TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
ABD'jsth
Het dienstboden-
vraagstuk.
Bloei en verval van
den middenstand
in de oudheid.
FEUILLETON.
Mesalliance
Crisis onder een
dictatuur.
Het onstaan en de
groei van de mijn
streek.
Benauwd?
Uit Limburgs
folkloreschat.
Zaterdag 9 Mei '1936
Zeven en vijftigste Jaargang No 19
BOUVIGNE.
Het dienstbodenvraagstuk is
in dezen moeilijken tijd meer dan
ooit aan de orde.
Men ziet allerwege flinke
meisjes, die er maar niet in
slagen eene betrekking te ver
krijgen, maar ook dat duizenden
meisjes uit Duitschland in dit
opzicht wel slagen.
Deze Duitsche meisjes zijn
thans in zulk een groot getal in
ons land, dat dit feit, in verband
met de werkeloosheid, de aan
dacht der Regeering tot zich
getrokken heeft.
Dit opmerkelijk verschijnsel
moet toch een oorzaak hebben,
welke oorzaak naar veler meening
ligt in de meerdere bekwaamheid
der buitenlandsche meisjes.
De Katholieke sociale actie,
die geen terrein van het maat
schappelijk leven onbewerkt laat,
heeft ook het dienstbodenvraag
stuk ter hand genomen. En niet
alleen in theorie, maar wat veel
meer zegt, in practijk.
In Bouvigne is namelijk de
gelegenheid geopend om opgeleid
te worden tot bekwame dienst
bode, hulp in de huishouding,
huishoudster of dergelijks en wel
geheel gratis, zelfs de reis heen
en weer wordt vergoed.
Kleeding, voeding, etc. gedu
rende het drie-maandelijksch ver
blijf op Bouvigne wordt gratis
verleend.
En dat alles om te bereiken,
dat onze meisjes degelijke, kun
dige en voor alles Katholieke
meisjes zijn, die hun natuurlijke
roeping, het besturen van een
huishouden, goed verstaan, tot
heil van huisgezin, maatschappij
en Kerk.
Ongetwijfeld zullen alle meisjes
bovenstaande kennisgeving niet
alleen met vreugde lezen, maar
er zelfs zeer gaarne gebruik van
maken
Hoe dit mogelijk is, vrage
men aan den Directeur der Ven-
raysche K.J.V., den Weleerw.
Heer Kapelaan Theunissen.
Een volgende maal hopen we
op dit punt neg eens terug te
komen.
Uit een volk met een gemeen
schappelijk grondbezit en gelijke
rechten had zich in het oude
Griekenland een maatschappij
ontwikkeld van kleine grond
eigenaren. Deze klein-grondbezit-
ters voorzagen echter door eigen
arbeid in hun onderhoud nie
mand kon meer grond in bezit
nemen, dan hij zelf kon bewer
ken. De natie bestond dus eigen
lijk geheel uit middenstand.
Toen echter in de jaren tus-
schen 700 en 800 v. C. de Grie
ken de kusten van Klein-Azië en
Zuid-Italië en Zuid-ltalië begon
nen te koloniseeren, nam het
handelsverkeer zeer toe.
(Een ongelijk Huwelijk)
Roman door Cor de Blij.
37
Het herstel hield aan. Zachtkens,
schrede voor schrede.terug naar
de wereld... die, wreed haar zou
wachten. WareBoer Beukers er
niet geweest.
Beukers, de mensch... die zijn huisje
voor haar openstelde.
Alie en Frans Verhoeven waren
getrouwd. De oude Verhoevens
bicven op het boerderijtje. Vader
hield den moestuin... het land was
bij de groote hoeve getrokken, onder
beheer van den nieuwen jongen boer.
Dat is nou allemaal goed en
wel, had Beukers gezegd, maar nou
mot ik, oude kerel, een vrouwmenscb
hebben, om voor me te zorgen. Alie
kon d'r werk wel an.
Daar kwam uitkomst in den vorm
van... Trijn. Zij was zonder betrek
king, nu de familie Van Beers naar
Oegstgeest verhuisd was.
Ja, Juffer Drost, je liekent me
we een geschikt mensch om mien
potje te koken. Maor, dat zeg ik oe,
je mot niet zoo op mien schoot gaon
zitten, zoo as toen in de bus I
Lydië, Spanje en Cyprus lever
den goud en zilver.
