18 dagen in handen
van Chineesche
Uw Zenuwen
roovers*
Buitenland.
Doe per persoon i maatschepje
thee in den theepot. Versch_
kokend water opgieten, 3 tot
j minuten laten trekken. Vóór
het inschenken even omroeren.
details en er zijn bijzondere modellen
gemaakt, speciaal geschikt vcor
bepaalde materialen en afwerkingen,
maar de details zouden ons hier te
ver voeren. Ze verschillen ook in
snelheid van werken, hetgeen op de
confectiefabrieken een factor van
beteekenis is.
Sinds ongeveer een halve eeuw
zijn de handnaaimachines op houten
vroeger ook op ijzeren voet alge
meen in gebruik in de huishouding,
terwijl de techniek meer de trap-
naaimachine nam, die feitelijk precies
eender werkt, maar het mechanisme
doet bewegen door middel van den
voet, zoodat beide handen voor het
voeren van het naaiwerk en voor
speciale handelingen vrij blijven.
Vooral de trapnaaimachine, die
later aangedreven weid (in groote
aantallen tegelijk) door middel van
een drijfwerk, heeft zeer veel ertoe
bijgedragen om de confectie van
onder en bovengoed tot een groote
hoogte te doen opvoeren.
Pas sinds de laatste 30 jaren, toen
de kleine electromotor vervolmaakt
werd en de electrificatie sterk door
drong, is gebruikgemaakt van kleine
electromotoren voor het drijven der
kleine huisnaaimacirnes.
Een motortje van een zesde tot
een achtste paardekracht (dat dus
ongeveer een achtste tot een tiende
kilowatt-uur zal verbruiken) is vol
doende voor het met groote snelheid
drijven van de machine, terwijl de
snelheid van den motor zeer ge
makkelijk te regelen is door middel
van een regelweerstandje, dat door
den voet beheerscht wordt.
Inspanning kost dit laatste vrijwel
niet, terwijl nu ook de beide handen
vrij zijn en zeer groote naaisnelheid
wordt verkregen.
Deze combinatie geeft dus bet
groote voordeel van de trapnaaima
chine, kost in totaal niet meer dan
deze en neemt een veel geringere
ruimte in. Dit laatste is in de mo
derne huizen ook een zaak van
belang.
Een verder voordeel is het moderne
lampje, dat aan de machine geklemd
kan worden en alleen het kleine veld
verlicht, dat de naaister steeds in
het oog moet houden om goed werk
te leveren.
Het is waar, dat de buitengewone
uitbreiding van de confectie er toe
geleid heeft, dat de machine in het
gewone gezin een veel geringere rol
behoeft te spelen dan in het begin
van onze eeuw nog noodig was.
Toch is de rol nog vrij groot en
is de machine een vrijwel onontbeer
lijk hulpmiddel geworden, dat bij
reparaties en bij het maken van
nieuw goed (sterk beïnvloed in hoe
veelheid en afwisseling door de
mode) de taak veel gemakkelijker en
aangenamer maakt.
De confectiefabrikanten gebruiken
tal van naaimachines van verschil
lende vormen en voorzien van zulke
hulpmiddelen, dat ze vrijwel voor elk
onderdeel een speciale machine
vormen, gin het algemeen zijn ze
stationair en wordt het te verwer
ken goed onder de naald doorgevoerd.
In enkele gevallen zijn de machines
beweeglijk en ligt bet goed vast.
Dit is bijv. het geval bij zwaar
weefsel voor zeilen waar de naden
gestikt worden door middel van een
speciale naaimachine rijdend langs
de zware banen.
worden gekalmeerd en gesterkt en
Uw slaap wordt weer rustig door
het gebruik van
Mijnhardt's Zenuwtabletten
Glazen Buisje 75 ct. Bij Apoth. enDrog
terstond te komen, alles vergeten,
v/ensch stervende te vervullen. Sein
aankomst.
