Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken. Allerheiligen....Allerzielen. Veilig verkeer! Binnenland. Zo'n Aspirientje helpt toch maar.' Ifijcuacft' Ons weekpraatje. Provinciaal Nieuws Donder dag'31 October 1935 Zes en vijftigste Jaargang No 44 Onze Karnemelk en Karnemelkspap een heerlijk en voortref felijk voedsel voor jong en oud. Coöp. Zuivelfabriek „VENRAY" PEEL EN MAAS ADVERTENTIEPRIJS1 tot 8 regels 60 ct. per regel 77» ct. Bij contract groote reductie Uitgave FIRMA VAN DEN MUNCKHOF, VENRAY Telefoon 51 Giro 150652 ABONNEMENTSPRIJS p. kwartaal voor Venray 65 ct. Buiten Venray p. kwartaal 75 ct. Afz. nummers 5 cent. Voor het pasteuriseeren, het koelen, de betrachte hygiene enz. betaalt U bij afname van onze producten niets. Coöp. Zuivelfabriek „VENRAY" De gemeenschap van de strijdende Kerk op aarde met de zegevierende Kerk in den Hemel en de lijdende Kerk in het Vagevuur. Vrijdag zingen en jubelen wij met uitverkorenen. Zaterdag gedenken wij de zielen, die snakken naar onze hulp. Op het feest van Allerheiligen heffen wij als bannelingen onze oogen hoopvol op naar ons hemelsch vaderland en richten als dolende kinderen in dit dal van tranen onze blikken verlan gend naar ons vaderhuis. Op den dag van Allerzielen gaan onze gedachten als vanzelf naar hetKerkhof, waar onze dierbare dooden rusten, die naar wij hopen, in den Heer gestor ven zijn. Vader is dood wellicht, of Moeder. Wij hebben broers of zusters, die al gestorven zijn. Onze dierbare Echtgenoot of onze liefhebbende Vrouw rust onder de groene zooden, of goede vrienden of weldoeners. Zijn ze -al bij de zaligen of boeten zij misschien nog in vreeselijke pijnen in het vagevuur? Bij den weemoed om hun heengaan komt wellicht de kom mer om hun huidigen toestand. Zij snakken wellicht naar onze hulp. Die kunnen wij hun geven in overvloeddoor ons gebed en onze goede werken. Daartoe opent de Kerk op Allerzielen haar rijk gevuld arsenaal van genaden. We staan weer aan den voor avond van twee belangrijke data in het Kerkelijk jaar, waarin wij op zoo bijzondere wijze de ge meenschap herdenken van die eene H. Katholieke Kerk, ni. de gemeenschap van de strijdende Kerk hier op aarde, met de zege vierende Kerk in den Hemel en de lijdende Kerk in het Vage vuur. Welk een heerlijke, troostrijke gedachte, ten opzichte van onze afgestorven dierbaren bieden ons deze beide dagen Morgen zingen en jubelen wij met de uitverko renen, die ons reeds zijn voor gegaan en die ons wenken den zwaren strijd hier op aarde nog slechts korten tijd vol te houden, omdat de belooning in zulk een groote heerlijkheid ons wacht, wanneer wij den goeden, maar soms zoo zwaren strijd, ten einde toe gestreden hebben. Houdt vol, zoo roepen die ge lukkige zielen ons toe, want in vergelijking met de heerlijkheid die ons wacht, zijn al die aard- sche zorgen, bekommernissen, pijnen en smarten van zoo geringe beteekenis. Geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord, wat God be reid heeft voor deganen, die Hem hier op aarde trouw hebben gediend, zegt de Apostel Pauius. Maar op een dag van morgen is het toch alsof er iets van die Hemelsche muziek in onze ooren klinkt. Of er iets van dit voor menschenoogen niet te omvatten geluk tot ons komt en wij voelen ons opnieuw gesterkt om weer vol te houden en de kruizen en wederwaardigheden van dit leven verder te dragen. Want alles is vergankelijk, al het lijden, al de zorgen, maar dat ééne groote geluk, dat ons hiernamaals wacht, is eeuwig en onvergankelijk. Welk een heerlijke gedachte, welk een sterkende troost bevat deze waarheid voor een gefolterd en geslagen mensclienhart, zooals er thans zoovelen in deze crisis tijden zijn. Wat zijn wij katholieken dan toch rijk, in het bezit van een Kerk, die