Tweed© Blad van „PEEL MM MAAS" Even nadenken, als 't u blieft. trvS^fgatrSaeug. FEUILLETON. De ondergang der Bokruiters. Cijfers over levensgevaar. Binnenland. Zaterdag 22 Juli 1933 Vier "en vijftigste Jaargang No. 29 MALAISE. Malaise in zaken overal. Mijnheer sluit zijn kantoor zuch tend en brommend Alweer zooveel verlres in een maand tijdsgeen orders komen binnendag in dag uit pech. vandaag. Zijn vrouw raakt "'Maar mar. waarom moet je nu zóó ie kwade bui luchten Kan ik aan doen da. malaise .s Voor den teelen avond rad atmosfeer in de huiskamer kil. akelig naarmalaise ia zaken. Waarom ook malaise in huis 's Avonds acht uur. De winkelier heeft gesloten. Handen in de zak, met naar de achterkamer. Op de geurt en dampt de koffie. „Man, inschenken 1 Neen, ik wil mets. n „Hier heb je de krant. Wat kan mij die krant schelen Halt gekeerd, met den eenen arm op tafel geleund zit hij. staroogend nu en dan wat brommend. „Zeg vent, wat ben je ongezellig, wat scheelt je toch' „Wat me scheelt! Altijd maar malaise. Verkoopen doe je bijna met -n als je wat verkoopt, kan je t meest neg in het schuldboek schrijven Maar man. is dan die malaise voor mij niet even erg als voor '°Moet jij mij daarom afsnauwen? Dit avonduurtje, vroeger het ge zelligste van den heelen dag, is alWMaïaiseI9i!id' den winkel, malaise ook io huis. Over den straatweg gaat een werkman. Hij komt van de verga- Loonsverlaging. daarover ging het V3Hij'0moest het wel goedvinden, er is malaise in de industrie. Keert een uur later met een hoog toode kleur zijn woning binnen. „Dag vader." Heldere kinderstemmen roepen he ^C^Wat. zijn die blagen nog niet naar bed „Vooruit, opgemarcheerd. Schuw sluipen de kinderen weg_ Maar als ze straks slapen, kan moeder toch niet nalaten te vragen „Zeg wat mankeer je vanavond „Waarom viel je zoo barsch uit 'a kijk maar eens lief bij zoo n malaise - volgende week minder loon -*■ 't is wat moois. Maar man dat kunnen de kinde ren toch niet helpen... Moeten die stumperds dat nu ontgelden De vrede verstoord - de avond bedorven - 'n verbitterde man een vertoornde vrouw hullende k'Malffise op 't werkmalaise ook Och' wat zou er op de wereld minder malaise zijn. als de menschen minder malaise maakten 1 tegenstellingen. Het oog is de spiegel der ziel. de refleks van een innerlijk leven naar builen; het oog is het venster der Een zonderlinge Historie. Naar het Duitsch. 17 Toch schenen het gouden en zilveren sieraden te zijn. Kirchhoff hief een dier sieraden omhoog en hield het tegen het licht. Het was een armband. Zijn gezicht had daarbij een merkwaardige, niet alleen opmerkzame, doch bijna een begeerige uitdrukking. Festenrath werd door dezen aan blik herinnerd aan een ouden vrek of aan een dief, die de ge stolen schatten monstert. In de verschillende vakken der kast stonden eenige buidels, waarschijn lijk met geld gevuld. Festenrath klopte nu met zijn slok krachtig tegen het raam, doch hield ondertusschen den chirurg in het oog. Deze sprong verschrikt overeind en richtte een ontstelden blik naar het venster, hij herstelde zich echter direct, schoof de sieraden in de kast, hief de klap omhoog en sloot de kast, zonder zich aanvankelijk verder om het kloppen te bekom meren. Toen trok hij zijn jas uit, ziel, waarlangs een groot stuk van onze waarneming naar binnen gaat. Nu is 't zeker waar dat het men- schelijk oog nog immer die groote taak als zielereflektor en ontvang station der