José Elardi. Hotel Royal Bordighera"
Hoezeer ook deze tijding het ge
moed van den verlaten echtgenoot
in beroering bracht, toch kon hij er
niet toe besluiten gevolg te geven
aan den smeekenden roep van zijn
zwager. Hij had nu eenmaal met
die vrouw afgerekend en was te
vreden, dat in de laatste haar beeld
bijna zonder onderbreking geheel uit
zijn geest uitgewischt, dat de wond,
aan zijn eer als man en vader toe
gebracht, zoo goed als geheeld was,
echter niet zonder een merkbaar
lidteeken achtergelaten te hebben,
waaraan hij vooral herinnerd werd
bij bet aanschouwen van zijn doch
ter, die nooit de liefde en de zorg
eener moeder gekend had.
Lang zat hij zoo te peinzen in
zijn lagen leunstoel bij den haard.
Plotseling stond hij op, schelde en
gaf bevel de auto te laten voorko
men.
Naar den ontvanger, zei hij
tegen den chauffeur.
Toen hij den ouden vriend en
diens dochter met den inhoud van
het telegram bekend gemaakt had,
zei de eerste:
Wel?.. Wat kom je eigenlijk
hier doen Waarom heb je Soledad
niet terstond gehaald en bent met
haar vertrokken
Omdat ik er niet toe besluiten
kan Feliza nogmaals te zien. Ze
heeft het al die jaren zonder mij en
Soledad gesteld, nu moet ze ook
maar zonder mijn vergiffenis uit het
leven scheiden 1
De Zeereerw. Pater P. Willems, uit
Megel werd met een anderen mis
sionaris en acht broeders-Maristen
door een bende Chineezen weggevoerd
en hij laat onderstaande beschrijving
zenden van zijn lotgevallen aan de
N.K., waaraan wij het volgende ont-
leenen
In de West-Bergen, ongeveer 18
K.M. van Peking, liggen twee kloos
ters der broeders Maristen, aan den
voet van den berg bet eene, het
andere eeD kwartier loopens berg
opwaarts. Deze dus altijd zoo stille
en rustige eenzaamheid werd 30
Augustus j.l., 's morgens om 6 uur
onverwacht op een barbaarsche
manier verontrust door een Chinee
sche bende van ongeveer 300 man,
in militaire, studenten- en burger-
kleeding.
De broederoverste van het eene
klooster kreeg een kogel in zijn
onderlijf. Hij is nu gelukkig buiten
gevaar.
Kasten werden opengebroken en
alles, wat gemakkelijk mee te nemen
was, werd er uit gehaald. In de kapel
en de studiezalen is evenwel niets
weggenomen of vernietigd. Dit kloos
ter ligt langs den grooten weg. Het
oproer duurde niet lang, waarschijn
lijk gevoelde de bende zich niet vol
doende veilig.
De gewonde overste werd naar ons
huis op den berg gedragen. De
Broeders met 60 studentenen Pater
Feely, lazarist, moesten allen mee.
Hier had ik juist de H. Mis gelezen.
Toen ik de misgewaden aflegde,
arriveerde een groep van de bende
en loste drie schoten door de ruiten
der kapel. Gelukkig werd niemand
gewond.
Terwijl een broeder de deurj inder
haast op slot deed, gingen we allen
door een andere deur naar beneden.
Daar ik het mijn plicht achtte, de
bende toe te spreken, offerde ik mijn
leven aan God op en verwekte een
akte van berouw.
A Hes liep beter af dan te voorzien
was. Vóór de buitendeur ontmoette
ik een beleefd officier, omringd van
lieden in studentenkleeding en met
een vriendelijk gezichthij bracht
in enkele minuten kalmte onder de
woedende bende.
Met de Broeders van het andere
klooster moesten wij allen in de
studiezaal blijven. Wij waren gevan
genen. Terstond dacht ik aan de H.
