TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS ABD'jsth Het dienstboden- vraagstuk. Bloei en verval van den middenstand in de oudheid. FEUILLETON. Mesalliance Crisis onder een dictatuur. Het onstaan en de groei van de mijn streek. Benauwd? Uit Limburgs folkloreschat. Zaterdag 9 Mei '1936 Zeven en vijftigste Jaargang No 19 BOUVIGNE. Het dienstbodenvraagstuk is in dezen moeilijken tijd meer dan ooit aan de orde. Men ziet allerwege flinke meisjes, die er maar niet in slagen eene betrekking te ver krijgen, maar ook dat duizenden meisjes uit Duitschland in dit opzicht wel slagen. Deze Duitsche meisjes zijn thans in zulk een groot getal in ons land, dat dit feit, in verband met de werkeloosheid, de aan dacht der Regeering tot zich getrokken heeft. Dit opmerkelijk verschijnsel moet toch een oorzaak hebben, welke oorzaak naar veler meening ligt in de meerdere bekwaamheid der buitenlandsche meisjes. De Katholieke sociale actie, die geen terrein van het maat schappelijk leven onbewerkt laat, heeft ook het dienstbodenvraag stuk ter hand genomen. En niet alleen in theorie, maar wat veel meer zegt, in practijk. In Bouvigne is namelijk de gelegenheid geopend om opgeleid te worden tot bekwame dienst bode, hulp in de huishouding, huishoudster of dergelijks en wel geheel gratis, zelfs de reis heen en weer wordt vergoed. Kleeding, voeding, etc. gedu rende het drie-maandelijksch ver blijf op Bouvigne wordt gratis verleend. En dat alles om te bereiken, dat onze meisjes degelijke, kun dige en voor alles Katholieke meisjes zijn, die hun natuurlijke roeping, het besturen van een huishouden, goed verstaan, tot heil van huisgezin, maatschappij en Kerk. Ongetwijfeld zullen alle meisjes bovenstaande kennisgeving niet alleen met vreugde lezen, maar er zelfs zeer gaarne gebruik van maken Hoe dit mogelijk is, vrage men aan den Directeur der Ven- raysche K.J.V., den Weleerw. Heer Kapelaan Theunissen. Een volgende maal hopen we op dit punt neg eens terug te komen. Uit een volk met een gemeen schappelijk grondbezit en gelijke rechten had zich in het oude Griekenland een maatschappij ontwikkeld van kleine grond eigenaren. Deze klein-grondbezit- ters voorzagen echter door eigen arbeid in hun onderhoud nie mand kon meer grond in bezit nemen, dan hij zelf kon bewer ken. De natie bestond dus eigen lijk geheel uit middenstand. Toen echter in de jaren tus- schen 700 en 800 v. C. de Grie ken de kusten van Klein-Azië en Zuid-Italië en Zuid-ltalië begon nen te koloniseeren, nam het handelsverkeer zeer toe. (Een ongelijk Huwelijk) Roman door Cor de Blij. 37 Het herstel hield aan. Zachtkens, schrede voor schrede.terug naar de wereld... die, wreed haar zou wachten. WareBoer Beukers er niet geweest. Beukers, de mensch... die zijn huisje voor haar openstelde. Alie en Frans Verhoeven waren getrouwd. De oude Verhoevens bicven op het boerderijtje. Vader hield den moestuin... het land was bij de groote hoeve getrokken, onder beheer van den nieuwen jongen boer. Dat is nou allemaal goed en wel, had Beukers gezegd, maar nou mot ik, oude kerel, een vrouwmenscb hebben, om voor me te zorgen. Alie kon d'r werk wel an. Daar kwam uitkomst in den vorm van... Trijn. Zij was zonder betrek king, nu de familie Van Beers naar Oegstgeest verhuisd was. Ja, Juffer Drost, je liekent me we een geschikt mensch om mien potje te koken. Maor, dat zeg ik oe, je mot niet zoo op mien schoot gaon zitten, zoo as toen in de bus I Lydië, Spanje en Cyprus