Gemengde Berichten Openbare vergadering van dén Raad der gemeente Venray. Nu rt van den dam. Over een half jaar zijn er weer zondaars en zullen dezen zich dan niet beroepen op de nu toegestane verzachting, als zij de vol le boete moeten betalen. De statuten zijn er om nageleefd te worden. Bo vendien zullen eventueele latere rechtszaken, noodzakelijk onder zul ke toestanden moeten lijden.kSpreker is dan ook voor het handhaven der Statuten. (Applaus uit de vergade ring). De heer Steeghs zegt, dat het Be stuur het toezicht houdt op den gang van zaken, dat reeds veel werk me debrengt. Zou de controle nu er nog bij komen, dan werd het Dog erger. Bovendien is de salarisregeling nog onbekend. Om een verkoop-geval te kunnen beoordeelen. moet men z. i. weten: hoeveel varkens er verkocht zijn en voor welken prijs. De Voorzitter zegt. bet met den heer Steeghs niet eens te zijn, daar het onbekend zijn der salarisregeling geen rede is tot verkoop buiten de Vereeniging. De heer Reiotjes zegt. dat de salariskwestie nog niet be sproken is, doch al is het Bestuur geen controleur, haar taak is het ook niet de oogen dicht te knijpen? De heer J. v. d. Sterren verklaart zich accoord met Reintjes en verlangt ook de ongewijzigde handhaving der Statuten. Als het handgeklap bedaard is, wordt bij 2itten en opstaan over dit punt gestemd, waarbij blijkt dat deovergtoote meerderheid voor hand having der Statuten is. waarmede de Voorzitter de vergadering geluk- wenscht. De overtreders zullen dus worden aangeschreven tot betaling van f. 15 boete op verbeurte van hun lidmaatschap. Hij hoopt, dat in de toekomst de leden onderling zul len controleeren en overtredingen aan het Bestuur kenbaar maken. De heer J. Janssen Heide, stelt voor om V3n ieder varken, dat door de leden wordt aangebracht als onsta- tuair verkocht, t 1. uit te betalen aan den aanbrenger, v. Hout Scheide vraagt stemming. Daar niemand dit steunt, kan het niet in stemming ge bracht worden. Hierna zet de Voorzitter uitvoerig de salarisregeling uiteen, waarop uit de vergadering geen op of aan merkingen komen en welke dus wordt goedgekeurd. Bijzonder uitvoerig wordt thans de aangifte van te verkoopen varkens besproken. Er zijn 3 afnemers. De vrije handel, die den leden verboden de Centrale en de Vereeniging. Aan welke van de twee laatste geleverd moet worden, hangt af van de zwaardere. Het best werd geoor deeld eventueele aangifte te doen bij de zaakvoerders, die dan alles in het werk zullen stellen de afname zoo spoedig mogelijk te doen ge schieden. De Voorzitter stelt voor 2 nieuwe weegtoestellen aan te schaffen, daar het oude niet meer aan de eischen van den L.L.T.B. voldoet. Hiermede zijn circa f1400.— gemoeid. Op het oogenblik betaalt de Bond on geveer f 150.— aan weeggelden, terwijl bij het eigen bezit eener weegiarichting de Bond weeggelden ontvangt, die de onderhoudskosten der weeginricbting wel zullen dekken De heer Bistervels, Veltum. zou nog wat wachten met de aanschaffing nu het met de varkens niet zoo mooi gaat. De heer Jenniskens. Oostrum, vindt het voordeel voor den Bond be lachelijk, daar 2 bezitters eener weegbrug te Oostrum. die steeds tot aller tevredenheid gewogen hebben, ernstig in hun zaak benadeeld worden. Bij de gehouden stemming besloot men echter tot aauschaffing der weeginrichting. De Voorzitter deelt mede, dat voortaan de varkens volgens geslacht gewicht uitbetaald worden, terwijl ook de kwaliteit der geleverde varkens invloed zal hebben op den uit te betalen prijs. Op een vraag, wie de