Hosties in het tabernakel en ging ze
nuttigen. De misgewaden zag ik alle
op den grond liggen, gestolen of
vernietigd was er niets. De gewijde
vaten waren opgesloten en gespaard
gebleven. Hoe erg het ook uitzag,
de materieele schade was in beide
huizen tezamen zeker niet boven de
duizend dollar. Mijne womng was
ook gespaard gebleven.
Later hebben wij vernomen, dat er
onder deze groep een aantal Chris
tenen en studenten was, die wij later
meest allen hebben leeren kennen.
En met groot genoegen hebben wij
kunnen constateeren, dat velen hun
ner eerlijke lieden waren, die de
plundering en andere wandaden niet
hebben kunnen tegengaan, maar er
geenszins in hebben meegeholpen,
integendeel dikwijls hun spijt over 't
gebeurde hebben uitgedrukt. Deze
studenten, misschien wat al te
enthousiast, maar echt patriottisch
gezind, hebben zich bij andere sol
dalen aangesloten om gezamenlijk
Foeiriep Netje op zulk een
toon van verontwaardiging, dat zij
zelf er van schrok. Wou je weiger
achtig blijven de hand ter verzoening
te reiken aan een stervende, die be
rouw heeft Maar 't is waar, men
scben, die het geloof in God verloren
hebben, zijn voor edele gevoelens
en zielsuitingen niet meer ontvanke
lijk, die redeneeren alleen individu
alistisch en materialistisch
Netje had een kleur gekregen bij
deze schampere woorden, die haar
de anders zoo bedachtzame en terug
houdende, spontaan over de lippen
gestormd waren; ze was er zelf
verlegen van.
Doch ze zou niet alleen staan met
haar oordeel, er kwam hulp.
Netje heeft gelijk, Alfred, zei
de ontvanger. Ik kan begrijpen, dat
de wrok diepe wortels in je hart
geschoten heeft, dat je den smaad
jou en je kind aangedaan Diet hebt
kunnen vergeten, maar als de dood
aan de koorden van het gordijn
trekt, waarachter het oordeel met de
voor eeuwig geldende rechtspraak
zal geveld worden, moeten alle aard-
sche gevoelens van wrok en ver
bittering wijken. Ik zeg 't nog eens,
dat ik begrijpen kan hoe verbitterd
je geweest bent, maar ik ken je goed
en weet ook dat in je binnenste
toch een ander gevoel aan 't werk
is, dat alleen moeite heeft je ge
kwetste eigenliefde eronder te krij
gen. Kom maar voor den dag, met
de edelmoedigheid der Delmottes, die
nog niet kon uitgestorven zijn, al is
de laatste mannelijke telg ook een
renegaat geworden. Bezin je geen
(oogenblik meer, Alfred Spoed je j
tegen hun vijand te strijden. Een
ander, niet klein getal liet zich al
te zeer door de geldzucht leiden en
vond, om zijn doel te bereiken, alle
middelen goed.
In gevangenschap.
Zooals ik reeds zeide, waren we
allen in de studiezaal gevangen en
we werden goed bewaakt. Niemand
kon de vlucht nemen. Intusschen
hield er een een vurige toespraak
over de vaderlandsliefde en over hun
goede bedoelingen. Duidelijk lieten
zij ons hooren, dat ze wapens en geld
noodig haddendaar zij ons ver
dedigden tegen den vijand, moesten
wij hen steunen. Wapens hadden wij
niet, de geriDge som gelds in ons
bezit werd niet voldoende geacht;
er was niets aan te doen. Ze zouden
de beide aalmoezeniers en de Euro-
peesche broeders (niet de Chineesche)
meevoeren.
Tegen den middag kwam een veer
tigtal Japansche soldaten om de
benden te verslaan en ons te be
vrijden. Sedeit 28 Juli is Peking en
deze streken door de Japanners be
zet.
Willens of onwillens, Pater Feely,
een Zeelander, ik, de Broeder overste
met nog een Franschman, drie Hon
garen, twee Spanjaarden en een
jonge Duitscber, pas aangekomen,
moesten met een groepje der bende
mee. Het grootste deel bleef op den
berg om zich tegen de Japanners te
verdedigen. Deze lieten in onze ber
gen minstens twaalf dooden.
