Openbare vergadering van den Raad der gemeente Venray, Ons weekpraatje. gehouden op 27 December 1933, des namiddags drie uur. SLOT. Bij post 102. kosten van de bioscoopcommissie en de filmkeuring, zegt de Voorzitter dat wij gekomen zijn aan de overeenkomst en daar nu niet van af kunnen. Ook overigens echter verzocht Spreker dringend dezen post te laten in het belang van de Katholieke filmkeuring. Maar. zegt de heer Vermeulen, we hebben toch geen bioscoop meer en zullen er ook voorloopig wel geen krijgen. De Voorzitter antwoordt, dat de bioscoop eiken dag kan beginnen, als ze maar willen. Reeds bijna 2 jaar geleden is het minimum belas tingbedrag op f 10 georacht en nog is het niet naar den zin der heeren van den Bioscoopbond. Het zou nu toch beneden de waardigheid van den Raad zijn om maar alles te doen wat de Bioscoopbond wenscht. De heer Vermeulen vraagt, of het dan niet gewenscht is de verordening eenigszins te wijzigen, b.v. zoodanig, dat het minimum bedrag voor de Zondagen gehandhaafd blijft, maar voor de werkdagen minder te stellen. De Voorzitter wil hier wel zijn aandacht aan schenken, doch gelooft niet, dat het gevolg zal zijn, dat B. en W. met een voorstel hiertoe zullen komen. De heer Millen zou den post schrappen. De Voorzitter herhaalt, dat dit voor 1934 niet kaD. De heer Vermeulen zou dan B. en W. willen opdragen het contract vóór 1 September a.s. op te zeggen. De Voorzitter herhaalt, dit ten zeerste te moeten ontraden. De heer Millen vraagt of alle gemeenten zijn aangesloten bij de Vereeniging van gemeenten voor gemeenschappelijke Filmkeuring. Neen, zegt de Voorzitter, maar wel zeer vele. De heer van Boven steunt het voorstel Vermeulen. Wethouder Pubben meent, dat wij ons eenmaal ingenomen standpunt moeten handhaven. Wethouder Odenhoven vraagt, of het niet mogelijk is voor 1 Sept. a.s. op deze kwestie terug te komen. Mogelijk is voor dien tijd ook de bioscoop weer geopend en staan wij er anders voor. De heer Millen meent, dat men éven goede films kan krijgen als men geen lid is en steunt het voorste! Vermeulen. In stemming gebracht wordt dit voorstel met 10 tegen 4 stemmen verworpen. Voor stemden de heeren Vermeulen, Millen, van Boven en Arts. Bij post 113, toelage aan de Gezondheidscommissie, zegt de Voorzitter, dat de Gezondheidscommissie bij het opmaken der begrooting nog niet was opgeheven. Er zijn wellicht nog eenige betalingen te doen in verband met de liquidatie der Commissie, doch er zijn overigens geen bezwaren den post met f 200 te verminderen. Wordt algemeen goedgevonden. Bij post 117, kosten van den keuringsdienst, zegt de Voorzitter, dat ook de rijwieltoelage van den hulpkeurmeester in zijne instructie is geregeld. Ook hier moet dus eerst de organisatie worden gehoord, terwijl het besluit is onderworpen aan de goedkeuring van Ged. Staten. Wordt algemeen goedgevonden den post met f 225 te verlagen. Bij post 133, vergoeding voor werkzaamheden in verband met de uitvoering der Crisis-Varkenswet, vraagt de heer van Haren of het wel noodig is, dat deze post in de begrooting voorkomt. De Voorzitter antwoordt, dat het hier een post betreft, die in inkomsten en uitgaven voorkomt en dus zuiver administratief is. De heer Millen zegt, dat de hulpkeurmeester tegen een slager geklaagd heeft, dat als hij het zoo druk blijft houden, er hulp zal moeten bijkomen. Als dat zoo is, moet men hem niet nog eens met extra-werkzaamheden belasten, maar kan voor dat geld een extra kracht betaald worden. Hij vraagt voorts wie nu dat geld krijgt, waarop de Voorzitter antwoordtde heeren