Tweed© Blad van „PEEL ENT MAAS" Abdijsiroop POSTER'© De alchimisten oftewel goudmakers, FEUILLETON Om twee miliioen Schamelheid. Sprutol. Bij alle Drogisten Waar eeuwige rust heerscht. Qaue&^die RugpijnNieren Pillen De Kippenhouderij op het platteland Uw borst is met ziek over het algemeen iets hooger liggen maaralleen wat vuil! heele broedselzoen omgekeerd zou ZATERDAG 28 MAART 1931 Twee eo Vijftigste Jaargang No. 22 door A. F. VAN BEURDEN goudmakersvereeniging ïlker voorzitter was D. Het blinkend gele edelmetaal goud heeft om zijn mooie kleur, om zijn onveranderlijkheid, zijn klank het menschdom steeds betooverd. Het heeft altoos een groote rol gespeeld in de ontwikkeling van het mencch- dom, ten goede en ten kwade. De geschiedboeken, van de oudste tot de jongste getuigen daarvan. Het bezit van goud gaf aanzien, macht en alle gemakken des levens, Ieder kende de waarde van het goud en trachtte het te verkrijgen, op te delven of te veroveren, En men is al anderhalfduizend jaren bezig om op kunstmatige wijze goud te maken uit andere metalen door de hitte van het vuur, terwijl men er eerst allerlei vreemde stoffen en zuren bijgevoegd had. Het laatste proces in Duitschland, waarbij het een goudmaker gelukt was den ouden vechtgeneraal Luden- dorf en een heelen aanhang te be- tooveren, doet zien, dat het ras der alchymisten nog lang niet uitgestor ven is. Die lieden omgaven zich met een wolk van geheimzinnigheid en wij zien in de musea den goudmaker gewoonlijk voor een groot fornuis, lustig gestookt, waarin vuurvaste pannen en disteleerkolven gemoede lijk naast elkaar staan te dampen, onder een wijduitstaanden schoor steen. Aan den zolder hangt een krokodil, een zaagvisch en zoo meer, Hij zelf zit in een lang kleed toe te zien op zijn smeltsel. De goudmakers, die zich zelf op de hoogte der kunst, waanden, noem den zich met een geleerden naam adepten. In den bloeitijd der alchymie deed men er in de hoogste en aanzien lijkste kringen aan. Groote Staats lieden, beroemde dokters, professoren der universiteiten, gekroonde hoofden vonden het niet beneden zich in de donkere krochten te zitten wachten op goed gevolg. De oude Romeinsche schrijvers boekten allerlei verhalen van het omzetten van koper in zilver en goud. De bloeitijd van de goudmakerij ligt in de 12e en 13e eeuw. De Groote Raad van Venetië was in 1468 zoo verstandig reeds vroegtijdig het zoogenaamde goudmaken te ver bieden, maar wat hielp het? De menschen bleven even dol. Zelfs hooge lieden waren de goud makerij niet ongenegen. Hans Sachs, de meesterzanger- schoenmaker, vertelt zelf eene ge schiedenis van een goudmaker, die bij Keizer Maximiliaan I uit een mark goud en negen mark koper door middel van een kolenvuur en een blaasbalk en onder bijvoeging van kwikzilver en zout, goed goud maakte. Maar toen de Keizer het geheim opvorderde, ging dealchinist er smadelijk van door en nam zijn geheim mede. Keizer Rudolf II deed veel aan de kunst. Ook Luther was de alchemie ge negen, want hij zeide „de kunst der alchemie is recht en waarlijk der ouden wijzen filosophie, die wij om hare deugd en velerlei nuttigheid bevalt, die zij heeft door het dis- telleeren en sublimeeren van metalen, kruiden, wateren, oliën niet alleen, maar ook wegens de heerlijke en schoone overeenkomst, die ze heeft met de opstanding der dooden in den jongsten dag (H. Peters, die Vorzeit, I blz. 266). In 1654 had men zelfs in Neuren berg eene gesticht, wei! Wulfel, predikant aan St. Laurens- kerk, die tot 1696 bleef bestaan. Men zocht daar ook naar