TWEEDE BLAD VAN PEEL EN MAAS
Adverteert indi
"Sanbd",rtmri„2iid0 H
aratri-S
Zaterdag 18 Mei 1935
Zes en vijftigste Jaargang No 20
De overweldiging
van België.
FEUILLETON.
éMéattesen Ties
de Kiesjeskèl
Ons weekpraatje.
Waarheid in de
prodaganda.
Ir. Bongaerts in
Venray.
Herinneringen aan de omzwervin
gen van een oud-oorlogscorres
pondent tussclien de strijdende
partijen.
WREEDE BEHANDELING VAN
GEWONDEN.
In een der laatste wagons, een
goederenwagen. lagen tusschen
Fransche gewonde gevangenen een
drietal Engelsche soldaten, zwaar
gekwetsten. Ze zagen er treurig uit
en hun toestand kwam me bedenke
lijk voor. Uit informaties bij hun
Fransche lotgenooten bleek me. dat
deze Eogelschen al sinds dagen geen
voedsel hadden bekomen. En nu
stonden vóór de geopende wagon
deuren een paar honderd Duitsche
soldaten, deels Hcht-gewonden uit
den trein, deels soldaten der bezet
tlng te Landen, die aangewezen
waren voor de ultdeeling der soep.
En al die lieden stonden te razen
en te tieren tegen de drie ongeluk
kige Engelschen, die daar hongerig
en hulpeloos op wat vuil stroo lagen
uitgestrekt.
Men bleld ze de dampende soep
voor om dan hoonend te roepen
„Eten wil je Zwijnen I Kapot moest
jé 1 Dat kun je krijgen" En terwijl
ze dat laatste zelden, richtten ze hun
geweren op de ongelukkigen. de
bloedende. bulpelooze, hongerige
wezens. Anderen spuwden naar ze
met van woede vertrokken gezich
ten.
Zulke behandeling van gewonden
komt den lezer misschien ongelooflijk
voor, maar ze is bittere waarheid.
Om zulke menschelijke ontaarding te
kunnen verklaren, moet men even
terugdenken aan de vreeselijke ont
goocheling der Duitschers, toen
Engeland in het begin van den oor
log de zi|de van Frankrijk koos.
De meeste haat der Duitschers
ging toen naar de andere zijde der
Noordzee uit. „God straffe Engeland I
was de leuze, waaronder de Duit
schers het slagveld optrokken. Een
andere oorzaak van den Dultschen
haat jegens de Engelsche soldaten
was de omstandigheid, dat de En
gelsche soldaten „vrijwilligers" waren,
die het soldatendom als een „vak"
zouden beschouwen. De Franschen,
zoo beweerden de Duitschers. streden
voor hun vaderland, maar de Engel
sche schoten voor geld op hun
vijanden...
Geenszins mag de afschuwelijke
behandeling van de Engelsche ge
wonden te Landen ook worden be
schouwd als een uiting van het
normale Duitsche karakter.
We zijn er van overtuigd, dat de
daders zich thans, als ze zich bun
boosheid herinnneren, diep zullen
schamen. De oorlog verkankert de
geest des menschen. Verklaarde niet
een Dultsch officier aan een mede
werker van het Handelsblad (zie het
avondblad van 18 Oct. 1914): „lAfij
maken dat is overal bet onge
schreven consigne zooveel moge-
lijk Fransche, zoo weinig mogelijk
Engelsche gevaugenen we trachten
de Engelschen niet te wonden, maar
te dooden,"
Met gebroken oogen, welke me
die van den naderenden dood leken,
lag een hunner te sturen naar die
wilde troep de beide anderen
wendden het hoofd terzijde. Onder
tusschen gingen de beschimpingen
Oorspronkelijk verhaal van de
Noord-Limburgsche grenzen
door BERNARD VIELER.
34
Meej is 't goed, antwoordde
Pitterhannes, ik zeujder uutmien
eige toch gen werrik van hebbe
gemakt
Ze gingen nog eens terug naar
de brandstede, ofschoon daar niets
voor hen te doen was, want wal
er zichtbaar tusschen het puin lag
was niet anders dan halfverbran
de voorwerpen, gebogen ijzeren
banden, koeringen, vernield ge
reedschap en dergelijken. Op den
hoek van den stal bleven zij dan
staan en keken naar de lage
buitenmuur, die hier bijna geen
brandsporen vertoonde.
