Tweed© Blad "ram nFESL El MAAS" Openbare vergadering van den Raad der gemeente Venray, FEUILLETON. De ondergang der Bokruiters. Het groote gezin Allen op naar Overloon Zaterdag 1 Juli 1933 Vier en vijftigste Jaargang No. 26 gehouden op 9 Mei 1933 des namiddags 4 uur. De heer Houben is het er wel mee eens dat het hier waardelooze grond is, althans wat cultuurwaarde betreft, doch het is toch grond in de nabijheid der kom gelegen en misschien bij eventueele uitbreiding hiervan wel geschikt voor andere doeleinden. Wethouder Odenhoven stelt voor den pachtprijs te bepalen op f 10 per H.A., dus f 15 in totaal. Dit wordt algemeen goedgevonden en de verdere afwikkeling aan B. en W. overgelaten. De heer Millen vraagt, of nu B. en W. direct als de wielerbaan klaar is met een voorstel tot belastingheffing zullen komen, waarop de Voorzitter bevestigend antwoordt. B. en W. zullen dan echter wel met allerlei omstandigheden rekening houden en Spreker kan nu reeds zeggen, dat het b.v. niet de bedoeling is een minimum vast te leggen, doch een percentage op de entrée's te heffen. Nog is aan de orde voorstel van B. en W. om den burgemeester te machtigen tot het aangaan eener overeenkomst met de stichting Charitas der Eerw. Zusters Franciscanessen te Roosendaal tot afzonde ring en verpleging van lijders aan besmettelijke ziekten in een inrichting voor besmettelijke ziekten De Voorzitter kan met buitengewoon genoegen mededeelen. dat aan het ziekenhuis een inrichting voor afzondering van lijders aan besmette lijke ziekten wordt verbonden. Het beeft veel moeite gekost om zoover te komen, maar het is ten slotte toch gelukt. Nu is deze zaak al besproken in verband met de bijdrage der ge meente en stelt Spreker namens B. en VV. voor deze te bepalen op 5 ct. per inwoner. De heer Vermeulen vraagt, of we nu van Venlo af zijn. Absoluut, zegt de Voorzitter. Spreker meent verder, dat wij wel een woord van dank verschuldigd zijn aan de Eerwaarde Zusters en ook aan den Minister-president. Wordt algemeen goedgevonden. De Voorzitter deelt voorts mede, dat het raadsbesluit tot uitbreiding van het aantal markten door Gedeputeerde Staten is goedgekeurd. Wethouder Pubben zegt, dat het hem genoegen doet. dat de uitbrei ding onzer markten is goedgekeurd. In dit verband meent Spreker echter verplicht te zijn er op te wijzen, dat onze verordening op de veemark ten te ver gaat wat betreft het aanvoeren van vee met zoogenaamde wormbuiten bezet. Er zijn nl. niet minder dan 34 meuschen bekeurd en er wordt maar liefst een boete gevraagd van f 15,Spreker vindt het verschrikkelijk en z?gt, dat, hoezeer hij het ook noodig en noodzakelijk acht, dat er pogingen worden gedaan tot bestrijding der runderhorzel, hij toch, waar andere gemeenten een dergelijke bepaling niet hebben, in het belang onzer markten, voorstelt ook hier de bepaling te schrappen. Later als andere gemeenten het eveneens zouden doen, kunnen wij dezen maatregel weer invoeren. De Voorzitter zegt, dat deze bepaling indertijd in onze verordering is opgenomen, omdat de boerenorganisatie? er bij den minister op hadden aangedrongen en Ged. Staten het ons toen in overweging gaven. Het is ook ongetwijfeld in het belang van den veestapel, hoewel er een „maar" aan is, n.ldat ongeveer geen enkele gemeente aan het verzoek van Ged. Staten heeft voldaan en daarom moet Spreker toegeven, dat practisch, nu Venray vrijwel alleen staat, er toch geen voordeelen voor den veestapel zijn en wij alle nadeelen hebben. Onder deze omstandig heden