PORTRET DEZE WEEK IN NEDERLAND VAN DE WEEK DE WERELD IN KAART DUITSCHLANDS „JA". Hitler hoeft de door hem wenschte sanctie ran de Det achers op de door hem gevoerde politiek gekregen. Het Duitsche volk heeft hem de met een enorme propaganda voorbereide blanco volmacht gegeven voor de Jaren, welke achter ons liggen. Hitier zei er zich nu ten allen tijde op kunnen beroepen den wil van het Duit sche volk te representeeren. En de om standigheid, die velen zal hebben verrast, n.L dat in het voormalige Oostenrijk het aantal ja-stemmen nog grooter was dan in Duitschland, zal voor hem een argument leveren, dat tegen ieder zal moeten be wijzen, dat de aansluiting inderdaad door het Oostenrijksche volk gewild was. Het is hier niet de plaats, om uitvoerig op de beteekenis van deze stemming in t* gaan. Genoeg zij te zeggen, dat men thans ook in het buitenland alom den „Anschluss" als een definitieve beschouwt. Zoo schrijft b.v. zelfs de Parijsche „Jour": „In Oostenrijk hebben 99.75 voor Hitier gestemd. Practisch gesproken staat Groot-Duitschland, Oostenrijk inbegrepen, achter zijn Führer". Men kan daarover denken, zooals men wil, maar beter is het voor ons, de uit dit succes voortvloeiende con clusies te trekken, dan de methoden te critiseeren, waarmede het behaald werd". Een dergelijke opvatting huldigt men cok in de Engelsche pers, zoodat men kan aannemen, dat de „Anschluss" voor Lon den nog geen reden zal zijn, om alle pogin gen tot toenadering tot Berlijn te staken. De Engelsch-Italiaansche besprekingen. Overigens werkt Londen op het oogen- blik hard aan de toenadering tot Italië. De Engelsch-Italiaansche onderhandelingen schijnen reeds zeer ver gevorderd te zijn en in diplomatieke kringen te Londen verklaart men, dat, tenzij er nog onverhoopt ver tragingen intreden, de Britech-Ita- liaansche overeenkomst nog voor de Paaschdagen zal worden ondertee kend. Ten aanzien van den aard dezer over eenkomst neemt men zoowel te Londen als te Rome de grootste stilzwijgendheid in acht. Klaarblijkelijk is men van oordeel, dat voorbarige publicaties een ongunstigen invloed zouden kunnen uitoefenen. Wij willen hier dan ook niet nader ingaan op verschillende geruchten, maar liever de officieele publicatie van het accoord af wachten. Wellicht, dat de inhoud reeds be kend gemaakt is op het oogenblik, dat dit overzicht in druk verschijnt. RIJKSKANSELIER ADOLF HITLER IN HET STEMLOKAAL. Een nieuw Fransch ministerie. Het is een eigenaardig toeval, dat Frank rijk zoowel op het oogenblik van den „Anschluss" alsook op den dag van de Duitsche volksstemming zonder regeering was. En hoewel men aan een toeval meest al niet al te veel waarde behoeft te hech ten, gaat dit in het onderhavige geval toch niet geheel op, wijl deze gebeurtenissen op het buitenland, voor zoover dit gaarne een krachtig Frankrijk ziet, uit den aard van de zaak een ongunstigen indruk heb ben gemaakt. Een land kan zich nu een maal niet straffeloos de luxe veroorloven, eenige malen per jaar van regeering te veranderen. Op de innerlijke kracht van een volk kan zulks niet zonder invloed blijven. En naar alle waarschijnlijkheid is men in Frankrijk nog niet aan het eind van het leed. Want wel is de politieke combinatie, waarop de laatste Fransche regeeringen gesteund hebben, doorbroken, maar toch is ook dit kabinet-Daladier nog niet de oplossing, waarom allerwegen in Frankrijk gevraagd wordt, n.L een regee ring van nationale eenheid. De partijstrijd behoort nog geenszins tot het verleden