TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS Na de wet op de vestigingseischen. FEUILLETON. Geluksdroom DE ZON! Krakelingen. 3F Die rheumatische pijnen )AKKERTJES Stand- en stands organisatie. Inbinden Zaterdag 30 Mei 1936 Zeven en vijftigste Jaargang No 22 STERKER CONCURREN TIE VAN HET VENT- BEDRIJF In verschillende bladen komt een rubriek voor van intervieuws over middenstandsvraagstukken. Het laatste verschenen intervieuw in het Hsgz. was o.m. gewijd aan de mogelijke gevolgen van de wet op de vestigingseischen op winkelbedrijven en ambach ten. We laten dat gedeelte hier volgen „Denkt u niet, dat, wanneer de vestigingseischen eenmaal in werking zijn, dat er dan een zeer nadeelig gevolg zou kunnen ontstaan in den vorm van een sterke en snelle uitbreiding van het ventbedrijf Daar is inderdaad wel reden voorDr. J. van Beurden heeft in het laatste nummer van „Bou wen en Streven" dit punt ook even aangeraakt. Als het vestigen van een eigen winkel gebonden gaat worden aan eenigermate beteekenende eischen, dan bestaat de mogelijk heid zeer, dat velen zich met groote energie op het venten zullen werpen en op die manier den bonafiden middenstand toch nog groote schade zullen aan doen. De eenigst mogelijke oplos sing in deze materie is, dat naast de invoering van een wettelijke regeling van vesti gingseischen voor de detail handel, er ook een regeling komt, waardoor het ventwezen beperkt wordt. Trouwens, de noodzakelijkheid van een regeling van het vent wezen wordt ook in de kringen van de georganiseerde venters en marktkooplieden aangevoeld. Deze groep heeft zelf stappen gedaan om tot ordening en regeling hiervan te komen. En als we juist ingelicht zijn, dan wordt die noodzakelijkheid daarvan ook op het Departe ment van Handel, Nijverheid en Scheepvaart volkomen begrepen en heeft men zich daar bereids aan een vooronderzoek gezet van dit moeilijk op te lossen pro bleem. „Kunt u misschien zoo onge veer zeggen, wat men onder „venten" verstaat Een heel een voudige vraag, maar waar toch wel eens verschil van meening over is 1" „Venten is heel eenvoudig uit gedrukt „loopende of rijdende te koop aanbieden." Als iemand dus aan de huizen belt, en vraagt of mevrouw geen bloemetjes of een pond boter noodig heeft en op een bevesti gend antwoord van mevrouw de bloemen of het pondje boter aflevert, dan is dat venten. Maar geen venten is b.v. als de eene week de boterboer van mevrouw hoort, dat de volgende door JAMES OLIVER CURWOOD. 3. U heeft gelijk, antwoordde zij met een ietwat trotsche beweging van haar hoofdje. Ofschoon ik pas in den laatsten tijd me een volko men goed idee heb kunnen vormen omtrent de beteekenis van de Ame rikaansche toestanden en de verant woordelijkheid daarvan. Ik maak u nogmaals mijn verontschuldigingen u gestoord te hebben, doch ik heb dit niet met een vooropgezette bedoeling gedaan. Het was maar louter een toeval. Ze wachtte niet af totdat een van beiden begon te spreken, wierp hun een glimlach toe en liep het prome nadedek af. De muziek had opgehouden en langzamerhand keerde de stilte weer terug. Een eigenaardige jonge vrouw, merkte Alan op. Ik stel me voor, dat de geest van Kapitein Miles Standish wel een weinig trotsch mag zijn op deze bijzondere vrede stichtster. De appel valt niet ver van den boom, zult u zeggen. Men zou bijna kunnen veronderstellen, dat de kapitein Priscilla getrouwd had en dat dit meisje uit dit huwelijk is voortgesproten. Hij had een eigenaardige manier van lachen, die zich niet in gelaats- week een pond boter noodig is en als de volgende week dus dat pond boter bezorgd wordt. „Hooren en bezorgen" wordt niet onder venten gerekend. Op het platteland kennen we nog deze situatie, dat daar regelmatig eenige malen in de week een auto van één der groote filiaal-bedrijven uit den omtrek komt om te trachten diverse kruidenierswaren aan den man te brengen. Gewoonlijk wordt de bestel auto dan in het dorp gestatio neerd, terwijl dan de hulp van den chauffeur van te