Tweede Blad Tan „PIEL BET MAAS
Zaterdag 3 Februari 1934
n vijftigste Jaargang No 5
ff
Het ontstaan der
Kath. Staatspartij.
FEUILLETON.
De ondergang
der Bokruiters.
Belastingontduikers
De nieuwkoop
van de Hengsten-
associatie
I.
In 1789 brak de Fransche revolu
tie uit, die in dit land. waar de
macht geheel en al berustte in de
handen der hoogere standen, op
bloedige wijze het volk aan de macht
bracht, zonder dat dit van langen
duur was. Immers, al spoedig ge
raakte de regeering weer in handen
van enkelen, tot Napoleon het volk,
dat zijn koning vermoord had, zelfs
een keizer gaf.
Engeland en Nederland werden
al spoedig met de jonge republiek
in strijd gewikkeld en in 1795 slaag
de de Franschen er reeds in de
Nederlanden te veroveren, daarbij
zeker profiteerend van de revolutio
naire gezindheid bij vele Nederlan
ders.
De toenmaals regeerende stad
houder Willem V vluchtte 18 Jan.
naar het bevriende Engeland.
In de nu volgende jaren tot 1814
maakte Nederland practisch een pro
vincie uit van de Fransche republiek.
De beginselen der Fransche revolu
tionairen, die spreken van vrijheid,
gelijkheid en broederschap van alle
menschen. waren edel en aanlokke
lijk en al werd er in den regel wel
niet naar gehandeld, toch brachten
ze een nieuwen geest onder het volk
en deden ze de Nederlanden kennis
maken met algemeen kiesrecht en
volksvertegenwoordiging.
Toen dan ook in 1814 na Napo-
leocsval onder groote vreugde de
zoon van Willem V in ons land
werd teruggehaald en er sprake was
van de toekomstige regeeringsvorm
was het duidelijk, dat deze niet
weer alle rechten onder Fransch
bewind genoten, kon terugnemen.
Met de oude toestand vóór de
Fransche revolutie, toen de regeering
in handen was van enkele aanzien
lijke families was voorgoed afge-
gedaan en een nieuw bewind moest
geschapen worden, steunend op de
vrijheden door de Fransche revolutie
verkondigd.
30 Nov. 1814 landde Willem te
Scheveningen. Hij kwam als opvol
ger van zijn vader, Willem V. Hij
kwam echter niet als Willem VI,
maar als Willem I, als souverein
vorst volgens den wensch van het
volk. Door deze tl'el werd wel dui
delijk de kloof met het verleden
aangegeven.
Willem begreep zijn tijd, want bij
de aanvaarding der koninklijke macht
merkte hij nadrukkelijk op:
„Ik aanvaard wat Nederland mij
aanbiedt, maar ik aanvaard het ook
alléén onder waarborging eener eigen
grondwet, welke uwe vrijheid tegen
volgende mogelijke misbruiken ver
zekert."
Zóó kwam Nederland zonder
geweld aan een regeeringsvorm waar
bij meer rekening gehouden werd
met de rechten der burgers. Het had
hier geen bloedvergieten gekost en
de lange ontwikkeling in de toekomst
zal ook zonder grooten strijd ver-
loopen.
Óm de rechten van de burgers te
bevestigen, draagt Willem I aan een
commissie van 14 onder leiding van
Van Hogendorp, de samenstelling op
van één wet, die de grondslag
moest vormen van alle andere wetten
otwel de grondwet.
Uit dit historische overzicht hebben
we dus gezien wat de grondwet
bedoeld te zijntegenover de macht
van den koning een korte aamen-
vatting van de rechten en plichten
der burgers, waaraan óók de koning
onderworpen is. Uit de grondwet
Een zonderlinge Historie.
Naar het Duitsch.
26
Wel, dat moei immers een ziels-
goede man wezen, die geen viieg
kwaad zal doen. Hoewel, hij
ging toch ook veel om met Til
en Carsten.r
En herinner je niet meer je
gesprek met Tils knecht over die
witvisch en de scheerling vroeg
Festenrath.
De chirurg heeft den kleinen
Merlens opium toegediend; hij
had den armen knaap noodig
voor zijn hokuspokus, liet hem
de geesten bezweren en vergiftigde
hem, toen ik den knaap leerde
kennen; want hij vreesde, dat
George uit de school zou klappen.