classificatie verricht, zegt de heer Loonen, dat deze verricht zal worden in 3 klas- sen ter plaatse der slachting. Bij de Centrale geschiedt de classificatie in 9 klassen, hetgeen voor den Bond echter ondoenlijk is. Iemand die zegt op de kleintjes te letten, merkt op, dat de Boeren leenbanken f 0,20 rekenen per uitbe taalde kwitanlie aan niet-leden der Bank. De heer G. Reijntjes zet ten deze het standpunt van het hoofd bestuur der Leenbaok uiteen en spoort dezulken aan lid der Leenbank te worden. Op verzoek van den Voorzitter neemt de heer R. Lemmens het woord en wijst de aanwezigen op de verscherpte controle van het Zuivelbureau in zake bet zelf be reiden van boter. Iedere karn ook een tuit, dienende tot karnen, zal moeten verzegeld worden. Tot nt toe is de tuit-karn oogluikend toe gelaten. De Zuivelcentrale gaat nu tot strengere controle over. Iedereen kan echter op aanvraag gratis ver gunning krijgen tot bereiding van boter voor eigen gebruik. Hij spoort daarom allen aan tot aanvrage der vergunning teneinde onaangenaamheden te voorkomen. De heer Houben Veulen, vraagt of de in den aanvang bedoelde zondaars weer als lid worden aange nomen. als ze nu hun boete niet betalen, waarop de Voorzitter zegt, dat de aannemingsvoorwaarden zwaarder zullen zijn, doch dat het standpunt van hef bestuur nog niet vaststaat in deze. De heer roels Merselo. meent gehoord te hebben, dat zoowel de Centrale als de Bond meer varkens hadden kunnen gebruiken als ze er maar geweest waren. In dit verband begrijpt hij de inkrimping niet. Of heeft de mindere voorraad gunstig gewerkt op den prijs. De heer Loonen zegt. dat dit een handelsverschijnsel is. als de vraag het aanbod overtreft, is de prijs stijgend. Niets meer aan de orde zijnde, •luit de Voorzitter deze geanimeerde vergadering met den Cbristelijken groet. ytoehjontj op geregelde tijden en neem zoo noodig des avonds een Foster's Maag pil. Gemakke lijk in te nemen en zacht werkend. 0.65 per flacon. Verzuim op werkverschaffin gen wegens kermis. De rijksinspecteur voor de werk verschaffing te Oss heeft aan de ge- meentebzsturen in zijn ressort mede gedeeld, dat er tot nu toe geen be zwaar werd gemaakt tegen het toe staan van één dag verzuim in de kermisweek aan de bij de werkver schaffingen tewerkgestelde arbeiders. Voor dien dag ontvingen zij dan geen loon. Namens den Minister van Sociale Zaken wordt thans medegedeeld, dat dezen een dergelijke regeling niet wenscht te bestendigen. Een tewerkgestelde een gesteun de dus dient het met zooveel moeite bijeengebrachte overheidsgeld niet te besteden op een kermis. Kan hij zich dit wel veroorloven en bo vendien één dag inkomsten missen, dan zou dit bewijzen, dat zijn inkom sten uit de werkverschaffing te hoog zijn. In verband hiermede heeft de Mi nister bepaald, dat de tewerkgestel de voortaan tijdens de kermisweek niet meer mogen verzuimen. Zij. die van de werkverschaffing wegblijven, moeten worden geschorst. Hun na men dienen aan den rijksinspecteur te worden opgegeven, opdat verdere maatregelen kunnen worden opgeno men voor de bepaling van den duur der uitsluiting door den Minister. De genezing van mej. Witteman. Eén der redacteuren van de „Res. Bode", die te Poeldijk van de terug komst van de j.l. Zondag te Beau- raing van blindheid genezene inwoon ster van Poeldijk, mej. Marie Witte man getuige is geweest, deelt over zijn indrukken en ervaringen o.a. het volgende mede. De moeder van het meisje vertel de hem dat het^met Kerstmis heel erg met Marie was geweest. Steeds had zij