Er kwamen nn rijke menschen
onder de Grieken, die er slaven
op na konden houden. En zoo
werd al gauw de slavernij een
algemeene instelling. Er ontstond
nu een stand van rijken en een
van armen.
De rijken: zij loopen langs den
weg, op hooge schoenen, in
purperen gewaden, zij versprei
den rondom zich een geur van
welriekende zalven; zij zijn ver
sierd met gouden armbanden en
zelfs hun haar binden zij met
gouden spangen.
De armen In knechtschap ligt
het land. Willekeur en hardvoch
tig recht hebben zoo menigen
vrijen man onder het slavenjuk
gebracht. Hoevelen zijn de schuld-
dwang ontvlucht en zwerven nu
den vreemde, hun eigen taal ver
getend, zonder vaderland. (klaag
zang van Solon).
Deze twee uitspraken van 660
v. C. laten U de scherpe tegen
stellingen duidelijk zien, al wor
den de rijken ook alleen maar
door uiterlijkheden gekenmerkt,
hetgeen ons wel zeer naïef aan
moet doen.
In 590 v. C. trachtte Solon met
zijn wetgeving de staat te red
den, door de macht der rijken te
besnoeien en de nood der massa
te lenigen. Er werd o.m. een
maximum bepaald, van de hoe
veelheid grond, die een burger
mocht bezitten.
Zij, die wegens schuld in
slavernij waren geraakt, werden
met staatsgeld vrij gekocht en
alle bestaande hypotheekschulden
werden nietig verklaard.
Zoo werden de rijken belast
en de middenstand werd ver
sterkt, maar toch bleven er nog
een massa menschen zonder land
en zeer vele werklooze dagloo-
ners.
Klisthenus versloeg de edelen,
die vreemd krijgsvolk uit Sparta
en Euboa in het land hadden
geroepen en verdeelde daarna de
vruchtbare vlakte van Euboa in
4000 hoeven, die aan even zoo
vele daglooners en kleine boeren
als eigendom werden toebedeeld.
Hierdoor versterkte hij in hooge
mate de onafhankelijke midden
stand.
De macht van de aristocratie
was gebroken en de middenstand
kon zich ontwikkelen. Maar toch
kon deze zich op den duur in
Athene niet handhaven, omdat
het bestaan der slavernij een
wettelijke instelling geworden
was. Rijken werden weer rijken,
armen weer armen en tenslotte
verdwijnt de middenstand weer
geheel.
In het oude Rome zien wij
dezelfde ontwikkeling.
Hier is een volk van onafhan
kelijke boeren, die het rijk groot
en machtig maken, vervolgens
door de werking van slechte
wetten, door onrust en machts
misbruik verwordt datzelfde volk
tot een natie van schatrijken,
doodarmen en slaven.
Wel heeft Caesar nog getracht
een middenstand te scheppen,
door in Rome werk te verschaf
fen. Paleizen werden gebouwd,
straten en wegen werden aange
legd.
Och man. Met mij kun je de
kachel niet aanmaken. Daar kan je
op rekenen.
Alzoo was Trijn er, om Marie
liefdevol bij te staan.
Bewaarder. Breng 'No. 437 bij
me.
Een geslof door de lange kille
gangen, eentonig gezang hier lawaai
in die cel.. daartusschen het geklik
klak van sleutels... het huis der ver
schrikkingen.
Je moet bij den directeur ko
men. Ga maar met me mee.
Grauw, ingevallen, kaal geknipt het
hoofd, in zijn ruwe gevangenisklee-
ding.Arie Swievers Hij keek lus
teloos op, van het zaagwek; de
anderen klopten, hamerden door
geen spreken... geen ijverige bekwa
me menschen met aandacht aan het
werk... machinaalnummers.
Ikke/
Jij bent toch 437.vooruit, de
derecteur wacht.
Wat mot meneer van me
Zul je wel hooren. Allé.
I Arie liep naast den bewaker
slof... slof... sleur... niet meer dan
angstbeest in 'n slof...
I Wat kon d'r wezen...
I Mijnheer No. 437.
Goed. Ga maar. Ik zal U wel
bellen.
