ïweecl© Blad 'Fan „PEEL EN MAAS"
Om twee millioen
"'Zotyeti
Langs de straat.
Een leerschool des
levens
FEUILLETON
Kippenfabrieken.
Vroolijkheid en
gelukkig huwelijk.
Geven.onzin
RugpijnNierenPtlleni
Voor het groote gezin
ZATERDAG 20 JUNI 1031
Twee en Vijftigste Jaargang No. 25
We hebben eens ergens gelezen,
dat er des zomers meer zonden
zouden gebeuren, dan des winters.
Het was een uitspraak van een
heilige. Nu zijn heiligen zonder
twijfel de beste kenners van het
zieleleven en van de „wereld", onder
het oogpunt van goed en kwaad.
En al is het natuurlijk niet met ge
tallen uit te maken, hoeveel zonden
er des zomers meer zouden gebeuren
dan des winters, we gelooven dat
er wel verschillende redenen en oor
zaken kunnen worden aangehaald,
waarom die heilige tot die uitspraak
kwam.
We zullen daar echter niet verder
over uitweiden.
Maar over één oorzaak of
althans iets, wat zeer gemakkelijk
aanleiding geeft willen we het
hier toch hebben, nl. over het fla-
neeren langs de straat en het staan
op hoeken en kanten.
Nu moet men ons dadelijk goed
verstaan 1
We begrijpen heel goed en vinden
er natuurlijk volstrekt niets verkeerds
in, integendeel, dat men in de zomer
maanden des avonds een wandeling
maakt. Dat men d'r eens uit wil, na
den heelen dag wellicht in een warm
vertrek of lokaal te hebben gearbeid
Een luchtje happen eens uitwaaien
wat beweging nemeneens een
praatje maken met vrienden en ken
nissen enz. En dat men dus die
wandeling daar maakt, waar wat
vertier en leven is en waar het
bonte, fleurige leven als een immet-
varieerend filmbeeld voorbij komt.
Want de echte minnaars der stille
natuur, welke in het avonduur als
zacht te droomen ligt in den gouden
gloed der ondergaande zon, och, die
zijn er zoo weinigen. Dus daar niet
van.
Wanneer we het hier hebben over
„langs de straat," en vragenis dat
„een leerschool des levens dan
bedoelen we daarmee vooral aan
komende meisjes en jongens, opge
schoten lummels enz., die op iets
anders azen dan wat we daar zoo
juist beschreven.
Och ja, men weet wel, wat we
bedoelen.
Met een banaal woord noemt men
die „straatgekken".
Overal kan men ze vinden, komt
men ze tegen, staan ze te wachten
of hebben d'r al een aangeklampt,
vandaag met die, morgen met die,
overmorgen alweer met een ander.
Soms vindt men ze in heele troepen
bij elkaar en kom er dan een meisje
voorbij, wel, dan hebben ze al een
„aardigheid," natuurlijk heel dikwijls
van bedenkelijken aard,
't Schijnt dan, dat ze een vuil...
hart hebben, tenminste te oordeelen
naar hun vuile... tong
Laatst hoorden we nog een droeve
klacht van een gehuwde vrouw over
dergelijke vuilpoetsen. „Ik schaamde
me dood"' sprak ze. maar de schaamte
was bij anderen beter op de plaats
geweest
Dat doet de straat in den zin,
zooals we dat hier eigenlijk bedoelen.
Die „straat" maakt gevoelloos,
schaamteloos, ruw, brutaal, ongege
neerd en, al is het juist niet zedeloos,
dan toch zeker wel losser van zeden,
Ziet maar eens toevallig zoo'n
troep opgeschoten lummels bezig
Kijk maar eens in die lokkende en
lonkende en loerende oogen van die
„straatgekken". Hoort maar eens
wat voor taaltje ze uitslaan.
Die straat is een slechte leerschool
des levens.
34
In het gesticht Wérd een bel
geluid en de oom stond op. Adieu
kind, sprak hij, 't is tijd voor het
ontbijt, en daar moet ik bij zijn.
Tot morgen dus.
Ja, spreek in den breede met
den arts, drong Bertha nog aan...
Ik betaal alles, 't komt er niet óp
aan, wat het kost.