maar pijn in het hoofd vooral van het eene oog. hetwelk haar nog overbleef. Het linkeroog was namelijk reeds eerder verwijderd. Steeds drong de oogspecialist maar op aan ook het zieke oog langs operatieven weg te doen verwijderen, teneinde de patiënte van de ondraag lijke pijnen te doen afkomen. De moeder vertelde, dat men het steeds had tegengehouden en Marie bleef steeds, ondanks haar pijnen, maar vol goeden moed en vertrou wen op O. L. Vrouw. Op verzoek van den redacteur vertelde Marie Witteman nog eens van den gedenkwaardigen Zondag harer genezing. Driemaal heeft ze met onbegrensd vertrouwen smeekend aan de Moe der Gods gevraagd: „Heilige Maria van Beauraing. maak dat ik zleude mag worden, als 't me zalig is Omstreeks half twaalf was ze naar de plaats der verschijningen geweest. Ze haJ toen ontzettende pijnen, vooral in het hoofd. Haar zuster toen met een zakdoek naar den boom der verschijning gegaan en heeft,den doek, na hem aldaar te hebben aan gestreken, over haar hoofd gelegd. Toen heeft ze driemaal de boven vermelde aanroeping gedaan en daar op heeft haar plotselinge genezing plaats gehad. Zoodra het feit der genezing ter plaatse bekend werd, ontstond er een geweldige oploop. De enthousiaste menigte was niet meer te houden. Dokters kwamen met gekleurde zak doeken aandragen, teneinde zich per soonlijk van de genezing te overtui gen. Van enkele goede kennissen, die reeds vroeger met Marie Witteman ter bedevaart, o.a. naar Lourdes wa ren geweest, vernam het blad nog „hoe haar destijds, met het oog op haar ernstigen toestand, algemeen werd afgeraden, zich ter bedevaart te begeven. De voorzitter van den R.K. Vrou wen bond te Poeldijk deelde nog me de, dat het meisje door bemiddeling van genoemden Bond voor eenige jaren een cursus in Brailleschrift heeft gevolgd, doch dit wegens haar steeds achteruitgaanden toestand tenslotte moest opgeven. Een scheutje azijn gevoegd bij groenten, die in het water staan, doodt allerhande insecten. Gehouden op 18 Augustus 1933, nam. 5 uur. Voorzitter: de heer O. L. P. van de Loo, burgemeester. Secretaris de heer A. F. M. van Haaren. Afwezig de heer G. H. Houben. De Voorzitter opent de vergadering met gebed, waarna de notulen der vorige vergadering ongewijzigd worden vastgesteld. Dan is aan de orde vaststelling der rekening van het Algemeen Burgerlijk Armbestuur, dienst 1932, en vaststelling der begrooting van het Burgerlijk Armbestuur, dienst 1934. De Voorzitter leest het rapport der Commissie van onderzoek van bedoelde rekening en begrooting voor. en zegt, dat de rekening sluit met een totaal aan ontvangsten van f 9390.08s en een totaal aan uit gaven van f 9367.99, zoodat er een batig saldo is van f 22.09s; de be grooting sluit met een bedrag in ontvangsten en uitgaven van f 8450. De heer Millen vraagt, waarom deze stukken niet ter inzage zijn gelegd. De Voorzitter wijst er op, dat de rekening en begrooting de vorige vergadering bij de stukken hebben gelegen. Neen, zegt de heer Millen, de begrooting niet. Dan is ze er uit geraakt, zegt de Voorzitter. In elk geval zijn deze stukken thans door eene Commissie uit den Raad onderzocht en zal Spreker ze ten overvloede alsnog wel ter inzage leggen voor de leden. De heer van Boven verzoekt te zorgen, dat de stukken in het vervo'g te voren ter inzage liggen, dan komen er ook geen moeilijkheden of aanmerkingen. Hierna wordt algemeen goedgevonden de begrooting en rekening on gewijzigd goed te keuren, onder dankzegging aan de Commissie. Daarna is aan de orde voorloopige