Aspirin
Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken.
De strijd van de
spoorwegen.
Den weg terug
Buitenland.
Binnenland.
Provinciaal Nieuws
Zaterdag 7 December 1935
Zes en vijftigste Jaargang No 49
Onze Karnemelk
en Karnemelkspap
een heerlijken voortref
felijk voedsel voor jong
en oud.
Coöp. Zuivelfabriek
„VENRAY"
PEEL EN MAAS
ADVERTENTIEPRIJS: 1 tot8 regels 60 ct. I Uitgave FIRMA VAN DEN MUNCKHOF, VENRAY I ABONNEMENTSPRIJS p. kwartaal voor Venray 65 ct.
reductie Telefoon 51 Giro 150652 Buiten Venray p. kwartaal 75 ct. Afz. nummers 5 cent.
Voor het
pasteuriseeren,
het koelen,
de betrachte hygiene
enz. betaalt U bij afname
van onze producten niets.
Coöp. Zuivelfabriek
„VENRAY"
per regel 71/» ct. Bij contract groote
Er wordt voldoende geschreven
over de belangenstrijd tusschen de
verschillende transportmiddelen, zoo
dat ieder wel bekend is met de
argumenten van de verschillende
partijen. De bijdrijfsautohouders
willen „den weg vrij", de spoorwegen
willen de lasten, die zij hebben te
dragen boven de andere vervoerders,
afgewenteld zien, met name de hoo-
gere arbeidsloonen ten gevolge van
streng wettelijk geregelden arbeids
tijd, en de schippers willen vrijheid
en aanleg van kanalen op kosten
van het rijk om zoo goedkoop moge
lijk te kunnen vervoeren.
Wat men echter niet vaak ver
neemt, dat is het nut van de onder
linge concurrentie op dit gebied.
Men kan er zeker van zijn, dat de
spoorwegen lang niet dit comfort
en deze snelheden en verkeersdicht
heid zouden bereiken van thans,
wanneer zij daartoe niet gedwongen
werden door de scherpe concurren
tie der auto's.
Niet alleen in ons land is dit het
geval, maar vrijwel over de geheele
wereld en zeker in alle West-Euro.
peesche landen.
Men ziet daarbij de snelle opeen
volging van steeds meer verbeterin
gen en versnellingen, waarbij de
Dieselmotor een belangrijke rol
speelt.
Meer en meer komen de spoor
wegen tot het inzicht, dat zij het
stopverkeer en het verkeer op zij
lijnen slechts kunnen behouden door
het inleggen van korte, snelloopen-
de treinen, die vooral geen nadeel
ondervinden van het herhaaldelijk
stoppen.
De Dieseltrein, die slechts uit
enkele, keurig ingerichte wagons
bestaat, en die met maximum snel
heid tot bijna op het station rijdt,
om na het stoppen weer in zeer
korten tijd diezelfde snelheid te be-
x'eiken, begint veel meer overeen-
eenkomst met een auto te krijgen
dan met een eigenlijken trein van
het begin van deze eeuw.
Deze kleine eenheden, die met
stoomlocomotieven feitelijk niet kon
den worden bediend wegens de zeer
hooge exploitatiekosten en den lan
goren duur van het verkeer, zullen
thans allerwegen moet worden in
gevoerd.
Wat het vrachtverkeer betreft,
heeft de z.g. container een grootè
toekomst. Dat zijn groote ijzeren
kasten, waarvan 3 of 4 op een on
derstel van een goederenwagen kun
nen worden geplaatst.
Men laadt de goederen op de sta
tions of in de ontvangplaatsen in de
containers. Is de ontvangplaats niet
aan een spoorwegstation gelegen,
dan kan de container op een auto
naar het dichtsbijgelegen station
worden gebracht. Daar wordt de
container met een klein kraantje
op het goederenplatform gezet, ge
heel mechanisch, hetgeen zelfs bij
een personentrein met kort opont
houd mogelijk is en naar zijn be
stemming verder vervoerd.
