Volk en taal MmiöSTO iJACfONqfr Weekblad voor VENB-AY, HOBST en Omstreken. L-sk [manufacture Dit nummer bestaat uit TWEE bladen. Ons weekpraatje. Eet rijpe vruchten. Uw Zenuwen £7™' Iu:fn Buitenl. nieuws. Provinciaal Nieuws ZATERDAG 22 AUGUSTUS 1931 Twee en Vijftigste Jaargang No. 34 manufacture! 1 BLIJKEN TOCH HET Jj EEL EN BLIJKEN TOCH HET PRIJS DER ADVERTENTIEN 1—8 regels 60 cent, elke regel meer 7 t ct. bij abonnement lagere tarieven. Uitgave van FIRMA VAN DEN MUNCKHOF VENRAY Telefoon 51 GIRO 150652 ABONNEMENTSPRIJS p. kwartaal voor Venray 65 ct., per post 75 cent voor het buitenland f 1.05 bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers 5 cent O. L. Vrouw Behoudenis der Kranken, Oostrum door A. F. van BEURDEN. Reeds meermalen hebben wij in onze artikelen uit laten komen, dat Noord-Limburg, bijzonder het ge deelte, dat vroeger geheel afgesloten was van deNoordbrabantsche dorpen Liessel, Deurne, Bakel, dus Venray, Horst en Sevenum en door eene andere rij Maasdorpen Geijsteren, Wanssum, Blitterswijck, Swolgen, Meerlo en de Vorsten van de Maas, de hoofdrivier, afgesloten was. daar door op zichzelf, op zijn landbouw, zijn betrekkelijk kleinen veeteelt, zijn schapenfokkerij aangewezen was. Die betrekkelijk afgesloten ligging, buiten vreemde invloeden, buiten het groote verkeer, zooverre het oudtijds be stond, onderlinge huwelijksverbindin gen bewaarde het stamverband tusschen de drie dorpen Venray, Horst en Sevenum, behield de oor spronkelijke taal, uitte zich in den bouw der boerderijen en keuters- woningen, bewaarde ook den eerbied voor den aangeboren godsdienst, deed de machtige torens en kerken bouwen, zorgde dat de mooie, oude kleedij niet geheel verdween, bracht eenheid in de dorpstaai, zonder dat daar geschreven wetten voor noodig waren. De spreekwoorden zag men ont luiken en als bloemen prijken, dan tijdelijk in bescheidenheid verder leven en telkens weer tot op den huidigen dag in de levende taal opkomen en geuren en fleuren. Wel kan men, als men goed luistert en toehoort, de kleine wijzigingen ver nemen, die de fantasie en de smaak der opeenvolgende geslachten der drie dorpen in de stamtaal brachten. Dat kon wel niet andersDoor lieden, die zich uit den Brabantschen hoek ot uit den Maaskant daar vestigden, werden hier en daar vreemde elementen in de taal inge voerd, maar over het geheel genomen zijn de dorpstalen van Venray, van Horst, van Sevenum wel degelijk verwant. Het behoud van de goede oude zeden, van den godsdienstzin, van den eenvoud van leven, van den onderling gemoedelijken omgang, die hoog en laag één doet zijn, van de degelijke oude kleedij, die de boerin er van afhoudt om een pothoed op te zetten, die haar niet staat, en den boer niet in een confectie-pakje jaagt, dat hem van alle kanten te nauw is, dat heeft zelfs het hedendaagsche snelverkeer nog niet kunnen verdrin gen al doet het ook in deze streek zijn invloed gelden en grijpt het bij het jongere geslacht wel dieper in, dan men oppervlakkig zou meenen. De tijden zijn ook anders gewor den. De boer dreef zijn landbouw nog niet zoolang geleden, zóó als hij dat van zijn vader gezien had en de nieuwe uitvindingen, de machines, hebben slechts langzaam haar plaats kunnen veroveren. Vooruitziende mannen hebben ook in deze streek gezorgd, en zorgen dat door cursussen, door landbouw scholen, door ontwikkeling naar alle zijden, de boer op de hoogte kwam en komt van het gebruik van kunst mest, men leert hem coopereeren, zijn veestapel verbeteren en vanzelf is men aldus tot nieuwe inzichten gekomen. De schilderachtige boerderijen met de rieten daken hebben plaats moeten maken voor nieuwe meer practische woningen, waarbij in plaats van de potstallen, meer hygiënische vee stallen verrezen. Men kan het weg ruimen van die antieke huizen, waarin