Wij waren gevangenen. Met een
volkomen nuchtere maag moesten
we den berg afdalen. Voor ons en
voor de Broeders die bleven was 't
een smartelijk afscheid. De gebeur
tenissen van den morgen overden
kend vroeg iedereen zich afwaar
gaan we been Wat zal er met ons
gebeuren Zullen we nog ooit terug-
keeren
Maar wij wisten ons ook weder-
keerig te troosten. Gods steun was
zoo krachtig, dat ik gedurende de
beele gevangenschap nooit iemand
voor een oogenblik den moed heb
zien verliezen. Zeker, allen wilden
graag zoo spoedig mogelijk huis
waarts keeren, maar voortdurend
hoorden- we den een of den ander
zeggenGods wil geschiede
Wij waren met ons tienen. Pater
Feely en drie Broeders werden den
zesden dag vrijgelaten. Ik werd met
twee Broeders den 17en September,
na achttien dagen, vrijgelaten. De
Overste met. nog twee Broeders zijn
nog niet vrij, maar wij verwachten
ze eiken dag.
Een zwerftocht.
Gedurende mijn achttiendaagsche
gevangenschap heb ik in negen ver
schillend dorpen gelogeerd, alle langs
de bergen gelegen. Wanneer we van
plaats veranderden, hebben we nooit
meer dan 15 K.M. op één dag afge
legd. Den eersten dag moesten we
met onze leege maag nog al vlug
vooruit, want de Japansche kogels
floten boven ons hoofd. Den tweeden
dag moesten we van 's morgens
vroeg tot 10 uur in den morgen door
stortregen en modderwe waren
allen doornat en konden niet van
kleeding verwisselen. Wij kregen
ieder een beddedeken, waar we den
heelen dag mee bedekt bleven, terwijl
toog en ondergoed langzaam op
droogden. Er ontbrak ons niets dan
een fotograaf om dat schouwspel te
vereeuwigen.
Drie maal hebben we tot 's avonds
11 uur en één keer tot 1 uur in 't
donker langs goede, slechte en
modderwegen rondgeioopen. Uitgeput
maar vol moed kwamen we vol slijk
in een onbekende plaats.
naar het sterfbed van je vrouw, reik
haar de hand der verzoening, opdat
de arme afgedwaalde ziel in ruste
insluimeren moge
Denk er aan, dat je dochter
later, wanneer zij zou vernemen, dat
jij geweigerd hebt haar moeder ver
giffenis te schenken en haar terug
gehouden hebt van haar sterfbed, je
misschien daarom zal vervloeken.
Komaan, Alfred, talm niet langer
Zeg dat ge terstond wilt vertrekken,
gis ge ook nog iets hecht aan de
vriendschap en de achting van mij
ouden man en van mijn dochter.
De heer van Melle was diep be
wogen toen hij deze woorden sprak
en Netje snikte.
Welaan, het zij, sprak de dok
ter. 't Is misschien toch goed, dat
ik naar haar toe ga. Maar Soledad?
Die zal ik wel gaan halen,
zei Netje. Terwijl ik naar Venhorst
rijd met de auto om het kind te
halen, kun jij de reisroute nazien en
de voorbereidingen voor het vertrek
regelen. Mag ik de auto nemen, ja
Welnu, dan ben ik al op weg.
Den volgenden morgen stoomden
de dokter en zijn dochter met den
Rivièra-expres reeds langs de oevers
van den Rijn naar het zonnige Zui
den.
Ze hadden beide niet gedacht de
streken, welke zij dien zomer voor
hun genot bereisd hadden, zoo spoe
dig weer te zien en nog wel tenge
volge van zulk een droevige oor
zaak.
Zwitserland lag bedolven onder
een sneeuwkleed.
Toen zij echter tegen den morgen
de Italiaansche grens gepasseerd
Eens moesten we in een brandende
zon nogal tamelijk ver loopen.