Bertha drukte haar oom harte
lijk de hand en verliet na een
pijnlijken blik op de oude dame
den tuin. Zij reed aanstonds naar
huis en schreef een langen brief
aan den officier van justitie te
Amsterdam. En een even uitvoe-
rigen brief met een beschrijving
van 't geen haar wedervaren was
en met de vraag, of zij niet ter
stond de moeder van Erich Rein
kens naar Arasterdam zou over
brengen, zond zij aan den president
van het rechterlijk college, den
heer Van Hees. Ook zoo die heeren
haar niet antwoordden, of voor
het geval dat het antwoord te
lang mocht uitblijven, was zij vast
besloten, met de gevondene naar
Amsterdam af te reizen.
Stipt op het afgesproken uur
Zeer te prijzen zijn dan ook de
ouders, die daar streng op zijn.
En daar al mee beginnen, als de
kinderen nog klein zijn.
Zeker, leg jongens en meisjes niet
aan een ketting laat ze ravotten na
schooltijd laat ze vrij rondspringen
op markt en plein en laan, maar,
zooals dat, vroeger wasals de
koster luidt, m.a.w. als de avondklok
het „Engel des Heeren" of het
„Koningin des Hemels" door de
lucht voorbid* -wel, dan is het
onverbiddellijk tijd om naar huis te
komen.
't Is vooral de donkerte, welke ze
wild begint te maken.
En...
Vroeger was dat ook voor de
grooteren het geval, en zeker voor
de vrijende paartjes.
Een moeder zei me eens „Vroe
ger moesten we thuis zijn, als het
avond werd tegenwoordig beginnen
ze met... uit te gaan, als het avond
wordt 1"
En toch ligt tusschen dat vroeger
en het tegenwoordige nu geen tijds
verloop van honderd jaar, nog niet
van 50, hoogstens van 25.
Snel, zeer snel, onrustbarend snel
veranderen de zeden en de gewoon
ten.
„Vroeger," zoo zei me iemand
anders, „was het een schande voor
een vrijend paartje om „daar of daar"
te loopen" (bedoelend een bepaalden
wandelweg).
Tegenwoordig val je over de
paartjes „daar of daar".
Het schaamtegevoel speelt geen of
weinig rol meer want daar kwam
het op neer.
Het is voor een groot deel „de
straat," welke tot die algemeene
verruiming het hare bijdraagt.
Te prijzen zijn daarom de ouders,
die er streng tegen waken, dat hunne
rijpende jongens en dochters niet
avond aan avond maar de straten
afjakkeren.
Die d'r maar altijd „uit" willen,
alsof het ouderlijke huis in brand
stond en het dak hun op het hoofd
viel.
Huiselijke gezelligheid kweekt
familiegeest en familiezin ook dat,
ja dat op een der eerste plaatsen,
moeten de vaders en moeders der
toekomst hebben en dus intijds aan-
kweeken, begrijpen en waardeeren.
Door „de straat" gaan ze behooren
tot Jan en Alleman en tot Griet en
alle wijf
ZAAIER.
Kippenfabrieken zijn fabrieken,
waarin kippen worden gemaakt,
natuurlijk uit vooraf door kippen
gelegde eieren. Nu moet men niet
minachtend zijn schouders ophalen
en zeggen, dat er dan toch eigenlijk
geen kippen worden gemaakt. Dat
gaat niet. Wie zal trouwens kunnen
uitmaken, of er in een kippenfabriek
al of niet kippen worden gemaakt?
Dat gaat niet. Wie zal trouwens
kunnen uitmaken, of er in een kip
penfabriek al of niet kippen worden
gemaakt? Zoolang de filosofen het
er niet over eens kunnen worden,
wat er eerder was, het ei of de kip,
valt deze vraag immers niet zoo
gemakkelijk te beantwoorden, En
één ding is zeker, n.l., dat in de
kippenfabrieken in ieder geval kippen
uit kuikens worden gemaakt.
Er bestaan reeds tallooze hoender
parken, die practisch kippenfabrieken
zijn. Maar de echte kippenfabrieken
schijnen zich toch in Amerika, het
land der wonderen te bevinden.
