Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken.
Allerheiligen....Allerzielen.
Veilig verkeer!
Binnenland.
Zo'n Aspirientje
helpt toch maar.'
Ifijcuacft'
Ons weekpraatje.
Provinciaal Nieuws
Donder dag'31 October 1935
Zes en vijftigste Jaargang No 44
Onze Karnemelk
en Karnemelkspap
een heerlijk en voortref
felijk voedsel voor jong
en oud.
Coöp. Zuivelfabriek
„VENRAY"
PEEL EN MAAS
ADVERTENTIEPRIJS1 tot 8 regels 60 ct.
per regel 77» ct. Bij contract groote reductie
Uitgave FIRMA VAN DEN MUNCKHOF, VENRAY
Telefoon 51 Giro 150652
ABONNEMENTSPRIJS p. kwartaal voor Venray 65 ct.
Buiten Venray p. kwartaal 75 ct. Afz. nummers 5 cent.
Voor het
pasteuriseeren,
het koelen,
de betrachte hygiene
enz. betaalt U bij afname
van onze producten niets.
Coöp. Zuivelfabriek
„VENRAY"
De gemeenschap van de strijdende Kerk op aarde
met de zegevierende Kerk in den Hemel en
de lijdende Kerk in het Vagevuur.
Vrijdag zingen en jubelen wij met uitverkorenen.
Zaterdag gedenken wij de zielen, die
snakken naar onze hulp.
Op het feest van Allerheiligen
heffen wij als bannelingen onze
oogen hoopvol op naar ons
hemelsch vaderland en richten
als dolende kinderen in dit dal
van tranen onze blikken verlan
gend naar ons vaderhuis.
Op den dag van Allerzielen
gaan onze gedachten als vanzelf
naar hetKerkhof, waar onze
dierbare dooden rusten, die naar
wij hopen, in den Heer gestor
ven zijn.
Vader is dood wellicht, of
Moeder. Wij hebben broers of
zusters, die al gestorven zijn.
Onze dierbare Echtgenoot of
onze liefhebbende Vrouw rust
onder de groene zooden, of goede
vrienden of weldoeners. Zijn ze
-al bij de zaligen of boeten zij
misschien nog in vreeselijke
pijnen in het vagevuur?
Bij den weemoed om hun
heengaan komt wellicht de kom
mer om hun huidigen toestand.
Zij snakken wellicht naar onze
hulp. Die kunnen wij hun geven
in overvloeddoor ons gebed
en onze goede werken.
Daartoe opent de Kerk op
Allerzielen haar rijk gevuld
arsenaal van genaden.
We staan weer aan den voor
avond van twee belangrijke data
in het Kerkelijk jaar, waarin wij
op zoo bijzondere wijze de ge
meenschap herdenken van die
eene H. Katholieke Kerk, ni. de
gemeenschap van de strijdende
Kerk hier op aarde, met de zege
vierende Kerk in den Hemel en
de lijdende Kerk in het Vage
vuur.
Welk een heerlijke, troostrijke
gedachte, ten opzichte van onze
afgestorven dierbaren bieden ons
deze beide dagen Morgen zingen
en jubelen wij met de uitverko
renen, die ons reeds zijn voor
gegaan en die ons wenken den
zwaren strijd hier op aarde nog
slechts korten tijd vol te houden,
omdat de belooning in zulk een
groote heerlijkheid ons wacht,
wanneer wij den goeden, maar
soms zoo zwaren strijd, ten einde
toe gestreden hebben.
Houdt vol, zoo roepen die ge
lukkige zielen ons toe, want in
vergelijking met de heerlijkheid
die ons wacht, zijn al die aard-
sche zorgen, bekommernissen,
pijnen en smarten van zoo geringe
beteekenis.
Geen oog heeft gezien en geen
oor heeft gehoord, wat God be
reid heeft voor deganen, die
Hem hier op aarde trouw hebben
gediend, zegt de Apostel Pauius.
