Zaterdag 8 Juli 1933, No. 27 VERGADERING van den RAAD der Gemeente VENRAY. Donderdag 6 Juli nam. half vier. Tegenwoordig alle leden. 1. Notulen. Worden goedgekeurd onder op merking van den heer Geurts. dat hij niet de namen van Castenray en Leunen gelezen had bij de voor sub sidie in aanmerking komende kerken, die eerlang zullen vergroot worden. 2. Kasopname gemeente-ontvan ger, 2e kwartaal. Voor kennisgeving aangenomen. 3. Aanbieding der rekening over 1932 en der balans per 31 December 1932 van den tak van dienst het bedrijf der gasfabriek overeenkomstig het bepaalde bij artikel 265 der Ge meentewet. Een commissie van onderzoek werd benoemd bestaande uit de heeren Stoot. Vermeulen en Nelis- sen, die in een volgende vergadering verslag zullen uitbrengen. 4. Wijziging en aanvulling der begrooting, dienst 1932. 5. Wijziging en aanvulling der begrooting. dienst 1933. Werden z.h.s. aangebracht, 6. Aanbieding der rekening van het Burgerlijk Armbestuur, dienst 1932. 7. Aanbieding der begrooting van het Algemeen Burgerlijk^Armbestuur dienst 1934. Eene commissie bestaande uit de heeren Odenhoven, Jans3en en Geurts zullen hierover later rapporteeren. 8. Voorstel van B. en W. tot verdere verlaging dei pacht van enkele verpachte gronden. Dit voorstel, dat werd aangehou den, bracht diverse opmerkingen. De heer Millen merkte op, dat deze bescheiden niet ter inzage heb ben gelegen, wat hij betreurt, Hij is wel voor verlaging der pachteD in dezen tijd, doch wilde in de gelegen heid zijn een zelfstandig oordeel te vormen. De Voorzitter zegt dat 't perso neel der secretarie niet in staat is aan het verlangen van den heer Millen te voldoen. De heer Millen verzoekt nogmaals alle bescheiden ter inzage te leggen. Er was ditmaal toch nog meer weg. De Voorzitter verklaart steeds be reid te zijn alle inlichtingen te geven. De heer v. Dijk vraagt, of in 't oog is gehouden, dat 't hier ging over oude of nieuwe gronden. Hiermee is rekening gehouden, zegt de Voorzitter. De heer Stoot vroeg of den heer Millen kon zeggen, wat er zoo al meer niet ter inzage ligt. O ja, zegt de heer Millen, over de te bouwen school. In 't algemeen klaagt hij over slechte voorlichting. De landbouwers-raadsleden zullen hun oordeel over pachtverlaging beter kunnen vormen, doch ook hij wil zijn persoonlijke meening vormen. De Voorzitter betwijfelt of zoo deze bescheiden al ter inzage hadden gelegen, de heer Millen zijne meening hadde kunnen vormen, daar ook rekening met de kwaliteit van de gronden gehouden moet worden. De heer van Boven gaat met Millen accoord. We zijn nu eenmaai geen landbouwer en moeten dus in gelicht worden. Hij verzoekt den heer Millen van zijn punt een voor stel fr» maken. Ook Wethouder Odenhoven ver klaart zich voor ter visie-legging. De Voorzitter zegt, dat dit niet te doen is jnet het kleine personeel. De heer Vermeulen is ook voor ter visie-legging. Besloten wordt hierop een vol gende keer terug te komen. 9. Vaststelling van het cohier der voerdiensten. 10. Vaststelling van het cohier der trottoirbelasting. Werd vastgesteld op 54 diensten en het kohier der Trottoirljelasting op f 764.27. De heer Millen vindt dit bedrag hoog en had gaarne gezien dat het minder was en nog liever zag hij deze belasting geheel opgeruimd. Hiermede kon de Voorzitter zich niet vereenigen, de bronnen der ge meente huishouding moeten we openhouden, er zijn er toch al die belangrijk minder geven. Dit is ook het geval bij particu lieren meent de heer Millen. De Voorzitter merkt op. dat bovendien vaststelling van dit kohier slechts een logisch gevolg is, van de begrooting, zoodat om hierin verandering te brengen slechts bij het opmaken der begrooting gespro ken kan wordenhij waarschuwt echter voor eventueele verlaging, De heer Millen geeft zijn voor nemen te kennen, om bij een vol gende begrooting hierop terug te komen. 11. Vaststelling van het cohier der rioolbelasting. De rioolbelasting wordt vastgesteld op een opbrengst van f 9787,97, welke naar de Voorzitter in ant woord op een vraag van den heer Vermeulen, begroot is op f 9500. 