DEBDE BLAD VAN PEEL EN MAAS De onrust te Brussel Buitenland. Naak los die kou! DAMPO daar lucht je van op. Ons weekpraatje. Krakelingen. Gemengde Berichten Zaterdag 31 October 1936 Zeven en vijftigste Jaargang No 44 De herberekening der Indische pensioenen. Ondanks de devaluatie zet de regeering door. Een noodzakelijk kwaad Bevrediging voor de oud- gcpens. Ind. militairen. Wie verwacht mocht hebben, dat de regeering na de devaluatie haar aanpassingspolitiek zou sta ken, is door de indiening deze week van het wetsontwerp tot herberekening der Indische pen sioenen, in die meening teleur gesteld. De regeering had trouwens reeds eerder van haar voornemen om haar aanpassingspolitiek tot een logisch einde te volvoeren doen blijken. We spreken van een „logisch" einde Inderdaad zou een stopzetten na de devaluatie van de verla gingsmaatregelen ten aanzien van salarissen en pensioenen, niet logisch zijn geweest. Omdat dan een deel van de overheidsambte naren zou zijn bevoordeeld tegen over al die anderen, wier inko mens reeds geheel het door de regeering gezochte aanpassings- punt hadden bereikt De verlaging of gelijkschake ling van pensioenen blijft in de aanpassingspolitiek van de re geering en ook na de devaluatie een eigen principieel aspect be houden. We wagen ons hier niet aan een zuiver juridische beschou wing van de zaak en laten dus de vra2g geheel open, in hoever een wijziging in eenmaal verkre gen pensioenrechten in overeen stemming kan worden geacht met letter en geest van de wet. We willen er slechts op wijzen, dat de voorgestelde verlaging of gelijkschakeling van pensioenen in het algemeen in strijd kan worden geacht met het publieke rechtsgevoelen. Wanneer men zich verzekert bij een particuliere maatschappij en men heeft steeds prompt de overeengekomen premies betaald dan voelt men zich bedrogen, wanneer op stuk van zaken de overeengekomen uitkeering wordt verminderd. Ten aanzien van een verzeke- ringsregeling met den staat kan dat niet anders zijn. Gepensionneerden, die eens in overheidsdienst waren, hebben voor hun pensioen betaald. Als regel ten volle. Het rijk behoefde dan ook geen toeslag te geven in het fonds, waaruit de pensioe nen moeten worden getrokken, integendeel hield dit fonds geld over van de premies. In 't algemeen hebben de verzekerden dus meer betaald dan de kost prijs. Wat de wet ook moge bepa len, de massa voelt het als een onrecht, dat een verzekerde niet krijgt uitgekeerd de som, voor dewelke hij premie heeft ge stort. Men kan een minder zakelijke en meer ideële opvatting hebben van den plicht der overheid jegens de ambtenaren, wier pen sioen ze verzekerd had. Men kan zeggende overheid garan deert haar ambtenaren niet zoo zeer een bepaalde geldelijke uit keering op hun ouden dag, maar het voeren van een zekere levens welvaart. Zoo bezien, zou er weinig zijn in te brengen tegen de voorge spelde verlaging der Indische pensioenen, welke van enkele percenten tot een vermindering met 20 en in sommige gevallen tot 25 pet. loopt. De regeering brengt de pensioenen daarmee terug tot het peil van de pensi oenen, welke in overeenstemming zijn met de nieuwe, lagere sala rissen, welke tegenwoordig wor den uitgekeerd aan de functiona rissen, die hetzelfde ambt ver vullen als de gepensionneerden van vroeger. Wanneer de regeering deze gedachte als stelsel van over heidsverzekering aanvaardt, dan is er iets voor te zeggen. Dan weet de verzekerde tenminste ook, dat bij een nieuwe stijging van salarissen, als gevolg b.v, van een noodzakelijk geworden verdere muntdepreciatie, zijn pen