Dan zou het de duivel in
eigen persoon zijn I riep Peter
hoofdschuddend uit.
Zooiets zou ik nooit van den
man hebben kunnen denken en
er zullen maar heel weinig
menschen zijn, die het willen
gelooven.
Dat vrees ik ook hernam
de kapitein. En toch is hij
worden alle andere wetten afgeleid.
De grondwet maakt daarom de
regeeringsvorm van een laod uit en
om die te veranderen moeten we
dus de grondwet wijzigen.
Gaan we nu deze eerste grondwet
eens na en ook de anderen die haar
volgen om te zien hoe de verhou
ding koniog volk zich ontwikkeld
heeft en hoe telkens de macht van
den koning inkromp ten bate van
de macht van het volk.
Het volk was met deze eerste
grondwet zeer tevreden. Was ze dan
ook zoo royaal voor de burgers?
Naar onzen smaak allerminst, maar
hier speelde de vreugde over de
verlossing uit de slavernij van
Napoleon een voorname rol.
Wat zijn nu de voornaamste
punten van de eerste grondwet
De macht van den koning is zéér
groot.
Hij heeft de uitvoerende macht en
de
A. Wetgevende macht deelt hij
met de volksvertegenwoordiging
Deze bestaat uit één kamer van
55 leden voor 3 jaar gekozen niet
door de burgers maar door de Prov.
Staten.
Die kamer kon wetten voorstellen
(initiatief), aannemen of verwerpen
nietwijzigen (amendement).
De zittingen ziin niet openbaar.
We zien hoe gering de macht van
het volk was. Dit blijkt uit drie
punten.
Ie. het geringe aantal volksver
tegenwoordigers.
2e niet rechtstreeksch door het
volk gekozen.
3e. niet openbaar.
B. De ministers waren géén ver
antwoording schuldig aan de Kamer,
en alleen dienaren van den koning.
„C. De begrooting werd door de
kamer goedgekeurd.. Dit had echter
ni;t veel te beteekenen, omdat het
grootste deel der begrooting voor
ééns en altijd werd vastgesteld, alleen
bijzondere posten werden elk jaar
bepaald.
D. Het bestuur over de koloniën
berust geheel alleen bij den koning.
Wanneer we deze bepalingen ver
gelijken met den toestand van heden
dan zien we dat de democratische
idee nog heel ver te zoeken is.
Nederland heette van nu af een
constitutioneele monarchie te bezitten
d.w.z. dat de monarch zich bij eede
verplichtte, zich te houden aan een
grondwet. Nu leven we nog onder
een c.m. Hoe rekbaar dit begrip is
zien we overduidelijk.
(republiek aristoc. dem.)
(monarchie absoluut constitut.)
De Nederlanden waren zeer tevre
den over deze grondwet en verlang
den niets beters. Toch heeft ze geen
laog leven gehad en den stoot naar
de hervorming is niet op de eerste
plaats van Nederland, doch van
België uitgegaan.
In 1815 hebben de Groote Mogend
heden, die na Napoleons val de toe
standen in Europa weer trachten te
regelen, België met Nederland ver-
eenigd. Daartoe werden enkele wij
zigingen in de Grondwet aangebracht
die van weinig belang zijn.
Of deze vereeniging een gelukkige
zet was van de hooge beeren, is een
kwestie die zich later zelf heeft op
gelost in negatieve richting. De
volksaard van beide volkeren is zeer
verschillend en werd verscherpt
eenerzijdsch door het verschil in
Godsdienst, anderzijdsch door de
strijd in België tusscben Vlamingen
en Walen. Lang heeft de verbinding
dan ook niet geduurd, de opstand
van 1831 maakte er een einde aan.
De Belgen waren de eerste, die
onder Koning Willem, zich tegen de
Grondwet begonnen te verzetten.
Willem had dan ook een eigenaar
dig idpe van een c.m. De werkzaam-
het, die aan alles schuld heeft!
Hij heeft ze allemaal verleid I
Maar wat kunnen we doen
Er bleef niets anders over, dan
den chirurg zorgvuldig te laten
bewaken, hem dan volgens den
vorm aan te klagen en dé ver
klaringen van de gevangen bok
ruiters af te wachten. Iedere
onverstandige, onberaden slap
kon bij zulk een doortrapt man
gevaarlijk worden.