geslacht op geslacht in werk zaamheid en soberheid woonde be treuren, het moest. Men moet geen achterblijver zijn en vooruitgang moet men toejuichen. Aldus verdwijnt er veel, maar de dorpstalen, kloek en logisch van bouw, houden het uit, al lijden ze, zooals reeds gezegd is, door het jagend en ijlend verkeer, het veel vuldig bezoek van vreemden. Maar de dorpstaai is een schat, door de voorouders getrouw overgeleverd sinds vele opvolgende eeuwen. Wij bewonderen steeds dit vaststaand feit. Daarom treft ons zeer het artikel van W. J. in Peel en Maas, waarin hij opkomt voor het behoud der dorpstaai in Venrayeen prijsbaar voorbeeld Het Venraysch lijdt onder het toenemend gebruik van het oflicieele Nederlandsch, dat slechts een ver leden heeft in zijn tegenwoordigen vorm van enkele eeuwen. Men kan dit overal 't beste zien, dat men in iedere Hollandsche stad het officieele „beschaafd" Hollandsch hoort spre ken, maar spreekt eens met het eigenlijke volkdat vertelt II zijn leven, zijn ervaringen, zijn gevoelens in de oude werkelijke omgangstaal met zijn geheel andere klanken, die de hoogere standen als een teeken van ontwikkeling verlaten hebben. Wij zullen den schrijver in zijn betoog niet volgen, omdat wij dan te uitgebreid zouden worden, maar reiken hem gaarne de hand, om zijn kloek voorstel. Maar eene enkele opmerking houde hij ons ten goede. Hij zorge mede standers en medehelpers te krijgen, ook in Horst en Sevenum. dorpen van dezelfden groei en ontwikkeling, met dezelfde zeden, gewoonten, kleedij, voor zoover ze nog bestaan; dorpen die in strijden en lijden naast elkander pal gestaan hebben. Dan kan men te samen een dam opwerpen tegen de 3teeds voortdringende ver vaging en verdwijning van het oude, eerbiedwaardige in volk en taal en doet dan een goed en vruchtbaar werk. Erich Maria Remarque, de beken de schrijver van het grootsche anti- oorlogswerk „lm Westen nichts Neues", heeft vele van zijn enthou siaste bewonderaars lichtelijk ver baasd, anderen ontstemd en een enkeling tot „doffe woede" gebracht. En dat alles in verband met het antwoord, dat hij aan het Fransche blad „L'Oeuvre" zond. op een enquête-vraag, of de Duitsche oud strijders weder ten oorlog zouden trekken, indien er nieuwe strijd tus schen de volkeren zou ontbranden, Remarque schreef o.m. „De oorlog is voor mij de meest volmaakte negatie van het leven geweest, de wreedste vorm van den dood, van het niet-leven, waartegen ik me verplicht heb gevoeld te rea- geeren. Doch ik ben geen politieke ideoloog. Indien vandaag vijandelijke legers Westpbalen mochten binnen dringen, zal ik morgen opnieuw sol daat worden. !k ben een vredelievend man maar geen pacifist." Het valt niet te ontkennen, dat zulk abt woord wel eenige oogenblik- ken tot verbazing stemt. Immers, hebben wij, die den oorlog niet heb ben meegemaakt, ons dezer verschrik kingen niet juist door Remarque's boek gerealiseerd Hebben de citaten uit zijn werk velen onzer niet tot het teekenen van het petitionnement voor algemeene ontwapening geleid En dan toch zou, als het moest, die man zelf weer naar de wapens grij pen Ja. als het moest... Men kan van Remarque's oprechte vredesgezindheid overtuigd wezen anders zou hij niet zoo over den oorlog hebben kunnen schrijven. De meeste menschen houden er, gelukkig, niet van om anderen pijn te doen, te dooden. Maar als we straks wor den aangevallen door een booswicht, die ons dreigtje geld of je leven en we zouden dan de kans krijgen om den kerel een tik op zijn hoofd te geven... Wat de vredesbeweging betreft, onderscheiden we ij veraars voor algemeene en gelijktijdige ontwape ning, en daarnaast menschen, die ook, ja allereerst eenzijdige, eigen ontwapening propageeren. De laatste zijn zeer zeker beste brave menschen, uitnemende idealisten. Maar wat