Maar op een dag van morgen
is het toch alsof er iets van die
Hemelsche muziek in onze ooren
klinkt. Of er iets van dit voor
menschenoogen niet te omvatten
geluk tot ons komt en wij voelen
ons opnieuw gesterkt om weer
vol te houden en de kruizen en
wederwaardigheden van dit leven
verder te dragen.
Want alles is vergankelijk, al
het lijden, al de zorgen, maar
dat ééne groote geluk, dat ons
hiernamaals wacht, is eeuwig en
onvergankelijk.
Welk een heerlijke gedachte,
welk een sterkende troost bevat
deze waarheid voor een gefolterd
en geslagen mensclienhart, zooals
er thans zoovelen in deze crisis
tijden zijn.
Wat zijn wij katholieken dan
toch rijk, in het bezit van een
Kerk, die ons een feestdag als
Allerheiligen schenken kan.
Hoe duidelijk wordt ons hier
de wijze leiding in Gods Kerk,
die bijna alle feestdagen als een
bijzondere viering uit de kerke
lijke kalender wegschrapte, omdat
in onzen gejaagden en vermate-
rialiseerden tijd de rust voor de
Zondagviering niet meer te vinden
is, maar die toch den feestdag
van Allerheiligen heeft willen
behouden.
Want meer dan ooit heeft de
tnensch behoefte om even in
contact te treden met hen, die
ons zijn voorgegaan. Die de be
looning reeds hebben ontvangen
voor hun leven in dienst van
God en die ons op een dag als
morgen zoo vermanend toeroepen,
om toch niet zoo dwaas te zijn
om terwiile van het goud der
aarde, dat ons hoogstens, en nog
lang niet altijd, een tijdelijk ge
luk kan schenken, de eeuwige
glorie en vreugde van den Hemel
prijs te geven.
Allerheiligen herinnert ons
weer, dat wij leden zijn van de
strijdende Kerk. Wij bevinden
ons hier op aarde slechts op een
slagveld, waar wij de overwin
ning, die ons het recht geeft op
den Hemel, nog bevechten moeten.
En zooals wij op het slagveld
onherroepelijk de nederlaag lijden,
wanneer wij ons inplaats van te
strijden, overgeven aan lafheid,
gemakzucht, ontrouw aan den
Opperbevelhebber, zoo zullen
wij ook onherroepelijk het recht
op den Hemel verliezen, indien
wij hier als ledematen van de
strijdende Kerk op aarde, ons
lauwe Katholieken toonen, die
het gaarne op een accoordje
gooien met onze plichten als
Katholiek, vooral als wij er eenig
geldelijk voordeel mee behalen
kunnen.
Op een dag als morgen klinkt
het „Sursum Corda" blijder en
duidelijker in onze ziel.
Geen wonder dan ook, dat
buiten de Katholieke Kerk de
behoefte meer en meer gevoeld
wordt aan de viering van het
feest van Allerheiligen. En zoo
zien we ook in de Protestantsche
Kerken een sterkere strooming
om dit zoo volkomen mensche-
lijke katholieke feest mee te
vieren.
Als wij daar in die kringen
dien geestelijken honger zien
naar dat rijke Roomsche bezit,
moet dit dan niet voor ons ka
tholieken, een sterke prikkel zijn
om op een dag als morgen, ons
even terug te trekken uit dat
gewoel, dat gejaag van de stof
felijke dingen dezer wereld En
om op dezen feestdag van de
heiligen in den Hemel, ledematen
van dezelfde Kerk als wij, te
leeren hoe wij leven moeten En
om van hen te leeren het ware
kenmerk des levens tot verster
king van die Eene Heilige Katho
lieke Kerk?
En dan van Allerheiligen gaan
we over naar Allerzielen.
Van de zegevierende naar de
lijdende Kerk.