heeft Spreker er geen bezwaar tegen deze bepaling te laten ver? vallen. In het schrijven aan Ged. Staten zou Spreker er dan op willen wijzen, dat de Raad noodgedwongen hiertoe is overgegaan nu onze markten er door te niet gaan op den duur en het toch geen nut heeft, omdat bijna geen enkele gemeente deze bepaling in hare verordening heeft opgenomen. Verder echter eraan toe te voegen, dat de Baad gaarne bereid is den maatregel weer in te voeren zoodra ook de andere gemeenten, waar markten van eenige beteekenis zijn, eene dergelijke verbodsbepaling stellen. De heer Stoot vraagt of aan zulk vee niet een aparte plaats op de markt kan worden gegeven, waarop de Voorzitter antwoordt, dat dit moeilijk zou gaan Wethouder Odenhoven hoopt, dat de kantonrechter te Venlo, reke ning houdende met deze meenicg van den Raad. als er tot veroordee ling moet worden overgegaan, slechts een kleine boete zal opleggen. Z.i. verdient het aanbeveling den kantonrechter mede te deelen, dat de bepaling thans is ingetrokken. Wethouder Pubben zou namens den Raad een schrijven aan den Kantonrechter willen richten in den geest als door Wethouder Oden hoven bedoeld dan wordt de straf misschien lichter. De Voorzitter zal overwegen wat in deze te doen is, waarna alge meen wordt goedgevonden artikel 4a uit de verordening op de vee markten te schrappen. Nog wordt op voorstel van den Voorzitter algemeen goedgevonden de regeling van de recognitie van een eventueele radio-centrale aan B. en W. te laten. Vervolgens leest de Voorzitter voor het hedenmiddag ingekomen schrijven van de afd. Venray van den Nederl. R. K. Bond van Bouw- patroons. houdende verzoek om de op handen zijnde aanbesteding van den bouw eener R. K. Bijzondere Jongensschool te Leunen uitsluitend te doen plaats hebben onder de R.K. georganiseerde bouwpatroons. Aangezien, zooals gezegd, dit schrijven eerst hedenmiddag is ingekomen is het nog niet in B. en W. besproken; deze aangelegenheid is echter reeds vroeger onafhankelijk van eenig request in de vergadering van B. en W. behandeld en de meening van het College is in deze, dat, waar eene daartoe strekkende bepaling tot heden Dog niet in de bestedingsvoorwaarden heeft gestaan, wij ze er onder de huidige tijds omstandigheden zeker niet mogen inzetten, omdat wij dan juist in dezen malaisetijd vele kleine aannemers, die geen lid van den R. K. Bond van Bouwpatroons zijn en slechts door den nood der tijden wegens gebrek Een zonderlinge Historie. Naar het Duitsch. 14 De rechter las «Geachte juffrouw Riedenburg Ik vrees, dat ik u onlangs door mijn onverwachte verschijning schrik heb aangejaagd. Mag ik hopen, dat deze schrik tegelijker- lijd ook een blijmoedige is ge weest? Ik ben alleen hierheen ge komen om u aan ons laatste sa uenzijn in Keulen te herinneren en de vraag tol u te richten, of ik vertrouwen kan op de hoop, die toenmaals voor mij uit uw blikken scheen te spreken en mij nog verder mag vleien met de gedachte die mijn ziel sindsdien nooit heeft verlaten. Zeer zonderlinge omstan digheden, die ik u thans nog niet kan meedeelen, gaven mij plotse ling aanleiding, niet, zooals oor spronkelijk mijn plan was,geheel vrij en onder mijn eigen naam in deze stad mijn opwachting te maken, maar naar ik hoop slechts voor korten tijd eer. anderen per soon voor te stellen. De heer, die u deze bladzijden zal overhandigen, kan bevestigen, dat hel aannemen van een anderen naam niet ten mijnen nadeele spreekt. Integen deel, ik hoop daardoor de bewoners van deze stad en