den steen der wijzen. In het begin der 18e eeuw bestond de kunst nog, maar de scheikunde was zoo vooruitgegaan, dat men dat oude gedoe op den achtergrond schoof. De schrijver Dr. Kortum, de man van de Jobsiade, werkte «san het eind der 18e eeuw te Bochum nog mede aan een tijdschrift „das hermetische Journal", waarin de oude geest nog voortleefde. Wordt vervolgd. Eenzaam lag de geleerde te ster ven onder 't dek van sneeuw. Ter hulp snellend aan z'n tochtgenooten, die de gevolgen ondervonden van 't afwijzen van zijn deskundigen raad, lag hij nu zelf hulpeloos neer en zag hij niet alleen zijn menschlievende poging mislukt, maar zelfs zijn eigen leven er door verloren. En terwijl de sneeuwvlokken regel matig neervielen, erbarmend zich uitstrekten vereenigd tot een donzen doodenwaa, liet 'n verheffing slechts de plaats zien, waar hij slapend was heengegaan. De ongerustheid van velen, die wachten op zijn terugkeer, werd grooter naarmate 't tijdstip zich ver wijderde, waarop men hem had zien vertrekken. En toen de hoop reeds lang verdwenen was. hem ooit weer levend terug te zien, en maanden zich rij-den naast andere maanden, zonder dat de voldoening werd ge noten, zijn lichaam althans te vinden, besloten de voormannen van zijn volk, hun grooten zoon te eeren en verwierven zich alzoo den bijval van allen in den lande. Uit alle deelen van 't rijk werden gaven bijeengebracht, om eer te brengen aan den edelste van 't volk die gevallen was als slachtoffer van menschlievende welwillendheid. Velen voelden deernis om 't tragi sche lot, dat een hunner overkomen was, en uitten de smart huns harten door de inzamelaars te verbazen met de grootheid van hun giften. En de voornaamsten van 't land namen zitting in een comité en gaven leiding aan de plannen naar de inzichten van hun mededogen. Dromme menschen waren vereenigd en zagen in opeenvolging voort schrijden de grooten des lands, en kwamen tot stilzwijgen door de eer, die werd bewezen aan den edelsten van alle grooten. In bonte mengeling van jeugd en eerbiedwaardigheid stonden ze plechtig geschaard vóór 't senaatsgebouw, in eensgezinde ver broedering, treurend om den groote doode, die heel 't land met rouw vervulde. Met woorden van deernis werd gesproken over zijn leven, en geprezen werden zijn begaafdheden, gesteld in dienst van volk en land. En de koning legde met edel gebaar een krans bij den gedenksteen, die onthuld was en gebeeldhouwd door een kunstenaar voor de spontane giften verzameld door 't comité. In diep gevoelde stilte herdacht de talloos groote schare enkele stonden den gestorvene, die door de sneeuw was toegedekt met een eeuwigdurend doodenkleed. De reinheid van zijn edelmoedig heid lag gespreid onder de blanke rust van 't wintersche landschap. En de gedachte aan z'n doodslaap deed lauwe tranen druppen uit de oogen van de mannen, en toen eindigde de rusttijd, klonk een afge broken snik. Allen waren stil en bleven zwijgend staan, tot de voornaamste aller sena toren zich plaatste naast den kring van die 'm vergezelden en uiting gaf aan aller gevoelens, overgaande tot enthousiaste waardeering voor de hulde, bereid aan den grootste der grooten. Persver egenwoordigers waren van alle kanten toegestroomd en den meesten indruk maakten in de kran ten die kolommen, welke in sober heid vermelden, wat zich had afge speeld, in de hoofdstad van 't rijk. Zondags na de koffie las vader uit de krant voor, wat er vermeld stond „Zelf zou hij dezen dood ook 't liefst gestorven zijnhij was niet de man om in bed te sterven. Hij rust thans