12. Voorstel van B. en W. tot onttrekking van een stukje weg, gedeelte van kadastraal Sectie H 2008 aan den openbaren dienst en verkoop van dit strookje weg aan J. van Vegchel te Merselo en aan koop van een strookje grond van J. van Vegchel en dit te bestemmen tot weg. 13. Voorstel van B. en W. tot verkoop van een stukje grond, groot 13.30 are. Sectie H 1168 aan J. van Vegchel. Bij den heer v. Vegchel te Merselo was de toestand van gebruikte en in eigendom zijnde grond niet in orde. Dit is thans door den Raad z.h.s. aangenomen en zal met een kleine ruiling en verkoop de staat zuiver gemaakt worden. 14. Aanvrage om subsidie van den directeur der R. K. Militaire Vereeniging te Nijmegen. De directeur der R. K. Militaire Vereeniging te Nijmegen had ditmaal nog minder succes bij zijn subsidie aanvraag dan bij de vorige vergade ring, toen bleef hem nog deze ook nu vervlogen hope. De Raad ging accoord met het voorstel van B. en W. om dit jaar de beurs toe te houden, daat gemeenten in de buurt van Nijmegen dit ook deden. 15. Schrijven van den heer G. Vermeulen, hoofd der bijz. school te Ysselsteyn om huurvermindering der door hem van de gemeente gehuurde woning. De verlaging der huur der woning van het Hoofd der School te Yssel steyn was in een vorige vergadering aangehouden en kwam nu weer de aandacht vragen. In het algemeen was er geen rede om tot verlaging over te gaan, zegt de Voorzitter, doch gelet op de plaats en het mogelijk ontbreken van een andere huurder, hebben B. en W. er toe gebracht om eene huur- verlaging tot f 300.— voor te stellen Het woonhuis van het Hoofd der School te Merselo moest dan in verband hiermede ook tot f 325.— huur worden teruggebracht. De heer Vermeulen is bevreesd, dat bij niet inwilliging de woning te Ysselsteyn leeg komt, waartegen de Voorzitter opmerkt, dat dit punt B. en W. tot hun voorstel gebracht heeft. 16. Aanvrage van het R. K. Kerkbestuur der Parochie van St. Petrus Banden, tot het ontvangen der beDoodigde gelden voor de stichting van een drieklassige R- K. school te Venray-Heyde. 17. Aanvrage van het R. K. Kerkbestuur der Parochie van St. Petrus Banden tot het ontvangen der benoodigde gelden voor de stichting van een zevenklassige R. K. Jongensschool te Venray-Kom. Over de omzetting der school aan de Heyde en de stichting van een nieuwe school in Venray-Kom kan de Raad zich nog bedenken, zegt de Voorzitter, in verband met de aangekondigde Wetswijzigingen. Op zulk een request moet de Raad bin nen drie maanden beschikken, er is dus nog tijd. De heer van Boven spreekt de hoop uit, dat deze nieuwe Wet er door gaat en er een einde komt aan het smijten met geld voor scholen. De slechte toestand der school in het dorp schijnt in de hand te wor den gewerkt door verwaarloozing. Waarom, zoo vraagt hij, worden de gaten in het dak niet hersteld In geen geval zal hij zijn stem geven voor een school aan den Oostrum- sche weg. Moet dan alles uit het Dorp verdwijnen, ook de school, die sinds menschenheugenis steeds in de Schoolstraat geweest is. Spr. ziet ook wel kans om een inzame ling van handteekeningen te houden voor het behoud der oude school. 18. Voorstel van B. en W. als toekomstige weg te bestemmen een strook grond, voor het grootst ge deelte reeds thans als landweg in gebruik, loopende van den Stations weg langs den rand van het vast gesteld uitbreidingsplan (Oostsingel) kruisende den oude Oostrumsche- weg naar den Leunscheweg en verder dezen weg kruisende tot den weg naar Deurne en tot het bepalen eener voorgevelrooilijn voor wonin gen en andere gebouwen aan dezen weg. De rooilijn aan den Oostsingel werd ook vastgesteld, dan kunnen de bouwers zien waaraan zij zich te houden hebben en komt er orde. 19. Voorstel van B. en W. tot het vaststellen, eener verordening tot het stellen van nadere voorwaarden onder welke de burgemeester toe stemming mag verleenen tot het geven van gelegenheid tot dansen in inrichtingen, waarvoor eenen ver gunning of een verlof A is verleend De Politie-verordening wordt in overeenstemming gebracht met de gewijzigde Drankwet De heer Millen vraagt of de Burgemeester