TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
GRATIS
Voor de vrouwen.
De overweldiging
van België.
FEUILLETON.
Mattesen Ties
de Kiesjeskèl
Voor huis en tuin.
Opgang.
Zaterdag 1 Juni 1935
Zes en vijftigste Jaargang No 22
yi die zich met ingang van
L\i 1 Juli a.s. op „Peel en
Maas" •abonneeren, ontvangen
de tot dien datum verschijnende
Gratis korte kookcursus
voor vrouwen.
Et wordt gratis gelegenheid ge
geven tot het volgen van een korte
kookcursus voor vrouwen, welke
gegeven wordt door de leeraressen
der landbouwhuishoudschool en de
huishoudschool.
Deze cursus bestaat uil zes lessen
elk van 2l/z uur en is op de eerste
plaat3 bestemd voor gehuwden en
voor degenen die een huishouden
moeten besturen en niet in de ge
legenheid zijn geweest om een kook
cursus te volgen.
De cursus wordt geheel gratis
gegeven een keer per week twee en
een half uur in de avonduren
Men kan zich aanmelden bij Mej
Sangers, Directrice der Landbouw
huishoudschool, Eindstraat. op Zater
dag 1 Juni a s. des namiddags van
4 tot 5 uur.
Venray, 23 Mei 1935.
De Burgemeester van Venray
O. VAN DE LOO.
Herinneringen aan de omzwervin
gen van een oud-oorlogseorres-
pondent tusschen de strijdende
partijen.
BIJ KARDINAAL MERCIER.
Ik heb dien nacht in het verlaten
Antwerpen kunnen slapen in een
klein hotel aan de Midi Statie, waar
heen de Duitschers. tot wie ik me
ten einde raad had gewend, me
hadden verwezen.
Den volgenden ochtend trachtte ik
eenige informaties te bekomen, welke
dringend waren gevraagd aan de
redactie van mijn blad te Amsterdam,
maar ik vond ten slotte niemand, die
me helpen kon. Ook droeg ik een
bos sleutels bij me, welke me mid
dels mijn redactie naat een grens
plaatsje waren toegezonden door een
zéér bekende Nederlandsche familie,
waarvan een der leden in Antwerpen
een groot heereDhnis had bewoond
Mij was gevraagd om, zoo moge
lijk, uit dat huis de groote waarde
aen edele metalea enz. naar een
veiliger plaats te brengen. Ik vond
alle ruiten van het huis gesprongen
door het ontploffingsgeweld van gra
naten, welke in de buurt waren neer
gekomen.
Ronddolende in de vertrekken
werd ik eenige malen opgeschrikt
door de vlucht van half-dolle katten,
die in de woning een toevlucht had
den gezocht en er misschien voedsel
waren komen zoeken. Eerst later op
den dag heb ik me van mijn taak
kunnen kwijten en kon ik boven
dien iemand vinden, die de ramen
met planken dichttimmerde.
Ook Antwerpen bleek, als stad,
onder den oorlogsgruwel te hebben
geleden verscheidene mooie wijken
waren ernstig gehavend.
Tijdens het bombardement der
stad waren verscheidene menschen
Oorspronkelijk verlianl van de
Noord-Limburgsclie grenzen
door BERNARD VIELER.
36
Bij velen stonden nü de dikke
zweetdruppels op hel voorhoofd
en de gezichtskleur der aanzitten-
den varieerde van rood lol don
kerrood.
Als er een Indiaan in de zaal
gekomen was, zou hij daar geen
enkel »bleekgezicht" aangetroffen
hebben.
Hansen Doerel slelde voor, tus
schen de gerechten in, eens een
mopje te zingen en zetle zelf in:
Ze zongen het door iederen Ceci-
liavierder gekende, toepasselijke
lied, met de schoone poèzievolle
woorden:
En wat zal Cecilia blij zijn
Als zij ziet hoe verheugd dat wij
zijn
Na een oogenblik pauze zongen
ze ook het tweede couplet, waar
van de woorden precies gelijk
zijn aan die van het eerste.