Het oog van Matiesen Ties viel
op een klein lichtkleurig voor
werp, dat daar op den grond lag.
Wat is da vur en ding, zei
hij lot don boer en raapte het op.
't Was een klein kartonnen
doosjes hij probeerde het open
te maken, maar 't klapte terstond
weer dicht.
Ties en Pitterhannes keken
allebei heel verwonderd, ze had
den nog nooit zoo'n ding gezien,
't Was een van die lucifersdoos
jes met een veertje in den deksel,
voort.
Ik stond stom en verslagen Ik
kon geen woord uitbrengen. Eindelijk
liep ik op een lachenden feldwebel
aan en bevende riep ik hem toe
„Wat hier gebeurt, is gruwelijk, 't
Zijn toch menschen deze Engelschen
die hun plicht deden, zooals gij hem
doen moet
„Neen zei de kerel, „zwijnen
zijn het, die zich laten betalen voor
hun vuile werk I
Ik heb me afgewend. Niet één
was er onder dien troep van hon
derden, die het voor de ongelukkigen
opnam.
Ik heb mijn verhaal sober gedaan,
omdat ik sommige oorlogsschande
niet te scherp meer naar boven wil
halen, maar in de dagen, welke na
het geschetste voorval kwamen, heb
ik luide geprotesteerd en details ge
geven, welke de menschen deed
sidderen Het verhaal van de mis
handeling der Engelsche gewonden
is over heel de wereld voortgedragec
door de pers en vele kunstenaars,
vooral in Engeland, zijn er door
vervoerd om het door mij aan
schouwde met de teekenstift in beel
den vast te leggen, beelden, welke'
een krachtig anti-oorlogsgetuigenis
kregeD.
De Duitsche regeering voelde zich
toen genoopt tot het instellen van
een officieel onderzoek naar het
gebeurde, over de resultaten waarvan
het Wolff-bureau aan de wereldpers
heeft bericht. Het rapport tastte de
juistheid van bijkomstige zaken aan
het aantal in den trein vervoerde
gewonden b.v. zou miDder zijn ge
weest dan 2000. Alsof ik het aantal
geteld zou hebben En de samen
scholing van soldaten voor den
wagoD, waarin de gewonde Engel
schen lagen, zou ook niet zoo groot
zijn geweest, als ik aangaf... Op ge
tuigenis van den magazijnmeester
Huebner en den landweersoldaat
Krueger nam de Duitsche overheid
aan, dat de gewonde Eogelschen de
aangeboden soep zouden hebben....
geweigerd 1 Op getuigenis derhalve
van twee der menschen, die ik be
schuldigd had
De redactie van „De Tijd" had
zich nog de moeite gegeven om na
de Duitsche tegenspraak het 9 jarig
dochtertje van den Amsterdamschen
kunstschilder de Bruin, dat ik uit
Leuven naar Holland had overge
bracht, en mét mij getuige was ge
weest van het gruwzaam feit. te
hooreh over hetgeen het had gezien,
waarbij het in haar eenvoudige taal
een volkomen bevestiging van de
juistheid mijner beschuldiging gaf.
Met denzelfden trein heb ik mijn
reis voortgezet tot Luik. Vóór we
in die stad aankwamen, botste onze
trein nog op een tegemoetrijdende
locomotief. Door de schade, welke
onze machine beliep, vloeide al 't
ketelwater weg en kregen we een
opomhoud te boeken van ruim 2 uur.
Het was donker, toen we Luik be
reikten.
Het meisje, dat ik bij me had.
bracht ik bij m'n nicht in 't klooster
der Soeurs de la Miséricorde en
voor me zeiven zocht ik een hotel
op. In de stad bleek het me, dat
ook de Luikenaren, den aanstaanden
val van Antwerpen nog niet wilden
aannemen.
Den volgenden dag wist ik met
mijn kleine beschermelinge de Hol
landsche grens te bereiken na een
moeilijken wandeltocht van Herstal
tot Eysden, waar we eindelijk den
trein konden nemen naar Maastricht.
zooals ze wel voor waslucifers
gebruikt worden. Er lagen nog
eenige van die kleine lucifers in.
Op den deksel stond een kroontje
met daarboven gedrukl: Allumetles
de la couronne en daaronder Fa-
brique Nationale Anvers. Op de
achterzijde was een miniatuur
danseresje afgebeeld.
