Tweed© Blad van „FEIL 11 MA AS
FEUILLETON
Van jagers en
sfroopers.
fbsTisr
Zaterdag 27 Augustus 1932
Drie en vijftigste Jaargang No. 35
Folklore aan 'n ouder-
wetsch Venraysch
haardvuur.
IV.
DE KIEKENS MET ÉÉN POOT.
(Een Noord-Limburgsch haard-
vertelsel).
„Oei 1 oei 1"
Dat was Sinte-Petrus, die het ver
zuchte.
Al dagen en dagen achtereen was
het snikkend heet en laf, en was de
zon als een zengende vlam men
kon bekant geen asem meer halen
van wege de door de felle hitte
verdunde lucht.
Maar vandaag was het om er-in
te blijven. De hem-1 leek ééa vuur!
„Oeioei 1 herhaalde Sinte Petrus.
Ik kan 't niet meer uithouden, mijn
Heer't Is toch ook zo warm
Dit slakend zakt Sinfe Petrus al
temee in eikaar, en zijn lang kemels
haren kleed bolde door de plotse
neerplof op, zakte dan, en joeg op
fijne gloeiende stof van de wit grijze
grintweg.
't Was ook te bar, zoo fel de
hitte gleierde dat zag de Heere nu
Zelf ook in. Het zweet gudste.'t
maakte Z n haren klam, en deed 't
ruige kleed aaa Zijn lichaam plekken.
Hij nam Zijn wandelstaf, en stak
deze in de hoogte als om te tuchti
gen, als om te gebieden. En hij
sprak dan
„Zontemper uwe hitte. Lucht
bewolkt u."
En, zie 1 daar kwam plots een
koele bries toewaaien, en van verre
van 't westen, van 't zuiden,
van overal, daar kwamen even
plots donkere wolken, groote en
kleine, aandrijven.
Weer hief de Here Zijn staf om
hoog, en Hij sprak
„Er dale een verfrissende bui over
de droge aarde neer 1"
Oogenblikkelxjk begonnen de wol
ken te lekken, en streepte de koele
regen op de schroeiende aarde, 't
Begos ervan te dampen. En van
verre, uit de bewoonde buurten,
waar men al negen processies had
gedaan om den Schepper regen af
te smeeken, klonken vreugdekreten
en in verscheidene huizen en kloos
ters, ook te Venray greep men de
jonge haantjes, kiekens, om ze, klaar
gemaakt, van plezier, in feeststemming
op te smullen.
De regen bleef fiks neerstreepen,
En, zoowaar in die kemelsharen
hoop, die daar lag op de grintweg,
daar kwam beweging, meer en meer
en al spoedig rees Sinte Petrus
daaruit op. Verrast keek hij om zich
heen. Droomde hij Neen want hij
voelde frisch de lekkere regen op
z'n voeten uiteen pletsen, op z'n
handen en op z'n hoofd.
Ea dankeod zag hij op tot Zijnen
Heer... en 't scheen Sinte Petrus
weer of ze nog in hunne goeie
Palestijnsche tijd waren.
Toen sprak de Heer
„De regen houde op, maar de
verfrissching blijve
En zie het gebeurde weerom
zooals de Heer had gezegd.