Op dezelfde wijze kunnen op di
verse kleine stations de voor die
stations of omgeving bestemde con
tainers van het goederenplatform
worden afgelicht, terwijl de trein
even stopt en na het vertrek van
den trein worden geopend, waarbij
de inhoud van de containers verder
per auto wordt gedistribueerd.
Vooral bij regelmatig terugkee-
rende dagelgksche transporten geeft
dit alles een enorme besparing aan
tijd en kosten en kunnen de spoor
wegen geheel concurreeren met de
autodiensten door de goederen van
huis aan huis af te leveren.
Dit zijn slechts enkele voorbeel
den van hetgeen in verschillende
landen op het oogenblik op groote
schaal geschiedt.
Ook in ons land doet men min of
meer aan die vernieuwing mede,
ofschoon wij in dit opzie iet volstrekt
niet aan de spits staan. Integendeel
in vergelijking met andere landen
dient ons spoorwegvervoer, wat deze
moderniseering betreft, nog heel wat
te verbeteren.
Bij een dergelijke wijze van ex
ploitatie der spoorwegen is echter
snelle en voortdurende verbetering
en vernieuwing van het aanwezig
rollende materiaal een noodzakelijk
heid. De tijd, dat locomotieven en
v.-agens van eerbiedwaardige leef
tijden rustig dienst konden doen, is
voorbg. Dit maakt echter het finan.
cieele probleem voor de spoorwegen
buitengewoon moeilijk.
Doordat men vroeger 't aanwezige
materiaal zoo lang in dienst kon
houden was het mogelijk, de aan-
schaffingskosten geleidelijk te amor.
tLseeren.
Thans dient de amortisatie veel
en veel sneller te geschieden. Indien
al onze spoorwegen, wat rollend
materieel voor het passagiersver
voer betreft, op het peil werden ge
bracht van de Dieseltreinen en de
treinen op het traject Rotterdam
Hoek van Holland, dan zou een
flink deel van de Nederlandsche
industrie voor eenige jaren werk
hebben en dan zou het personen
vervoer op de spoorwegen ongetwij
feld toenemen.
De concurrentievraag is dus geen
yraag van recht of billijkheid, maar
een financieele questie, afschrijving
van het in het oude en verouderde
materiaal gestoken kapitaal en
snelle afschrijving van het nieuwe
materieel.
Korte treinen, die snel op elkaar
volgen. En. misschien... niettegen
staande dit alles permanente ver
liezen.
De decennia voor den grooten oor
log had men een trek naar de stad
het was het uitvloeisel van het feit,
dat men in concentratie van krachten
en van kapitaal den weg zag naar
rijkdom en materieel geluk.
De gedachte aan een zoo groot
mogelijke winst beheerschte ieders
streven en al het andere werd naar
de tweede plaats teruggedrukt. Hierin
is geleidelijk verandering gekomen.
Opvoeding, studie, sociale wetten
stuwden de niet-kapitaalkrachtige
massa naar boven en het overwicht
van het kapitaal is aan het tanen.
Daarbg voegde zich nog iets anders
Richtte de trek zich vroeger naar
de stad, zooals hierboven in het licht
gesteld, nu deed zich het omgekeerde
voor. De moderne vervoermiddelen
maakten het mogelijk om vér van
het werkcentrum te gaan wonen en
door deze neiging werd de invloed
van de stad geringer. De krachten,
v/elke vroeger drongen in de richting
van het zooveel mogelijk samen
klonteren van de massa in enkele
centra, werken nu middelpuntvliedend
en verspreiden de menschen weer
over een grootere oppervlakte.
Hierdoor is tevens een einde ge
maakt, misschien slechts voor korten
tijd, aan de macht van het kapitaal,
terwijl deze macht zich meer en
meer gaat verleggen naar de ver
schillende groepen van bedrijfs-
genooten. Deze beweging is nog maar
aan het begin, doch de richtlijnen
hieromtrent teekenen zich steeds
meer af. De vroegere zeer machtige
en invloedrijke concerns reikten tot
ver over de eigen grenzenzij zagen
slechts concurreerende vreemde be
langengroepen tegenover zich en
vergaten, dat er nog Staten waren,
die niet bestonden uit naamlooze
vennootschappen, doch uit anders
denkende, op bepaalde wijze staat
kundig gegroepeerde inwoners. Deze
groote commercieele en industrieele
machtsgroepen bestreden elkander of
zochten toenadering, maar hielden
geen rekening met de staatkundige
grenzen.