en de houding der socialisten waaraan de ra dicalen nu eenmaal sterk gebonden zijn, voorspelt weinig goeds. Toch bezit het kabinet-Daladier een aantal goede eigenschappen. In de eerste plaats wel de vervanging aan de Quai d'Orsay van Boncour door Bonnet. Bonnet is een voorzichtig en zakelijk man, die uit stekend® relaties in Amerika en Engeland bezit. Een nauwe samenwerking op de door Chamberlain aanvaarde basis is daarvan te verwachten, zoowel met betrekking tot Italië als Spanje. Hij zal zeker niet bereid zijn Frank rijk in een of ander avontuur te storten. Ook is een einde gemaakt aan de onge zonde financieele voorstellen van de vorige regeering. Slaagt Daladier er dan ook in, zijn regeering in stand te houden, dan zal Marchandeau er zeker in slagen het vertrouwen van spaarders en kapitaal bezitters te herwinnen. Na een overweldigenden triomftocht door de Duitsche landstreken, arriveerde de Führer en Rijkskanselier, Adolf Hitler, Zondagmiddag in de Duitsche hoofdstad om in het stemlokaal van het station zijn stem uit te brengen. De Spaanschc burgeroorlog. Na de groote successen van Franco aan het Catalaansch-Aragoneesche front is er thans weer meer evenwicht in den krijgs- toestand gekomen. Aan den Ebro-mond geven de republikeinen nog geen terrein prijs. In het bergland, dat Tortosa omringt en waarin talrijke mitrailleursnesten der regeeringstroepen verspreid liggen, komen de aanvallers nauwelijks meer vooruit. En al is de kuststrook, die Barcelona met Valencia verbindt, ook smal, zij maakt toch een druk vervoer van wapens, leef tocht en manschappen tusschen de beide plaatsen mogelijk. Voorloopig wordt de burgeroorlog dus nog gerekt. De strijd in China. In China woedt de strijd op het oogen blik weer aan alle fronten met afwisselend succes aan beide zijden. Zoo zouden de Japanners in Sjansi eenige successen be haald hebben, aan verschillende andere fronten echter de Chineezen. Het opval lendst bij dit alles blijft de verrassende Chineesche weerstandskracht, die Japan in groote moeilijkheden dreigt te brengen. LUCHTBESCHERMING IN HET NOORDEN. Dezer dagen zijn er in het Noorden des lands luchtverdedigingsoefeningen gehou den. die, naar men heeft kunnen lezen, een uitstekend resultaat hebben opgeleverd. De bevolking van de provincies Friesland, Groningen en Drente heeft op voorbeeldige wijze haar medewerking verleend, terwijl de officieele en semi-officieele diensten alles in het werk hebben gesteld, om de oefening een zoo gunstig mogelijk verloop te geven. Het is bekend, dat zelfs groote plaatsen, als Leeuwarden en Assen, onder zekere omstandigheden moeilijk uit de lucht waren te zien en het plaatsje Dok- kum b.v. was in het geheel niet te vinden. Intusschen wordt er van verschillende zijden, o.a. door de N.R.Crt., tegen een al te groot, uit dit gunstig resultaat voort vloeiend optimisme gewaarschuwd. Terecht wordt er op gewezen, dat verduistering der steden alleen in een helderen nacht nog geen redding biedt. Ook bij de laatste oefe ningen wierp het slechts smalle maan sikkeltje nog zooveel licht op de aarde, dat zelfs de rookpluimen van sommige treinen zichtbaar waren. En zelfs in een nacht zonder maanlicht, beschikken de vliegers nog over vele middelen om zich te oriën- teeren. Inderdaad heeft de verduistering eenige waarde, maar dit middel dat bovendien overdag niet toe te passen is alleen biedt nog geen voldoende beveiliging. Het is noodzakelijk, dat ook de bevolking van dit feit doordrongen is. Men vraagt