uitde omgeving een gewichligen dienst te bewij zen. Dit alles moet u wel zeer raadselachtig voorkomen, maar ik verzoek u dringend mij te willen vertrouwen. Overigens kan ik, zoodra dit noodzakelijk zou wor den, ieder oogenblik mijn waren naam en stand weer aannemen. Dit slechts te uwer geruststel ling! Bovendien heb ik een drin gend verzoek aan u. Schrijft u mij eens enkele regels omtrent den heer Kirchhoff. Het is voor mij van onschatbare waarde, uw oordeel over dezen heer te verne men. Weest u zoo openhartig mo gelijk. Het is voor mij van het grootste belang te welen, hoe u in 't diepst van uw hart over dien heer denkt. Uw antwoord kan zonder onderteekeningzijn evenals dit briefje. Mijnheer B. zal u den naam van den afzender noemen, in geval u hem niet hebt geraden en mij uw antwoord overbrengen. Maar ik verzoek u nogmaals dringend, verhoor u mijn wensch Goed! zei Bokelman. Te gen zulk een brief kan men geen bezwaren hebben. Maar waarom stelt u deze eenigzins zonderlinge vraag aan juffrouw Annette? Omdit ik besloten heb mij terug te trekken, als juffrouw Riedenburg den chirurg werke lijk graag mag lijden, antwoord aan werkgelegenheid patroon zijn geworden, geheel zouden uitsluiten. De heer Van Haren kan zich met dit standpunt niet vereenigen de georganiseerde bouwpatroons zijn volgens bet contract gedwongen een bepaald loon te betalen en de pas later opgekomen aannemers behoeven dat niet. De gemeente mag daarmede wel degelijk rekening houden. De Voorzitter zegt, het daarmede in gewone omstandigheden wellicht eens te kunnen zijn. In dezen malaisetijd echter zijn vele vroegere werk nemers gedwongen, omdat ze geen werk hadden, zelf als aannemer op te treden. En waar het nu vroeger niet gereserveerd is, mogen wij het nu zeker niet gaan doen. Wethouder Odenhoven is het met den Voorzitter eens. In Venray zitten ook vele werknemers met een groot gezin, die geen werk kunnen krijgen en als die zich dan als baasje gaan opwerpen, mag hun dat niet door de gemeente belet worden; ook zij betalen belasting de gemeente mag hen niet uitschakelen. Maar, zegt de heer Van Haren, die kleine aannemers kunnen zt ch toch ook bij den bond aansluiten. Wethouder Odenhoven zegtintegendeel, er zijn er velen, die niet kunnen aansluiten om verschillende redenen. De heer Van Haren ziet niet in, waarom dit niet zou kunnen. De Voorzitter wil niet in deze kwestie treden, maar blijft er bij. dat het niet aangaat nu een dergelijke uitzonderingspositie te scheppen. Natuurlijk behoeft niet aan den laagsten gegund te worden, en stelt het gemeentebestuur als steeds den eiscb. dat de aannemer voor een goede uitvoering van het werk alleszins geschikt moet zijn, doch dit staat buiten de kwestie; er zijn fhaDs zeker niet voldoende redenen om in afwijking van het steeds vroeger ingenomen standpunt de aanbesteding en gunning te beperken tot de georganiseerde patroons. De heer Van Haren zegt, dat die menschen zich niet buiten de organisatie moeten houden. De Voorzitter antwoordt, dat men ook met de zeer bijzondere om standigheden moet rekening houden. Nog wordt algemeen goedgevonden den met ingang van 1 Juli a s. benoemden tijdelijk ambtenaar van politie N. Vroon f 100.