Hij begaf zich dus naar den
overste en verklaarde, dat
Kirchhoff de leider der bende
was, legde hem in korte woorden
uit, hoe hij op zijn verdenking
was gekomen en verzocht hem
den chirurg en diens woning
nauwkeurig te laten bewaken.
Een geluk, dat de oude heer
zulk een onvoorwaardelijk ver
trouwen in den kapitein stelde,
anders zou hij waarschijnlijk ook
in staat zijn geweest, het hoofd
te schudden en te verklaren, dat
een man van eer niet in zijn
rust gestoord mocht worden.
Drie dragonders vatten post
voor Kirchhoff's huisdeur.
Festenrath verzocht Peter even
eens een oogje op het huis te
houden. Toen reed hij met den
overste de stad binnen, ten einde
Bokelmann en de overige rechter
lijke en politieambtenaren te
wekken en hun mede te deelen,
dat niet bij Meersen, maar op een
uur afstand van Hertogenrade
een groot deel van de bokruiters
heid en wilskracht van den koniog
waren buitengewoon groot zelf
wilde hij alles tot in de kleinste
bijzonderheden regelen, maar hield
daarbij eigenzinnig vast aan eigen
meening en inzicht. In zijn ministers
zag bij dienaren, en het gevolg was,
dat bekwame mannen, die zich als
werktuig te goed achten, ontslag
kregen of oamen. Het spreekt van
zelf, dat de ontevredenheid over een
of andere wet zich dus alléén tegen
den koning richfte, die zich niet
achter zijn ministers veischuilen kon.
Belangrijke zaken regelde hij geheel
en al buiten de kamer om enkel bij
Koninklijk Besluit, zoodat zijn
regeering wel eens betiteld wordt als
de besluiten-regeering.
De Nederlanders vonden dit zoo
als gezegd wel goed, maar bij de
Belgen ontwaakte het verzet, geleid
door de liberale partij. Deze partij,
welks ideën zooveel invloed gehad
hebben en nog hebben, hoewel het
aantal actieva liberalen zoo gering
is, vormden toen de revolutionaire
massa. Steunende op de idee's van
de Fransche revolutie, verlangde zij
de vrijheid (liberté) des volks en
ook de vrijheid van den persoon.
Het is interessant om te zien, boe
in de politiek de partijen van karak
ter veranderen. Liberale partij, toen
de revolutionairen, nu de aarts
conservatieven. Zoo is het gegaan
met de socialisten en zal het met
nog meerdeien gaan. Het komt om
dat ze hun tijd niet begrijpen en
langzamerhand verstijven. Dat dit de
Staatspartij niet overkomen zal moet
ons werk zija.
De liberalen zijn in deze tijden
degenen geweest, die de voorvech
ter? waren voor de democratische
idee en als zoodanig in haar ver
dienste niet gering. Daarnaast is
echter haar verkeerde invloed niet
te overzien. Haar idee's van onbe
perkte vrijheid voor ieder, zijn waar
schijnlijk de grootste schuld aan de
huidige crisis, die vooral te danken
is aan de overmatige productie, ont
staan, doordat ieder alléén voor zich
zelf trachtte te zorgen, zonder aan
de gemeenschap te denken.
Lijnrecht hiertegenover wil het
fascisme, het nationalisme staan, dat
gemeenschapzin en tucht eischt maar
reeds tientallen jaren staat hiertegen
over de R K. Staatspartij, steunend
op het gezag van den Paus (1864)
en op de algemeen christelijke be
ginselen, die geen absolute vrijheid
maar verstandige beperking opleg
gen.
De liberalen dan verlangden meer
invloed van de kamer op de regee
ring, vooral op wetgeving en finan
ciën. Dat ze den koning voorloopig
het niet al te lastig maakten, was
het gevolg van diens anti-dericale
politiek. Toen ze echter merkten, dat
hij over een concordaat met R.
dachr, ontwikkelden zij een krachtige
acliviteit tegen Willem en met andere
oorzaken kwam hier de opstand van
1831 uit voort, die eindigde met de
onafhankelijkheid van België.