ons een feestdag als Allerheiligen schenken kan. Hoe duidelijk wordt ons hier de wijze leiding in Gods Kerk, die bijna alle feestdagen als een bijzondere viering uit de kerke lijke kalender wegschrapte, omdat in onzen gejaagden en vermate- rialiseerden tijd de rust voor de Zondagviering niet meer te vinden is, maar die toch den feestdag van Allerheiligen heeft willen behouden. Want meer dan ooit heeft de tnensch behoefte om even in contact te treden met hen, die ons zijn voorgegaan. Die de be looning reeds hebben ontvangen voor hun leven in dienst van God en die ons op een dag als morgen zoo vermanend toeroepen, om toch niet zoo dwaas te zijn om terwiile van het goud der aarde, dat ons hoogstens, en nog lang niet altijd, een tijdelijk ge luk kan schenken, de eeuwige glorie en vreugde van den Hemel prijs te geven. Allerheiligen herinnert ons weer, dat wij leden zijn van de strijdende Kerk. Wij bevinden ons hier op aarde slechts op een slagveld, waar wij de overwin ning, die ons het recht geeft op den Hemel, nog bevechten moeten. En zooals wij op het slagveld onherroepelijk de nederlaag lijden, wanneer wij ons inplaats van te strijden, overgeven aan lafheid, gemakzucht, ontrouw aan den Opperbevelhebber, zoo zullen wij ook onherroepelijk het recht op den Hemel verliezen, indien wij hier als ledematen van de strijdende Kerk op aarde, ons lauwe Katholieken toonen, die het gaarne op een accoordje gooien met onze plichten als Katholiek, vooral als wij er eenig geldelijk voordeel mee behalen kunnen. Op een dag als morgen klinkt het „Sursum Corda" blijder en duidelijker in onze ziel. Geen wonder dan ook, dat buiten de Katholieke Kerk de behoefte meer en meer gevoeld wordt aan de viering van het feest van Allerheiligen. En zoo zien we ook in de Protestantsche Kerken een sterkere strooming om dit zoo volkomen mensche- lijke katholieke feest mee te vieren. Als wij daar in die kringen dien geestelijken honger zien naar dat rijke Roomsche bezit, moet dit dan niet voor ons ka tholieken, een sterke prikkel zijn om op een dag als morgen, ons even terug te trekken uit dat gewoel, dat gejaag van de stof felijke dingen dezer wereld En om op dezen feestdag van de heiligen in den Hemel, ledematen van dezelfde Kerk als wij, te leeren hoe wij leven moeten En om van hen te leeren het ware kenmerk des levens tot verster king van die Eene Heilige Katho lieke Kerk? En dan van Allerheiligen gaan we over naar Allerzielen. Van de zegevierende naar de lijdende Kerk. Misschien nog rijker aan ge dachten dan Allerheiligen, is Allerzielen. Kunnen de heiligen in den Hemel ons heipen, de arme zielen in het vagevuur snakken naar onze hulp. En dank zij de gemeenschap van de strijdende en de lijdt n te Kerk kunnen wij die zielen hel pen. Welk een troostrijke gedachte, dat wij hier op aarde de zielen van onze dierbare afgestorvenen kunnen helpen door ons gebed en door onze aalmoezen. Wij kunnen hun pijnen ver zachten, hun lijden verkorten, wij kunnen een deel van de boete voor hen betalen, die zij aan God nog schuldig zijn voor hun kleine tekortkomingen, voor hun overgebleven straffen van de zonden, die zij wellicht bedreven hebben. Wat zouden wij op aarde niet voor hen gedaan hebben, om hun pijnen te verlichten, hun smart te lenigen, hun genezing te bespoedigen Thans behoeven wij ook niet werkeloos voor hen te zijn. In tegendeel, de Kerk zet op Aller zielen haar rijk gevuld arsenaal van genaden zoo wijd mogelijk open. Wij kunnen er uit putten, zooveel we willen ten voordeele van onze dierbare afgestorvenen. En hebben wij die niet meer, of zijn we zeker van hun verblijf in den Hemel, laten we er dan gebruik van maken voor de meest verlaten zielen. Allerheiligen en Allerzielen zijn twee dagen vol van