Nu verscheen het eigenlijke
gebraad, in den vorm van, ik
weet niet meer precies, vier of
vijf gebraden hazen leverancier
Mattesen Ties die allervoor
treffelijkst toebereid waren en
opgediend werden met appelmoes.
gedood, maar hun aantal was toch
betrekkelijk gering in vergelijking met
de slachtoffers, die waren gevallen
in Visé, Luik, Namen, Dinant en
Leuven, welker ontzettend lot de
inwoners van Antwerpen bij de
naderiog der Duitschers op de vlucht
had doen slaan naar onze grens.
Toen ik op Antwerpen aantrok
was het lot nog onbekend van
Kardinaal Mercier, een der markant
ste figuren uit den wereldoorlog!
wiens geestelijk verzet tegen de
overweldiging van zijn land zulk een
innerlijke sterkte aan zijn laodge-
nooten verschafte en wiens protesten
tegen de Duitsche misdaden het
wereldgeweten hebben wakker ge
schud en de overweldigers tot het
volgen van een meer menschelijk
optreden hebben gedwongen. Het
was niet aan te nemen, dat de Kar
dinaal nog in zijn residentie, de stad
Mechelen, zou vertoeven, want deze
plaats was bij de kanonnade op de
Antwerpsche fortenlinie door de be
volkiDg verlaten moeten worden en
het was bovendien in Nederland
reeds bekend, dat zoowel het paleis
van den Kardinaal als de kathedrale
St, Romboutskerk door het geschuts-
vuut ernstig waren beschadigd.
Van de Duitsche autoriteiten te
Antwerpen kwam ik te weten, dat
Kardinaal Mercier niet was gevlucht,
maar zich in de stad ophield. Het
bleek me, dat een aanzienlijke Ant
werpsche dame haar woning te zijner
beschikking had gesteld.
Natuurlijk ging ik aanstonds op
weg om te trachten een onderhoud
met het hoofd der BeJg sche kerk
provincie te bekomen.
Men moet den persoon van dezen
kerkvorst hebben gekend om te
kunnen beseffen, hoe vooral in
de omstandigheden van het oogen
blik de verschijning van zijn ge
weldig rijzige, eerbiedwaardige en
imposante figuur in de deuropening
van de kamer, waarin ik wachtte,
indruk op me maakte. Het geeft geen
moeite om tegenover dezen meDsch
met zijn toen smartelijk, ascetisch
gelaat, uit gothische lijnen getrokkeü,
en met spier-witte haren omlijst, de
protocolaire beleefdheden te uiten,
waarop hij als Kardinaal recht heeft.
Ons onderhoud was grootendeels
van vertrouwelijken aard het ging
m die dagen niet aan om de conse
quenties te aanvaarden van openbaar,
naar waarheid afgelegde getuigenis
sen, Z.Em. gaf me eenige stukken
mee voor Rome en een „oproep"
ter publicatie in de Nederlandsche
pers, waarbij bij den priesters, die
waren uitgeweken, gelastte om terug
te komen.
En vermeld óók zoo drong
de Kardinaal bij me aan dat ik
innig den terugkeer wensch der ge
vluchie bevolking. In alle oprecht
heid, er is geen enkel gevaar te
/•reezen. Ik zou het bijzonder op
prijs stellen, indien de blalen in
Holland de aandacht wilden vestigen
op de volgende toezeggingen, die ik
van de Duitsche overheid verkreeg
en welke ik gerechtigd ben in haren
naam te doen
le. Jongelieden behoeven niet te
vreezen, naar Duitschlaod te worden
weggevoerd om in het Duitsche leger
te dienen of tot dwangarbeid te
worden verplicht.
2e. Indien ergens het politie-
reglement door enkele personen
wordt overtreden, zal de overheid
de daders opsporen en de pllchtige
straffen zonder de schuld aau de
ganscbe bevolking toe te schrijven.
3e. De Duitsche en Belgische
Het slot werd gevormd door
drie puddingen van toepasselijke
vormen: de eerste werd binnen
gedragen door Jean, den hospes
zelf 't was een groote witte
pudding in den vorm van een
kruis dit stelt vur 't Geloohf
zei Jean dan kwam er een
oranjekleurige in den vorm van
een anker de Hoop, kondigde
Lewie Maonkalf, die hem binnen
bracht aan, en daarna kwam een
rozerood hart van minstens 25
centimeters middellijn en dat
is de Liefde, riepen de gasten.