1 Bedeesd stond Arie voor de tafel
in de directeurskamer... nu toch even
Zoo werd het aantal menschen,
dat van staatswege koren ontving,
van 320.000 tot op 150.000 terug
gebracht.
Het Romeinsche rijk, dat in
nerlijk zoo'verrot was, heeft nog
zoovele eeuwen daarna kunnen
blijven bestaan, alleen door het
gezond leven van de Romeinsche
provinciën in Spanje, Gallië, Ma
cedonië, Klein-Azië en Noord
Afrika.
Maar Italië zelf bleef onder het
militaire despotisme van den
keizer in de macht van de groot
kapitalisten en groot-grondeige
naren en Rome, waar geen in
dustrie bestond, en waar voor
den vrijen mensch geen gelegen
heid was, om productief werk te
verrichten, leefde alleen van de
kapitaal- en grondrente.
Rijken onderhielden de armen.
Het werk werd door slaven ge
daan en evenals Griekenland
ging ook Rome te gronde, omdat
de middenstand was verdwenen
door onrecht en geweld, door
menschelijke wetten en gebrui
ken, die kunstmatig schatrijken
en proletariërs kweekten.
Zoo ging het met den midden
stand meer dan 2500 jaar ge
leden, zoo gaat het nu nog
Een vechten, een strijd voor
het bestaan, de cirkelgang van
het willen leven en weten te
sterven en weer willen leven en
opnieuw weten te sterven, tot
tenslotte hier het leven over den
dood zal triomfeeren J.J.M.
In Duitschland is de partijenstaat
opgeheven. Daar heeft men een
indrukwekkende nationale eenheid
verkregen. Geen partijen, slechts
DuitschersVandaar dan ook die
stabiliteit van Regeering, welke geen
crisis van een twistend en onderling
verdeeld Parlement te duchten heeft
Aldus wordt ons herhaaldelijk
verzekerd. En ook hier te lande zijn
velen onder den indruk van die
prachtige eenheid gekomen.
Wie echter dieper wil zien, zal
zich door dien indruk niet zoo ge
makkelijk laten meesleepen. Want
per slot blijven ernstige meenings-
verschillen met ideëelen ondergrond
in zulk een één-partij-staat ook
leven. Er doen zich verschijnselen
voor, die in wezen gelijk te stellen
zijn met de politieke crisis in demo
cratisch geheeten landen, doch die
niet in de finesses mogen behandeld
worden door de pers en geen ge
legenheid krijgen, om zich op min of
meer soepele wijze uit te kuren.
De gebeurtenissen van 30 Juni 1934
vormden eigenlijk de oplossing van
een Kabinetscrisis, maar op zulk een
wijze, dat heel de overige wereld
ervan gruwde.
In den laatsten tijd komen weer
berichten naar voren, die doen raden,
dat de tegenstellingen in de ééne
partij in wezen niets verschillend
van de oude partijverschillen
weer ernstig woelen achter het
scherm der absolute Regeering. Ge
lukkig, dat het gevaar voor een
gruwelijke ontknooping nu niet zoo
groot is. Maar er is herrie in de
hut
De groote controverse gaat tus-
schen Dr. Schacht en de radicale
Nazi's, o.a. den Landbouwminister
Darré. De radicalen vinden, dat
Schacht veel te conservatief-liberaal
denkt. Hij streeft naar een toestand,
waarbij werkelijk weer van een
sluitende begrooting sprake zal zijn.
Hij wil ook niets van devaluatie
weten. De radicalen daarentegen
vinden „sluitende begrootingen" een
verouderd begrip. Er moet maar
opschuchterend... schuw oogenblik-
ken... weer neer de wimpers...
Je heet Adriaan Swievers, niet
Zijn naam... zijn naam... na al die
maanden.
Ja Meneer.
Zoo Swievers. Ik heb een goed
bericht voor je, man. Je straftijd zou
eerst over drie maanden beëindigd
zijn, doch door een zeer groote
voorspraak van menschen, die het
heel goed met je meenen, en... daar
komt het voornamelijk door... je
voorbeeldig gedrag hier in het Huis
van Bewaring, is je de verdere straf
kwijt gescholden.
Nog suf, niet omvattend
Ja, Mijnheer...
Dus, Swievers, je bent vrij
Mijnheer... wat... ikvrij
Ja, mijn beste man.
