio en Miguel met
allerlei werkjes te helpen. Als er hout
te hakken was, deed ik dat in de
Schapen Canyon, om de eenvoudige
reden, dat de oude brieven duidelijk
genoeg vermeld hadden, dat de zwarte
steenen daar te vinden waren.
Wat ik vond was tungsten, of
wolfram, of wolframiet. Tungsten is de
naam van het scheikundige element,
en wolframiet is het erts, waarin het
gewoonlijk gevonden wordt, een soort
ijzermangaan als u de technische om
schrijving weten wilt. Er is niets moois
of romantisch aan het goed, zooals
aan goud, zilver of edelsteenen, maar
het is allemachtig nuttig en de vraag
ernaar is al langen tijd grooter dan het
aanbod.
- U hebt trouwens gezien, wat er
gebeurde, toen ik Carver in zijn ge
zicht zei, dat ik er alles van wist en
hij dus merkte, dat zijn spel verloren
was. Hij wist drommels goed, hoeveel
waarde tungsten voor de staal- en
bronsindustrie heeft en welke winsten
men verwachten kon van een mijn vlak
bij een industrieplaats. Men kan het
Soed hier twee cent of meer onder den
hineeschen prijs verkcopen. Geen
wonder, dat hij Miss Moran vijfentwintig
duizend dollar in contanten voor de
Bar Hafter K betalen wilde.
Ik wil niet dat u denkt, dat er
bovennatuurlijke schranderheid voor mij
noodig was om het goed te vinden. Die
veroverende voorouders van mij waren
op hun gemak gesteld, zooals zoo
velen van hun ras en generatie. Zij
waren volkomen tevreden met het land
en met wat het hun opbracht. De men-
schen, die de Hildalgo Bergen onder
zochten, bleven bij de beken.
Ze zochten naar goud galena, mis
schien nog koper. Tungsten laat geen
duidelijke sporen in het gesteente ach
ter, zooals koper; de geologen kwamen
dus terug en berichtten, dat er in dat
gedeelte van het land niets bizonders
te vinden was.
Ik heb u al gewaarschuwd, dat
het een lang verhaal worden zou en
ik moet nu weer eerst over een ver
traging spreken Ik werd naar San Fran
cisco geroepen, omdat mijn vader
ernstig ziek was. Ik bleef daar totdat
hij stierf... drie maanden later.
Gedurende dien tijd liet ik de monsters
steen uit de Schapen Ganyon dooreen
ervaren geoloog onderzoeken en hoorde
van hem de bevestiging van mijn ver
moedens. Het was wolframiet, waarde
volle stof. Ze wilden natuurlijk allemaal
weten waar ik het goed vandaan had
en ik moest liegen als een krant
Toen ik naar Black Butte terug
keerde was Wallace dood. Ik kreeg
een betrekking op het laboratorium van
de Hoogovens en wilde nu op mijn
gemak uitvisschen, hoeveel Carver
eigenlijk wist. Ik kwam weinig te weten,
maar dat weinige was genoeg, om de
meening die ik van hem had te beves
tigen. Een éérlijk mensch zou nooit
van mij verlangd hebben, dat ik een
ongunstig rapport zou onderteekenen
over een monster, waarin een hoog
goudpercentage aanwezig was.
Toen verscheen Miss Moran ten
tooneele en het lukte mij, haar te be
wegen mij in haar dienst te nemen,
zoodat ik naar de ranch kwam waar
ik van den beginne af had willen zijn
Wat er toen allemaal gebeurde, weten
julfie. Toen kwam de ontdekking van
de safe. Het stond bij mij vast, dat
Carver niet de gelegenheid hebben
mocht, die safé vóór mij te openen en
een blik in de papieren te slaan; ik
trachtte hem dus voor te zijn.
Er kwamen een paar onvoorziene
complicaties, maar het lukte me toch
Ik kan u wel vertellen, dat als Augus
tus J Carver geweten had wat er in
die safe was, hij zijn legerstede er uit
gespreid en er met een geweer in zijn
hand geslapen zou hebben. Die sjfe
bevatte alles, wat hem ten va! brengen
kon.
Er moet het een en ander ge
beurd zijn, waardoor Thomas Wallace
verdenking kreeg dat Carver niet dat
toonbeeld van deugd was, waarvoor
hij algemeen door ging. Misschien heeft
één van de bankmenschen iets laten
vallen over die schuldbekentenissen,
daar de eenige échte schuldbekentenis,
gehecht was aan een briefje, waarin
bevestigd werd dat dit de eenige
schuld was, die er ooit bestaan had.