daar, waarnaar z'n jeugd- dcoomen uitgingen, terwijl hij het hoogste gebod der menschelijkheid, dat om anderen te helpen, opvolgde, t Land is trotsch op z'n zoon, wiens naam altijd zal voortleven, 't Noor derlicht zal altijd zijn schijnsel laten stralen over zijn onbekend graf. Boven zijn levenswerk staat in vlammende letters: „voor koning, vaderland en de eer van de vlag." ,De plechtigheid maakte op allen een ontzaglijken indruk. Ontroerd zwegen allen, die dit hadden aanhoord. Maar tusschen ooren, die de klanken hadden opge vangen, werkten de onzichtbare ge dachten en er kwam een gevoel van verontwaardiging... omdat God, de groote God, bij dit alles totaal was vergeten... En 't peinzend zwijgen werd ver broken door een vrouwestem, die sprak „Kom, ik zal 'ns even naar de soep gaan kijken..." Castenray G 31 van Horst B. J. Spronk, kleermaker Groote Straat 24b van Boxmeer J. H. Vissers, dienstbode, St. Annalaan 4 van Helmond J. M. Wijnen, dienstbode, Station- weg 1 van Bergen (L) H. P. Aengenend, verpleger, Stationweg 32 van Bergen (L) J. J. H. Feller, id., id., v. Kessel A. M. Ch. Clevis, verpleegster, St. Annalaan 5 van Broekhuizen. VERTROKKEN: H. M. Nooyen, zonder beroep, naar Vugnt, Maria-oord M. G. Thissen schilder, n. Venlo, Noordbuitensingel 17 J. H. P. Poels, siager, n. Herwen en Aerdt M. S. Jansen, winkeljuffrouw, naar Beesel. Inge walen MuMetlingen. 22 Het verschrikkelijke van het gebeurde in het circus zal zici ophelderen en heb jij de hand daarbij in het spel gehad, staat deze daad in eenig verband met de erfenis, dan maak ik me van je los. Ik begeer dat geld dan niet meer. Ik wil boeten voor hetgeen ik heb misdaan. Ik zal tot de autoriteiten gaan en zeggen: »Dat heb ik gedaan, maar ik ben niet schuldig en wil geen deel hebben aan deze daden". Dan moge mij geschieden wat ik verdiend heb en jij moogt zien, waar je blijft. Dat is krankzinnigheid, siste Henri. Je ziet spoken, je bent overspannen en ziek. Ik wenschte dathetzooware, kreunde Gaudentia. Ik moet je nog iets zeggen, Henri en wel iets zeer gewichtigs Agnes, onze zuster Agnes is hier Wat, Agnes in Amsterdam? Ja, en daarom juist kom ik zoo laat. Toen de leeuw zich op Rinconi wierp, hem tegen den grond sloeg, en hem het vleesch van het lichaam scheurde, snelde de ooievaars-dresseerster de arena binnen. Dat is Agnes, onze zuster! Aan haar ontsteld gezicht herken de ik haar weder, want precies zoo zag zij er uit, toen moeder stierfhaar wezen van toen ver geet ik nooit. Zij bemint den armen man, anders ware ze de kooi, waar zich zes woedende leeuwen bevonden, niet binnengedrongen om Arrigo te redden, anders had zij zich niet op den brullenden leeuw, die op den temmer lag, gestort, zonder eraan te denken, dat nog vier woeste dieren daar vrij rondspron gen. Dat doet alleen een vrouw, die bemint. Hier barstte Gaudentia in tranen los. Ik wilde mijn zuster binnen de gesloten ruimte volgen, ging zij snikkend voort, ik bad, ik smeekte de oppassers, mij tot haar toe te laten, maar men hield me voor waanzinnig. Is Agnes die Bertha Sigis- mund herhaalde Henri, peinzend. Dat is onaangenaam, dat is beden kelijk. Zij heeft een hartstochtelijk karakter en zou ons dus in groote ongelegenheid kunnen brengen. Kan ze je in het circus herkend hebben Neen, dat geloof ik niet, antwoordde Gaudentia met een eigenaardig lachje. Op dit moment ongetwijfeld niet. 0, gelukkig! riep Henri, een zucht van verlichting slakend, uit. Maar het is al laat, Gaudentia. SprO6t0H komen vroeg in het voorjaar,kooptijdig eenpot Zorgen dragen