voren bij de bewoners aanbelt om te vra gen, of zij nog iets van de aan geboden waren behoeven. De bestellingen worden ge noteerd en na verloop van een kwartier komt de auto voorrijden en worden de bestelde waren afgeleverd. Is dat venten of is dat geen venten Vooralsnog schijnt daar niets aan te doen, hoe wel het valt te begrijpen talrijke middenstandszaken tegen deze manier van zaken doen heftig ageeren. Het verleenen van ventvergun ningen is een gemeentelijke aan gelegenheid. Daar het aantal venters den laatsten tijd zoo groeit, zou een middel kunnen zijn, om den plaatselijken mid denstand te beschermen, langs den weg van beperking door verscherping van gemeentelijke verordening op de verstrekking van ventvergunningen, het contin ent venters te miniseeren. Tot zoover het interview. Wij zijn van oordeel, dat er voor den gevestigden midden stand op onze dorpen niet veel heil te verwachten is van de werking eener gemeentelijke ventverordening. De ervaring doet in dezen niet veel goeds verwachten. En zoolang de groote filiaal bedrijven uit de steden hier vrij kunnen „werken", doordat zij wel een handigheidje weten om eventueele moeilijkheden meteen ventverordening te omzeilen, zal de middenstand van een vent- verbod geen groote verwachtingen mogen koesteren. De Noordelijke Volken, waar toe ook wij behooren worden zeer sterk beinvloed door het klimaat. Wij zijn somber en teruggetrokken, wanneer de wind woedend giert en zware regen buien neerkletteren dat hooren en zien vergaat. Wij zijn neer gedrukt, wanneer de loodgrauwe lucht alles met een melancholiek waas bedekt en wij zijn niet te genieten als de barometer staag blijft dalen. Doch hoe geheel anders wordt dit alles, wanneer de zon haar opwekkende stralen naar ons heen schiet. Tenminste in de intensiteit, waarin wij die hier uitdrukking, doch slechts in woorden uitte. Hij kon een zoodanigen klank in zijn stem leggen, die iedereen begreep en soms, wanneer hij iets ironisch wilde zeggen, klonk deze scherper dan eigenlijk zijn bedoeling was. Enkele oogenblikken later was hij Mary Standish reeds geheel ver geten. Ik herinner me nog knikte Holt, terwijl hij zijn blikken op de hooge bergen richtte, waarachter zoo vele naar goud dorstende menschen uit een vroegere generatie hun graf hadden gevonden. Ik herinner me.... En de oude Donald droomt nog steeds van die hel daar; hij was er vanavond weer vol van. Ik wilde maar, dat hij alles kon vergeten. Mannen kunnen zulke vrouwen als Jane Hope nooit vergeten, zei de kapitein zachtjes. Heeft u haar gekend Ja Ze is hierheen gekomen met haar vader aan boord van mijn schip. Dat was dezen herfst vijf en twintig jaren geleden, Alan. Dat is een heele tijd, nietwaar En als ik zoo naar Mary Standish kijk en haar stem hoor... Hij aarzelde, alsof hij op het punt stond een geheim te ver raden en toen voegde hij er aan toe: Ik kan er niets aan doen, dat ik telkens weer terug moet denken aan het meisje, waarvoor Donald Hard- wick vocht en dat hij veroverde in dat doodshol te White Horse. Wat is het jammer, dat zij stierf. Ze is niet dood, zei Alan Er was nu geen sprake meer van de minste hardheid in zijn stem. Ze is niet dood, herhaalde hij. Dat is het juist, wat zoo jammer is. De herin nering aan haar is bij hem zoo sterk nol-maal kennen... kalm, rustig en behoorlijk. Anders dan in de tropen, waar men de ons-allen- heilbrengster betitelt met de „koperen ploert" wat niet bewijst, dat men haar erg waardeert. In de Noordelijke regionen is de zon echter verkwikkend. Zij brengt „leven in de brouwerij." De dames trekken hun donkere en zware kleeding uit en ver- toonen zich in hun vlinderach tige costuumpjes, die voor ons mannen, een verrukking voor het oog is. De markiezen worden weer aan de ramen gehangen en geven aan het anders zoo een tonige straat-aspect een bonte variatie. Parasols verschijnen in de tuintjes en 's avonds ziet men de huisgenooten in die tuintjes zitten. Het is de tijd, waarop de be drijvigheid terugloopt en