sioengrondslag in voor hem gun- stigen zin zal worden herzien. Men legge zulk stelsel dan echter ook in de wet vast. We vreezen, dat de huidige pensioen aanpassing niet als een uitvloei sel van een goede sociale ge dachte moet worden beschouwd, maar als een incidenteel ingrijpen van de regeering, met het doel van een voor haar toevallig pro fijtelijke omstandigheid te profi- teeren. Immers, ware het minder de bedoeling geweest om een be paalde geldelijke uitkeering aan oud-ambtenaren te verzekeren, dan wel de mogelijkheid van 't voeren van een zekeren levens standaard na beëindiging van het dienstverband, dan had de re geering in de jaren van hoog conjunctuur, welke we na den oorlog hebben gekend, ook de pensioenen dienen te verhoogen van hen, die den overheidsdienst voor 1920 hadden verlaten en met hun bescheiden uitkeering de grootste ellende kregen te trotseeren, toen mét de inkomens van de werkenden, de prijzen van huren en levensmiddelen met sprongen omhoog gingen. Die stakkerds echter heeft men jaar op jaar laten soebatten en smeeken om eenigen toeslag op hun pensioenen. Minstens 90 van de 100, die voor 1920 waren gepensionneerd, zijn in ellende gestorven en thans pas, nu de regeering aanleiding heeft ge vonden om pensioenen te gaan „herberekenen", welke door de tijdsomstandigheden aan den hoogen kant waren geraakt, nu pas laat ze zich door de conse quenties bewegen om ook de pensioenen van voor 1920 tot 't peil van 1920 om te schakelen. De verlaging der „hooge pen sioenen" levert het rijk een voor deel van 8 millioen; de verhoo ging van de ..lage" pensioenen van degenen, die voor 1920 werden gepensionneerd, kost omdat er zoo weinig overleven den meer zijn zeven ton. Als we dan spreken van „de" gepensionneerden van vóór 1920, die het nu beter gaan krijgen, dan zijn we maar halfjuist. Het zijn n.l. alleen de oud-gepension- neerden Indische militairen, die aldus een verhoogde uitkeering zullen genieten. Waaruit blijkt, dat van het volgen van een bepaald stelsel de verzekering van een be paalden levensstaat betreffende nog niet kan worden gespro ken. We hebben een en ander naar voren willen brengen ten aanzien van de herberekening der Indi sche pensioenen, omdat deze zaak thans bij het departement aan hangig is gemaakt. Ons bezwaar gaat echter principieel tegen alle pensioensverlaging, dus óók tegen die van b.v. het spoorwegperso neel, voor dewelke de verlaging reeds eerder haar beslag kreeg. Waar een vastgestelde premie werd betaald, moet ook een vastgestelde uitkeering verzekerd zijn. Die uitkeering moet zijn, óf een vast, onveranderlijk, be drag in geld, óf een variabele som, benoodigd voor het voeren van een zekeren levensstaat. Wil men dit laatste, dan moet zulks ook in de wet worden vastgelegd. Md. Met eenige bezorgdheid heeft menigeen, vooral in 't zuiden van ons land, het verloop van den Zondag te Brussel afge wacht. Ook België heeft den grooten schreeuwer van het oogenblik, zooals wij er eenige kennen en zooals andere landen er bezitten of er door bezeten worden. In België heet hij Degrelle. Deze zou Zondag met 250.000 man naar Brussel trekken. Maar zijn grootspraak is hem noodlot tig geworden. De Belgische mi nister-president Van Zeeland heeft uitgaande van dat fascistische reuzencijfer, de demonstratie van dien heer verboden. Hij heeft den volke voorgeredeneerd, hoe dat tot ongelukken moest leiden; 250.000 man op een terrein van 17 Hectare, waar nog gebouwen van hout van afgetrokken moes ten worden, dat ging niet. Dat was een uitlokken van onge. regeldheden. Het kan niet