— toe te kennen voor kosten van eerste uitrusting. De heer Van Boven vraagt, of het niet mogelijk is de schoolgeld- aanslagen zoodanig vast te stellen en de biljetten met zoodanigen ter mijn uit te reiken, dat de betaling over enkele maanden kan worden verdeeld. De Voorzitter wijst op de vele moeilijkheden ia deze en zegt den Gemeente—Ontvanger opgedragen te hebben soepel te zijn in de be taling. De heer Arts zegt, nog steeds niets gehoord of gezien te hebben van den lantaarn aan den Smakterweg. De Voorzitter zegt, dat plaatsing van dezen lantaarn onoverkomenlijke moeilijkheden oplevert. De heer Arts zegt, dat het St. Annagesticht kan goedvinden, dat van daar uit de stroom wordt betrokken. De Voorzitter zal deze kwestie dan voor den winter nog eens onder zoeken. De heer Vermeulen zegt niets meer gehoord te hebben van de ver betering hoek HofstraatKerkpad. De Voorzitter betwijfelt uf he; nu wel de tijd is om dergelijke kosten te maken. We hebben ook niets meer gehoord van den B. B. N. De heer Vermeulen zou op het einde der Kruisstraat een bordje doen plaatsen om het storten van afval enz. te verbieden. Het lijkt daar wel een vuilnisbelt. De Voorzitter antwoordt, dat dit niet helpt. Hij zal echter nog eens een advertentie in de courant zetten en hoopt dan ook op de mede werking der omwonenden. Nog vraagt de heer Vermeulen hoe het zit m»t den weg naar de Rips, waarop de voorzitter antwoordt, dat de ontwerpen zich in handen van het Staatsboschbeheer bevinden. Spreker heeft echter grond om aan te nemen dat de Raad et in den loop van den zomer wel nader van zal hooren. Niets meer aan de orde zijnde en geen der leden nog het woord verlangende, sluit de Voorzitter de vergadering met gebed. Onze maatschappij lijkt niet meer ingesteld op groote gezinnen. Vroe ger was een groot gezin overal een verschijnsel, waaraan men gewoon was, en zoo is het in goed katho lieke streken, vooral op het platte land, nog. Elders wordt het tegen W'ordig dikwijls als iets onzinnigs, zelfs iets belachelijks beschouwd. Zoo maakte een redacteur van „De Residentiebode" dezer dagen voor een kantongerecht mede, dat een moeder, die vonr den rechter kwam terzake van overtreding der Leerplichtwet, op een vraag van dezen bijna schuchter antwoordde, dat ze elf kinderen had. Van uit het publiek was terstond een moeilijk te onderdrukken lachen op te merken. De moeder met elf kinderen stond zoo'n beetje voor spot, zij het dan dat de rechter met den hamer on middellijk stilte gebood. Zoo ongeveer wordt dikwijls het lot van menschen, die hun buwe- lijksplichien naar behooren hebben de de kapitein rustig. De ge dachte is n j ij ondraaglijk, om tweedracht 'e zaaien in een ver houding, die misschien de wen- schen van alle belanghebbenden bevredigt. Nu, zooals u wil antwoord de Bokelman, den brief bij zich stekend. Het antwoord van Annette zal u stellig bewijzen, of u hopen mag ot niet. En nu tot ziens! Indien alles zoo vlot van stapel loopt, als ik mij voor stel, dan breng iik u misschien vandaag nog haar antwoordtl Zij schudden elkaar de hand en toen de rechter vertrokken was, verzonk hij weer in gedach ten, waaruit hij pas werd opge schrikt, toen hel donker begon te worden en de weduwe Mertens hem licht bracht. De kapitein vroeg, of George teruggekomen was, doch zijn moeder schudde ontkennend het hoofd. Buurman Til had laten zeggen, dat de knaap ook den avond bij hem zou blij ven en hij zou hem zelf thuis brengen. Eesten rath schreef nu een brief aan den beheerder van zijn land goed en verzocht antwoord aan het adres van den heer Bokelman Kort daarna trad de rechter zelf binnen. Nu, dat ging allemaal heel goed riep hij. Mevrouw Rieden burg had bezoek van eenige vrien dinnen en ik kon met Annette praten, zoolang als ik wilde. Ik vervuld en voor zware levenslasten niet zijn