Tweed© Blad van „PEEL MM MAAS"
Even nadenken,
als 't u blieft.
trvS^fgatrSaeug.
FEUILLETON.
De ondergang
der Bokruiters.
Cijfers over
levensgevaar.
Binnenland.
Zaterdag 22 Juli 1933
Vier "en vijftigste Jaargang No. 29
MALAISE.
Malaise in zaken overal.
Mijnheer sluit zijn kantoor zuch
tend en brommend
Alweer zooveel verlres in een
maand tijdsgeen orders komen
binnendag in dag uit pech.
vandaag. Zijn vrouw raakt
"'Maar mar. waarom moet je nu
zóó ie kwade bui luchten Kan ik
aan doen da. malaise .s
Voor den teelen avond rad
atmosfeer in de huiskamer kil. akelig
naarmalaise ia zaken.
Waarom ook malaise in huis
's Avonds acht uur.
De winkelier heeft gesloten.
Handen in de zak, met
naar de achterkamer. Op de
geurt en dampt de koffie.
„Man, inschenken 1
Neen, ik wil mets. n
„Hier heb je de krant.
Wat kan mij die krant schelen
Halt gekeerd, met den eenen arm
op tafel geleund zit hij. staroogend
nu en dan wat brommend.
„Zeg vent, wat ben je ongezellig,
wat scheelt je toch'
„Wat me scheelt!
Altijd maar malaise.
Verkoopen doe je bijna met -n
als je wat verkoopt, kan je t meest
neg in het schuldboek schrijven
Maar man. is dan die malaise
voor mij niet even erg als voor
'°Moet jij mij daarom afsnauwen?
Dit avonduurtje, vroeger het ge
zelligste van den heelen dag, is
alWMaïaiseI9i!id' den winkel, malaise
ook io huis.
Over den straatweg gaat een
werkman. Hij komt van de verga-
Loonsverlaging. daarover ging het
V3Hij'0moest het wel goedvinden, er
is malaise in de industrie.
Keert een uur later met een hoog
toode kleur zijn woning binnen.
„Dag vader."
Heldere kinderstemmen roepen he
^C^Wat. zijn die blagen nog niet
naar bed
„Vooruit, opgemarcheerd.
Schuw sluipen de kinderen weg_
Maar als ze straks slapen, kan
moeder toch niet nalaten te vragen
„Zeg wat mankeer je vanavond
„Waarom viel je zoo barsch uit
'a kijk maar eens lief bij zoo n
malaise - volgende week minder
loon -*■ 't is wat moois.
Maar man dat kunnen de kinde
ren toch niet helpen... Moeten die
stumperds dat nu ontgelden
De vrede verstoord - de avond
bedorven - 'n verbitterde man
een vertoornde vrouw hullende
k'Malffise op 't werkmalaise ook
Och' wat zou er op de wereld
minder malaise zijn. als de menschen
minder malaise maakten 1
tegenstellingen.
Het oog is de spiegel der ziel. de
refleks van een innerlijk leven naar
builen; het oog is het venster der
Een zonderlinge Historie.
Naar het Duitsch.
17
Toch schenen het gouden en
zilveren sieraden te zijn. Kirchhoff
hief een dier sieraden omhoog en
hield het tegen het licht. Het was
een armband. Zijn gezicht had
daarbij een merkwaardige, niet
alleen opmerkzame, doch bijna
een begeerige uitdrukking.
Festenrath werd door dezen aan
blik herinnerd aan een ouden
vrek of aan een dief, die de ge
stolen schatten monstert. In de
verschillende vakken der kast
stonden eenige buidels, waarschijn
lijk met geld gevuld.
Festenrath klopte nu met zijn
slok krachtig tegen het raam,
doch hield ondertusschen den
chirurg in het oog. Deze sprong
verschrikt overeind en richtte een
ontstelden blik naar het venster,
hij herstelde zich echter direct,
schoof de sieraden in de kast,
hief de klap omhoog en sloot de
kast, zonder zich aanvankelijk
verder om het kloppen te bekom
meren. Toen trok hij zijn jas uit,
ziel, waarlangs een groot stuk van
onze waarneming naar binnen gaat.