waar weer andere categoriën nijvere menschen hun brood kunnen verdieken. Zij, die het hebben moeten van de reizenden... van hen, die uittrekken, uitzwermen, al komen velen 's avonds weer in het eigen huis terug. Alles maakt zich op om de komende gasten te kunnen ont vangen. Men is in volle voorbereiding. De zon is immers daar, de zon die lokt, die ons uit de huizen roept en waarvoor alles in de Noordelijke landen wijkt. In Scheveningen is de pers conferentie weer gehouden. Het eerste teeken van de komende seizoensdrukte. Op die perscon ferentie ontvouwt de Directie van het Zeebad Scheveningen haar plannen. Men voelt zich ver jongthet mondaine leven met zijn geneugten en tevens met zijn gebreken gaat weer beginnen. Nog enkele weken en onze eerste badplaats wemelt van badgasten, tenminste, wanneer het buitenland geen belemme rende maatregelen neemt. Wan neer de reisbelasting maar niet wordt aangenomen, opdat repres- sailles wegblijven. Men is vol moed. Er komen veel attracties bij. Ten eerste een Luna-park... verder een Lutine-Palace, waar het wrak van de Lutine, het goudschip zal worden bezocht, 1.200 M. onder zee 1 Wanneer men geen hazard spelen mag organiseeren, drommen Nederlanders trekken alleen hiervoor naar de buiten- landsche badplaatsen dan moet men ten minste de gedachte daaraan kweeken. Wat kan de fantaisie niet beter prikkelen dan de Lutine-goudschat voor oogen te tooveren, tenminste voor hen, die destijds geen Lutine-aandee- len hebben gekocht, en nu hun geld zoo goed als kwijt zijn. De eenige methode voor een vacantie-oord is „sfeer" kweeken. Zonder sfeer bereikt men niets, de prijzen zijn laag gehouden tenminste in vergelijking met den bij ons bestaanden levens standaard en de hooge lasten, waaronder het hotel- café- en alsof er geen twintig jaar overheen was gegaan. Na een oogenblik van stilte, zeide de kapitein; In het begin van den avond waren ze samen aan het praten, Alan. Bedoelt u de dochter van ka pitein Standish Ze schijnt iets over zich te hebben, wat je aantrekt, Alan. Alan trok de schouders op. O, heelemaal niet. Ik vind haar alleen een bewonderenswaardig per soontje. Wilt u een sigaar opsteken kapitein Ik ga een beetje op en neer loopen. Ik wil nu eens een kijkje nemen bij die „zure kerels" daar verder op. Zij staken beiden hun sigaar aan en Alan verliet hem, terwijl de ka pitein in de richting van zijn eigen hut ging. Op dezen bewusten avond was voor Alan het stoomschip „Nome" oneindig veel meer dan een voor werp van hout en staal Het was een levend, ademend wezen, waarin men den hartslag van Alaska voelen kon. Het trillen der machtige machines klonk als een menschelijke lofzang. Voor hem bevatte de groote pas sagierslijst niet alleen een opsomming j van namen van eenvoudige mannen en vrouwen, doch hield als 't ware een stuk geschiedenis in. Hij beschouwde deze als de pols slag van het land, dat hij lief had. Hij trok aan zijn sigaar en liep alleen voort, mannen en vrouwen voorbijgaande. die hij nauwelijks scheen op te merken. Maar toch lette hij op alles, Hij herkende de toeristen, zonder restaurantbedrijf zucht. In Hotel Rauch, geheel gemoderniseerd kan men reeds voor f 4.50 per dag, vol pension, vlak aan zee gelegen, terecht. Drie goede maaltijden inbegrepen. Vermoedelijk zuilen de lagere prijzen over het geheele land gaan gelden. Men begrijpt, dat niemand meer genegen is bij de dalende inkomsten en bij de be staande mentaliteit hooge prijzen te betalen. Men trekt met auto's, met reiswagens (waardoor men op hotelkosten spaart) op de fiets het land door en velen nemen hun eigen proviand, mede. Slechts wanneer billijkheid en gezelligheid zich aan elkaar paren, kan bezoek worden ver wacht. Ook wanneer voldoende propaganda wordt gemaakt. Met die feiten MOET men rekening houden, of men het wil of niet. Houdt men er geen rekening mede, dan komt men bedrogen uit. Zorgt voor verma ken, die overeenkomen met de bestaande mentaliteit, zorgt voor prijzen, die bij den huidigen