lever den goud en zilver. Er kwamen nn rijke menschen onder de Grieken, die er slaven op na konden houden. En zoo werd al gauw de slavernij een algemeene instelling. Er ontstond nu een stand van rijken en een van armen. De rijken: zij loopen langs den weg, op hooge schoenen, in purperen gewaden, zij versprei den rondom zich een geur van welriekende zalven; zij zijn ver sierd met gouden armbanden en zelfs hun haar binden zij met gouden spangen. De armen In knechtschap ligt het land. Willekeur en hardvoch tig recht hebben zoo menigen vrijen man onder het slavenjuk gebracht. Hoevelen zijn de schuld- dwang ontvlucht en zwerven nu den vreemde, hun eigen taal ver getend, zonder vaderland. (klaag zang van Solon). Deze twee uitspraken van 660 v. C. laten U de scherpe tegen stellingen duidelijk zien, al wor den de rijken ook alleen maar door uiterlijkheden gekenmerkt, hetgeen ons wel zeer naïef aan moet doen. In 590 v. C. trachtte Solon met zijn wetgeving de staat te red den, door de macht der rijken te besnoeien en de nood der massa te lenigen. Er werd o.m. een maximum bepaald, van de hoe veelheid grond, die een burger mocht bezitten. Zij, die wegens schuld in slavernij waren geraakt, werden met staatsgeld vrij gekocht en alle bestaande hypotheekschulden werden nietig verklaard. Zoo werden de rijken belast en de middenstand werd ver sterkt, maar toch bleven er nog een massa menschen zonder land en zeer vele werklooze dagloo- ners. Klisthenus versloeg de edelen, die vreemd krijgsvolk uit Sparta en Euboa in het land hadden geroepen en verdeelde daarna de vruchtbare vlakte van Euboa in 4000 hoeven, die aan even zoo vele daglooners en kleine boeren als eigendom werden toebedeeld. Hierdoor versterkte hij in hooge mate de onafhankelijke midden stand. De macht van de aristocratie was gebroken en de middenstand kon zich ontwikkelen. Maar toch kon deze zich op den duur in Athene niet handhaven, omdat het bestaan der slavernij een wettelijke instelling geworden was. Rijken werden weer rijken, armen weer armen en tenslotte verdwijnt de middenstand weer geheel. In het oude Rome zien wij dezelfde ontwikkeling. Hier is een volk van onafhan kelijke boeren, die het rijk groot en machtig maken, vervolgens door de werking van slechte wetten, door onrust en machts misbruik verwordt datzelfde volk tot een natie van schatrijken, doodarmen en slaven. Wel heeft Caesar nog getracht een middenstand te scheppen, door in Rome werk te verschaf fen. Paleizen werden gebouwd, straten en wegen werden aange legd. Och man. Met mij kun je de kachel niet aanmaken. Daar kan je op rekenen. Alzoo was Trijn er, om Marie liefdevol bij te staan. Bewaarder. Breng 'No. 437 bij me. Een geslof door de lange kille gangen, eentonig gezang hier lawaai in die cel.. daartusschen het geklik klak van sleutels... het huis der ver schrikkingen. Je moet bij den directeur ko men. Ga maar met me mee. Grauw, ingevallen, kaal geknipt het hoofd, in zijn ruwe gevangenisklee- ding.Arie Swievers Hij keek lus teloos op, van het zaagwek; de anderen klopten, hamerden door geen spreken... geen ijverige bekwa me menschen met aandacht aan het werk... machinaalnummers. Ikke/ Jij bent toch 437.vooruit, de derecteur wacht. Wat mot meneer van me Zul je wel hooren. Allé. I Arie liep naast den bewaker slof... slof... sleur... niet meer dan angstbeest in 'n slof... I Wat kon d'r wezen... I Mijnheer No. 437. Goed. Ga maar. Ik zal U wel bellen. 