Misgeraoje, zei vrouw Stap
pers, die dit stuk zelf op tafel
zette, dit is het hart van mienne
Sjang en lachend vluchtte ze weg
naar de keuken.
Ziezoo nu zullen ze wel
allemaal een beeije moe zijn van
het eten.
Tegen vijf uur zalen de feest
vierenden alweer om de groote
gedekte tafel, die nu prijkte met
vier ronde zandtaarten, waarvoor
vrouw Slappers zelf den deeg in
alle finesses bereid en die toen bij
den hakker in den oven gebakken
waren.
Hierbij dronken ze sterke koffie
en werden weer eenige liederen
gezongen. De eigenlijke voordrach
ten, die de jongere leden ingestu
deerd hadden, werden als verras
sing voor den avond opgezouten
Aan de koffietafel werd ook
deelgenomen door den pastoor en
den kapelaan, die hun opwachting
bij de feestvierenden kwamen
maken en tevens bedanken voor
de attentie hen dien morgen be
wezen.
Deze bleven echter niet langen
overheden zullen alles ia het werk
stellen om te beletten, dat er gebrek
aan voedsel ontsta.
Ik vroeg den Kardinaal, of deze
gunstige bepalingen door zijn per
soonlijke bemiddeling waren verkre
gen, want vooral de tweede toezeg
ging kwam me belangrijk voor. Im
mers, steeds was de Belgische bevol
king in proclamaties bedreigd met
algemeene bestraffing, wanneer er
gens ook maar één schot op Duit
sche militairen zou zijn gelost of
eenige vernieling van oorlogswerken
zou zijn gepleegd. Om één ver
meend schot zijn in Andenne
400 burgers vermoord om maar
één der ergste gevallen te noemen.
Zijne Em. bevestigde, dat hij het
doen van deze toezeggingen had
voorgesteld in ruil voor zijn actieve
medewerking aan een terugkeer der
gevluchte burgers.
Door een persbureau in uw
land schijnt het bericht verspreid te
zijn aldus de Kardinaal dat
ook ik zou zijn gevlucht. Ik heb aan
een vlucht zelfs niet gedacht. De
herder moet bij zijn schaapkens blij
ven en dat moeten de pastoors ook
doen. De pastoors die zijn uitgewe
ken. moeten terugkomen,
We bespraken nog vele andere
zaken, welke op het oogenblik van
weinig of geen belang meer zijn De
Kardinaal vertelde me vao zijn aan
staanden terugkeer naar Mechelen
en van zijn plannen om middels den
steun van op te richten „komiteiten"
Z Em. sprak bloeiend Vlaamsch
de St. Romboutskerk te herstel
len.
Tranen kwamen den Kardinaal in
de ooqen, toen hij over ons land te
spreken kwam.
Holland is edelmoedig zei
hij. Hoe dankbaar, oneindig dank
baar ben ik het Hollandsche volk
voor wat het voor onze arme vluch
telingen deed. Dien dank kan ik
niet genoegzaam uitdrukken. Ik heb
verslagen ontvangen, die me diep
ontroerden. Men vertelde me, hoe
de soldaten in Roosendaal hun
brood aan de vluchtelingen gaven,
terwijl ze wisten, dat ze vooreerst
geen ander zouden bekomen. Neen,
voor al die opoffering van katholiek
en niet-katholiek in uw edelmoedig
land, kunnen wij, Belgen, met dank
baar genoeg zijn. Wat uw landge-
nooten deden, was zéér, zéér schoon.
Het bleek me tijdens het onder
houd, dat de Kardinaal zeer goeden
gedocumenteerd was ingelicht over
de in België begane gruwelen tegen
de burgerbevolking. Hij las me ver
schillende beëdigde getuigenverkla
ringen voor uit ontvangen rapporten.
Hij verzocht me echter om ter ver
mijding van anders te verwachten
moeilijkheden, tijdens den oorlog
geen gebruik te maken van de ver
strekte gegevens.
Ik vroeg, of het ook waar was.
wat ik meermalen had hooren be
weren, dat Duitsche troepen ook
nonnenkloosters hebben geschonden.