Daar worden kippen afgeleverd, die
nooit een hoenderpark, laat staan
een boerderij hebben gezienDe
arme dieren weten zelfs niet, wat
daglicht is, maar desondanks oordee
len de deskundigen toch, dat ze van
beter kwaliteit zijn dan op de boer
derijen in het wild opgroeiende
scorfgenooten. Die deskundigen
hebben uitgevonden, dat kippen
genlijk geen zonlicht noodig heb
ben. Dit doet in een gemiddelde kip
slechts in zooverre goed, dat het 't
benoodigde aantal vitaminen levert
of liever in het kippenlichaam doet
gedijen. Hetzelfde wordt echter door
levertraan gedaan en dank zij lever
traan worden de fabriekskippen
zwaarder en vetter dan huis- of
tuinkippen.
In de fabriek wordt gezorgd, dat
het leven van een kip op hoogst
gelijkmatige wijze verloopt. Een
fabriekskip heeft geen zorgen voor
het dagelijksche voedsel, verkeert
niet dagelijks in doodsangst over
roekelooze automobilisten en ergert
zich niet aan den haan. Ze zit in
een metalen hokje en eet het voeder,
dat haar wordt voorgezet. Ze kan
dit oppikken, maar alleen zoo, dat
er niets van op den bodem van het
hokje vallen kan, zoodat dit zoo
trisch en hygiënisch mogelijk blijft.
Het voedsel is natuurlijk nauwkeurig
berekend en het bestaat grootendeels
uit vleeschrapsel, lijm, vischmeel etc.
Het heele leven van de fabrieks
kip is stelselmatig ingedeeld. Het
begint al met de moederkip, die haar
ei op een bepaalde plaats legt en
altijd op dezelfde manier en in
dezelfde omgeving, zoodat haar taak
vrijwel overeenkomt met die van
den arbeider in de massa-productie,
die ook niets anders te doen heeft
dan alsmaar dezelfde schroef in te
zetten of dezelfde, moer vast te
schroeven.
Het ei wordt direct aan moeder
kip ontnomen en gaat in een broei-
machine en het kuiken wordt onmid
dellijk bij de geboorte mechanisch
behandeld. Het komt in een machine
terecht, die het precies zoo koestert
als de moederkip het zou hebben
gedaan en zelfs nog beter. En net
zooals het kuiken bij de hen beschut
ting zoekt, doet het dit bij de machine,
die zorgt, dat het zich steeds in een
goede temperatuur bevindt. Maar
van escapades in buurman's tuin of
over den levensgevaarlijken dorps
weg is geen sprake. Vier metalen
muren vormen de wereld van de
fabriekskip, die op wetenschappe
lijke wijze wordt vetgemest en klaar
gemaakt voor de consumptie, met
vleeschresten en levertraan...
Een kippenfabriek heeft veel weg
van een bibliotheek, maar in plaats
dai er op de planken boeken staan,
ziet men niets anders dan smalle
hokjes, waarin het kuiken tot kip
wordt „gemanipuleerd". Alle ver
blijven zijn eenheids verblijven, nie
mand heeft een beter hoekje of een
betere plaats op den stok. Daarover
behoeft in de kippenfabriek niet ge
vochten worden.
Maar we hebben een idee, dat
zelfs een kip zoo'n eentonig, welge
ordend bestaan niet erg zal kunnen
waardeeren. De kip heeft evenwel
geen stem in het kapittel.
Natuurlijk is alles in de kippen
fabriek electrisch en het systeem
werkt zoo goed, dat de gemiddelde
kip na 2 maanden ongeveer twee
pond weegt. Dan is ze klaar voor
de markt, indien ze tenminste niet in
het leven wordt gehouden om eiers
te leggen, het eenige, dat de ver
nuftige mannen van de kippenfa
brieken nog niet kunnen.
Behalve, dat een kip in een kip
penfabriek een heerenleventje heeft,
wordt ze nog tegen allerlei onheilen,
als ziekten etc. beschermd. Terwijl
in het vrije veld levende kippen
automobilisten, vossen etc. tot doods
vijanden hebben, worden ze bij hun
doorwoelen van den grond door
allerlei infecties bedreigd. Dat is in
een kippenfabriek vrijwel uitgesloten.
En het is er voor de kippenparasieten
waarlijk geen pretje. Dezen wordt
het bestaan zoo zuur mogelijk ge
maakt.