Zij bouwden een mooiklinkend stel
sel van internationalisme op, maar
hier was het geen echt internatio
nalisme het was slechts op speciale
wijze georganiseerd bedrijfsegoïsme,
dat zich van holle leuzen bediende,
om den enkeling zand in de oogen
te strooien.
Het egoïstische internationalisme
is in elkander gestort tijdens en na
den grooten oorlog. De macht van
het groot-kapitaal, hoe sterk ove
rigens nog, is aan het tanen en be-
vindt zich op den weg terug.
Men moet zoeken naar een beter,
gezonder internationalisme, doch
men kan dit alleen vinden na het
maken van schoonschip in eigen huis.
Wat oogenschijnlijk een afzakking
lijkt naar het vroegere benepen en
verarmende nationalisme, moet juist
worden gezien als een noodzakelijke
interne saneering teneinde een veel
beter en juister internationale
samenleving op te bouwen.
Wij bemerken een schijnbare
achteruitgang, die echter noodzakelijk
is om vlugger vooruit te kunnen
gaan. Het zwaartepunt is zich steeds
aan het verplaatsen, want het heeft
nog geen gevonden. Het lag in de
tijden van den algemeene vrijhandel
bij dien handeldaarna meende men,
dat het bij de industrie moest liggeD
en men zag een industrieele uitbouw,
welke toch ongezond bleek te zijn.
Nu wordt ook de industrie aan
banden gelegd en het ziet er naar
uit, dat het ruspunt zal worden ge
vonden bij den georganiseerden
middenstand, niet meer bij de enke
lingen of bij groepen van enkelingen.
Hoe meer het samenklonteren in
enkele steden plaats gaat maken
voor spreiding, hoe meer ook de
groot-industrie zich moet beijveren
om de verspreide bevolking op
doelmatige wijze te kunnen bereiken.
Een verspreide bevolking kan slechts
gediend en bediend worden door een
verspreide middenstand en daarom
ziet men dien stand sterk in de op
komst.
Doch ook de invloed van dezen
middenstand is aan het veranderen.
In de concentratie-tijd, toen kapitaal
en industrie zich in enkele centra
begonnen op te hoopen, konden ook
de groot-middenstandsbedrijven flo-
reeren. Men werd aangewezen op
de stad en in die stad op de groot
warenhuizen.
Het leek, of de onafhankelijke
middenstander aan het pauperise eren
was. Hierin is verandering gekomen.
De spreiding der menschen leidt tot
spreiding der middenstanders sprei
ding der middenstanders leidt verder
tot het in belang dalen van de groote
stad en tot de opkomst van het
platteland.
Dit lijkt een weg terug, wat het
echter niet is. Wij gaan naar een
nieuwe zakelijke samenleving en al
hoewel de lijnen van die samenleving
nog slechts flauw zijn afgeteekend,
mag men al duidelijk concludeeren,
dat de middenstand daarbij een veel
belangrijker rol zal spelen dan
vroeger voor hem was weggelegd.
DE ALGEMEENE TOESTAND.
MOEILIJKHEDEN MET OLIE
EMBARGO.
Verschillende landen hlijken huive
rig te zijn om mee te doen aan een
olie-embargo tegen Italië. Daaronder
zijn in de eerste plaats eenige olie
produceerende landen, welke blijkbaar
bevreesd zijn om een behoorlijk
afzetgebied voor de toekomst kwijt
te raken en een zoet winstje voor
het heden te verliezen.
Roemenië b.v. liet weten, dat het
mee zou doen aan een olie-embargo,
mits volstrekt alle staten, ook de
niet-leden van den Volkenbond aan
het embargo zouden deelnemen. Dat
is op zich zelf al uitgeloten.
De Canadeesche regeering heeft de
houding van haar permanenten ver
tegenwoordiger te Genève gedesavou
eerd, blijkbaar óók met het doel om
de handen vrij te maken of te houden
ten aanzien van olie-levering aan
Italië.