Ze vervolgden weer hun weg. En
ze hadden nog een heel eind voor
de boegze kwamen vanuit Frank
rijk en hadden die dag al van Roer
mond gelopen, en ze moesten nog
tot diep in Holland 1 Welgemoed
was Sinte Petrus met zijn Heer op
stap gegaan, vast ervan overtuigd,
dat door des Heeren wil en macht
beiden plots zouden worden opge
tild door de Engelen, en gedragen
over landen en watervlakten, over
bergen en stroomen. Had Hij niet
eens gewandeld over het meer van
Galilea, toen Zijne leerlingen tobden
Den houtvester, een opene, eer
lijke natuur zonder rimpel of
kreuk wist hij gemakkelijk in te
palmen. Hij was fatsoenlijk en
solied van gedrag, dienstvaardig
en begeerig tot in hel overdrevene
toe om iets te leeren en nam
iedere onderrichting met dank
aan. Ook de moeder was hem
spoedig genegen. Kleine dienst
bewijzen trekken dikwijls meer
dan men denkt. Zij was ziekelijk
en hij kon uren lang bij haar in
de warme keuken op de houtkasfc
zitten en dan onderhield en troost
te hij haar over den toestand en
toonde het grootste medelijden en
de innigste deelneming. Zij was
nieuwsgierig als alle dochters van
Eva, hij wist altijd iets nieuws sn
menig uur dat andere knapen en
onder dezen ook de vurige en
levenslustige Johan in de - Kroon
zaten, vertelde hij ware en ver
dichte geschiedenissen uit zijn
soldatenleven en frischte de netel
achtige herinneringen uit zijn
verre geboorteplaats en eerste
kinderjaren weder op. En wanneer
dan de vroolijke jongelieden on
om voort te komen 7 omdat de wind
tegen was. Toen was hij, Petrus,
ook een eind over het water gewan
deld, terwijl de booze wind hooge
golven opjoeg Maar nu zou hij niet
twijfelen bij 'n eventueel door-de-
lucht-gaan 'n luchtbuiteling te maken
als toen, toen hij 'n fameus nat
pak haalde, omdat in hem plots
twijfel en vrees was gevaren. Maar
de Heer, die door Zijne alwetend
heid, ook wist, dat bij Sinte-Petrus
het nu meer gemakzucht was, wilde
hem hiervoor straffen. Tot nu Sinte
Petrus was ineengezakt, en de Heer
mededoogen kreeg. Het was wel,
zo 1
Ze legden nog een heel stuk af
voordat de zonne moe was, en
daalde, en langzaam de avond kwam
toestrenen. Ze waren toen gekomen
aan de zoom van een groot heide
vlakte.
„Dat is de Peel," lei de Heer
Sinte-Petrus uit„wij zullen hier
blijven deze nacht."
Sinte-Petrus z'n maag rammelde
geducht ook de Heer had etenslust
na de zware lange dagmarsch.
Since Petrus streek al es met z'n
hand over z'n maagstreek, keek es
rond...
„Ziet ge, ginds, die toren, Petrus 7
Die zoo kloek boven de bosschen
uitsteekt 7 Ge kunt 'm nog nauwe
lijks meer zien, omdat de avond-
donkerte komt toerollen uit 't oosten.
Kent ge hem 7"
Sinte Petrus, met z'n hand nog op
z'n maagstreek, tuurde... Nee hij
wist niet.
„Dat is Venray 1 Wel, Petrus
kent ge dan die toren niet meer
De. toren van een der schoonste en
grootste kerken, die de bouwers u
hebben toegewijd?"
Ei 7... En dan herkende ie 'm.
„Goed. Ge weet daac dan dus ook
nog wel den weg, niet 7 Ga nu met
alle rapte naar het klooster van het
dorp, en zeg aan de broeder-kok uit
Mijnen Naam, dat hij u brood mee
geeft, en de twee kiekens, de vetste
van die hij juist aan 't braden zal
zijn."
Brood 1 maar vooraltwee kiekensl
gebraden lekkere bruingeioosterde
Kiekens Wat heerlijk Sinte Petrus
z'n oogen glommen, en ie zelf kreeg
neiging om 'n salto te maken.
Aanstonds snelde hij weg. rap
rap en had haast geen tijd om
asem te halen bij z'n loopen.
Twee kiekens, gebraden haantjes
het weten van den te smullen kost
doortjoekte z'n lijf, en deed z'n
rappe gang steeds maar sneller en
sneller worden.
Doch toen hij terugkwam, voelde
hij 't danig in z'n beenen en in z'n
lendenen. En z'n maag begon der
mate te rammelen, te rammelen 1 dat
hij er bekant bij neerviel, voor de
tweede keer vandaag dan. Maar dan
zag Sinre Petrus en rook hij de twee
maal twee vette haantjesbilletjes die
uit 't bruinpapieren omhulsel staken,
vettig blinkend, bruin glanzend, zou
hij 7 7 O, dat. dat... Wat zou zijn
Heere wel zeggen Nee, nee...
de haan 't waren nou wel maar
'n paar onnoozele kuikenhaantjes
was anders een fataal wezen voor
hem. Zoowaar... berouwtranen ont
sprongen hem nu weerom uit z'n
oogen, alleen door die onzalige
herinnering. En Sinte-Petrus stapte
v'ug door...
Maar van-liever-lede begon de
roering weer in z'n maag 't ram
melde er geducht, 't maakte hem zelf
bekant van-de-wereld-af. Goeie-
grutte 1 dat nog volhouden tot ie
aan de heidezoom was. Begon 't
niet te troebelen voor z'n oogen 7
van moeheid, en van honger. En in
die troebeling blonken zoo verleide
lijk de vette bruine hanenbilletjes.