Het resultaat van de steeds meer
in aantal toenemende kippenfabrieken
is, dat de kippen evenals de men-
schen een neiging vertoonen, naar
de steden te trekken. Niet langer zal
het platteland op de grootste kip-
penbevolking kunnen bogen Het
grootste aantal kippen zal zich ergens
in een fabriek blijken te bevinden
en dan liefst in het centrum van een
groote stad, zoodat transportkosten
etc. zooveel mogelijk vermeden
worden.
De kippenindustrie heeft in de
Vereenigde Staten reeds een grooten
omvang bereikt. Kuikens worden er
gewoon over de post gezonden. Niet
per vliegtuig, maar in postpakketjes,
die de brievenbesteller bij de men-
schen thuisbrengt. Het is er met
Paschen gewoonte geworden, dat
men zijn evennaaste in plaats van
met echte of suikeren eieren, met
levende kuikens gelukkig maakt. Dit
gebeurt, sinds de technici hebben
ontdekt, dat een kuiken na de ge
boorte als we ons niet vergissen
ongeveer twee da^en zonder voedsel
kan blijven. Op dit feit nu heeft
zich een groote handel in kuikens
gebaseerd. De dieren worden netjes
ingepakt, zoodat ze zich niet kunnen
bewegen en dus ook niet van schok
ken hebben te lijden. Een gaatje in
het doosje zorgt, dat ze adem kunnen
halen. En meestal komt het kuiken
levend te bestemder plaatse aan.
Intusschen, het komt ook wel voor,
dat het 't transport niet heeft over
leefd. En met het oog hierop ver
zekeren assurantiemaatschappijen per
post verzonden kuikens, met het
gevolg, dat hiervan in de Vereenigde
Staten zooals van alles, misbruik
wordt gemaakt. Er zijn boosaardige
lieden, die halfdoode kuikens ver
zenden en dan bij de assurantiemaat
schappij om schadevergoeding aan
kloppen. Natuurlijk gaat dit met
groote partijen, zoodat er verdienste
aanzit. Door deze verdienste was
het den oplichters mogelijk, post
ambtenaren om te koopen, die dan
de pakketjes van een later poststem
pel voorzagen dan dat van den dag,
waarop de kuikens op het postkan
toor werden afgeleverd. De kuikens
bleken dan gedurende het transport
te zijn gestorven, omdat ze te vroeg
waren ingepakt. Door het poststem
pel gedwongen, moest de betrokken
assurantiemaatschappij betalen. Aan
gezien er onder de bepaalde leveran
ciers aan bepaalde adressanten ver
zonden kuikens zulk een opvallend
groot percentage sterfgevallen voor
kwam. ging men achterdocht koeste
ren. En het kwaad bleek zoo ver
spreid, dat de algemeene directeur
der posterijen zijn ambtenaren open
lijk liet waarschuwen, zich niet met
de praktijken van fraudeerende
kuikenleveranciers in te laten...
huishouden weet te bestieren met
tact en zelfbeheersching, maar ook
met een vroolijk hart. Want een
tobberige, zeurende vrouw is niet de
persoon voor het scheppen eener
gelukkige verhouding. Bij zoo'n
vrouw, die altijd klaagt en tobt, zal
een man zich al spoedig vervelen
en lang zal het niet duren, of hij
zoekt zijn pleziertjes buitenhuis. Een
verstandige vrouw zal haar man dan
ook nooit vervelen met altijd dezelfde
verhalen over huiswerk, tekortkomin
gen van personeel of dergelijke.
Een vroolijke, opgewekte vrouw,
een vrouw met tact, die leiding weet
te geven aan haar kinderen, haar
personeel, kortom aan het geheele
gezin haar man incluis is wel
de beste waarborg voor een gelukkig
huwelijk. Want in weerwil van allen
vooruitgang en de verlichting der
20e eeuw op alle gebied, blijft het
vaststaan als een paal boven water,
dat de eigenschappen, die door den
man in de vrouw als vrouw en
moeder het meest worden ge
waardeerd zijnopgewektheid, orde,
zindelijkheid en een belangstellend
medeleven met zijn werk.
Vooral dit laatste, dat belangstel
lende medeleven moeten wij, vrouwen,
niet uit het oog verliezen, en dat
niet alleen met den man en vader
van het gezin, maar ook met onze
kinderen. Wij moeten voor onze
kinderen zijn de vertrouwde vriendin'
aan wie ze te allen tijde hun kleine
en grootere belangen en geheime
nisjes kunnen toevertrouwen, waar
ze raad en hulp kunnen vragen en
verwachten.