De directeur had er zooveel zoo
gezien, die niet omvattend direct-
plots geiukt uit sleurende tred... Vrij.
Weken, dagen, uren uitgeteld., op
eens vrij. Dat woord, verbeid,
klank in stompe hersens gegrift...
Vrij... dan... niet omvattend. Maar
dat zijn niet de geraffineerden... de
door 't leven getrapten, de beroeps,
de recidivisten, neen dat zijn de
stakkerts die nooit hadden vermoed,
„die hel" eens tot woon te hebben
Alsof het meerendeèl geen „stakkerts
zijn. Omslooten door vier muren
van steen, en... van de koude on-
I gevoelige wereld...
i Swievers, ga eens bij me zitten
Ja, gerust, doe het maar. Luister
uitgegeven worden, als het noodig is,
zeggen ze. Dat blijft immers toch
in de volkshuishouding en op den
duur rendeert dat voor de Rijks
financiën weer.
In deze drie jaren van Nazi-bewind
is feitelijk volgens dezen laatsten
stelregel te werk gegaan.
De reusachtige werkverschaffingen,
het aanschaffen van een heel nieuw
leger, waardoor de werkloosheid
inderdaad geweldig is teruggeloopen,
werden op zeer vernuftige, maarniet
bepaald solide wijze gefinancierd.
J j;Er steekt zeker een element van
waarheid in het feit, dat een keurig
sluitend Rijksbudget, door allerlei
bezuiniging en aanpassing verkregen,
nog lang geen volkswelvaart ver
zekert. En een zieke volkshuishou
ding tast op den duur ook de veilig
heid van het Rijksbudget aan. Het
wordt dan de bekende schroef zonder
einde... naar beneden.
Daartegenover kan men een politiek
zetten, die van Rijkswege nieuwe
impulsen aan het bedrijfsleven geeft,
zeer typeerend aangeduid met het
Dui'sche woord „Ankurbelung".
Doch het is duidelijk, dat zulk een
politiek nauwkeurig haar grenzen
moet kennen en niet ad infinitum
kan worden doorgezet. Anders wordt
het een schroef zonder einde... naar
den anderen kant. En dan ontstaan
eveneens catastrofale toestanden.
Dr. Schacht nu heeft de ,Ankur
belung" wel gewild, doch hij meent
thans een strakke grens te moeten
trekken. Vooral de uitgaven voor de
par tij-propaganda en voor de geheime
politie kunnen heel wat naar beneden
dunkt hem. Zulke dingen zijn onder
een dictatuur nu eenmaal zeer dure
posten
Doch daar heeft de Rijksbank
president tevens aan een paar heilige-
huisjes geraakt van de radicale Nazi's
en feitelijk ontstond er een ernstige
financieel-politieke crisis.
De in democratiën gebruikelijke
weg van Kabinetsaftreden kan niet
begaan worden. Voor het uiterlijk
moet de ééne Regeering ongeschokt
blijven staan.
Daarom is thans een andere weg
ingeslagen. In het Kabinet was reeds
een zekere hiërarchie te bespeuren
van meer en minder belangrijke
ministers met Hitier aan den al-
beslissenden top.
Thans is die nuanceering nog zeer
verscherpt. Generaal Goering, wiens
verschillende functies al niet meer
op één hand bij elkaar te tellen
waren, heeft er een nieuwe en be
langrijke bij gekregen Hg is zoo
maar ineens tot economisch dictator
van Duitschland gepromoveerd. Niet
omdat hij ooit blijk gegeven heeft
van buitengewoon economisch inzicht,
maar omdat de radicale Nazi's dien
verdraaiden Schacht niet langer aan
den top van het economische leven
wilden zien. Feitelijk beteekende dit
een votum van wantrouwen jegens
den Rijksbankpresident. Doch aftre
den mag hij niet, want dat zou den
indruk van eenheid in de Regeering
schaden. Hij moet nu door conferee-
ren en intrigueeren bij den almach-
tigen Goering trachten te bereiken,
wat hij vroeger zelfstandig kon be
slissen. Doch de radicale Nazi's zul
len natuurlijk ook niet stil zitten.
Het wordt een toestand van per
manente crisis, die misschien wel
weer met een verschrikkelijke
explosie moet eindigen.