Misschien nog rijker aan ge
dachten dan Allerheiligen, is
Allerzielen. Kunnen de heiligen
in den Hemel ons heipen, de
arme zielen in het vagevuur
snakken naar onze hulp.
En dank zij de gemeenschap
van de strijdende en de lijdt n te
Kerk kunnen wij die zielen hel
pen.
Welk een troostrijke gedachte,
dat wij hier op aarde de zielen
van onze dierbare afgestorvenen
kunnen helpen door ons gebed
en door onze aalmoezen.
Wij kunnen hun pijnen ver
zachten, hun lijden verkorten,
wij kunnen een deel van de boete
voor hen betalen, die zij aan
God nog schuldig zijn voor hun
kleine tekortkomingen, voor hun
overgebleven straffen van de
zonden, die zij wellicht bedreven
hebben.
Wat zouden wij op aarde niet
voor hen gedaan hebben, om
hun pijnen te verlichten, hun
smart te lenigen, hun genezing
te bespoedigen
Thans behoeven wij ook niet
werkeloos voor hen te zijn. In
tegendeel, de Kerk zet op Aller
zielen haar rijk gevuld arsenaal
van genaden zoo wijd mogelijk
open. Wij kunnen er uit putten,
zooveel we willen ten voordeele
van onze dierbare afgestorvenen.
En hebben wij die niet meer,
of zijn we zeker van hun verblijf
in den Hemel, laten we er dan
gebruik van maken voor de
meest verlaten zielen.
Allerheiligen en Allerzielen zijn
twee dagen vol van genaden, vol
van heerlijke vertroosting. Gods
liefde en barmhartigheid straalt
dezer dagen overvloediger dan
ooit, over de aarde neer.
Putten wij morgen en over
morgen, zooveel wij kunnen uit
de kostbare schatkamer van on
zen Roomschen rijkdom.
Want hier en hier alleen bloeit
het werkelijke leven, het leven,
dat voor ons alleen waarde en
inhoud heeft.
Op een druk punt van Broadway,
een der drukste straten van New
York, staat een monument. Een
groot granieten blok waarop een
bronzen doodskop grijnst, rustende
op twee gekruiste doodsbeenderen.
Op het graniet staat gebeeldhouwd:
Heden viel in de Stad New York
het.... zooveelste... slachtoffer van
het verkeer. Het steeds veranderende
cijfer is van een ontstellende grootte
en verandert eenige malen per dag.
Wanneer ergens een auto tot een
wrak gereden wordt, steekt men de
ruïne op een' paal als afschrikwek
kend voorbeeld van de wagens die
voorbijsnellen.
Veilig verkeerEen algemeen be
lang.
Steeds maken wij een deel uit van
het verkeer. Het zij in een auto, op
een fiets of als voetganger.
Een goed voorbeeld en bewgs hoe
wij allemaal doordrongen zijn van
het belang van een veilig verkeer)
is wel de prompte navolging van de
bepaling van de witte spatborden.
Zelden nog is een nieuwe verordening
zoo snel en volmaakt gehoorzaamd.
Laten wg de ongelukken statistiek
in Nederland eens wat nader be
kijken. Op de openbare wegen von
den in de jaren 1932, 1933 en 1934
resp. 41.915, 41.816 en 44.705 onge
vallen plaats. Daarbij werden gedood
of gewondresp. 12.084, 13.028 en
en 14.936 personen. Gedood werden
resp. 717, 803 en 816 personen per
jaar of ruim twee per dag.
Vergelijkt men deze cijfers met
het toenemend aantal vervoermidde
len dan bemerkt men procentsgewijze
een sterkere toename in het aantal
ongelukken.
Gebleken is dat in het jaar 1934
ongeveer 80 pCt. der ongevallen ver
oorzaakt werd door fouten van
bestuurders 2 1/2 pCt. door gebreken
der vervoex'middelen8 pCt. fouten
der voetgangers en 51/2 pCt. door
fouten van de weg.
