TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
Openbare vergadering van den Raad
der gemeente Venray,
Zaterdag 6 Februari 1937
Acht en vijftigste Jaargang No 6
gehouden op 29 December 1936, namiddags 3 uur.
Voorzitter: de heer G. H. Houben, loco-burgemeester.
Secretarisde heer A. F. M. van Haaren.
Afwezig met kennisgeving, wegens ziekte, de heer G. H. Reintjes.
De VOORZITTER opent de vergadering met gebed.
By de hierna gehouden trekking blijkt, dat no. 13 getrokken is, zoo
dat bij stemmingen in deze vergadering no. 13 der presentielijst, i.e. de
heer Odenhoven het eerst zijn stem moet uitbrengen.
Het proces-verbaal van kasopname bij den Gemeente-Ontvanger over
het 4de kwartaal 1936 wordt na voorlezing voor de leden ter inzage
gelegd.
Hierna is aan de ordeVoorloopige vaststelling der gemeentereke
ning dienst 1935, met rapport der Commissie.
De VOORZITTER zegt, dat deze rekening 4 December 1936 aan den
Raad is overgelegd, daarna 14 dagen ter Secretarie voor eenieder ter
lezing heeft gelegen en tegen betaling der kosten verkrijgbaar is ge
steld. Waar aldus is voldaan aan de wettelijk voorgeschreven forma,
liteiten, kan de Raad overgaan tot voorloopige vaststelling.
Spreker leest vervolgens het rapport van de in de vorige vergadering
benoemde Raadscommissie voor onderzoek der rekening voor, waaruit
blijkt, dat de Commissie die rekening heeft onderzocht en zij deze met
alle bescheiden tot staving van inkomsten en uitgaven, geheel in orde
en met elkaar strookend heeft bevonden, weshalve zy den Raad advi
seert, deze rekening voorloopig vast te stellen.
Hierna wordt de gemeenterekening met algemeene stemmen voor
loopig vastgesteld op f 468257.50 in ontvangsten en f 428196.25 in uit
gaven, zoodat zij een batig slot oplevert van f 40061.25.
De beide Wethouders hebben zich overeenkomstig de wet van 'Stem
men onthouden.
De VOORZITTER dankt hierna de Commissie-leden voor de door hen
verrichte taak.
Vervolgens wordt algemeen goedgevonden aan B. en W. de bevoegd
heid te geven artikel 141 der Algemeene Politieverordening Venray en
artikel 5 der Bioscoopverordening ook wederom voor 1937 buiten wer
king te stellen.
Hierna wordt behandeld het verzoek van P. H. J. Kleuskens, exploi
tant van het Luxor-Theater te Venray, om den reizenden Bioscoop
exploitant, den heer Riozzi uit Breda, geen vergunning meer te verleenen
tot het houden van bioscoop-voorstellingen gedurende de Venraysche
kermis.
Na voorlezing van het request zegt de VOORZITTER, dat Kleuskec
dit verzoek nog mondeling heeft toegelicht en daarbij verklaarde voor
de kermis een garantie van belasting te willen stellen van minstens
f 225welk bedrag tot nog toe jaarlijks door Riozzi wordt betaald.
De heer VAN BOVEN zegt, dat inwilliging van deze aanvrage iets
voor, maar ook veel tegen heeft; wij mogen ook de Groote Markt niet
van alles ontrooven; ook daar moet een deel der kermis blijven.
Spreker was eerst tegen inwilliging van het verzoek. Na de monde
linge toelichting heeft hij er thans echter een anderen kijk op, maar
toch is deze nog niet zoodanig, dat hij reeds thans een beslissing kan
nemen. Hij stelt daarom voor, dit punt aan te houden, om eventueel
deze zaak nog eens met den exploitant te bespreken.
De VOORZITTER antwoordt, dat de aanvragen voor de kermis reeds
in Januari binnen komen.
De heer MILLEN vraagt, hoe B. en W. over deze kwestie denken.