vaststelling vaD het bedrag der baten en lasten van den tak van dienst, het bedrijf der Gasfabriek. per 31 December 1932 overeenkomstig het bepaalde in artikel 265 der Gemeentewet, met rapport der Commissie. De Voorzitter zegt, dat deze rekening 6 Juli 1933 aan den Raad is overgelegd, daarna 14 dagen ter Secretarie voor een ieder ter lezing heeft gelegen en tegen betaling der kosten verkrijgbaar is gesteld. Waar aldös is voldaan aan de wettelijk voorgeschreven formaliteiten, kan de Raad overgaan tot voorloopige vaststelling. Spreker leest vervolgens het rapport van de in de vorige vergadering benoemde Raadscommissie van onderzoek der rekening voor, waaruit blijkt, dat de Commissie die rekening heeft onderzocht en zij deze met all: bescheiden tot staving der inkomsten en uitgaven geheel in orde en met elkaar strookend heeft bevonden, weshalve zij den Raad adviseert deze rekening voorloopig vast te stellen. De heer Millen wijst er op. dat ook dit rapport niet ter inzage lag, toen hij de stukken heeft ingezien. De heer Vermeulen zegt, ook de stukken te hebben ingezien, doch toen lag het erbij. Ook de heer van Haren vond het bij inzage der stukken hieronder aanwezig. De Voorzitter zegt zeker te weten, dat dit stuk ter inzage heeft ge legen, doch het is mogelijk, dat dit juist vóórdat de heer Millen kwam, een oogenblik is teruggenomen, omdat een Commissielid het nog moest teekenen. Hierna wordt het bedrag der baten en lasten van den tak van dienst het bedrijf der Gasfabriek per 31 December 1932 voorloopig vastgesteld op f 84117.74 in activa, met inbegrip vaneen uitkeering der gemeente groot f 1041 wegens verlies, en in passiva op f 84117.74. Vervolgens wordt behandeld het voorstel van B. en W. tot verdere verlaging der pacht van enkele verpachte gronden. De heer Millen wijst er op, dat er zooveel verschil in pacht bestaat. In den Testrik b.v. is grond verpacht voor f 18 en in het Venrayich Broek voor f 37, dat is toch geen verhouding. De Voorzitter wijst er op, dat de gronden in den Testrik voor langen termijn verpacht zijn in 1919 en toen nog woest lagen, terwijl de gron den in het Venraysch Broek bij de verpachting reeds ontgonnen waren. Wethouder Pubben zet deze kwestie nader uiteen en zegt. dat de kwaliteit der gronden, de tijd gedurende welke deze gronden reeds in cultuur zijn, en ook het al dan niet veraf gelegen zijn van invloed zijn op de pachtprijzen. Met al deze factoren hebben B. en W. echter bij hun voorstel rekening gehouden. Spreker meent dan ook, dat de pachten zoo naar billijkheid worden verlaagd en adviseert ten sterkste tot aan neming van het voorstel. Wat de pachten in het Venraysch Broek betreft, deze Ioopen dit jaar af en als dus de pachten te hoog zijn worden ze met 1 November vanzelf lager. De heer Stoot vraagt, boe laog die verlaging duurt, waarop de Voor zitter antwoordt, dat de pachtprijzen intact blijven en de verlaging slechts geldt voor het Ioopende pachtjaar. Het voorstel van B. en W. wordt hierna zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Dan is aan de orde voorstel van B. en W. tot onderhandsche ver pachting van circa 31 Aren in het Venraysch Broek, voor den tijd van 6 jaren aan Michiel Linders. De Voorzitter zegt dat dit perceel momenteel bij denzelfden landbouwer in pacht is voor een pachtprijs van f 18.50. De bedoeling is thans, hem dit perceel te verpachten voor een pachtprijs van f 14.80 per jaar voor den termijn, aanvang nemende met 1 November 1933 en eindigende met 31 October 1939. Wordt algemeen