Nu de strijd met de Belgen van
de baan was. kreeg Willem e;hter
te doen met de Nederlanders. Aan
vankelijk heftig verontwaardigd over
de eischen der Belgische liberalen,
begonnen echter langzamerhand die
idee's ook hier door te dringen en
werd ook in Nederland een liberale
partij gesticht onder den grooten,
onpartijdigea Torbecke, hoogleeraar
te Leiden.
Door de liberale actie gedwongen
diende Willem in 1840 een nieuwe
wijziging op Je grondwet io, die
trouwens noodig was wegens de
afscheiding van België. Maar groot
was de teleurstelling, toen bleek, dat
zij voornamelijk veranderingen in
hielden, die weinig nieuws brachten
De liberalen hadden ministerieele
verrast en gevangen genomen
was.
VIII
Een beschrijving te geven van
de opwinding, die er sedert drie
uur in den morgen, toen de zaak
langzamerhand ruchtbaar werd,
in het stadje heerschte, zou on
mogelijk zijn.
De ontzetting was algemeen,
vooral in de gezinnen van hen,
die zelf lot de gevangen bokrui
ters behoorden, want de vrouwen
en kinderen hadden natuurlijk
geen flauw vermoeden gehad om
trent de nachtelijke bijeenkomsten
van hun respectieve mannen en
vaders.
Tot Bokelman, die bijna het
hoofd was kwijtgeraakt, had Fes
tenrath nog niets over Kirchhoff
gezegd. Wel echter drong hij aan
op een huiszoeking bij Carsten.
Met betrekking tot den diefstal
bij den rentmeester had dit on
derzoek geen resultaat; er werden
evenwel een menigte andere ge
stolen voorwerpen ontdekt.
In de morgenschemering werden
nog drie mannen, die getracht
hadden de stad binnen te sluipen
gevangen genomen er. naar de
stadsgevangenis overgebracht, die
het aantal gevangenen nauwelijks
kon bevallen en waarvoor twaalf
dragonders de wacht hielden.
Boden te paard waren naar
Aken, Maastricht en andere plaat
verantwoordelijkheid geëischt. Ze
kregen die, maar alleen de strafrech
terlijke, niet de staatkundige (30).
De rechtstreeksche verkiezing
waarom ze gevraagd hadden, bleef
eveneens een vrome wensch.
Het was nu uit met 'skonings
populariteit en heel spoedig werd
hem duidelijk, dat het volk hem niet
meer wilde. Nog hetzelfde jaar deed
hij afstand van den troon, zoodat
zijn oudste zoon koning werd. Hij
ging naar Berlijn wonen, waar hij in
1843 overleed.
Nog even een enkel woord over
de ministerieele verantwoordelijkheid
Hierin lag het princiep van de volks
macht. De ministers zijn de gevol
machtigden van den koning, door
invloed uit te kunnen oefenen op
hen. oefende men dus invloed uit op
den koning zelf. Want wanneer men
den minister voor een of ander feit
ter verantwoording roepen kan, dan
roept men feitelijk den koning ter
verantwoording die zijn opdracht
gever is. Zoo spoedig de ministers
verantwoordelijk zijn aan de volks*
vertegenwoordiging zal de koning
bij hun keuze met de wenschen van
het volk rekening moeten houden
anders zouden de niet-gewenschte
ministers snel weer verdwenen zijn.
Dit is dan ook tot 1848 toe het
groote strijdpunt gebleven. Dit was
de leus der liberalen waarmee ze ten
strijde trokken.
Het is zonderling, dat de moderne
stroomingen weer juist de tegenover
gestelde richting ingaan. De natio
nalisten eischen „den sterken man"
die ongeremd en ongehinderd door
ministers of verteginwoordiging zijn
gang kan gaan. We komen zoo
weer terug tot den tijd van meer
dan honderd jaar geleden, we stellen
ons vrijwillig weer in een toestand
waartegen we honderd jaar gevoch
ten hebben.
Het liberalisme is zooals zooeven
reeds gezegd hier zelf schuld aan.