1 Bedeesd stond Arie voor de tafel in de directeurskamer... nu toch even Zoo werd het aantal menschen, dat van staatswege koren ontving, van 320.000 tot op 150.000 terug gebracht. Het Romeinsche rijk, dat in nerlijk zoo'verrot was, heeft nog zoovele eeuwen daarna kunnen blijven bestaan, alleen door het gezond leven van de Romeinsche provinciën in Spanje, Gallië, Ma cedonië, Klein-Azië en Noord Afrika. Maar Italië zelf bleef onder het militaire despotisme van den keizer in de macht van de groot kapitalisten en groot-grondeige naren en Rome, waar geen in dustrie bestond, en waar voor den vrijen mensch geen gelegen heid was, om productief werk te verrichten, leefde alleen van de kapitaal- en grondrente. Rijken onderhielden de armen. Het werk werd door slaven ge daan en evenals Griekenland ging ook Rome te gronde, omdat de middenstand was verdwenen door onrecht en geweld, door menschelijke wetten en gebrui ken, die kunstmatig schatrijken en proletariërs kweekten. Zoo ging het met den midden stand meer dan 2500 jaar ge leden, zoo gaat het nu nog Een vechten, een strijd voor het bestaan, de cirkelgang van het willen leven en weten te sterven en weer willen leven en opnieuw weten te sterven, tot tenslotte hier het leven over den dood zal triomfeeren J.J.M. In Duitschland is de partijenstaat opgeheven. Daar heeft men een indrukwekkende nationale eenheid verkregen. Geen partijen, slechts DuitschersVandaar dan ook die stabiliteit van Regeering, welke geen crisis van een twistend en onderling verdeeld Parlement te duchten heeft Aldus wordt ons herhaaldelijk verzekerd. En ook hier te lande zijn velen onder den indruk van die prachtige eenheid gekomen. Wie echter dieper wil zien, zal zich door dien indruk niet zoo ge makkelijk laten meesleepen. Want per slot blijven ernstige meenings- verschillen met ideëelen ondergrond in zulk een één-partij-staat ook leven. Er doen zich verschijnselen voor, die in wezen gelijk te stellen zijn met de politieke crisis in demo cratisch geheeten landen, doch die niet in de finesses mogen behandeld worden door de pers en geen ge legenheid krijgen, om zich op min of meer soepele wijze uit te kuren. De gebeurtenissen van 30 Juni 1934 vormden eigenlijk de oplossing van een Kabinetscrisis, maar op zulk een wijze, dat heel de overige wereld ervan gruwde. In den laatsten tijd komen weer berichten naar voren, die doen raden, dat de tegenstellingen in de ééne partij in wezen niets verschillend van de oude partijverschillen weer ernstig woelen achter het scherm der absolute Regeering. Ge lukkig, dat het gevaar voor een gruwelijke ontknooping nu niet zoo groot is. Maar er is herrie in de hut De groote controverse gaat tus- schen Dr. Schacht en de radicale Nazi's, o.a. den Landbouwminister Darré. De radicalen vinden, dat Schacht veel te conservatief-liberaal denkt. Hij streeft naar een toestand, waarbij werkelijk weer van een sluitende begrooting sprake zal zijn. Hij wil ook niets van devaluatie weten. De radicalen daarentegen vinden „sluitende begrootingen" een verouderd begrip. Er moet maar opschuchterend... schuw oogenblik- ken... weer neer de wimpers... Je heet Adriaan Swievers, niet Zijn naam... zijn naam... na al die maanden. Ja Meneer. Zoo Swievers. Ik heb een goed bericht voor je, man. Je straftijd zou eerst over drie maanden beëindigd zijn, doch door een zeer groote voorspraak van menschen, die het heel goed met je meenen, en... daar komt het voornamelijk door... je voorbeeldig