Anton Lang, Krakelingen. Limburg en nationale veiligheid. Gemengde Berichten plaatse niet minder dan 5 K.M. zal verkorten. Voor de nieuwe bedding wordt de bovenste laag grond de kleilaag met de hand ontgraven, waarna de baggermolens het overige werk doen. De nieuwe bedding is bijna geheel gereed, over acht a tien dagen zal de baggermolen den laat- sten dam doorbaggeren en hiermee zal de laatste afsnijding een feil zijn geworden. Men is met man en macht aan het werk. Achter de afsnijdingen komt het werk der dijkverzwaring aan en het afgraven der uiterwaar den en een geregulariseerde rivier ligt met etappe-bochten in het land, tusschen geëgaliseerde uiterwaarden en dijken zoo zwaar, dat doorbraken in de toekomst onmogelijk zullen zijn. Welk een grondverzet dit werk vraagt, kan men berekenen, als men weet, dat het vorige jaar per week 45 tot 50.000 M3 werd verzet. 't Einde van den arbeid zal zgn binnen twee jaar de afsluiting en ophooging van den Beerschen over laat. Hiermede zal een werk van 20 millioen voltooid zijn. Na de thee, die in het kamp te Balgoy werd gebruikt, gaat de tocht naar Nijmegen, alwaar een bezoek werd gebracht aan De Goffert. De aanleg van een stadspark ter grootte van 60 H.A., dat ruimte zal bieden voor sport en spel, met een stadion, openluchttheater, voetbal velden, speelweide, tennisbanen, een vijver met strand en speeltuin, een siertuin, een volière en een herten kamp. Gedurende 4 jaren vinden hier reeds 200 arbeiders dagelijks werk. Het park zal voor de voltooiing een grondverzet vragen van 450.000 M3 zand en bij het ontwerp, dat gemaakt werd door den stads-plantsoenmees- ter werd de beplanting met zorg gekozen. De burgemeester sprak de deelnemers aan de excursie toe en leidde den rondgang. Ook het belangrijke werk dat hier ondernomen was, had groote belang stelling. U.N. de Christusvertolker uit Oberammergau. In het Weekpraatje van de Maas bode lezen wij Herinneringen aan Anton Lang, den onvergetelgken Oberammergauer Christusvertolker, die dezer dagen aan een zware operatie bezweken is. In den zomer van 1922 op den tweeden Pinksterdag hadden wij de première bijgewoond van het Passie spel, dat dit jaar weer voor 't eerst werd gegeven. In het najaar las ik in de kranten, dat het resultaat van het maanden lange Passiespel een erbarmelijk resultaat had opgeleverd, niet aan belangstelling, want deze was over weldigend geweest, maar aan finan cieel succes. En dit was te wijten aan den val de Mark. Een half jaar lang hadden de Oberammergauers zich aan hun spel moeten wijden, en alle andere bezig heden moeten staken, Anton LaDg zelf had zijn pottenbakkerij moeten sluiten en zijn gezellen gedaan moe ten geven. En toen ten slotte de winst werd verdeeld, viel den hoofd vertolker Anton Lang een honorarium ten deel, waarvan hij zelfs geen paar nieuwe schoenen kon koopen. Natuurlijk was de teleurstelling voor de andere spelers nog grooter geweest. Het gerucht ging, dat de Komende winter te Oberammergau met groote zorg werd tegemoet gegaan, dat er zelfs gebrek en armoede werd geleden. Toen heb ik een oproep gedaan aan allen, die dien zomer van Ober ammergau en zijn spel hadden ge noten om de noodlijdende bewoners ter hulp te komen. Het succes was verrassend, binnen een korten tijd was er een beduidend bedrag binnen gekomen. Ik zou het geld aan Anton Lang gaan brengen. Op den vrcegen Zaterdagochtend van 27 Januari 1923 trok ik voor 't eerst als multi-millionnair op reis, althans zoodra ik op Duitsch gebied was gekomen. Maar ook dat ging niet zonder bezwaar. Want toen ik mij om half zeven in den ochtend aan het loket van de D. P. vervoegde, las ik daar een biljet, dat wegens staking geen treinen naar Duitsch- land meer liepen. Toch wilde ik deze reis niet op geven en ging op goed geluk naar Nijmegen. Een locaaltreintje naar Goch, nog een verbinding tot Crefeld en toen was 't gedaan. 