Door het vrijheidsbeginsel tot het
uiterste door te voeren heeft het de
vrijheid belachelijk gemaakt en doet
het de menschen verlangen naar
precies het tegenovergestelde... de
dwang. Maar de geschiedenis leert
ons, dat deze uiterste tegenstelling
het ook niet lang houden zal en
eindelijk weer tot rust zal komen
op den gulden middenweg. Maar zal
dit gaan zonder bloed en ellende 1
Laten we dit althans in Neder
land probeerea. Daar niet van vrij
naar gebonden en dan naar een ge
matigde vrijheid. Neen laten we die
tweede toestand liever aan anderen
overlaten en onze vrijheid op ver
standige wijze herzien.
Slot volgt.
KERNLEIDER.
krygen nog een kans.
Het aantal personen, dat bij aan
gifte van inkomen en vermogen de
fiscus misleidt, is grooter dan men
denkt. Wie belasting ontduikt, pleegt
een strafbaar feit. Hij stelt zich bloot
aan een strafvervolging. Het te wei
nig gehevene wordt met \erhooging
(de bekende viervoudige verhooging)
nagevorderd.
Wij hebben gevallen meegemaakt,
dat het belastingplichtigen duizenden
kostte. Tot op beden echter kon men
eigener beweging onjuiste aangiften
herzien. Men betaalde dan alleen bij
hetgeen over de laatste drie belas
tingjaren te weinig was gegeven. Een
strafvervolging werd door de belas
tingadministratie niet uitgelokt. De
viervoudige verhooging bleef achter
wege.
Blijkens een dezer dagen in de pers
sen gezonden, om de plaatselijke
overheid met het gebeurde op de
hoogte te stellen en te vragen om
afgevaardigden naar Hertogenrade
af te zenden, teneinde het verhoor
der gevangenen te leiden.
Fesienralh was overal, waar hij
zich maar even liet zien, het
voorwerp van een bijna angstige
eerbied en belangstelling. Men
noemde hem nu nog maar alleen
bij zijn waren naam.
Latere berichten van den luite
nant Muller meldden, dat hij nog
vier boeren had gevangen geno
men, die in het broek verdwaald
waren. Bovendien had hij tusschen
het kamp en Hertogenrade een
grooten, zwaren, pikzwarten bok
gevonden, die door een messteek
in het hart gedood was.
Men kan zich voorstellen met
welk een huiverige, schuwe be
langstelling de Hertogenraders
dezen bok omringden, toen hij op
een wagen de stad werd binnen
getrokken.
Eindelijk moest Festenrath er
wel toe overgaan met Bokelmann
ook over Kirchhoff te spreken
De goede rechter was door de
succesvolle onderneming van den
kapitein, door de misslagen, die
hij zelf begaan had en door het
wantrouwen, dat hij in de laatste
dagen tegenover den scherpzin-
nigen man aan den dag had ge-
legd, geheel en al in zijn schulp
gekropen en zoo mak als een lam
geworden.
verschecen mededeeling beeft de Mi
nister van Fioanciëa aan de Inspec
teurs der belastingen medegedeeld,
dat alle aanschrijvingen worden in
getrokken. waarbij'aan de Inspec
teurs werd opgedragen een tegemoet
komende houding aan te nemen te
genover personen, die de belasting
administratie met de door hen
begane ontduikingen van inkomsten-
en vermogensbelasting geheel uit
eigener beweging in kennis stellen
De Minister geeft echter belasting
ontduikers nog één kans. Hij, die
voor 1 Maart 1934 alsnog uit ge
heel eigener beweging aangifte doet
van verzwegen inkomen en vermogen,
wordt slechts enkelvoudig nagevor
derd. Hij krijgt dus geen verhooging.
Een strafvervolging wordt niet
uitgelokt.
Wij meenden goed te doen voren-
slaande ter kennis van de lezers te
brengen. Niet omdat wij vermoeden,
dat de belastingontduikers met name
onder de lezers zouden moeten wor
den gezocht.
De ervaring leerde ons echter, dat
vaak belasting ontdoken wordt door
hem van wien men zulks niet ver
moedt. Zou er slechts een lezer door
middel van dit artikel de toegesto
ken hand aangrijpen, dan zou on^e
moeite niet tevergeefs zijn geweest.
Mochten er onder de lezers zijn,
die inkomen en vermogen verzwijgen,
dan raden wij hen dringend, zeer
dringend zelfs, aan hun verhouding
tot de fiscus voor 1 Maart a.s. te
zuiveren.