Nee, 't ging niet meer, zoo af te
blijven. Wie had ze trouwens ge-
der lustig gezang uit de herberg
naar het dorp togen, hoorde de
jager onder dezen ook de stem
van Johan, hetzij hij er bij was
of niet. 't Is waar, meest was hij
er bij, want gaarne zat hij in den
kring zijner vroolijke kameraden
gaarne stond hij „aan het hoofd
waar het gepaste vermakelijkheden
gold, ja hij stiet hen dikwijls terug
door zijne heftigheid, maar gaarne
vergaf men het hem daar hij hel
toch zoo boos niet meende.
Wie de dochter hebben wil,
moet eerst de ouders het hof ma
ken, zegt een oud spreekwoord,
De jager kende kende dit en
handelde hiernaar. Ook thans
bij het feest was hij de voorko
mendheid zelve. De boschwach-
tersvrouw had een der kleinen
uit het oog verloren; spoedig
haalde hij hem weder bij.
Had zij haar man iets te zeggen
of te geven hij bracht het
over. Daar danste een vreemde
heer dien zij niet kende, vlak
tegenover haar zat een meisje
dat zij vroeger niet gezien had
het duurde niet lang of de jager
wist wie en van waar zij waren.
Hij haalde bier en wist het
beste vat uit te zoeken, hij bracht
gebak en koek aan, hij wierp de
suikerklontjes ongeteld in het
bier en daar de theelepeltjes ont
braken, sneed hij bereidwillig
stokjes uit de beukentakken om
het suikerbier om te roeren.
Het feest liep ten einde.
haald 7 Zou hij 7 7
„Wacht, dacht bij, als kreeg hij
plots een slim gedacht, ik heb 't ik
zal van ieder kuikenhaantje één
billetje afnemen, dan ziet de Heere
't niet eens."
En Sinte Petrus bezweek voor de
bekoring.
En zalig smakkend smulde hij de
twee kuikenpootjes naar binnen. En
lekte z'n lippen nog es na.
Toen hij bij z'n Heer kwam. reikte
hij 't meegebrachte zonder toeten of
blazen over en de Heer verdeelde
het medegebrachte.
Maar opeens fronste een plooi
tusschen de werkbrauwen van de
Heer.
Zoo onnoozel mogelijk begon
Sinte-Petrus alvast te eten.
„Kijk es, Petrus wat is dat 7"
sprak Hij, Sinte Petrus berispend
aanziende, „Mijn kuikenhaantje heeft
maar één pooten, waarachtig, die
van jou ook Petrus, waar zijn
die twee andere pootjes gebleven 7"
Sinte Petrus talmde met de schielijk
volgestopte mond. -- Mijn Heer, ik
ik weet het niet, zei hij dan.
,Maar ge zult die kuikenhaantjes
toch niet zoo van den broeder-kok
hebben ontvangen, wel Pefru>?"
„Jawel, mijn Heer. Maar misschien
hebben de kuikenhaantjes en de
kiekens hier in deze streek allemaal
maar één poot. We hebben immers
al zoovele rare en wonder-eigen
aardige dingen gezien op onze
wegen 1"
„Dat is niet mogelijk, antwoordde
de Heer. Want al de hoenders, al
't vliegend volkje, hetzij nog kieken
of reeds volwassen, hebben twee
pooten. Aldus heb Ik ze Zelf ge
maakt 1"
Maar Petrus zei hierop niets terug,
en deed of hij 'n wolfshonger had.
Hij mummelde nog wat van dat 't
wonderbaar feit kon bestaan. Maar
de woordenwisseling bleef dan ook
hierbij, waarschijnlijk ook, omdat nu
de heerlijke bout alle mondbeweeg
in beslag nam.
Den volgenden morgen logen
beiden vroeg op pad.
De zonne nipte nog maar even
over de bosschen, toen ze Venray
al achter hun rug kregen. Ze waren
al bijna aan de Maas, en de zon
was inmiddels hooger opgeklommen,
en de morgen begon warm te
worden.