gedrag hier in het Huis van Bewaring, is je de verdere straf kwijt gescholden. Nog suf, niet omvattend Ja, Mijnheer... Dus, Swievers, je bent vrij Mijnheer... wat... ikvrij Ja, mijn beste man. De directeur had er zooveel zoo gezien, die niet omvattend direct- plots geiukt uit sleurende tred... Vrij. Weken, dagen, uren uitgeteld., op eens vrij. Dat woord, verbeid, klank in stompe hersens gegrift... Vrij... dan... niet omvattend. Maar dat zijn niet de geraffineerden... de door 't leven getrapten, de beroeps, de recidivisten, neen dat zijn de stakkerts die nooit hadden vermoed, „die hel" eens tot woon te hebben Alsof het meerendeèl geen „stakkerts zijn. Omslooten door vier muren van steen, en... van de koude on- I gevoelige wereld... i Swievers, ga eens bij me zitten Ja, gerust, doe het maar. Luister uitgegeven worden, als het noodig is, zeggen ze. Dat blijft immers toch in de volkshuishouding en op den duur rendeert dat voor de Rijks financiën weer. In deze drie jaren van Nazi-bewind is feitelijk volgens dezen laatsten stelregel te werk gegaan. De reusachtige werkverschaffingen, het aanschaffen van een heel nieuw leger, waardoor de werkloosheid inderdaad geweldig is teruggeloopen, werden op zeer vernuftige, maarniet bepaald solide wijze gefinancierd. J j;Er steekt zeker een element van waarheid in het feit, dat een keurig sluitend Rijksbudget, door allerlei bezuiniging en aanpassing verkregen, nog lang geen volkswelvaart ver zekert. En een zieke volkshuishou ding tast op den duur ook de veilig heid van het Rijksbudget aan. Het wordt dan de bekende schroef zonder einde... naar beneden. Daartegenover kan men een politiek zetten, die van Rijkswege nieuwe impulsen aan het bedrijfsleven geeft, zeer typeerend aangeduid met het Dui'sche woord „Ankurbelung". Doch het is duidelijk, dat zulk een politiek nauwkeurig haar grenzen moet kennen en niet ad infinitum kan worden doorgezet. Anders wordt het een schroef zonder einde... naar den anderen kant. En dan ontstaan eveneens catastrofale toestanden. Dr. Schacht nu heeft de ,Ankur belung" wel gewild, doch hij meent thans een strakke grens te moeten trekken. Vooral de uitgaven voor de par tij-propaganda en voor de geheime politie kunnen heel wat naar beneden dunkt hem. Zulke dingen zijn onder een dictatuur nu eenmaal zeer dure posten Doch daar heeft de Rijksbank president tevens aan een paar heilige- huisjes geraakt van de radicale Nazi's en feitelijk ontstond er een ernstige financieel-politieke crisis. De in democratiën gebruikelijke weg van Kabinetsaftreden kan niet begaan worden. Voor het uiterlijk moet de ééne Regeering ongeschokt blijven staan. Daarom is thans een andere weg ingeslagen. In het Kabinet was reeds een zekere hiërarchie te bespeuren van meer en minder belangrijke ministers met Hitier aan den al- beslissenden top. Thans is die nuanceering nog zeer verscherpt. Generaal Goering, wiens verschillende functies al niet meer op één hand bij elkaar te tellen waren, heeft er een nieuwe en be langrijke bij gekregen Hg is zoo maar ineens tot economisch dictator van Duitschland gepromoveerd. Niet omdat hij ooit blijk gegeven heeft van buitengewoon economisch inzicht, maar omdat de radicale Nazi's dien verdraaiden Schacht niet langer aan den top van het economische leven wilden zien. Feitelijk beteekende dit een votum van wantrouwen jegens den Rijksbankpresident. Doch aftre den mag hij niet, want dat zou den indruk van eenheid in de Regeering