Op de jaarvergadering, zoo juist
gehouden van de welbekende Konink
lijke Nederlandsche Automobiel Club,
populair bekend als KNAC, werd
deze kwestie ook weer geducht onder
de oogen gezien. Hard wordt er door
de KNAC en de ANWB gewerkt om
het verkeer in zoo veilig mogelijke
banen te leiden.
Steeds wox'den er weer nieuwe
wetten gepasseerd en elke nieuwe
verordening draagt inderdaad weer
een steentje bij tot het meer veilig
maken van het verkeer.
Veilig verkeerEen volksbelang
Wordt er nu door de overheid en
semi-overheid veel gedaan om het
verkeer voor ons veilig te maken
wat betreft onze armen en beenen,
jammer is het te constateeren, dat
er helaas zoo weinig gelet wordt op
de veiligheid en het behoud van onze
portemonnaietoch ook een zeer
vitaal orgaan van ons persoon.
Zij die loopen komen er het bestaf.
Het leger fietsers betaalt zijn
rijwielbelasting met al de ellende,
daaraan verbonden. De automobilis
ten zijn er het ergst aan toe.
Wanneer men een begrooting op
maakt over de eventueele aanschaf
fing van een auto, komt men tot de
merkwaardige ontdekking, dat de
auto zelf en ook het benzine-gebruik
hiervan slechts een onderdeel uit
maken. Vooral doordat men zijn
auto, door gemakkelijke betalings
voorwaarden over een lange termijn,
gemakkelijk kan financieren.
De groote onkosten, waardoor
menige koop afspringt, ontstaan
echter door de enorme vaste lasten.
Hierdoor ontstaat een belemmering
van een normale ontwikkeling van
het automobiel-wezen. Wanneer men
nu eens denkt aan al de garages,
herstelwerkplaatsen, benzinepompen,
rubbergebruik eu honderd andere
factoren die zouden meewerken tot
de zoo noodige arbeidsverruiming,
dan is het toch jammer, dat door
deze groote heflingeh minder auto
mobielen in ons land loopen dan
anders het geval zou zgn.
Men moet niet vergeten, dat vol
gens Amerikaansche statistieken, het
auto-verkeer, één der meest stimu-
leerende factoren is van werkver-
Schandelijk N.S.B. geschrlJf.
Onze N.S.B.-beweging heeft een
eigen weekblad „Volk en Vaderland."
Dat is onderhand berucht geworden
door zijn sensatie-methoden en door
zijn ophitserg.
Thans begint het echter de spui
tgaten uit te loopen.
Do lezer oordeele over de volgende
insinueerende en opruiende adverten
tie
„Voor spoedige indiensttreding ge
vraagd een nette:
MINISTER VAN DEFENSIE
bij voorkeur R.K. Staatspartij, Vak
kennis onnoodig. Bij gebleken on
geschiktheid, overplaatsing naar
een ander departement of goed
betaalde baan, niet uitgesloten.
Zonder prima aanbevelingen van
H.H. Partijleiders, onnoodig zich
aan te melden, salaris f 16.000 plus
pensioen.
Desgewenscht gratis plezierreisjes
per marine vaartuig naar Indië of
elders.
Sollicitaties worden ingewacht
onder 't motto „Buitverdeeling"
aan het Centraal Distributiebureau
voor baantjes te 's-Gravenhage."
Dit is natuurlijk bedoeld als een
opzettelgke beleediging van Minister
Deckers.
„Volk en Vaderland" wordt naar
het heet door tienduizenden gelezen
tienduizenden worden hier in een zoo
diep-ernstigen tijd opgezweept tegen
de regeering. Men vraagt zich af,
waar dit dolzinnig en onverantwoor
delijk drgven heen leiden moet bij
een schare, waarvan verreweg het
grootste deel gerecruteerd is uit de
rijen van het politieke analphabetisme.