De VOORZITTER zegt, dat B. en W. nog geen gefundeerd oordeel
hebben. De mondelinge bespreking heeft eerst gisteren plaats gehad en
Venray zal wel de eenigste plaats zijn, waar zich deze moeilijkheid voordoet.
De heer ARTS wijst er op, dat bij niet-inwilliging van dit verzoek,
de heer Kleuskens zich misschien gedwongen ziet zijn bioscoop gedu
rende den zomer vier maanden te sluiten, hetgeen ook een groote
schade voor de gemeente is.
De heer ODENHOVEN zegt, dat dit laatste voorloopig buiten be
schouwing kan blijven. Wat in het request staat, is echter niet geheel
juistniet Kleuskens heeft concurrentie gekregen, maar Riozzi. Deze
was het eerste hier en heeft de oudste rechten. Spreker meende dit
even in het midden te moeten brengen en steunt verder het voorstel
van den heer van Boven, om deze zaak aan te houden.
De heer MILLEN zou de aanvragen om standplaats voor de kermis
nog even laten liggen, misschien doet zich intusschen ook iets anders
op voor de Groote Markt.
De heer ODENHOVEN vestigt de aandacht op de mogelijkheid, dat
Riozzi ook meer wil betalen.
De SECRETARIS deelt mede, dat hij inmiddels in verband met de
opmerking van den heer Arts, heeft doen nagaan, welke bedragen
Luxor-bioscoop in de zomermaanden van 1936 aan vermake'ijkheidsbe-
lasting heeft betaald. Deze bedragen zijn als volgtMei f 107.75; Juni
f 75.02; Juli f 27.34; Augustus f 198.98 en September f 73.52. In totaal
werd dus over die 5 maanden betaald f 482.61, terwijl over het geheele
jaar 1936 het bedrag is f 1310
De heer ARTS wijst er op, dat de plaatselijke bioscoop, behalve dit
geld, ook nog heel wat centen in de gemeente achterlaat, terwijl Riozzi
alles meeneemt.
De heer PUBBEN zegt, niet tegen aanhouding te zijn, doch vertrouwt
dat B. en W. dan ook met een afgerond voorstel zullen komen.
De heer VAN HAREN zou Riozzi kennis geven van een en ander.
De heer VERMEULEN vindt het niet zuiver dit tegenover Riozzi uit
te spelen.
De heer VAN BOVEN blijft het een gevaarlijk precedent vinden.
Spreker zou ook wel kunnen vragen geen vreemde vischkramen toe te
laten, hoewel hij hier niet aan denkt.
Wordt algemeen goedgevonden dit punt aan te houden tot de vol
gende vergadering.
Vervolgens wordt algemeen goedgevonden, op de gemeentebegrooting
voor 1937 een bedrag van f 200.uit te trekken, teneinde daaruit over
dat jaar aan het St. Thorn as-college te Venlo een subsidie te betalen,
berekend naar f 75voor eiken uit Venray afkomstigen leerling, die
dat geheele jaar de afdeeling handelsschool zal hebben bezocht. Tevens
zal hieruit worden betaald een bijdrage van f 16.67 over het tijdvak
1 Sept31 Dec. 1936, gedurende hetwelk deze school werd bezocht door
een leerling uit Castenray.
Hierna stelt de VOORZITTER aan de orde punt 6 der agenda: Ver
zoek van de R.K. Stichting „Gezond Limburg" om subsidie ten behoeve
van de verpleging van arme tuberculose-lijders in deze provincie.
Burgemeester en Wethouders stellen voor geen subsidie te verleenen,
aangezien de plaatselijke afdeeling van het R.K. Groene Kruis de kosten
van verpleging der patiënten uit Venray door genoemde stichting,
betaalt.
De heer MILLEN zou toch een klein postje hiervoor, b.v. f 25.op
de begrooting uit te trekken.
De heer VAN HAREN meent ook, dat het werk sympathie waard is
en zou dan ook willen voorstellen f 15.subsidie te verleenen.
De heer ODENHOVEN is ook voor een subsidie van f 15.
Hierna wordt algemeen goedgevonden f 15.subsidie te verleenen
aan de R.K. Stichting „Gezond Limburg".
