Onze dure Gemeenschap. Voor de vrouwen. Gemengde Berichten van zijn kind hoogst ernstig was. Ea de zigeuner begreep, dat hij geen hoop mocht hebben. De man sloeg wanhopig de armen in de lucht. Al de zigeuners, mannen, vrouwen en kinderen, omringden hem en spraken >t luide vreemde klanken, en gluurden speelsgewijs in den wagen, waar het zwart-oogige kind lag te staren en te ijlen. Was er dan niets meer aan te doen Voor geen geld De vader haalde uit zijn wagen een grijslinnen zak, graaide erin en liet geld zien, goud en zilver, vreemde munten. Dokter begreep en schudde het hoofd. Met geld was dit kind niet te redden. Eén ding, zoo dacht hij, maar hij sprak het niet aanstonds uit, ééa ding kon nog redding brengen bloedtransfusie. Als hij een halven liter bloed kon krijgen, van een kerngezond kind, en dat in de aderen spuiten van het kleine zieke meisje. Dan... ja dan was er nog een mooie kans. Toen de dokter in zijn auto zou stappen, viel zijn oog op een groepje van drie kinderen, die nieuwsgierig te kijken stonden naar het vreemde volkje met zijn drukke gebaren. Drie paar helderblauwe kijkers en drie Jrissche melk-en bloed gezichtjes. Ja, als ik daar eens bloed van hebben kon.' dacht dokter, en gauw laten onderzoeken, en als het geschikt blijkt, overspuiten. Dat zou beteekc- nen nieuw en versch leven voor het zieke stumperdje daarginds. Hoe heeten jullie, kinderen Jan van EerdeD, antwoordde de oudste, een flinke knaap van elf jaar Daar wonen wij... en hij wees naar de dichtstbijzijnde boerenwoning met rieten dak. En willen jullie eens in de auto zitten Dan breng ik jullie naar huis. De twee meisjes traden schuchter terug maar Jan stapte dapper in. Hij vond 't wat fijn. De andere twee hijgden klompklossend de auto na, vol verwondering voor Jan, die toch alles durfde, en van nieuwsgierigheid hoe vader 't wel vinden zoj. Hé dokter, u hier Wat is er aan de band Zieken zijn hier niet. Dat is 't ook niet, Van Eerden. Maar... ge kunt misschien een kind redden, dat anders geen twee dagen jeer te leven heeft. En hij legde Jen aandachtig luisterenden boer het •eval uit. vertelde van bloed over puiten. van de wondere uitwerking daarvan, dat degene, die bloed af stond, zelf niet het minste gevaar loopt, enzoovoort. En wat wil dokter nu eigenlijk Mij bloed aftappen? En voor welk kind Dokter, die niets wist van den kippendiefstal, kwam eindelijk met zijn voorstel Bloed te mogen nemen van Van Eerdens' jongen, als het onderzoek tenminste uitwees, dat zijn bloed met dat van het zieke kiüd accordeeren zouanders was het niet noodig, en dan overspuiten in de aderen van het doodzieke kind van dien zigeuner, dien groote. 't Waren toch ook menschen. En als een van jouw kinderen er zoo eens voor stond. Van Eerden. De boer stoof op. Dat moest er nog bij komen Hij zijn eenigsten jongen wagen voor een kind van dien gemeencn dief. Als een onweers bui kwamen de driftige woorden over dokters hoofd. Dokter liet hem uitwoeden. Dan begon hij weer op nieuw kalm en rustig redeneerend. Geen gevaarniet doen voor het plezier van die menschen, maar uit naastenliefdevergeef ons onze schulden; de arme menschen wan hopig eenigste kanshaast bij G"d zou hem ervoor beloonen en hem zegenen in zijn kinderen. Een paar malen nog spartelde Van Eerden tegen, telkens zwakker. Ten slotte: Als de Pastoor zegt, dat ik het doen moet, vooruit dan majr Stap in, zei dokter, we rijden naar de pastorie. Het was tevoren wel ;:eker, wat de oude herder zou ant woorden. Maar ook toen weer kwam de wrok tegen den kippendief boven. En de Pastoor had alle over VVees gegroet, Maria.... Een glimlach kwam van de lippen van Sam. Maria, fluisterde hij zacht. Wees gegroet Maria, vol van genade.... De Heer is met U.... Met U, lispelde Sam. Gezegend zijt gij onder de vrou wen, en gezegend is de vrucht uws lichaarns Jezus... Jezus Jezus