DERDE BLAD VAN „PEEL EN MAAS'
ABDIJSIROOP
Magazijn „De Zon"
DEGENEESKRMMTMi>m/mtr
WINTERMANTELS
10 °o korting op alle niet
speciaal geprijsde artikelen.
30-50 "lokorting op onze
zooals ondermeer Drosem enAconittim,
thans nog versterkt door toevoeging van Codeïnum
maken AKKER's Abdijsiroop
tots werelds béste hoestsiroop.
tegen Hoest Griep'. Bronchitis, Asthma
Profiteer van onze
buitengewone aanbiedingen
Uitsluitend de allerbeste kwaliteiten
aan ongelooflijke prijzen.
Groote partijen COUPONS en
RESTANTEN aan spotprijzen.
Binnenland.
Ons weekpraatje.
Zaterdag 11 Januari 1936
Zeven en vijftigste Jaargang No 2
-ty ~r 'nii
Het geheim der verrassende werking van Abdijsiroop berust
voor een groot deel op de vele daarin verwerkte „genees
kruiden", waarvan de bijzondere genezende eigenschappen
reeds in de oudheid bekend waren. Deze kruiden bevatten
geneeskrachtige stoffen in hun natuurlijke samenstelling, waar
door zij gemakkelijk door het lichaam kunnen worden opgenomen.
Daardoor is hun werking snel en veelzijdig, zij schaden het
gestel niet, daar zij geen sporen in het lichaam achter laten,
in tegenstelling met de nieuwere z.g. „chemische" middelen.
De schitterende werking van deze kruiden-siroop, die Abdij
siroop is, wordt thans nog krachtig versterkt, nu Apotheker
Dumont op bijzondere wijze daaraan heeft toegevoegd de
krachtig „noest-bedwingende" stof: „codeïne", zonder dat de
natuurlijke werking der kruiden wordt verminderd. Integen
deel, door de*» gelukkige combinatie wordt zij nog doeltref
fender. Een betere samenstelling tegen aandoeningen der adem
halingsorganen, de ondervinding zal het U bewijzen, is ondenk
baar. Grijp dus vol vertrouwen naar„'s werelds béste hoest-siroop".
Verlaagde prijzen: f 0.75, f 1.25, f 2.-, f 3.50. Overal verkrijgbaar!
Groote Straat 9
zakenlui voor hen hadden gearran
geerd ze waardeerden het allerminst,
dat ze op deze wijze tegen, zich zelve
beschermd werden.
En het valt in deze dagen dan
ook op, dat ze met verhoogd enthou
siasme de opruimingsweken beleven,
welke de wetgever voor twee half-
jaarlijksche perioden heeft toegestaan.
De balansopruimingen van Januari
zijn voor de winkeliers nimmer zoo'n
succes geweest als juist dezen keer.
We waardeeren dat. Het blijkt, dat
de huisvrouwen om nu verder van
de mannen maar te zwijgen het
geld, dat ze anders aan onnutte en
schadelijke inkoopen besteedden,
hebben bespaard, en dat ze nu ge
legenheid hebben om van de werke-
lgke opruimingen te profiteeren,
welke elke zakenman, die voor de
vernieuwing van zijn voorraden staat
én voor de behoeften om daartoe
over contanten te beschikken, bij
tijd en wijle moet houden.
De oneerlijke concurrentie is uit
geschakeld grootendeels althans
en de werkelijke koopjes zijn nu
te halen, welke de bona fide-winkeliers
hun cliëntèle bij de twee belangrijke
seizoenwisselingen van het jaar
hebben te bieden.
Tweemaal per jaar opruiming te
houden, is een zakelijke dwang. Geen
winkelier, die zijn zaak op peil wil
houden, zal de risico aanvaarden om
op het einde van een winter- of
zomerseizoen met een hoeveelheid
artikelen te blijven zitten, wellje door
bewaring in kwaliteit kunnen achter
uitgaan of door verandering in de
mode „oudbakken kunnen worden.