schaden. Hij moet nu door conferee- ren en intrigueeren bij den almach- tigen Goering trachten te bereiken, wat hij vroeger zelfstandig kon be slissen. Doch de radicale Nazi's zul len natuurlijk ook niet stil zitten. Het wordt een toestand van per manente crisis, die misschien wel weer met een verschrikkelijke explosie moet eindigen. De fagade van eenheid blijft echter opgericht EEN BLIK IN HET VERLEDEN. Het was Donderdag 30 April veer tig jaar geleden, dat de spoorlijn SittardHeerlen-Herzogenrath werd geopend. Een evenement voor dien tijd, het kolenrijke Zuid-Limburg werd uit zijn isolement verlost. Eenige maanden later, in October 1896, waren de eerste schachten van de Oranje Nassau Mijn I, welke het eerst van de lgn profiteerde, gereed. eens. Je hebt straf gehad. Die had je verdiend. Neen, kijk me eens in de oogen, en zet van je, man, dat gevoel van... wraak. Ik weet je heele geschiedenis. Ik weet het motief van je daad. Heb je in dien tijd, hier doorgebracht... berouw gehad 'k Weten 't niet. Ja Swievers, dat weet je wel Jij antwoordt niet, dan zal ik het doen. Dat isneen. Maar Swievers, als ik je nu vertel, dat Marie Nee Mijnheer... nee... nee- mijnheertje... Arie snikte. Kalm, Swievers Ik mag je zeggen, Marie is... goed. Zij is weer bij haar volle verstand... zij is bij mijnheer Beukers en... ze heeft veel naar je laten informeeren. Marie weet dat jij een braaf mensch bent. Dat, man, die wetenschap, zal je gevoel van wraak wegnemen. De achting van een goede vrouw.is meer waard, kerel, dan... gevoelens van... verbittering. Maanden had Arie gezeten.de tred geloopen... geen weten van tijd... van smart berouw. Slechts dat eene Mariegek"... Zonder het zich te realiseeren waren zelfs de haatgevoelens verdwenen., op den achtergrond geraakt. Het was een I verstomping „vier muren'hadden hem getemd, gebroken. De wetenschap„zij genezen" bracht in één slag, ommekeer. Ik heb nog meer nieuws. Ik heb hier een brief voor je van een De geschiedenis van de Nederl. Mijnindustrie begint in Rolduc. Maar laten wij niet teruggaan tot de 12e eeuw, maar tot 1846, toen de Nederl. Staat de kolenvelden langs de Duit sche grens onder Kerkrade voorden tijd van 99 jaren aan de Aken— Maastrichtsche Spoorwegmaatschap PÜ verpachtte, welke concessie later door de Domaniale Mijn Mij. werd overgenomen. Hiermede kwam onze oudste thans nog bestaande mijn, de Domaniale, tot stand. In 1853 kwam de spoorlijn Aken SimpelveldValkenburgMaastricht gereed, met zijlijn van Simpelveld naar de Domaniale, in 1865 de lijn MaastrichtSittardNijmegen. Toen men ook ten Westen van Kerkrade de ligging van steenkolen- lagen had vastgesteld, werden ver schillende concessies aangevraagd; in 1860 voor het veld „Willem Sophia", in 1873 voor het veld „Laura," in 1876 voor het veld „Vereeniging." Daar de concessionarissen nalieten met de exploitatie te beginnen, ging de Staat der Nederlanden in 1891 tot andere maatregelen over de Staat nam het geheele mijnveld in Zuid- Limburg voor zich in beslag endaar- mede kon hij de concessionarissen plichten opleggen. Carl Honigham, een pionier van de Nederlandsche Mijnstreek ontving in het begin der negentiger jaren con cessie voor het veld „Carl" te Schaes- berg, welk veld in 1894 door de N.V. der O.N. Mijnen werd aangekocht en waarop later de O. N. Mijn II werd gesticht. Bij Kon. Besluit van 2 Mei 1893 had deze N. V. reeds concessie op de velden O. N. I, III en IV ont vangen. De oprichter van deze