Nauwelijks hadden we eenige K.M.
afgelegd, toen ik niet meer vooruit
kon. Op een draagstoel werd ik door
vier mannen gedragen en kwam
triomfantelijk op onze nieuwe plaats
van bestemming, 's Morgens moesten
we drie maal tusschen 3 en 4 uur
opstaan om uit te gaan. Wij lachten
met alle miserie. Hoe dieper we in
een modderkuil vielen, hoe harder
we lachten. .,La vie est belle", zeiden
we.
Ons voedsel was meest altijd
vogelzaad, soms gekookt meel of
rijst, met van tijd tot tijd wat vet
vleesch, wat mijn maag niet aan
nam. Ook eieren kregen we nog al
dikwijls. Den dag onzer ontvoering,
kon ik, omdat we in 't geheel niets
gegeten hadden na een uur loopen
niet meer vooruit. Ieder kregen we
nu twee kleine appeltjes en toen
kon ik weer langzaam voortsukkelen.
Wij rustten dikwijls en de af te
leggen afstand was niet ver.
's Avonds werden we bij een boer
ingekwartierd en kregen ieder vier
eieren met oneetbaar vogelzaad.
Den volgenden morgen was 't weer
hetzelfde voedsel en de eieren gin
gen er met smaak in. Goed vogel
zaad en goed klaargemaakt at ik
met smaak.
Onze maaltijden waren erg onge
regeld. Toen we 's morgens tusschen
3 en 4 uur weg moesten, konden we
in haast iets eten. Den tweeden
maaltijd kregen we gewoonlijk tus
schen 5 en 8 uur 's avonds. Aan veel
vliegen tusschen ons voedsel en vuile
potjes werden we langzaam gewoon.
Van overdaad hebben we nooit mis
bruik gemaaktdat kan iedereen
duidelijk aan onze magere gezichten
zien. Het is een uitstekende kuur
voor al te zwaarlijvigen en de al te
fijngevoeligen kunnen in zoo'n om
geving met groot profijt les gaan
nemen.
Onze logeerplaatsen waren gewoon
lijk de beste vertrekken, welke in
een dorp te vinden waren. Bij dag
of bij nacht, altijd kwamen we on
verwacht in een dorp. De menschen
moesten hun woningen enbeddegoed
voor de soldalen en voor ons af
staan.
Zoo goed als wij konden sliepen
wij op een soort platten oven, die
plaats genoeg bood voor 6 personen.
Deze rustplaatsen waren meestal
zoo hard en naakt als een steenen
vloer. Voor drie personen hadden wij
altijd een kleine, dunne, vuile, vettige
en stinkende deken. Om ons te ver
warmen hielden we toog, schoenen
en verdere kleeren aan. Daar ik gauw
kou vat in den rug, verwarmde ik
na middernacht mijn rug tegen dien
van een broeder We bewezen elkaar
wederzijds liefdehulp.
Overdag was 't in onze vertrekken
een echte vliegenplaag, 's nachts
waren er veel insecten, die ons geen
oogenblik met rust lieten. De jonge
Broeders sliepen goed en krabden
zich slapende. Daarbij hadden we
dag en nacht onophoudelijk herrie
van soldaten, die ons bewaakten.
Vroeger meende ik, dat missiona
rissen niet fijngevoelig zijn, nu heb
ik ondervonden, dat al dat vuile,
met dat onophoudelijk gespring, ge-
kruip en gebijt niet volgens mijn
menseh was. Enfin, ik heb vele
nachten heel of half slapeloos door
gebracht, Ik kende geen goeden nacht.
Gevaarlijke dagen-
De barbaarsche aanval op onze
kapel in 't noodlottig schot op een
overste hadden ook in Peking een
slechten indruk gemaakt. De gezan
ten, de bisschop, missionarissen.
waren, lachte het landschap hen te
gemoet in zonnige bloemenpracht en
groen.