De fagade van eenheid blijft echter
opgericht
EEN BLIK IN HET VERLEDEN.
Het was Donderdag 30 April veer
tig jaar geleden, dat de spoorlijn
SittardHeerlen-Herzogenrath werd
geopend.
Een evenement voor dien tijd, het
kolenrijke Zuid-Limburg werd uit zijn
isolement verlost.
Eenige maanden later, in October
1896, waren de eerste schachten van
de Oranje Nassau Mijn I, welke het
eerst van de lgn profiteerde, gereed.
eens. Je hebt straf gehad. Die had
je verdiend. Neen, kijk me eens in
de oogen, en zet van je, man, dat
gevoel van... wraak. Ik weet je heele
geschiedenis. Ik weet het motief van
je daad. Heb je in dien tijd, hier
doorgebracht... berouw gehad
'k Weten 't niet.
Ja Swievers, dat weet je wel
Jij antwoordt niet, dan zal ik het
doen. Dat isneen. Maar Swievers,
als ik je nu vertel, dat Marie
Nee Mijnheer... nee... nee-
mijnheertje...
Arie snikte.
Kalm, Swievers Ik mag je
zeggen, Marie is... goed. Zij is weer
bij haar volle verstand... zij is bij
mijnheer Beukers en... ze heeft veel
naar je laten informeeren. Marie
weet dat jij een braaf mensch bent.
Dat, man, die wetenschap, zal je
gevoel van wraak wegnemen. De
achting van een goede vrouw.is
meer waard, kerel, dan... gevoelens
van... verbittering.
Maanden had Arie gezeten.de
tred geloopen... geen weten van tijd...
van smart berouw. Slechts dat
eene Mariegek"... Zonder het
zich te realiseeren waren zelfs de
haatgevoelens verdwenen., op den
achtergrond geraakt. Het was een
I verstomping „vier muren'hadden
hem getemd, gebroken.
De wetenschap„zij genezen"
bracht in één slag, ommekeer.
Ik heb nog meer nieuws. Ik
heb hier een brief voor je van een
De geschiedenis van de Nederl.
Mijnindustrie begint in Rolduc. Maar
laten wij niet teruggaan tot de 12e
eeuw, maar tot 1846, toen de Nederl.
Staat de kolenvelden langs de Duit
sche grens onder Kerkrade voorden
tijd van 99 jaren aan de Aken—
Maastrichtsche Spoorwegmaatschap
PÜ verpachtte, welke concessie later
door de Domaniale Mijn Mij. werd
overgenomen.
Hiermede kwam onze oudste thans
nog bestaande mijn, de Domaniale,
tot stand.
In 1853 kwam de spoorlijn Aken
SimpelveldValkenburgMaastricht
gereed, met zijlijn van Simpelveld
naar de Domaniale, in 1865 de lijn
MaastrichtSittardNijmegen.
Toen men ook ten Westen van
Kerkrade de ligging van steenkolen-
lagen had vastgesteld, werden ver
schillende concessies aangevraagd; in
1860 voor het veld „Willem Sophia",
in 1873 voor het veld „Laura," in
1876 voor het veld „Vereeniging."
Daar de concessionarissen nalieten
met de exploitatie te beginnen, ging
de Staat der Nederlanden in 1891 tot
andere maatregelen over de Staat
nam het geheele mijnveld in Zuid-
Limburg voor zich in beslag endaar-
mede kon hij de concessionarissen
plichten opleggen.
Carl Honigham, een pionier van de
Nederlandsche Mijnstreek ontving in
het begin der negentiger jaren con
cessie voor het veld „Carl" te Schaes-
berg, welk veld in 1894 door de N.V.
der O.N. Mijnen werd aangekocht en
waarop later de O. N. Mijn II werd
gesticht. Bij Kon. Besluit van 2 Mei
1893 had deze N. V. reeds concessie
op de velden O. N. I, III en IV ont
vangen. De oprichter van deze N.V.
was H. L. C. H. Sarolea, een der
grootste pioniers der Mijnstreek. In
1908 kwam het grootste gedeelte der
aandeelen in handen van de Par ij -
sche firma Les Petit-Fils de Frangois
de Wendel en Cie te Parijs.