Bij 'n wegenkruising liep hun weg
langs een haag, waarachter 'n menigte
hoender volk piepte, kakelde en
kraaide, al naar gelang 't kuikens,
hennen of hanen waren. Door een
gat in de haag was een kloek ge
kropen met heur kuikens. Ze hadden
't hun geschonken morgenvoeder
blijkbaar reeds op, want ze stonden
kloek en kuikens, op één poot te
staren naar de klimmende zon.
Dat zag Sinte Petrus.
„Mijn Heer mijn Heer I uitte hij
triomfantelijk, z'n Heer bij Zijn
mouw trekkend om Zijn aandacht
op te wekken, mijn Heerzie toe.
Daar 1"
„Nou 7"
„Daar daar, mijn Heer 1"
„Nou Wat is er 7"
„Wel 1 ziet U dan niet, dat daar
de haDen, de kippen, de kiekens
maar één poot hebben 7"
Even glimlachte de Heer.
Maar, presies doende of Hij ze niet
zoo direkt zag, liet Hij ze Zich goed
wijzen.
„O, Petrus wacht maar eens even 1
zei Hij dan.
De Heer hield stil, en met Zijn
handen klappend, riep Hij „ksss 1
ksss 1 allee
Onmiddellijk schrokken de beestjes,
en zetten 't op 'n loopen natuur
lijk op twee poten.
„Ziet ge nu, Petrus wie heeft
dus gelijk 7 En wie heeft gisteren
avond zoo kunnen jokken 7"
Dat had Sinte Petrus niet ver
wacht
Ja maar...è... antwoordde hij min
of meer bedremmeld, en daardoor
wat stotterend, op zoo n manier,
ja... da... dat zal wel Dat is ja
gansch natuurlijk. Als, als LI gisteren
avond 'ook maar eens „ksss 1 ksss
alleegeroepend hadt, mijn Heer,
dan zouden die twee hanenkuikentjes
ook' wel weer twee poten hebben
gekregen 1"
GERARD LEMMENS.
IfigBsaRiêa MiiMstóases.
Onnoodig L\jden.
Als iedere beweging u pijn doet,
als pijn in de lendenen, urinestoor-
nissen, hoofdpijn, duizeligheid, en
rheumatische pijnen uw leven tot
een last maken en gij uw werk moet
laten liggen, wordt gij gewaarschuwd,
dat de organen van uw rug niet be
hoorlijk werken.
Waarom wilt gij noodeloos lijden
aan rheumatiek, spit, waterzucht of
blaaszwakte 7
Gebruik Foster's Rugpijn Pillen
bij het eerste waarschuwende teeken
der organen, welke de uriae afschei
den en zoodoende de onzuiverheden
uit het bloed filtreeren. Foster's
Pillen heelen en versterken deze
verzwakte organen, zoodat de on
zuiverheden, welke zich andere op-
hoopen en afzetten, en zoodoende
eindelooze pijn en ongemak veroor
zaken, afgevoerd worden.
In alle deelen van Holland hebben
dankbare personen hun levenslust
herwonnen, dank zij Foster's Pillen.
Bij alle drogisten enz. a f 1.75
per flacon. 28
Meermalen poogde de jager het
sehoone boschwach terskind ten
dans op te leiden, maar iederen
keer ontving hij een weigering.
En daarbij haalde zij telkenmale
den jongen bóer ten dans af. Het
kwam den jager voor, dat zij hem
steeds afsloeg en maar altijd met
Johan danste, zelfs zonder dat hij
er haar om verzocht.
Dit was ook zoo.
Hij kon met haar niet ten dans
komen, ofschoon Setje met andere
boerenknapen bereidwillig en dik
wijls danste. Nijd en wraakzucht
doorwoelden zijn borst, toorn en
haat vlamden uit zijn oogen.
Het was avond geworden.
Reeds daagden de sterren aan
het blauw van den wolkeloozen
hemel. De houlveslersvrouw was
met de knapen naar huis gegaan;
zij kon de avondlucht niet verdra
gen. De houtvester als schutters
en president van het feest, kon
nog niet vertrekken.
Het was de tijd, die aan de
«buurvrouwen" van het dorp, zoo
wel als aan de jonge deerns bij
het wasschen, bleeken of spinnen
stof tot onderhoud geeft, namelijk
de tijd waarop de beauté's van
het dorp iedereen houdt zich
daar natuurlijk voor van het
feest huiswaarts keerden, of liever
zich huiswaarts lieten brengen.
Wie heeft u gisteravond naar
huis gebracht
Ik ben heel alleen gegaan.