teruggeschrokken. Ook zelf hoorden we meer dan eens iemand zich afkeurend uitlaten over het groote gezin. Dan had men het b.v. over de vrouw, die door het overlijden van den man met een aanzienlijk aantal kleine kinderen achterbleef. Die man bad onverant woordelijk gehandeld, werd niet onduidelijk te kennen gegeven. In een tijd, waarin het vertrouwen op de goddelijke Voorzienigheid verloren gaat, komt de mensch er natuurlijk toe, alleen op eigen voor zienigheid te vertrouwen. Men wil zijn leven beveiligen tegen allerlei risico's en dus ook tegen een talrijk kroost, waarbij men alleen denkt aan lasten en zorgen, welke men daarmede op zich neemt, en niet aan het geluk, dat een talrijke kinder schare geeft en waarvan men zelfs het besef Diet meer heeft, omdat ook al een ander soort geluk wordt na gestreefd. dat tegelijk met het geluk als gevolg van plichtsbetrachting en godsvertrouwen Diet bestaan kao. Een groot gezin moet zich veel ontzeggen, wat iemand, die met een klein gezin in dezelfde financieele overhandigde haar uw brief toen zij terugkwam, waren haar wangen hooger gekleurd en uit haar oogen scheen een bijzonde glans, hoewel het mij leek dal zij vochtig waren. Hier is haar ant woord I Feslenrath nam haastig den brief aan. scheurde hel couvert los en las de volgende regels', door een mooie, vaste hand geschreven Ik antwoord niet op het eerste deel van uw brief, want dat bevat een geheim, wsarmee ik mij niet mag inlaten. Wat uw vraag be treft, daarop antwoord ik met de volste overtuiging, dat ik te oor- deelen naar alles, wat ik van den heer Kirchhoff gezien en gehoord heb, hem slechts achten en waar- deeren kan en dat ik een verbin tenis met hem, die mijn vader wenscht en misschien alreeds ge sloten heeft, geen noemenswaar digen tegenstand kan bieden. Daarentegen verklaar ik u even openhartig, dal een innerlijke stem tegen mijnheer Kirchhoff spreekt dal ik hem niet voor oprecht houd en dal een verbintenis met hem mij heel ongelukkig zou maken. De hemel vergeve mij, indien ik mijnheer K. onrecht aandoe 1 Deze mededeeling moet voor iedereen een geheim blijven. U ben ik deze verklaring echter schuldig Een diep rood was onder het lezen van deze regelen over het gelaat van Feslenrath gevlogen. omstandigheden verkeert, zich ver oorloven kan. maar deze laatste mist ook veel kostbaars In zijn familieleven, wat met woorden moei lijk is uit te drukken, maar alles kan vergoeden, wat in het mate- rieele mocht ontbreken. Toch moet de positie van het groore gezin in onze maatschappij verdedigd worden. Een organisatie als de R. K. Bond voor Groote Ge zinnen is dan ook zeer zeker op haar plaats en moet door elke ka tholiek met sympathie tegemoet worden getreden en gesteund. De Bond heeft een veelomvattende taak, die ten deele op economisch, maar voor het overgroote deel op geestelijk en moreel gebied ligt en daarmede een zeer belangrijk leeken- apostolaat is, waarvan het belang alle katholieken aangaat. Hier op den preek stoel staat hij. In een oDzer parochiekerken werd kort geleden een „godsdienstige week" gehouden. De preeken lokten zeer veel menschen. Ze kwamen door weer en wind, zoodat de kerk alle avonden vol was. - Ik wil jullie slechts laten zien, hoe goed gij kunt zijn, had de on bekende Pater telkeDs herhaald bij de inleiding van zijn avondpreeken. Dan ontwaakten de harten, ze brandden van verlangen naar het edele en goede. Afgedwaalden zoch ten en vonden verlossing en wanke lenden den rechten weg. Eiken avond was de kerk overvol. En als de