Thans stelt de VOORZITTER aan de orde punt 7 der agenda: Benoe
ming voorzitter en leden der Commissie tot wering van Schoolverzuim.
De heer VERMEULEN wijst er op, dat B. en W. de laatste jaren dit
werk hebben gedaan. Hij meent echter, dat de taak van Burgemeester
en Wethouders toch al zoo zwaar is, dat het meer gewenscht voorkomt,
andere personen in deze commissie te benoemen.
De VOORZITTER merkt op, dat deze Commissie dan geld zal gaan
kosten, b.v. presentiegelden en vergoeding voor waarneming secretaris
schap.
De heer VERMEULEN meent, dat dit toch niet zooveel behoeft te zijn.
De VOORZITTER zegt, dat de werkzaamheden van die Commissie
niet zoo zwaar zyn. B. en W. kunnen en willen dat wel voor hun reke
ning nemen.
De heer VERMEULEN zegt, dat als B. en W. meenen, dit werk er
bij te kunnen doen, hy geen bezwaar heeft om B. en W. dan weer als
zoodanig te benoemen.
Hierna licht de VOORZITTER nog toe waarom B. en W. dit werk
zijn gaan doen. Vroeger bestond hier een Commissie tot wering van
Schoolverzuim. Deze Commissie heeft hare werkzaamheden gestaakt en
wenschte deze niet te hervatten als zij geen presentiegeld ontvingen en
den secretaris der Commissie geene toelage van f 200.per jaar werd
gegeven.
De heer ODENHOVEN meent, dat er ook nog een brief is geweest
van den Inspecteur van het Lager Onde'rwijs, dat B. en W. dit niet
langer mochten doen.
De VOORZITTER wijst er op, dat B. en W. het in den beginne in
gevolge de Leerplichtwet deden, maar dat zij daarna als Commissie tot
wering van Schoolverzuim zijn benoemd. Dit is toch ook de voordeelig-
ste weg, daar dit nu geen extra kosten met zich brengt, wyl het werk
nu op de Secretarie tusschen de gewone werkzaamheden door geschiedt.
De heer VERMEULEN vindt het toch geen zuivere zaak.
De VOORZITTER vraagt; waarom geen zuivere zaak De heer Pub
ben, die indertijd als Wethouder deze questie heeft meegemaakt, zou
de zaak misschien nog nader kunnen toelichten.
De heer PUBBEN licht den gang van zaken daarna nogmaals toe,
ssooals ook reeds door de Voorzitter was geschied.
De VOORZITTER stelt voor aan de Commissie ook nog de Gemeente- Ook is er in de voorvergadering reeds over gesproken om Jen weg
Secretaris toe te voegen. naar Merselo, den weg GeysterenCastenray en den weg Overbroek
De heer VERMEULEN zou de benoeming van de Commissie toch nog Ysselsteyn van een gesloten wegdek te voorzien en hiervoor dan een
maar eens aan willen houden tot een volgende vergadering. leening aan te gaan. De onderhoudskosten zullen dan de eerste jaren
De VOORZITTER zegt, dat dit niet kan, want dan hebben we geen zeer gering zijn en de kosten van rente en aflossing der leening niet
Commissie meer. De leden zijn maar benoemd tot 31 December. zoo hoog als de onderhoudskosten thans zijn geraamd. Spreker vraagt,
De heer PUBBEN zegt, dat de Raad veilig B. en W. als zoodanig kan of de plannen hiervoor reeds zyn opgemaakt,
benoemen. Het werk is hier in goede handen. j De VOORZITTER antwoordt van neen; dat gaat zoo maar niet in
De heer VERMEULEN vraagt, of het de bedoeling is de Gemeente- enkele dagen; daarvoor is heel wat berekenen en overleg noodig.
Secretaris tijdelijk toe te voegen. De heer ODENHOVEN wijst er op, dat deze begrooting nog meer
De VOORZITTER zegt, neen, de bedoeling is permanente benoeming Hoofdstukken heeft dan Hoofdstuk VI. Openbare werken is reeds zoo
als gewoon lidde bedoeling is, hem dan tijdens de ziekte van den
Burgemeester, die anders Secretaris der Commissie is, het Secretariaat
te doen waarnemen.