Nu is 't zeker waar dat het men-
schelijk oog nog immer die groote
taak als zielereflektor en ontvang
station der ziel blijft vervullen doch
velen hebben een verkeerd begrip
van de waarde der persoonlijkheid,
en waardeeren daarom „andere blik
ken," dan die eene reine, vleklooze
ziel reflekteert.
Er 2ijn schoonheidsmiddeltjes, die
maken dat de blik „kwijnend",
„smachtend" wordt; vaak zijn „groote
diepliggende" oogen gezochtoogen,
waar 't schoonheidsstift ran.ee weok-
brouwen overwelfde, oogen met een
donker tintje op de oogranden. Zoo
dra men zulke kunstmiddeltjes gaat
aanwenden, ligt 't gevaar zoo dicht
bij, dat men te weinig zorg besteedt
aan waarachtige zielskultuur. die toch
alléén maar geven kan de „waar
achtige schoonheid," die de mensch
als spiegelbeeld van Gods schoon
heid toekomt.
Zoodra de menschelijke schoon
heid gezocht wordt in groote oogen,
in smachtende kwijnende blikken, is
dit doorgaans een voorwendsel om
de armoede-der ziel-aan-echt-men-
schelijk-schoon te bedekken. Daarbij
komt dan ook dat de slanke lijn, de
bloote hals de bloote arm en 't ranke
been het hunne ertoe moeten bijdra
gen, om van den mensch iets moois
te maken wat niet baten zal, zoo
lang de schoonheid van den mensch
niet gezocht wordt in zieleadel, in
deugdvorming, die van binnen uit
door 't oog naar buiten straalt. Van
buitenuit Daar binnen, is de omge
keerde, de verkeerde richting en een
totale mislukking, zoo men alleen de
buitenzijde verzorgt.
V
MODE EN ZEDENMISDRIJVEN.
Het is den kenner van de men
schelijke natuur reeds bekend, dat er
tusschen de moderne schaamteiooze
kleeding en de veelvuldige zedenmis
drijven van onzen tijd een innig
verband bestaat.
De tentoonspreiding van het
vrouwelijk lichaam, hand aan hand
met de algemeene prikkeling van het
suxueele in literatuur, kuDst, theater,
cinema, reclamewezen enz... stuwt
de gedachten en begeerten van «een
groot deel der mannenwereld geheel
eenzijdig op 't geslachtelijk gebied
en schept een voortdurende sexueele
prikkelbaarheid, die naar ontlading
dringt.
Tengevolge van de geestelijk-
zedelijke gemoedstoestand bij enkelen,
eiDdigt dit vaak met zedenmisdrijven.
De ervaring der strafrechters be
vestigt dit
Zoo schreef reeds vóór den oor
log de officier van justitie te Dres
den, Dr. Hullffen over de oorzaken
der vele zedenmisdrijven in het
bizonder aan kinderen begaan „De
ervaring der practijk leert, de meeste
onzedelijke aanvallen op die jeugdige
meisjes gepleegd worden die geen
gesloten kleeding dragen. De onvol
doende kleediog prikkelt tot misdrij
ven en vergemakkelijkt deze.
Men zegt wel: De mannenwereld
heeft zich reeds lang gewend aan de
kleeding der vrouwen en wordt
daardoor door haar niet méér tot
zonde en misdrijf geprikkeld.
Waarvandaan komen dan die vele
zedenmisdrijven, waarvan de kranten
altijd weer opnieuw meldiDg maken
Het is toch bepaald geen toeval,
dat juist in de jaren van voortschrij
dende schaamteloosheid in de klee-
diDg, ook de zedenmisdrijven onheil
spellend toenamen.
Een Oostenrijksche statistiek toont
aan, dat van 1920—'25 het getal der
jaarlijksche ontuchtmisdrijven van
287 op 1287 (ongeveer van 300 tot
1300) steeg.
Komt deze schrikkelijke stijging
misschien daarvandaan dat de man
nen langzamerhand ongevoelig ge
worden zijn voor de uitstalling van
vrouwelijke bekoorlijkheid
Het ware te wenschen, dat onze
vrouwenwereld toch meer wilde be
denken, dat zij door haar kleeding
verwoestend werkt op haar om
geving.
Niet zelden is 'n reeks geheime
zonden het gevolg van de zich overal
aan den blik opdringende schaamte
loosheid.