En zelfs de minister van buit.
zaken der Ver. Staten is op zijn
vroeger krachtig standpunt inzake
een verbod van levering van olie en
benzine aan oorlogvoerende landen
teruggekomen in den vorm Van een
„nadere toelichting." Deze toelichting
is in wezen niets anders dan een
terugkrabbelen. Hij erkende thans,
geenerlei eischen aan de olie-produ
centen te kunnen stellen.
In sommige kringen wordt beweerd,
dat Ickes, zoo heet de minister, zou
gehandeld hebben onder den onmid-
dellijken druk der olie-producenten.
We veronderstellen, dat Mussolini's
dreigementen het hunne ook wel
zullen hebben bijgedragen.
HET EMBARGO VERIJDELD
Mogen we de berichten uit Kome
gelooven en ze klinken erg ver
zekerd dan zijn de Italianen er
zelfs reeds in geslaagd om een
embargo op olie en benzine te ver
ijdelen.
De Italiaansche regeering en de
„Societa Italo-Americana der Per-
toleo" een dochter-maatschappij van
de „Standard Oil Company of New
Jersey" hebben namelijk een gentle-
men-agreement gesloten, op grond
waarvan deze maatschappij zich
bereid verklaart, na afkondiging van
een olie-embargo tegen Italië, dit
land alle hoeveelheden petroleum, die
het verlangt, te leveren.
Zij krijgt daarvoor van de Italiaan
sche regeering voor dertig jaar een
monopolie op de Italiaans che markt.
HET KABINET-LAVAL.
HET WORSTELT OM HET
BESTAAN.
De lang-verwachte debatten over
de z.g. strijdhonden zijn Dinsdag
morgen om half elf voor slechts
spaarzaam bezette banken begonnen.
De regeering was bij den aanvang
der zitting vertegenwoordigd door
den minister v. binnenlandsche zaken,
Paganon.
Op de agenda stonden, zooals be
kend, een tiental interpellaties over
de activiteit der strijdhonden en van
het volksfront die respectievelijk van
links en rechts zijn ingediend, en
twee wetsontwerpen.
Het eene regelt het houden van
openbare bijeenkomsten en betoogin
gen en is naar den rapporteur over
deze aangelegenheid, Chauvin, ge
noemd. Het tweede wetsontwerp
regelt den invoer, de vervaardiging
en het bezit van wapens.
De regeering is blijkens den inhoud
der beide wetsontwerpen slechts
bereid om tegen alle uitwassen, zoo
als straatterreur, van links of rechts
komende, op te treden. Het Volks
front echter wil alleen optreden
tegen de Croise de Feu, de Vuur-
kruisen, die een fascistischen grond
slag hebben.
Dat bleek b.v. nog eens uit de rede
van den communist Ramette, die
verklaarde, dat hg het nutteloos
achtte de beide wetsontwerpen goed
te keuren, om een einde aan de
activiteit der liga's te maken. Het
rapport-Chauvin achtte hij gevaarlijk,
daar het even goed tegen dt linksche
arbeidersorganisaties kon worden
aangewend.
De communist besloot met de be
wering, dat de meerderheid van het
Fransche volk achter het volksfront
stond. Het kabinet-Laval moest daar
om verdwijnen.
DE RADICAAL-SOCIALISTEN
BEMIDDELEN.
Na de schorsing van de namiddag
zitting der kamer hield de radicaal-
socialistische kamergroep een bijeen
komst, waarop Rucart aan de
aanwezigen den tekst voorlegde van
een motie, waardoor een einde werd
gemaakt aan de debatten over de
liga's en welke als volgt luidde
,De kamer, vastbesloten slechts
een regeering te steunen, die besloten
is de republikeinsche instellingen
met kracht te verdedigen en de
openbare orde te verzekeren, gaat
over tot de orde van den dag."
Deze motie was evenwel on aan
nemelijk voor de radicaal-socialis
tische ministers, wijl zij geen votum.
van vertrouwen jegens de regeering
inhield.