Wat doortrapte leugenaarster
Iugekomea en vertrokken
personen
van 5 tot 19 Aug.
VERTROKKEN
M. Hendriks, onderwijzeres naar
Belfeld;
J. Geurts, dienstbode, naar Venlo
Kleine Kerkstraat 9;
E. v. Berkel. z.b. naar Alkemade
Roelof Arendsveen B238;
G, Bosch, voorwerker, naar Arn
hem Velperweg 146a;
A. Raus, onderwijzeres, n. Maas-
bree;
H. van Geenen, fabrieksarbeider,
naar Maashees A48;
P. Rongen, z.b., naar Maashees;
H. v.d. Putten, dienstbode, naar
's Bosch Schapenmarkt 8;
M. Kennis, z.b., naar Echt;
W. Reynders, dienstbode, naar
Maashees 80;
M. Engels en vrouw, vrachtrijder
n. Meeilo Blitterswijk 80;
verstoort Uw gestel
en humeur. Neem
geen sterk werken
de purgeermiddelen,
doch de een normale
ontlasting gevende
0.65 p. flacon.
De Crisis-Varkenswet.
Hoe den boer steuu wordt
verleend.
Op 15 Augustus is de crisis var
kenswet in werking getreden. Er
zal nog niet volledige uitvoering
worden gegeven aan alle bepalingen
van de wet, o.m. niet aan die
betreffende het merkeD der varkens.
Dit zal pas later zijn beslag kun
nen krijgen.
Het elï'ect reeds voor de in-
Averkingtreding.
De landbouwers hebben reeds
geprofiteerd van den invloed der
verwachtingen, door het vooruit
zicht op deze wet, gewekt.
Direct na de bekendmakingen van
den Minister, dat het in de bedoe
ling van de regeering lag, de var
kenshouderij te steunen, zijn de
prijzen der varkens gestegen tot een
niveau dat vrij ver ligt boven dat
van de wereldmarkt.
Men moet aannemen, dat sedert
begin Juni, toen de prijzen het
laagste punt hadden bereikt, n.l. van
8 cent per pond, levend, de land
bouwers van 5 tot 7 cent per pond
meer hebben ontvangen dan zij
anders zouden hebben gekregen.
Nederlandsehe en Gewestelijke
centrales.
De Nederlandsche Varkenscentrale
aan welke de uitvoering de wet
in hoofdzaak is opgedragen voor-
loopig nog gevestigd in het depar
tement van Economische Zaken en
Arbeid te 's Gravenhage wordt in
htiac taak bijgestaan door elf gewes
telijke varkenscentrales, voor elke
provincie één, met uitzondering van
een gedeelte van Gelderland, n.l
het Rijk van Nijmegen en het Land
van Maas en Waal dat bij Noord-
Brabant is gevoegd.
Deze Gewestelijke Varkenscentrale
dragen op hun beurt een deel der
werkzaamheden over aan plaatselijke
commissies.
Deze zorgen voor de inventarisa
tie en het merken van de varkens.
Zij bepalen op grond van alge-
meene regels ook 't aantal varkens
dat bij iedeiea varkenshouder zal
kunnen worden gemerkt.
Financiering van den steun.
De geldmiddelen, noodig om de
prijzen te steunen en om de tekorten
op den export aan te vullen, worden
verkregen door heffingen. Deze zul
len geschieden van alle geslachte
varkens naar het slachtgewicht.
Als slachtgewicht geldt het sehoone
varken met de nieren.
Voorloopig is de heffing bepaald
op 9 cent per K.G. slachtgewicht,
hetgeen ongeveer overeenkomt met
7 tot 7i/s ct. per K.G levend ge
wicht. Deze heffingen geschieden
voor zooveel de varkens met het
oog op de vleeschkeuringswet toch
moeten worden gekeurd door de
keuringsdiensten.
Geen ingrijpen in den biuncn-
laudschen handel.
Het ligt niet in de bedoeling om
in te grijpen in den binnenlandsche
handel, d.w.z. in den handel in
varkens, bestemd voor de binnen
landsche markt.
Op de gewone wijze kunnen
slagers, commissionnairs, of wie
dan ook, de varkens bij de land
bouwers koopen. Alleen indien mocht
blijken dat van de zijde van dezeD
niet medegewerkt werd om den
landbouwers een behoorlijken prijs
uit te betalen, zou de mogelijkheid
niet uitgesloten zijn, dat de Neder
landsche varkenscentrale gedwongen
wordt, ook in den binnenlandschen
handel in te grijpen.