't Zien zoveul as wasse luci
fers, ziedde dat ok, zei Ties. Mer
kunde geej verstaon, wat er op
dat deuske gedrukt stut
Nee, nie anders as Anvers,
da's zoveul as Frans vur Antwer-
pp, dat heb ik is ien enne krant
gezien, anders zeuj ik dat ok nie
wete.
Terwijl zij nog het doosje en de
lucifers stonden te bekijken, kwam
de wachtmeester der marechaus
sees met een zijner manschappen
op hen toe en sprak hen aan.
Jongen, jongen, Hoebers, wat
is me dat een ongeluk voor je.
En ik hoor, dal je niet thuis was
en onderweg den brand het eerst
gezien hebt.
Hoebers vertelde nu alles, voor
zoover hij met zijn half versufte
hersens nog een eenigzins samen
hangend verhaal kon doen, ter
wijl Mattesen Ties er nu en dan
een woord tusschen wierp.
En je weet met zekerheid,
dat er geen licht was in den stal
en dat de meid er met geen licht
heengegaan is Als dat zoo is,
dan blijft er niets anders over dan
aan brandstichting te denken.
't Kan haest nie anders, zei
Mattesen Ties nu, went toe weej
hier ankwame loope, hebbe weej
allebei gezien, dat en tamelike
lange kei van disse kant, wor we
Hier haalde de overgelukkige vader
zijn kind af.
Md. (Wordt vervolgd
VAN HEKSEN EN BRAND
STAPELS.
In Almelo was een kindje ziek
het had longontsteking en „nog iets".
Dat laatste vermocht de behandelende
geneesheer voorloopig niet nader te
definiëeren. Wat is nu logischer dan
het geloof aan het bovennatuurlijke,
als de wetenschap, dus de rede, au
bout de son latin aan de grens
van het verklaarbare is gekomen
Zóó dacht de moeder, voor wie het
vaststond, dat bet kind „behekst"
was. Het geloof in heksen is waarlijk
niet zoo onreëel als de moderne,
verlichte menschheid misschien zal
durven veronderstellen. Voor het
bestaan van heksen en hekserij zijn
deugdelijke bewijzen aan te voeren.
In het Almeloscbe geval noodde de
moeder van bet zieke kind bet
opperste gerechtshof in betwistbare
aangelegenheden, n.l den kring van
buurvrouwen, bij zich ter plechtige
zitting. Met een scherp mes werd
het hoofdkussen van het zieke kind
opengereten en wat zag het verbaasde
Hof? Een... krans van garens en
veeren, zoodat nu toch wel zóó
lazen we in de kranten het bewijs
geleverd was, dat hier hekserij in
het spel was.
Nader werd uitgemaakt, dat buur
man de heks was en eeu aanklacht
tegen hem volgde bij de politie.
In de krant lazen we. dat zulks
een „mal geval" was voor den jare
1935, omdat het ons aan de middel
eeuwen herinnerde, Wat zou dat
Is het niet de hoogste moderne wijs
heid om terug te gaan tot het
menschelijk .punt van uitgaDg Naar
het heidendom en het regiem van de
knots
Is er niet zóóveel vreemds op de
wereld dat het bestaan van heksen
en hekserij moeilijk is uit te schake
len Liepen geen duizenden menschen
achter een Staviosky aan om aaD
hem hun geld te mogen kwijtraken?
Heeft niet elk land zija Stavinsky
Hechten we niet meer waarde aan
de e dvlezen van wonderdokters,
kwakzalvers, dan aan geneeskundigen
van gestudeerde professie Eiken
dag laat de massa zich beheksen en
zouden er dan geen heksenmeesters
zijn
Als we er méér toe overgingen
om de kussens los te snijden, waar
op sommige menschen het hoofd ter
ruste leggen, dan zou veel onbe
grijpelijks tot klaarte komen.
Hoe zou Mussert, die den eenen
dag zijn instrumenten als bouwkundig
ingenieur weggooide om den anderen
dag zijn staatsmans staadaard te
hijscheD, plots tienduizenden volge
lingen hebben, als „de geesten" geen
hakenkruis hadden gestopt in het
kusseD, waarop des Leiders hoofd
's nachts rust
O, er zijn zeker nog hekseD, van
allen rang en stand, van alle kleur
en van onderscheiden vermogen. Het
eenige verschil tusschen vroeger en
thans is, dat we ze niet meer op
den brandstapel voeren.