anders. Ik doe het toch, antwoordde Degrelle. De verstandige Van Zeeland heeft geen woord meer gezegd, maar is eenvoudig de tientallen extra-treinen gaan verbieden, die Degrelle tot zijn beschikking had. Hij liet de wegen bewaken, op dat Degrelle geen autobussen zou mobiliseeren. En zoo hoorden we geen hoo- ger schatting dan van 20.000 man, die de Rexisten Zondag in Brussel op de been hadden. Dat aantal werd er daags tevoren al gesignaleerd als van elders aan gekomen met de gewone treinen. Zulk getal mannen had Brussel alleen op de straat kunnen bren gen als het een beweging van eenige beteekenis betreft, zou men zeggen. Degrelle was intusschen niet heelemaal van zijn overmoed ge nezen. Hij maakte op een ge geven oogenblik een raam open een maand tevoren had hij het al gehuurd in een huis op het plein voor de kerk van St. Goedule en begon op zijn manier zijn mond open te doen. Eenige doodgewone politie mannen gingen binnen, pakten Degrelle bij zijn kraag en stopten hem in een politie-auto. Hij werd onschadelijk gemaakt, tot de Zondag voorbij en het gevaar voor relletjes geweken was. Het was bij wat herrie en schermut selingen gebleven. Ruim één uur 's nachts reeds hij kan nu ook moeilijk voor martelaar gaan spelen werd Degrelle in vrijheid gesteld en hij beweerde in dat oogenblik alle doeleinden, die hij zich had gesteld bereikt te hebben. Tableau 1 Dus Van Zeeland tevreden en Degrelle tevreden. De beweging had een fatsoen lijk slot 1 Wij kunnen allemaal gerust zijn Op één punt moeten we echter nog even de aandacht vestigen Toer Van Zeeland de betoo ging verbood, hebben we daar over aanstonds kritiek gelezen in een voornaam Katholiek Vlaamsch Belgisch dagblad. En ook de correspondent van een voornaam Nederiandsch katholiek blad deed daaraan terstond mee. Gewezen werd op het verschil van houding door de regeering aangenomen bij een socialistische betooging, die werd toegelaten en bij deze rexistische beweging die verboden werd. Het ware verdienstelijk en juister geweest van zulke bladen wanneer zij met die critiek ge wacht hadden tot Maandag, als het gevaar, dat het optreden van heethoofden met zich bracht, geweken zou zijn. Er was gevaar voor troebelen. In zulk oogenblik is 't verkeerd, een regeeringsdaad, die troebelen voorkomt, af te keuren. Men mag ook van geen regeering verlan gen, dat zij een verkeerde daad herhaalt, orrdat zij als precedent een verkeerde daad had gesteld Ook bij haar was inkeer te loven. Van Zeeland zal zich wel wachten een tweeden keer de socialisten op straat te laten demonstreeren. Degrelle staat ons principieel nader dan de socialisten, we dingen niet af op zijn goede bedoelingen en allerlei deugden, die men van hem vertelt. Maar hij moet geen gemoe deren op hol brengen, zooals hij Zondag deed. Daar is niets katholieks aan. En het is toe te juichen, dat de politie er op in ranselde, toen de orde werd ver stoord. Als er van regeeringszijde iets misdreven is en dat zal wel dan is er nu tijd voor critiek, niet zoolang er gevaar was, dat zij den toestand niet meester zou blijven. N.K. gekondigd, dat hg, Léon Degrelle, Zondag 250.000 partijgangers in de Belgische hoofdstad zou verzamelen „om de regeering weg te vagen." Waarop de regeering in het be lang der openbare orde deze betooging verbood en tegenging, o.m. door een verbod van het laten rijden van extra-treinen en het vervoer van betoogers met autobussen. De rexisten beweren, dat daarmee de democratie haar dictatuur heeft ingesteld. We zien de zaak anders. Ware de betooging een zakelijke en ordelijke propaganda geweest