zich thans af, welke maat regelen naast de verduistering zullen moe ten worden toegepast om de bevolking van groote, buiten de luchtverdedigingskringen en het operatiegebied van het veldleger gelegen gebiedsdeelen tenminste eeniger- mate te beveiligen. Men wijst er op, dat de zeer hooge aanschaffingskosten van moderne luchtdoel-artillerie, zoeklichten ken jachtvliegtuigen of luchtkruisers een ^onbeperkte toepassing van deze middelen uitsluiten. Derhalve oordee.i men het wen schelijk, in dergelijke landsgedeelten een verdedigingssysteem op te bouwen, dat niet zoo zeer op groote kracht alswel op het verrassende element is gebaseerd. Men stelt thans voor, om en dit lijkt ons zeer juist aan dergelijke gebieden eenige, zeer beweeglijk te gebruiken af weermiddelen ter beschikking te stellen, zooals luchtkruisers en luchtafweerbatte- rijen. De tegenstander zal dan overal op dergelijke afweermiddelen kunnen stuiten, zonder van tevoren te vermoeden, waar deze zich bevinden. Natuurlijk moeten bovendien de belang rijkste centra met luchtdoel-mitrailleurs worden bezet, iets dat weinig kostbaar is en daarbij het voordeel heeft, den vijand te kunnen dwingen hoog in de lucht te blijven. Tenslotte zijn ook kunstmatige nevels en aan luchtballonnen opgehangen versper ringen betrekkelijk goedkoope en goede afweermiddelen. Het is wel zeker, dat het gebruik van dergelijke en andere afweermiddelen aan den tegenstander onaangename verrassin gen kan bereiden en er dus toe kan bij dragen remmend te werken op zijn onder nemingsgeest. En daarmede is al veel ge wonnen. Beperkte Paasch- en Pinksterverlovcn. De regeering blijkt ernst te maken met de versterking van de militaire situatie van ons land. Nadat eerst de diensttijd van de onder de wapenen zijnde lichting werd verlengd, is thans een nieuwe maatregel genomen, die moet voorkomen, dat de gar nizoenen te veel worden verzwakt. De minister van Defensie heeft namelijk be paald, dat het verleenen van verlof en van bewegingsvrijheid tot nader order moet worden beperkt, en wel in dier mate, dat van de 9terkte volgens het dagelijksch rap port steeds de helft van het aantal offi cieren, onderofficieren, korporaals en sol daten van een compagnie of onderdeel daarvan aanwezig is. Daar deze regeling reeds voor het a.s. Paaschfeest van kracht ik verklaard, beteekent dit, dat dit jaar SCHAPEN ZIJN SCHAARSCH IN EUROPA. H. Schapen zijn in het oude Eufopa in den loop van de laatste honderd jaren schaarsch geworden, hoofdzakelijk wel tengevolge van het feit, dat de nieuwere wereld, vooral Australië, kans heeft gezien de nuttige beesten goedkooper te exploiteeren en Europa bovendien steeds meer ruimte aan zijn in dustrie moest inruimen. Een aardig beeld van deze ont wikkeling geeft Duitschland. Daar telde men in 1865 nog 28 millioer. schapen tegenover 19.1 millioen stuks in 1900, 5.5 millioen stuks in 1913, 3.39 millioen in 1933 en 4.68 millioen stuks in December 1937 Zooals men ziet is de vermindering enorm, ook al heeft men in de laatste jaren met succes getracht den stapel weer uit te breiden. Dat geschiedt door het verstrekken var overheidscredieten tegen een rente voet van 2.7 met inbegrip van alle kosten. Per schaap wordt eer. bedrag van 20 a 25 gulden voor geschoten, waarbij voorop gestelc wordt, dat minstens 10 stuks wor den aangeschaft. Zoo hoopt mer den schapenstapel op 8 millioei stuks te kunnen brengen, lek waarover nog wel ettelijke Jarei zullen heengaan. Maar zelis dai nog zal Duitschland, dat