ziel blijft vervullen doch velen hebben een verkeerd begrip van de waarde der persoonlijkheid, en waardeeren daarom „andere blik ken," dan die eene reine, vleklooze ziel reflekteert. Er 2ijn schoonheidsmiddeltjes, die maken dat de blik „kwijnend", „smachtend" wordt; vaak zijn „groote diepliggende" oogen gezochtoogen, waar 't schoonheidsstift ran.ee weok- brouwen overwelfde, oogen met een donker tintje op de oogranden. Zoo dra men zulke kunstmiddeltjes gaat aanwenden, ligt 't gevaar zoo dicht bij, dat men te weinig zorg besteedt aan waarachtige zielskultuur. die toch alléén maar geven kan de „waar achtige schoonheid," die de mensch als spiegelbeeld van Gods schoon heid toekomt. Zoodra de menschelijke schoon heid gezocht wordt in groote oogen, in smachtende kwijnende blikken, is dit doorgaans een voorwendsel om de armoede-der ziel-aan-echt-men- schelijk-schoon te bedekken. Daarbij komt dan ook dat de slanke lijn, de bloote hals de bloote arm en 't ranke been het hunne ertoe moeten bijdra gen, om van den mensch iets moois te maken wat niet baten zal, zoo lang de schoonheid van den mensch niet gezocht wordt in zieleadel, in deugdvorming, die van binnen uit door 't oog naar buiten straalt. Van buitenuit Daar binnen, is de omge keerde, de verkeerde richting en een totale mislukking, zoo men alleen de buitenzijde verzorgt. V MODE EN ZEDENMISDRIJVEN. Het is den kenner van de men schelijke natuur reeds bekend, dat er tusschen de moderne schaamteiooze kleeding en de veelvuldige zedenmis drijven van onzen tijd een innig verband bestaat. De tentoonspreiding van het vrouwelijk lichaam, hand aan hand met de algemeene prikkeling van het suxueele in literatuur, kuDst, theater, cinema, reclamewezen enz... stuwt de gedachten en begeerten van «een groot deel der mannenwereld geheel eenzijdig op 't geslachtelijk gebied en schept een voortdurende sexueele prikkelbaarheid, die naar ontlading dringt. Tengevolge van de geestelijk- zedelijke gemoedstoestand bij enkelen, eiDdigt dit vaak met zedenmisdrijven. De ervaring der strafrechters be vestigt dit Zoo schreef reeds vóór den oor log de officier van justitie te Dres den, Dr. Hullffen over de oorzaken der vele zedenmisdrijven in het bizonder aan kinderen begaan „De ervaring der practijk leert, de meeste onzedelijke aanvallen op die jeugdige meisjes gepleegd worden die geen gesloten kleeding dragen. De onvol doende kleediog prikkelt tot misdrij ven en vergemakkelijkt deze. Men zegt wel: De mannenwereld heeft zich reeds lang gewend aan de kleeding der vrouwen en wordt daardoor door haar niet méér tot zonde en misdrijf geprikkeld. Waarvandaan komen dan die vele zedenmisdrijven, waarvan de kranten altijd weer opnieuw meldiDg maken Het is toch bepaald geen toeval, dat juist in de jaren van voortschrij dende schaamteloosheid in de klee- diDg, ook de zedenmisdrijven onheil spellend toenamen. Een Oostenrijksche statistiek toont aan, dat van 1920—'25 het getal der jaarlijksche ontuchtmisdrijven van 287 op 1287 (ongeveer van 300 tot 1300) steeg. Komt deze schrikkelijke stijging misschien daarvandaan dat de man nen langzamerhand ongevoelig ge worden zijn voor de uitstalling van vrouwelijke bekoorlijkheid Het ware te wenschen, dat onze vrouwenwereld toch meer wilde be denken, dat zij door haar kleeding verwoestend werkt op haar om geving. Niet zelden is 'n reeks geheime zonden het gevolg van de zich overal aan den blik opdringende