Te Bordighera werden zij afge
haald door don José, die zeer be
drukt en hen mededeelde, dat de
lijderes nog wel in leven, maar toch
aan het einde was.
Op den rit naar het hotel vertelde
hij, dat zijn zuster van Nizza uit in
gezelschap van een paar Argentijn-
sche kennissen een autotocht naar
Genua ondernomen had.
Daar Feliza wist, dat haar broer
in Bordighera was, had zij met haar
vrienden, hem daar een bezoek ge
bracht.
Nauwelijks waren zij een half uur
vertrokken, toen men hem kwam
vertellen, dat de auto, waarmee de
reizigers naar Genu gereden waren,
even builen het plaatsje van den
weg geraakt en in een ravijn gestort
was
Hoe het ongeval gebeurd of waar
door het veroorzaakt was, wist nie
mand te zeggen. De chauffeur was
op slag gedood en senorita Feliza
zoo verschrikkelijk verminkt van
onder de auto vandaan gehaald, dat
men er geen menschelijk wezen uit
herkend zou hebben.
De heer en mevrouw Laruns waren
er met lichte verwondingen afgeko
men, maar hun beider zenuwgestel
was dusdanig geschokt, dat zij zich
niets herinnerden
Don José, die terstond naar de
plaats des onheils was geijld, had de
arme verongelukte zuster met zijn
auto naar zijn hotel gebracht, waar
ze terstond onder behandeling van
twee bekwame dokters gesteld werd.
broeders, zusters en de christenen
waren ,vol zorgen over ons en hebben
veel voor ons gedaan en gebeden om
ons vrij te krijgen. We waren in een
gevaarlijk millieu. De zorgen waren
niet ongegrond. Nooit is het gebeurd
dat er in één keer zoovelen tegelijk
en uit zooveel verschillende landen
z\jn weggevoerd.
Hoe barbaarsch de aanval ook was,
moesten we toch met dankbaarheid
erkennen, dat wij gedurende onze
gevangenschap nooit gebrutaliseerd
zijn door woorden of daden. Voor mij
alleen was 't de eerste week moeilijk
en ik moest wel eens harde woorden
hooren om de volgende reden: Ik
was bijna de eenige, die Chineesch
sprak en ze wilden van ons een aan
zienlijke som gelds loskrijgen. Eerst
moesten we een millioen, later 50.000
dollar betalen als losprijs; anders zou
niemand worden vrijgelaten en mijn
leven was in groot gevaar. Om die
som los te krijgen, gebruikten ze
meestal sluwe vleitaal. Dat hielp niet,
want ik kon niets geven of beloven.
Toen veranderde de taal, voor één
keer, in eenige korte maar harde
woorden: ..als gij niet geeft wat wij
vragen, schieten We je onmiddelrjk
dood". Met minder ruwe woorden
hebben ze mij drie maal gezegd, dat
mijn leven in gevaar was, Uiterlijk
bleef ik altijd zeer kalm en zei: ,,'t
Spijt me zeer u niet te kunnen vol
doen, maar wat mijn leven betreft,
enkele jaren meer of minder te leven,
kan me niet gelukkiger maken; ons
geluk vinden we na onzen dood." Ik
eindigde altijd met een klein preekje.
Toen zei de tweede chef met een
glimlach op de lippen en in zeer
vleiende woorden: „Beste vriend, 't
spijt me zeer, u te moet zeggen, dat
er voor u zeer groet gevaar bestaat
als de onderhandeling niet spoedig
en gunstig afloopt."
Ik antwoordde eveneens glim
lachend: Beste vriend wij zijn in uwe
handen, maar wat mijn toestand
aangaat: Ik leefde 26 jaren in China,
altijd heb ik getracht de Chineezen
goed te doen. Al 't geld, dat ik uit
Nederland ontving, besteedde ik voor
scholen en aalmoezen, nu blijft me
niets meer over en kan dus niets
geven, ik meen, dat ge een eerlijke
chef zijt en ik vertrouw op uw eer
lijkheid. Zeg me welk kwaad ik en
deze Broeders bedreven heb en straf
ons volgens onze misdaden. Wij zijn
bereid om te boeten en te sterven.