toch zij» wolbehoefte door het gebruik vai cel wol steeds meer inkrimpt, gc dwongen zijn een aanzienlijke hoe veelheid wol in te voeren, want or de wolbehoefte geheel op de in heemsche markt te kunnen dek ken, zouden50 milllioen scha pen noodig zijn. een beperkter aantal dienstplichtigen dan anders met de feestdagen naar huis zal gaan. Voor de Pinksterverloven geldt deze beperking eveneens. Minister Slotemaker over de spelling. De geruchten over de houding, die de regeering ten aanzien van de spelling kwestie heeft aangenomen, blijken juist te zijn. In de zoo juist verschenen Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer inzake de begrooting van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen vindt men het standpunt der regeering te dezer zake uiteengezet. Het komt in het kort hierop neer, dat de „nieuwe spelling" van 1934 dat zijn dus de regels van één e en één o in open let tergrepen, de uitgang s in plaats van sch, (uitgezonderd in woorden, die op isch uit gaan) en de afschaffing van de buigings-n door de regeering wordt overgenomen, op laatstgenoemden regel na. Op dit punt keert zij tot De Vries en Te Winkel terug. Er zal dus weer evenals voor den spelling strijd onderscheid gemaakt moeten wor den tusschen het geslacht der zelfstandige naamwoorden en achter de lidwoorden en bijvoegelijke naamwoorden zullen de en- netjes hun intrede weer doen. In de prac- tijk beteekent dit, dat nu aan alle fron ten verandering zal komen, zoowel aan die van de „vereenvoudigers" als van de „oude-spellingmenschen". Want wie oude spelling schreef, zal thans de ee, de oo en de sch overboord moeten gooien, terwijl zij, die reeds gewend waren, nieuwe spelling te schrijven, de naamvals-n en de naam woordelijke aanduiding weer in eere zullen moeten herstellen. De regeering zelf zal echter in haar officieele stukken deze ver nieuwde of nieuwste spelling eerst volgen, nadat een commissie het geheele vraag stuk nog eens grondig zal hebben bestu deerd. Daarbij moet rapport worden uit gebracht over enkele technische moeilijk heden, we 11ce ontstaan ten gevolge van de regels van de enkele e, o en s, en verder over de spelling van bastaardwoorden, samengestelde woorden en aardrijkskun dige namen. Eerst als op deze wijze de spelling ter dege bestudeerd, gereglemen teerd en van hoogerhand gesanctioneerd is. zal zij metterdaad „officieel" worden. De spoorwegen en de Duitsche reislust. De Nederlandsche spoorwegen hebben dezer dagen een voor den tijd van het jaar zeer ongewone drukte te verwerken ge had. Ter gelegenheid van de groote volks stemming in Duitschland moesten duizen den Dultschers en voormalige Oostenrij kers in ons iand op een en denzelfden dag de grens over, om in Kleef of Aken hün stem uit te brengen. In verband met deze plotselinge reislust moesten de spoorwegen niet minder dan 17 extra-treinen inleggen Vier hiervan vertrokken uit Amsterdam, drie uit Den Haag. twee uit Rotterdam en één uit Haarlem, Arnhem en Enschedé. Deze twaalf extra-treinen gingen alle naai Kleef, terwijl er bovendien nog vijf naar Aken hepen, namelijk twee uit Eindhoven, twee uit Heerlen en één uit Sittard. In totaal werden met deze extra-treinen on geveer 17.000 kiezers naar de stembus ge bracht. Zweefvliegers in actie. Ook in de lucht was het dien dag zeer bedrijvig zonder eenig verband met de Duitsche reislust overigens. Hier moest de verklaring gezocht worden in het buiten gewoon gunstige zweefweer. De zweefvlie gers maakten hiervan dan ook een dank baar gebruik en hun prestaties zijn van dien aard geweest, dat zij wel verdienen hier vermeld te worden. De zweefvlieger Van Zanten, die nog pas verleden jaar zijn C.