inkomsten-standaard passen en geeft service, want zonder service bereikt men in den tegenwoor- digen tijd niet veel. Het publiek is veeleischend tegenwoordig en dit is de schuld van het bedrijfs leven, dat ter wille van de onderlinge felle concurrentie aan dit publiek te veel heeft willen geven... het schromelijk heeft verwend. Eerst geleidelijk kan hierin verandering komen. Grooteren eenvoud, maar een toenemende service. Men heeft dit laatste liever dan overdreven maaltijden en niet meer in het kader passende luxe BLIJFT IN EIGEN LAND. Voor wat de reisbelasting betreft, heb ik tot nog toe steeds tegen den stroom van de publieke opinie op geroeid. De publieke opinie was tégen de reisbelasting, ik was vóór deze heffing. "t Moge al zuur zijn, als je 'n paar kwartjes per dag moet betalen voor een pleiziertochtje in het buitenland, daar staat toch tegenover, vond ik, dat de lust naar „over de grenzen" eenv beetje geremd moet worden ten behoeve van de café-, pension-, hotel- en restauratiehouders, die óók moeten bestaan en die het toch waarlijk niet kunnen helpen, dat onze regeering ze zwaarder belast dan vreemde regeeringen het hun collega's van elders doen. Evenmin kunnen ze het helpen, dat de accijns op bier en gedistilleerd hier hoog is en dat vleesch en andere voedings ingrediënten slechts met een crisis toeslag kunnen worden ingekocht. Ze zijn er ook onschuldig aan, dat de gulden nog op goudpeil werd ge handhaafd... Onze seizoenzaken moeten nu eenmaal hoogere prijzen berekenen dan in 't buitenland gelden. Houdt men dat in het oog, dan zal men daarnaast moeten erkennen, dat die prijzen zoo laag worden gehouden, als de omstandigheden het toelaten, m.a.w. dat ze billijk zijn. Café houders en restaurateurs doen inder daad al hun best om hun land- genooten een vacantie binnen de grenzen tot een feest en genoegen te maken Zóó dacht ik... tot voor korten tijd. Op een der mooie zomersche dagen, welke reeds ons deel waren, toefde ik op de Veluwe. En ter verpoozing streek ik er neer op een terrasje, dat met een vriendelijk zitje leek te bieden, 't Was er een eenvoudige, maar nette ontspanningsgelegenheid. Ik bestelde er thee voor het gezel schap, bestaande uit vier personen. We kregen een potje met het ge vraagde en vier kopjes. Eenvoudig, maar proper. Het potje bevatte voor ieder een slechts zeer bescheiden plasje van het geurige blad, maar dat was niet erg, want de thee was in elk geval geurig en ons was het meer om het oogenblikje voor af wisseling begonnen. Ik vroeg om te mogen afrekenen „Vier thee f 1.60!" Ik heb niets van mgn gedachten verraden, dat doet een Hollander nu eenmaal niet in zulk geval. Ik betaalde f 1.60 en gaf den bediende twee dubbeltjes fooi. En langs den kortsten weg ben ik toen met mijn gezelschap naar huis gevlucht. Ik heb thermoflesschen gekocht. En ik hoop thans, dat de reisbelas ting er niet doorkomt en dat me de kans blijft toebedeeld om van den zomer voor enkele dagen de grens over te wippen. Men bespare aan de redactie van dit blad de toezending van ingezon den stukken, waarin wordt betoogd, dat men tegenwoordig in goede zaken koffie of thee kan drinken voor 15 cent. Ik wéét hetzulke zaken be staan er vele. En ik waardeer deze. Maar het is de treurige ervaring van allen, die reizen in ons land, dat men op bekend terrein als toe rist nog dikwgls geplukt en gevild wordt, als men ergens gelegenheid zoekt om den inwendigen mensch te restaureeren. Dat houdt het reizen in eigen land tot een gevaar van je financieelen welstand. Horecaf en dergelijke bonden doen veel om ter zake betere verhoudin gen te verkrijgen, maar willen ze succes hebben, dan moesten ze derge lijke zaken sjgnaleeren. Desgewenscht kunnen ze van mij het adres bekomen van de Veluwsche ontspanningsgelegenheid, waar me het theedrama overviel. Ik herinner me nog een geval uit een vorig seizoen. In het Gooische dorpje Kortenhoef zat ik „buiten," voor een zeer onooglijk en klein boeren-herbergje, een glas citroen limonade