genaden, vol van heerlijke vertroosting. Gods liefde en barmhartigheid straalt dezer dagen overvloediger dan ooit, over de aarde neer. Putten wij morgen en over morgen, zooveel wij kunnen uit de kostbare schatkamer van on zen Roomschen rijkdom. Want hier en hier alleen bloeit het werkelijke leven, het leven, dat voor ons alleen waarde en inhoud heeft. Op een druk punt van Broadway, een der drukste straten van New York, staat een monument. Een groot granieten blok waarop een bronzen doodskop grijnst, rustende op twee gekruiste doodsbeenderen. Op het graniet staat gebeeldhouwd: Heden viel in de Stad New York het.... zooveelste... slachtoffer van het verkeer. Het steeds veranderende cijfer is van een ontstellende grootte en verandert eenige malen per dag. Wanneer ergens een auto tot een wrak gereden wordt, steekt men de ruïne op een' paal als afschrikwek kend voorbeeld van de wagens die voorbijsnellen. Veilig verkeerEen algemeen be lang. Steeds maken wij een deel uit van het verkeer. Het zij in een auto, op een fiets of als voetganger. Een goed voorbeeld en bewgs hoe wij allemaal doordrongen zijn van het belang van een veilig verkeer) is wel de prompte navolging van de bepaling van de witte spatborden. Zelden nog is een nieuwe verordening zoo snel en volmaakt gehoorzaamd. Laten wg de ongelukken statistiek in Nederland eens wat nader be kijken. Op de openbare wegen von den in de jaren 1932, 1933 en 1934 resp. 41.915, 41.816 en 44.705 onge vallen plaats. Daarbij werden gedood of gewondresp. 12.084, 13.028 en en 14.936 personen. Gedood werden resp. 717, 803 en 816 personen per jaar of ruim twee per dag. Vergelijkt men deze cijfers met het toenemend aantal vervoermidde len dan bemerkt men procentsgewijze een sterkere toename in het aantal ongelukken. Gebleken is dat in het jaar 1934 ongeveer 80 pCt. der ongevallen ver oorzaakt werd door fouten van bestuurders 2 1/2 pCt. door gebreken der vervoex'middelen8 pCt. fouten der voetgangers en 51/2 pCt. door fouten van de weg. Op de jaarvergadering, zoo juist gehouden van de welbekende Konink lijke Nederlandsche Automobiel Club, populair bekend als KNAC, werd deze kwestie ook weer geducht onder de oogen gezien. Hard wordt er door de KNAC en de ANWB gewerkt om het verkeer in zoo veilig mogelijke banen te leiden. Steeds wox'den er weer nieuwe wetten gepasseerd en elke nieuwe verordening draagt inderdaad weer een steentje bij tot het meer veilig maken van het verkeer. Veilig verkeerEen volksbelang Wordt er nu door de overheid en semi-overheid veel gedaan om het verkeer voor ons veilig te maken wat betreft onze armen en beenen, jammer is het te constateeren, dat er helaas zoo weinig gelet wordt op de veiligheid en het behoud van onze portemonnaietoch ook een zeer vitaal orgaan van ons persoon. Zij die loopen komen er het bestaf. Het leger fietsers betaalt zijn rijwielbelasting met al de ellende, daaraan verbonden. De automobilis ten zijn er het ergst aan toe. Wanneer men een begrooting op maakt over de eventueele aanschaf fing van een auto, komt men tot de merkwaardige ontdekking, dat de auto zelf en ook het benzine-gebruik hiervan slechts een onderdeel uit maken. Vooral doordat men zijn auto, door gemakkelijke betalings voorwaarden over een lange termijn, gemakkelijk kan financieren. De groote onkosten, waardoor menige koop afspringt, ontstaan echter door de enorme vaste lasten. Hierdoor ontstaat een belemmering van een normale ontwikkeling van het automobiel-wezen. Wanneer men nu eens denkt aan al de garages, herstelwerkplaatsen, benzinepompen, rubbergebruik eu honderd andere factoren die zouden meewerken tot de zoo noodige arbeidsverruiming, dan is het toch jammer, dat door deze groote heflingeh minder auto mobielen in ons land loopen dan anders het geval zou zgn. Men moet niet vergeten, dat vol gens Amerikaansche statistieken, het auto-verkeer, één der meest stimu- leerende factoren is van werkver- Schandelijk N.S.B. geschrlJf. Onze N.S.B.