Kan dit maar zoo is men geneigd
te vragen. Kunnen een aantal lieden,
die zelf bij herhaling blijk geven de
geringste politieke scholing te missen,
maar voortgaan met stelselmatig
hun onwetende volgelingen op der-
gelgke wijze voor te lichten
Het is wel een tragisch symptoom
van de verbastering der politieke
moraliteit, dat dergelijk geschrijf
kan voorkomen op de voorpagina
van het hoofdorgaan eener partij.
Van een partij nog wel, die zoolang
zij een betrekkelijk kleine minderheid
is, de bescherming dierzelfde overheid
behoeft, op welke zij van week tot
week haar giftige pijlen afschiet.
Als deze N.S.B. moraliteit op
politiek terrein zou inburgeren, dan
staat de deur open voor een polemiek
en discussiemethode van het riool
niveau.
Dan krijgen we, zooals Quaeritur
in De Morgen satyrisch opmerkt,
b.v. een tegenhanger van de aange
haalde annonce als volgt
Biedt zich aan voor onmiddellijke
indiensttreding een nette
LEIDER,
in het bezit van een ingenieurs
diploma en een zwart hemd. Heeft
van alles verstand. Door een gratis
pleizierreisje naar Indië speciaal op
de hoogte van koloniale aange
legenheden. Bizonder vaardig met
den mond en met den arm. Gehem-
houding van salaris verlangd.
Gratis auto zal zeer op prijs gesteld
worden. Promotoren van zijn solli
citaties zullen met royale betrek
kingen beloond worden. Brieven
onder motto „Alles voor het Vader
land" aan de firma Houzee de Leeuw
en Co., Utrecht.
Moet het tot deze methoden komen i
De N.S.B. schijnt er naar té ver
langen.
Tot opheffing van ons volk en tot
grootmaking van het Vaderland
Bah!
Beruchte Kamerzittingen.
Wij bedoelen hiermede de bijeen
komsten van de Eerste Kamer,
welke enkele minuten duren, de
schatkist een hoop geld kosten en
zonder bezwaar achterwege konden
worden gelaten.
,Ons Noorden" vestigt thans weer
de aandacht op zoo'n 5-minuten-
zitting op Vrijdagavond, voor het
afdoen van enkele formaliteiten, die
evengoed in de zitting van Zaterdag-
hadden kunnen worden afgedaan.
De vergadering werd om 8,32 uur
geopend en precies 8.38 gesloteD.
Aanwezig waren 41 leden a f 20.-
presentiegeld, voor deze 6 minuten,
is f 820.—
Verder: vuur en verlichting, extra
dienst personeel en militaire wacht,
zoodat weer een duizend gulden
landsgeld onnoodig is uitgegeven
En dat in dezen tijd van grooten
financieelen nood voor 's rijks schat
kist
Nazi-spionnen.
De activiteit der Duitsche Nazi
partij in het buitenland heeft reeds
meermalen de aandacht getrokken.
Het was Dr. Poels, die op de
Sociale Studieweek te Rolduc er zijn
verontwaardiging over uitsprak, dat
dit alles in Nederland maar rustig
geduld wordt.
Volgens gegevens, die men ons
verstrekte, zoo zegt hieromtrent het
politieke Weekblad De Opmarsch,
bestaan in Nederland inonderstaan-
Indien U zich onbehaaq-
lijk voelt, Uw hoofd
zwaar is en Uw benen als lood
zijn, zullen 1 a 2 Aspirin-tabletten
U weer fit maken.
Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbulsjes van
20 tabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 tabl. a 10 cfs.
de plaatsen centra van Duitsche
Nazi-activiteit.
Den Haag, Amsterdam, Kerkrade,
Hoensbroek, Vaals. Schaesberg.
Maastricht, Brunsum, Lutterade,
Heerlerheide, Apeldoorn, Enschedé,
Nijmegen, Groningen, Leiden, 's Her
togenbosch, Eindhoven, Helmond,
Utrecht, Tilburg, Venlo, Rotterdam,
Nieuwenhagen, Heerlen, Alkmaar,
Rreda, Arnhem, Weert, Almelo,
Vlissingen en Hengelo.