de gezindheid voor den vrede betreft, doen de eersten voor de laatsten niet onder al zijn ze voor alles realisten, 't Is heel mooi, om te prediken zelfs al vallen ze ons aan, doen we toch niets terug, verzetten we ons niet, maar zal zulke ideologie tegen de nuchtere zakelijk heid van de practijk opgewassen blijken Zal, als het er op aan komt, de natuur haar rechten niet boven de leer laten gelden We vieezen van wel en Remarque komt er rond voor uit, dat hij hoezeer hij den vrede ook mint met hen naar de wapenen zal grijpen, die worden aangevallen. Hij is er ons niet minder om. Wij gelooven zelfs niet, dat dege nen, die nu in „doffe woede" over Remarque's woorden neerzitten, anders zullen handelen, als het er op aan komt. Elke oorlog gaat met be dreigingen en bruut geweld gepaard. En nu reeds te zeggen, dat men in geen geval tegenweer zou bieden, al komen vijandelijke legers het land binneo, al zouden ze hier onze land- genooten. onze families, onze gezin nen, de eer der onzen bedreigen, dat lijkt een miskenning der realiteit, een miskenning van... het karakter, dat we toch heusch wel bezitten. Daarom behoeft onze vredesactie nog geenszins te verslappen inte gendeel, ons gevoel voor realiteit moet ze nog versterken we moeten ze dragen tot ver over de grenzen. Het vredesideaal moet een bezieling worden van alle beschaafd heetende volkeren. Dan zullen er geen aan vallers meer zijn en kunnen dus ook de verdedigers thuis blijven. En de eenzijdige ontwapenaars behoeven de kracht hunner idealen niet aan de werkelijkheid te toetsen. Het bieden van weerstand, waar dat noodig is, zit ons, Nederlanders anders geweldig in hec bloed. Dat bewijst de herrijzing van ons Pavil joen in Vincennes. Al hebben we wel eens gemopperd over de geheim zinnigheid van het Tentoonstellings- comité en derzelver weinige geneigd heid om open kaart te spelen over de gevolgen van den brand, toch is het een mooi staaltje van energie om zich zoo spoedig over zijn ramp spoeden heen te zetten. Wij zitten nooit bij de pakken neer Daar hebben we b.v. dezen vacantietijd. We worden getreiterd met stormen en regens, maar treuren we Vast niet. We kijken de krant na, waar de beste anthraciet is te krijgen en waar een goede kachel bestellen vlug het een en ander, en zitten malkaar dan wijs te maken, dat een winteravond wat gezellig is. Vooral in Augustus. Onder de vruchten, die als genees middel dienst kunnen doen, behooren in de eerste plaats de druiven te worden genoemd. En ze zijn er al, heerlijke sappige druiven, en waarlijk niet duur, de blauwe noch de witte. De blauwe soorten zijn zeer voedzaam en zuive ren in hooge mate het bloed. Daarop volgen de perziken in geneeskracht gelijk aan de druiven, wanneer men ze des morgens op de nuchtere maag gebruikt. Een sinaasappel (ze zijn er het geheele jaar tegenwoordig) is een voortreffelijk middel tegen slechte spijsvertering en.... kwaad humeur. De appel, het ideale gezondheids middel, bevat zeer vele vitaminen en zachte aangename zuren, welke op het lichaam een weldadigen invloed uitoefenen. Iemand die veel appelen eet, zal zelden aan slechte spijsvertering of keelpijn lijden. Vooral zeer bevorderend voor de gezondheid is een appel te eten, vóór men te slapen gaat. De appel bezit zeer veel phosphoi en is voor personen, die in steeds geprikkelden tóestand verkeeren een zeer geschikt en heilzaam werkend middel. De appel voedt de hersenen, wekt de werkzaamheid van den lever op en verfrischt zoowel den geest als het lichaam. Met uitzondering van de aardbeien, zouden wij eerder alle andere vruch ten kunnen ontberen, dan de appel alleen. De plaats die de appel inneemt is moeilijk te vervangen. Geeft men kinderen veel gekookte appelen, appelmoes te eten, dan zul len poeders en medicijnen voor spijsvertering onnoodig