Een paar eeuwen geleden zou Hiiler
het nooit tot de Nederlandsche
hoogte van „hoofd eener bevriende
natie" hebben gebracht. Hij zou het
lot hebben gedeeld van Jean :e d'Arc
en de na hem komende Goebels zou
hem hoogstens een film hebben
kunnen wijden.
Beste lezers, als ge mekaar niet
now staon, drei nor den bosch
toe liep.
En heb je dien persoon her
kend Of zou je misschien wel
eer.igermale kunnen gissen, wie
dat was
Pitterhannes keek Ties aan, die
hem meteen hoofdknikje te ken
nen gaf, dat hij zijn gang maar
zou gaan.
Jao, heere, we zien hier nou
toch onder ons, mer ik wooj der
nie mit vur den dag kome, went
ik kos me ok vergisse. Mer 't is
aarig, dat Ties ok dezelfde kei
meinde gezien te hebbe as ik.
En dan motte wete dat we
um gisteraovond an de Berier
beej Joosle getroffen hebbe, wor
toe zo'n bitje aksie tusschen ons
is vurgevallen. Misschiens hit de
smerlap dat op deez menier op
meej te wille verhale, um me
ongelukkig te make. Ik weet nie
wat ik er af denke mot.
Ja, dat is allemaal goed en
wel, Hoebers, zei de wachlmeester
maar je hebt me nog niet gezegd,
wie dat jullie meent, dat er weg-
geloopen is, toen jullie hier aan
kwaamt.
't Was den jonge Donnez,
de zoon van den holtkopman,
altiedig as ik me nie vergist heb
en mit den haaj ik ok de aksie
an de Berier gehad.
Mattesen Ties mengde er zich
nu ook in en zei
Ik heb 't direct an Hoebers
boer gezeet, asdat ik 't er vur
hiel, dat 't den jonge Donnez was
die wegliehp, mer ik durref er
nie op zwère en durrum han we
ok al aafgespreke, da we der
tigge niemes wat van zun zegge.
goed meer begrijpt in dezen moei
lijken tijd, soijdt dan elkanders hoofd
kussen open en ge zult verrast staan.
In „Gasbelangen" van 20 Maart
jl. wordt medegedeeld, dat de Ge
meenteraad van Amby heeft besloten
tot gasverziening over te gaan op
grond van de ervaring, die de Raads
leden hadden opgedaan bij een proef
met een electrlsch fornuis, dat aan
elk van hen, met eenige maanden
gratis stroom, ter beschikking was
gesteld.
Dit bericht nu, dat in ons blad
op verzoek werd overgenomen, is
wel zeer tendentieus en men zou in
een blad, dat met zooveel woorden
zegt, dat waarheid in de propaganda
een gebiedende eisch is, zulk een
verwrongen voorstelling van zaken
toch niet mogen aantreffen.
De zaak, waarom het gaat, is de
volgende
Daar het gemeentebestuur van
Amby binnenkort voor de beslissing
zou worden gesteld om al of niet
tot gasverziening te besluiten, had
de P.L.E M. aan de leden van den
Raad en aan den Gemeente-ontvanger
gevraagd een proef met electrisch
koken te willen nemen dit verzoek
werd niet gedaan aan een der beide
wethouders, omdat deze reeds eenigen
tijd daarvóór een electrisch fornuis
had gekocht.
De P.L.E.M. stelde er prijs op,
dat de Raadsleden, wanneer straks
het electrisch koken in het geding
zou komen, zouden weten, wat het
electrisch koken feitelijk is vandaar
haar verzoek om een proef te willen
nemen. Deze handelwijze der P.L.E.
M. zal iedereen, die de zaak objectief
bekijkt, zeer zeker toejuichen.
7 personen, waaronder bedoelde
Gemeente-ambtenaar, gingen tot de
proef over één proefnemer heeft de
proef door omstandigheden tusschen-
tijds moeten beëindigen.
Toen de beslissidg gevallen was,
dat in Amby gasvoorziening zal
komen en een verdere proefneming
geen doel meer had, hebben wij den
6 proefnemers verzocht om óf de
fornuizen terug te geven óf de for
nuizen te koopen. Van deze 6 per
sonen nu gaven er 3 het fornuis
terug en wel 2 vanwege particuliere
omstandigheden, doch niet, omdat
het electrisch koken duur of niet
gemakkelijk was, en 1 vanwege het
feit. dat bij het electrisch koken voor
zijn gezin van 14 personen kostbaar
vond.