Hierna gaat de Raad accoord met het voorstel van B. en W.
Vervolgens stelt de VOORZITTER aan de orde punt 8 der agenda
Aanvrage van het Algemeen Burgerlijk Armbestuur om een aanvullings
subsidie ten laste van den dienst 1936, groot f 2500.
Uit de ingediende aanvrage blijkt, dat vooral de post ziekenhuis
kosten en de opname in gestichten, aanmerkelijk hooger is geworden
dan bij de begrooting geraamd en dat verder de belangrijke verarming
van breede lagen der bevolking in onze dagen groote kosten voor het
Armbestuur met zich brengt.
Zonder hoofdelyke stemming besluit de Raad hierna de gevraagde
aanvullingssubsidie ten bedrage van f 2500 alsnog te verleenen.
Hierna stelt de VOORZITTER aan de orde punt 9 der agenda Voor
stel van B. en W. tot wijziging der gemeentebegrooting dienst 1936.
De VOORZITTER leest de voorgestelde wijzigingen en aanvullingen
voor.
De heer VERMEULEN vraagt, waarom de post „onderhoud van
straten en pleinen, trottoirs inbegrepen" is overschreden.
De VOORZITTER antwoordt, dat ue arbeidersloonen te laag zijn
geraamd.
De heer MILLEN vraagt, of de overschrijding misschien ook niet het
gevolg kan zijn van aankoop materialen e.d.
De heer Pubben kan zich goed voorstellen dat de overschrijding een
gevolg is van te lage raming der arbeidsloonen, want dit loopt er nogal in.
De heer MILLEN meent, dat het tegenovergestelde ook mogelijk is
en wijst op het werk, dat gemaakt is bij de Paterskerk.
De VOORZITTER zegt, dat dit werk inderdaad duurder is geworden
dan waarop de tijdelijk Gem. Hoofd-opzichter het had geraamd.
De heer MILLEN betreurt dit ten zeerste. Als het nog maar doel
matig was geweestMaar het verkeer ondervindt er hinder en ongemak
van.
De VOORZITTER is echter van oordeel, dat de verkeersregeling er
toch beter door geworden is.
De heer ODENHOVEN hoopt, dat B. en W. in de toekomst, wanneer
een post niet toereikend blijkt, alvorens met het werk te beginnen, aan
den Raad het benoodigde crediet zullen aanvragen. De nieuwe door den
Directeur van Gemeentewerken ontworpen begrooting is zoo overzichte
lijk en gespecificeerd, dat dit gemakkelijk kan.
De VOORZITTER zegt dit toe.
Wat betreft de overschrijding van den post onderhoud van water
lossingen, slooten, duikers, bruggen enz. vraagt de heer VAN HAREN
of in den weg naar Weverslo zoo'n dure brug is gelegd.
De heer PUBBEN zegt, dat de oude brug te licht was voor het ver
keer, maar vraagt of de kosten van de nieuwe brug geheel door de
gemeente moeten worden gedragen.
De VOORZITTER zegt, dat hier de meerdere kosten hoofdzakelijk in
de materialen zitten. De post is in elk geval met f 1200.overschreden.
De heer VERMEULEN vindt dit veel en meent, dat de brug nogal
zwaar is aangelegd.
De VOORZITTER antwoordt, ter zake niet deskundig te zyn, en dat
tijdens de ziekte van den Gemeente-Hoofdopzichter, dhr. Mathijssen met
de uitvoering werd belast,
De heer PUBBEN zegt, dat de brug bij het Zwart Water ook veel
geld gekost heeft, maar de heeren, die over het subsidie in de kosten
van werkverschaffing oordeelen, eischten, dat je bruggen zoo werden
gemaakt.
De heer VERMEULEN vraagt nog, of het waterschap niet een ge
deelte van de kosten moet betalen.