-beweging heeft een eigen weekblad „Volk en Vaderland." Dat is onderhand berucht geworden door zijn sensatie-methoden en door zijn ophitserg. Thans begint het echter de spui tgaten uit te loopen. Do lezer oordeele over de volgende insinueerende en opruiende adverten tie „Voor spoedige indiensttreding ge vraagd een nette: MINISTER VAN DEFENSIE bij voorkeur R.K. Staatspartij, Vak kennis onnoodig. Bij gebleken on geschiktheid, overplaatsing naar een ander departement of goed betaalde baan, niet uitgesloten. Zonder prima aanbevelingen van H.H. Partijleiders, onnoodig zich aan te melden, salaris f 16.000 plus pensioen. Desgewenscht gratis plezierreisjes per marine vaartuig naar Indië of elders. Sollicitaties worden ingewacht onder 't motto „Buitverdeeling" aan het Centraal Distributiebureau voor baantjes te 's-Gravenhage." Dit is natuurlijk bedoeld als een opzettelgke beleediging van Minister Deckers. „Volk en Vaderland" wordt naar het heet door tienduizenden gelezen tienduizenden worden hier in een zoo diep-ernstigen tijd opgezweept tegen de regeering. Men vraagt zich af, waar dit dolzinnig en onverantwoor delijk drgven heen leiden moet bij een schare, waarvan verreweg het grootste deel gerecruteerd is uit de rijen van het politieke analphabetisme. Kan dit maar zoo is men geneigd te vragen. Kunnen een aantal lieden, die zelf bij herhaling blijk geven de geringste politieke scholing te missen, maar voortgaan met stelselmatig hun onwetende volgelingen op der- gelgke wijze voor te lichten Het is wel een tragisch symptoom van de verbastering der politieke moraliteit, dat dergelijk geschrijf kan voorkomen op de voorpagina van het hoofdorgaan eener partij. Van een partij nog wel, die zoolang zij een betrekkelijk kleine minderheid is, de bescherming dierzelfde overheid behoeft, op welke zij van week tot week haar giftige pijlen afschiet. Als deze N.S.B. moraliteit op politiek terrein zou inburgeren, dan staat de deur open voor een polemiek en discussiemethode van het riool niveau. Dan krijgen we, zooals Quaeritur in De Morgen satyrisch opmerkt, b.v. een tegenhanger van de aange haalde annonce als volgt Biedt zich aan voor onmiddellijke indiensttreding een nette LEIDER, in het bezit van een ingenieurs diploma en een zwart hemd. Heeft van alles verstand. Door een gratis pleizierreisje naar Indië speciaal op de hoogte van koloniale aange legenheden. Bizonder vaardig met den mond en met den arm. Gehem- houding van salaris verlangd. Gratis auto zal zeer op prijs gesteld worden. Promotoren van zijn solli citaties zullen met royale betrek kingen beloond worden. Brieven onder motto „Alles voor het Vader land" aan de firma Houzee de Leeuw en Co., Utrecht. Moet het tot deze methoden komen i De N.S.B. schijnt er naar té ver langen. Tot opheffing van ons volk en tot grootmaking van het Vaderland Bah! Beruchte Kamerzittingen. Wij bedoelen hiermede de bijeen komsten van de Eerste Kamer, welke enkele minuten duren, de schatkist een hoop geld kosten en zonder bezwaar achterwege konden worden gelaten. ,Ons Noorden" vestigt thans weer de aandacht op zoo'n 5-minuten- zitting op Vrijdagavond, voor het afdoen van enkele formaliteiten, die evengoed in de zitting van Zaterdag- hadden kunnen worden afgedaan. De vergadering werd om 8,32 uur geopend en precies 8.38 gesloteD. Aanwezig waren 41 leden a f 20.- presentiegeld, voor deze 6 minuten, is f 820.