De andere 3 personen, waaronder
de Gemeente ontvanger, kochten het
fornuis.
In de gezinnen vaD beide wet
houders, een raadslid en den Gemeente
ontvanger wordt thans tot algeheele
tevredenheid electrisch gekookt, doch
wat bovendien zeer belangrijk is: van
deze personen zijn er 8 tot aankoop
van het fornuis overgegaan, toen de
beslissing, dat in Amby gasdistribu
tie zal komen, reeds was gevdlcn
Kan men nu verwachten, dar zij dit
zouden hebben gedaan met de we
tenscbap, det electrisch koken duur
der is dan koken op gas? Wij kun
nen dit moeilijk aannemen en daarom
betitelden wij de hierboven bedoelde
mededeeling in „Gasbelangen" als
tendentieus.
Ons Tijdschrift
Mer net vur da gillie hier an
kwaamt is er wal gebeurd, da me
op ander gedacht gebrocht hit
En nou motte is dit deuske hier
bekieke, da we dor zo net op de
eige8te plak wor we staon, hebbe
gevonde. Hoebersboer hit zo'n
dinger var: luciferre nooits gezien
Pitterhannes zit dat die dinger
uut Antwerpe ien 't Bels komme,
umdat 't er op gedrukt slaot en
nou haaj ik zoo gedocht, dat die
dinger wel dur iemes zun verlore
zien, die wel is ien T Bels kuml.
Misschien kunde gillie der now
wel ennen draod an vastmake.
Hier hedde 't deuske 1
De wachlmeester en zijn ka
meraad bekeken bet doosje aan
dachtig en zagen elkander daarna
met een beteekenisvollen blik
aan.
Jongens 1 Ik geloof wezen
lijk, dat dit doosje van waarde
kan zijn bij de opsporing van den
dader, want 't staat nu wel vast,
dal de brand moedwillig geslicht
is. Maar nu moet ik jullie op hel
hart drukken, dal je er met nie
mand, wie dan ook, over spreekt
en vooral niet verteld, dat jullie
iemand *an brandstichting in 't
verdacht hebt. Vooral mag er geen
woord over dit doosje gerept
worden, want als het uitkwam,
dat dit hier gevonden is, kon alles
bedorven zijn. Ik zal hel doosje
meenemen en probeeren of we
verder iels ontdekken kunnen
maar nog eens mondje houden
Pas nu op, want ginds komen
menschen aan; niets laten merken
en zeg maar desnoods, datje denkt
dat de een of andere landlooper
I misschien met een brandende pijp
Io de Wllhelmlnazaal had Zondag
eene vergadering plaats der Kalh
Kiesvereenlglng afd. Venray. waarop
7 Fxc Ir. Bongaerls, oud-minister
van Wateéstaat. «»e rede hield °v«
den algemeenen economischen
uitte hij de telkens wederkeetende
en gerechtvaardigde klacht over de
slechte opkomst dei leden HI «'P
echter de aanwezigen, de trouwe
bezoekers der vergaderiugenvande
KK een hartelijk welkom toe,
vootal de aanwezige voorzitters der
standsorgamsaties en denSpelcer
van heden, die allen bekend- en
die als zittend Hd der Staten
Generaal, het te behandelen onder-
werp wel machtig is.
Mogelijk zijn er ve'.en vethinderd
naar deze vergadering te komen doot
de plechtige H. Communie hunner
kinderen, doch het spijt den Voor-
alt,er blonder. dat de Spreke, geen
grooter gehoor heeft. h t
Hierna verkreeg de bptener u
woord, die verzekerde met g'aa9«
naar Venray te komen, al is et da
ook in deze els iets weemoedigs,
daat het 'hans de eerste maal is.
dat Spreker de bezielende en stuwen
de persoonlijkheid mist van den
arooten Venrayet ]an Poets. Het
laatst daf Spreker Poel» io vollen
fleur gezien heeft, was ti|dens het
vervoet van het stoffelijk overschot
van z. Exc. Mgr Dr. Nolens he F
aecn op verzoek det familie Poets
doot Venray plaats had. Toen go
tten de belde broeders Poels met
uanen In hun oogen uit voor den
hikwagetie^ be([eVk(;Ujk korten «ld
trof hen zelf de groote slag. En het
is juist dit beeld van droefhe d. dat
de achterblijvende met de kindeten
oDwekken, wat Spreker wenscht te
benutten als uitgangspunt zl|net «de.