't Was een uur of twaaif dat onze trein het station Crefeld binnen- stoomde. Toen volgde een onvergete lijk moment. De perrons werden overstroomd door Fransche en Bel gische bezettingstroepen. Maar tegelijk vloeide al wat Duitsch spoorwegpersoneel was het station uit. De loketten werden dichtgegooid, de Schaffners wandelden gemoedelijk naar huis, in een oogwenk was ook de locomotief van onzen trein ver dwenen. Niemand die ons kon inlich ten wat ons lot zou worden. Uren en uren streken voorbij, de perrons stroomden vol met menschen, die voor den Zondag gaarne naar huis wilden. Maar de volgeloopen treinen bleven zonder locomotief, en er was geen chef en geen conducteur, geen machinist te bekennen. Toen eindelijk tegen zes uur scheen er een compromis getroffen tusschen de Fransche legerautoriteiten en het bestuur der Duitsche spoorwegen. De trein, waarin wij wegens de overvolte ampèr ademen konden, kwam in beweging. Hoever wij komen konden, wist niemand. De Schaffner teekende onze biljetten af van station tot station. 's Nachts om twee uur strandde onze trein te Mannheim. Men ging niet verder, den anderen morgen zou men weer verder zien. Gelukkig den anderen morgen een trein die zoo mogelijk München zou halen. Van München op Oberammergau, waar wij in een dichten winternacht om 12 uur aankwamen. Enkele late reizi gers nog, die den trein verlieten, stil en geruchtloos onder een serenen nachthemel met rondom hooge witte bergen lag daar voor ons het bijna dichtgesneeuwde pittoreske dorp. De harde droge sneeuw, zilver onder het klare maanlicht, een meter hoog. De bontgekleurde huizen toegedekt als met hermelijnen mutsen. Tusschen de boomen knarden de fantastische ijsspinnen en van de overhuivende daken en balustrades hingen als kammen de puntige ijskegels neer, waarin het licht der lantaarns een wonder kleurengamma speelde. Zwijgzaam ontroerd door deze wintersche schoonheid volgden we de slede, waarop onze bagage licht werd voortgeschoven. Toen stonden we stil voor het bevallige huis van onzen gastheer, waarin hoog in den gevel onder het beschuttende dak het groote Christusbeeld hing. En toen het ijzeren hek van huize „Daheimopenknarste, en onze voe ten knirsten over het bevroren sneeuwpad, ging de voordeur haastig open en in het lichte kader van de open deur stond de slanke figuur van Anton Lang met zijn imponeerenden Christuskop en uit zijn lachenden mond klonk ons de heerlijke welkomst groet tegen, die nergens zoo natuur lijk doet als hierGrüsz Gott Als we de Beyersche huiskamer binnengaan hangt overal om ons heen in koper, in brons, in litho- graphie, in Rosenthai-porcelein, in ets en schets de imponeerende kop van Anton Lang als de Oberammer gauer Christusfiguur. Gedurende het laatste speelseizoen van 1922, was Anton Lang in zijn Christusrol niet minder dan door vijftien internationale kunstenaars geschilderd en geteekend. Deze man had fortuin kunnen maken als hij was ingegaan op aan biedingen van Amerikaansche mana gers om in Amerika voordrachten te komen houden. Dagen en dagen hebben wij toen bij Anton Lang gewoond en heeft hij ons veel verteld uit zijn interes sante leven. Om een goede opname te doen slagen had Lang eens voor de foto grafen vijf en dertig minuten lang aan 't kruis gehangen. Toen was er plotseling een fel onweer uitge broken, fotograven en hun helpers sloegen op de vlucht, en men liet Lang aan 't kruis hangen tot hij een bezwijming nabij was. Hij liet ons brieven lezen van dankbare Amerikanen, die hem daarin bekenden dat zij door zijn spel ont roerd katholiek waren