Na tusschenkomst van Herriot
ging de radicaal-socialistische groep
hierop uiteen, zonder zich uit te
spreken over de voor de regeering
onaannemelijke motie.
Kif, du ziek met ingang van
t Jan. a.$. op
,,Pcei en WfLuU»''
auówteeien, óntvanqen de
tót dien datum iteiscki^neH-
de nummers
qeatti
AMBULANCE NAAR ABESSYNIë.
GOEDE VOORNEMENS.
WE MOETEN CONCURREEREN!
BELAGING VAN DE KATHO.
LIEKEN.
Met het vertrek van een Ned.
Ambulance naar het oorlogsterrein
in Abessynië ter verzachting van
de gevolgen van het barbarisme,
dat het brengen van „beschaving"
door Italië in dat land oplevert,
toont ons volk zich van zijn beste
zijde. Eindelijk zal er een re-
geeringsmaatregel komen tot hulp
van de kleine middenstanders.
Verder is in den maak een maat
regel tot beperking van mechani
satie in de sigarenindustrie en
tegen de vestiging van vreemde
lingen als zelfstandige nering
doenden.
Onze industrie moet kunnen
concurreeren op de wereldmarkt,
zegt minister Gelissen De groote
vraag is, of dat kan zonder een
Japansch loonpeil.
Ons geboortecijfer daaltMoge
dat voor de regeering een 'aan
leiding zijn, om eindelijk eens een
andere politiek te gaan voeren ten
opzichte van het groote gezin.
Een uitlating in Volk en Va
derland, die iets zegt over de
houding van Mussert ten opzichte
van de Katholieken.
Het communisme is in 't Zuiden
ONZE AMBULANCE
NAAR ABESSYNIë.
Niet zoodra was de menschontee.
rende veroveringsoorlog van Italië
tegen Abessynië 'een feit geworden,
of ons Ned. Roode Kruis deed een
beroep op het volk, om steun tot
uitzending van een ambulance naar
het oorlogsterrein, om daar mee te
helpen tot leniging van het name
loos wee van de arme slachtoffers
van den oorlog, ongeacht tot welke
natie, welk ras of welken godsdienst
deze ook behooren.
Deze daad van ware naastenliefde
siert ons volk en we mogen er ook
trotsch op zijn, dat deze ambulance
den naam van Nederland gaat hoog
houden op het gebied, waarin onze
kleine natie zich immer groot heeft
gehouden.
Met een roerende plechtigheid,
waarbij H.K-H. Prinses Juliana van
haar belangstelling blijk gaf en
waarbij zij de verheven beteekenis
van deze daad van naastenliefde
schetste, hebben de dappere mannen
der ambulance afscheid genomen
en zij kunnen zich ervan verzekerd
houden, dat het geheele Nederland
sche volk hen met hartelijke belang
stelling volgt naar hun verheven
arbeid.
De wensch van onze Prinses, dat
de ambulance spoedig zal kunnen
terugkeeren, is zeker ook de wensch
van het heele volk, omdat daarin de
bede besloten ligt tot een spoedige
beëindiging van de schandelijke
moordpartij in Abessynië.
HULP AAN KLEINE
MIDDENSTANDERS.
Eindelgk daagt er ook van Re.
geeringswege hulp voor de kleine
middenstanders.
Voor velen komt die hulp al te
laat, wat niet wegneemt, dat we
nog van harte toejuichen alles wat
op dit terrein zal worden gedaan.
In zijn memorie van Antwoord aan
de Tweede Kamer op het verslag
inzake de begrooting van Handel,
Nijverheid en Scheepvaart zegt de
Minister, dat hij een regeling heeft
ontworpen om hulp te brengen aan
middenstanders, speciaal kleine mid
denstanders.
Wat hiermee bedoeld wordt
De Minister drukt het aldus uit
De kleinste onder de onderne
mers, die zich veelal door hard
werken een bescheiden bestaan
verwerven, maar wier financieele
draagkracht menigmaal voor die
van werknemers onderdoet, niet
opgewassen is tegen de bg zonde re
moeilijkheden, waarvoor zg zich
onder de tegenwoordige omstan
digheden geplaatst zien.