voor een poli tieke gedachte, dan hadden zelfs de rexisten rexisten recht gehad op democratische duldzaamheid. Maar hun leider heeft als doel van de betooging aangegeven, de regeering weg te vagen." M.a.w. door een mas sale straatherrie wilde hij druk op de regeering uitoefenen, opdat deze desnoods na eenige herhalingen van dergelijke betoogingen zou heengaan. Dat is de weg der revolutie een democratisch bestuur heeft tot taak en plicht om deze te keeren. Als de Brusselsche regeering nu maar niet met twee maten gaat meten, zooals de Franschedat onlangs deed en aan b.v. communistische revolutie-wekkers toestaat, wat ze aan rechts-revolutionnairen heeft ge weigerd. Belet ze ook communis tische revolutie-pogingen, als conse quentie van haar houding op Zondag j.l., dan is haar opvatting gezond- democratisch. KLEINE SCHERMUTSELINGEN. Als gevolg van de regeeringsmaat- regelen zijn Zondag slechts enkele duizenden rexisten uit de provincie tot^Brussel kunnen doordringen, waar ze zich langs den weg onledig hiel den met de oud-strijders toe te juichen, die ter gelegenheid van de herdenking van den slag aan den IJzer, voor den koning hadden ge defileerd. Politie en militairen wisten de orde volledig te handhavenslechts hadden hier en daar kleine scher mutselingen plaats tussehen groepen rexisten en politieke tegenstanders, socialisten en communisten, ook wel met jonge liberalen. Er zijn slechts twee politiebeamb ten en een burger door revolver schoten gewond. Omdat hij getracht had om toch het politieverbod te overtreden en zijn partijgangers toe te spreken, werd Léon Degrelle, de leider der rexisten, gearresteerd. Ook werden wegens ongehoorzaamheid aan de politie eenige rexistische Kamer afgevaardigden aangehouden. Totaal werden ongeveer 200 rexisten in arrest gesteld. De meesten werden na verhoor vrijgelaten. Te voorzien valt, dat de jongste gebeurtenissen in Brussel aan de rexistische beweging geen goed hebben gedaan. Het leek tot heden te veel, dat de autoriteiten deze politieke nienwlichters niet aankon. Dat biologeerde de massa, maar deze suggestie is thans verbroken. als paddestoelen uit den grond, die vooral op hun manier, d.i. tegen de wenschen van de vorstelijke verloof den in, de entourage (van nationale versplintering) rond het huwelijk onzer Kroonprinses zullen helpen formeeren. Honderd voorzitters en voorzitsters van comité's liggen 's nachts al slapeloos in hunne bedden, repe- teerende en verbeterende de spontane toespraken, welke ze straks bij de officieele huwelijksfeesten voor het volk zullen afstekenhooge hoeden komen drie maal daags uit hun doozen om te worden afgestoft en glanzend opgewrevencolberts en jaquets en rokcostuums worden naar den kleermaker gezonden om het knoopsgat op het revers te laten doorsteken, dat er thans nog slechts met een „veterdraadje „pro forma" op is afgeteekend. En inmiddels kan het algemeene comité dat zoo bescheiden naar den wensch der vorstelijke verloofden vroeg, niet tot een oplossing komen. Het durft niet besluiten tot een nationale inzameling voor het door de Kroonprinses en haar a.s. gemaal verlangde huwelijksgeschenk. Het vreest een fiasco, omdat er voor hetzelfde doel van alle kanten wordt gevraagd en gebédeld. Gebedeld, jaEn niet ten be hoeve van het a.s. paar, dat dit gedoe niet wenscht, maar tot meer dere eer en glorie van mijnheer X of mevrouw Y, die zoo goed mogelijk voor den dag wenschen te komen om de rechten op het lintje zoo hóóg mogelijk op te voeren. De aarzeling van het algemeene comité heeft weer tot gevolg gehad, dat de vertegenwoordiger