N.V. was H. L. C. H. Sarolea, een der grootste pioniers der Mijnstreek. In 1908 kwam het grootste gedeelte der aandeelen in handen van de Par ij - sche firma Les Petit-Fils de Frangois de Wendel en Cie te Parijs. De O.N. Mijn II kwam in 1899 ten volle in exploitatie, de O. N. Mijn II in 1907, de O. N. Mijn III in 1917 en de O. N. Mijn IV in 1928. In 1899 nam een Belgische N.V. de velden Laura en Vereeniging over en kreeg een Belgisch-Nederlandsche N. V. de velden Willem-Sophia in han den. In 1902 werd met de exploitatie begonnen in 1905 met de „Laura," in 1927 met de „Julia." Dwars door het gebied was op 1 Mei 1896 de spoorlijn SittardHeer lenHerzogenrath geopend. Twee jaren later namen de Staatsspoorwe gen de lijn voor ruim l1 millioen van de Ned. Zuid. Spoorweg over. Ia 1906 kwam de eerste Staatsmijn de „Wilhelmina" in bedrijf. Het was vooral wijlen onze groote Limburger mgr. dr. Nolens die in de laatste ja ren van de vorige eeuw de Tweede Kamer wist te overreden, alle nog overige in Limburg gelegen mijn- concessies door den Staat zelf te doen exploiteeren. Daarover is heel wat te doen geweest. Wij kunnen er niet over uitweiden, maar willen toch wel vastleggen, dat kentering in de mee rlingen is gekomen en zeer velen thans het standpunt van den groo- ten katholieken Nederlandschen Staatsman als een zegen voor de mijnstreek beschouwen. De Emma volgde in 1913, de Hen drik in 1916, de Maurits in 1923. De groote groei en bloei van onze mijnen begon gedurende de oorlogs jaren. de grootste vlucht genomen na 1918. In 1931 begon de crisis zich af te teekenen en al is de productie nog wel constant gebleven, het aan tal mijnwerkers liep met 9500 terug. Naast het kolenbedrijf der Staats mijnen mogen genoemd worden het electriciteitsbedrijf de „Emma," dat bijna geheel Limburg van licht en krachtstroom voorziet, de cokesbe- drijven van „Emma" en „Maurits," annex het geweldige gasbedrijf, dat tot ver in Noord-Brabant en Gelder land zijn vertakkingen heeft en het stikstofbindingsbedrijf, nabij de„Mau- rits." Nog zoo lang niet geleden werd het lijntje SchaesbergKerkrade Simpelveld geopend, alsook het Ju- lianakanaal, met moderne kolenha- vens te Born en Stein. In de veertig jaren is het beeld van de streek to taal veranderd. Heerlen, in 1896 nog een platte- Als Gij 's nachts niet slapen kunt door de benauwdheid op Uw borst. Als Uw ademhaling moeilijker en pijn lijker wordt door de verstopping van Uw luchtpijptakken, neem dan Akker's Abdijsiroop. Gij zult Uw benauwdheid overmeesteren, want de slijm zal zon der moeite loskomen. Vanaf den eersten lepel begint de verlichting. Dat opgeblazen, benauwde gevoel zal verdwijnen en na korten tijd zult Gij geen spoor meer van die bo'rst- benauwdheid bemerken. Neem dus bij Hoest-Oriep-Bronehitii-Aslhma lrfrVfeSröj3évS<to9 75cent 1 prijzen Door een NIEUWE toevoeging werkt NU Abdijsiroop 2x zoo snel als veorheen I landsstadje van 6000 zielen werd een industriestad van 50.000 dorpen als Hoensbroek en Brunssum werden welvarende stadjes en Geleen en Sit tard ondergingen een metamorphose door de „Maurits." Du'zenden woningen moesten wor den gebouwd. Heele kolonies en buur ten ontstonden. Het A. M. F. werd gesticht, gezellenhuizen werden ge bouwd. kerken en scholen rezen uit den grond, de contactcommissie, wel ke nog altijd geen Bedrijsraad is, maar prachtig werk heeft verricht in het leven geroepen. Over de sociale en godsdienstige voorzieningen, behoeven wij