goedgevonden. Hierna wordt behandeld het voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening op het bouwen en de bewoning in de gemeente Venray. De Voorzitter zegt, dat in verband met de gewijzigde woningwet in alle gemeenten vóór 19 Augustus 1933 een nieuwe bouwverordening moet worden vastgesteld. Nu is hiervoor in Limburg en waarschijnlijk ook in de andere provincies een Commissie samengesteld van bij uitstek deskundigen, die een ontwerp heeft klaar gemaakt, dat in hoofdzaak wel in de meeste gemeenten zal worden aangenomen. Vervolgens leest de Voorzitter het rapport der Gezondheidscommissie voor, waaruit blijkt, dat deze verordening door geen aanleiding tot eenige bemerking heeft gegeven. Hier en daar hebben B. en W. een enkel puntje gewijzigd. Dit zullen de heeren, die elk een exemplaar van het ontwerp hebben ontvangen, wel hebben gezien. Mochten er later nog veranderingen op een of ander punt noodig zijn, dan wijst zich dat in de practijk vanzelf uitB. en W. zijn van oordeel, dat het een goede bouwverordening is. Spreker vraagt dan welke heeren opmerkingen hebben en deze te willen geven in de volgorde der artikelen. De heer Vermeulen vraagt, of al deze bepalingen ook van toepassing zijn op de bestaande woningen, zoo b.v. die omtrent hoeken. Neen. zegt de Voorzitter, bij hoofdstuk V beginnen eerst de voor schriften ten aanzien van alle voltooide werken. De heer van Haren vraagt, of ook deskundigen uit deze gemeente zijn gehoord. Anders zou Spreker de verordening alsnog willen stellen in handen eener Commissie van deskundigen en de beslissing nu aanhouden. De Voorzitter antwoordt, dat dit ontwerp door ter zake zeer des kundigen is samengesteld en er o a. ingenieurs aan hebben medegewerkt. Ook de Gemeente-Opzichter heeft bet ontwerp bestudeerd en daarna is het nog uitvoerig in de vergadering van B. en W. behandeld. Zou nu onverhoopt de Raad dit concept niet goedkeuren de heeren gelieven er aan te denken dat de verordening vóór 19 Augustus moet zijn vastgesteld en het dus heden de laatste dag is dan doen Ged. Staten het en natuurlijk zonder de hierin reeds door B. en W. aange brachte wijzigingen. Nu kan men wel zeggen, waarom zijn B. en W. dan zoo laat gekomen, doch dit is in vrijwel alle gemeenten zoo. Trouwens het concept was ook pas verschenen toen B. en W. het aan de Raadsleden toezonden De beer van Haren acht zich ter zake niet deskundig genoeg om aan dit voorstel zijn stem te geven. Juist, omdat niemand van ons allen deskundig genoeg is, is het ont werp ook door administratief en technisch deskundigen samengesteld, zegt de Voorzitter. Mocht in de toekomst nog een of andere wijziging noodig blijken, dan kan die later toch nog worden aangebracht. In de meeste gemeenten, die de verordening tot heden vaststelden, is het con cept ongeveer zonder wijzigingen aangenomen. De heer van Haren begrijpt niet, dat een bouwverordening voor de geheele provincie eensluidend kan zijn, immers wat in de eene gemeente niet past, kan in een andere wel passen en omgekeerd. De heer Vermeulen vreest toch moeilijkheden voor bestaande gebou wen. Zoo zal b.v. art. 93. 