van het Nationaal Jongeren Verbond er is uitgeloopen. Misschien wel.... om een eigen" comité te gaan vormen voor een „eigen" huwelijksgeschenk. Wat een hopeloos gemis aan fijn gevoeligheid spreekt toch uit dit alles Men „polst" de verloofden over een cadeau, dat hun welkom zou zijn. Het vorstelijk paar maakt dit verlangen inderdaad kenbaar. Dit veriaogen wordt tot een publieke aangelegenheid en.... men is zoo onsmakelijk, om er recht tegen in te gaan en de voldoening aan per soonlijke eerzucht te stellen vóór of bóven de voldoening van het jonge vorstenpaar. Holland op z'n smalst en z'n malst. Ik zie maar één uitweg om het ten deze lakenswaardige particuliere initiatief te smoren laat de regeering bekendmaken, dat ter gelegenheid van het a.s. vorstelijke huwelijk in géén geval koninklijke onderscheidin gen zullen worden verleend aan de aandragers van speciale geschenken. Doe wat Dampo in beide neusgaten. Doos 30, Pot 50 ct. Bij Apot. en Drog. DE REXISTEN IN BELGIË. DE REGEERING BLUFT BAAS. De rexisten in België, die al een even negatief program hebben, al thans een even negatieve propaganda voeren als de N.S.B. en andere fas cistische of nat. soc. bewegingenten onzent en bovendien als gevolg van him zuidelijk temperament nog wat militanter zijn dan de Mussertianen, hebben Zondag niet het minste suc ces geboekt met hun aangekondigde, maar door de regeering verboden betooging. WAS HET VERBOD ONDEMOCRATISCH De leider der rexisten had aan HET NATIONAAL HUWELIJKS GESCHENK. HOLLAND OP Z'N MALST. DE STRIJD OM HET LINTJE. Ik heb me doodgeërgerd geluk kig slechts bij wijze van spreken over het commissoriaal gedoe inzake het nationale huwelijksgeschenk aan de Kroonprinses en haar aanstaanden gemaal. Dit gedoe is écht-Hollandsch van onsmakelijkheid. Daar vormt zich een comité voor een „nationaal" huwelijksgeschenk en informeert bescheiden bij het a.s. vorstelijke echtpaar„wè.t het meer prefereert, een stroom van onnutte cadeaux van allerlei comité's, of één groot geschenk van heel het volk in al zijn geledingen. Natuurlijk spraken de vorstelijke verloofden zich voor het laatste uit. En jó., ab het dan zoo wezen mocht 'n zeewaardig „jacht," dat zou een geschenk zijn, hetwelk aan de jonggehuwden de intimiteit zou bieden, waarheen het verlangen van alle getrouwde verliefden uitgaat en het zou bovendien passen in het kader van ons volkswezen, dat is ingesteld op de vertrouwdheid en de vertrouwelijkheid met de zee. Dus wilde men de verlangens van het a.s. vorstelijke echtpaar ontzien, dan géén versnippering, géén afzon derlijke cadeaux, géén speciale comité's. Maar blikkiekaterZou mijnheer Jansen en mevrouw Pieterse, en Jonkvrouw de Oude en freule d' On bekende van Hier of Daar, zouden zij hun kans moeten laten voorbij gaan om als voorzitter of secretaresse in ieder geval als levende bezieling van het Comité der Hofstadsche vrouwen, of der Friesche Meer- bewoners, van de Zuid-Nederlandsche dienstmaagden, of de boven-Moer- dgksche Geuzen, van de vereenigde Nederlandsche zoet water visschers, de katholieke geitenfokkers of de chris telijk gereformeerde werkloozen, een handgeknoopt tapijt, een Volen- damsch-, Markensch-, Zeeuwsch-, Brabantsch- en weet ik wat al méér „nationaal" costuum aan de Kroon prinses en haar gemaal aan te bieden, in de hoop en de verwachting op het ridderkruis van de Orde van Oranje Nassau Dat nóóit! En dus rezen en rijzen de comité's EVEN TIJD VOOR.... 