niet uit te weiden. Bij het zilveren jubileum van den Aalmoezenier van den Arbeid, mgr. dr. Poels is het- ook in dit blad in den breede belicht. De naam van den doctor blijft voor altijd aan de mijnstreek verbonden en het was niemand minder dan onze Bisschop, die het vorig jaar getuigde, dat het vooral aan een Poels was te dankeD, dat de Mijnstreek voor het oude geloof werd bewaard. Ook door de gemeenten is gewel dig veel werk verricht, met Heerlen, de hoofdstad van de mijnstreek, aan de spits, dat als zetel van vier Mijnen, met de hoofdbureaux van O. N. en Staatsmijnen, Mijnschool, M.T.S., A.M.F. en zoovele andere instellingen het centrum zal blijven van het grootste industriegebied in Nederland. door A. F. VAN BEURDEN. heer uit den Haag, met ingesloten twee honderd vijftig gulden. Van dit bedrag kun je kleeren koopen, en den eersten tijd, dat je werk zoekt, leven Van wie is dat, mijnheer Arie keek argwanend. Van een heer, waarvan je het gerust kunt aannemen. Een vriend van je. Neen, neen, neen, Swievers. Niet van „die". Ik weet, wat je voelt. Man, ga de maatschappij weer in zonder mokken, met het voornemen, deze plaats nooit meer terug te wil len zien Want de wraak is niet aan LS. Dien avond ging er een brief naar den heer R. van Segwaert, dat het bedrag was uitbetaald. Weer was het herfst.. In den tuin voor het huis van Beukers stond een kinderwagen. Bloote voetjes trappelden het dekentje weg... Foei, ondeugend jonk, je moet slapen. Wil Trijn zingen Haha, jij niet kan zingen. Baby gaat huilen, ja. Zoo, roetmop, wat voer jij hier uit Appels gappen Gekregen van baas. Ik niet gap. Heb <>t nog een- Lekker Zal ik zing Wel ja, vooruit maar. Voor zichtig hoor, doe het maar net zoo as gister. Je verstaat d'r wel geen sikkepit van 't helpt. Nou, laat De kalender te Neder- weert uitgevonden. Bij Weert lag in overoude tijden tot aan de Peel een woud of groot bosch. Waar nu Nederweert, het groote welvarende dorp ligt, woonde toen een man, werkzaam, vreedzaam, eenzaam, deugdzaam en nog meer andere zaamen bezat. Hij is later als de gitvinder van den Kalender of den Almanak geprezen, volgens het berijmde verhaal in Limburgsche volksspraak. Een eeder wèt et goed, det oozen Almanak, Vast neet te missen, me vindj 'm in de zaK. Bie errem en bie riek, bie groot es waal bie klein. Doa is hè tiejen lank, jao ieeuwen algemein. Na het nut van den kalender of almanak bezongen te hebben, stelt hooren. Moet jij weg gaan, Trijn. Anders zusje schrikken Bertie lachte. Brutale bruine boon. 'k Gaan al. Op een afstand, achter de keuken deur keek ze nog even, dan ging ze hoofdschuddend aan haar werk. Toch 'n schat van 'n jong. Alleen dat ie zoo zwart is, affijn. misschien, bin nen daar ook goeie minsen onderI Daar klonk de melodieuse kinder stem Nina, Nina. Bobo, Popok, Lag i, Dalom, Ajoenan... het laatste, wonderlijk uitgehaald, steeds weer die regels herhalend, tot eindelijk baby zou slapen. Nina, Nina, Bobo- Achter de heg, een wandelaar luisterde... keek.. Hier moest Beukers wonen Maar, dat jongetje, met die stem Op zijn teenen kwam hij nabij. Sssttt, kindje slaapt... Nina... Bobo... Dan naar den vreemde U bijna weer aan t huilen ge maakt. Trijn dacht, ik niet kon... Haha.nu slapen. Trijn niet kan zingen. Waar woont U Wie ben jij jongetje Ikke Bertie Zoo. En waar kom je dan... Ar i e.. A r i e... i Tante Marie niet zoo schreeuw jij, anders klein babytje weer wakker I EINDE.

Peel en Maas | 1936 | | pagina 5