De vrouw en moeder, die al deze
goede hoedanigheden in zich ver-
eenigt, bezit wel den zekersten
waarborg voor een gelukkig huwelijk."
goddelijke vrijgevigheid, mee te
vieren. Hij begrijpt niets van de
wonderbare wijsheid en van het
Evangelie: Het is zaliger te geven,
dan te ontvangen.
Zoo iemand behoort niet thuis in
het doop-boek
trad den volgenden ochtend
Bertha door de deur van het groote,
den tuin van het gesticht afsluiten
de hek. Zij had zich zeer smaak
vol, maar eenvoudiger, minder
modern gekleed, meer passend bij
den toon, die haar toescheen in
het gesticht te heerschen. Het
zwarte crêpe-hoedje op haar blond
krullend haar stond voortreffelijk,
en het kleine zwarte manteltje
evenzoo, terwijl een ceinture van
geel leder om de taille van haar
zwart-kasjemiren kleed aan hare
slanke gestalte een jeugdig,
meisjesachtig karakter gaf.
Oom Beerblock scheen op zijne
nicht te hebben gewacht, want hij
kwam haar dadelijk tegemoet.
Ik heb met den arts en met
eenige leden van het bestuur over
het zeldzame geval gesproken,
ving 'hij, na de begroeting, aan.
De zaak wekte groote verwonde
ring en verbazing. Men keek de
oproeping na, ik moest veel ver
tellen van 't geen je mij hebt
gezegd, ook wat ik met mijn eigeD
ooren heb gehoord, namelijk toen
ze zei: In Ostende ging hij van
me weg. De heeren willen echter
jou persoonlijk spreken. Wees nu
verstandig en vergeet niet op te
merken, dat je wenscht, dat ik, als
waardig persoon en huisvader, die
de vrouw reeds sinds acht jaren
kent, voor hulp je zal vergezellen
naar Amsterdam.
Natuurlijk, dat spreekt van
zelf, verzekerde Bertha, en oom
Beerblock begeleidde zijne nicht,
wier kleeding en uiterlijk hem
thans veel beter aanstonden dan
gisteren, naar den geneesheer van
het gesticht.
Op Bertha's bezorgde vraag, of
hij geloofde, dat de oude vrouw
haar verstand en geheugen terug
zou krijgen, antwoordde de dokter,
dat hij dit niet voor onmogelijk
hield.
Bij zeer sterke gemoedsbewegin
gen, bij verrassend te voorschijn
treden van zekere gewichtige
punten, die wezenlijk lot de ver
standsverbijstering van zulke per
sonen hebben bijgedragen, was het
zelfs niet onwaarschijnlijk, meende
hij, dat plotseling het licht van
het gezond denken weer doorbrak
en hel herinneringsvermogen ont
waakte, óf blijvend óf slechts
voor enkele minuten, dat kon men
niet weten. Ten opzichte van
Marie Reinkens was de lange tijd,
waarin zij reeds in dien toestand
van volslagen geestes-dofheid ver
keerde, een weliswaar groot be
zwaar, maar toch bleef hij moge
lijk oordeelen, dat onder de hem
bekend geworden omstandigheden
plotseling een helder bewustzijn
kon ontstaan. Een ernstige ver
storing der gezondheid van Marie
Reinkens vreesde hij bij denoodige
voorzichtigheid niet, zoodat hij dan
ook geen bedenkingen tegen de
reis had, mits de huisvader haar
vergezelde.
Dat klonk niet bijzonder hoop'
t Stond in De Tijd en Mannen-
adel en Vrouweneer nam 't over.
't Moet gelezen en behartigd
worden en daarom geven we 't ook
hier een plaats
„Ik voor mij geloof, dat de grootste
kans tot een gelukkig huwelijks- en
gezinsleven daarin ligt, dat de vrouw
en moeder, naast de plichten, haar
door Kerk en Staat opgelegd, haar
Het Christendom is de godsdienst
van het geven.
Het materialisme zegtgeven is
onzin. Geven maakt arm. Zie te
krijgen, wat je kunt, dat is haar wijs
heid.
Maar dat is een onmenschelijk en
harteloos heidendom, aldus „De
Kandelaar."