Waar de achtetblitvende ter wiUe
der toekomst der kinderen niet bi
Ac nakken mag neerzitten, maar
ondanks diepe dioefheid den levens
strijd moet strijden, zoo staan ook
wij. Katholieken, bij de Ineenstorting
der oude levensbeschouwing moedig
op om onder onze hoogste leiding
°ee ,e werken tot omzetting en
wederopbouw ouzet Maatschappij-
Wij moeten opzien Daat het komen
de geslacht en met Gods zegen trac
ten een betere maatschappi) te ver-
VliUtën we daarom den econom.
schen toestand eens bezien en ons
de vraag stellen hoe zijn we daarin
gekomen en ts deze toestand vooruit
gezien 7 En Inderdaad, de thans be
staande chaos Is vooruit gezien maar
de volkeren hebben niet wllen
luisteren. Reeds In 1891 heeft Leo
Xin 10 zijn Encycliek Return
Novatum den komenden toestand
aangeduid, maar de wereld was er
cog niet tijp voor ondanks he
wetken van vele pioniets. niet hel
minst hier in Limburg, doch waai
niet gewerkt Is eu men de
maat beeft laten begaan, zucht meo
thans ondet de biltere gevolgen.
Ziet eens naar spanje. ..oe (list
is gebleken, hetgeen In die Encycliek
gezegd wordt, dat de liberalen ge
dachtengang. vooitgesprolenuHde
Fransche revolutie, met betult haai
voortgekomen socialisme, alle 9«a9
ondermijnen. Indien de Katho^
Heken hun taak niet kenden en hun
plicht niet deden.
in den slal heeft liggen slapen.
't Is loch gemekkelik um as
ter urges brand is gewist, daük
de schuld an enne landlooper te
géve, zei Ties heel verontwaar
digd.
Hoor eens hier, Malhijsen,
jij hebt eigenlijk gelijk en 't kwam
er bij mij wel 'n beetje ondoor
dacht uit. Maar jij waart er in de
eerste plaats niet mee bedoeld,
want je kwaamt immers gelijk
tijdig met Hoebers over den weg
maar overigens moet er toch
iels gezegd worden. En nu genoeg
hierover en mondje houden 1
Zachtjes vroeg hij nog aan
Hoebers of deze ook met de meid
over de een of andere verdachte
persoon gesproken had, maar deze
verzekerde zulks niet gedaan te
hebben en dal, behalve Mattesen
Ties en hijzelf, er wel niemand
zijn zou, die er iets van wist.
Den volgende dag kwam de
wachtmeester nog eens terug bij
Hoebers, die zoo goed en zoo
kwaad als het ging in de schuur
ingekwartierd was.
Nauwkeurig werd nog eens alles
nagevraagd omtrent de woorden
wisseling aan de barrier en ge-
informeerd naar de personen, die
er bij tegenwoordig geweest
waren.
Dienzelfden avond ging een der
jongere marechaussees in burger-
kleeren een stukje met de meid
op 'l Prinsenloo, met wie hij later
op den weg en ook aan de tuin
heg een paar maal gesproken
had.
De knappe jonge vent was
eenige keersn langs den tuin van
t Loo geslenterd en had eens
En ZOO kregen we hier door den
oproep van Arbeiders vereenlgt U
beroeps- en standsorganisaties oo
confess,oneele grondslag, w'lken
grondslag Spreker wil beschouwen
als de horizontale ordening, die er
de komende Maatschappij mo«
meIndfeezïchWa"en 7"" b" "P'^'s-
me. die zich vooral aan het eind der
kunnen voldoen. Steeds werd er meer
geproduceerd en geconcurreerd Er
verwerkt Ton°V"P HduC"e- die niet
verwerkt kon worden en we zaten
klnoi Cr'S,S' d,C thaQS iedcre bevol
kingsgroep aantast.