Vele vrouwen en jonge meisjes
geven erge aanstoot tot zonde.
trok een slaaprok aan, opende de
deur van zijn slaapkamer en riep
vandaar uit: Ja, ja, ik kom al!
Wat is er aan de hand? Wie
is daar?
Festenrath daalde van den
sleenen trap af, !ging onder het
raam slaan en begon opnieuw te
hameren.
Ileb toch geduld klonk het
van binnen.
Toen gingen raam en luiken
open en het hoofd van den chirurg
vertoonde zich. Kirchhoff scheen
den kapitein niet dadelijk te her
kennen.
Ik ben het, koopman Meis
ner sprak Festenrath. Ik kom
in opdracht van de weduwe
Merlens, om u direct bij den
knaap te halen, die plotseling ziek
is geworden.
Wat, bent u het En onze
George is ziek Ik kom on
middellijk 1
Inderdaad ging er nauwelijks
een minuut voorbij, of Kirchhoff
verscheen reeds geheel gekleed
aan de deur.
Laten we snel gaan zeide
hij. Maar ik vergeet heelemaal
uw wond ondanks dat u nog
niet geheel hesteld bent, snelt u
naar mij toe! Dreigt er gevaar?
Ik vrees van ja, antwoordde
Festenra th.
Zoover ik het kan beoor-
deelen, is het een zeer hevige koorts
Ze gingen ondertusschen tamelijk
snel naast elkander voort.
Van de zeer interessante gegevens,
die Dr. Louis J. Dublins, voorzitter
van den gezondheidsdienst in de V. S.,
kort geleden publiceerde, volgen hier
enke'e. Zij betreffen het levens
gevaar in uiteenloopende gebieden
en onder verschillende omstandig
heden.
Het is gebleken en in ieder
afzonderlijk geval wordt men daar
opnieuw door getroffen dat het
levensgevaar toeneemt naar mate de
toestand, waarin men zich bevindt,
oogenschijnlijk minder hachelijk
wordt.
Wanneer iemand uit angst voor
zijn aardsch bestaan dag-in dag-uit
binnen de muren van zijn huis door
brengt, dan bereikt hij daarmee weiDig.
De statistiek heeft tenminste aange
toond, dat 33 1/3 pCt. van alle
levensgevaarlijke ongelukken niet
buitenshuis plaats hebben maar in de
binnenkamers der voorzichtige(?)
menschen. Dat dit percentage zoo
groot is, vloeit voort uit de zorge
loosheid, waarmee de burger zich
thuis beweegt.
Een man, die voor zichzelf een
schilderij ophangt, staat aan grootere
gevaren bloot, dan een arbeider, die
op duizelingwekkende hoogte een
wolkenkrabber bewerkt. Dit komt
doordat de eerste zich volkomen
veilig waant, terwijl de ander zich
bewust is van de twijfelachtige po
sitie waarin hij zich bevindt.
Om dezelfde rede is een piloot,
die 150 K.M. per uur vliegt veiliger
dan een motorrijder, die er met een
30 kilometergangetje vandoor gaat.
Een geoefend automobilist, die zich
op een goeden weg met een snel
heid van dertig K.M. voortbeweegt,
heeft meer kans te verongelukken,
dan een middelmatig chauffeur, die
op een slechten weg veertig rijdt.
Eerstgenoemde voelt zich n.l. als in
Abrahams schoot en bekommert zich
om niets; de tweede is echter voort
durend op zijn qui vive.
Hoe eenvoudiger de arbeidspres
tatie is, hoe onnauwkeuriger er wordt
gewerkt. De statistieken betreffende
de ongevallen in de V.S. tijdens het
daadwerkelijk uitoefenen van het
beroep, leeren ons, dat den uitmun
tenden employés eerder iets overkomt
dan den niet-uitblinkers.
De meeste beroepsongevallen in
Amerika voltrekken zich in het voor
jaar en worden veroorzaakt door
achteloos omspringen met landbouw
machines. De boerenknecht neemt
geen voorzorgsmaatregelen; hij meent
dat hij het bedrijf te goed kent om
veel omslag te hoeven maken.
Nummer twee op de onvermake
lijke ranglijst werden de fabrieksar
beiders.