toehoorders naar huis gingen, konden ze niet anders doen als lucht geven aan hun bewonde ring De Pater preekt uitstekend I Zijn preeken zijn in weldaad Die begrijpt zijn menschen In alle geval zal er voor morgenavond...." Die avond kwam de Pater zou de sluitingspreek houden. Toen hij den preekstoel opging, overzag hij met rustigen blik de buitengewone menigte der aanwezigen. Toen begon hij Dient altijd God, onzen Heer Want Hij alleen is goed en Zijn barmhartigheid duurt eeuwig 1 Helder en duidelijk klonken de woorden door de groote ruimte der kerk. Een diepe stilte heerschte onder de toehoorders tot in de uiterste hoekjes. Verliest nooit den moed 1 zoo spoorde de Pater op 't einde van de preek zijn toehoorders aan. Hebt moed slechts, vertrouweD, gij arme menschen Gij kunt weer blij wor den, innerlijk blij, blij als 'n kind! Goed en braaf kunt ge worden Luistert Jaren geleden woonde 'n joDge man ver weg van 't ouderlijk huis. Hij bekommerde zich weinig om hetgeen zijn gezond verstand hem ingaf of Gods geboden hem opleg den. Zijn moeder hoorde dit en ze begaf zich op reis om naar hem toe te gaan en hem te smeeken, dat hij toch den weg der lichtzinnigheid en der zonde zou verlaten. Zoo gebeurde 't, dat de jongen zijn moeder midden op straat zag aankomen. Daar hij onmiddellijk ver moedde, waarom zij gekomen was, ontvluchtte hij haar en vertrok naar een andere stad. Zijn moeder wist te achterhalen waar hij naar toe ge vlucht was. Met "n bedroefd hart reisde ze hem na. Al moest ze zich voor hem op de knieëa werpen, ze zou hem smeeken, toch van leven te veranderen. Nu moest ze het droevige feit meemaken, dat ze haar zoon ont moette, door twee politieagenten begeleid, op weg naar de gevange nis. Dat was te veel voor 't arme moederhart. Ze ging naar huis terug, die goede moeder, maar spoedig daarna werd ze op 't ziekbed ge worpen. Diepe ontroering trilde in de stem van den predikant. Dan vervolgde hijLangzaam kwijnde de arme moeder weg. Op zekeren dag kwam er in de gevangenis een brief aan, waarin men verzocht, den zoon naar 't sterfbed van zijn moeder te bren gen. Hij móet zich toch wel tot betere gevoelens laten brengen, als hij mij ziet sterven, had de moeder gedacht. Haar verzoek werd ingewilligd. Daar stond de zoon aan haar sterfbed. De arme vrouw, uitgemer geld als 'n geraamte, keek haar zoon aan, kalm eD ernstig. Ze zag hem doordringend in de oogen, in de hoop. dat bij zich op de knieën zou werpen en oDder tranen van berouw de verkillende moederhand zou kussen. Alle toehoorders keken roerloos naar den preekstoel op. De zoon echter bleef onbe weeglijk staan, zijn oogen strak naar den grond gericht. Ja, hij waagde 't zelfs, zijn moeder koud en brutaal in het geleat te zien. Hij had alle menschelijk gevoel verloren. Toen wendde de moeder haar gelaat van hem af naar den muur toe. Met haar hand maakte ze een beweglDg, die beduiden moest, dat men haar zoon naar buiten moest brengen. Korten tijd daarna ontving men in de gevangenis 't bericht van het overlijden der moeder. Haar zoon hield het telegram in de handeD. maar 't scheen alsof 't hem niet aan ging. Tot eenige weken na de be grafenis.... Toen schrok hij wakker: Zijn moeder was pas 46 jaar en nu al dood Hoe "kwam dat 7 M'n God, wat had hij toch gedaan Ja, hij had iets willen hebben aan zijn le ven, van 't leven willen genieten; maar wat had hij daarvoor gedaan Nu volgden dagen en weken van bitter zelfverwijt... En de zoon schreide om z'n moeder, die gestor ven was. Allen waren getroffen