lispelde Sam. Heilige Maria Maria, Jezus! fluisterde de ster vende. Moeder Gods, bid voor or.s, zon daars.... Jezur, Maria! kwam het van de bleeke lippen. Nu en in hel uur.... ■Jezus, Maria Van onzen dood..., Jezus.... Maria Nauwelijks hoorbaar en Sain Dinddy was dood. Meester Dorrens knielde een oogenblik bij het lijk van den armen zwerver, toen greep hij de twee lederen zakken en vloog de deur uil, alsof de hel hem op de hielen zat. Het was nacht geworden. Langzaam en in gedachten ver- l mken als van twee dooden bege leid, trok hij op zijn kwartier aan. Elk oogenblik bleef hij slaan alsof hij niet wist wal hij deed, urn weer met versnelde schreden voort to ijlen. Alsof hij hier rust zou vinden, redingskracht noodig, om Van Eer den te kalmeeren. Slechts voor het krachtige pleidooi van den Priester zakte alle tegenstand ineen. Nog dienzelfden middag snorde dokter in razende vaart naar het ziekenhuis in de naburige stad, werd het bloed van Jan, die zich eenige druppels had laten afnemen, onder zocht en goed bevonden. En 's avonds om 10 uur lag Jan rustig te bekomen van de behandeling, m een wit bedje van het ziekenhuis, en lag het dood zieke zigeunerkind te herademen en te winnen van den dreigenden dood. Veertien dagen later kwam de groote zigeuner zelf boer Van Eer den bedanken. Zijn kind was gered. Met gebaren en onverstaanbare woorden betuigde hij zijn dank maar de tranen in zijn oogen waren welsprekend genoeg. Er. hij had voor Jan, dien hij bijna de handen afkneep en de armen afschudde, een prachtigen paardentoom en rijdeken meegebracht. Toen hij weg was, gromde Van Eerden, om zijn aan doening te verbergen Wat meet de jongen daarmee doen Als hij die ook maar niet gestolen heeft. In alle geval hoeft hij me niet te bedanken, want voor hem, den kippendief, heb ik het niet gedaanmaar voor den Pastoor en den dokter, 't Zou ook wat zijn z'n eigen kind laten af beulen voor zoo n schelm Zijn geweten, diep in hem, sprak andere taal. Hij wist. dat hij een menschlievend werk had gedaan, waarvoor God hem zou beloonen. In den catechismus staatGod is liefderijk Hij bemint ons met een oneindige liefde en bewijst ons tal- looze weldaden. En het grootste bewijs van die liefde? Dat Hij Zijn eenigen Zoon heeft overgeleverd, om ons. die in zonden waren, zijn vijanden, met Zich te kunnen verzoenen. Die Eenige Zoon, mensch geworden, gaf al Zijn bloed, aan het kruis... om ons te redden van den dood Zoo zeer... heeft God de wereld liefge had. IPSE S|)1*O0É6H komen vroeg in het voorjaar, koop tijdig een pot Spmtol* Bij aije Drogisten. Pot 90 ct., Tube 50 ct. Zeep 60 ct Een kenmerk van den tijd, dien we thans meemaken i3 de daling der geldprijzen. Grondstoffen, tarwe, katoen, metalen, suiker, rubber zijn ia prijs gedaald tot ver beneden dien van vóór den oorlog producten van land- en tuinbouw brengen vaak nauwelijks de kosten op, die noodig zijn voor vervoer en verkoop. De groot-industrie heeft de prijzen harer producten vaak zien dalen tot ver beneden kostprijs, niettegen staande ze haar grondstoffen zoo goedkoop betrekt. Op een afstand volgt de ver werkende industrie, die. voor zoover ze levensmiddelen en kleedingstukken produceert, haren afzet hier te lande nog weinig heeft zien verminderen, en daardoor loonende prijzen van hare producten ten naaste bij heeft kunnen handhaven Steeds verder dringt de prijsverlaging door. Engeland en de Skandinavische landen hebben, met het los laten van den gouden standaard een grooten sprong naar beneden gedaan van haast 30 procent ineens, en zijn daardoor van de duurste landen van Europa in de rij der landen met laag prijspeil gekomen. Óns land volgt langzaam, te lang zaam, met de daling van het prijs peil, dat hier te lande op het oogen blik te hoog is voor een land, welks industrie, welks land- en tuinbouw. klom hij in den boom, wiens tak