De heer VAN HAREN vraagt om in de toekomst dergelijke werken
weer door den Directeur van Gemeentewerken te laten uitvoeren.
De heer PUBBEN merkt nog op, dat de brug nu prima is.
Hierna wordt de voorgestelde wijziging van de gemeentebegrooting
1936 zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd.
Vervolgens stelt de VOORZITTER-aan de orde punt 10 der agenda
Behandeling en vaststelling der gemeentebegrooting dienst 1937 en der
begrooting van den tak van dienst het bedrijf der Gasfabriek.
De VOORZITTER deelt mede, dat de op 4 December 1936 aangeboden
begrootingen der inkomsten en uitgaven van de Gemeente en van den
tak van dienst het bedrijf der Gasfabriek voor 1937 denzelfden dag
ingevolge artikel 238 der Gemeentewet op de secretarie voor eenieder
ter lezing zijn nedergelegd en in afschrift tegen betaling der kosten
algemeen verkrijgbaar zijn gesteld, van welke nederlegging en verkrijg
baarstelling tegelijkertijd openbare kennisgeving is geschied. Aangezien
derhalve de by het laatste lid van genoemd wetsartikel gestelde termijn
van veertien dagen sindsdien verloopen is, kan thans de behandeling
dier begrootingen plaats hebben. Spreker zegt verder, dat het, evenals
vorige jaren, in verband met de voorschriften en modellen voor de
begrooting het meest practisch is, elk hoofdstuk afzonderlijk te behan
delen. Hij brengt nu achtereenvolgens de verschillende posten aan de
orde en geeft de gelegenheid bij eiken post toelichtingen te vragen of
besprekingen en beraadslagingen te voeren om dan, als alle posten van
een hoofdstuk aldus zijn behandeld, de beslissing van den Raad over
dat hoofdstuk te vragen.
De heer ARTS vraagt, waarom hij de begrooting eerst op den
der bespreking in Comité-Generaal heeft ontvangen.
De VOORZITTER antwoordt, dat er dit jaar een begrooting meer
dan voorafgaande jaren, dus 4 in circulatie zijn geweest, een exemplaar
is doorloopend in het bezit geweest van een der heeren arbeidersafge
vaardigden, en de afspraak was toch, dat deze de begrooting gezamen
lijk zouden behandelen.
De heer ARTS zegt, dat hij even goed als elk ander raadslid de be
grooting zelfstandig moet hebben; met de Kerstdagen heeft Spreker
bovendien bezoek gehad en dus geen tijd om de begrooting te bestu-
deeren.
De heer MILLEN stelt voor. volgende jaren ie Ier raadslid gedurende
de geheele tijd een begrooting te geven.
De beer VAN HAREN steunt onmiddellijk het voorstel Millen.
De heer MILLEN zegt verder, dat het die 4 dagen, waarop een raads
lid de begrooting thuis krijgt, niet altijd gelegen komt om deze te be-
studeeren. Hij acht dit voor den goeden gang van zaken toch wel ge
wenscht.
De VOORZITTER zegt, dat hiertegen, wat de Secretarie betreft, geen
bezwaren bestaan, maar het zal aan stencyls en modellen enz. wel f 100.
extra kosten.
De heer VAN HAREN meent, dat de Raad er dan die f 100.wel
uitklopt.
De VOORZITTER licht nog toe, dat er nog een ander systeem is om
de begrooting te vermenigvuldigen dan met een cyclostyle n.l. met een
z.g. Ormigmachine. Dit systeem is niet zoo kostbaar.
De heer VERMEULEN vindt het beter om de begrootingen maar ge
woon te schrijven, dan kost het niets extra.
De heer VAN HAREN zegt, dat Raadslid zijn een mooie bijverdienste
is, maar men kan er toch niet van bestaan. Die 4 dagen, waarop men
de begrooting thuis heeft zijn soms toch al druk bezet.
De VOORZITTER vraagt, of elk raadslid dan ook een memorie van
toelichting moet hebben. Dit zijn dan ook al weer extra kosten. Maar
we hebben nu den tijd om eens rustig te bezien welk de voordeeligste
methode is, en dan in den loop van het jaar met een voorstel te komen.