Er kwam een smartelijke trek op
het gezicht van den ouden kerkvorst
en hij keek me eenigen tijd aan
zonder me te antwoorden. Toen
kwam het zuchtend, maar nadruk
kelijk over zijn lippen;
Ja, dat is waar
Ed, terwijl bij me geheimhouding
oplegde over het meegedeelde,
noemde hij me de kloosters, waar
heen de nonnen waren heengezonden
die slachtoffers van bet bombarisme
waren geworden.
Hei kan geen schending zijn der
bedoelingen van den Kardinaal,
toen ze weg waren, begonnen de
Cecilia-gasten maar weer een lied
te zingen.
Op 't programma voor dien dag
stond verder nog, dat ze om acht
uur weer aan 't souper moesten
en morgen avond was 't nog eens
»dun overdoen".
Dat was dan mer zoo van 't
verreke, dan kwam er erg
substantieele kost op tafel in den
vorm van gebraden metworst,
leverworst, »brei", bloedworst qlj
wat dies meer zij.
Er werden gedurende deze twee
dagen geweldige eischen aan de
magen der teerenden gesteld.
Sommigen der teerenden konden
goed tegen het teeren, maar er
waren ook teerenden, die moeite
hadden met het verteeren van het
geteerde, enkelen wachten zelfs
niet af totdat het geteerde ver
teerd was en brachten het onver
teerde hij de geteerde muur op de
binnenplaats van Jean Slappers.
Na de koffievisite begonnen ze
maar weer te kaarten en bier te
drinken van dal heerlijke
donkerbruine bombaris of altbier
van van 't »paotersvetje".
Onder de echte bierdrinders
waren eenige virtuosen, die op
zoo'n avond, als ze er eens op
hun gemak voor gingen zitten,
met het grootste genot een twintig
potjes naar binnen sloegen.
De meeste kaarters speelden
rekwireeren of hoeren quadrille,
beter bekend onder den naam van'
rikken", anderen weer kruisjas
sen of pandoeren, terwijl een
clubje der jongeren zat te gokken
met het edele »peloete".
Terwijl de herrie aan deze tafel
wanneer ik thans, zooveel jaren na
den oorlog, ook dit détail van de in
België begane gruwelen aan de open
baarheid prijs geef.
Md. Wordt vervolgd.
Werkzaamheden voor Mei
en Juni.
Het voorjaar is koud en guur ge
weest, waarom de meeste planten in
haar ontwikkeling achter zija, welke
zich dan straks echter dubbel zoo
snel zal vervolgen.
Men moet nu allereerst nagaaD,
welke werkzaamheden er tengevolge
van de ongunstige weersgesteldheid
zijn achtergebleven en dien achter
stand moeten we spoedigst inhalen.
De maanden Mei en Juni vragen
alle aandacht voor de onkruidbestrij
ding. Door het onkruid nu krachtig
tegen te gaan, bespaart men zich
veel narigheid, omdat men aldus de
Vermenigvuldiging door uitstoeling of
uitzaaiing verhindert. Straks hebben
we bovendien weer andere zorgen-
In de volgende maand vraagt ook de
insectenplaag onze aandacht.
In den moestuin,
Verdeelen we onze werkzaamheden
in den moestuin in twee helften, voor
wat den tijd betreft. In de eerste helft
zaaien we enkele voorjaarsgroenten
in opvolging, b.v. sla, radijs en
spinazie. Ook van wortelen leggen
we een tweede bed aan De tuln-
boonen toppen we, zoo gauw ze de
goede hoogte hebben bereikt en vóór
de top uiteen gaat loopen. Erwten
aarden we aan, door walletjes grond
tegen de stammetjes op te werpen
Bij heel guostig weer zaaien we
reeds postelein op een goed beschut
plekje beter gaat het vootshands
nog in den kouden bak. Postelein
vraagt voedzamen grond 1 Het zaaisel
bedekken we een paar dagen met een
vochtigen zak. Bleek- en knolselderie-
plantjes zetten we uit op 30 c.M.
bleekselderie in veurtjes.
De koolplanten beschermen we met
koolkragen tegen de koolvJieg.
Tomaten kunnen voor 'n muur of
schutting op het Zuiden worden uit
geplant. Bruine boonen leggen we 3
bijeen in een kuiltje en de kuiltjes
40 c.M. uit elkar. Sluitkool kan wor
den uitgeplantook sla.