— Verder: vuur en verlichting, extra dienst personeel en militaire wacht, zoodat weer een duizend gulden landsgeld onnoodig is uitgegeven En dat in dezen tijd van grooten financieelen nood voor 's rijks schat kist Nazi-spionnen. De activiteit der Duitsche Nazi partij in het buitenland heeft reeds meermalen de aandacht getrokken. Het was Dr. Poels, die op de Sociale Studieweek te Rolduc er zijn verontwaardiging over uitsprak, dat dit alles in Nederland maar rustig geduld wordt. Volgens gegevens, die men ons verstrekte, zoo zegt hieromtrent het politieke Weekblad De Opmarsch, bestaan in Nederland inonderstaan- Indien U zich onbehaaq- lijk voelt, Uw hoofd zwaar is en Uw benen als lood zijn, zullen 1 a 2 Aspirin-tabletten U weer fit maken. Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbulsjes van 20 tabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 tabl. a 10 cfs. de plaatsen centra van Duitsche Nazi-activiteit. Den Haag, Amsterdam, Kerkrade, Hoensbroek, Vaals. Schaesberg. Maastricht, Brunsum, Lutterade, Heerlerheide, Apeldoorn, Enschedé, Nijmegen, Groningen, Leiden, 's Her togenbosch, Eindhoven, Helmond, Utrecht, Tilburg, Venlo, Rotterdam, Nieuwenhagen, Heerlen, Alkmaar, Rreda, Arnhem, Weert, Almelo, Vlissingen en Hengelo. Niet minder dan 80 namen van hierin Nederland politiek werkzame Duitsche Nazi's, lid der N.S.D.A.P, of agent der Gestapo, zijn ook aan de Regeering bekend geworden. Wanneer zal de extra-trein met uitsluitend enkele reis, richting Bentheim vertrekken HET PLAN VAN DEN ARBEID. Zou orde welvaart scheppen De chaos schept arbeid Ik wil in dit artikeltje geen oor deel vellen over het Plan van den Arbeid, aangenomen door S.D.A.P. en N.V.V. Ik zou het niet kunnen. Men ontkomt, oppervlakkig kennis nemende van dit Plan, niet aan den indruk, dat het degelgk is voorbereid en dat het hoogst-ernstig werk is. Het vereischt dus ook studie en daarna pas kan men er over spreken. Ik wilde nu alleen iets zeggen naar aanleiding van dit Plan. Ik hoop, dat zgn theoretische grondslag de bezwaren van de praktijk zal kunnen weerstaan. Het is gericht tegen een ontzagweïtkend iets als de crisis. Gegrepen worden naar alle middelen, welke denkbaar en bruik baar zgn, omdat de Plan-makers zijn uitgegaan van de gedachte, wat ze zouden kunnen en willen doen, als ze baas waren en de macht hadden. Nochtans kwamen ze tot de be rekening, dat slechts 200.000 werk- loozen met uitvoering van het Plan geholpen zouden zijn, de helft dus van het totaal. Dat op zich zelf zegt het een en ander aan degenen, die zich zelf wijsmaken, dat we met een verandering van systeem of door ons toe te vertrouwen aan één bolle boos als Leider, uit de crisis zouden kunnen geraken zooals een bede laar zich verbeelden kan, uit zijn misère te zullen zijn verlost, als-ie z'n versleten colbertje kan verwis selen voor een nieuw jacquet. Het Plan van den Arbeid wordt beheerscht door de ordeningsgedach te. Inderdaad is ieder verstandig mensch er van overtuigd, dat, als we de kans krijgen om een betere maatschappij te stichten, de orde ningsgedachte haar moet vóórgaan. Maar zouden we aan de consequent en vèr-doorgevoerde ordening thans wel veel hebben om uit de crisis te komen, om... de werkloosheid dus omlaag gedrukt te krijgen In het „Plan" wordt gemeend van wél, want het wil b.v. de midden standers helpen „door vermindering van de concurrentie binnen het be drijf" (misschien door opheffing van de arbeiderscoöperaties en vooral door „ordening in het productie en distributieapparaat." Ik erken, dat de chaos groot is in een en ander. En natuurlijk ook oneconomisch. Een tijd geleden werd ik in een drukbewoonde nieuwe buurt van Amsterdam staande gehouden door iemand, dien ik reeds jaren als wereldhervormer kende. „Zie je dien melkboer vroeg-ie. Ik knikte. „En die daar, wat is dat voor 'n man „Ook 'n melkboer!" zei ik. ,En die Enfin, om kort te