Goneentratio van don export.
Inzake den export ligt het in de
bedoeling een (verdere) concentratie
tot stand te brengen. Reeds met
het oog op de controle en om
ervoor te waken, dat de voordeelen
van de crisisvarkenswet werkelijk
komen daar, waar zij moeten gelden
is dit noodzakelijk De 'grootste
export van het Nederlandsche var
kensvleesch vindt plaats in den vorm
die gij zijt
Wil ik het u eens zeggen
Hannes was bij u
Dat had ik onmiddellijk ge-
dachl... of...
Hebt ge het wel opgemerkt,
Pauline wat heeft Andrees Pie
pers gisteravond veel met Trina
gedanst
Zeker heb ik het opgemerkt
en zoo'n leugenaarster zegt, dal
zij hem niet mag lijden.
En gisterenavond heeft hij
haar eeri heelen zak suikerboonen
gebracht, zeker voor een halven
gulden.
Zeg eens Trees, hebt gij Net
je gisteren niet gezien, met wat
air zij ons voorbijging?
Ja, dat zal wel zijn, zij heeft
het erg in den bol. Zij meent,
dat zij reeds hoog en droog op de
hofstede zit. Dén geheelen avond
heeft Hannes met haar gedanst
als waren zij in het geheel niet
daar, nu, mij kan het juist
niet schelen, maar ik heb* mij
toch tot in mijn ziel geërgerd.
Juist alsof in ons dorp geen fat
soenlijk meisje meer te krijgen is.
Gij hebt wel recht, Belje.
En 's avonds heeft hij haar
een half uur ver naar huis ge
bracht, zoo'n domme gek. Hij had
zoo ver niet behoeven te loopen.
En zij moest zich schamen.
Zoo gaat het vier weken lang
op alle koffievisites en zoo'n oude
vrouwelijke dorpskalender weet
dikwijls vijf jaren vooruit alle
mogelijke paren aan te wijzen
Ook Setje en de jonge boer boden
den lieden stof tot gesprek
Al pratende over koetjes en kalf
jes sloegen zij met al de anderen
langzaam den weg in naar het
dorp. Hadden zij maar eenigszins
op hun omgeving acht geslagen,
zoo zouden zij bemerkt hebben
hoe menig nieuwsgierige blik op
hen gevestigd was, hoe menig
nieuwsgierig meisje walnadercrac
om van de zaak zeker te zijn zij
zouden dan ook bemerkt hebben,
hue een hooge gestalte met fon
kelende oogen zich in de schaduw
der beukenlaan zocht te verbergen
Eindelijk was de weg afgelegd en
de twee buurkinderen scheidden
Met vluggen slap schreed Johan
nu op de boerderij aan. Onder uil
het dorp klonk het vroolijk gezang
uit de «Kroon", ham tegemoet.
Neen, nu mocht hij er niet heen
Hij was op dat oogenblik niet ge
stemd om zich aan luidruchtige
vroolijkheid over te geven.
Al peinzend trad hij verder.
Plotseling verneemt hij een
vluggen stap achter zich. eer hij
zich kan omkeeren, voelt hij een
hevigen stag op zijn hoofd. En
bijna was hij bewusteloos neer
gezonken zoo hevig en onver
wacht kwa ii de slag. Fluks
draaide hij zich om week ter zij
en stond vuor zijn verraderlijken
tegenstander. Hij was geheel
weerloos, zou hij wijken of stand
houden? Schurk, waarom slaat
van bacon en versch geslacht vleesch.
De baconexport zal geheel ge
concentreerd worden.
Daar de export van versch vleesch
voor een goed deel in handen is
van de exportbedrijven, is daarmede
natuurlijk tevens deze versch vleesch-
export geconcentreerd. Niet uitge
sloten zal het evenwel zijn, dat de
andere expor eurs van versch var-
kensvleesch, die zich met deze export
tot nu toe bezig hielden en niet
een exportbedrijf houden mits onder
controle, dezen export blijven voort
zetten.
Extra-speksteun.