of de Raad dansverlof geef, waarop de Voorzitter zegt, dat dit uitsluitend aan den Burge meester is. 20. Voorstel van B. en W. tot benoeming van twee leden werk gevers en twee leden werknemers en een voorzitter in de commissie van toezicht op de arbeidsbeurs in gevolge het bepaalde in artikel 13 der Arbeidsbemiddelingswet 1930 en artikel 5 der verordening op den gemeentelijken dienst der arbeidsbe middeling en werkloosheidsverzeke ring. Tot leden der Commissie van Toezicht op de Arbeidsbeurs werden na gehouden uiteenzetting door den Voorzitter bij stemming gekozen de heeren Houben (landbouwera) en den heer J. Oudenhoven, Markt, voor de bouwvakpatroons, als ver tegenwoordigende de werknemers werden gekozen de heeren A. Millen en Jos. Ponjé. Nu moest nog een Voorzitter ge kozen worden uit het gemeentebe stuur. Op de aanbeveling stonden de Burgemeester en Weth. Pubben. Weth. Odenhoven kon moeilijk wor den aanbevolen, daar zijn kwaliteit van voorzitter der Werk 1.vereen, een beletsel hiervoor is. wijl hierin ten onrechte een bevoordeeling kon worden gezien. De heer Stoot merkt op, dat de heer Pubben eigenlijk ook werkge ver is, die in de commissie reeds vertegenwoordigd zijn. De heeren v. Boven en Vermeulen waren bezorgd dat de Burgemeester bij zijn vele werk dit kaantje er niet bij zou kunnen waarnemen en de heer Millen vraagt om voorlezing van een schrijven van den Commis saris over deze zaak. De Voorzitter vindt geen vrijheid om brieven voor te lezen in een openbare vergadering, waarop de heer Millen den inhoud van bedoeld schrijven verklapt door te zeggen dat in dit schrijven op een onpar tijdig Voorzitter wordt aangedrongen. Wethouder Pubben merkt op, dat de Burgemeester vaak genoeg be wezen heeft boven partijen te staan en beveelt hem daarom gaarne aan. De heer Millen meent dat de voorschriften niet zijn opgevolgd en meent dat het uit moet zijn mei de idéé ik ben Voorzitter. Bovendien kan de Burgemeester bij een conflict makkelijker optreden als hij geen Voorzitter is. Wethouder Odenhoven voorspelt den Voorzitter weinig vreugde bij het voortgaan op den ingeslagen weg. Wethouder Odenhoven noemt het eigenaardig dat slechts twee personen op de aanbeveling voorkomen. De heer Houben meent dat geen bijzonder werk aan deze functie ver bonden is. Bovendien is de Burge meester als zoodanig toch beter dan wie ook op de hoogte met de zaken der Arbeidsbeurs. De heer v. Boven verzekert, dat de Voorzitter hem zelf gezegd heeft overstelpt te zijn met werk en nu zou de Raad hem dit ook nog op leggen. De heer Vermeulen vraagt of de vroegere Voorzitter, Dr. Janssen, gepolst is, waarna Wethouder Oden hoven voorstelt dit punt aan te houden, waarmede de Raad accoord gaat. Tegenstemden de heeren Pub ben, Houben, Nelissen, Goumans en v. Haren. 22. Voorstel van B. en W. tot aanleg van een brandalarminrichting met wekkers ten behoeve der brand weer. Een alarminrichting voor de brand weer zou met een 10-jarig contract per jaar ongeveer f 150 kossen, zegt de Voorzitter. Toch is dit een zeer gewenschte verbetering, die haar nut wel kan afwerpen. De heer Stoot merkt op, dat we er hier niet veel aan hebben, daar als de manschappen er zijn, geen water voorhanden blijkt, waartegen de Voorzitter opmerkt, dat er nu meer materiaal is en ook vele blusch- apparaten voorhanden zijn. Ook zal het aanleggen van putten bestudeerd worden. Deze laatste voldoen niet. zegt de heer Millen, terwijl de heer Arts zich tegen eea alarminrichting verklaart, uit hoofde der kosten. In stemming gebracht werd toch tot aanschaffing der inrichting be sloten. Tegen stemden de heeren v. Boven. v. Dijck, Arts, Millen en Wethouder Odenhoven. 23. Schrijven van heeren Ged. Staten inzake verleend subsidie aan het R. K. Kerkbestuur te Oostrum voor den bouw eener kérk. 24. Schrijven van het Kerkbe stuur te Oostrum inzake verleend subsidie. De Voorzitter zegt dat is inge komen een schrijven van Ged. Staten, meldende goedkeuring der subsidie voor de Kerk te Oostrum, terwijl ook van het Kerkbestuur een dankschrijven voor het sub*

Peel en Maas | 1933 | | pagina 5