Liever geeft hij zijn Klanten de ge
legenheid om uit smalle beurs een
koopje te halen of om privé een klein
deel van het risico mode wijziging
te aanvaarden, dat hij, voor wat
een massa aan artikelen betreft, niet
kan dragen.
De bona fide-winkelier moet daarom
twee maal per jaar „opruimen. Niet
„uitverkoopen." Dat laatste doen
slechts zij, die zakelijk „op" zijn of
om andere redenen het bedrijf be
ëindigen, óf en dat werd het
groote misbruik het publiek stel
selmatig wilden bedriegen.
Tóch blyft oppassen de boodschap.
Het uitverkoop-systeem, bloeiend
heel het jaar door. had zulken om
vang aangenomen, dat een deel van
de industrie zich speciaal op het ver
vaardigen van uitverkoop-artikelen
had toegelegd. Die industrie ziet
door de nieuwe wet haar afzet be
dreigd. Vooral in de groote steden,
omdat daar nu door dezen en dan
door genen permanent uitverkoo
pen werden gehouden.
De reëele handel heeft door de
wettelijke regeling van het „oprui
mingssysteem" en het verbod van
onreëele „uitverkoopen" steun ge
kregen, maar de fabrieken, die de
goedkoope glansartikelen in den
handel brachten, zitten niet stil en
trachten thans haar omzet te behou
den door drukker dan te voren de
resteerende mogelijkheden van „op
ruimingen" uit te buiten.
Er is bij de beperkte wettelijke
opruimingsgelegenheid zóó'n koop-
drang ontstaan bij het publiek, dat
de groote stadszaken onmogelijk in
staat zijn om haar uitgebreide, aan
stormende cliëntèle tegen goedkoope
prijzen te bedienen uit de werkelijk
„resteerende" voorraden. Met het
gevolg, dat heele partijen nieuwe
goederen worden betrokken van
fabrieken, welke aan rommel het
aanzien van kwaliteit weten te
geven, tegen opruimingsprrjzen ver
handelbaar.
Daarom raden we in gemoede ea
in volstrekte overtuiging onzen
lezers en lezeressen aan, om liever
in de advertentiekolommen van hun
plaatselijke krant uit te zien naar
de betrouwbare adressen uit eigen
omgeving, waar restanten uit voor
raad verkrijgbaar zijn. Uit eigen
kring kennen ze wel de namen van
firma's, op wier woord ze kunnen
afgaan.
Heel de bescheiden en degelijke
opzet dezer plaatselijke neringdoen
den is trouwens een beletsel, dat ze
de vereischte groote kwantums aan
speciaal-vervaardigde opruimings
artikelen zouden kunnen verkoopen.
Méér dan een groote stadszaak
verliest de plaatselijke winkelier
trouwens -zijn debiet mét zijn naam.
Koopt daarom zooveel mogelijk ter
plaatse
DE VOORUITZICHTEN.
Het is gebruikelijk, dat leidende
persoonlijkheden bij den aanvang van
een nieuw jaar de „vooruitzichten"
openleggen, welke voor het volk
opdoemen en gelukkig hebben we
onder de hoofdfiguren onzer maat
schappij geen Nurks, die het bestaan
durft om te getuigen, dat 1936 wel
even slecht zal worden als het voor
gaande jaar was of dat we er nog
een beetje beroerder aan toe zullen
raken. Neen, ze zijn allen bereid
om er den moed te doen inhouden.
En och ja, waarom zouden we
andersMet geweeklaag komen we
er zeker niet.
Minister Gelissen ziet gunstige
„voorteekenen". De scheepvaart leeft
op en de industrieele productie
groeit. Prachtig als straks maar
niet blijkt, dat het alleen oorlogs
vrees is geweest, welke tot specula
tieve aankoopen en -productie heb
ben geleid.
HANDELSOVEREENKOMSTEN.
Inderdaad gebeuren er den laatsten
tijd wel eens dingen, welke eenig
vertrouwen in de toekomst wettigen.
Onlangs b.v. sloten we een nog al
voordeelige handelsovereenkomst met
de Ver. Staten en Maandag j.l. tee
kenden onze vertegenwoordigers een
dergelijk tractaat met Frankrijk,
waarvan ook nog al het een en ander
mag worden verwacht.