Sala en Verschuuren. Bij post 150 en 151, rijwieltoelage Gemeente Opzichter en Loonen, zegt de Voorzitter, dat over eventueele verlaging hiervan, voorzoover noodig, weer eerst de organisatie moet worden gehoord. Bij post 153, onderhoud van straten en pleinen (trottoirs inbegrepen) wordt voorgestel! deze met f500 te verlagen en te brengen op f 1100. De Voorzitter zegt, dat B. en W. hier de verantwoordelijkheid niet voor kunnen dragen de post is reeds met een derde verlaagd. Wethouder Pubben verzoekt stemming. In stemming gebracht wordt het voorstel tot verlaging van den post met 11 tegen 3 stemmen aangenomen. Tegen stemden de heeren Houben, wethouder Pubben en Geurts, Bij post 154, onderhoud van wegen en voetpaden, wordt voorgesteld dezen post met f 4000 te verlagen. Dit is absoluut onmogelijk, zegt de Voorzitter. De heer van Haren zegt, dat in de memorie van toelichting geen enkele weg is aangewezen voor speciale verbetering en meent dan ook, dat dit best kan. Wij moeten maar eens wat zuiniger worden en wat minder teeren, aldus Spreker. De Voorzitter zegt, dat hier de zuinigheid de wijsheid bedriegt waarschuwt dan ook de heeren, dat het absoluut onmogelijk is, met dit bedrag de wegen behoorlijk te onderhouden. De heer Nelissen is er voor dezen post onveranderd te handhaven, er zijn geregeld vele wegen, die noodwendig verbetering behoeven en wij mogen toch ons met zooveel geldelijke offers verkregen wegennet niet zoo maar gaan verwaarloozen en tot verval doen geraken. De heer Geurts verzoekt zoo mogelijk bij eventueelen opuooi den weg Oirlo-—Castenray af te sluiten, anders wordt hij binnen een paar dagen geheel vernield. De Voorzitter zegt, dat dit zoo gemakkelijk niet gaat, doch zal zieD wat in deze te doen is. De heer Vermeulen herhaalt, dat wij moeten bezuinigen ook op Gemeentewerken. De Voorzitter zegt, dat B. en W. dit ook hier juist flink hebben gedaan. De heer Vermeulen zegt, dat de posten der begrooting van Gemeente werken altijd veel en veel te hoog zijn geraamd. De Voorzitter herhaalt zijn waarschuwing, terwijl ook wethouder Pubben zegt zich niet verantwoord te achten met het verlaagd bedrag onze wegen goed te onderhouden. In stemming gebracht wordt het voorstel tot verlaging van den post met f 4000 met 9 tegen 5 stemmen aangenomen. Tegen stemden de heeren Houben, Nelissen, wethouder Pubbeo, Goumans en Geurts. In verband met het 'oorste! om post 155, onderhoud .van markten, beurzen en hallen, te schrappen, zegt de Voorzitter, dat B. en W. ook hiervan de verantwoordelijkheid niet kunnen dragen. In stemming gebracht wordt het voorstel met 10 tegen 4 stemmen aangenomen. Tegen stemden de heezen Houben, Nelissen, wethouder Pubben eD Geurts. Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming post 157, onderhoud van wandelplaatsen en plantsoenen, met f 200 verlaagd en gebracht op f 400. Met 13 tegen 1 stem tegen stemde wethouder Pubben wordt vervolgens post 160. kosten der rioleering in de Kom, met f 700 ver laagd en gebracht op f 2000. Hierna wordt voorgesteld van post 208, dijk- en polderlasten een memorie-pöst te maken. De Voorzitter zegt, dat deze post aan f 1000 is uitgetrokken voor het geval in 1934 reeds waterschapslasten moeten worden betaald. In verband hiermede is ook de post onderhoud waterlossingen verlaagd. De heer Vermeulen leest uit een courantenverslag van een vergadering te Horst voor, dat Ir. Krugers daar gezegd heeft, dat eerst in 1935 met het betalen van waterschapslasten een aanvang zal moeten worden gemaakt. De Voorzitter zegt hier anders over te