Nu voor de tweede helft. Dan is
het de geschikte tijd voor hel begin
der cultuur van een der voornaamste
gewassen uit den moestuin de
boonen. Die leggen we niet vóór 21
Mei. Tegen de strepenziekte kunnen
we de boontjes vooraf een kwartier
in 'n slappe lysoloplossiog leggen.
Rond de staken leggen we 6 a 7
boontjesstamboontjes leggen we 3
a 4 in een kuiltje en de kuiltjes 40
c.M. uit elkaar.
Nu is het ook tijd geworden om
zomer-andijvie te zaaien, alsmede
witlof, boerekool, koolraap en winter
wortelen, komkommers en augurken.
Andijvie zaaien we op regels 30
c.M. uiteen en op dien afstand dun
nen we de planten later ook uit. Het
is niet goed om zomerandijvie te
verplanten Brusselsch witlof óók op
rijen zaaien en later op 10 a 15 c.M.
uitdunnen.
Op het einde van Mei kunnen we
voor de late oogst nog doperwten
zaaien.
In den siertuin.
Maak nu de grasveldjes en gras
randen op orde door ze keurig af te
iu volle gang was, kwam Jean
Stappers naar binnen en fluister
de den jongen Donnez, die daar
mee aanzat, iets in het oor, waar
op deze verschrikt opkeek en toen
naar buiten ging.
Hij die de kamer verliet was
een bleekgezicht.
In de achterkamer van den
herbergier, daar waar eenigen tijd
geleden de grap met de oude
almanakken uitgehaald was, be
vond zich de wachtmeester der
marechaussees met een zijner
manschappen.
Toen Guus*. Donnez daar met
onzekeren stap binnentrad, zei de
wachtmeester tot hem:
Mijnheer Donnez, het spijt
mij u te moeten verzoeken mij
naar de kazerne te volgen. Ik
moet u arresteeren op 't vermoe
den van brandstichting.
Guust was geheel verward; hij
had er geen oogenblik aan gedacht
dat hij in verdenking zou komen.
Niemand had hem immers ge
zien en wie zou het in 't hoofd
krijgen hem, den zoon van den
rijken houtkoopman, ervan te
verdenken, dat hij een boerderij,
die ver van den weg gelegen was
in brand zou steken.
Daarbij kwam, dat hij dien dag
tamelijk veel gedronken had en
eenigszins beneveld in 'l hoofd
was.
Hoor eens, heeren, dat zal
zeker wel een vergissing zijn,
want ik weet van niets. Of moet
ik 't misschien als een grap op
nemen
Neeü, mijnheer Donnez, zei
de wachtmeester.
't Is volstrekt geen grap en
steken en het gras te maaien, dat
laatste echter nog niet, als erbolletjes.
als crocussen, sneeuwklokjes e.d. in
hebben gebloeid, in welk geval we
het loof eerst laten afsterven. Gras
kan bij droog weer nog worden be
strooid met anderhalf ons chili per
vierkante meter.
Ia deze maand kunnen we Coni
feren en andere naaldgewassen nog
met succes verplanten bij droog
weer houden we dan den grond
onder en den onderkant van de strui
ken goed vochtig.
In den vollen grond kunnen ver
schillende éénjarige bloemplanten
worden gezaaid. In den bak gezeaide
bloemplanten brengen we omstreeks
Pinksteren naar buiten.
Dahlia's kunnen nog worden uit
geplant, 70—100 c.M. vaneen en op
zonnige standplaats Zet de stokken
voor aanbinden er direct bij. opdat
men later de knollen niet behoeft te
bschadigen.
Knol begonia's kunnen buiten wor
den uitgezetalle perkplanten kunnen
nu trouwens ter bestemder plaatse
worden gebiacht.
Uitgebloeide tulpen plukken we
regelmatig weg, wat aan de bollen
ten goede komt. Op het einde van
Mei kunnen de' Pyrethrums (Ridder
sporen) bloeien indien we ze tijdig
afsnijden, hebben we kans op een
tweeden bloei in het najaar.
In den fruittuin.