De O.N. Mijn II kwam in 1899 ten
volle in exploitatie, de O. N. Mijn II
in 1907, de O. N. Mijn III in 1917 en
de O. N. Mijn IV in 1928.
In 1899 nam een Belgische N.V. de
velden Laura en Vereeniging over en
kreeg een Belgisch-Nederlandsche N.
V. de velden Willem-Sophia in han
den.
In 1902 werd met de exploitatie
begonnen in 1905 met de „Laura,"
in 1927 met de „Julia."
Dwars door het gebied was op 1
Mei 1896 de spoorlijn SittardHeer
lenHerzogenrath geopend. Twee
jaren later namen de Staatsspoorwe
gen de lijn voor ruim l1 millioen
van de Ned. Zuid. Spoorweg over.
Ia 1906 kwam de eerste Staatsmijn
de „Wilhelmina" in bedrijf. Het was
vooral wijlen onze groote Limburger
mgr. dr. Nolens die in de laatste ja
ren van de vorige eeuw de Tweede
Kamer wist te overreden, alle nog
overige in Limburg gelegen mijn-
concessies door den Staat zelf te doen
exploiteeren. Daarover is heel wat te
doen geweest. Wij kunnen er niet
over uitweiden, maar willen toch wel
vastleggen, dat kentering in de mee
rlingen is gekomen en zeer velen
thans het standpunt van den groo-
ten katholieken Nederlandschen
Staatsman als een zegen voor de
mijnstreek beschouwen.
De Emma volgde in 1913, de Hen
drik in 1916, de Maurits in 1923.
De groote groei en bloei van onze
mijnen begon gedurende de oorlogs
jaren. de grootste vlucht genomen
na 1918. In 1931 begon de crisis zich
af te teekenen en al is de productie
nog wel constant gebleven, het aan
tal mijnwerkers liep met 9500 terug.
Naast het kolenbedrijf der Staats
mijnen mogen genoemd worden het
electriciteitsbedrijf de „Emma," dat
bijna geheel Limburg van licht en
krachtstroom voorziet, de cokesbe-
drijven van „Emma" en „Maurits,"
annex het geweldige gasbedrijf, dat
tot ver in Noord-Brabant en Gelder
land zijn vertakkingen heeft en het
stikstofbindingsbedrijf, nabij de„Mau-
rits." Nog zoo lang niet geleden werd
het lijntje SchaesbergKerkrade
Simpelveld geopend, alsook het Ju-
lianakanaal, met moderne kolenha-
vens te Born en Stein. In de veertig
jaren is het beeld van de streek to
taal veranderd.
Heerlen, in 1896 nog een platte-
Als Gij 's nachts niet slapen kunt
door de benauwdheid op Uw borst.
Als Uw ademhaling moeilijker en pijn
lijker wordt door de verstopping van
Uw luchtpijptakken, neem dan Akker's
Abdijsiroop. Gij zult Uw benauwdheid
overmeesteren, want de slijm zal zon
der moeite loskomen. Vanaf den
eersten lepel begint de verlichting.
Dat opgeblazen, benauwde gevoel
zal verdwijnen en na korten tijd zult
Gij geen spoor meer van die bo'rst-
benauwdheid bemerken. Neem dus bij
Hoest-Oriep-Bronehitii-Aslhma
lrfrVfeSröj3évS<to9 75cent 1
prijzen
Door een NIEUWE toevoeging werkt NU
Abdijsiroop 2x zoo snel als veorheen I
landsstadje van 6000 zielen werd een
industriestad van 50.000 dorpen als
Hoensbroek en Brunssum werden
welvarende stadjes en Geleen en Sit
tard ondergingen een metamorphose
door de „Maurits."
Du'zenden woningen moesten wor
den gebouwd. Heele kolonies en buur
ten ontstonden. Het A. M. F. werd
gesticht, gezellenhuizen werden ge
bouwd. kerken en scholen rezen uit
den grond, de contactcommissie, wel
ke nog altijd geen Bedrijsraad is,
maar prachtig werk heeft verricht
in het leven geroepen.