ken hij tot een rustplaats had in gericht, takken op- en vastge bonden, en het dichte loof lot een gemakkelijk leger gebogen. De twee zakken naast zich, zocht.hij vergeefs naar slaap De akeligste gezichten dwarrel den om zijn rustplaats op en af, de phanlaslische dame Kitty en Sam Dinddy, on de Senor en Pedrillo, Schleicher en de rood huiden, gingen vervaarlijk om hem rond, en bogen zich beurtelings over hem neer. Dan schrok hij telkenmale uit een koortsachtige dommeling op en greep naar zijn wapen. Ook geloofde hij steeds iels van de gevreesde ziekte gewaar te worden, en hel angstzweet brak hem uit. Ilij was blij toen de morgen aanbrak en een heerlijke zon haar gouden stralen over hel heerlijke dal wierp. Wel had hij in den nacht soms in de verte een verward gedruisch gehoord, maar er niet verder om gedacht. Alles was hier zoo anders dan overal. Toen hij echter op vieg was naar den kontroleur, om hem zijn eerste goud af le vragen, toen vernam hij, dat men dezen had overvallen, gedood en zijn keet geplunderd had. Maar liet was heet toegegaan. Verschillende doo den en gekwetsten. Hel was in den nacht gebeurd, van de danstent uit en te vinden was er niets meer. welks veeteelt en zuivelbedrijf op export zijn aangewezen. Dat kan zóó niet lang duren onze export kwijnt aan alle kanten weg voor zoover export nog moge- lijk is moet ze geschieden tegen prijzen die den producenten geen winst, in de meeste gevallen verlies laten. En zonder export kunnen we met onze 8 millioen Nederlanders op dit kleine plekje grond nu eenmaal niet bestaan. Want de export moet dienen om datgene te betalen, wat we nu eenmaal aan grondstoffen, aan levensmiddelen, aan vezelstoffen voor onze kleeding, aan metalen, enz., moeten importeeren om er het leven bij ie houden. Als men de winkelprijzen ziet en vergelijkt met die van enkele jaren geleden, zou men zeggen er is heel wat daling zeker wel 25 a 30 procent. En dat is ook juist voor vele van die artikelen, al is het nog niet algemeen. Maar toch ziet men den index van het levensonderhoud maar 10 tot 15 pet. dalen. Hoe komt dat zoover achteraan Omdat in de kosten van het levens onderhoud ook nog andere factoren zitten, die tot nu toe niet gedaald zijn. En dat zijn factoren die haast alle door de overheid beïnvloed worden. Onze spoorwegen, onze gasfabrie ken, electriciteitsbedrijven, onze waterleidingen hebben hun tarieven niet of weinig verlaagd, onze ge meentetrams hebben ze zelfs hier en daar verhoogd. Onze arbeiders woningen, met steun van gemeente en rijk bekostigd, bij duizenden door de gemeenten zelfgebouwd, brengen nog dezelfde huur op als 5 of 6 jaar geleden, toen het bouwen van een woning 30 pet. meer kostte dan tegenwoordig Onze belastingen, de retributies, die we aan straatgeld, marktgeld, rioolgeld, doorvaartrecht, havengeld en wat niet al te betalen hebben aan de gemeenschap, zijn niet gedaald en zullen als het zoo doorgaat, ver hoogd moeten worden. Al deze uitgaven maken, direct en indirect, een belangrijk deel uit van de lijst der uitgaven van elk gezin, en hunne starheid houdt de zoo noodzakelijke daling van het prijs peil hier te lande tegen. Ik wil niet zeggen, dat verlaging van het prijspeil „het ééne noodige" is, om de malaise te overwinnen, maar voor ons land met zijn zeer hoog prijspeil is het wél de aller eerste voorwaarde om zijne zoover gedaalde exportmogelijk weer te herwinnen. Een lager prijspeil beteekent op zichzelf niet een lageren levens standaard. Als alles 30 pet. goed- kooper wordt kan ik met een loon of salaris dat 80 pet. lager is dan voorheen, mij precies dezelfde mate van levensbehoeften en comfort ver schaffen, als ik vroeger had. Maar het beteekent wél, dat we ten opzichte van het buitenland 30 pet. goedkooper kunnen produceeren en daarmee onze zoo noodzakelijke export mogelijkheid enorm vergrooten. En