schaamte loosheid. Vele vrouwen en jonge meisjes geven erge aanstoot tot zonde. trok een slaaprok aan, opende de deur van zijn slaapkamer en riep vandaar uit: Ja, ja, ik kom al! Wat is er aan de hand? Wie is daar? Festenrath daalde van den sleenen trap af, !ging onder het raam slaan en begon opnieuw te hameren. Ileb toch geduld klonk het van binnen. Toen gingen raam en luiken open en het hoofd van den chirurg vertoonde zich. Kirchhoff scheen den kapitein niet dadelijk te her kennen. Ik ben het, koopman Meis ner sprak Festenrath. Ik kom in opdracht van de weduwe Merlens, om u direct bij den knaap te halen, die plotseling ziek is geworden. Wat, bent u het En onze George is ziek Ik kom on middellijk 1 Inderdaad ging er nauwelijks een minuut voorbij, of Kirchhoff verscheen reeds geheel gekleed aan de deur. Laten we snel gaan zeide hij. Maar ik vergeet heelemaal uw wond ondanks dat u nog niet geheel hesteld bent, snelt u naar mij toe! Dreigt er gevaar? Ik vrees van ja, antwoordde Festenra th. Zoover ik het kan beoor- deelen, is het een zeer hevige koorts Ze gingen ondertusschen tamelijk snel naast elkander voort. Van de zeer interessante gegevens, die Dr. Louis J. Dublins, voorzitter van den gezondheidsdienst in de V. S., kort geleden publiceerde, volgen hier enke'e. Zij betreffen het levens gevaar in uiteenloopende gebieden en onder verschillende omstandig heden. Het is gebleken en in ieder afzonderlijk geval wordt men daar opnieuw door getroffen dat het levensgevaar toeneemt naar mate de toestand, waarin men zich bevindt, oogenschijnlijk minder hachelijk wordt. Wanneer iemand uit angst voor zijn aardsch bestaan dag-in dag-uit binnen de muren van zijn huis door brengt, dan bereikt hij daarmee weiDig. De statistiek heeft tenminste aange toond, dat 33 1/3 pCt. van alle levensgevaarlijke ongelukken niet buitenshuis plaats hebben maar in de binnenkamers der voorzichtige(?) menschen. Dat dit percentage zoo groot is, vloeit voort uit de zorge loosheid, waarmee de burger zich thuis beweegt. Een man, die voor zichzelf een schilderij ophangt, staat aan grootere gevaren bloot, dan een arbeider, die op duizelingwekkende hoogte een wolkenkrabber bewerkt. Dit komt doordat de eerste zich volkomen veilig waant, terwijl de ander zich bewust is van de twijfelachtige po sitie waarin hij zich bevindt. Om dezelfde rede is een piloot, die 150 K.M. per uur vliegt veiliger dan een motorrijder, die er met een 30 kilometergangetje vandoor gaat. Een geoefend automobilist, die zich op een goeden weg met een snel heid van dertig K.M. voortbeweegt, heeft meer kans te verongelukken, dan een middelmatig chauffeur, die op een slechten weg veertig rijdt. Eerstgenoemde voelt zich n.l. als in Abrahams schoot en bekommert zich om niets; de tweede is echter voort durend op zijn qui vive. Hoe eenvoudiger de arbeidspres tatie is, hoe onnauwkeuriger er wordt gewerkt. De statistieken betreffende de ongevallen in de V.S. tijdens het daadwerkelijk uitoefenen van het beroep, leeren ons, dat den uitmun tenden employés eerder iets overkomt dan den niet-uitblinkers. De meeste beroepsongevallen in Amerika voltrekken zich in het voor jaar en worden veroorzaakt door achteloos omspringen met landbouw machines. De boerenknecht neemt geen voorzorgsmaatregelen; hij meent dat hij het bedrijf te goed kent om veel omslag te hoeven maken. Nummer twee op de onvermake lijke ranglijst werden de fabrieksar