denken trouwens men moet zich nooit beroepen op een courantenverslag, want hierin wordt het gesprokene dikwijls onjuist of niet volledig weergegeven. Mocht het echter juist zijn, dan hebben wij zooveel meer noodig voor onderhoud waterlossingen. In stemming gebracht wordt met 10 tegen 4 stemmen besloten den post pro memorie uit te trekken. Tegen stemden de heeren Houben, wethouder Pubben, Goumans en Geurts. in verband met het voorstel om post 210, onderhoud en administratie van bezittingen, met f 500 te verlagen, zegt de heer Houben hier niet over te kunnen oordeelen. In stemming gebracht wordt het voorstel met 12 tegen 2 stemmen aangenomen. Tegen stemden de heeren Houben en wethouder Pubben. Vervolgens wordt algemeen goedgevonden post 211, verhuringen en verkoopingen, met f 100 te verlagen. In verband met het voorstel om post 263, teruggaaf van schoolgelden, met f 150 te verlagen, zegt de heer Geurts hier niet voor te zijn. Z.l. is deze post door B. en W. goed geraamd. In stemming gebracht wordt het voorstel tot verlaging met 10 tegen 4 stemmen aangenomen. Tegen stemden de heeren Houben, Nelissen. wethouder Pubben en Geurts. Hierna wordt post 276, bijdrage in de kosten van rijks hoogere burger school, verlaagd met f 140 en post 293, kosten van onderhoud en plaatsing muziekkiosk met f 50. Bij post 358, kosten van de Districtsarbeidsbeurs en van de arbeids bemiddeling, zegt de Voorzitter, dat over het voorstel tot verlaging der rijwieltoelage van den Directeur weer eerst de organisatie moet worden gehoord. In stemming gebracht wordt vervolgens met 12 tegen 2 stemmen be sloten post 371, uitkeering aan het rijk van het aandeel in de kwade posten wegens de directe belasting, met f 500 te verlagen en te brengen op f 200. Tegen stemden de heeren Houben en wethouder Pubben. Bij Hoofdstuk XIII 3, wordt tegelijk de begrooting van den tak van dienst het Gasbedrijf zonder discussie vastgesteld op f 26730.18 in baten en lasten en, voor wat den kapitaaldienst betreft, op f 7920 in inkomsten en uitgaven. Hierna wordt doorgegaan met de Gemeentebegrooting. Post 400, onvoorziene uitgaven, wordt vervolgens vastgesteld op f 5388.57. De heer Vermeulen komt terug op post 322, werkverschaffing aan werkloozen en vraagt, waar die f 4000 voor dienen. De Voorzitter antwoordtvoor verschillende objecten die nog niet beslist vaststaan, b.v. aanleg van een nieuw vloeiveld. Juist, zegt de heer Vermeulen, maar ik meen, dat de kosten voor het aanleggen van een vloeiveld, behalve natuurlijk de loonen der tewerk te stellen werkloozea. op buitengewoon gebracht kunnen worden. Verder z et Spreker verschillende memorie posten op den Kapitaal- dienst en verzoekt ook hierover inlichtingen, welke hem door den Voor zitter worden verstrekt. Bij post 429, voorschotten van de Commissie voor de ontwatering der gronden in Noord-Limburg, zegt de heer Vermeulen te meenen, dat die ruim f 30000 in 1934 waarschijnlijk zullen worden terugbetaald en vraagt wat daarmede wordt gedaan. Die komen gewoon in, zegt de Voorzitter. De heer Stoot meent toch, dat ze uit buitengewoon zijn gekomen, Dat is enkel administratief, zegt de Voorzitter. De heer Vermeulen zegt niet veel te voelen voor het spitten van wegeD, hoezeer ook B. en W. er blijkbaar de voordeelen van zien, en vraagt of goede nota genomen is van het verzoek om dit geld te besteden aan het in cultuur brengen van gronden. De heer van Dijck acht ook het spitten van wegen van weinig waarde. Hij meent, dat hier met hand- en spandiensten, als daaraan goed de hand gehouden wordt, voldoende