2e lid. waarin wordt voorgeschreven, dat alle privaten in onmiddellijke gemeenschap met de buitenlucht moeten staan, vaak lastig zijn voor oude huizen en zal art. 100, volgens hetwelk er geen daken mogen zijn, die wind of sneeuw doorlaten, practisch voor hulzen zonder beschoten dak onuitvoerbaar zijn. De Voorzitter meent, dat dit in de practijk wel mee zal vallen. Trou wens als verbeteringen aan woningen worden voorgeschreven, loopt dit altijd over de Gezondheidscommissie en de'ze doet dat zeer tactisch. Wethouder OdenhoveD vindt 15 M2 vloeroppervlakte voor minstens een woonvertrek, zooals artikel 19 voorschrijft, te groot. Tot nu toe was dit 12 M2 en dat is z.i. ook nu oog een voldoende en mooie kamer. De Voorzitter vindt ook voor de kleinere woningen en juist voor deze althans één vertrek van minstens 15 M2 hoogst noodig, vooral met het oog op de hygiëne. Juist de bewoners van kleinere woningen ver blijven meestal in één kamer, om slechts één kachel en één lamp te behoeven doen branden en daar is dus licht en lucht zeer gewenscht. Wethouder Odenhoven vindt dit alles goed en wel, maar zegt, dat door deze bepaling de bouwkosten veel hooger zullen worden. De Voorzitter meent, dat de bouwkosten niet vernoogd behoeven te worden, omdat de andere vertrekken toch in verhouding kleiner gemaakt kunnen worden. En afgezien hiervan, of men nu dat ééne vertrek 12 M2 of 15 M2 groot maakt, dat kan toch op de bouwkosten geen invloed van beteekenis hebben. De heer Odenhoven meent, dat de Voorzitter de bezwaren, de finan- cieele bezwaren vooral, onderschat. De heer van Boven vraagt, of wethouder Odenhoven niet kan zeggen, hoeveel de meerdere bouwkosten bedragen als de oppervlakte van 12 M2 op 15 M2 gebracht wordt. Zijn die meerkosten nu niet van be teekenis, dan voelt Spreker er veel voor de oppervlakte te brengen op 15 M2. immers, de arbeider de kleine man en daar gaat het toch in hoofdzaak over, heeft lang genoeg m te kleine vertrekjes gewoond, terwijl ook licht en lucht voor hem gewenscht zijn. Wethouder Odenhoven meent, dat het huis door een dergelijke be paling ongeveer 1 M. langer moet worden. De heer Geurts is van oordeel, dat een vertrek van 15 M2 voor niemand te groot is. Wethouder Odenhoven zou de oppervlakte dan gebracht willen zien op 14 M2. De heer Stoot zegt, dat de Gezondheidscommissie de ontwerp-ver ordening van 7 omliggende gemeenten om advies heeft gehad en geen enkele dezer gemeenten aan deze oppervlakte heeft getornd. Spreker acht het dan ook beslist noodig, deze oppervlakte van ten minste één vertrek te handhaven. Wethouder Odenhoven zegt, dat er den laatsten tijd toch tienlallen woningen gebouwd zijn met kleinere vertrekken. Als er 20 M2 gestaan had, had de Gezondheidscommissie het ook goed gevonden. Hieruit blijkt juist, zegt de Voorzitter, dat de verordening deskundig en met overleg is samengesteld en slechts het wenschelijke, otn niet te zeggen het noodzakelijke en voor iedereen bereikbare wordt verlangd. De heer van Haren vraagt, of de behandeling van dit concept met opzet tot heden is uitgesteld, omdat dit de laatste dag is en anders Ged. Staten de verordening vaststellen. Spreker vindt het zoo jammer, dat de Raad weer voor het feit staat: goedkeuren of afkeuren, en de tijd voor overleg met deskundigen ontbreekt. Ondanks zijn respect voor de bekwaamheid van den Gemeente-Opzichter, had hij toch ook gaarne eens andere deskundigen uit de gemeente gehoord. De Voorzitter herhaalt, dat de ontwerp verordening, die door ter zake zeer deskundigen is samengesteld Spreker leest de namenen kwaliteit der heeren samenstellers voor direct na ontvangst is behandeld door B. en W. met den Gemeente-opzichter en aan de heeren een exemplaar is toegezonden. Het overleg als door den heer van Haren bedoeld, had dus ook reeds kunnen plaats hebben. De heer Arts meent, dat er weinig insteekt of een kamer nu op 14 of 15 M2 wordt gebracht en zou daarom 15 M2 