het hunne bij tot ontwikkeling van nierkwalen. De nieren hebben toch reeds genoeg te doen met hun taak om het bloed te filtreeren van de erin voorkomende onzuiverheden. Als deze organen overbelast worden, is het derhalve geen wonder, als zij hun werk niet meer behoorlijk doen, waardoor een overmaat van urinezuur zich in het lichaam kan ophoopen. Dit urinezuur kan zich in den vorm van scherp gekante kristallen afzetten en rheumatiek, spit of ischias veroorzaken. Soms vormt zich nier- gruis en vaak doen zich urine- of blaasstoornissen voor. Maak bijtijds gebruik van Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Deze kunnen trage nieren weder opwekken en versterken, het overtollig urinezuur afvoeren en een einde maken aan uw kwalen. 35 Bij alle drogisten enz. f 1.75 p. flacon Ingekomen en vertrokken personen van 13 tot 20 Maart. INGEKOMEN J. G. B. Koomngs, dienstbode, Leunen K 59 van Helmond H. G. H. Janssen en vrouw, land bouwer, Heide L. 35a van Horst B. W. A. v. Meijel, z.b., Merselo M 112 van Vught; Th. H. Wijnhoven, dienstknecht. De soldaten-kerkhoven uit den wereldoorlog. Ze worden zoo dikwijls vergeten, de millioenen graven, die in het Vlaamsche en Fransche land ver van het lawaai van de wereld liggen, eenzaam, verlaten en slechts zelden bezocht door familieleden. Maar toch zijn ze niet geheel en al verlaten deze graven... Want in gedachten wijlen de nabestaanden vaak in het land, waar eens de hel was losge barsten. In welken toestand bevinden zich deze millioenen graven Bekommert zich een opzichter er over of liggen zij verwaarloosd, misschien zelfs ver strooid door ruwe, schenneride han den Inplaats van een antwoord op deze vragen moge een kort feiten- bericht volgen. Op den autoweg Metz-Verdun, temidden van akkers en weiden, waarop koeien weiden en kinderen spelen, staan door een kleine heg omgeven 5000 kruizen, witte kruizen, in lijnrechte rijen naast elkaar. 5000 mannen rusten hier, die in Augustus 1914 ten strijde trokken en die in de eerste heete veldslagen voor Ver dun den dood vonden. De wegen naast de kruisen zijn met bloemen afgezet. Op de graven zelf groeit klimop, zorgvuldig gesneden onderhouden. Jonge boompjes ver heffen zien nauwelijks op manshoogte. Daarboven staat de blauwe hemel en de helle zon. Eenigszins verweerd zijn deze kruisen wel... onder den indruk loopen wij tusschen de rijen. Hier rust de Musketier Schulze, geboren 1894, gestorven 1914., Daarnaast de Chasseur Pierre Cha ron gevallen in Augustus 1914, 19 jaar oud... Op het kruis van den een staatGestorben fürsVaterland; op het anderMort pour la Patrie. Het is een beeld van vrede. Vele bloemen en heiligenbeelden hebben de Fransche moeders en verloofden hier naar toe gebracht ook op de graven van de Duitsche soldaten hebben ze hetzelfde gelegd. Aan het einde van een breede middengang ligt het massagraf. Een gedenkteeken uit graniet gehouwen vertelt ons dat hier drie duizend dooden rusten, Duitschers en Fran- schen. Deze kerkhoven in Frankrijk gelijken alle op elkaar. Op het Duit sche kerkhof in Brieulles sur Mere nabij Verdun liggen 15000 Duitsche krijgslieden. Vredig liggen de akkers rondom, dikwijls vindt een landbou wer daar nog verroeste helmen, bajonetten... Meer dan tien jaar na de hel van Verdun stoort niemand meer deze rust der 15000 kruisen. Vele van zulke kerkhoven vindt men rond Verdun, vele honderden in Frankrijk. 