Als de begrootingen geschreven worden, zooals de heer Vermeulen wil,
dan zijn er inderdaad geen kosten van stencyls, maar toch nog altijd de
kosten van de modellen. Bovendien eischt stuk voor stuk schrijven zeer
veel tijd en Spreker betwyfelt of dat op de Secretarie in den toch al
drukken begrootingstijd er zoo nog maar bij kan worden gedaan. Hoe
het zij, de zaak zal door hem met den Secretaris besproken worden
en de heeren zullen er in den loop van 1937 tijdig van hooren.
De heer VERMEULEN zou, alvorens de begrooting te behandelen
eerst even ter tafel willen brengen, dat hij zich niet vereenigen kan
met een verhooging der opcenten op de Personeele Belasting van 80 op
150 zooals door B. en W. wordt voorgesteld. Aan een verhooging met
bijv. 20 opcenten zal wel niet te ontkomen zijn, maar er kan nog veel
bezuinigd worden. Op de eerste plaats is het hoofdstuk Openbare Wer
ken f 1500.— hooger geraamd dan voor 1936 en f 4500.— hooger dan in
1935 is uitgegeven. Hij meent dan ook, dat de laatste jaren niet erg
zuinig met de centen is omgesprongen bij gemeentewerken, en wijst in
verband hiermede op het werk bij de Paterskerk en de bestrating van
Leeuwstraat en Henseniusstraat die nog steeds in slechten toestand
verkeeren en zoo zijn er meer dingen.
Om 50 opcenten minder te heffen op de Personeele Belasting zouden
wij f 10015 moeten bezuinigen.
Volgens het in de voorvergadering medegedeelde, zal de Rijksbijdrage
in de kosten van werkverschaffing f 8000.— meevallen. Die overige
f 2000.— zouden dan nog wei op Openbare Werken bezuinigd kunnen
worden.
Trottoirs in het uitbreidingsplan aanleggen is heel mooi, maar hier
mede kan ook nog wel gewacht worden. Dit bespaart reeds f 1340.—
veel aangehaald. Spreker vraagt of het niet mogelyk is de begrooting
van voor naar achter te behandelen.
De heer VERMEULEN zegt, daar ook voor te zyn, maar dat het zijn
bedoeling is geweest om in groote lijnen aan te geven, waar bezuinigd
kan worden. De menschen kunnen niet meer belasting betalen. Spreker
weet wel, dat er plaatsen zijn waar de belasting hooger is, maar dit
zegt niets.
De heer MILLEN vraagt ook nog naar de kosten van het van een
gesloten wegdek voorzien van de door den Heer Vermeulen reeds ge
noemde wegen, dan kon daar nu reeds rekening mee gehouden worden.
De VOORZITTER zegt, dat B. en W. niet op de hoogte waren van de
bedoeling van den Raad, zoodat de plannen niet klaar zijn. Het is voor
Spreker echter nog een vraag, of we dan goedkooper af zijn.
De heeren MILLEN en VERMEULEN zouden liever ook het nage
slacht willen belasten.
De heer MILLEN meent, dat voor den weg naar Merselo dan geen
f 1200.zou betaald behoeven te worden.
De heer STEEGHS meent, dat die f 450.aan den weg OirloCas
tenray te besteden, weggegooid geld is. De weg kan daarmee niet ver
beterd worden.
De heer VAN HAREN zegt, dat als de plannen klaar zyn, de be
grooting toch altijd nog gewijzigd kan worden en zou B. en W. willen
verzoeken de plannen te doen opmaken en daarbij ook eens te over
wegen, wat er met den Ouden Oostrumschen weg en den Oostsingel
moet gebeuren, daar er al tamelijk druk verkeer over deze wegen komt.
De heer PUBBEN kan zich goed indenken, dat de plannen nog niet
klaar zijn. Er moet eerst toch overleg gepleegd worden met den Hoofd
ingenieur van den Provincialen Waterstaat. Het geld, wat nu aan die
wegen wordt besteed, vindt Spreker echter ook weggegooid geld.