handhaven. Wethouder Odenhoven zegt zich hierbij te zullen neerleggen. Spreker meende hier echter op te moeten wijzen, omdat het z.i voor de praktijk moeilijk zal zijn. Artikel 19 wordt hierna overeenkomstig het concept vastgesteld, Wethouder Odenhoven vindt artikel 76 le lid sub a prachtig voor groote boerderijen, maar acht deze bepaling voor kleine boerderijtjes veel te bezwaarlijk en veel te duur. Als men ook in de kleinste keute rijtjes in de stallen de zoldering van brandvrij materiaal moet maken, jaagt men die menschen, die veelal uit kleine beurs bouwen, op even redig te groote kosten. De Voorzitter zegt. dat het moeilijk zou zijn om voor kleine boerde rijtjes ontheffing te verleenen. Waar is dan de grens De heer Jacobs vindt toch, dat de bepaling geweldig op de bouw kosten zal drukken, vooral zooals de heer Odenhoven heeft gezegd, op die van de kleine gebouwen. Dat er een zoldering komt, is goed. Spreker zou dit zelfs willen vastleggen. Wethouder Pubben zegt, ook bang te zijn, dat de bouwkosten hier door veel duurder zullen worden. Dat er een zoldering komt, vindt ook Spreker zeer goed. maar een brandvrije zoldering, dat gaat inderdaad wel erg ver. De heer Arts zou de menschen dan vrijlaten. Dat gaat niet, zegt de Voorzitter. De heer Jacobs vindt de bepaling sub c. dat de ramen eeD oppervlakte moeten hebben van ten minste 1/12 der vloeroppervlakte, in de praktijk onmogelijk, want daardoor worden de muren meestal te zeer verzwakt De heer Vermeulen vindt het bezwaarlijk, dat iemand verplicht kan worden aan te sluiten op het electrisch net. Ook de heer van Boven vindt deze bepaling te ver gaand. Wethouder Pubben zegt, dat, als een boer electrisch neemt, hij dit op de eerste plaats op den stal aanlegt. De Voorzitter wijst er voorts op, dat van al deze bepalingen ont- ffiog kan worden verleend. Wat sub C betreft, hebben B. en W geen bezwaar de minimum glasoppervlakte te brengen op 1/16 der vloer oppervlakte. Aldus wordt zonder hoofdelijke stemming besloten. De heer van Boven zegt, de verordening veel te moeilijk te vinden om deze zoo maar af te werken. Spreker heeft er geen bezwaar tegen om het ontwerp zooals dit thans gewijzigd is, heden zóó aan te nemen, maar zou dan een commissie willen benoemd zien. die direct met bet onderzoek begint en zoo mogelijk reeds de volgende vergadering met voorstellen tot wijziging komt, in zoover die noodig blijken. De heer van Haren is het hiermede eens. B. en W. hadden er te voren meer werk van moeten maken om deskundigen te hooren. Het gaat hier niet tegen wat het College gedaan heeft, doch tegen wat het College niet gedaan heeft. De heer Jacobs meent, dat, waar ieder lid het concept drie weken heeft thuis gehad, men voldoende tijd heeft gehad om zich deskundig te doen voorlichten. De Voorzitter wil nog opmerken, dat de verordening in bijna alle gemeenten tot heden vrijwel ongewijzigd is aangenomen. De heer van Boven meent, dat hier voor dit geval door den Voor zitter telkens andere gemeenten tot voorbeeld worden genomen, maar dat gebeurt toch in andere gevallen ook niet. Zoo b.v. hebben vele gemeenten een mooie steunregeling, terwijl Venray er nog steeds geen heeft. De Voorzitter verzoekt den heer van Boven, zich aan het aan de orde zijnd punt te houden. De heer Jacobs wijst op het bezwaar der luchtkokers voor het afvoeren van staldampen (sub g van artikel 76), waarmede Wethouder Pubben het eens is. De Voorzitter zegt, dat niet ieder mogelijk bezwaar moet worden aangedikt en wijst er verder op. dat nog steeds de