Een meevallertje voor onze pluim
veehouders is, dat Duitschland het
geldcontingent voor den uitvoer van
eieren naar Duitschland voor Januari
15 pet. hooger stelde dan voor
December heeft gegolder, maar daar
naast staat evenzeer een tegenvaller,
doordat de eierexport naar Engeland
op 45 pet. van den uitvoer in Januari
van het vorige jaar werd bepaald.
Zoo schokt onze handel heen en
weer.
VREEMDELINGENVERKEER.
Ook minister Gelissen leverde van
de week zijn bijdrage tot maatschap
pelijk herstel door een commissie te
installeeren, welke op korten tijd
naar de juiste maatregelen ter uit
breiding van het vreemdelingenver
keer zal hebben te zoeken alsmede
naar de middelen om Nederlandsche
vacantiegangers wat meer in eigen
land te houden. Er bestaan wan
verhoudingen tusschen hetgeen wij
in vacantietijd onder buitenlanders
verteren (35 a 40 millioen) en het
geen buitenlanders onze menschen
in handen komen spelen (5 millioen)
De minister meent, dat de bewoners
onzer noordelijke provincie's bjjv.
Limburg maar eens moeten gaan
verkennen en dat de Zuiderlingen
het spelevaren dienen te leeren op
de Friessche plassen.
POLITIEK GEHASPEL.
Ook de N.S.B. ondervindt, hoe
moeilijk ons volk in het keurslijf
van één partij of beweging is te
wringen. Ze heeft reeds meermalen
tegen versplintering van de eigen
gelederen moeten vechten, tot nog
toe met gunstig verloop.
Thans is het een meer beteeke-
nende figuur uit de leiding en de
komst der beweging, die het initia
tief voor een nieuwe fascistische
organisatie heeft genomen.
De heer Tusenius uit IJmuiden
heeft een groote groep geroyeerden
en ontevredenen georganiseerd in
een Nationaal Arbeidsgenootschap.
Ook hem wenschen we heil
Hoe meer politieke zielen, hoe
meer.... versplintering
WEGENVERLICHTING.
Hg, die auto rijdt, weet, hoe naar
en gevaarlijk het rijden 's avonds
is. Men mag dit met een enthousi
asme ontkennen, om met woorden
te toonen, hoe goed men het stuur
meester is, in werkelijkheid zijn er
zeer weinigen, die zich safe voelen
bg het telkens tegemoet rgden van
verblindende lichten, hoe gedimd deze
ook mogen zijn.
De eenige oplossing is een prima
wegverlichting.
Sommige deelen van de hoofdver
bindingswegen zijn dan ook met
natriumlichten of andere moderne
lampen voorzien, die het verkeer
sterk vergemakkelijken.
Men wil ook den weg Amsterdam
Haarlem gaan verlichten en de
hoofdingenieur-directeur van de rijks
waterstaat, deelt aan de LNAC
mede, dat de technische zijde van
de verlichting van open wegen geen
moeilijkheden biedt.
Het Rgk heeft echter geen eigen
exploitatie van lichtnetten, zoodat
overeenkomsten gemaakt moeten
worden met stroomleverings-licha.
men binnen wier ressort de te ver
lichten wegen liggen.
Het is de vraag of de fmancieele
zijde van het vraogstak niet in deze
tijden te zwaar weegt om geleide
lijk het geheele primaire automo-
bielnet van Nederland van 'n goede
verlichting te voorzien. m
ji Het zou echter een uitkomst zijn
voor de automobilisten.
FIN AN CIEELE ZWENDEL.
Het wordt wel eens tgd dat de
overheid wat duidelijker haar stand
punt tegenover den overigens nog
al getemperden goklust van het
Nederlandsche volk bepale. Tot nu
toe is haar houding vrijwel alleen
negatief; het gokken is, behoudens
voor wat de Staatsloterij betreft,
verboden.