door de woorden van den Pater. Deze ging door: De ontaarde zoon beloofde z'n overleden moeder beterschap. Hij veranderde beelemaal. Hij zette z'n onderbroken studie weervoort en werd Priester, Pater. En pater 't is geen vreemdeling voor u gij kent hem allen. Hier op den preek stoel staat hij voor u. Ik ben het 1 Zóó goed is mij gisteren het Openluchtspel „Ghristus Verworpen" te Overloon bevallen, dat ik boven dit kort verslag met gerustheid den oproep durf zetten Allen op naar Overloon Op een ideale plek midden in de Overloonsche dencenbosschen, waar de natuur een heerlijk amphitheater heeft opgeslagen, begon dit open luchtspel met eenen klassieken, zeer duidelijk uitgesproken proloog, waar van de aanvangswoorden luidden „Weest welkom, allen, die Christus verwerping in heel ver land, veel eeuwen geleden in vrome ziel wilt herdenken, her voelen De twaalf in hel wit gekleede, paars-omgorde en gesluierde maag den. welke den gestafden prologist omgaven, brachten ons al aanstonds de vrome, meditatieve stemming, waarin dit bijbelsche drama moet Welaan dan, riep hij met vaste stem, dan zal ik den strijd aanvaarden Welken strijd? vroeg Bokel- mann. Feslenrath antwoordde nietdade- lijk, hij vreesde, dat hij te ver was gegaan met zijn woorden. Wel, zei hij loen, wal juf frouw Riedenburg schrijft, heeft mij weer moed gegeven, aan mijn eerste verwachtingen vast to hou den en het veld voor den heer Kirchhoff niet te ruimen. Maar dat sprak immers wel vanzelf, zeide Bokelmann. Heb ik u niet gezegd, dat Kirchhoff zelf zich terug zal trekken, zoodra hij bemerkt, dat Annette aan u de voorkeur geeft Misschien doet hij het niet. Maar, waarde mijnheer Bokelmann neemt u mij niet kwalijk, dat ik niet in zulke duidelijke bewoor dingen tot u spreek, als ik wel graag zou wenschen. Binnen en kele dagen hoop ik te weten, waar ik aan toe ben. Tor zoolang blijft alles bij het oude. Laat u in ieder geval de linnensoHeering zoo spoedig mogelijk komen, opdat ik in staat ben, mijn nieuwe rol naar behooren te kunnen vervullen en bewaart u juist tegenover Kirch hoff ten strengste mijn geheim. U kunt het an'ipalhie, een gril, af gunst noemen, zooals u wilt maar genoeg, ik voor mij heb het §evoel, dat ik ten opzichte van ezen man voorzichtig moet zijn. Bokelman keek den kapiiein met groote oogen aan en schudde bedenkelijk het hoofd. Wonderlijk, dat zelfs de ver standigste mannen hun kuren hebben 1 zei hij toen. Intusscben, zooals u wilt. Ik heb juist niets liever, dan dat u hier onbekend blijft en in 't geheim de dingen gadeslaat 1 Gisternacht zijn weer in een naburig dorp drie niet onbelangrijke diefstallen gepleegd. Verlaat u er gerust op, dat ik doe, wat ik kan zeide Festen- rath. Als mij geen ongeluk over komt, dan zullen wij misschien al binnen acht dagen weten, hoe de zaken staan. Maar man, riep de rechter, wat zou u dan kunnen overkomen? U hebt iets op het hart, dat u mij niet wilt zeggen. Daarom geen geheimen 1 Neen U zoudtraij toch maar uitlachen antwoordde de kapitein. Laat u mij mijn weg alleen maar gaan. Ik heb op zeer zonderlinge wijze mijn intocht op deze plaals gedaan, en misschien staat mij nog veel meer zonderlings te wachten. Ik wil welen, wien mijn komst hier vooruit bekend was en wien ik zoo'n bezorgdheid veroor zaak, dat hij mij zelfs uit den weg wil ruimen en ik hoop het te weten te komen! Maar daarvoor hebt u toch in ieder geval hulp en onder steuning noodig! zei Bokelmann. Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1933 | | pagina 5