-brevet heeft gehaald, vertrok van Ypenburg en vloog via Woensdrecht naar Vlissingen, een afstand van 85 km, dien hij in 2 uur en 10 minuten aflegde. Dit was de eerste afstandsvlucht over de Zeeuwsche eilanden, en zij heeft bewezen, dat Zeeland beter geschikt is voor zweef vliegen dan men veelal aannam. De zwever Hoekstra, instructeur van het zweefvlieg- instituut te Teuge, deed er nog een schepje op, èn wat snelheid, èn wat afstand betreft. Hij koos zich Eindhoven als doel en legde den afstand van Teuge naar de Philipsstad, die al zwevende 100 km bedroeg, in ander half uur af. Ook deze vlucht was een eer steling, want het vliegveld Welschap te Eindhoven was nog niet eerder van zoo grooten afstand op deze wijze bereikt. Een nieuwe politieke partij in de maak. De rijke sorteering politieke partijen in diverse kleurschakeeringen, waarmee ons land gezegend is, schijnt nog niet groot genoeg te zijn. Althans er is weer een nieuwe partij in de maak, die den naam van „Nederlandsche Volkspartij" zal dra gen, doch, anders dan die naam zou doen verwachten, fascistisch getint zal zijn. De oprichters zijn enkele uitgetreden leden van de N.S.B. onder leiding van ds. Van Duyl, de bekende uitvoerder van het plan- Deterding, ir. Dijt en verder mr. Duys. Dr. Deterding staat hier echter geheel buiten, daar deze niets met politiële te maken wil hebben. DE KATHOLIEKE KERK IN GROOT-DUITSCHLAND. Door den „Anschluss" van Oostenrijk bij het Duitsche Rijk is het aantal der Duit sche katholieken binnen de rijksgrenzen op 27 millioen gestegen. Dat zijn 36 van het thans 74 millioen menschen tellende inwonersaantal van ge heel Duitschland. Bij de zeven kerkprovin cies, Keulen, Paderborn, Breslau, Müri- chen-Freising, Bamberg, Freiburg ei Mëissèn komen thans nog de twee Oosten rijksche, Wcenen en Salzburg. Deze negen kerkprovincies zijn verdeeld in veertig bis dommen. De Kring der Fuldaer Bissc.' opsconfe- rentie wordt waarschijnlijk met zes bis schoppen vergroot, waaronder de Aarts bisschop van Salzburg behoort, die den ouden titel van Primas van Duitschland mag voeren, EDOUARD DALADIER. Onder wel zeer moeilijke omstan digheden aanvaardt Edouard Dala dier zijn plaats aan het stuur van het Fransche schip van staat. De schatkist is uitgeput en het land wordt geteisterd door den geesel van voortdurende stakingen, die zelfs niet halt houden voor de poorten van de wapenindustrie, welke voor Frank- rijk's veiligheid moet zorgen. Wie is nu de man, die op zoo velerlei gebied voor saneering moet zorgen? Daladier werd op 18 Juni 1884 te Carpentras (Vaucluse) ge boren. Daar was hij eenigen tijd burgemeester en daarna trok hij als docent naar de universiteit te Parijs. Als radicaal-socialist kwam hij in 1919 voor de eerste maal in de Kamer. Tezamen met Herriot maakte hij de bekende studiereis naar Rus land. In Juni 1924 nam Herriot hem in zijn ministerie als minister van koloniën op. In de daarop volgende jaren zien wij Daladier nog aan het hoofd van verschillende ministeries. In 1929 sticht hij dan zijn courant „La République", waarin hij de toe nadering tot Duitschland bepleit. Toen de regeering Sarraut tenge volge van de Stavisky-affaire viel, werd Daladier met de vorming van een nieuw kabinet belast. Dit kabi net werd echter reeds spoedig ten val gebracht. Niet door het parle ment, zooals