beiders. Zij, die werkzaam zijn in het bouwbedrijf, kwamen op de derde plaats te staan. (Die letten reeds meer op eigen en anderer veiligheid) En geheel onderaan werden de mijnwerkers en steenhouwers ver meld, die volgens leeken 't grootste risico loopen en hun hachje bij in IJlt hij vroeg Kirchhoff haastig. Jawel. Hij spreekt over gees ten, demonen. Dat heb ik nu al zoo vaak gezegd riep de chirurg heftig uit. Daar vertellen die domme lui den levendigen knaap sllerlei spook- en geestengeschiedenissen, die hij zoo graag hoort, en bren gen hem daarmee het hoofd op hol. Het is onverantwoordelijk. Ik zal het niet meer dulden. Maar daarvan kan hij toch niet zoo ziek geworden zijn Hij kwam mij vandaag wel wat opgewonden voor, ik herinner mij Op dit oogenblik werd hij door een man in de rede gevallen, die al vanuit de verte riep Bent u het, mijnheer Kirch hoff? Dat schijnt warempel Tils stem te zijn, zeide de chirurg. Wat voert hem nu weer naar mij toe Zou het ook bij hem thuis niet in den haak wezen Hij ging haastiger voorwaarts. Het was inderdaad Til, die even eens naar den chirurg wilde, om dat zijn vrouw, de meid en de beide kinderen zich ongesteld voelden. Nu, vooruit danriep de chirurg. Dat is me nu toch een eigenaardige geschiedenis. Vrouw, meid, kinderen, en hier deze heer roept mij bij George Mertens, die ook heel ziek moet zijn wat is er vanavond feitelijk te schieten Belangwekkend is ook hetgeen Dr Dublius heeft te vertellen over het verschil in onachtzaamheid tusschen mannen en vrouwen. Er verongelukken bij 't zwemmen het roeien en het kanoën zesmaal meer mannen dan vróuwen. Voorts werd vastgesteld, dat iemand die in November naar 't land trekt om te jagen meer gevaar loopt, dan de man, die een jaar in de Afrikaan - sche wildernis doorbrengt. De onderzoekingen toonden ver der aan, dat in geen land ter wereld de brooze mensch zoo van alle kan ten bedreigd wordt als in de hoogst moderne V.S. Op iedere honderd duizend inwoners sterven er onge veer tachtig tengevolge van onop zettelijk veroorzaakte incidenten. Dat is tweemaal zooveel als in Denemarken, waar jaarlijks het aan tal ongevallen met doodelijken afloop niet meer dan 49 per 200.000 men schen bedraagt. Hier zijn dan de zelfmoorden nog bijgerekend. De meeste ongelukken die bin nenshuis plaats hadden, bestonden in het struikelen over vloermatten, het van de trap vallen, het uitglijden in den gang en het van een ladder tuimelen. Twintig procent van het totaal aantal was te wijten aan brand, 15 aan gas. Door dergelijke gebeurte nissen sterven er in Amerika jaar lijks meer menschen dan het land tijdens den wereldoorlog aan het front verloor. De wetenschap tracht alles te doen om deze angstinboezemende cijfers kleiner te maken. Ze slaagde er b.v. in het luchtverkeer in tien jaren 100 pCt. safer te doen zijn. Ook de moderne bouwtechniek vermag thans voldoende rekening te houden met de publieke veiligheid. In het Empire State Building, het hoogste huis ter wereld, zijn liften aangebracht, die zich sneller bewe gen dan die van andere wolken krabbers. Dit gebouw heeft 85 verdiepingen en 36 liften, die per minuut 360 M. moeten afleggen. De oplossing van het probleem gelukte, zoodat men in her betreffende gebouw nu even veilig is als in een ander. We herinneren nog even aan de vervolmaking van de vier wielrem- men der auto's, die het den bestuur der mojehjk maken tweemaal zoo lang over een te nemen maatregel