Wallace had een flink pak Tedder
County Spoorwegaandeelen en een
onderzoeking, dat hij geheel alleen in
stelde, had iets té maken met de rech
ten van de Spoorwegmaatschappij om
een lijn dwars door de wildernis van
de Datil Sink aan te leggen.
De Spoorwegmaatschappij was ge
noodzaakt dat land te kcopen, daar
verschillende individuen het reeds eer
der in handen gekregen hadden, om
er vee te houden. Het eenige vee, dat
er leven kon, waren weliswaar hage
dissen, maar het land was nu eenmaal
verkocht. Daarna was het land van de
eene hand in de andere overgegaan,...
een paar dozijn ongeveer., en de laatste
hand was dan altijd: Carver!
Dit leek op een onhandige po
ging om onwettige kolonisatie te ver
bergen.. wat het ook werkelijk was...
maar Wallace ging dieper op de zaak
in. AI die documenten waren natuurlijk
in handen van de Spoorwegmaatschap
pij gesteld. Wallace liet er fotografische
copiën van maken en liet die aan hand
schriftdeskundigen zien.
Het algemeene oordeel was, dat de
paar dozijn mannen, die hun land aan
Carver overgedaan hadden, in werke
lijkheid slechts één persoon was,., een
verdraaid goed vervalscher van hand-
teekeningen Als er slechts twee of drie
documenten geweest waren, zou men
de geringe punten van overeenkomst
niet eens gemerkt hebben, maar bij
meer dan twintig moesten zij wel aan
een deskundig oog opvallen. Zóo ver
was Wallace gekomen toen hij gedood
werd, maar voor mij was het een goede
basis om er verder op door te gaan.
Het geluk was met mij. Had Tho
mas Wallace in San Francisco een
andere bank genomen dan juist de
Compston National, dan zouden er
groote moeilijkheden voor mij ontstaan
zijn. Mijn vader had echter altijd een
rekening bij de Compstock gehad; de
onderdirecteur van de bank woonde
een paar huizen van ons af en had mij
gekend, toen ik nog over den grond
kroop. Ik legde mijn kaarten eerlijk op
tafel en zij riepen toen de hulp in van
de Justitie.
Toen we die documenten met de val-
sche handteekeningen onderzochten,
maakte Mr. McPherson, hier de op
merking, dat er slechts één man ten
Westen van de Mississipi was, die dat
werk kon hebben gedaan. Dat was
„Slick Sam" Kimball en hij zat juist
vijftien jaar gevangenisstraf uit. Mr.
Spencer vond echter dat we het spoor
toch maar volgen moesten, en werke
lijk ontdekten we, dat Kimball op voor
spraak van den een of ander vrijgela
ten was
Het was een kleinigheid, Kimball te
ontdekken. Men gaf ons zijn adres en
men vertelde ons, dat hij een fatsoen
lijk leven op een boerderij in San Joaquin
leidde.
Mr. Spereer hield er echter de
theorie op na, dat vossen nooit hun
streken en dat een schurk met een
strafregister als dat van Kimball ge
woonlijk een schurk blijft.
We vonden hem, en Spencer legde
hem het vuur na aan de schenen. Eerst
trachtte hij alles te ontkennen, maar
Het geheel is opgeborgen in een
trommel, die in het land wordt ach
ter gelaten. Toezicht is dus niet
noodig. Alleen moet de batterij van
tijd tot worden vernieuwd.
Men heeft wel gevreesd, dat paar
den schrikken zouden bjj aanraking
van den electrischen draad, maar dat
bleek mee te vallen. De ervaring
heeft geleerd, dat ze even dichtbij
den draad komen als bjj prikkel
draad.
Vooral in de lederbranche bestaat
groote belangstelling voor de elec
trische afrastering. Men is daar van
oordeel, dat deze afrastering toe
komst heeft.
Een officieele commissie zal nu
een en ander nader gaan onderzoeken
aan de hand van proeven.
Contact zal worden gezocht met
de landbouworganisaties, teneinde de
nieuwe wijze van afrastering meer
algemeen bekend te maken.
Uit een economisch oogpunt is de
vervanging van prikkeldraad door
electrischen draad belangrijk. Als de
Deensche runderhuiden voortaan
geen prikkeldraadletsel meer zouden
vertoonen, zou dat een jaarlgksch
voordeel van 1 a 2 millioen kronen
beteekenen. Daar komt nog bij een
hoogere melkproductie, doordat be
schadiging der uiers door prikkel
draad niet meer kan voorkomen.