mogelijkheid blijft van vrijstelling. Dit artikel wordt hierna ongewijzigd vastgesteld. Wethouder Odenhoven wijst dan op het bepaalde in artikel 69 2e lid dat elke stookplaats gelegenheid moet hebben tot afvoer van rook naar buiten door een afzonderlijk rookkanaal, en vind' dit erg bezwaarlijk. De Voorzitter zegt, dat dit artikel volgens de deskundigen in de praktijk tot geen bezwaren aanleiding geeft. Ook de heer Goumans acht deze bezwaren overdreven en zegt, dat hier met bijna geen kosten aan te voldoen is. De heer Vermeulen wijst dan op de art. 109 en 110. Spreker zegt, als lid der St. Vincentiusvereeniging Dog al eens hier en daar te komen doch constateert, dat bijna geen enkele dezer woningen aan de gestelde nieuwe eischen omtrent slaapgelegenheden voldoet. Op voorstel van den Voorzitter wordt algemeen goedgevonden eene bepaling toe te voegen, dat hiervan tijdelijk vrijstelling kan worden ver leend. De heer Vermeulen stelt dan voor de verordening maar in stemming te brengen. Spreker heeft zooveel bezwaren, dat hij zij a stem aan dit ontwerp niet kan geven. Wij kunnen dan eventueel later de wijzigingen onderhanden nemen. De heer Millen zegt, tegen te zullen stemmen, omdat te weinig des kundigen gehoord zijn. De heer Arts is het hiermede eens en zal ook tegen stemmen. Bij de hierna gehouden trekking blijkt, dat no. 8 getrokken is, zoo dat bij stemming in deze vergadering no. 8 der presentielijst, i.e. de heer Arts, het eerst zijn stem moet uitbrengen. Iq stemming gebracht wordt de verordening met 8 tegen 4 stemme] aangenomet Voor slieren Pubben, JadNelis: Tegen dlrts, N heeren vaavaa B wijderd. Vervolgeagebod beurs teveni idsbei Wordt Igevo: tarie ter in? Dan is aa>enoet van Toezi<jtbeids der Arbeidsvet Gemeentelijl jet A kering. De Voo Jat dit den. De door ngema 1. O. L Loo, 2. P. M Wei De heet >n ze terecht is H zeggen, da)r. Ni noeming enho ooi De Voor Dt ste Na de jkt, d O. L. P. j en i zoodat de 1 is be Vervolgei orde Burgerlijk Vegen Min. Hiervoor porgec Tot stemfcrden Stoot en De heer iaarni De Vooijdat bouwstand vertegenwi kleine landl De heer candidaat het kón dat tracht toege 9 hl aan jordt, luwer: een vorige j verzoek te i als men dep lid zijn. De Vooh| neemt, er geen rekenititwoo: De heer fccht I denken. De beer (kgt ni niet zal aaa|i ver stem uit te bet Na de stut, df 5 blanco w< de c. heer Min nfct de: Armbestuur. Dan word goe voortspruit i verl van geldeD, >r de in Nederlao ederl De heer rat te Vervolgei e ore van het aannte t< bewoond dier H In verbao punt eö gaat de jeheim Na herop verga goedgevond leelte arbeidsbeun lichte terwijl de tpor k B. en Wlcb vr te verhuren Wordt al edge Vervolge Vo< R. K. Kerk a St. schikbaarste oodi R. K. Jongis Ve Venray He£opi{ Worden isgev De heer infc dat er nog (mand De Voorsdat wenscht o;J>gen, water, dat] de bereid dienen. Hiervan irs ec De heer p ze$ Scboolstraai goe het dak zeaoosc spoedig mojeterc niet te vaebbe wordt voorferval dat ij d< De Vooi thuis beh< vestigen. De heer Telefoonpei antwipoor: er ook op tants Indertijd Btsta de levenssti loo ook veel zij. zo< de aanstellijoldij door of den Gemeentebehuu der Posterijpebo Waar hetjbez' hebben B. leraa tegen aanspor telefonist tolt, m overschredei Maar waiit re de heer Milj Omdat heet tl toch de looiVast( De heer fet m plaatsen. De Voort, al zonder veeliet eens afvragóal c Zeker zef At zou ook nirjd z Niets mee ore verlangendelVo Hfcerl seiouv vopali Nf ood Dm K< ns tepar S Wat op Raadplei van ,ieh M. HOEDtBF

Peel en Maas | 1933 | | pagina 8