Denk toch vooral niet, dat de
fiscus Uw ontduiking niet op het
spoor komt.
De controle van de zijde van de
belastingadministratie wordt hoe
langer hoe scherper.
Het is er nu heusch den tijd niet
om lang en breed te discusseeren
over de vraag, of de kans op ont
dekking al of niet groot is.
Herstel vóór 1 Maart a.s. Uw
fout.
Laat er geen gras over groeien.
Na 1 Maart a s. is de gelegen
heid Uw fout te herstellen onher
roepelijk voorbij.
Het is tijd om inlichtingen te
vragen.
G. MUSKENS, Venray.
Vergadering Henasten-
Associatie Venray, Ilorst,
Sevenum en Omstreken.
Zondag 28 Januari 1934 had in
het Patronaat te Castenray de jaar
vergadering plaats van genoemde
Associatie, onder leiding van den
Onder-Voorzitter, den Heer V. Pyls
te Venray.
Na opening der vergadering met
den Christelijken groet en een woord
van welkom aan de aanwezigen,
speciaal aan den ZeerEerw. Heer
Verheggen, Pastoor te Castenray,
herdacht Spreker in welgekozen en
pieëteitvolle bewoordingen den
overleden Voorzitter, den Heer Jan
Poels, wiens laatste werken gewijd
was aan de belangen der Associatie
en wel bijzonder om de moeilijk
heden uit den weg te ruimen in
verband met den invoer uit het
buitenland van den nieuwen bengst
Dompteur Delcourt. Spreker her
dacht den Heer Poels als den invoer
der van het Belgisch koudbloed type,
niet alleen voor Hengsten, maar ook
voor Merries en Veulens.
Als bijzonderheid deelde de Voor
zitter-mede, dat de pas aangekomen
hengst Dompteur Delcourt, waar
voor de Heer Poels zich zooveel
inspanning getroost heeft, nog nooit
verslagen is geweest en twee jaar
lang de reserve-kampioen is geweest
in België, wel een bewijs dat de
Hij dreigde uit zijn vel te sprin
gen, toen Festenrath hem rustig
den chirurg als hoofdman van de
bende noemde, boog zich daarna
onder den ontzettend zwaren last
van vermoedens en aanklachten,
die Festenrath opsomde en ween
de tenslotte over de slechtheid
van de menschen in het algemeen
en van Kirchhoff in 't bijzonder.
Met betrekking tot dezen laat-
sten werd besloten, bij wijze van
uitzondering een andere gedrags
lijn ie volgen, hem niet direct in
hechtenis te nemen, maar hem
streng te laten bewaken.
Nog had niemand der gevange
nen hem ais «meester" aangeduid
en waarschijnlijk wisten alleen
Carsten, Vliet en Til iets van dit
geheim.
Daar men kon verwachten, dat
hij in den loop van den dag een
bezoek zou brengen bij den rent
meester vandaag zou immers
zijn verloving plaats vinden 1
kwam men overeen, hem rustig
zijn gang te laten gaan en hem
twee begeleiders, een gerechtsdie
naar en Peter Joshem, mee te
geven; op dezen laatsten was Fes
tenrath absoluut gesteld, als den
eenigen vertrouwbaren man, dien
hij kende. Gedurende de afwezig
heid van Kirchhoff zou zijn wo
ning doorzocht worden, want
doordat hij tol nog toe zijn woning
nog niet had verlaten, kon hij
ook nog niets naar elders hebben
gebracht.
Heer Poels voor de Associatie het
beste* zocht en wist te verkrijgen.
De leden der Associatie zijn dan
ook grooten dank verschuldigd aan
hun overleden Voorzitter, en Spreker
durft dan ook verwachteD, dat allen
de H. Misssen zullen bijwonen, die
voor de zielerust van den Over
ledene zullen worden opgedragen te
Venray, Castenray, Horst en Seve
num.
Staan le de vergadering werden 5
Onze Vaders en Wees Gegroelen
gebid voor de Heer Poels, op wiens
graf namens de Associatie een prach
tige krans is neergelegd.