daarom moet alles bevorderd worden wat die verlaging van het prijspeil bevordert. Het is een dure plicht van de overheid om daartoe mede te werken. Maar dan moet ze net doen als ieder particulier en hare diensten tegen lagere prijzen vetleenen eene ver laging over de heele linie van alle overheidslasten zal noodig zijn. Het spreekt vanzelf, dat ze daartoe, op evenredige wijze, hare uitgaven zal heboen in te krimpen. De regeering is daarvan in den laatsten tijd blijkbaar, onder den druk van den nood, doordrongen geworden. Juist dezer dagen hebben wc kunnen zien dat de bezuinigings commissie Welter een bezuiniging van niet minder dan 120 millioen op de staatsuitgaven voorstelt. Ze moet daartoe met zeer ingrijpende voor stellen komen. Soit-aux grands maux, les grands remèdes. En hoeveel par wat van de keet nog over was, had men in brand gestoken op de lijken der gevallenen. Zoo ging het met het eerste goud. Hij had er genoeg van, vooral toen men hem ook nog meedeelde dal er alleen om een zakje met schoone pepita's, twee dooden ge weest waren en dat degoudkorrels uit plassen bloed werden uilgehaald en er om gestreden met het mes in de hand. Hel hem Sam Dinddy en Kitty meer of min te doen begraven voor goud en goede woorden. Nog een gebed op het graf en hij trok de rivier opwaarts op de koningpepita uit. Het goud. dat Sarn hem schonk en dat van Kitly mede, droeg hij welbezorgd op de borst, en met zijn werktuigen op den rug ging het langs den oever van den stroom De Koningschat der Kaziken. Onder de halfwilde stammen der roodhuiden, ging een wondere sage. Over ging zij van vader op zoon. In de bergen der heilige vallei waren in een plaats, de schat kamer des konings genoemd, schatten gouds opgestapeld. Ze waren het eigendom van den koning der booze geesten, die den menschen ongeluk, onheil, alle kwaad berokkenen. Wee hem die in hun handen valt Hi] verdwijnt van de aarde ticulieren, die met belastinggeld de huishouding der overheid moeten be talen. hebben niet zeer „ingrijpende maatregelen" moeten nemen Van honderdduizenden zijn de inkomsten gedaald, niet met 3 pet. zooals in enkele gemeenten met moeite van het gemeentepersoneel is verkregeD, maar met 10, 20 en in vele gevallen belaas al met 100 pet. Vooral op het platteland, dat den nood der tijden wel het hardst aan den lijve voelt, begint zich een bittere stemming te openbaren tegenover de overheid, die zooveel geld vraagt en welks dienaren een, in vergelijking met den levensstandaard ten platte- lande, welvarend bestaan leiden, en blijven leiden op kosten van een zoozeer verarmde maatschappij. De. overheidsuitgaven worden meer en méér gevoeld als een looden last, die bet bedrijfsleven drukt. Wie die eenvoudige waarheid inziet, begrijpt, dat men er met kleine middelen onmogelijk komen kan, dat niet alleen salarisverlagingen van 3 pet. door veel grootere gevolgd zullen moeten worden, maar dat ook inkrimping van het heele overheids apparaat dringend noodzakelijk is. Inkrimping der overheidsuitgaven, vermindering der lasten door de overheid aan de bevolking opgelegd, verlaging van den prijs der diensten, door of vanwege de overheid aan' het bedrijfsleven en aan particulieren bewezen, is niet het geneesmiddel t de crisisweeëo. Maar het uit blijven ervan zal zeer zeker de ge nezing van die crisisweeën verlang zamen, zoo niet tegenhouden. Het is verstandig van de leiders van het bedrijfsleven, en van hunne vertegenwoordigers, die de Kamers van Koophandel zijn, daarop steeds de aandacht gevestigd te houden, feiten en cijfers te verzamelen, die de wanverhouding aanwijzen, die op het oogenblik bestaat tusschen over heidsuitgaven eenerzijds en de bron nen van welvaart anderzijds, en mede te werken om hunne overtuiging in dezen op kalme en duidelijke wijze voor te dragen. enallespijsverterings- J stoornissen verdwij- nen