'n Caravellis Een dure reclame-campagne van een onzer groote sigarettenfabrie- ken heeft het den rookers ingepompt dat enkele verloren minuten niet beter zijn te besteden dan door net „toeback suygen" aan een sigaret. n Paar vrije minuutjes deugen im mers voor niets anders, ze zijn althans te kort voor ernstig werk. Ten departemente van een onzer ministeries in Den Haag denkt men daar anders over. Daar gebruikt men een paar ver loren minuutjes om de vertegen woordigers van een groote groep nijvere werkers voor het behoud van hun economische bestaansmoge lijkheid te laten pleiten. En de rest van den ambtelijken tijd, gaat die aan het rooken van Caravellis- en andere sigaretten heen Van hetgeen er precies is gebeurd, geeft de Pluimveebode op de vol gende wijze verslag „Een dezer dagen meldde een officieel persoon, die de belangen der pluimveehouders wilde be pleiten, zich voor een bespreking bij een onzer hoogste regeerings- ambtenaren aan. Deze deelde hem mede, daarvoor slechts twee mi nuten beschikbaar te kunnen stellen, waarop zeer terecht werd geantwoord, dat de bezoekende functionaris in hooge mate teleur gesteld was, dat voorde belangen van zoo heel veel kleine menschen slechts 2 minuten vrij gemaakt konden worden. Het resultaat werd toen, dat er meer tijd beschikbaar kwam". Het Hbld. bevestigt de historiciteit van de gegevens van de „Pluimvee bode" en noemt den ambtenaar, over wien in het bovenstaande citaat wordt geklaagd. Het is Mr. A. A. van Rhijn, secr.-gen. van de depar tementen van Landbouw en van Nijverheid. We noemen het niet alleen treurig, dat er ten genoemde departemente zóó weinig ernst aanwezig blijkt om zich van den vreeselijken crisisnood van een belangrijke bevolkingsgroep op de hoogte te stellen, maar zijn ook pijnlijk verbaasd over het gemis aan ernst bij de studie der vraag stukken, welke aan zekere ambte naren ter oplossing zijn toever trouwd. Ziehier, waarop het oordeel van Mr. van Rhijn ten aanzien van den toestand in het pluimveebedrijf was gefundeerd, Hg gaf dit oordeel te kennen in het onderhoud van twee minuten met 'n staartje. Bij die gelegenheid merkte be doelde regeeringsambtenaar op, dat de pluimveehouders het zoo slecht nog niet hadden. In den afgeloopen zomer was hij namelijk in zijn vacantie bij verscheidene boeren-pluimveehouders geweest en die hadden hem verzekerd, dat de pluimveehouderij nog het beste deel van hun bedrijf was. Inderdaad hebben wij die periode gedurende een deel van dit jaar gehad. Maar hoe ontstellend kort zichtig is het, om daaruit te be sluiten, dat de pluimveehouders niet bitter te klagen hebben Alsof door een beperkt deel van een jaar een geheel jaar goed gemaakt kan worden, te meer, wanneer dit deel nog geen louter rozen geur en maneschijn te zien gaf. Voorts alsof er inmiddels niet iets is veranderd. Tarwe kostte in den vacantietijd (Juli 1936) per 100 kg. 5.62Yj, den 12en October j.l. f 8.90. Mais liep in dat tijdvak op van f 71.75 tot f 98.50. Gerst van f 74.75 tot f 122.50 per 1000 kg. Men krijgt toch wel een gevoel van verlatenheid, wanneer men aldus moet vaststellen, dat hooge regee- ringsambtenaren, die groote bevol kingsgroepen door het ontwerpen van doeltreffenden regeeringssteun voor ondergang moeten behoeden, zich voor het vormen van hun oordeel verlaten op een zonnigen indruk uit zonnigen vacantietijd. Jammer was in dit geval, dat de vacantietijd van den mensch in den druksten werktijd van de kip pleegt te vallen. In Juli hebben de kippen houders geen klagen. Want dan vullen de legnesten zich „vanzelf" en als het uiterlijk goed gaat, dan prakkezeert de boer niet veel. Dè.n denkt hij niet aan het geld, dat de kip heeft gekost, vóór ze legde en