Niet minder dan 80 namen van
hierin Nederland politiek werkzame
Duitsche Nazi's, lid der N.S.D.A.P,
of agent der Gestapo, zijn ook aan
de Regeering bekend geworden.
Wanneer zal de extra-trein met
uitsluitend enkele reis, richting
Bentheim vertrekken
HET PLAN VAN DEN ARBEID.
Zou orde welvaart
scheppen
De chaos schept
arbeid
Ik wil in dit artikeltje geen oor
deel vellen over het Plan van den
Arbeid, aangenomen door S.D.A.P.
en N.V.V. Ik zou het niet kunnen.
Men ontkomt, oppervlakkig kennis
nemende van dit Plan, niet aan den
indruk, dat het degelgk is voorbereid
en dat het hoogst-ernstig werk is.
Het vereischt dus ook studie en
daarna pas kan men er over spreken.
Ik wilde nu alleen iets zeggen
naar aanleiding van dit Plan. Ik
hoop, dat zgn theoretische grondslag
de bezwaren van de praktijk zal
kunnen weerstaan. Het is gericht
tegen een ontzagweïtkend iets als
de crisis. Gegrepen worden naar alle
middelen, welke denkbaar en bruik
baar zgn, omdat de Plan-makers
zijn uitgegaan van de gedachte, wat
ze zouden kunnen en willen doen,
als ze baas waren en de macht
hadden.
Nochtans kwamen ze tot de be
rekening, dat slechts 200.000 werk-
loozen met uitvoering van het Plan
geholpen zouden zijn, de helft dus
van het totaal. Dat op zich zelf zegt
het een en ander aan degenen, die
zich zelf wijsmaken, dat we met een
verandering van systeem of door
ons toe te vertrouwen aan één bolle
boos als Leider, uit de crisis zouden
kunnen geraken zooals een bede
laar zich verbeelden kan, uit zijn
misère te zullen zijn verlost, als-ie
z'n versleten colbertje kan verwis
selen voor een nieuw jacquet.
Het Plan van den Arbeid wordt
beheerscht door de ordeningsgedach
te. Inderdaad is ieder verstandig
mensch er van overtuigd, dat, als
we de kans krijgen om een betere
maatschappij te stichten, de orde
ningsgedachte haar moet vóórgaan.
Maar zouden we aan de consequent
en vèr-doorgevoerde ordening thans
wel veel hebben om uit de crisis te
komen, om... de werkloosheid dus
omlaag gedrukt te krijgen
In het „Plan" wordt gemeend van
wél, want het wil b.v. de midden
standers helpen „door vermindering
van de concurrentie binnen het be
drijf" (misschien door opheffing van
de arbeiderscoöperaties en vooral
door „ordening in het productie en
distributieapparaat."
Ik erken, dat de chaos groot is in
een en ander. En natuurlijk ook
oneconomisch.
Een tijd geleden werd ik in een
drukbewoonde nieuwe buurt van
Amsterdam staande gehouden door
iemand, dien ik reeds jaren als
wereldhervormer kende. „Zie je dien
melkboer vroeg-ie. Ik knikte. „En
die daar, wat is dat voor 'n man
„Ook 'n melkboer!" zei ik.
,En die Enfin, om kort te gaan,
het bleek, dat op het oogenblik onzer
ontmoeting vijf melkboeren, uit alle
deelen der stad komende, die buurt
aan het bedienen waren. Met de
bediening van de klanten der bakkers
enz. gaat het nét zoo.
Al dat werk zei de wereld
hervormer kan door één man
worden verricht. De klanten betalen
veel geld voor deze dure wijze van
distributie.
Maar zoo vroeg ik wat
heb jij te doen voor die andere vier
melkboeren
Op het antwoord wacht ik nog.