geworden. Dien zomer 1922 had Anton Lang voor 't laatst den Christus vertolkt. Na het slot van deze allerlaatste voorstelling stonden de duizenden en duizenden bezoekers in twee dichte hagen van het theater af tot aan Lang's woonhuis geschaard, en allen drukten hem ontroerd en weenend de hand. De kleine Gottfried, de jongste van Lang's zes kinderen, een kereltje van zes jaar, kwam opgewonden naar huis gehold en riep„Mutter, Mutter, alle menschen weinen!", „Aber", voegde hij er trotsch en voldaan aan toe, „ich allein nicht" en hij streek met zijn kleine knuistjes langs z'n drcge oogen. Die kleine Gottfried Lang, enkele jaren terug zag ik hem weer als een slanke jongeling, student op het Benedictijner College te Ettal, en nu eenige weken geleden stond zijn portret in „de Maasbode" als Miva- vliegenier voor de missie in Canada. Hoe diep-voelend kunstenaar Anton Lang was en hoe hooge opvatting hij had van de vertolking van de Christusrol bewees mij zijn biblio theek in de huiskamer, waar ik tal van werken zag over de persoon van den Christus, en nog hoor ik hem verhalen,- hoe hij in 1911 een lang durige studiereis van drie maanden door het H. Land gemaakt had om zich persoonlijk meer en meer in te leven in de heilige plaatsen, waar Jezus' leven zich afspeelde. Reeds als jongen van zestien jaar, zonder dat hij vermoeden kon, dat hem ooit de hoofdrol in het Passiespel hem zou worden toegewezen, kende hij heel den omvangrijken Christustekst woord voor woord van buiten. Wij hebben Anton Lang ook bezig gezien als eenvoudige pottenbakker. Van vader op zoon heeft zijn ge slacht de pottenbakkerskunst uitge oefend, en hij wilde voor ons eenige proeven doen zien van zijn technische kunstvaardigheid. De motor zette de draaischijf in beweging, een hoopje malsche leem werd er opgekwakt, en de slanke vingers van Anton Lang boetseerden a la minute al wat wij maar wenschten: schotels, vazen, kruiken in allerlei wisselende en bevallige vormen. In een kwartier tijds stond een dozijn bekoorlijke gebruiksartikelen voor ons klaar geschikt. Alles wat uit zijn zScht stralende handen te voorschijn kwam, was een werkstuk, dat den meester eexe deed. Na dien winter van 1923 hebben wij hem nog tweemaal ontmoet, eens in Holland zelf toen hg mij op een doorreis naar Engeland een bezoek kwam brengen en nog eens bij de laatste Passievertooning enkele jaren terug, toen Anton Lang de proloogzegger was. Toen stelde hij ons vol trots zijn zoon voor, die voor die gelegenheid was overgekomen, en dokter was in Amerika. Nu lazen wij van zijn onverwachten dood op 63-jarigen leeftijd. Maar hoe zal Christus Zelf vol liefde dezen fijnen en vromen mensch zijn tegengetreden, die Hem vaak op zulk een apostolische wijze voor deze werqld in zijn meesterlijke uitbeelding deed herleven. Hoe vinden ze mekaar Ik [heb een boel vrienden en ken. nissen en werkelijk, ik zou niet we ten, tot wien ik me kon wenden, als ik eens om laten we zeggen honderd pop verlegen was. (Aanbie dingen s.v.p. onder letter J. de B. Bureau van dit Blad). En eiken dag lees ik in de krant van oplichters, die ettelijke veroor deelingen soms achter den rug heb ben, en... van alle kanten duizenden guldens krijgen toegestopt om er „zaken" mee te doen of er een erfenis mee af te wachten. Het summum op het gebied van aftroggelarij lijkt me het jongmensch uit Apeldoorn te hebben bereikt, de thans 20-jarige T. C. Swart, die die dadelijk na zijn eindexamen H.B.S. een champignons-kweekerij begon, daarna een betrekkiDgids uitgaf, vervolgens op 19-jarigen leef tijd een drukkerij begon en toen na een paar maanden gaf aan die druk kerij door het betrekken van een groot, vernieuwd pand. Hg is nu dezer dagen zooals gezegd op 20- jarigen