Zit er werkelijk een ernstige prin-
cipieele kant aan de zaak
Als we daarvan overtuigd waren
dan gingen we aanstonds op zij voor
datgene wat het geweten van het
volk, althans van een belangrijk
deel van dit volk, zegt.
Is echter een loterij onzedelijk, dan
zal ze dat o.i. even goed zijn voor
de eerste 20.000 nummers der Staats
loterij, als voor die overige nummers
waarmede velen haar graag zouden
zien uitgebreid.
De overheid mag dan ook in het
geheel niet als organisatrice eener
loterij optreden en zg zou ook al
die overige vormen van gokkerij
moeten tegengaan, waaraan men
schen van allerlei stand en geloof
zich plegen over te geven.
Als ik een briefje koop in de hoop
op een prijs, is dat in wezen niets
anders dan wanneer ik een partij
goederen opsla, speculeerende op
een prijsverhooging of een „tip" aan
vaard voor een „voordeeiige" effec
tenbelegging.
Nu de overheid den gewonen gok
lust der massa aan de korte banden
van haar Staatsloterij heeft gelegd,
worden ter voldoening aan de blijk
baar niet in te toornen gokdriften
allerlei zijwegen geopend, die zedelijk
veel gevaarlijker zijn dan onder be
hoorlijk toezicht gestelde loterijen
en het volk met groote fmancieele
schade bsdreigen.
Keer op keer leest men in de
courant, hoe de politie invallen doet
in „bankzaken" en lo terg kantoren,
welke zich met zwendelpractijken
hebben bezig gehouden.
Voor zulks is komen vast te staan
zijn reeds honderden of duizenden
kleine luyden bedrogen of finacieel
geplukt.
Ook het gezonde zakenleven wordt
bedreigd, doordat sommige nering
doenden hun klanten in de gelegen
heid stellen om ten behoeve vaneen
gokje door de mazen van de wet te
kruipen.
Ze bezigen daartoe puzz'les, welke
niets raadselachtigs aan zich hebben,
of openen het verschiet op gratis-
koopjes door het toeval van een
koopdag-keuze.
Schadelijker dan eerlijke loterijen.
OPRUIMING.!
GELUKKIG GÉÉN UITVERKOOP.
DE OPRUIMINGSRECLAME
BLIJFT OOK NA DE DESBETREF
FENDE WET EEN ZAAK VAN
VERTROUWEN.
KOOPT TER PLAATSE!
Men kan niet ontkennen, dat de
wet, welke de misbruiken van de z.g.
uitverkoop-reclame bedoelt tegen te
gaan, van zeer ingrijpende beteekenis
is geweest voor den Nederlandschen
détailhandel. De Nederlandsche huis
vrouw is belust op „koopjes" als een
Chinees op opium de Nederlandsche
huisvrouw weerstaat de verleiding
van de uitverkoop-reclame héél moei
lijk.
Van die betrekkelijke ondeugd
werd grovelijk misbruik gemaakt
ten koste van den reëelen handel,
en ten koste ook van de portemonnaie
der huisvrouw. Speculeerende op
haar koopjeslust, waren steeds meer
handelslui er op uit om van den
schijn een bedrijf te maken. Ze hielden
onder allerlei voorwendselen per
manente uitverkoopen, waarbij de
prijzen steeds verder omlaag werden
gevoerd met behoud van een uiter-
lgkheid aan kwaliteit, welke met de
werkelijkheid volstrekt niet in over
eenstemming was.
Aan de Nederlandsche huisvrouwen
werden prullen opgedrongen tegen
de laagst denkbare prijzen en met
den hoogst denkbaren glans van
deugdelijkheid. De reëele handel
raakte in de verdrukking.
De Nederlanders vrouwen in het
bijzonder, maar óók vele mannen
hebben zich slechts mopperend ge
schikt naar de bedoelingen van den
wetgever. Het was geweldpleging
tegen een sterk gegroeiden harts
tocht, dat ze zich niet langer op elk
mogelijk tijdstip van het jaar, waarop
ze toevallig een paar centen in de
handen kregen, van de „koopjes"
konden bedienen, welke handige