succes is te behalen. En als men dan tóch wil laten spitten, dan kan er beter een weg in de buurt van Ysselsteyn werden aangelegd, die is daar nog wel noodig. Ook kan beter aan ontginnen gedacht worden. De Voorzitter herhaalt, dat er ook al aan ontginnen gedacht wordt, voor het geval de werkloosheid blijft aanhouden; er is ook al op een weg in de Peel gerekendde kwestie iswij moeten werkobjecten heb ben en het is verbazend moeilijk nieuwe objecten goedgekeurd te krijgen De heer van Dijck zou, voor het geval er wegen gespit worden overleg plegen met de Boerenbonden. Dit is tot zekere hoogte al geschied, antwoordt de Voorzitter. De heer van Haren vraagt, of als die f 18000 voor het spitten van zandwegen worden goedgekeurd, die dan ook enkel daarvoor zullen gebruikt worden of ook nog voor andere doeleinden. De Voorzitter antwoordt, thans nog niet te kunnen zeggen, wat daarvoor precies noodig is. De heer van Haren zou dan den Minister willen vragen, goed te keuren dat slechts een gedeelte van dit geld besteed wordt voor het spitten en de rest voor meer productieve doeleinden. De Voorzitter antwoordt, dat in elk geval niet meer zal worden ge bruikt dan in verband met de werkloosheid noodig is. Wethouder Pubben zegt principieel ook meer te voelen voor ontgin ning van woeste gronden, dan voor het spitten van wegen, alhoewel dit laatste toch ook niet te verwerpen is, want hij heeft daarvan zeer goede resultaten gezien in andere gemeenten. De Voorzitter zegt, men kan het eene doen en behoeft daarom het andere niet te laten. De beer Vermeulen zou voorrang willen gegeven zien aan den weg naar de Rips boven het spitten van zandwegen, zooals ook in het rapport is omschreven. Dat gebeurt ook, zegt de Voorzitter. De heer Vermeulen komt terug op het voorstel in het rapport om b.v. voor den weg naar de Rips meer te leenen en dus minder uit de ge wone middelen te betalen. De Voorzitter zet uiteen, dat dit niet kan en wijst er op. dat dit tegen alle voorschriften ingaat. B. en W. kunuen daarvan de verant woordelijkheid niet dragen. De heet Vermeulen zegt, dat het niet aangaat maar alles te schuiven op het tegenwoordig geslacht en stelt daarom voor post 414 te ver- hoogen met f 5000 en post 328 met dit bedrag te verlagen. De Voorzitter zegt, dit voorstel ten zeerste te moeten ontraden en herhaalt, dat dit tegen alle voorschriften in gaat en hierdoor onze geheele werkverschaffing in gevaar gebracht wordt. De heer Stoot vraagt, of de Voorzitter overigens accoord gaat met de aangebrachte wijzigingen en deze niet zal tegenwerken bij Ged. Staten. De Voorzitter zegt, dat ook deze kwestie, evenals alle andere zaken, objectief wordt behandeld en Spreker ook dit zal doen volgens eer en geweten. De heer Stoot zegt, dat men toch niet alles op het tegenwoordige geslacht mag laden. Wethouder Pubben vraagt, hoe de heer Vermeulen zich dan voorstelt dat B. en W. dit met hun verantwoordelijkheid overeen kunnen brengen. Wethouder Odenhoven kan dit ook niet begrijpen en zal daarom dit voorstel niet steunen. Verschillende leden blijken het hiermede eens te zijn, waarna de heer Vermeulen zijn voorstel intrekt. Wethouder Odenhoven houdt hierna een kleine terugblik over de pas behandelde begrooting en zegt, zich niet veel in de discussies ge mengd te hebben Toch meende hij, dat de voorstellen door de heeren ingediend, wel acceptabel waren, al stond de burgemeester er pessimis tisch tegenover. Spreker meent da« ook, dat wij het zoo best eens voor dit jaar kun nen probeeren, mede met het oog op het batig saldo, dat nog altijd