Vooral om te zorgen, dat de
meest onvoordeelige, d.w.z. de aller
zwaarste varkens, zoo spoedig mo
gelijk worden opgeruimd legen een
behoorlijken prijs, heeft de Neder
landsche varkenscentrale bepaald, dat
zij den export van spek van varkens
boven een bepaald slachtgewicht
(voorloopig bepaald op 2oo K,G.
slachtgewicht) zoo noodig voor een
paar weken zal steunen met een
bepaald bedrag per K.G. spek, ten
einde de markt hier niet opnieuw
te belasten.
Het ligt in de bedoeling om, ten
einde moeilijkheden te voorkomen,
dit spek van een bepaald merk te
voorzien.
Productie-beperking.
Aan de landbouwers heert deze
wet reeds voor zij in werking trad
voordeel gebracht en zij hoopt, in
de toekomst nog dit groote voordeel
te brengen, dat zij de varkenshou
derij op een loonende basis houdt.
In dezen crisi tijd wordt hiermede
aan een ernstigen wensch voldaan.
De mogelijkheid van prijsverhoo-
ging zal, zelfs als men geen rekening
houdt met de belangen van de con-
-sumenten, aan vrij enge grenzen ge
bonden zijn.
Inventarisatie en merken,
den loop van de volgende
maand zal een inventarisatie gehou
den worden van alle aanwezige
varkens. Bij deze inventarisatie zul
len ook alle aanwezige dieren wor
den gemerkt met een oormerk,
zooals dat tot nu toe bij stamboek
varkens o.a. gebruikelijk is.
Het ligt in de bedoeling voor-
loopig den handel in biggen enz.
geheel vrij te laten, zoodat de eenige
bemoeiing, die de fokkers zullen
hebben, is dat zij de biggen zullen
moeten laten merken en dat zij niet
meer fokzeugen mogen houden dan
hun wordt medegedeeld.
Huisslachting.
Van alle slachtingen zal de hef-
g moeten worden betaald met
uitzondering van een gedeelte der
buit slachtingen. Vrijgesteld zullen
moeten worden de huisslachtingen
van hen, die niet meer dan twee
varkens per jaar mesten en er één
voor eigen gebruik slachten.
Het is niet billijk te achten, dat
de landbouwers, die in zoo hooge
mate profiteeren - bij een prijs
verschil van 5 cents per pond maakt
het op een varken van 200 pond
reeds £10 uit, ook nogmaals vrijge
steld zouden 2ijn van 'n betaling
der heffing op huisslachtingen.
Zij zullen evengoed als de slagers
daarvan hebben te betalen, de
heffing, die bedraagt 9 cent per
K.G. geslacht, hetgeen overeenkomt
met f 7.50 per 100 K.G. levend
gewicht. Het is niet anders dan
billijk te achten, dat iemand die voor
al zijn varkens profiteert voor een
bedrag van misschien f10, voor een
te slachten varken de heffing zou
betalen v. f7.50. Liet men zulks
vrij, dan zou dat niet alleen een
daling met zich medebrengen van
den uit te betalen prijs, maar het
zou een zeer onbillijke concurrentie
beteekenen voor de slagers.
gij mij? riep hij en stortte in
blinde woede op den jager los.
Deze was teruggesprongen om
zich tot een nieuwen slag gereed
le maken. Zijn voet gleed uit,
hij struikelde.
In een oogwenk was Johan
hem naar de keel gevlogen, ont
rukte hem den stok en slingerde
dien ver van zich af. Nu begon
een woedende strijd. Ieder zocht
den anderen op den grond le
krijgen. Eensklaps tastte de jager
in den zak van zijn jachtrok, een
blank jachtmes flikkerde in zijne
handen. Hond! wilt gij steken?
riep Johan; met de eene hand hield
hij zijn arm vast, met de andere
wrong hij hem de keel toe. De
jager stortte ter aarde; het mes
ontviel zijne handen. Johan
raapte hel op en wierp het van
zich af. Zijn tegenstander was
overwonnen.
Stroop®r, laat mij los, kreun
de deze. Die woorden brachten
Johan buiten zich zeiven van
woede. Het was een geluk, dat
hij slok nog mes ter hand had.
Toen de eerste woede voorbij
was, verheugde hij zich dat hij
niet zoo ver gegaan was. Eenige
zware vuistslagen vielen. Men-
schen kwamen nabij; Johan liet
den jager los. Deze schuimbekte
van woede over zijne schandelijke
nederlaag, sprong op en verdween
in de struiken.
De schutters 'trokken onder het