aan den tijd, dat zs iü den winter tijd voer vraagt, zonder er iets tegenover te stellen. We willen den heer van Rhijn eens 'n rekensommetje voorhouden. Hij kan het in twee minuten bestudee- ren. Een volwassen kip eet per dag 120130 gram meel- en hardvoer. Dit kost op het oogenblik gemiddeld 12 cent per kilo. De gemiddelde eierproductie zal ongeveer 120 en zelfs in de allerbeste bedrijven niet meer dan 150 eieren per jaar zijn. De eieren moeten dus ook al weer gemiddeld 4 a 5 cent per stuk opbrengen om de voerkosten te dekken. Ze brengen dat niet op. Bovendien is er dan nog geen arbeid in rekening gebracht, geen mate riaalkosten, geen afschrijving op hokken enz., geen aanschaffings- en opfokkosten van de hennener is geen rekening gehouden met sterfte. DE GROOTEN EN DE KLEINEN. Een winke'iertje uit het dorpje Wrjhe stond voor den kantonrechter te Deventer terecht, verdacht van overtreding van de wet tegen on wettige prijsopdrijving. De man had knotten koordwol met 5 ct. per knot verhoogd. Het kwam vast te staan, dat ook zijn inkoopsprijzen waren verhoogd en daarom waren de winke liers overeengekomen om ook zelf iets meer te vragen. Dat mocht niet, zei de ambtenaar van het O.M. „Dit is nou een voor beeld zoo betoogde hij van hoe het niet moet." Hij eischte f 25 boete. En de kantonrechter maakte de opmerking, „dat verdachte zijn ouden voorraad voor den ouden prijs had moeten verkoopen. Extra ver dienste achtte hij niet noodig." 't Is een geluk voor dezen kanton rechter dat hij kantonrechter is ge worden en niet in den handel is gegaan. Zijn failliet ware niet uit gebleven. Als de markt terugloopt, kan een winkelier dan óók zijn voorraad tegen den ouden prijs omzetten? Het doet wat .klein" aan, dit voor den rechter slepen van kleine winke liertjes, die een paar centen op hun grutten of hun knotten koordwol hebben gezet, nadat de grossiers of f abrikan ter, hun de devaluatie-das hebben omgedaan. Laat men de oor zaken van prijsverhooging ook eens aan de bron nagaan. De gulden is gedevaleerd met 20 pet., maar de vrachtprijzen oplndië werden dadelijk na de devaluatie met 30 pet. omhoog gebracht. Dit percentage is óók gelegd op de ver- voerprijzen van de Mitropa. Ik ben niet zoo bang voor onwet tige prijsopdrijving van winkeliers. Die knauwen elkaar zooveel mogelijk met hun prijzen, eenvoudig omdat de markt van neringdoenden over voerd is. Maar feit is, dat de winke liers hoopjes circulaires krijgen van hun leveranciers, alle prijs verhoogin gen annonceerende. BEGIN VAN HET EINDE DER TEELTREGELING VOOR HET PLUIMVEE. Voor de hoenderrassen, welke bruin- schalige eieren produceeren, is het principe der overbodige en kostbare „teeltregeling" losgelaten. Naar wij vernemen heeft de Eieren- en Pluimveecentrale besloten, om met het principe der teeltregeling voor de Pluimveehouderg te breken voor wat betreft de rassen die bruin- scbalige eieren leggen. De consequentie hiervan zal moe ten zijn, dat het geheele z.g. teelt- verbeteringssysteem wordt geliqui deerd, nu het foutieve van dit kost bare en overbodige stelsel, zonne klaar aan den dag is getreden. Im mers dit papieren stelsel dreigde den ondergang van 'n paar onzer zelfs internationaal gerenommeerde rassen mede te brengen. Voor deze conse quentie blijkt de Centrale ten slotte te zijn teruggedeinsd. (Hbld.) Bericht Thans naast goudgele ook witte Purol, Dit wrijft onzichtbaar weg en daar om is Purol (wit) zoo bijzonder aangenaam voor de verzorging van het gelaat. Zelfde prijzen. Doos 30. Tube 45 ct. Bij Apoth. en Drogisten

Peel en Maas | 1936 | | pagina 9