is meegevallen ook de belastingopbrengst zal z.i. wel meevallen. Spreker voelt niets voor een dictator, maar wel voor een sterke regeering en hoopt, dat ze van den Haag uit ook eens milder gaan worden. Wat de salarissen betreft, verwacht hij, dat van den Haag uit eens spoedig voorstellen komen om de salarissen te herzien en de hooge salarissen niet met 10, maar met 15 of meer procenten verlaagd zullen worden. En zoo zijn er nog wel meer bedragen te vinden, als maar gezocht wordt, waar ze te vinden zijn. De heer van Haren wijst op het nadeelig saldo van den Gemeente lijken Autobusdienst en het nog dit jaar afloopend contract met den aan nemer. Spreker hoopt, dat B. en W. naar middelen zullen uitzien, om dat goedkooper gedaan te krijgen. De Voorzitter zegt, dat deze zaak de aandacht van B. en W. heeft en tijdig den Raad hieromtrent voorstellen zullen bereiken. De gemeentebegrooting wordt hierna in haar geheel vastgesteld, voor wat den gewonen dienst betreft op f 330.318.42 in inkomsten en uit gaven en voor wat den kapitaaldienst betreft op f 199.740.99. Alle leden stemden voor. De Voorzitter leest vervolgens nog eens het voorstel tot veihooging der pensioensbijdragen voor en zegt, dat de heeren dus willen overgaan tot verhooging dezer bijdragen, doch niet voor jaarwedden beneden f 2000. Hij vraagt verder wat de juiste bedoeling is en meent, dat het moeilijk zal zijn het volle verhaal toe te passen. Spreker meent, dat de bedoeling is, dat de ambtenaren boven de f 2000 ten volle betalen van wat zij hebben boven de f 2000 en van die f 2000 hèt verhaal van thans. Spreker stelt voor B. en W. een plan in dezen geest te doen uitwerken en dit aan den Raad voor te leggen. Wordt a'gemeen goedgevonden. Hierna wordt aan B. en W. de gewone jaarlijksche machtiging ver leend om in 1934 weer de gewone verkoopingen te doen van hakhout, turfslijk enz. en verpachting van de vervallen pachten. Nog wordt algemeen goedgevonden voor het pachtjaar 1933—1934 aan de aanpachters van gemeentegronden, die vóór 1930 hebben gepacht, met uitzondering van pachters van onontgonnen gronden, wederom eene verlaging van pachtprijs toe te staan van 10 pet. In den loop van het jaar kan dan nader overwogen worden of verdere reductie noodig is. Burgemeester en Wethouders zijn vooralsnog van oordeel, dat verdere verlaging, a's de toestand zoo blijft, niet of slechts in een zeer enkel geval zal noodig zijn. Dan is aaa de orde benoeming van een lid in de Commissie van Toezicht op het L. O., wegens periodieke aftreding van den heer H. J. H. Sala. Wordt algemeen goedgevonden den heer Sala bij acclamatie te her benoemen. Vervolgens worden benoemd tot leden der Commissie tot wering van schoolverzuim de heeren O. L. P. van de Loo, burgemeester, P. M. H. Pubben en H. B. Odenhoven, wethouders. Hierna wordt algemeen goedgevonden de oude school te Merselo opnieuw voor een jaar te verhuren aan de afd. Merselo van den Lim- burgschen Land- en Tuinbouwbond, onder dezelfde voorwaarden en bepalingen als tot dusverre. Nog is aan de orde voorstel van B. en W. tot verhuring der woning thans bewoond door den agent van politie Steerneman. De Voorzitter zegt, dat B. en W. voorstellen, hen te machtigen het huis met erf en aanhoorigheden te verhuren tegin een huurprijs van 1934~ ^ef Wee^ zu'ks voor een termijn van 6 jaren, ingaande 1 Januari De heer Millen zegt, dat er ook gegadigden zijn met een groot gezin, doch hoopt, dat die deswege niet teruggezet zullen worden. De Voorzitter antwoordt, dat, de grootte van het gezin, als de woning daarvoor geschikt