gaan, het bleek, dat op het oogenblik onzer ontmoeting vijf melkboeren, uit alle deelen der stad komende, die buurt aan het bedienen waren. Met de bediening van de klanten der bakkers enz. gaat het nét zoo. Al dat werk zei de wereld hervormer kan door één man worden verricht. De klanten betalen veel geld voor deze dure wijze van distributie. Maar zoo vroeg ik wat heb jij te doen voor die andere vier melkboeren Op het antwoord wacht ik nog. Van de week beluisterde ik een radio-uitzending van Prof. Knap, die college hield over „De hoogere zin van den onzin". Hij begon met een stoute stelling de ijdelheid zou geen ondeugd zijn, maar een deugd, ja een der hechts te steunpilaren van de maatschappij. Ik ben werkelijk onder den indruk gekomen van het betoog van Prof. Knap. En in aansluiting op diens referaat durf ik beweren, dat de chaos op het oogenblik belet, dat ons werkloozen- cijfer niet nog veel grooter is. Als de tuinders niet meer verbouwden dan noodig is voor de consumpie, als er niet meer winkels waren dan noodig is voor de distributie, als er niet méér werd geproduceerd dan noodig is voor den afzet, als we 't tégen gingen, dat we allemaal vech- terig zaten te kruimelen aan eikaars boterham, dan zou het leger der werkloozen op verbijsterende wijze worden uitgebreid. Van ordening is wél te verwachten, dat het bepaalden zaken en bedrijven beter zal gaan en dat de bestaande arbeidsgelegenheid van velen wordt beschermd, maar ze is geen remedie tegen werkloosheid. Het gaat in de maatschappij juist als in de particuliere huishouding. Waar orde is, daar is het minste te doen. Slechts wanneer we de maatschap- pg zoodanig herbouwen, dat de arbeid er minder levensvoorwaarde zal zijn dan thans, kan ordening ten zegen zijn. Ik hoop inmiddels het beste van het Plan van den Arbeid. Ik hoop er óók nog van te hooren, als Albarda, Van der Waerden, Ir. Vos e.a. ver wekkers van dit Plan, eens ministers zullen zijn geworden. Ik zeg dit niet voor het een of ander, doch slechts uit herinnering aan het verloop van het Plan-de Man in België. Nu de heer de Man in de regeering is opgenomen, hoor ik niets meer van zgn Plan. VENRAY, 31 Oct. 1935 Mr. MARCHANT. Maandag 4 November a.s. zal in Venray spreken oud-minister Mar- chant. Weinig personen in Nederland hebben de laatste jaren zoo in het middenpunt der publieke belangstel ling gestaan en trekken nog zoo de aandacht. Eerst deed de spellingkwestie, die Minister Marchant aandurfde, veel stof opwaaien en nog was de felle strijd, die zich daar rondom ontspoD, niet geluwd of de mare vloog over 't land van Marchant's bekeering tot 't Katholicisme. Veel en hartstochtelijk, ook on waardig helaas, is daarover geschre ven; de bekeerling zelf achtte 't noodig een brochure daarover uit te geven, die gretig lezers vond. Nu de eerste en vinnigste reactie op deze manmoedige daad wat be daard is, gaat Mr. Marchant nog mondeling zijn bekeeringsproces verklaren en toelichten. Verschillende steden hadden het voorrecht onzen welkomen nieuwen geloofsgenoot te hooren en veel wordt nog om zijn lezingen gevraagd. Dat Venray onder de eerste mag zijn, die Mr. Marchant in hun mid den zien optreden, is een reden tot verheugenis en trots: de stampvolle zaal zal toonen, dat deze voorrang door ons op juiste waarde wordt geschat W. J. F. N. Nieuwe Schoenenzaak. De heer Jos. Hendriks, die reeds sinds jaren aan den Maasheezerweg een zeer gunstig gerenommeerde schoenwinkel en schoenmakerg uit oefent, heeft in het pand naast de Lunchroom Verheugen een filiaal gesticht. Op zich zelf is dit reeds een daad van moed en behoort tot de juiste Mica-beweging, waaruit big kt, dat niet bij de pakken wordt neergezeten. Maar wat het voornaamste is, zoo-

Peel en Maas | 1935 | | pagina 1