leefde gefailleerd, met een schuld van f 100.000, maar hij had tót dezen dies ater de beschikking over: een motorrijwiel, zes auto's en een vliegtuigEen portier en een chauffeur had hij tot zijn persoon lijke bediening. In de ton schuld zit een post van f 30.000, zijnde het volledige vermo gen, dat twee alleenstaande meisjes den knaap zonder zorg hadden toe vertrouwd. Buiten die f 100.000 schuld staat o.m. nog een post van f50.000, zijnde het geld, dat drie andere par ticulieren den jongen hadden voor geschoten. Ze hebben het niet eens noodig gevonden om hun vordering bij den curator in te dienen. Zóó volledig, beseffen ze het thans, dat al dit geld verloren is. Het is een feit, dat duizenden menschen snakken naar een beetje bedrijfskapitaal en dit niet kunnen krijgen, ondanks hun goeden naam en eerlijke zakenmanieren. Daarnaast schijnt 't evenzeer onomstootelijk vast te staan, dat vele menschen, die met geld behept zijn, verlangen om er van af te komen. Liefst tijdelgk en onder het genot van rente, geleend aan eerlijke lieden. Maar ze vallen altijd, subsidair vaak, meer subsidair: nogal veel vuldig; in handen van parasieten en oplichters. Hoe vinden ze mekaar toch zoo De Diesels. Met den nieuwen zomerdienst is het verkeer per spoortrein zeer veel verbeterd; het is intensiever gewor den, sneller._ Té snel Er zijn een paar ongelukken ge beurd. Twee Diesels raakten in brand. En onder Ede liepen twee Diesels op elkaar in. Alles zonder ernstige persoonlijke ongelukken te veroor zaken. Het nadere onderzoek zal moeten uitwijzen, in hoeverre de on gelukken aan het snellere tempo van rijden zijn te wijten. Een groot voordeel der Diesels is echter reeds, juist door een ongeluk, volkomen bewezen. De botsing onder Ede is een zeer hevige geweest. Waren twee treinen met gewone houten wagons zóó op elkaar ingereden, dan zou het aantal slachtoffers ontstellend groot zijn gebleken. Houten wagens worden in zoo'n geval gekraakt en gebroken; alles schuift in en over elkaar; de planken worden met scherpe punten gespietst.... welke in de lichamen der reizigers dringen. Met de Diesels is dat anders. De zaak schokt en deukt, maar breekt niet. Vandaar dat bij de botsing te Ede slechts twee personen licht ge wond raakten. Het verkeer per spoortrein is in enkele jaren tijds veel sneller en veel veiliger geworden dan het was. Dat de directie zulks wist te be reiken, niettegenstaande ze moest werken onder den druk van de on gunst der tijden, daarvoor verdient ze den lof zoo goed als den smaad, welke haar bij echte of vermeende tekortkomingen nooit werd onthou den. Aan een artikel van generaal b.d. C. J. Snijders over „Limburg en de nationale veiligheid", ontleenen we het volgende; Er wacht der Limburgsche bevol king den 9den Juni a.s. een interes sant en leerzaam militair schouw spel op den luchtverdedigings-dag te Maastricht, voorafgegaan door klei nere militaire demonstraties in an dere Limburgsche steden. De Limburgers houden van militair vertoon, zoodat de Maastrichter Luchtverdedigingsdag ongetwijfeld tallooze nieuwsgierigen en belang stellenden zal aantrekken. Maar men zou zich zeer vergissen, wanneer men mocht meenen, dat de bedoeling van hen, die dezen Luchc- verdedigingsdag organiseeren, zou zijn het publiek op een pakkende sportieve vertooning te onthalen of de nieuwsgierigheid en sensatielust der menigte te bevredigen. Het gaat hier om een hoog ern stige zaak. De Vereeniging voor Nationale Veiligheid, van welke deze betooging uitgaat, beoogt hiermede geen ander doel, dan den toeschouwers een in druk te geven zij het slechts een zwakken indruk, zonder de gruwelen der werkelijkheid van het gewel digste en wreedste bedrijf, dat de oorlog kan opleveren; de