te drinken. Een sjofele oude juffrouw en een klein meisje stappen er van de fiets afbeiden zijn zeer zichtbaar vermoeid en verhit. De juffrouw vraagt óók een „kogel- fleschje." Ze doet onwennig en blijft bij een tafeltje staan, zonder plaats te nemen. Ze vraagt een tweede glas en deelt dan den inhoud van het fieschje in tweeën op, voor zich en het kind. Beiden drinken haar glas achter elkaar leeg en dan wil de juffrouw, die al dien tijd al met de portemonnaie in haar hand heeft gestaan, betalen. „Vijf en dertig cent De juffrouw raakt zichtbaar ver legen en verward. „U zegt vraagt ze. „Vijf en dertig cent", antwoordt de boer norsch. Het menschje haalt het geld voor den dag, zucht even, betaalt, en dan stappen beide „toeristen" weer op de fiets. Ik vraag nu óók om af te rekenen, want ik heb geen zin om méér te gebruiken in deze afzetterszaak. De boer berekent mij... vgf en twintig cent. ,En zoo vroeg ik waarom liet u die juffrouw dan vijf en dertig betalen „Die had er een tweede glas bij die U hei leven vergallen, daarvoor helpen nu "AKKERTJES" zoo bui tengewoon. Niet alleen dal de pijnen verdwijnen, maar AKKER-CACHETS verdrijven bovendien uil 'i lichaam de stoffen, die de pijnen veroor zaken. Neem daarom "AKKERTJES" NedeHandsch Ongeëvenaard bij Griep, Product gevatte kou, rheumatische pijnen. Zenuwpijnen, enz. 12 st. 52 ct. Zakdoosje 20 ct. Volgens recept iron Apotheker Dumont AKKER.CACHETS Op elk "AKKERTJE" komt de naam AKKER voor in "ruit"-vorm. Let hierop en weiger elke namaak I van Boeken, Jaargangen e. d. spoedig en billijk bij Fa. v. d. Munckhof Standsverschil zal er altijd blijven, hebben wij aan het slot van ons vo rig artikel gezegd. En dat is ook niet erg. Immers de menschen wor den niet beter noch slechter door hun lid zijn van een bepaalde stand. Ten onrechte wordt wel eens gesproken van „betere" standen. Betere „stan den" bestaan niet; wel worden in iederen stand slechte, goede en betere „menschen" gevonden. En in iedere stand moet worden getracht van al de leden van den stand betere men schen te maken. Als dit laatste gebeurt, zal het ook gemakkelijker worden de verschil lende standen te brengen tot onder linge samenwerking, zooals die door Paus Pius XI in zijn Encycliek „Quadragesimo Anno" wordt ver langd. Als men in alle standen gaat inzien, dat de verschillende standen gevormd worden door menschen, dat het feit, dat men tot een bepaalden stand behoort, iemand beter noch slechter maakt, dat wij als menschen, onverschillig tot welken stand wij behooren, voor God allemaal gelijk zijn, dat binnen het raam der stan den de menschen moeten gevormd en hervormd worden, dan zullen wij ook een goede, een betere verhou ding krijgen tusschen de verschillen de standen. Dan pas zal de samen werking der standen kunnen komen aan de onbillijke ongelijkheid der ver schillende standen, die wij momen teel waarnemen, dan zal men ook in andere standen gaan inzien, dat de arbeidersstand als zoodanig niet min derwaardig is in verhouding tot an dere standen, dan zal ook brj den arbeidersstand geleidelijk het minder waardigheidsgevoel gaan verdwijnen. Bij de bespreking van het vraag stuk: Stand en Standsorganisatie hebben wij ernstig rekening te hou den met het feit dat de meerderheid van ons volk niet Katholiek is. Bij de tegenwoordige samenstelling van het Nederlandsche volk kan men ze ker niet spreken van Katholieke stan den. In onzen tijd, in de gegeven om standigheden, zijn Katholieke stan den een onmogelijkheid. Waar dus Katholieke standen een onmogelijkheid zijn, zal er iets anders op gevonden moeten worden. Waar bevordering van standsbewustzgn, van solidariteit en verantwoordelijk heidsgevoel in Katholieken zin inde ze te hoeven aan te zien. De stem van het Noorden had nog geen weerklank bij hen gevonden. Aan de achterzijde van de rook kamer stond hij stil, terwijl hij de asch van zijn sigaar over den rand van de verschansing wierp Een groep van drie mannen stond dicht bij hem, waaruit hij dadelijk