Zij, die werkzaam zijn in het
bouwbedrijf, kwamen op de derde
plaats te staan. (Die letten reeds
meer op eigen en anderer veiligheid)
En geheel onderaan werden de
mijnwerkers en steenhouwers ver
meld, die volgens leeken 't grootste
risico loopen en hun hachje bij in
IJlt hij vroeg Kirchhoff
haastig.
Jawel. Hij spreekt over gees
ten, demonen.
Dat heb ik nu al zoo vaak
gezegd riep de chirurg heftig uit.
Daar vertellen die domme lui
den levendigen knaap sllerlei
spook- en geestengeschiedenissen,
die hij zoo graag hoort, en bren
gen hem daarmee het hoofd op
hol. Het is onverantwoordelijk. Ik
zal het niet meer dulden. Maar
daarvan kan hij toch niet zoo
ziek geworden zijn Hij kwam
mij vandaag wel wat opgewonden
voor, ik herinner mij
Op dit oogenblik werd hij door
een man in de rede gevallen, die
al vanuit de verte riep
Bent u het, mijnheer Kirch
hoff?
Dat schijnt warempel Tils
stem te zijn, zeide de chirurg.
Wat voert hem nu weer naar
mij toe Zou het ook bij hem
thuis niet in den haak wezen
Hij ging haastiger voorwaarts.
Het was inderdaad Til, die even
eens naar den chirurg wilde, om
dat zijn vrouw, de meid en de
beide kinderen zich ongesteld
voelden.
Nu, vooruit danriep de
chirurg. Dat is me nu toch
een eigenaardige geschiedenis.
Vrouw, meid, kinderen, en hier
deze heer roept mij bij George
Mertens, die ook heel ziek moet
zijn wat is er vanavond feitelijk
te schieten
Belangwekkend is ook hetgeen Dr
Dublius heeft te vertellen over het
verschil in onachtzaamheid tusschen
mannen en vrouwen.
Er verongelukken bij 't zwemmen
het roeien en het kanoën zesmaal
meer mannen dan vróuwen. Voorts
werd vastgesteld, dat iemand die in
November naar 't land trekt om te
jagen meer gevaar loopt, dan de
man, die een jaar in de Afrikaan -
sche wildernis doorbrengt.
De onderzoekingen toonden ver
der aan, dat in geen land ter wereld
de brooze mensch zoo van alle kan
ten bedreigd wordt als in de hoogst
moderne V.S. Op iedere honderd
duizend inwoners sterven er onge
veer tachtig tengevolge van onop
zettelijk veroorzaakte incidenten.
Dat is tweemaal zooveel als in
Denemarken, waar jaarlijks het aan
tal ongevallen met doodelijken afloop
niet meer dan 49 per 200.000 men
schen bedraagt. Hier zijn dan de
zelfmoorden nog bijgerekend.
De meeste ongelukken die bin
nenshuis plaats hadden, bestonden
in het struikelen over vloermatten,
het van de trap vallen, het uitglijden
in den gang en het van een ladder
tuimelen.
Twintig procent van het totaal
aantal was te wijten aan brand, 15
aan gas. Door dergelijke gebeurte
nissen sterven er in Amerika jaar
lijks meer menschen dan het land
tijdens den wereldoorlog aan het
front verloor.
De wetenschap tracht alles te doen
om deze angstinboezemende cijfers
kleiner te maken. Ze slaagde er b.v.
in het luchtverkeer in tien jaren 100
pCt. safer te doen zijn.
Ook de moderne bouwtechniek
vermag thans voldoende rekening te
houden met de publieke veiligheid.
In het Empire State Building, het
hoogste huis ter wereld, zijn liften
aangebracht, die zich sneller bewe
gen dan die van andere wolken
krabbers.
Dit gebouw heeft 85 verdiepingen
en 36 liften, die per minuut 360 M.
moeten afleggen. De oplossing van
het probleem gelukte, zoodat men in
her betreffende gebouw nu even
veilig is als in een ander.
We herinneren nog even aan de
vervolmaking van de vier wielrem-
men der auto's, die het den bestuur
der mojehjk maken tweemaal zoo
lang over een te nemen maatregel
na te denken als vroeger, daar zijn
wagen thans sneller tot staan kan
worden gebracht.