moderne luchtaanval op weerlooze volkscen tra. Doch tegelijk wil de Vereeniging de volksaandacht vestigen op de vernuftige en krachtige middelen, waarover men heden kan beschikken om dergelijke aanvallen te bestrij den en 't dreigend luchtgevaar af te wenden althans belangrijk te be perken. Zoo zal het volk van Limburg leeren begrijpen, dat het een ieders christelijke plicht en een eisch van zedelijke verantwoordelijkheid jegens zijn medeburgers, zijn gezin en zich zelf is, met al zijn vermogen mede te werken om de verdedigiDg tegen het afschuwelijk luchtgevaar tijdig, d.w.z. dadelijk en ten spoedigste, te helpen voorbereiden en zich bereid te toonen tot de zware offers, welke noodzakelijk zullen zijn, om dit streven in zijn vollen omvang te verwezenlijken. Het is niet juist, dat Limburg buiten deNederlandsche verdediging sfeer zou zijn gelegen en niet ver dedigd zou worden. De bescherming onzer nationale veiligheid en de ge wapende handhaving onzer onzijdig heid begint aan de landsgrenzen. In Augustus 1914 kreeg de opper bevelhebber van Land- en Zeemacht van de regeering de opdracht, elke opzettelijke schending dezer grenzen met wapengeweld te keeren. Zoo zal het ook bij vernieuwd intreden van oorlogsgevaar zijn. Maar destijds behoefde men met den luchtoorlog nog geen of althans bijna geen rekening te houden. Heden is juist bij de inleiding tot den strijd bedreiging door de lucht overheer- schend. De geografische ligging van ons land te midden der strijdende staten en zijn geringe breedte in Oost-Westelijke of West-Oostelijke richting maken 't allerminst onwaar schijnlijk dat de luchtvloten dier staten, door ons onzijdig lucht-gebied heen, zullen trachten, zonder vooraf gaande oorlogsverklaring, de tegen partij onverhoeds op het lijf te vallen, De smalle landstrook van Zuid-Lim burg kan in weinige minuten worden overgevlogen. Hiertegen kan slechts één middel baten, althans een redelijke kans bieden op ontkoming aan dit onheil: zeer krachtige en parate organisatie onzer luchtverdediging, vooral in Limburg. Dit hebben Limburg's Ingezetenen sedert lang begiepen. In Juni 1934 namen een aantal burgemeesters van Limburgsche gemeenten deel aan een request, waarin zij samen met een aantal hunner ambtgenooten in N.-Brabant, uitdrukking gaven aan hunne ernstige bezorgdheid en die van velen hunner gemeentenaren, wegens den geheel onvoldoenden toe stand van 's lands weermiddelen en de hieruit voortvloeiende gevaren, vooral ook voor de zuidelijke provin ciën des lands, weshalve zij nadruk kelijk verzochten, maatregelen tot verhooging onzer weerbaarheid en en versterking onzer weermacht te treffen. Uit deze vaderlandslievende daad vloeide een nationale beweging voort, aanvankelijk in de zuidelijke provin ciën later veldwinnende over het geheele land. Maastricht had reeds in Mei 1934 het voorbeeld gegeven door de vorming van het eerste Comité voor Nationale Veiligheid, weldra in tal van plaatsen nagevolgd en tenslotte samengevat in de stich ting op 20 October 1934, van de vereeniging voor Nationale Veilig heid. Stelt deze vereeniging zich in het algemeen ten doel de nationalejkrach- ten te ontwikkelen tot dienstbaar- making aan de verhooging der na tionale veiligheid en streeft zij er aldus naar, een geest van weerbaar heid over het Nederlandsche volk vaardig te doen worden, meer in liet bijzonder wijst de vereeniging, naast propagandistische actie, hare aan dacht en haar krachten aan de be vordering en de versterking onzer luchtverdediging. Tot dit doel stichtte zij het luchtverdedigingsfonds, ge vormd uit vrijwillige nationale bij dragen van het gansche volk. De heer Snijders besluit zijn artikel met den wensch, dat de limburgsche bevolking gehoor