Het Christendom heeft een heel
andere maatschappij-leer dan dit
modern materialisme. Haar eerste
princiep is de boodschap, die Paulus
jubelend verkondigt„De goedheid
en de menschlievendheid van God
onzen Heiland is ons verschenen."
Middelpunt en doel der Christelijke
maatschappij is niet het geld, maar
de menschheid.
De mensch is hoofdzaak Het geld
bijzaak
Christus kwam om wille van den
mensch God schiep de aarde en
alles, wat daarin is omwille van alle
menschen. Om wille van den mensch
bestaat de Kerk met haar heilige
Sacramenten, met haar altaar en
tabernakel, met haar doopvont en
haar preekstoel.
Alles is er omwille van den mensch.
Maar bestaat alles omwille van
den mensch, dit wil zeggen, omwille
van alle menschen dan kan ook
het geld voor niets anders bestaan
dan omwille van alle menschen.
En zijn doel is en moet zijn aan
allen een menschwaardig bestaan te
geven.
Wat de enkeling teveel heeft,
moet hij weer ten goede laten komen
aan de maatschappij. Dus aalmoezen
geven is plicht.
Is het Christendom de godsdienst
van de geheele menschheid, dan is
het ook de godsdienst van het
geven.
Wie geven kan en niet geven wil
is geen Christen.
Hij heeft er geen recht op om
Kerstnacht, het hoogfeest van de
wekkend, maar meer had Bertha
eigenlijk ook uiet verwacht. Zij
bedankte den dokter recht hartelijk
en begaf zich thans, door haar in
de gang wachtenden oom begeleid,
tot de op dat uur dagelijks in het
huis aanwezige leden van het
bestuur.
Hier trad Bertha bescheiden,
doch met de noodige overredende
spraakzaamheid op en wist ten
slotte alle bedenkingen uit den
weg te ruimen. Uiterlijk bedaard
en ernstig, maar inwendig luidde
jubelend over de verkregen ver
gunning tot de reis voor Marie
Reinkens en haren oom, verliet
zij weder de vergaderzaal.
Nu talmde zij niet langer, doch
maakte aanstonds toebereidselen,
zonder nog op antwoord uit Am
sterdam te wachten. Den volgen
den dag reeds zat zij met de oude
dame, die geduldig en werktuigelijk
met zich lietbegaan, en haar oom,
gekleed in een pak van zwart
glanzend laken en met een hoogen
hoed op het hoofd, in een coupé
van den sneltrein, die haar naar
Nederland zou voeren
Tien uren later reden de reizi
gers bereids het station aan de
Weesperpoort binnen.
lasnaad» XidiinllBEsa.
Zorgen dragen het hunne bij tot
ontwikkeling van nierkwalen. De
nieren hebben toch reeds genoeg te
doen met hun taak om het bloed te
filtreeren van de hierin voorkomende
onzuiverheden. Als deze organen
overbelast worden, is het derhalve
geen wonder, als zij hun werk niet
meer behoorlijk doen, waardoor een
overmaat van urinezuur zich in het
lichaam kan ophoopen,
Dit urinezuur kan zich in den
vorm van scherp gekante kristallen
afzetten en rheumatiek, spit of ischias
veroorzaken. Soms vormt zich nier-
gruis en vaak doen zich urine- of
blaasstoornissen voor.
Maak bijtijds gebruik van Foster's
Rugpijn Nieren Pillen. Deze kunnen
trage nieren weder opwekken en
versterken, het overtollig urinezuur
afvoeren en een einde maken aan
uw kwalen.
Bij alle drog. enz. a f 1.75 p. flacon
Het groote gezin ondervindt nog
lang niet de bescherming, waarop
het om zijn beteekenis voor de
samenleving recht heeft. De staat
geeft vermindering van directe be
lastingen, maar haalt van het groote
gezin des te meer binnen aan in
directe belastingen: de accijnzen op
levensbehoeften, schoolgelden enz.
Daarenboven verleent de overheid
van den staat en van eenige hon
derden gemeenten eenigen kinder
toeslag aan haar personeel, welke
dikwijls veel tegenstand ondervindt,
zelfs van katholieke zijde.
Voor het overige wordt het
onderwerp veel bepraat, maar er
wordt weinig gedaan, terzij van
particuliere zijde, met nagie in het
Zuiden.