is, voor B. en W. nooit een reden zal zijn om daaraan de woning niet te verhuren. Het voorstel van B. en W. wordt hierna zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Dan wordt algemeen goedgevonden het Ambtenarenreglement te wijzigen met inachtneming van de door Ged. Staten ter kennis ge brachte wenschen en opmerkingen. Vervolgens is aan de orde: voorstel van B. en W. tot wijziging van den datum, waarop de kermis te Oirlo begint. De Voorzitter leest het ingekomen request voor en zegt, dat B. en W., nu dit vrijwel algemeen geteekend is, op het standpunt staan, dat het verzoek wel kan worden ingewilligd. De heer Nelissen zegt, dat er eerst een algemeene vergadering van hoofden van gezinnen is gehouden en hij kan wel zeggen, dat er zeker 97 pCt voor waren. Wordt algemeen goedgevonden den datum der kermis te Oirlo te wijzigen met ingang van 1934 en overeenkomstig het verzoek te stellen op den tweeden Zondag na Pinksteren en in die jaren, dat op dien Zondag de kermis te Heijde of Merselo valt, op den derden Zondag in Mei en den duur der kermis te bepalen op vier dagen. In verband met het reeds vroeger ingekomen request van W. J. Pouwels e.a. inzake aanleg trottoirs in de Langstraat, leest de Voorzitter de hiervan opgemaakte begrooting voor en zegt dat de totaal kosten circa f 1150 zullen bedragen, terwijl hier nog f 250 bijkomen als ook over de Paterslaan banden worden gelegd. Verder deelt Spreker mede, dat er ook een tegenverzoek is ingekomen van enkele belanghebbenden, hetgeen ook wordt voorgelezen. In verband met de bezuiniging stelt Spreker voor het verzoek aan te houden en te zien hoe de toestand zich ontwikkelt. Wordt goedgevonden. Hierna leest de Voorzitter voor de ingekomen dankbetuigingen voor verleende subsidie van de fanfare St. Oda, Merselo en de St. Vincen- tiusvereeniging. Nog leest de Voorzitter voor het ingekomen verzoek van het R.K. Kerkbestuur der H. Catharina te Leunen om subsidie voor vergrooting der Kerk aldaar. De Voorzitter zegt, dat B. en W. voorstellen een subsidie te ver- leenen van 10 pCt. der bouwkosten tot een maximum van f 15000, dus maximum f 1500, te verdeelen over 5 jaren, zulks na aftrek der eventueel hierop te verkrijgen rijks- en provinciaal subsidie. Spreker kan hieraan toevoegen, dat de Zeereerw. Heer Pastoor zijn volle instemming betuigd heeft met dit voorstel. Wordt met algemeene stemmen aangenomen. Nog is ingekomen een verzoek van J. A. Meesters, verloskundige, waarin deze mededeelt zich in deze gemeente te zullen vestigen en een kleine subsidie verzoekt. De Voorzitter stelt voor dit verzoek te stellen in handen van B. en W. tot het uitbrengen van prae-advies. In het algemeen wil Spreker echter wel zeggen, dat als iemand zich vestigt als dokter of vroedvrouw of wat dan ook, zij voor zichzelf moeten overwegen of hun dat financieel mogelijk is en niet direct maar moeten denken, dat de gemeente wel zal subsidieeren. Wordt algemeen goedgevonden, waarbij de heer Millen echter op merkt, het toch zeer gewenscht te achten, dat zich hier een goede vroedvrouw vestigt, vooral voor den werkenden stand. Nog wordt in handen van B en W. gesteld om advies het door den heer Vermeulen ter tafel gebracht voorstel van enkele raadsleden om de Verordening tot heffing eener belasting op openbare vermakelijkheden zoodanig te wijzigen, dat voor dagen, dat geen vérlof voor muziek wordt verleend, een bepaald bedrag, n.l. 20 ct., wordt terugbetaald, waarbij dan het jaar wordt gerekend op 300 dagen. De Voorzitter wenscht vervolgens alle Raadsleden, alsmede den