moge geven aan den dringenden oproep van het lucht verdedigingsfonds en van de vereeni ging voor Nationale Veiligheid, om het aangevangen nationale werk door algemeene deelneming en talrijke bijdragen te steunen en te helpen volbreDgen. De Limburgsche Comité's van de Vereeniging voor Nationale Veilig heid te Roermond, Venlo, Weert en Zuid-Limburg, doen een beroep op de Limburgsche bevolking om de Vereeniging voor Nationale Veilig heid en haar luchtverdedigingsfonds financieel te willen steunen. INGEZONDEN. De Rotterdamsche Vacantie- kinderen. Een Franciscaansch liefdewerk. „Een vierde van de Rotter damsche bevolking leeft heden ten dage van steun Aldus mr. Drooglever Fortuijn, burgemeester van Rotterdam, in de Eerste Kamer op 17 Januari 1938. Ongeveer 150.000 menschen dus, mannen, vrouwen en kinderen, moe ten daar leven van den krappen steun, hun vanwege 't Rijk en de Gemeente toebedeeld. 'n Ondersteuning, net genoeg om niet te sterven van honger, maar te gering om er menschwaardig van te kunnen leven Wat 'n zee van stoffelijke en gees telijke ellende, wat 'n nameloos leed openbaart zich voor ons geestesoog bij 't lezen van bovenaangehaalde woorden van Rotterdams Burger vader! Wat 'n geweldige, ontstel lende tragedie ligt daarin opgeslo ten Wie zal 't zeggen, 'tgeen er ge leden wordt in die duizenden gezin nen van de bedoelde Rotterdamsche burgerbevolking, behuisd in huur kazernes, twee-, driehoog, misschien onder de vliering De opgewektheid en tevredenheid dier werkelooze huisvaders heeft reeds lang plaats gemaakt voor troostelooze zwaarmoedigheid, be nauwende moedeloosheid, misschien voor doffe wanhoop bg 't donkere, verlammende vooruitzicht, wellicht nooit meer tot den arbeid geroepen te worden, wijl een nieuwe, jonge generatie, beter technisch onderlegd, op 't arbeidsveld is verschoven Hun sterke armen zullen dan niet meer kunnen werken voor de zich afslovende, door moederzorg, moe derangst en moederwee gekwelde vrouwen en verzwakte, bleeke en zenuwachtige kinderen Wie zal hen helpen Helaas, er is zoo'n schrijnend te kort aan zuivere, techt-christelijke naastenliefde, in onze jachtende, koude, egoïstische wereld! Tertiarissen, uw roeping is op charitatief terrein te helpen en bij te staan in werkelijke liefde tot den evenmensch Gij kunt den donkeren, zwaren gang door 't leven van Kath. Rotterdamsche Ouders, ook tertiaris sen, dus uw Broeders en Zusters in St. FraDciscus, lichter en zonniger maken, door in de vacantie-maand Augustus één of meer van hun kinderen in uw huisgezinnen gastvrij op te nemen. Haal deze kleinen voor enkele weken ter liefde Gods uit de benauwende atmosfeer van hun kazernewoningen om ze te laten ge nieten van de frissche buitenlucht, misschien van de zenuwsterkende boschlucht, zoo mogelijk van onze onvolprezen, ongerepte, heilig-stille, bloeiende heidevelden De Rott. Derde-Orde-Federatie doet dit jaar wederom 'n beroep op ODze edelmoedige Franciscaansche Families om in de a.s. Zomervacantie een Rotterdamsch kind (jongen of meisje) van 712 jaar voor eenige weken huisvesting te geven. Wanneer de pleegouders 'tzelfde kind van verleden jaar vragen, kan de leeftijd iets anders zijn. De kinderen hebben 'n attest van 'n geneesheer dat ze gezond zijn, terwijl voor hun uitrusting te Rotter dam wordt gezorgd. Moge 't beroep van de Rotterdam sche Derde-Orde-Federatie op hun medeleden alhier 'n groot succes hebben Aanvragen a.u.b. liefst zoo spoedig mogelijk, in elk geval vóór einde Juni te richten tot Pater Directeur of tot een der Bestuurs leden onzer Vereeniging. Hoogachtend, namens 't Bestuur der Venr. D.O. W. H. DE HAEN, Pref. Concours hippique te America. Door de combinatie „Wittenhorst" te Horst werd Maandag haar