De voorzitter 'vvan den Katholie
ken Bond voor Groote Gezinnen
geeft een beschouwing* in het bonds
orgaan. „Het Gezin" over het voor
komen van kindertoeslagen voor
gemeentelijk personeel in gemeenten
boven 5000 zielen.
In ons land kennen van 293 ge
meenten boven 5000 zielen 116 een
kindertoeslag toe, terwijl in 177
gemeenten van dit aantal inwoners,
de zorg voor het groote gezin in de
loonbepaling ontbreekt.
Het artikel vervolgt
Volgens de provincies gezien,
staat de toestand aldus
Aantal ge
meenten Met kin- Zonder
boven de dertoesl. kind.toesl.
regeling
rapporteerden de geheime politie
beambten, dat hij een speler was,
in slecht gezelschap verkeerd had
en dikwijls met den tijgertemmer
Stockton was gezien geworden.
Voorts ontving hij de belang
rijke mededeeling, dat Stockton
voor het ongeluk in het circus in
hoogen geldnood had verkeerd.
Hij had van den directeur een
voorschot gevraagd, doch deze had
dit geweigerd, wijl hem zijn gage
van verscheiden maanden reeds
vooruit was betaald. Daarop
borgde Stockton geld van de be
dienden van het koffiehuis, dat
hij gewoon was te bezoeken,doch
plotseling, op den ochtend van
het ongeluk in het circus, scheen
de Schot over groote sommen te
kunnen beschikken. Hij wisselde
tenminste in het bewuste café een
bankbiljet van vrij hoog bedrag,
betaalde zijn schuldenen nameen
overvloedig ontbijt.
Dr. Peereboom wist, dat de
bewuste Erich Reinkens zonder
middelen was. Hij nam derhalve
ambtelijke informaties bij dr.
Rembold, of deze den erfgenaam,
wiens aanspraken hij behartigde,
geld had gegeven, en verzocht den
datum te mogen weten, waarop de
eventueel voorgeschoten som was
verstrekt. Aan den wensch van
den officiervan justitie, dit te weten,
meest Rembold gehocr geven, en
alsnu bleek mr. Peereboom, dat
Groningen
22
1
21
Friesland
33
6
27
Drente
14
1
13
Overijsel
29
9
20
Gelderland
44
17
27
N.-Holland
31
9
22
Z.-Holland
42
22
20
Zeeland
7
0
7
Utrecht
9
3
6
N.-Brabant
39
28
11
Limburg
23
20
3
Bij de nasporingen, die de offi
cier van justitie door de recherche
liet doen, kwam niets wezenlijks
voor noch tegen den leeuwentem
mer aan het licht. Betreffende
den anderen «Reinkens echter circus de bewuste Êrich Reinkens1 waren, die Marie Reinkens heet-
een som van twee honderd en
vijftig gulden van den jeugdigen
advocaat had ontvangen. Verdere
nasporingen brachten aan het licht
dat Stockton, zoolang hij te Am
sterdam had vertoefd, geen post
wissels of aangeteekende brieven
had gekregen en wegens zijn
onaangenaam karakter geen ande
ren vriend behalve dien Erich
Reinkens had gehad.
Dat was het eenige gewichtige,
maar volstrekt niet afdoende feit,
dat de officier betreffende Henri
Busum had kunnen te weten
komen.
Het was hem derhalve zeer
aangenaam, dat door de energieke
ooievaarsdresseerster thans gang
en licht zou komen in de zaak.
Zij toch meende de doodgewaande
moeder van den waren Erich
Reinkens te hebben gevonden.
Blijkens uiteenzettingen in haren
brief bestond inderdaad alle waar
schijnlijkheid daarvoor. De papie
ren der oude vrouw moesten het
verdere uitwijzen. De uitroep van
het oudje, dien ook de huisvader
zou hebben gehoord, sprak in elk
geval in hooge mate voor de
juistheid der bewering van juffrouw
Sigismund. Hij bewees toch, dat
haar te Ostende een zoon was
ontloopen, die Erich heette, en het
niet goed aan te nemen dat
-I Was "«v.. QVVU UUU TO MCIIIOII
één dag voor het ongeluk in het destijds twee vrouwen te Ostende
p.irr.ns rlp Rpwncla j:~ i_. i. i