gewoonlijk het geval is, maar door de straat. Daarop nam hij van de provincie uit wraak. Als president van de radicaal-socialistische partij voerde hij deze bewust in den schoot van het Volksfront. In de verschillende Volksfrontministeries is Daladier steeds minister van oorlog geweest en zelfs zijn vijanden geven toe, dat hü op deze post oneindig veel ge presteerd heeft. Dit is ook wel de reden van het feit, dat hij ook als minister-president de portefeuille van oorlog blijft beheeren. DE TOESTAND IN SPANJE. Het hierbij afgedrukte kaartje geeft een duidelijk beeld van de huidige machtsver houding in Spanje. Bovendien toont het de successen aan, die Franco in de laatste weken aan het Catalaansche front heeft weten te boeken. Ook al schijnen de repu blikeinen thans weer meer tegenstand te bieden, toch krijgt men in het algemeen den er, zelfs indien geen territoriale verande ringen hun intrede doen, na een overwin ning van Franco toch niet iets in Europa veranderd zal zijn. Het is moeilijk deze vraag negatief te beantwoorden. Berlijn, dat naar men inderdaad kan aannemen, nimmer territoriale winst in Spanje na streefde, bood zgn hulp slechts aan Franco aan, wijl het meende, dat het Europeesche evenwicht door het sluiten van het Fransch-Russische verdrag grondig ver stoord was. En om de balans weer in even wicht te brengen, meende het niet beter te kunnen doen, dan een ontwikkeling te be vorderen, die voor Frankrijk de verdedi ging van een derde front (het Pyreneeën- front) noodig zou maken. Op het oogen- indruk, dat de burgeroorlog reeds door Franco gewonnen is en het is inderdaad opvallend, dat men zich alom in Europa reeds met deze gedachte verzoend heeft. Intusschen is niet deze overwinning voor fiuropa van zoo groot belang; wel echter iaar strategische gevolgen. In Londen en >n mindere mate ook te Parijs schijnt men ie dien aanzien gerust gesteld te zijn. Vooral de Engelsche regeering heeft steeds ■.veer opnieuw te kennen gegeven, dat van een overwinning van Franco Duitschland noch Italië voordeel zullen hebben, waar dij men overigens minder waarde gehecht zal hebben aan de verschillende verklarin gen van Berlijn en Rome, dat Zij in Spanje geen territoriale doeleinden najagen, dan aan den trots van hét Spaansche volk, dat zich tegen een vreemde overheersching zeer zeker zou verzetten. En deze trots, waarop men in Londen en Parijs bouwt, is, naar de geschiedenis van Spanje ge leerd heeft, waarlijk geen looze factor. Anderzijds dringt zich de vraag op, ol blik kan men wel reeds zeggen, dat de Duitschers daarin geslaagd zijn. Hun hulp is steeds zeer discreet geweest en heeft de trots van de Spanjaarden, naar men van Spaansche zijde kan vernemen, nooit ge krenkt. In het Spaansche officierscorps, dat in het toekomstige Spanje ongetwij feld de eerste viool zal spelen, ts men ten aanzien van Duitschland dan ook van dankbaarheid vervuld. Anders is het met de Italianen gesteld. Mussolini heeft en dat weten ook de Spanjaarden van Spanje éen soort Ita» liaansch protectoraat aan den ingang van de Middellandsché Zee willen maken. Daarin zal ïlij, naar men in Londen zeer goed inziet, niet slagen. De Spaansche nationalisten zullen zelfs geen bedekte overheersching dulden. Desondanks zal Mussolini zeker eenige indirecte vruchten van zijn interventie plukken. Want er be staat wel nauwelijks eenigen twijfel aan, dat het nationalistische Spanje het front der autoritaire staten zal helpen versterken

Peel en Maas | 1938 | | pagina 11