na te denken als vroeger, daar zijn wagen thans sneller tot staan kan worden gebracht. Meer kalkhoudend voedsel. Sedert het optreden van de school- tandartsen weten wij dat er in de steden in verhouding slechts weinig kiuderen zijn, die een volkomen gaaf gebit hebben. Uit dezen misstand volgt dat breede volkslagén zich op totaal foutieve wijze voeden. Of men voedt zich met kalkarm voedsel, of men gebruikt spijzen waaruit uit het lichaam zooveel fosforzuur vrij wordt, dat de kalkverbindingen in beende ren, spieren, weefsels en tanden aan wezig, opgelost worden. De weer stand van het lichaam tegen ziekte kiemen, in het bijzonder tegen tuber culose, neemt daardoor af en ook de geestelijke functies hebben daardoor te lijden. Men zou terecht kunnen opmerken dat de nood der tijden voor 'n slechte voeding en daarmee ook voor 'n kalkarme of kalkvernietigende voeding aansprakelijk is. Maar on danks deze gerechtvaardigde critiek, blijft er een groot aantal menschen over, die zoo goed gesitueerd zijn, bij jelui op tafel geweest. Til Witvisch, dokter, met peter selie saus. Lieve hemel, dan zal de meid of je vrouw toch geen scheerling hebben genomen riep de chirurg verschrikt uit. Zij stonden thans bij bet huis van Til. Ik moet hier een oogenblikje binnen, sprak Kirchhoff. Gaat u maar mee, mijnheer Meisner, het zal toch op een minuut meer of minder niet aankomen. Heb jij dan niet van tafel meegegeten, Til? Neen Ik hou niet van wit visch, antwoorde de man, dien Festenrath, nu zij de kamer waren binnengegaan, thans nauwkeuriger beschouwde en in wien hij een krachtigen man van middelbaren leeftijd met een schrander, ja zelfs sluw gezicht ontdekte. Kirchhoff trad dadelijk het slaapvertrek binnen, dat zich uaast de slaapkamer bevond en waarvan de deur openbleef. Hij hooide, hoe de chirurg zijn vragen aan de vrouw en de kinderen stelde. Kirchhoff kwam al spoedig terug God zij dank zei hij. Het is niets ernstigs. In ieder geval is 't scheerling geweest, die een kleine vergiftiging ten gevolge heeft ge had. Maar de hoeveelheid was toch te gering. Laat je vrouw en de meid zwarte koffie drinken, Til, die heb je toch wel in huis? Mooi en geef ock de kinderen er dat zij zich zeer behoorlijk kunnen voeden, maar die uit gemakzucht of uit genots-overweging de voedings middelen in een foutieve en niet op een juiste voeding gerichte samen stelling koopen. Brood, meel, aard appelen, vleesch en vet zijn arm aan kalk, daarentegen zijn melk, kaas, eieren en in de eerste plaats alle mogelijke soorten groenten rijk aan kalk. Vleesch en peulvruchten zijn niet alleen arm aan kalk, zij zijn kalk vernietigende voedingsmiddelen, daar het lichaam er fosforzuur uit vrij maakt, welk zuur de kalkzouten in verschillende organen aanwezig, aan grijpt. Zoodra men echter tegelijk met vleesch en peulvruchten kalkrijke spijzen gebruikt, zooals b.v. salade, dan is er van schadelijken invloed van vleesch en peulvruchten geen sprake meer. Het is dus raadzaam, bij eiken maaltijd bladgroenten of salade te gebruiken. Het opnemen van groenten op het menu heeft bovendien 't groote voordeel, dat men zoodoende de noodzakelijke aanvullende stoffen, vitamines, verstrekt. Bij het ontbre ken van vitamine D zoo is het resultaat van de jongste onderzoe kingen is het lichaam niet in staat zelfs uit voldoende kalkhoudend voedsel kalk op te nemen. Ook dit vitamine D is in alle groenten aan wezig. dat de toeslagen