65 pet. der Nederl. bevolkitia
geïnteresseerd bij den landbouwgif
de beschouw,og vau dit cijfer zou
men zeggen, dat dit te hoog is maat
"P" "op letten dat diverse
fabrieken zooals zuivelfabrieken
beetwortels, suikerfabrieken feitelijk
Industriestaten waar behoefte was'
aan landbouwproducten, die men in
eigen land geen tijd.had om -So,"
bhre°9eD- wel hadden zij daar dank
NL..Ï industrialisatie, geld om de
Nederlandsche producten te koopen
Maar nu I, de Industrieele omgeCg
tn mekaar gezakt als een kaartenhuis
en legt men zich ter bestrijding van
eigen werkloosheid meer en'meer
MJ ,andfaonw. Nu kwam
Nededand In moeilijkheden, natuur
lik steunt de Regeering de landbouw
laag e„Werd0P7S d" prodM,en
zedelijke pHcht.'3 d"° bu°
Ook Nederland heeft handels- en
heïa",ie: «nlra's gehüd. maar zooals
belaas altijd geschiedt, tengevolge
van de dichte bevolking het leven
duurder werd, hetgeen mogelijk was
daar de boer zich met eenïeovoudta
men InT° 'e.vrede° waarvan
I. A profiteerde, daarom
I T ook de PUcht om het
landbouwbedrijf te „eunen. Door
«deneerende zou ook het buitenland
P t jT roergebied, het Lui-
kerland hetlndustrlegebled In Noord-
Frankrijk, de nederl. landbouw moe-
bun hei7n' d°Ch daar bebben z'i
buu handen meer dan vol, met eigen
aangelegenheid. 9
Ook de kleine boer moet gehol
pen worden. De Algemeenen Ne-
derlandschen Boerenbond geeft aan
Den Haag wel adviezen maar heUs
onmogelijk da, van een centrale ah
hunner k f30 de 'ulste behartiging
hunner belangen kan worden opge-
dragen en toch moeten wij ons be-
boeden voor een herhaling In weer
Hoe d°t9oVa°hl V!0ea"e toestanden.
Hoe dit geschieden moet daarvoor
aan On ï°?yclhfc Q A' de richting
satte Zn a0"9'" bet industrial!
salie genoemd, dat Maandag 13 Mei
o Den Haag gehouden wordt, zal
d algemeene pnHtiete richting van
waarin veel^zeer' o.°
Kulholieke meening verand mé"
worden, (applaus).
Nederland brengt thans aan ara.
nen een derde zijner behoefte voort
we kunnen dit opvoeren tot 7/3
terwijl ook producten als wol vlas'
,meer °P eigen bodem kunnen wor-'
t«éka°n°hrbriCht' °0k itdus-
«le kan hier gevestigd worden. Al
hX.!? üei gtofdstoffen in het
buitenland koopen, en hier
naar de achterkeuken gekeken,
toen een flinke boerenmeid reeds
naar buiten kwam en op de haag
aanliep om hem goeden dag te
zeggen.
't Zou te lang duren om het
zoethoulgeraspel van de twee jonge
menschen hier woordelijk te ver
halen. Onder 't praten haalde de
jonge man een sigaar voor den
dag en ook het bewuste doosje
met de waslucifers, waarvan hij
er een aanslak om zijn sigaar aan
te steken.
'k Wil wedden, Trina, dat jij
nog nooit zulke leuke lucifertjes
als deze gezien hebt, dat wil er
bij mij niet in. Dat kennen ze
hier bij de Meerhoutsche hoeren
nog niet.
Och jongriep de meid, dor
zudde ow mit vergisse. Die ken
ik al zolang as ik hier woon.
Nee, Trina, hoor eens, alles
wil ik van je gelooven, maar dat
jij zulke lucifertjes als deze gezien
hebt. dat wil er bij mij niet in.
Dat kan eenvoudig niet.
Um hoeveul gewed, zei Trina
triomfantelijk. Onze jongenheer
Guust gebruukt altiedig van die
eigeste slriekholljes.
Ik zeg nog eens, Trina, je
zult je zeker vergissen, want dit
is het allernieuwste en dat kent
hier nog niemand.
Wel Jandomme, dat za'k ow
bewieze, waacht mer èfkes 1
en meteen liep zij al naar binnen
om eenige oogenblikken later
terug te komen bij haar galant
aan de beukenhaag.
Kiekt dan hier wat is dit
dan is dat nie krek 't eigeste
aort deuske as ge dor het Oppe