Aardbeien kunnen nog gemest
worden met het strooien tusschen de
pollen dus niet op de planten
van 1 K.G. superfosfaat, 6 ons patent
kali en 4 ons chiiisalpeter per 10
vierk. meter.
Kruisbessen kunnen tegen meel
dauw worden bespoten met alcolische
Bourgondische pap.
Van kleine vruchtboompjes dunnen
we de vruchten, zoo gauw deze zijn
gezet.
Kamerplanten!
We moeten niet langer wachten
met het verpotten van kamerplanten,
voor zoover dat verpotten tenminste
noodig is. In het algemeen neemt
men de potten gauw te groot; eerst
als de potkluit geheel doorworteld
is, mag een pot van één maat grooter
worden genomen.
Ia de tweede helft van Mei kun
nen de uitgebloeide Azalea's, waar
van men de bloemenresten diep heeft
weggesneden, buiten uitplanten in
een mengsel turfmolm, ouden ver
teerden koemest en graszodengrond.
Veel water geven.
Ingekomen en vertrokken
personen
van 17 tot 24 Mei.
INGEKOMEN
P. v. Dommelen, dienstbode. Over
broek H 10 van Vierlingsbeek
M. de Lauw, dienstbode, Lull C
47 van Boxmeer
J. Lucassen, dienstknecht, Olrlo E
11 van Horst
H. Martens, d k., Smakt B 12 van
Arcen
A. Nissen, d.kHoebertweg 5
van Vierlingsbeek
H. Peeters, d.k.. Heide L 54 van
Maashees
H. Peters, d.b., Smakt B 14a van
Vlerlingsbeek
A. Pennings, d b., Smakt B 4 van
Maashees
H. Roeffen, d.k., Lull C 44 van
Horst
A. Reijntjes, d.b., Leunen K 61
van Meerlo
F v. Soest, d.b.. Lull C 21 van
Grubbenvorst
het geldt een zeer ernstige zaak.
U doel het best maar heel goed
willig met ons naar de kazerne
te gaan, daar zullen we de zaak
verder behandelen. Als u niet
goedwillig wenscht mee te gasn,
dan zouden we u de boeien moe
ten aandoen.
Er zat niets anders op dan ge
volg te geven aan de woorden
van den msn der wet en eenige
minuten later stond de jonge
Donnez in de wachtkamer van
den wachtmeester tegenover Pit-
terhannes Hoebers en Mattesen
Ties.
In bijzijn van twee andere
politiemannen vroeg de wacht
meester nu aan Hoebersboer en
Ties of zij in den jongen koopman
den persoon herkenden, die op 't
oogenblik der brandramp van den
kant der boerderij naar de bosch-
jes weggeloopen was.
Beide getuigen verklaarden, dat
zij wel meenden, dat hij het wel
geweest was, maar op de desbe
treffende vraag voegden beiden er
aan toe, dat zij er geen eed op
durfden doen.
Bij deze verklaring kreeg de
jonge man weer hoop, die echter
terstond verdween, toen de wacht
meester bevel gaf aan een der
manschappen de zakken van den
aangehoudene te doorzoeken.
Behalve allerlei andere dingen
kwam er ook een doosje lucifers
te voorschijn met hetzelfde merk
als dat van het exemplaar, dat op
de onheilplaals gevonden was en
nu daarmee vergeleken werd.