Van de week beluisterde ik een
radio-uitzending van Prof. Knap, die
college hield over „De hoogere zin
van den onzin". Hij begon met een
stoute stelling de ijdelheid zou geen
ondeugd zijn, maar een deugd, ja
een der hechts te steunpilaren van
de maatschappij. Ik ben werkelijk
onder den indruk gekomen van het
betoog van Prof. Knap.
En in aansluiting op diens referaat
durf ik beweren, dat de chaos op het
oogenblik belet, dat ons werkloozen-
cijfer niet nog veel grooter is. Als
de tuinders niet meer verbouwden
dan noodig is voor de consumpie,
als er niet meer winkels waren dan
noodig is voor de distributie, als er
niet méér werd geproduceerd dan
noodig is voor den afzet, als we 't
tégen gingen, dat we allemaal vech-
terig zaten te kruimelen aan eikaars
boterham, dan zou het leger der
werkloozen op verbijsterende wijze
worden uitgebreid.
Van ordening is wél te verwachten,
dat het bepaalden zaken en bedrijven
beter zal gaan en dat de bestaande
arbeidsgelegenheid van velen wordt
beschermd, maar ze is geen remedie
tegen werkloosheid.
Het gaat in de maatschappij juist
als in de particuliere huishouding.
Waar orde is, daar is het minste te
doen.
Slechts wanneer we de maatschap-
pg zoodanig herbouwen, dat de arbeid
er minder levensvoorwaarde zal zijn
dan thans, kan ordening ten zegen
zijn.
Ik hoop inmiddels het beste van
het Plan van den Arbeid. Ik hoop
er óók nog van te hooren, als Albarda,
Van der Waerden, Ir. Vos e.a. ver
wekkers van dit Plan, eens ministers
zullen zijn geworden.
Ik zeg dit niet voor het een of
ander, doch slechts uit herinnering
aan het verloop van het Plan-de Man
in België. Nu de heer de Man in de
regeering is opgenomen, hoor ik niets
meer van zgn Plan.
VENRAY, 31 Oct. 1935
Mr. MARCHANT.
Maandag 4 November a.s. zal in
Venray spreken oud-minister Mar-
chant.
Weinig personen in Nederland
hebben de laatste jaren zoo in het
middenpunt der publieke belangstel
ling gestaan en trekken nog zoo de
aandacht.
Eerst deed de spellingkwestie, die
Minister Marchant aandurfde, veel
stof opwaaien en nog was de felle
strijd, die zich daar rondom ontspoD,
niet geluwd of de mare vloog over
't land van Marchant's bekeering tot
't Katholicisme.
Veel en hartstochtelijk, ook on
waardig helaas, is daarover geschre
ven; de bekeerling zelf achtte 't
noodig een brochure daarover uit te
geven, die gretig lezers vond.
Nu de eerste en vinnigste reactie
op deze manmoedige daad wat be
daard is, gaat Mr. Marchant nog
mondeling zijn bekeeringsproces
verklaren en toelichten.
Verschillende steden hadden het
voorrecht onzen welkomen nieuwen
geloofsgenoot te hooren en veel
wordt nog om zijn lezingen gevraagd.
Dat Venray onder de eerste mag
zijn, die Mr. Marchant in hun mid
den zien optreden, is een reden tot
verheugenis en trots: de stampvolle
zaal zal toonen, dat deze voorrang
door ons op juiste waarde wordt
geschat W. J. F. N.
Nieuwe Schoenenzaak.
De heer Jos. Hendriks, die reeds
sinds jaren aan den Maasheezerweg
een zeer gunstig gerenommeerde
schoenwinkel en schoenmakerg uit
oefent, heeft in het pand naast de
Lunchroom Verheugen een filiaal
gesticht.
Op zich zelf is dit reeds een daad
van moed en behoort tot de juiste
Mica-beweging, waaruit big kt, dat
niet bij de pakken wordt neergezeten.
Maar wat het voornaamste is, zoo-