Men heeft dan ook in Denemarken
alle hoop, dat de electrische afras
tering er in zal gaan.
Hoe staat het in ons land met
deze aangelegenheid?
Eenigen tijd geleden vernamen we,
dat in Drenthe proeven zullen wor
den opgezet met een apparaat van
Amerikaansch fabrikaat. Ook schijnt
hier en daar een Duitsch systeem
van electrische afrastering in gebruik
te zijn.
Welke ervaringen daarmede zijn
opgedaan, is ons niet bekend. Het
schijnt echter vóór te komen, dat de
electrische stroom te zwak is om
weidende dieren tegen te houden.
Nu het lijkt, alsof in Denemarken
de electrische afrastering ingang zal
vinden, is ook voor ons wellicht de
tijd gekomen om deze aangelegen
heid eens nader te onderzoeken.
Ingekomen en vertrokken
personen
van 26 Mei tot 3 Juni
VERTROKKEN:
C. H. Barents, landbouwer, naar
Maashees
M. A. Swachofer, dienstbode, naar
Venlo
G. F. Pijpers, zonder beroep, naar
Tegelen Schoolstraat 26
L. P. Janssen, zonder beroep, naar
Arcen A 7
G. C. Geurts, dienstbode, naar
Grubbenvorst A 22
P. Tadema, verpleger naar Mulheim
B. W. M. Friesen, zonder beroep,
naar Meerlo A 931
H. H. van Kessel, landbouwer, naar
Maasbree Dorp 102
G. H. Arts, landbouwer, naar Horst
M 175
B. G. J. Schrader, dienstbode, naar
Maashees B 61
G. J. Massop, timmerman, naar
Wisch Silvolde B 501
A. H. Soudant, naaister, naar
Brunssum Korte Singel 2
M. W. H Jutte, verpleegster, naar
Rotterdam Schiekade 91
W. M. J. Jutte, idem, naar idem
M. H. Swinkels, landbouwer, naar
Bergen (L) F 63
H. G. M. Janssen, zonder beroep,
naar Grubbenvorst M 188
Th. P. H. Philipsen, landbouwer,
naar Grubbenvorst
B. A. W. Vermeulen, zonder beroep,
naar Roermond Minderbroederssin
gel 15.
toen hij toe moest geven dat het Car
ver geweest was die door zijn tus-
schenkomst zijn vrijheid had gedaan
kunnen krijgen, bekende hij tenslotte
ook de rest
Hij dicteerde ons een volledige be
kentenis en hij onderteekende ze. Hij
hield tegenover Carver zijn mond. Hij
wist, dat, als hij Carver waarschuwde,
hij onmiddellijk naar de gevangenis
terug zou moeten keeren om daarvoor
joed te blijven. Spencer waarborgde
ïem dit laatste; maar hij beloofde
anderzijds, dat we hem zijn vrijheid
zouden laten als hij zich stil hield.
Dat is, geloof ik, de heele ge
schiedenis. Er waren nog een paar
détails, die onderzocht moesten wor
den waarmee wat tijd gemoeid ging.
Het was Spencer's idee dat eerst een
onderzoek in de bank zelf instellen
moest, voordat we Carver zelf te pak
ken namen. Hij had toen de leiding,
maar hij liet mij mijn gang gaan toen
de ontknooping naderde.
Ted greep het half leege glas naast
zich en dronk het leeg. Dr. Morgan
ging naar Gregg om hem de flesch en
het spuitwater te geven. Toen zei hij:
Ik geloof niet, dat je veel weg
gelaten hebt, Court. Maar je moet toch
de vrees gehad hebben, dat het op een
schietpartij zou uitloopen
Ik verwachtte zeker niet er Lafe
Young te zien... als het dat is wat u
bedoelt. Van Carver voelde ik me niet
heelemaal zeker. Dien nacht op de
ranch had hij voldoende bewezen, te
weten wat een revolver is. Als hij in
het nauw gedreven werd moest ik er
mee rekenen, dat hij zou trachten de
zaak met een wapen te beslechten. En
ik moest me op die mogelijkheid voor
bereiden.
Maar vertel me eens, ging Mor
gan verder, waarom je het zoo ver
iet komen Waarom ben je niet da
delijk naar Wallace gegaan, toen je het
wolframiet vond; de eerste keer dat je
in deze streek was Hij was een eer
lijke kerel en zou je een deel van de
winst gegeven hebben. Ik begrijp niet,
waarom je er een persoonlijke zaak
van maakte.
(Wordt vervolgd)