Maar excellentie, als nu maar de
noodige spoed wordt betracht.
van zijn grondstoffen, de
voortdurende en zorgvul
dige analyse tijdens het
fabricatie-proces door
eersteklas deskundigen,
garanderen een product
van naam.
Het product van vertrouwen.
Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van
20 tabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 tabl. a 10 ets.
Bij ons wordt alles zoo geweldig
lang overwogen
NOG MEER GOEDE
VOORNEMENS.
Minister Gelissen houdt van aan
pakken. Daarvan getuigt o.m. ook
zijn voornemen, om te ver gaande
mechanisatie in de industrie tegen
te gaan.
Een ontwerp van wet om dit te
bewerkstelligen in de sigaren-indus
trie zal weldra in openbare behan
deling komen.
Ditzelfde is het geval met een
ontwerp van wet tot regeling van
het zelfstandig uitoefenen van be
roepen en bedrijven door vreemde
lingen. Speciaal de overweging,
dat immigranten, die hier niet
langer in loondienst kunnen werk
zaam zijn, zich meer en meer
zelfstandig vestigen, maakt een
regeling ter zake urgent.
CONCURREEREN
Minister Gelissen zegt in boven
genoemde Memorie van Antwoord
in een paar woorden nog zeer be
langrijke dingen.
Hij is 't er mee eens, dat zijn taak
voornamelijk zal bestaan in't nemen
van maatregelen tot behoud en
verruiming van werkgelegenheid.
Onze industrie, zoo gaat hg voort,
kan echter niet uitsluitend voor de
binnenlandsche markt werkenwe
moeten blijven exporteeren en daar
toe zal de Ned. industrie op den
duur in staat moeten zijn, om op
de wereldmarkt te kunnen concur
reeren.
Dat is een geweldige waarheid
De vraag is maarhoe ver reikt
dat en hoe moet dat mogelgk worden
gemaakt
Natuurlijk door aanpassing, zal de
regeering zeggen. Aanpassing van
de loonen, want daarop zoekt de
regeering het in hoofdzaak bij haar
personeel. Maar als 't daarheen
moet, dan zullen we pas op de
wereldmarkt volledig kunnen con
curreeren, als we de loonen aange
past hebben aan die van Java en
Japan
Van welvaart is dan geen sprake
meer, zelfs niet van een bescheiden
menschwaardig bestaan.
Men ziet, hoe ontzettend moeilijk
deze zaak is.
En dat het gemakkelijker is, een
oplossing aan te geven, dan ze in
practijk te brengen.
DALEND GEBOORTECIJFER.
Ons bevolkings-overschot daalt. In
het tijdperk van 19301934 is ons
bevolkingscijfer gestegen met 450.000
is ongeveer 110.000 per jaar. Het
laatste jaar, genomen van Augustus
tot Augustus, bedraagt de toename
slechts 87.000.
Gevolg van dalende welvaart Of
ook gedeeltelijk door ondermgning
van den religieuzen grondslag in het
volksleven
Zou deze geboorte-teruggang voor
onze regeering ook niet een aanwij
zing moeten vormen, dat haar politiek
die uit financieele overwegingen de
groote gezinnen veel en veel te veel
belast, radicaal verkeerd is
Nu is de goede religieuze grond
slag nog in ons volk aauwezig, maar
hij zal ondermijnd worden door een
verkeerde politiek ten opzichte van
de kroostrijke gezinnen.
En wanneer het eenmaal zoo ver
is, dan is een nationaal gevaar door
financieele offers niet meer af te
wenden, gelijk o.a. Frankrijk ons
duidelijk leert, dat bezig is een volk
van grijsaards te worden.
DE ENORME WERKLOOSHEID.
De cijfers over de werkloosheid in
ons land vertoonen een ontstellend
beeld zonder eenig perspectief. In
één maand is het aantal met 15000
gestegen van 366.000 tot 381.936. En
lang niet alle werkzoekenden staan
bij de arbeidsbemiddeling ingeschre
ven
MUSSERT EN DE
KATHOLIEKEN.