Over de sociale en godsdienstige
voorzieningen, behoeven wij niet uit
te weiden. Bij het zilveren jubileum
van den Aalmoezenier van den
Arbeid, mgr. dr. Poels is het- ook in
dit blad in den breede belicht. De
naam van den doctor blijft voor
altijd aan de mijnstreek verbonden
en het was niemand minder dan onze
Bisschop, die het vorig jaar getuigde,
dat het vooral aan een Poels was te
dankeD, dat de Mijnstreek voor het
oude geloof werd bewaard.
Ook door de gemeenten is gewel
dig veel werk verricht, met Heerlen,
de hoofdstad van de mijnstreek, aan
de spits, dat als zetel van vier
Mijnen, met de hoofdbureaux van
O. N. en Staatsmijnen, Mijnschool,
M.T.S., A.M.F. en zoovele andere
instellingen het centrum zal blijven
van het grootste industriegebied in
Nederland.
door A. F. VAN BEURDEN.
heer uit den Haag, met ingesloten
twee honderd vijftig gulden. Van
dit bedrag kun je kleeren koopen, en
den eersten tijd, dat je werk zoekt,
leven
Van wie is dat, mijnheer
Arie keek argwanend.
Van een heer, waarvan je het
gerust kunt aannemen. Een vriend
van je. Neen, neen, neen, Swievers.
Niet van „die". Ik weet, wat je voelt.
Man, ga de maatschappij weer in
zonder mokken, met het voornemen,
deze plaats nooit meer terug te wil
len zien Want de wraak is niet aan
LS.
Dien avond ging er een brief naar
den heer R. van Segwaert, dat het
bedrag was uitbetaald.
Weer was het herfst..
In den tuin voor het huis van
Beukers stond een kinderwagen.
Bloote voetjes trappelden het dekentje
weg...
Foei, ondeugend jonk, je moet
slapen. Wil Trijn zingen
Haha, jij niet kan zingen. Baby
gaat huilen, ja.
Zoo, roetmop, wat voer jij hier
uit Appels gappen
Gekregen van baas. Ik niet
gap. Heb <>t nog een- Lekker Zal
ik zing
Wel ja, vooruit maar. Voor
zichtig hoor, doe het maar net zoo
as gister. Je verstaat d'r wel geen
sikkepit van 't helpt. Nou, laat
De kalender te Neder-
weert uitgevonden.
Bij Weert lag in overoude tijden
tot aan de Peel een woud of groot
bosch. Waar nu Nederweert, het
groote welvarende dorp ligt, woonde
toen een man, werkzaam, vreedzaam,
eenzaam, deugdzaam en nog meer
andere zaamen bezat. Hij is later als
de gitvinder van den Kalender of
den Almanak geprezen, volgens het
berijmde verhaal in Limburgsche
volksspraak.
Een eeder wèt et goed, det
oozen Almanak,
Vast neet te missen, me vindj
'm in de zaK.
Bie errem en bie riek, bie groot
es waal bie klein.
Doa is hè tiejen lank, jao
ieeuwen algemein.
Na het nut van den kalender of
almanak bezongen te hebben, stelt
hooren.
Moet jij weg gaan, Trijn.
Anders zusje schrikken
Bertie lachte.
Brutale bruine boon. 'k Gaan al.
Op een afstand, achter de keuken
deur keek ze nog even, dan ging ze
hoofdschuddend aan haar werk. Toch
'n schat van 'n jong. Alleen dat ie
zoo zwart is, affijn. misschien, bin
nen daar ook goeie minsen onderI
Daar klonk de melodieuse kinder
stem
Nina, Nina. Bobo,
Popok, Lag i, Dalom,
Ajoenan... het laatste, wonderlijk
uitgehaald, steeds weer die regels
herhalend, tot eindelijk baby zou
slapen.
Nina, Nina, Bobo-
Achter de heg, een wandelaar
luisterde... keek..
Hier moest Beukers wonen
Maar, dat jongetje, met die stem
Op zijn teenen kwam hij nabij.
Sssttt, kindje slaapt... Nina...
Bobo...
Dan naar den vreemde
U bijna weer aan t huilen ge
maakt. Trijn dacht, ik niet kon...
Haha.nu slapen. Trijn niet kan
zingen. Waar woont U
Wie ben jij jongetje
Ikke Bertie
Zoo. En waar kom je dan...
Ar i e.. A r i e...
i Tante Marie niet zoo schreeuw
jij, anders klein babytje weer wakker
I EINDE.