onmiddellijk bij 't gebruik van Foster's J Maagpillen, het aan- gename laxeermiddel. Vèrkrijghaar a f 0.65 per flacon. Na den mualtyd. Het is bekend, dat ingespannen arbeid na 't eten verricht, in belang rijke mate de spijsvertering storen, ja zelfs geheel belemmeren kan. Dit geldt zoowel voor lichamelijken- als voor ipierarbeid. De oorzaak hiervan is gelegen in het feit, dat evenals iedere werkzaamheid van een of ander li chaamsdeel vermeerderden toevoer van bloed naar dat deel beduidt. Het spijsverteringsproces doet eveneens dien eisch gelden, cn zelfs in nog hoogere mate dan de andere organen omdat het spijsverteringskanaal zeer rijk is aan bloedvaten, en als die alle gevuld zijn, hetgeen gedurende de spijsvertering het geval is, bevatten ze 'n relatief buitengewoon groote hoeveelheid bloed. Vanwaar komt dat meerdere bloed hetwelk maag- en darm wand door stroomt als de spijsvertering aan den gang is? Daar de hoeveelheid bloed in het lichaam dezelfde blijft, spreekt het vanzelf, dat dit uit andere lichaams- deelen moet komen en dat dus maag en ingewanden ten koste van deze worden voorzien. In de eerste plaats zijn het wel de hersenen, die dit bloed leveren en derhalve, zal die vermin dering aldaar mindere werkzaamheid teweeg brengen, daarom ij men na een redelijk maal ongeschikt, voor ingespannen geestesarbeid en zelf min of meer slaperig. Dat de hersenen na den maaltijd niet helder en dus on geschikt zijn voor hun verrichtingen is reeds van ouds bekend, zelfs de oude Romeinen wisten dit en van hen stamt een oude zegswijze, die vertaald luidt: Een volle maag Studeert niet graag. Doch ook onze spieren moeten een deel van haar bloed tijde1 ijk afstaan ook daar treedt een vermindering der werkzaamheid op. Na den maaltijd is men geneigd tot rusten. Onderzoekingen van dr. Feré heb ben aangetoond, dat het spijsver teringsproces in belangrijke mate de spierwerkzaamheiddoet afnemen meer dan men zou verwachten. In den loop van het eerste uur na den maaltijd bereikt de arbeid, zonder vermoeienis verricht, nauwelijks de helft van die welke nuchter kan worden gedaan. Doch de vermindering neemt steeds klimmend toe van het begin tot het einde van dit eerste uur. Van onge veer 10 pet. tijdens de eerste 10 mi nuten daalt zij tot 75 pet tijdens de 45e en tot de 60e minuut. Men weet. dat de ervaring leert, dat sommige stoffen bekend onder den naam condimenten of genotmid delen een opwekkenden invloed uit oefenen en dan ook veelal na een goeden disch gebruikt worden za, koffie, cognac, likeur, tabak enz. En inderdaad is uit de proeven van Ferè gebleken, dat die stoffen in staat zijn de vermoeëois te markeeren, 'doch slechts voor korten tijd. die nooit 10 minunten te boven gaat. Daarna ver schijnt de vermoeienis opnieuw en veel sterker dan zij zonder die voorbij gaande opwekking zou zijn geweest. Is het een natuurlijk en alleszins verklaarbaar verschijnsel, dat ons lichaam na den maaltijd tot rust ge neigd is, even natuurlijk is het, dat die neiging niet moet Jworden tegen gegaan, doch eer in de hand dient te worden gewerkt. Het lichaam is niet in staat twee belangrijke functiën tegelijkertijd ën aanhoudend door even zooveel ge wichtige deelen naar behooren te doen plaats vinden, evenmin als 'n mensch twee zeer verschillende zaken goed kan doen. En wie een of ander toch doorzet, bespeurt weldra, dat grooter vermoeienis zijn deel wordt, grooter dan indien verdere verrichting achterwege blijft. Verwaarloozing vsn de natuurlijke behoefte, aan rust na den maaltijd wreekt zich vooral bij kinderen. Het is hoogst ondoelmatig kinderen da delijk na het eten aan hun huiswerk of lessen te laten gaan. Dit wordt steeds op twee wijzen gestraft De kinderen worden daar door gedurende het leeren onoplet tend en afgetrokken, zij worden nalatig en vluchtig bij hun werk. Zij leeren dus weinig