zijn. Ook de citroen is een der nuttigste en geneeskrachtigste vruchten. In den zomer, bij groote hitte, koel gedron ken, in den winter, als warme groc, is citroen een geliefde en begeerens- waardige drank. Citroenwater stilt den dorst, verkoelt het gistend bloed; door een kop heete thee gemengd, doet citroen de hoofdpijn bedaren, en kan warm gedronken met wat sinaasappelsap er doorheen, wonderen uitwerken bij koorts, griep, hevige verkoudheid, galligheid enz. enz. Geeft den kinderen vooral veel citroen, veel druiven, veel appelen, 't Is een versnapering, veel gezonder dan bonbons, toffee's, drups enz. enz. niet duurder. worden daarbij tevens gesterkt door het gebruik van Mijnhardt's Zenuwtabletten Glazen Buisje 75 ct. Bij Apoth. en Drogisten. Engeland's binnen- en buiten- landsche moeilykheden. Stryd op tal van fronten. De geheele wereld tobt met de gevolgen van de malaise, waarover tegenwoordig iedereen den mond vol heeft en waarvoor de gemiddelde man de oplossing gemakkelijker bij de hand heeft dan de grootste eco nomen van onzen tijd. De depressie in het zakenleven doet zich het ergste gevoelen in de sterk geïndustrialiseerde landen, met name in Duitschland, Engeland en Amerika. De meer landbouwende staten, als Frankrijk, Nederlanden Indië onder vinden den terugslag lang niet in zoon ernstige mate, al blijven we b.v. in ons land ook lang niet vrij van de gevolgen der malaise, die zich o.m. efteekenen in ons werk loozenleger, in de ontstellende terug loop der rijksmiddelen, in den nood van industrie en landbouw. Gaan we heden eens even een kijkje nemen in Engeland's moeilijk heden. We zien dan direct, dat hier de binnenlandsche moeilijkheden gecom bineerd zijn met die van buitenland- sche aard. De laatste zijn heusch niet de minste. Wij zullen de ergste eens even kort de revue laten passeeren. In Ierland laait de oude strijd tusschen de on ver zoenlij ken onder leiding van De Valera en de grondwettelijke repu blikeinen, wederom op. Ierland is zeltstandig. maar is nog met een zij den draad, den eed, aan 't Britsche rijk verbonden. We gaan verder en zien, dat Egypte tracht om de laatste banden te bre ken, waarmede het nog aan Enge land gebonden is. Dat is de diepe oorzaak van den strijd, tusschen den koning en de Wafdpartij. En dan Britsck-Indië. waar we nu weer in een nieuw en belangrijk stadium van den strijd zijn gekomen. Op de eerste Ronde- Tafel-Conferentie ging het er niet om te weten of Indië zelfstandig zou wezen, doch welken vorm die zelfstandigheid zou aannemen, Een flauwe hoop koesterde sommigen nog, dat de zelfstandigheid zou af springen op de oneenigkeid tusschen Hindoo's en Mohammedanen. Dat zou in hun opvatting voor Engeland een geldige reden zijn om de teugel? niet los te laten, daar het niet verantwoord zou zijn, Indië aan onderlinge twisten te laten lijden Wij noemen het 'n voorwendsel. De tweede Ronde-Tafel Conferen tie dreigt nu te mislukken wegens dezelfde ongewijzigde oneenigheden tusschen Hindoe's en Mahommedanen beweert men. De waarheid is, dat het Al-Indisch Congres behendig, doch krachtig, schrede voor schrede tegen Engeland vooruit treedt. Nu eens met gewelddaden, dan weer met diplomatische onderhandelingen, nadert Indië zijn doel. En het lijkt ons niet twijfelachtig, of uiteindelijk zal dat doel bereikt worden. Op 't oogenblik is het nog een ontkennen en dan weer bevestigen van de deelname van Ghandi aan de conferentie te Londen. Zoo is bet ook met het bericht, dat de ongehoorzaamheidsveldtocht tegen de Britsch-Indische regeering weer hervat zal worden. Ghandi heeft dit bericht beslist tegengesproken. Wij zullen moeten afwachten, wat hieruit groeit, maar zeker is, dat Engeland in Britsch- Indië moeilijke dagen tegemoet gaat. Nn nog enkele woorden over de binnenlandsche moeilykheden