Meer kalkhoudend
voedsel.
Sedert het optreden van de school-
tandartsen weten wij dat er in de
steden in verhouding slechts weinig
kiuderen zijn, die een volkomen gaaf
gebit hebben. Uit dezen misstand
volgt dat breede volkslagén zich op
totaal foutieve wijze voeden. Of men
voedt zich met kalkarm voedsel, of
men gebruikt spijzen waaruit uit het
lichaam zooveel fosforzuur vrij wordt,
dat de kalkverbindingen in beende
ren, spieren, weefsels en tanden aan
wezig, opgelost worden. De weer
stand van het lichaam tegen ziekte
kiemen, in het bijzonder tegen tuber
culose, neemt daardoor af en ook de
geestelijke functies hebben daardoor
te lijden.
Men zou terecht kunnen opmerken
dat de nood der tijden voor 'n
slechte voeding en daarmee ook voor
'n kalkarme of kalkvernietigende
voeding aansprakelijk is. Maar on
danks deze gerechtvaardigde critiek,
blijft er een groot aantal menschen
over, die zoo goed gesitueerd zijn,
bij jelui op tafel geweest. Til
Witvisch, dokter, met peter
selie saus.
Lieve hemel, dan zal de meid
of je vrouw toch geen scheerling
hebben genomen riep de chirurg
verschrikt uit.
Zij stonden thans bij bet huis
van Til.
Ik moet hier een oogenblikje
binnen, sprak Kirchhoff. Gaat
u maar mee, mijnheer Meisner,
het zal toch op een minuut meer
of minder niet aankomen. Heb jij
dan niet van tafel meegegeten,
Til?
Neen Ik hou niet van wit
visch, antwoorde de man, dien
Festenrath, nu zij de kamer waren
binnengegaan, thans nauwkeuriger
beschouwde en in wien hij een
krachtigen man van middelbaren
leeftijd met een schrander, ja zelfs
sluw gezicht ontdekte.
Kirchhoff trad dadelijk het
slaapvertrek binnen, dat zich uaast
de slaapkamer bevond en waarvan
de deur openbleef. Hij hooide,
hoe de chirurg zijn vragen aan
de vrouw en de kinderen stelde.
Kirchhoff kwam al spoedig terug
God zij dank zei hij. Het is
niets ernstigs. In ieder geval is 't
scheerling geweest, die een kleine
vergiftiging ten gevolge heeft ge
had. Maar de hoeveelheid was
toch te gering. Laat je vrouw en
de meid zwarte koffie drinken,
Til, die heb je toch wel in huis?
Mooi en geef ock de kinderen er
dat zij zich zeer behoorlijk kunnen
voeden, maar die uit gemakzucht of
uit genots-overweging de voedings
middelen in een foutieve en niet op
een juiste voeding gerichte samen
stelling koopen. Brood, meel, aard
appelen, vleesch en vet zijn arm
aan kalk, daarentegen zijn melk, kaas,
eieren en in de eerste plaats alle
mogelijke soorten groenten rijk aan
kalk.
Vleesch en peulvruchten zijn niet
alleen arm aan kalk, zij zijn kalk
vernietigende voedingsmiddelen, daar
het lichaam er fosforzuur uit vrij
maakt, welk zuur de kalkzouten in
verschillende organen aanwezig, aan
grijpt.
Zoodra men echter tegelijk met
vleesch en peulvruchten kalkrijke
spijzen gebruikt, zooals b.v. salade,
dan is er van schadelijken invloed
van vleesch en peulvruchten geen
sprake meer. Het is dus raadzaam,
bij eiken maaltijd bladgroenten of
salade te gebruiken.