de jonge ingenieurs herkende, kersversch van de universiteit, die uitgingen om te werken aan den spoorweg, loopend van Seward naar Tan ana. Een van hen was voortdurend aan het woord, vol enthousiasme over zijn eerste avontuur. Ik geef je de verzekering, zeide hij, dat de meeste menschen bitter weinig van Alaska afweten. Op school leert men ons, dat het een ontzettend groote ijskast is, gevuld met goud en het hoofdkwartier van Santa Claus, omdat daar de ren dieren vandaan komen. En volwas sen menschen gelooven dat ook. Maar even haalde hij diep adem. het is negen maal zoo groot als New York en wij hebben het van Rusland gekocht voor minder dan twee cent per H.A. Als je het bij wijze van spreken kon opnemen en neerleggen op de Vereenigde Staten, zou Juneau komen te liggen op St. Augustine, Florida en Unalaska op Los Angélos. Zoo groot is het, en het geograpisch middelpunt van ons land is niet Omaha of Sioux, maar correct genomen San Francisco Heel goed, vadertje, klonk het kalm vanachter het groepje. Je bent goed op de hoogte van aardrijks kunde. En je kunt er ter verdere leering nog aan toevoegen, dat Nome ligt op 37 mijlen afstand van Bol- sjowistisch Siberie en dat in het afgeloopen jaar niet minder dan vijf honderd draadlooze telegrammen door de Bolsjewieken naar Alaska werden gezonden, waarin er op werd aangedrongen, dat ons volk op zou staan tegen de regeering in Was hington. Wij hebben Washington verzocht ons manschappen en mu nitie te zenden om Nome te bewa ken, maar ze hebben ons eenvoudig uitgelachen. Voelt u de moraal van deze geschiedenis Aanvankelijk half-spottend toe luisterend, werd plotseling Alan s volle beiangstelling opgewekt. Hij zag een glimp van den mageren grijsaard, die gesproken had, doch hij kende hem niet. Toen deze man zich omwendde, scherp uitkomend tegen het maanlicht liet dezelfde zware, kalme stem van zooeven zich weer duidelijk hooren En als je iets om Alaska gaf, ging je aan je regeering vragen een paar mannen, zooals John Graham, op te hangen. Bij het hooren van dien naam voelde Alan hoe het warme bloed hem plotseling naar het hoofd steeg. Er was slechts één man op aarde dien hij haatte met een onsterfelijken haat en die eene man was John Graham. Hij was juist op het punt om te trachten uit te vinden wie de vreem- dehng was, die deze woorden, welke de jonge ingenieurs voor korten tijd sprakeloos hadden gemaakt, had uit gesproken, toen hij plotseling een slank figuurtje ontdekte tusschen hem en het licht van de rookkamer. Het was Mary Standish Uit haar houding kon hij opmaken dat ze de woorden van den jongen ingenieur en den grijsaard gehoord had. Haar blikken echter rustten op hem. Hij kon zich niet herinneren ooit vroeger in vrouwenoogen een derge lijke uitdrukking gezien te hebben. Het was geen vrees, doch afschuw eer teweeg gebracht door geestelijke dan door lichamelijke invloeden. Zoodra hij dit opmerkte, voelde hij zich aangetrokken. Dit was de tweede maal, dat zij te sterk had gereageerd op dingen, die haar niet aangingen. Daarom zei hij, terwijl hij zich wendde tot de nu zwijgende jonge mannen, die op eenige schreden af stand stonden: Hij vergiste zich heeren, John Graham moet niet opgehangen wor den, dat zou een veel te lichte straf voor hem zijn. Toen liep hij door, hen in het voorbijgaan toeknikkend. Maar nauwelijks was hij uit hun gezicht of hij hoorde vlugge voet stappen achter zich. Onmiddellijk daarop voelde hij de aanraking van Mary's hand. Hoort u eens» mijnheer Holt. Hij stond stil en moest zichzelf bekennen, dat de zachte aanraking van die hand hem verre van onaan genaam aandeed. Ze aarzelde even en toen ze weer begon te spreken, waren 't slechts haar vingertoppen, die zijn arm be roerden Zij keek naar de kust, zoodat hij voor een kort oogenblik alleen het volle glanzende haar te zien kreeg. Toen zag zij hem recht in de oogen. terwijl in haar blik een uitdagende uitdrukking lag. Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1936 | | pagina 5