eerste ruiterfeest gehouden op het terrein van den heer W. Mulders te America. Ondanks het vrij gure weer, was de belangstelling toch niet gering. Aan dit concours werd door elf ver- eenigingen deelgenomen. De jury was als volgt samengesteld: L. Bexkens, hoofdinstructeur, G. Nab, Meerlo, Fleurkens, Ysselsteyn, Philip- sen, Castenray, Litjens, Sevenum en Brekelmans, Horst. De prijswinnaars waren: Demonstratie viertallenbuiten den kring: 1. Ysselsteyn 77 p., 2. Oostrum 74 p., 3, Merselo 70 p., In den kring: 1. Castenray 87 p., 2. America 67 p., 3. Horst 66 p. Aangespannen Belgisch type1. P. Cox, Horst, 2. W. Daniëls, Lottum, 3. P. Smulders, Horst. Aangespannen landbouw-tuigpaar- den1. A. Strijbosch, Castenray, 2. Hanssen, Oyen-Broekhuizenvorst, 3. Duickers, Meerlo, 4. Poels, Lottum. Harddraven Belgisch type1. Titu lair, Grubbenvorst met Nelly, 2. Aben, Lull met Lina. Patrouillespringen1. Ysselsteyn, 2. Castenray, 3. Horst. Harddraven middel en licht1. A. Poels, Swolgen met Sultana, 2 G. Lucassen, Sevenum met Sampa, 3. J. Claes, Weverslo met Puckie. SpriDgen 1. Fr. Geurts, Horst met Wiad, 2. M. Dinghs, Castenray met Uwerus, 3. F. Weijs, Castenray met Warmbloed, 4. Joosten, Grubbenvorst met Dona, 5. j. Tielen, America met Uberta. Rennen (volbloed uitgesloten). 1, Joosten, Grubbenvorst met Dona. 2. J. Thielen, America met Uberta. 3. G. Smulders, America met Charles. 4. Titulair, Grubbenvorst met Tonny. Ernstig auto-ongeluk te Belfeld. Een doode, drie gewonden. Zondagmorgen is op den Rijksweg BelfeldTegelen een auto-ongeluk gebeurd, dat één persoon het leven heeft gekost, terwgi drie personen werden gewond. Op genoemd tijdstip reed een Bel gische auto, toebehoorende aan den heer R. uit Fleron, nabij Luik, met een flinke vaart op den Rijksweg BelfeldTegelen. Vermoedelijk door dat een fietser plotseling van het rijwielpad den Rijksweg overstak, week de auto uit en reed met groote vaart tegen een boom. De wagen werd grootendeels vernield. Van de vier inzittenden werd mevrouw R. zoo ernstig gewond, dat zij vrijwel terstond overleed. De drie andere inzittenden werden licht ge wond. Centrale varkensfokdag te 's Hertogenbosch* Zooals bekend is zal in de Vee markthallen te 's-Hertogenbosch, die daarvoor belangloos ter beschikking zijn gesteld, op 30 Mei a.s. de Cen trale Varkensfokdag gehouden wor den. Van alle zijden is belangstelling en medewerking ondervonden. Het aantal inzendingen overtreft dat vorige jaren verre, zoodat deze fokdag de grootste zal worden die ooit ergens in Nederland gehouden is. Niet minder dan 650 hokken var kens staan ingeschreven, alle uitslui tend afkomstig uit Noord-Brabant. Zeer vele fokvereenigingen hebben reeds excursies voor hun leden geor ganiseerd om samen den fokdag te bezoeken, zoodat we verwachten, dat ook het bezoek zeer druk zal worden. De voorteekenen zijn zeer gunstig. Het belooft een zeer belangrijke dag te worden, waarop voor allen, die belangstelling hebben voor de var kensfokkerij, veel te zien en te leeren zal zgn. Het is een bij uitstek gunstige gelegenheid voor fokvereenigingen en ook voor particulieren, om zich op de hoogte te stellen van het beste fokmateriaal, om bij eventueele aankoopen beter hun keuze te kun nen bepalen. Mond- en klauwzeer. Onder het ingeschaarde vee op de gemeenteweide in Odiliapeel onder Volkel zijn twee gevallen van mond en klauwzeer, onder een kudde van ruim 250 stuks vee. De voorgeschreven voorzorgsmaat regelen zgn genomen, alsmede die ter voorkoming van verdere uitbrei ding der gevreesde ziekte. Centrale Boerenleenbank. Het beschikbaar winstsaldo van de Coöperatieve Centrale Boerenleen bank te Eindhoven bedraagt over 1937 f 62.386 (95.240). Voorgesteld wordt dit te verdeelen als