Secretaris zoo voor zich als hunne huisgezinnen een gelukkig uiteinde en Zalig Nieuwjaar. Niets meer aan de orde zijnde en geen der leden nog het woord ver langende, sluit de Voorzitter de vergadering met gebed. Men mag van onze regeering zeggen, wat men wil, men kan niet ontkennen, dat haar een groote dosis fijngevoeligheid eigen is. Met ge noegen b.v. luistert de belastingbetaler naar haar mededeelingen inzake nieuwe fiscale maatregelen. Geen dokter kan 'n mensch zoo tactisch voorbereiden op zijn naderend einde als de regeering dat doet omtreot nieuw-uitgevonden heffingen. Een poosje geleden reeds werd het bericht gelanceerd, dat het in een zekere toekomst mogelijk zou kunnen zijn, dat ook tot de heffing van een radio belasting zon worden overgegaan. De bezitters van radio toestellen kregen daardoor een klein schokje. Een tweede mededeeling hield de aankondiging in, dat ook de abonné's bij een centrale ver moedelijk in de nieuwe belasting zouden moeten bijdragen. Thans vernemen we. dat voor beide categorien een belasting van f 3 per jaar wordt overwogen. We hebben ons zoo zoetjes aan reeds aan de gedachte gewend, dat aan de radio belasting niet te ontkomen zal zijn en dus is nu wel spoedig de officieele mededeeling van de indiening van het desbetreffende wetsontwerp te verwachten. Och, ook deze nieuwe aanslag op onze portemonnaie kan ons den kop niet kosten, maar zoo langzamerhand wordt het toch wel een toer om dienzelfden kop boven water te houden. Er zit iets onbillijks in al die belastingen, welke met het in komen geen verband houden. De kleine man, de burgerij, het groote gezin, ze worden onevenredig zwaar getroffen. Voor den aanslag in de inkomsten belasting past men een progressieve regeling toe. maar in de laatste jaren wordt steeds getracht om aan een verhooging van de inkomstenbelas ting te ontkomen door méér indirecte heffingen en belasting op gebruiks- aitkelen. Als de indirecte belastingen niet te zeer worden uitgebreid, dan is er iets te zeggen voor ze. Ze verplichten ook degenen tot het meedragen van de gemeenschaps- lastm zij het op bescheiden wijze die met directe heffingen niet te treffen zijn. Nu echter accijnzen en belastingen worden gelegd op zoo velerlei verbruiksartikelen, komt de belasting onevenredig zwaar te druk ken op de gezinnen van arbeiders en kleine burgers. Rijwielbelasting, radio-belasting, accijns op tabak en sigaren, op alcoholhoudende dranken, op suiker thee koffie en zout, en vleesch-vet en olie, op melk eu boter, op brood (tarwe) en aardappelen, tesamen geven deze een zoetjes-aan te ge- voeligen druk op huishoudelijk budget. En het ergste is, dat die druk hel zwaarst neerkomt, niet op de meest kapitaal-krachtigen, maar op het groote gezin. Wanneer men nagaat, wat in een burgergezin momenteel aan indirecte belastingen moet worden opgebracht, dan blijkt, dat elke juiste verhou ding weggevallen is. Wat de pro gressie, voor de inkomstenbelasting geregeld, aan billijks schept, ver wordt door de indirecte heffingen tot een groot onrecht. We zijn er van overtuigd, dat het totaal aan belastingen, in een arbeidersgezin opgebracht, een belangrijk hooger percentage van het inkomen uitmaakt dan het zelfde totaal, door den ge zeten burger voldaan. We zeiden boven, dat de regee ring in de laatste jaren steeds heeft getracht om aan een verhooging van de inkomstenbelasting te ontkomen, Dat zal blijkbaar niet gelden voor de naaste toekomst, want een wets ontwerp is ingediend tot heffing van een crisis*inkomstenbelasting. Tien

Peel en Maas | 1934 | | pagina 6