Hierna kwam in behandeling het
accountantsrapport van den Heer
Paulussen te Roermond, waaruit wij
opteekenen, dat de Associatie telt
192 ledeD, elk met een aandeel van
f 50.— De Associatie bezit 2 heng
sten. De opbrengst van den gestor
ven hengst Audacieu was f 5593.50
terwijl de aankoop van den nieuwen
hengst met onkosten bedroeg f 9000.
Aan de Boerenleenbank is de Asso
ciatie schuldig f 6000.
In 1933 werden 133 merries gedekt.
De dekgelden werden thans bepaald
voor Dompteur Delcourt f 50, en
Cavaliet f 15. De voergelden der
heogsten werden verhoogd met f 25,
wegens de prijsstijging der haver en
dus gebracht op f 650 per dier,- per
jaar. De gewone subsidie van f 25
voor de kerk van Castenray zal ook
thans verleend worden. Als Com
missie van Comptabiliteit werden
gekozen de beeren PubbeD, Merselo.
Hanssen, Ayen, Thielen, Meterik en
Haenen te Sevenum.
Uit respect voor den overleden
Voorzitter, werd op deze vergadering,
die zoo kort na diens overlijden ge
houden is, nog niet overgegaan tot
het kiezen van een nieuwen Voor
zitter.
Nadat bij de rondvraag enkele
huishoudelijke aangelegenheden be
handeld waren, sloot de Voorzitter
deze vergadering op de gewone
wijze.
Venray, Horst,
Sevenum eo.
Venray groeit nog,
Venray bloeit nog,
Trotseert d orkanen als een.eik
Hoe depressie ook moog' klauwen.
Hoe z'ook drukt op Limburgs gouwen,
Nooit kreunt Venray „ik bezwijk."
fa, zoo is het 1 maar dan klemt ook
ot middellijk de vraag, hoe 't toch
komt, dat deze associatie, gelegen
aan den rand van de Peel, in wel
standsgraad onbetwist de prima inter
paces is in de aanmerkelijk gedunde
rij der nationale zustervereenigingen.
Er zijn wel streken in ons vader
land, wier bodem beter geschikt is
voor 't kweeken van 't koudbloed-
paard.
Wij kennen associaties, wier leden
over 't algemeen beschikken over
evenveel kennis en ervaring.
Direct geven wij toe, dat er voor
zitters zijn, wier gedegen kennis,
ambitie en leiderstalenten overbekend
zijn.
Maar... deze gerenommeerde asso
ciatie heeft een voorzitter, mao van
hoog gezag, die door zijn liefde voor
zijn volk een onbeperkt vertrouwen
geniet en juist hierdoor een domi-
neerenden en beslissenden invloed
kan doen gelden. Zietdat is de
sleutel van 't geheim.
Om acht uur in den morgen
verliet de chirurg zijn woning.
De gerechtsdienaar Muller en
Peter Joshem volgden hem op
eenigen afstand.
Kirchhoff ging eerst, zooals
steeds, naar hel klooster. Daar
scheen hij blijkbaar van de nach
telijke gebeurtenissen gehoord te
hebben, want toen hij weer builen
kwam, vroeg hij aan Muller, of
dat alles wel waar zou zijn, in
het klooster hadden ze hem zulke
wonderlijke dingen verteld.
Muller naast hem voortloopende
vertelde hem, wat hij gehooid had
en dat in betrekking tot Festen-
ra tlTs deelnemen aan de ontdek
king groolendeels zonderling ge
noeg klonk.
.luist dit gedeelte scheen intus-
schen den chirurg het levendigst
te inleresseeren. Hij verwonderde
zich buitengewoon, hoe zeer die
kapitein zoo had kunnen huichelen
en merkte listig op,of men iemand
die zich zoo' lang voor een ander
had uitgegeven, wel onvoorwaar
delijk mocht vertrouwen.
Daarop gaf de gerechtsdienaar
Muller geen antwoord, omdat hij
er totaal niets op wist te zeggen
en Peter Joshem wierp slechts van
tijd tot lijd sombere zijdelingsche
blikken op den chirurg, alsof hij
wilde te kennen geven: Jou leer
ik nu pas goed kennenOverigens
deed Kirchoff, alsof hel tiem in 't
geheel niet hinderde, dat die bei
den voortdurend aan zijn zijde