Het opnemen van groenten op het
menu heeft bovendien 't groote
voordeel, dat men zoodoende de
noodzakelijke aanvullende stoffen,
vitamines, verstrekt. Bij het ontbre
ken van vitamine D zoo is het
resultaat van de jongste onderzoe
kingen is het lichaam niet in
staat zelfs uit voldoende kalkhoudend
voedsel kalk op te nemen. Ook dit
vitamine D is in alle groenten aan
wezig.
dat de toeslagen over de producten
pas in Jan. of Febr. 1934 zullen
worden uitbetaald omdat de regee
ring een limiet van f 5.0C0.G00 heeft
gesteld en het in verband met deze
limiet waarschijnlijk geacht wordt,
dat eerst een overzicht van het jaar
1933 verkregen moet worden. Met
kracht en klem mag worden aange
drongen bij de regeering op zoo
spoedig mogelijke uirkeering. Het
moet mogelijk zijn reeds nu per
maand zekere uitkeeringen te ver
strekken aan de tuinders. De limiet
van f 5.000.000 late men los. De
hevige, ongekende noodtoestand
onder de tuiuders maakt het nood
zakelijk dat er vlug en goed gehol
pen wordt. Er is groote behoefte
aan contanten voor het aanschaffen
van de allernoodzakelijkste 'levens
behoeften.
Bij zulke toestanden kan geen lang
delibereeren baten. Hier zal men de
Regeering de gevraagde machtiging
tot steun en ordening, waar gesteund
en geordend moet worden, spoedig
moeten geven.
Nieuwe aardappelen
naar de vuilnisbelt.
Spoedige liulp gewenscht.
Omtrent de treurige toestanden in
de tuinbouwstreken vonden we dezer
dagen nog de volgende mededeelin-
gen in „Het Volksblad"
Wat sinds menschenheugenis
nimmer is geschied, gebeurt thans:
de vroege aardappelen zijn abso
luut onverkoopbaar en gaan bij
wagonladingen naar de vuilnisbelt.
Cijfers spreken duidelijke taal.
Aan de veiling „De Tuinbouw"
te Bovenkarspel, één van de groot
ste aardappelveilingen van ons land,
draaiden tot en met 4 Juli 100
spoorwagens aardappelen door. Een
miliioen KG. aardappelen moesten
vernietigd of voor veevoeder ver
kocht worden.
Deo 4e Juli 1933 werden in
Bovenkarspel 450.000 K G. en in
Hoogkarspel 390.000 K,G. aardap
pelen op de vuilnisbelt geworpen.
Bij de veilingen ziet men heuvels
van aardappelen waarvoor geen be
stemming te vinden was.
Vrijwel alle aangevoerde aardap
pelen worden door de regeering af
genomen voor niet meer dan f 0 75
per 100 K.G. om te worden ver
nietigd.
Hiervan moeten dan af de onkos
ten voor vervoer van het land naar
de veiling plus de veilingskassen
zoodat de tuinder f 0 50 per 100
K.G. ontvangt. Dit is op geen stuk
ken na voldoende om de landhuur
te voldoen. De opbrengst per roe is
pl.m. 17i/r cent, terwijl voor land
huur van de 25 tot 35 cent per roe
betaald moet worden. Zelfs de
kosten van het rooien kunnen van
dezen prijs niet betaald worden.
Reserve bezit bijna niemand meer,
terwijl het veelvuldig voorkomt dat
men meststoffen en alle andere
bedrijfs- en huishoudelijke benoodigd-
heden heeft aangeschaft op crediet.
Van betalen is geen sprake. Er
heerscht in de tuinbouwstreken onge
rustheid ten aanzien van de uitkee
ringen ingevolge de luinbouwsteun
wet. De gerechtvaardigde vrees is
wat van of frisch, zuiver, koud
bronwater, daartusschen door wat
water met azijn dat zal meer
dan voldoende zijn. Deeers'e tee
kenen van vergiftiging zijn al
\0 3rbij. Dat is me een jak van
het hart. Dan zal het met onze
George ook wel niet zoo slim ge
steld zijn. Gaat u mee, mijnheer
MeisnerGoeden nacht, Til, ik
ko u op den terugweg no,? wel
even aan. Maar dan zal het leed
wel geleden zijn.
Beiden verlieten Tils huis en
spoedden zich in den donkeren
nacht naar het huis van de weduwe
Mertens. Kirchhoff gaf nogmaals
als zijn meening te kennen, dat
George's ongesteldheid vermoede
lijk eveneens door het gebruik van
scheerling was ontstaan en datde
kwaal wel gauw genezen zou zijn.
Dat was echter geenszins het
geval. Toen zij beiden het vertrek
der weduwe binnentraden, zagen
zij de vrouw over hetbed gebogen
staan.