in Engeland.. We wezen er al eens meer op, dat na Duitschland en Oostenrijk het Britsche Rijk wel het ergste de gevolgen voelt van de malaise. Mac Donald heeft dan ook zeer ingrijpende bezuinigingsmaatregelen aangekondigd en het zal nog zeer de vraag zijn, of de parlementaire commissie der Labourpartij en de raad van het vakvereenigings-congres de voorgestelde maatregelen zullen goed keuren. Men ziet: Engeland verkeert in binnen- en buitenlandsch opzicht in een alles behalve benijdenswaardige positie. De jaarlyksche bedevaart naai den Yzer, A.s. Zondag zal de jaarlijksche Bedevaart naar den Yzer" worden gehouden, dat is de optocht der Vlamingen naar Dixmuide, waar zij een monument voor hunne gesneu velden hebben opgericht. Bij dit monument zullen zij in open lucht het H. Misoffer bijwonen, het welk door een krijgsaalmoezenier wordt opgedragen en zullen zij de toespraken van den aalmoezenier en van een leider hunner Vlaamsche Oud-Soldatenvereeniging aanhooren. Ernstig en diep godsdienstig is deze plechtigheid steeds geweest en zal zij immer blijven. Het monument is een toren met twee dwarsstukken, die een kruis verbeeldt. Het geeft den vorm weer van het kruis dat de Vlaamsche soldaten lieten oprichten, met hunne karige soldij-„centen", op de graven hunner gevallen makkers. Die kruisen, alle gelijkvormig, droegen alle het opschrift „Alles voor Vlaanderen, Vlaanderen voor Christus." De oorsprong dezer leus is het motto van het in 1880 gestichtte tijd schrift „De Student", hetwelk tot aan den oorlog bestendig het zuiverst de richting der Vlaamsche jong- Studentenbeweging aangaf. De oorlog in 1914. Die richting bracht mede, dat de Vlaamsche jongelingen in 1914 door hun leiders werden aangezet om als vrijwilliger op te trekken, en werke lijk, massa-ge wijs optrokken. De Katholieke opvatting was» dat zij hun plicht jegens België moesten volbrengen. Als Vlamingen meenden zij dat zij dien plicht moesten vol brengen, om, na hun loyalisme door het hoogste offer bewezen te hebben, de zekerheid te bekomen, dat België den Vlamingen eindelijk recht zou laten wedervaren. Men kent het verloop. De Koning had een beroep op de Vlamingen gedaan „Gedenkt den Gulden Spo renslag De Vlamingen hadden den Godsvrede op het gebied van den Vlaamschen ontvoodingsstrijd aange nomen, en deden dien ook aanvan kelijk oprecht en stipt gestemd. Onderdrukking der Vlaamsche beweging. Onmiddellijk echter begon de tegenpartij tegen hen te ageeren en onverholen verkondigde zij dat de oorlog er mede toe dienen moest om de Vlaamsche Beweging voor goed te onderdrukken. Na een vruchteloos beroep op den Koning, begonnen de Vlamingen zich te weer te stellen, eerst op wet telijke wijze, door het organiseeren aan het front van cultureele instel lingen, ontwikkelings-cursussen, Vlaamsche lectuur, tooneel, enz. Deze onderneming werd onder drukt, wat het verzet versterkte en de Frontorganisatie nam een ander karakter aan. Na den oorlog beloofde de Koning „gelijkheid in rechte en in teite," maar nu, in 1931, is die gelijkheid er nog niet. Het Yzermonument. Als protest tegen het wegnemen der kransen op de graven der ge sneuvelde Vlamingen werd het Yzer monument opgericht. De onwil, om aan de VlamingeD voldoening te schenken, heeft bewerkt dat jaarlijks de deelname aan de bedevaart grooter wordt. Verleden jaar i3 bij de bedevaart een bloedbad nog nauwelijks ver meden. Thans zijn maatregelen genomen om incidenten te vermijden. De deelname belooft weer enorm te worden. Van verschillend terrein. Moskousche toebereidselen. Een heel Azië omvattend complot ontdekt. De activiteit der autoriteiten in de buitenlandsche concessie te Shanghai heeft wellicht heel het Verre Oosten behoed voor een dreigende revolutie 1 Men is er n.l. in geslaagd, een groote communistische propaganda- centrale op het spoor te komen, die haar vertakkingen heeft over heel Azië en het gebied van den Stillen Oceaan. llit de in beslag genomen docu menten blijkt de uitgestrektheid van het bewerkte gebied. Uit de kasboeken is voorts geble ken, dat alléén de laatste paar maan den de som van 8000 p. st. is be steed aan propagandistische doelein den. De ramp aan de Jangtse in China. 