of niets en worden gedurende het overige van den dag traag en lusteloos. In de tweede plaats komt ook de voeding niet tot haar recht; dergelijke kiide- ren gaan er bleek uitzien en krijgen een onregelmatige spijsvertering. Laat men de kinderen na hét middagmaal een uur wachten voor zij met hun werk beginnen, dan komt dat zoowel hun hoofd als hun maag ten goede. want de grond opent zich om hem te verslinden, en hij is veroordeeld ten eeuwigen dage, hij de onder- aardsche ovens, waar hel goud der aarde wordt gemaakt, zwaar geketend, te werken en te zwoe gen de slaaf der booze geesten. Nooit meer zal hij het rozige daglicht aanschouwen, nooit meer het gelaat van een 'mensch die hen liefhebben kan. Wanneer de schatkamer zal ont dekt worden, dan zijn de dagen der bewoners geteld. Verbergen zullen ze alsdan de beenderen hunner vaderen. Nie mand zal weten, waar zij slapen den laatsten slaap, de helden der zonen der zon. Hooger in de bergen is dan hun heil. Dan zullen vreemde volkeren komen, gansch andere volkeren, zij zullen zijn als booze geesten in menschen gedaanten. Een oorlog zullen ze voeren, een oorlog op leven en dood, met onze stammen, en onze krijgers zullen verwonnen worden, en de dood zal ons deel zijn, en de naam onzer helden; krijgers in den strijd, wijze mannen in den raad, zal niet meer voortleven in den mond hunner kinderen. En niet verborgen zullen die zijn in diepte ter aarde. Open en vrij zullen zij daar lig gen, als bruidschat van den berg stroom met parelende wateren die bruischt en schuimt van de hoogte Vader van groot gezin gedood. Hy reed zonder licht. Zondagavond 10 uur reed de heer de Wouw wonende te Berg in de richting Nattenhoven om zich naar huis te begeven. Bij het kasteel werd hij aangeroepen door de marechaus see L. S. uit Sittaid, omdat de man zonder licht reed. De W. stapte echter niet af. Een schot in de lucht weerklonk, doch de W. reed door. Een tweede schot weerklonk en trof den man. Hij was op slag dood. De W. was 47 jaar, weduwnaar en vader van 9 kinderen. Geestelijke en geneeskundige hulp werd onmiddellijk ontboden, doch 't was reeds te laat. Aanvankelijk werd geen schotwond gevonden, doch later bleek de kogel in den rug te zijn binnen gedrongen en door de longen te zijn gegaan. De justitie heelt de zaak in onder zoek. De marechaussee L. S., bevirdt zich tbans in de marechausseekazerne te Maastricht. Veldslag in hot woonwagenkamp te Roermond. In het woonwagenkamp in de voorslad Sf, Jacob, te Roermond ontstond Maandag een ernstige vecht partij, waaraan de politie slechts door krachtdadig optreden een einde kon maken. Den avond tevoren was het er re^ds rumoerig geweest en kwam het tusschen verscheidene personen tot handtastelijkheden. Zekere M. S. werd toen door een messteek niet- ernstig gewond. Maandag tegen den middag ont brandde de strijd opnieuw tusschen den 32 jarigen P. K. en den 21-ja rigen L. en eenige andere kamp bewoners. K. moet hierbij een mes hebben getrokken en aan L. een zeer ern stige verwonding in den buik hebben toegebracht, zoodat de ingewanden naar huiten puilden. In levensge vaarlijken toestand werd L. naar het ziekenhuis overgebracht en van de H.H. Sacramenten voorzien. Hulptroepen per auto. Familieleden van L. die niet in de stad woonachtig zijn, kwamen op het vernemen van deze verwonding per auto ter plaatse en opnieuw ontstond toen tusschen de twee partijen een vechtpartij. Van beide zijden was tevoren reeds met geweren en revolvers ge schoten. waardoor verschillende wa gens met kog h ei hagelkorrels werden doorboord. Genoemde K. kreeg hierbij nog een messteek in den linkerpols. De 54-jarige S. V.. die met een geweer was gewapend, loste daarmee ver scheidene schoten op K„ waardoor deze bovendien in armen en buik werd getroffen. De politie, die terstond van een en ander op dè hoogte was gesteld, verscheen