De knaap lag daar nog steeds
zwaar rochelend, met halfgebro
ken oogen, van tijd tot tijd hevig
schokkend.
Kirchhoff greep dadelijk zijn
hand en riep luid den naam van
den knaap. Geen antwoord. Het
rochelen eindigde in een zonder
linge, hartverscheurende doffe
kreet of zucht... het kléine hoofd
met de nu zoo wild verwarde lok
ken zonk weg in de kussens...
Kirchhoff liet nu de hand van
Ingekomen en vertrokken
personen
van 7 tot 14 Juli.
INGEKOMEN
A. F. H. Creemecs, zonder beroep
Merselo M 108 van Weert
A. L. Bexkens, z.b., Maasheesche
weg 13 van Boxmeer
M. Bies, dienstbode. Laagheidsche
weg 5 van Kevelaer
B. Coeleman, macechaussée Lang
straat 36 van Bergen
M. P. H. Rongen, dienstbode,
Oirlo F 11 van Maashees
J. Ch. van Rens, idem, Castenray
G 45 van Horst
M. J. H. van Deijnen, onderwijze
res, Overloonsche weg 2 van Horst
E. Lüke, kloosterzuster, idem, van
Ottersum.
VERTROKKEN
A. G Masker, verpleegster, naar
Wildevank
Th. A. G. Hendriks, dienstbode,
naar Vierlingsbeek
J. v. d. Sommen (wed. Hendiiksen)
naar Maashees Holthees B 88a
P. P. H. Rambags, eiercontroleur,
naar Venlo Schoolweg 96
J. Th. Josten, dienstbode, naar
Bergen D 4
A. M. Manders, idem, n. Heerlen
De S.D.-wethouders in Am
sterdam treden af. Katholieke
democraten concenteeren zich
de O. S. P. in ontbinding
Duitsche Nazi-propagandisten
worden uitgezet. Minister
Marchant krijgt het moeilijk met
zijn Onderwijswetten. De
ontvangsten der Spoorwegen
blijven dalen. Arnhem viert
haar zevende eeuwfeest. Ook
Zandvoort gokt.
De Amsterdamscbe Federatie der
S.D.A.P. heeft thans besloten, dat
de aanneming der loonsverlagiDgs-
voorsteUen in den raad, voor de
socialistische wethouders motief be
hoort te wezen om af te treden.
Verklaard wordt, dat katholieken
en vrijz. democraten, door te stem
men voor de bedoelde loonsverlaging,
de overeenkomst zouden hebben ge
schonden, welke bij de vorming der
huidige werkmeerderheid in den raad,
zou zijn gesloten. De twee beschul
digde partijen wijzen dat echur met
nadruk van de hand. Ia de bedoelde
overeenkomst, zoo zeggen zij, is
den knaap los en bedekte zijn ge
laat met de handen. Toen ging
hij als vernietigd op een stoel
zitten.
Moeder Mertens staarde nog
maar steeds naar het gezicht van
haar jongen, dat steeds bleeker en
valer werd.
Zij boog zich dieper over hem
heen, scheen naar zijn ademha
ling te willen luisteren en.... zij
hoorde niets....
Festenrath had den dood al te
vaak op het slagveld en op het
ziekbed aanschouwd, om niet te
weten, dal hij ook hier zijn hand
had uitgestrekt en dat de levens
lustige, vriende'ijke knaap dtn
laatsten adem had uitgeblazen.
Ook liet het gediag van den
dokter geen verderen twijfel over,
Kirchhoff moest weten, dat er hier
niet meer te helpen viel.
Sprakeloos, als verdoofd stond
de kapitein daar in het doodsver-
trek. Hoe dikwijls waren zijn
makkers rondom hem gevallen op
het slagveld, maar daar bulderden
de kanonnen, floten de kogels,
hinnikten de paarden overwin
ning of dood was het daar en de
dood was dus niets onverwachts,
nietsvreeselijks. Maarte bedenken
dat de vroolijke knaap des mid
dags nog zoo uitgelaten met hem
had gelachen en nu te weten, dat
een moeder haar eenig geluk,
haar eenige hoop had verloren,
dat voelde hij als een schrijnende
pijn en vervulde hem bijna met
een soort wrok tegen de Voorzie
nigheid.
Wordt vervolgd.