De heeren VAN HAREN en PUBBEN zouden daarom het koopen van
materialen voor die wegen ook liever uitstellen tot de nieuwe plannen
behandeld zijn.
De VOORZITTER zegt toe, daarmede te zullen wachten en b.v. ook
eens aan het gemeentebestuur van Horst te vragen, hoe lang daar de
looptijd van de leeningen is goedgekeurd door G. S. Het scheelt natuur-
lyk veel, of die termijn 20 of 25 jaar bedraagt.
Spreker zou thans de begrooting volgnummer voor volgnummer wil
len behandelen.
Bij volgnummer 1 merkt de heer PUBBEN op, dat het batig slot erg
geslonken is. Hij herinnert zich nog goed, dat de Burgemeester hier
ook reeds verscheidene malen op gewezen heeft. Spreker zou den Raad
nu willen waarschuwen zich over de inkomsten geen al te groote illusies
te maken. De gemeente wordt steeds grooter en de lasten zwaarder.
De slechte tijd zal nog wel enkele jaren aanhouden. Spreker is er van
overtuigd dat als de Burgemeester aanwezig was, deze daar ook op zou
gewezen hebben, en dat hy de toekomst juist voorzien heeft.
Bij volgnr. 15 vraagt de heer ARTS of de vergoeding, die de loco-
burgemeester thans voor de waarneming van het burgemeestersambt
ontvangt, ook in minderring wordt gebracht op de wedde van den
burgemeester.
De SECRETARIS antwoordt op verzoek van den Voorzitter, dat de
burgemeester ingevolge de Gemeentewet aanspraak behoudt op zijn volle
wedde.
Bij volgnr. 17 zegt de heer VAN HAREN reeds meerdere jaren bij
de behandeling van de begrooting gesproken te hebben over het salaris
van den ambtenaar ter Secretarie, de Vocht. Deze heeft 12 dienstjaren,
is 34 jaar oud en zijn salaris bedraagt f 1391 plus f"l00 voor bezit
diploma. Hij meent daarom nogmaals te moeten voorstellen de Vocht
verhooging van bezoldiging te geven.
De verordening regelende de bezoldiging, den kinderbijslag en de
woningtoelage voor de ambtenaren ter Secretarie in dienst der gemeente
Venray zou hiervoor gewijzigd moeten worden, zoodat er 3 ambtenaren
kunnen worden aangesteld in den rang van 2e ambtenaar.
De VOORZITTER zegt, dat B. en W. in verband met het daartoe uit
gedrukt verlangen van vele raadsleden in de voorvergadering, een ont
werp tot wijziging dier verordening hebben gemaakt, waarin ook nog
werd bepaald dat door den Raad aan een ambtenaar een bepaald aantal
dienstjaren kan worden toegekend. Hierover is bereids de A.R.K.A. ge
hoord en deze juicht de wijziging ten zeerste toe.
De heer VAN HAREN stelt hierna voor die wijziging aan te nemen
en B. en W. uit te noodigen de Vocht aan te stellen als 2e ambtenaar
met 4 dienstjaren.
De VOORZITTER vraagt, of nu 4 dienstjaren wel direct noodig is.
De heer VAN HAREN vindt van ja. Betrokkene is lang genoeg
achtergesteld. Het is Spreker bekend, dat er wel goedkoopere ambte
naren te krijgen zyn, maar er zijn ook goedkoopere Burgemeesters te
krijgen, dus dat is geen argument.
De Raad vereenigt zich met de voorgestelde wijzigingen der verorde
ning zonder hoofdelijke stemming.
De heer Arts vraagt nog wat de Vocht nu meer zal ontvangen, waarop
de VOORZITTER antwoordt f300.
De heer MILLEN is er ook voor om de Vocht 4 dienstjaren toe te
kennen, en wil B. en W. daartoe dan ook uitnoodigen, waarbij meerdere
Raadsleden zich aansluiten.