in allerijl ter plaatse, doch eerst na veel moeite gelukte het haar de woestelingen, van wie er een nog met een groot mes en een ander met een moker was gewapend, te arres teeren en naar het politiebureau over te brengen. K. moest per ziekenauto van het bureau naar het ziekenhuis worden overgebracht, waar de vele hagelkorrels die hem hebben getrof fen, langs operatieven weg zullen moeten worden verwijderd. Tijdens de overbrenging naar het politiebureau bracht zekere L. onder de oogen van de politie, zonder dat deze zulks koo verhinderen nog een steek toe aan K. Het kamp is onder politietoezicht gesteld. Een direct ter plaatse ingesteld onderzoek naar vuurwapenen leverde geen resultaat op. Wel werden eenige patroonhulzen gevonden. Een zware smidshamer werd door de politie in beslag genomen. De toestand van den 21-jarigen L. was Dinsdagmorgen zeer bedenkelijk. Noodlottige weifeling. Maandagavond, omstreeks zes uur, heeft op den Jutfaaschen weg te Utrecht een doodelijk ongeluk plaats gehad. De 64-jarige schippersknecht D. D. werd daar n.l.bij het oversteken van den weg door een motor ge grepen en tegen den grond geslingerd. De ongelukkige was op slag dood. Den motorrijder, die in een zeer matig tempo reed, treft geen schuld. D. stak achter eenige auto's om den weg over, doch wijfelde bij het hooren van signalen van den motor of hij zou doorloopen of terugkeeren. Deze weifeling werd hem noodlottig. De motorrijder kon daardoor een aanrijding niet meer voorkomen. uit de geheime bronnen der ber gen, en omspoelt en omdanst en omarmt de schatten in zijn schoot Wee hem, wiens oog het eerste valt op den schat. Hij moet sterven. Niet zijn zal hij noemen zijn vondst. Het offer is hij van den koning der booze geesten. Meeslepen zal hij hem in zijn onderaardsche ho len, ier eeuwige, straf ter eeuwige slavernij Zoo was die sage. Niets wis! er van,-Meester Dor rens, die toen hij eens het kamp der goudzoekers achter den rug had, met de laalste keet en hut, Gods vrije natuur betooverend schoon, stroorhopwaarts ging, met zijn werktuigen op den schouder. Toen hij vergenoeg van allen en alles verwijderd was, vërgewiste hij zich dal Sam Dinddv's en Mis Kitly s goud nog op zijn plaats zat, en hij ging lustig zijns weegs. Proviand had hij voor enkele dagen meegenomen. Het weer was heerlijk en hij dacht niet meer aan al de akelig heden, die hij had doorgemaakt. Met zorg zocht hij zijn weg, en telde hij de rio's die zijn weg kruis ten, van de bergen komend, om zich in de Sacramento te storten Het duurde langer dan hij dacht en het was ook moeilijk er over te komen. Al dadelijk moest hij een heel eind. den oever der kleine rivier op, die het eerst hem in den weg liep. Hij had den Lijd ernstig over alles na Ir denken. Hij voelde zich vermoeid moe gezworven, zou men eer moeten zeggen. Hij voelde iets over zich komen, dat hem den moed wilde benemen. Tot nu toe had hij erzichaltijd legen geweerd. Hij wilde niet, en met geweld onderdrukte hij alle betere gevoelens. Maar nu begon hij troosteloos te worden, en langzaam rijpte in hem het besluit dat dit zijn laatste avontuur zou zijn. Neen, sterven wilde hij niet in dit ongelukkig land, en zelfs al kwam het met den schat der Ka* ziken en der booze geesten niet uit, volgens de gegeven van Sam Dinddy. Dan nog. Maar vooral goud wilde hij heb ben en veel, dat hij er mede in trots naar^ huis kon gaan; Goud zou allen den mond slui ten. En zijn kinderen zouden ook wel voor goud niet geheel ongevoe lig zijn. Dat hoopte hij en dikwijls dwaal den zijn gedachten af, - en dan betrapte hij zich zeiven op allerlei plannen, en soms schrok hij van zich zei ven, dan had hij in zich zei ven halfluid hun naam geroepen. Eens W8s het hem alsof hij hun stem hcorde, en dan .klonk het in zijn noren: Vader! vader! nu is alles goed

Peel en Maas | 1932 | | pagina 6