volgt: Overeenkomstig art. 49 sub 1 der statuten te sterten in het Reserve fonds (10 pCt.) f 6.238 (9.524). Uit te keeren een dividend van 6 pet. (maximum over het gestorte kapitaal) f 15.978 van het resteeren- de bedrag ad f 40.170 (69.756) komt aan het reservefonds 85 pet. is f 34.144 (59.292), aan de gemeen schappelijke reserve 10 pet. is f 4017 (6975) en blijft ter beschikking van de algemeene vergadering 5 pet. is f 2008. Nieuwtjes en wenken. Plant deze week tomaten enknol- selderij. Tomaten op een onderlingen afstand van minstens 70 cM. Knol selderij 3040 cM. Indien er nog plaats is in den groententuin wordt nu nog eens kropsla gezaaid. Omdat de bekende variëteit Meikoningin zoo snel door schiet, nemen we nu Zwart Duitsch of Attractie, twee variëteiten die minder gauw een bloemstengel vor men. Indien de aardbeibedden nog niet gezuiverd zijn van onkruid wordt het deze week daarvoor hoog tijd, vooral voor die bedden, waarvan nieuwe plantjes getrokken moeten worden. Zoodra er ranken aankomen is het te laat om nog te schoffelen. Hoe meer men deze met rust laat, hoe gemakkelijker ze wortels zullen krijgen. Koolplanten groeien te hoog als ze niet op tijd gedund worden. Ze zijn dan niet sterk genoeg en blijven na het uitplanten moeilijk rechtop staan. 't Is nu tijd om spruitkool te zaaien. Vooral op voedzamen grond is men daarmee in den regel te vroeg. Het gevolg is losse spruiten oogsten. Zaai niet alle boonen in een keer. Leg nog eens opnieuw een rij, als de eerst gezaaide er goed en wel op staan. Tot half Juni kan men boonen zetten, om ook nog tot in den herfst te kunnen oogsten. Schoffel tusschen aardbeien niet te diep. Aardbeien wortelen zeer opper vlakkig. Geef niet te veel stikstof, die te zeer op blad-ontwikkeling werkt, waardoor vruchtzetting en rijping tegengegaan worden. Het is nu de tijd om gazons weer eens een extra stikstofbemesting te geven. Eerst maaien en tegen den avond mesten. Marktberichten. VENLO. Op de Coöp. Veilingver eemging van Maandag was de aan voer 2.810.000 eieren. Kipeieren van f 3.00 tot f 3.50 Kleine eieren van f 2.80 tot f 2.90 Eendeieren van f 3.tot f 3.20 ROERMOND. Op de Coöp. Veiling- vereeniging van Ma'andag was de aanvoer 6.400.000 eieren. Kipeieren van f 2.80 tot f 3.50 Eendeieren van f 3.tot f 3.20 GYMNASTIEK. St. Chris toffel: Dinsdag 89 Leden. Donderdag 5.306.30 Adsp. 6.457.45 Adsp. 8—9 Leden: Meisjesgymnastiek: Woensdag 78. Damesgymnastiek: Woensdag 8.309.30. Tijdens al deze lesuren gelegenheid tot aanmelden van nieuwe leden. Inlichtingen bij P. M. H. HOEDEMAEKERS Leraar Lich. Opv. M.O. logekomeu ea vertrokken personen van 13 tot 20 Mei. VERTROKKEN C. H. Klaassen, landbouwer, naar Bergen D 162. G. H. M. Munten, verpleegster, naar Venlo Oude Turfstraat 60. F. L. W. Linders, dienstbode, naar Wanssum A 47. J. A. M. Rongen, landbouwer, naar Sambeek. S. M. Rongen, dienstbode, naar Sambeek. J. M. A. Ewals, dienstbode, naar Wanssum B 102. M. A. W. Arts, O.I.-Militair, naar Nederl. Indië. R. H. A. Wed. Wijnands, z.b., naar Valkenswaard Maastrichtersstr. 67. M. H. Haanen, z.b., naar idem. H. J. A. Hilders, zb., naar Nieuw koop Noord B 121. C. J. M. v. d. Meer, verpleegster, naar Gennep. E. W. M. Pouwels z.b., naar Grub benvorst. H. G. Heiligers, dienstbode, naar Sambeek Twist. G. S. Klaassen, idem naar Sambeek B 54. A. M. C. v. Helvoirt dienstbode, naar Wanssum B 32. M. J. J. Rutten, z.b., naar Mor- cote (Zw.) A. A. van den Borst, landbouwer, naar Se velen (Dl.) L. P. J. Swinkels, landbouwer, naar Meerlo B 19 J. F. H. Vullings, z.b., naar Meerlo A. M. Ph. Blomjous, kloosterzuster naar Roermond G. M. Voesten, d.k., naar Maashees B 60. G. M. Bexkens, d.b., naar Meerlo D 62.

Peel en Maas | 1938 | | pagina 8