30.000.000 mensehen dakloos. Volgens berichten uit Hankow zijn op het oogenblik, ten gevolge van de overstrooming in het Jangtsege- bied, minstens 30 miliioen menschen dakloos. Tien miliioen menschen zijn van alles beroofd. Oorlogsverklaring aan de Kerk in Spanje Onheilspellende berichten. De arrestatie van den vicaris-gene raal van het bisdom Victoria, gevolgd door het herderlijk schrijven van het geheele Spaansche episcopaat, schijnt aan de godsdienstkwestie een nieuwe wending te hebben gegeven. Men meent te weten, dat de regee ring besloten heeft tot het benoemen van een commissie, samengesteld uit de ministers Zamora, Lerroux en Los Rios, welke terstond het vol gende vraagstuk zou hebben op te lossen ofwel door bemiddeling van den Pauselijken nuntius te protesteeren bij het Vaticaan. ofwel eenvoudig te breken met den H. Stoel. De regeering zou besloten zijn. tegen de geestelijkheid op te treden als tegen vijanden van het regiem. VENRAY, 22 Augustus 1931 Kostelooze koepokinenting. Burgemeester en Wethouders van Venray brengen ter openbare kennis, dat in een lokaal der scholen aan eenieder, die zich daartoe aanmeldt, gelegenheid zal worden gegeven tot kostelooze inenting en herineDting. Dorp, Woensdag 2 September a.s. 2 uur namiddag (Jongensschool) Oostrum, Donderdag 3 September a.s., 4 uur namiddag. Oirlo, Donderdag 3 September a.s., half 5 namiddag. Castenray, Donderdag 3 Septem ber a.s., half 6 namiddag. Leunen, (Jongensschool) Donder dag 3 September a.s., 6 uur nam. Ysselsteyn, Vrijdag 4 September a.s., 4 uur namiddag. Heijde, Vrijdag 4 September a.s., 5 uur namiddag. Merselo, Vrijdag 4 September a.s., 6 uur namiddag. Belanghebbenden moeten le. Medebrengen het trouwboekje, waarin de te enten personen staan aangeteekend. 2e. Op denzelfden dag en het zelfde uur in de week na de inenting, dus voor het Dorp op Woensdag 9 September, ./oor Oostrum, Oirlo, Castenray en Leunen op Donderdag 10 September en voor Ysselsteyn, Heijde en Merselo op Vrijdag 11 September a.s. terugkomen in dezelfde school, om het verloop der inenting te laten onderzoeken en daarna te ontvangen het bewijs, dat die inenting met goed gevolg heeft plaats gehad. Venray, 18 Augustus 1931. Burgemeester en Wethouders van Venray, O. VAN DE LOO. De Secretaris, VAN HAAREN. Drankwet. Burgemeester en Wethouders van Venray brengen ter openbare kennis, dat is ingekomen een verzoek van Catharina van Osch, weduwe van M. Arts, wonende te Venray, om krachtens het bepaalde bij artikel 26, le lid, le der Drankwet, de haar bij besluit van Burgemeester en Mot houders verleende vergunning tot verkoop van sterken drank in het klein, over te schrijven ten name van haar zoon Hendrikus Hubertus Arts. wonende te Venray, die de vergunning zal uitoefenen in het lokaal aan den ingang en de daar achter gelegen zaal van het pand gelegen te Merselo M 24, welke lokaliteiten deel uitmaken van een inrichting voor maatschappelijk ver keer. Zijnde de toestemming tot deze overschrijving gegeven bij Ministeri eel beschikking van 25 Juni 1931, Ministerie van Arbeid, Handel en Nijverheid No. 910 G, afdeeling Volksgezondheid. Binnen twee weken na de dag- teekening dezer bekendmaking kan eenieder tegen het verleenen dezer overschrijving schriftelijk bezwaren indienen. Venray 19 Augustus 1931. Burgemeester en Wethouders vrnd. O. VAN DE LOO. De Secretaris, VAN HAAREN.

Peel en Maas | 1931 | | pagina 1