De VOORZITTER zegt, dat bij dit volgnummer ook gesproken is over
de toelage van den volontair ter Secretarie Verheggen.
De heer VERMEULEN zegt, ja er is besproken om ds vergoeding te
verhoogen tot f 425. De aldus doorgebrachte diensttijd zou dan later
ingekocht kunnen worden.
De heer PUBBEN vraagt, of de verordening daarvoor ook moet wor
den aangevuld.
De VOORZITTER antwoordt van neen.
De heer PUBBEN zou dan willen voorstellen den post volgnr. 17 zoo
danig te verhoogen, dat aan de Vocht met ingang van 1 Januari 1937
vier dienstjaren in den rang van 2e ambtenaar kunnen worden toege
kend en Verheggen kan worden aangesteld tot tydelijke ambtenaar
tegen f 425 per jaar, waarmede de Raad zich zonder hoofdelijke stem
ming vereenigde.
Bij volgnummer 19 merkt de heer VERMEULEN op, dat hier gerekend
is op aanschaffing van een nieuwe schrijfmachine. Hij zou hiermee nog
maar eens wachten.
De VOORZITTER zegt, dat een van de oude machines slecht, heel
slecht is, en meent, dat reparatie niet meer zal baten.
De heer ODENHOVEN meent, dat als op de Secretarie een nieuwe
machine noodig is, het dan toch geen weggegooid geld is.
De heer MILLEN meende, dat de Secretaris in de voorvergadering
gezegd heeft dat ze nog wel een jaar meeging.
De heer VAN HAREN zegt, dat als de Raad verlangens heeft als
bijv. meer exemplaren van de begrooting, ook gezorgd moet worden
voor goed materiaal. Wij kunnen niet het eene willen en het andere
weigeren.
De heer VERMEULEN meent, dat als de post op de begrooting staat,
hy ook wordt uitgegeven. We moeten nu eenmaal bezuinigen en hij stelt
voor de post te schrappen.
De VOORZITTER ontraadt deze bezuiniging, die toch slechts fictief
>u zijn, want zoolang het niet persé noodig is, wordt geen nieuwe
machine aangeschaft, maar is het wèl noodig, dan moet het ook. Men
kan toch op de Secretarie, waar den heelen dag druk getypt moet
worden Spreker heeft zich nu meer en beter van het vele werk, dat
daar verricht moet worden, kunnen overtuigen niet zonder goed in
orde zynde machines zitten.
De heer STEEGHS meent ook, dat als B. enW. het noodig oordeelen,
dat er een machine komt, ze er dan ook komen moet.
De VOORZITTER zegt, dat het ook herhaaldelijk voorkomt, dat er 3
machines noodig zijn op de Secretarieze moeten er dan hier of daar
een bijhalen.
Het voorstel van den heer Vermeulen wordt niet gesteund, zoodat de
voorgestelde post wordt gehandhaafd.
Bij volgnummer 23Verlichting en verwarming, merkt de heer VAN
HAREN op, dat deze post vrij hoog is. 't Is hier al een paar keer niet
erg warm geweest. Misschien is er een nieuwe ketel noodig voor de
centrale verwarming. Spreker zou B. en W. willen uitnoodigen deze zaak
eens degelijk te onderzoeken.
Bij volgnummer 31vraagt de heer STEEGHS, of in Castenray ook
geen stembureau kan komen.
De VOORZITTER zegt, dat dit voor de a.s. Tweede Kamerverkiezing
niet meer kan klaar komen.
De heer STEEGHS begrypt dit niet, 2 jaar geleden heeft hij er reeds
over gesproken. De Burgemeester heeft er dezen lente nog met den
heer Timmermann over gesproken, zoodat hij meende, dat dit nu ook in
orde zou komen.
De VOORZITTER zegt, dat het nu onmogelijk meer kan vóór 1
Februari. Bovendien moeten er nog meer wijzigingen aangebracht wor
den in de verdeeling der gemeente in stemdistricten. Het dorp zal o.m. 3
stembureaux moeten krijgen en ook aan de Heyde is er al meermalen om
gevraagd.