Vindt ge in ons geen misdaden,
waarom dan deze behandeling^? Enz.
Hij lachte en zei: „U wil ik niet
meer hier houden."
Na dien dag hebben ze- me met
rust gelaten; nooit werd er nog over
losgeld gesproken. De chefs kwamen
dikwijls met on3 praten. Meermalen
zeiden ze me later, dat er van mij
niets los te krijgen was, dat ik een
goed pleiter was, die te lange jaren
in China had geleefd en te sluw
was geworden in 't behandelen van
zaken. Die gelukkige verandering is
gekomen dank zij de studenter, die
ons altijd goedgezind waren en 't
gebeurde niet mooi vonden. Zij waren
ook niet voor den losprijs. Van 't
begin af hebben zij gewerkt om ons
zoo spoedig mogelijk vrij te krijgen
Daar een deel der bende echter heel
anders gezind was, heeft de gevan
genschap langer geduurd.
Ziedaar een korte beschrijving van
ons avontuur. Wij hebben weer een
nieuwe ervaring opgedaan, die ons
wel niet veel geleerd heeft, maar
van christelijk geloofsstandpunt be
schouwd zéér nuttig is geweest.
P. WILLEMS.
De gezondste tanden,
indien u poetst met wat goeds, dus'met
Tube 60,40 ct. Doos 20 ct. IVOROL
Deze hadden echter na hun on
derzoek eensluitend verklaard, dat
er geen kans op genezing bestond
en de lijderes nog slechls een paar
dagen in leven kon blijven.
Daarop had haar broer het drin
gende telegram aan zijn zwager af
gezonden, nadat hij met Feliza, die
weer bij bez nning gekomen was,
gesproken had.
De wufte, genotzuchtige vrouw,
was op een verschrikkelijke wijze
plotseling tot inkeer gekomen.
Zij vleide zich niet meer met een
herstel, want zij wist, dat haar rug-
gegraat gebroken was, waardoor zij
ondragelijke pijnen leed.
De geneesheeren hadden haar het
hopelooze van haar toestand niet
durven verbergen.
Het was don José's werk geweest,
dat de lijderes gebiecht en de H.H.
Sacramenten der stervenden ontvan
gen had.
Wat zij aan den priester gebiecht
had, zal een eeuwigdurend geheim
blijven, doch tegenover haar broer,
die haar bijna geen oogenblik ver
liet, had zij onder heete tranen van
berouw, zichzelf aangeklaagd en be
schuldigd^ wegens het ontzaglijke leed
dat zij haren man had aangedaan,
door hem op zoo'n lichtzinnige ma
nier te verlaten en wegens de schan
de, welke zij daardoor op hem en
hun kind gebracht had.
Toch had zij de verzekering ge
geven, dat hoe wuft en lichtzinnig
zij ook geleefd mocht hebben, zij
nooit een overspelige echtbreekster
geworden was.
Toen de reizers de kamer betra
den, waar de stervende op een groot
Laatste toevlucht.
[Spaansche regeering naar
Barcelona.
Wanneer we spreken van „De
Spaansche regeering is naar Barce
lona gevlucht", dan lijkt dat onjuist.
Immer en dat geven we grif toe
het is geen directe militaire nood
zaak, waarom het kabinet-Negrin
en de president der republiek Valencia
verlaten. Zij worden niet op de hielen
gezeten door een overwinnend leger
van tegenstander, maar tóch het
vertrek is gebaseerd op sombere
militaire overwegingen. Nuhet.Noord-
front is geliquideerd en aldus een
groot nationalistisch leger vrij kwam,
beseft men te Valencia, dat eiken
dag een offensief der tegenstanders
is te verwachten, dat Valencia van
Catalonië isoleert, door een oprukken
der nationalisten naar de kust. Wan
neer dat is gebeurd, zou de regeering
in geval van nood niet meer kunnen
wegkomen, althans geen invloed meer
kunnen laten gelden op den gang van
zaken aan het uiterste front, d.i. dat
van Catalonië.