over de producten pas in Jan. of Febr. 1934 zullen worden uitbetaald omdat de regee ring een limiet van f 5.0C0.G00 heeft gesteld en het in verband met deze limiet waarschijnlijk geacht wordt, dat eerst een overzicht van het jaar 1933 verkregen moet worden. Met kracht en klem mag worden aange drongen bij de regeering op zoo spoedig mogelijke uirkeering. Het moet mogelijk zijn reeds nu per maand zekere uitkeeringen te ver strekken aan de tuinders. De limiet van f 5.000.000 late men los. De hevige, ongekende noodtoestand onder de tuiuders maakt het nood zakelijk dat er vlug en goed gehol pen wordt. Er is groote behoefte aan contanten voor het aanschaffen van de allernoodzakelijkste 'levens behoeften. Bij zulke toestanden kan geen lang delibereeren baten. Hier zal men de Regeering de gevraagde machtiging tot steun en ordening, waar gesteund en geordend moet worden, spoedig moeten geven. Nieuwe aardappelen naar de vuilnisbelt. Spoedige liulp gewenscht. Omtrent de treurige toestanden in de tuinbouwstreken vonden we dezer dagen nog de volgende mededeelin- gen in „Het Volksblad" Wat sinds menschenheugenis nimmer is geschied, gebeurt thans: de vroege aardappelen zijn abso luut onverkoopbaar en gaan bij wagonladingen naar de vuilnisbelt. Cijfers spreken duidelijke taal. Aan de veiling „De Tuinbouw" te Bovenkarspel, één van de groot ste aardappelveilingen van ons land, draaiden tot en met 4 Juli 100 spoorwagens aardappelen door. Een miliioen KG. aardappelen moesten vernietigd of voor veevoeder ver kocht worden. Deo 4e Juli 1933 werden in Bovenkarspel 450.000 K G. en in Hoogkarspel 390.000 K,G. aardap pelen op de vuilnisbelt geworpen. Bij de veilingen ziet men heuvels van aardappelen waarvoor geen be stemming te vinden was. Vrijwel alle aangevoerde aardap pelen worden door de regeering af genomen voor niet meer dan f 0 75 per 100 K.G. om te worden ver nietigd. Hiervan moeten dan af de onkos ten voor vervoer van het land naar de veiling plus de veilingskassen zoodat de tuinder f 0 50 per 100 K.G. ontvangt. Dit is op geen stuk ken na voldoende om de landhuur te voldoen. De opbrengst per roe is pl.m. 17i/r cent, terwijl voor land huur van de 25 tot 35 cent per roe betaald moet worden. Zelfs de kosten van het rooien kunnen van dezen prijs niet betaald worden. Reserve bezit bijna niemand meer, terwijl het veelvuldig voorkomt dat men meststoffen en alle andere bedrijfs- en huishoudelijke benoodigd- heden heeft aangeschaft op crediet. Van betalen is geen sprake. Er heerscht in de tuinbouwstreken onge rustheid ten aanzien van de uitkee ringen ingevolge de luinbouwsteun wet. De gerechtvaardigde vrees is wat van of frisch, zuiver, koud bronwater, daartusschen door wat water met azijn dat zal meer dan voldoende zijn. Deeers'e tee kenen van vergiftiging zijn al \0 3rbij. Dat is me een jak van het hart. Dan zal het met onze George ook wel niet zoo slim ge steld zijn. Gaat u mee, mijnheer MeisnerGoeden nacht, Til, ik ko u op den terugweg no,? wel even aan. Maar dan zal het leed wel geleden zijn. Beiden verlieten Tils huis en spoedden zich in den donkeren nacht naar het huis van de weduwe Mertens. Kirchhoff gaf nogmaals als zijn meening te kennen, dat George's ongesteldheid vermoede lijk eveneens door het gebruik van scheerling was ontstaan en datde kwaal wel gauw genezen zou zijn. Dat was echter geenszins het geval. Toen zij beiden het vertrek der weduwe binnentraden, zagen