Terwijl men nog daarmee bezig
was, kwam een vierde marechau-
see naar binnen en fluisterde den
M. Stensen, d.b., Oostrum D 25a
van Bergen
H. Theeuwen, d.b., Olrlo E 41
van Wanssum
A. Theuoissen, d.b., Hofstraat 14
van Bergen
P. Verheyen. d.k., Veulen H 37
van Horst
Th. Vreede, d.k., Veulen H 34
van Bergen
J. WeDnekens, d.k., ^Heide L 30
van Maarhees
P, Kersten, echtg. z.b,. Overloon-
scheweg 2 van Broekhuizen
P. Kallen, z.b., Overloonscheweg
van Bergen
B. Boitelle z.b., Overloonscheweg
van Bergen
J, Soes.. Pater, Leunscheweg 1 van
Wychen
C. Soestbergen, verpleegster, St.
Annalaan 5 van Bussum
VERTROKKEN:
M. Derks. d.k,, naar Blerik Nieuw-
borgstraat 34
P. Peeters d.k,, naar Grubbenvorst
Lottum B 147
P. Aarts, z.b., naar Eindhoven
Wolvendijk 51
A. Pennings, d.b., naar Maashees
B 227
Th. Swinkels d.b., naar Broek
huizen B 155
P, Jaossen d.b., naar Voorst
Twello
E. Janssen, d.b., naar Maashees
M. Sanders, d.b., naar Helden
Panningen 398
J, Asselberghs z.b., naar Oploo
St. Antonius A 71
J. Buul Pater naar Sittard Op-
hoven
Gaan we eens naar de weide, vol
lentebloemen en beschouwen die heer
lijkheid. De paardebloem ontvouwt
haar gouden bucdeltros, haar blin
kend gele sliertjes pluimen prijkend
rond. Een zieltje groet u tegen.,Haar
glinsterende luister is te schoon voor
een koningstroon. Zoo versieren er
nog velen het malscEe groene gras.
Wat zijn daar voor slerretjes'neer-
gezegen, zoo kunstig fijn, zoo teer
en rein, zoo Iichteblauw Het zullen
de vergeet-mij-nietjes wezen. Bewo
gen smaken wij haar stille pracht.
En hoog, als voor een ooievaar
gebouwd, neigt aan haar stengel
alreeds een vroege margriet, haar
groote brosse hart omgroeid door
een edelwitte kroon, gewasschen en
gestreken.
Stil verheft de boterbloem haar
gouden rijkdom al knikkebollend
boven de groene spiertjes gras. En
ieder bloempje heeft zijn taaltje,
ieder bloempje heeft zijn zieltje, zoo
ik dat bloempje maar begroet.
En heel de wei heeft ook een
taal. Zij bekoort ons toch, nietwaar.
Ik kan haar zin niet zeggen, de
woorden heb ik niet Maar dit toch
weet ik ik ervaar een heerlijk stil
geluk, zoo ik haar spreken zie haar
feestelijke sier. Hoe leeft haar
schoonheid in de zon en flikkeren
haar kindertjes in die bron van licht,
die heel de lucht in majesteit verheft,
die alle schoonheid geeft aan d'aard,
die alles tintelend leven laat. Die in
haar stralengloed haar omgeving op
zich gelijken doet, die verder uit-
zingt baar jubelend lichte helderheid
en haat vroolijk streelende warmte.
En waar ik nu ook zie, ik wordt
verrukt. De zon geeft djaarde fees
telijkheid en taal en iedere spruit der
aarde weerfonkelt dankbaar van de
zon in eigen kleur en taal.
wachtmeester iets in het oor. Een
oogenblik later werd Huub Moors
binnen gelaten.
Men zegt me daar zoo juist,
Moors, begon de wachtmeester,
dat jij gekomen bent om een ver
klaring af te leggen, dat je in den
nacht van den brand bij Hoebers
daar ter plaatse bent geweest.
Wat heb je te zeggen
Guust Donnez kreeg alweer
nieuwe hoop, want hij verwachtte
stellig, dat Huub, dien hij voor
zijn vriend hield, gekomen was
om hem op de een of andere
manier te ontlasten.
Dat za'k owis zegge, meneer
de wachtmeisler. Ikkwaam nevve
de grintweg achter um an hier
wees hij op Guust Donnez en
toe zaag ik dat heej op enne keer
linksaaf sloeg en den ertweg nao
ut ven opgong. Ik docht toe zo
beej mien eiges, wa gut den dor
nog zo laat den kant uutvoere en
toe bin ik um zachjes aachlernao
gegaon tot beej de boerdereej van
Hoebersboer.
Dor gonk ie aachlerum nor
de stal en en cogenblik later toe
sloeg de vlam uut de stal op en
ik zaag um, weer op Guust Don»
nez wijzend, hard wegloope nao
de kant van de buskes. Tegeliek
zaag ik ok hier Hoebersboer en
disse kei der ankorae loope en toe
bin ik eiges hard weggeloope,
went ik wier bang asdat ze meej
vur den brandstichter zun halde.
En zou je die verklaring ook
onder eede durven bevestigen
Jao zeker, meneer, hier en
ok vur de richters, as dat mot
zien.
De wachtmeester bracht een en