Met het besluit der regeering om
naar Barcelona te trekken, is deze
hoofdstad van het autonome Catalonië
feitelijk tevens de Spaansche hoofd
stad geworden, althans van het re-
geerings-Spanje.
Begin van het einde?
Het moet op de regeeringsgetrou-
wen een ontstellend demoraliseeren
den invloed uitoefenen, als ze er zich
rekenschap van weten te geven, dat
de regeering zich in veiligheid heeft
gesteld, terwijl zij zelf practisch ge
heel aan hun j:ot worden overgelaten.
Men hoort dan ook nu reeds geruch
ten over allerlei opstanden in regee-
riDgg-Spanje; en ofschoon daar steeds
officiëele tegenspraken op loskomen,
aarzelt men toch daaraan onvoor
waardelijk vertrouwen te schenken.
Burgeroorlogen, evenals trouwens
alle oorlogen, hebben overwioubget.
noodig; ontbreken deze, dan zal de
stemming wegzakken en gemeenlijk
zijn daarvan opstanden en zelfs
revoluties het gevolg.
Het zou dan ook wel verwonderlijk
zijn, als het regeerings-Spanje hierop
een uitzondering zou maken. Dat is
practisch ondenkbaar.
Sensationeele verrassingen zijn dan
ook geenszins uitgesloten en het is
allerminst ondenkbaar ofschoon
men ter zake natuurlijk geen enkele
zekerheid kan hebben dat stad
na stad bijna zonder strijd in handen
van Franco valt. Als een dergelijke
actie' eenmaal ontketend is, is zij zoo
goed als niet meer te houden.
Psychologische invloeden zijn in
dergelijke perioden van een burger
oorlog wellicht nog van grooter
kracht dan de militaire macht.
De oorlog in China.
Ondanks de Japansche overwin
ning aan het Sjanghai-front, zijn de
vorderingen der Japanners aldaar
nog niet groot. Hun aanvallen blij
ven echter moorddadig en ze zijn
evenzeer uit op de vernietiging der
burgerbevolking als van de Chi
neesche legers. Een gedeelte van
Sjanghai is nog steeds in Chineesche
handen.
In Noord-China is het krijgsbedrijf
getemperd, doordat de Japanners
troepen aan dit front onttrekken
voor versterking van den aanval op
Sjanghai. De Chineezen behaaldenfin
het Noorden plaatselijke successen.
Vredesvoorwaarden
Berichten, als zouden de Japanners
vredesvoorstellen hebben kenbaar ge
maakt, worden zoowel van Japansche
als Chineesche zjjde ontkend. Wel
heeft de woordvoerder van het
Japansche ministerie van'Buit. Zaken
aan buitenlandsche correspondenten
medegedeeld:
„Indien Chipa directe voorstellen
doet tot het aanknoopen vap vredes-
onderhapdelingen, dan zal de Japan
sche regeering niet aarzelen in be
sprekingen te treden over de beëin
diging van de vijandelijkheden. Tot
heden heeft China zich echter niet
met dat doel tot de Japansche re
geering gewend".
China zal dat voorloopig ook wel
bed uitgestrekt lag, konden zij bij 't
gedempte licht slechts met moeite
iets van haar gelaat onderscheiden.
Behalve de gebroken ruggegraat,
waren beenen en een der armen
hevig gekneusd en het hoofd dus
danig verwond, dat men feitelijk nog
geen afdoend onderzoek had kunnen
inslellen.
De dikke bandages om het hoofd
lieten slechts een gedeelte van het
gelaat vrij, dat waskleurig bleek en
pijnverwrongen uitzag.
Niet bij machte een woord te
uiten, was de rampzalige echtgenoot
naast het ziekbed neergeknield en
had de gezonde hand der lijderes in
de zijne genomen en innig gedrukt.
Wordt vervolgd.