Onder den dubbelen, instemmenden
kop„En ander geluid" en „Tegen
vermenging van kerk en politiek"
drukt „Volk en Vaderland" volgend
fraais af
„Van de hand van dr. C. Ohie-
müller, den bekenden secretaris van
den Evangelischen Bond te Berlijn,
verscheen ter gelegenheid van het
50-jarig bestaan van dezen bond een
brochure „Politischer Katholizismus"
waarin de auteur beschrijft hoe de
Evangelische Bond zich nu 50 jaar
verzet heeft tegen het vormen van
kerkelijke politieke partijen, daar de
Bond deze vermenging van geloof
en politiek onjuist acht, en hoe
dankbaar de bond is dat het Derde
Rijk nu dezen strgd zijnerzijds be
aamt en mede in naam van 't posi
tieve Christendom het politieke
Katholicisme verworpen en vernietigd
heeft."
De Evangelische Bond te Berlijn
was steeds een der grootste vijanden
van de Katholieken.
Zooiets als onze (on) Evangelische
Maatschappij
En deze wordt nu door Mussert
als getuige ingeroepen voor het goed
recht van Duitschland's schandelgke
politiek tegen de Kath. Kerk, waarop
we in ons Buitenlandsche Overzicht
wezen.
En dat optreden heet dan te ge
schieden in 't belang van het posi
tieve Christendom
De Katholieke volgelingen van
Mussert worden wel voor heete pro
blemen gesteld. Hun algemeen leider
vindt zulk „positief Christendom",
dat in werkelijkheid een plat heiden
dom is, blijkbaar best
'T COMMUNISME IN 'T
ZUIDEN. „LASTIG KNOK
KEN MET MIJNHEER PAS
TOOR
Tusschen al het gebral en gescheld
in de Communistische „Tribune"
komt eens een verstandig woordje
voor.
„Jaap uit het Zuiden" begint een
betoog over de communistische ach-
terlijkhéid van Limburg en Brabant
aldus
„Wij moeten vaststellen, dat de
provincie's Limburg en Brabant de
zwakste plekken van de partij zijn
en algemeen wordt aangenomen dat
de oorzaken hiervan zijn dat het
geloof hier een groote rol speelt en
dat er vooreerst nog wel -n tijdje
overheen zal gaan, voor en aleer de
partij vasten grond onder de voeten
krijgt.
Oppermachtig is hier mijnheer
pastoor en het is niet mogelgk daar
tegen te knokken".
Zelfs het knokken met leugen en
laster, zooals de Communisten ge
woon zijn (en als een deugd be
schouwen heeft daar geen vat.
Men zal het volgens Jaap eens
anders moeten probeeren en zorgen...
de godsdienstige gevoelens niet te
kwetsen. Als men eenmaal baas is,
zal men dan de schade wel inhalen
Het Zuiden zal dezen snuiter
dankbaar zijn voor deze onthulling.
Een gewaarschuwd man geldt voor
twee.
Het is tusschen hier weer dezelfde
methode als de S.D.A.P. vóór jaren
beproefde. Die begon ook met laster
praatjes op Katholieke geestelijken
enz., maar kreeg den bonsdaarop
werd het ook eens beproefd met
camouflage, men hield zijn anticleri-
calisme wat bedekt... Gelukkig was
het Zuiden ook toen gewaarschuwd
en liet zich niet begoochelen.
VENRAY. 7 Dec. 1935
AANBESTEDING VRACHTWERK
GASFABRIEK.
Burgemeester en Wethouders van
Venray brengen ter kennis van be
langhebbenden, dat zij VRIJDAG 13
DECEMBER a.s. des voormiddags
11 uur ten Raadhuize zullen aanbe
steden het vrachtwerkte verrichten
voor het bedrijf der Gasfabriek ge
durende 1936.
Gezegelde inschrijvingsbiljetten
onder^opschrift „Inschrijving vracht-
werk Gasfabriek" worden ingewacht
uiterlijk Vrijdag 13 December a.s.
des voormiddags 11 uur ten Ge
meentehuize.
Om 11 uur zullen de biljetten ia