zij de vrouw over hetbed gebogen staan. De knaap lag daar nog steeds zwaar rochelend, met halfgebro ken oogen, van tijd tot tijd hevig schokkend. Kirchhoff greep dadelijk zijn hand en riep luid den naam van den knaap. Geen antwoord. Het rochelen eindigde in een zonder linge, hartverscheurende doffe kreet of zucht... het kléine hoofd met de nu zoo wild verwarde lok ken zonk weg in de kussens... Kirchhoff liet nu de hand van Ingekomen en vertrokken personen van 7 tot 14 Juli. INGEKOMEN A. F. H. Creemecs, zonder beroep Merselo M 108 van Weert A. L. Bexkens, z.b., Maasheesche weg 13 van Boxmeer M. Bies, dienstbode. Laagheidsche weg 5 van Kevelaer B. Coeleman, macechaussée Lang straat 36 van Bergen M. P. H. Rongen, dienstbode, Oirlo F 11 van Maashees J. Ch. van Rens, idem, Castenray G 45 van Horst M. J. H. van Deijnen, onderwijze res, Overloonsche weg 2 van Horst E. Lüke, kloosterzuster, idem, van Ottersum. VERTROKKEN A. G Masker, verpleegster, naar Wildevank Th. A. G. Hendriks, dienstbode, naar Vierlingsbeek J. v. d. Sommen (wed. Hendiiksen) naar Maashees Holthees B 88a P. P. H. Rambags, eiercontroleur, naar Venlo Schoolweg 96 J. Th. Josten, dienstbode, naar Bergen D 4 A. M. Manders, idem, n. Heerlen De S.D.-wethouders in Am sterdam treden af. Katholieke democraten concenteeren zich de O. S. P. in ontbinding Duitsche Nazi-propagandisten worden uitgezet. Minister Marchant krijgt het moeilijk met zijn Onderwijswetten. De ontvangsten der Spoorwegen blijven dalen. Arnhem viert haar zevende eeuwfeest. Ook Zandvoort gokt. De Amsterdamscbe Federatie der S.D.A.P. heeft thans besloten, dat de aanneming der loonsverlagiDgs- voorsteUen in den raad, voor de socialistische wethouders motief be hoort te wezen om af te treden. Verklaard wordt, dat katholieken en vrijz. democraten, door te stem men voor de bedoelde loonsverlaging, de overeenkomst zouden hebben ge schonden, welke bij de vorming der huidige werkmeerderheid in den raad, zou zijn gesloten. De twee beschul digde partijen wijzen dat echur met nadruk van de hand. Ia de bedoelde overeenkomst, zoo zeggen zij, is den knaap los en bedekte zijn ge laat met de handen. Toen ging hij als vernietigd op een stoel zitten. Moeder Mertens staarde nog maar steeds naar het gezicht van haar jongen, dat steeds bleeker en valer werd. Zij boog zich dieper over hem heen, scheen naar zijn ademha ling te willen luisteren en.... zij hoorde niets.... Festenrath had den dood al te vaak op het slagveld en op het ziekbed aanschouwd, om niet te weten, dal hij ook hier zijn hand had uitgestrekt en dat de levens lustige, vriende'ijke knaap dtn laatsten adem had uitgeblazen. Ook liet het gediag van den dokter geen verderen twijfel over, Kirchhoff moest weten, dat er hier niet meer te helpen viel. Sprakeloos, als verdoofd stond de kapitein daar in het doodsver- trek. Hoe dikwijls waren zijn makkers rondom hem gevallen op het slagveld, maar daar bulderden de kanonnen, floten de kogels, hinnikten de paarden overwin ning of dood was het daar en de dood was dus niets onverwachts, nietsvreeselijks. Maarte bedenken dat de vroolijke knaap des mid dags nog zoo uitgelaten met hem had gelachen en nu te weten, dat een moeder haar eenig geluk, haar eenige hoop had verloren, dat voelde hij als een schrijnende pijn en vervulde hem bijna met een soort wrok tegen de Voorzie nigheid. Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1933 | | pagina 7