940.000 Duitsche sol daten rusten in Fransche aarde. Om Yperen, aan de Marne, aan de Som- me, overal in aarde, die door het bloed van millioenen gedrenkt is. Op vele kerkhoven liggen 20,000 op sommige slechts een paar honderd gevallenen. Een in romantischen stijl gehouden kerkhof ligt duizend meter hoog op de Donon in de Vogezen tusschen Nancy en Straatsburg. Ook dit wondermooie kleine kerkhof is goed onderhouden. De graven wor den keurig in stand gehouden en wanneer men nochtans rond Verdun nog steeds beenderen vindt, dan is dat op het legioen der slachtoffers terug te voeren, niet op de nalatig heid van het graf-onderhoud. Hoe is het met de oorlogsgraven in de andere landen gesteld In Litauen en Letland alleen liggen 50.000 graven, die alle in de laatste jaren door Duitschland zijn opge richt. In de Litauensche en Letland- sche bosschen zijn verzamel-kerk- hoven aangelegd. Van vele akkers, die gedurende den oorlog proviso risch als kerkhoven waren ingericht, zijn de dooden naar de nieuw-aan- gelegde bosch-kerkhoven overge- bracht. Kleine grafsteenen naast elkaar op den boschgrond toonen aan, waar de dooden rusten. Deze kerkhoven zijn door een prachtigen aanleg en een gedenksteen tot waardige rustplaatsen geworden. Bijna alle dooden heeft men, dank zij de tijdens den oorlog gemaakte schema's van de tijdelijke kerkhoven kunnen identificeeren. Ook in Joego-Slavië hebben 40.000 Duitschers een mooie rust plaats gekregen. Idyllisch mooi zijn de Alpen de soldatenkerkhoven, vaak op eenige duizenden meters hoogte gelegen. Ik hen doodmoede. Wij zullen de zaak tot morgen laten rusten en dan overleggen wal ons te doen slaat. Ook ik hen volkomen uitge put, antwoordde Gaudentia, bevend, en begaf zich gebogen, met slee penden tred naar haar kamer. Henri had het vaste voornemen te slapen. Dat scheen hem gebie dend noodzakelijk toe voor den volgenden dag, die heel wat bren gen kon, wat kalmte, overleg en koelbloedigheid van hem vorderde. Doch de slaap wilde niet komen. Deze nacht was een van de onrus tigste van zijn leven. Gaudentia daarentegen, die zich aangekleed op het bed wierp een omstandigheid, welke zich ook voor het eerst van haar leven voordeed, viel terstond in een doffen, loodzwaren slaap, door algeheele afmatting. In het circus Deiro ging het dien nacht zeer woelig toe. De politie-autoriteiten stelden een zorgvuldig, uren lang durend, onderzoek in naar de heillooze gebeurtenissen. Het geheele per soneel werd in streng verhoor ge nomen. De hoofdpersoon in de droeve zaak, de leeuwentemmer zelf, kon niet gehoord worden. Hij lag in het gasthuis, en zijn toestand van bewusteloosheid duurde nog altijd voort. Drie ge~ neesheeren bewezen hem hun door IOS. BOSHOUWERS te LENT Hoeveel mag liet verschil in temperatuur wezen VRAAGIk heb 2 machines, eene merk „Limburgia," eene van Detroit." Hoe zou het komen, dat het verschil van de temperatuur der eieren aan den boven en aan den benedenkant der eieren niet dezelfde Bij de Limburgia krijg ik aan den bovenkant maar li/t gr. C. meer en bij de Detroit wel 2i/i tot 3 idem. Deze laatste machine geeft slechte uitkomsten, terwijl een broer van me met de Detroit goed kan werken en hij ook maar weinig verschil in temperatuur heeft, boven en onder gemeten. Hoeveel mag het verschil zijn, en hoe dat te verkleinen bij mijn Detroit? Uit Venray. ANTWOORD Het verschil in temperatuur, aan de boven- en de onderzijde van het ei gemeten, mag nooit de 2 gr. C. te boven gaan. Is dit meer, dan is de machinie niet genoeg geïsoleerd, d.w.z. dan verliest gij te veel warmte, omdat de wanden en het deksel niet goed gevuld zijn. Bij het beste merk machine, zal de eene beter voldoen dan de andere, omdat de isoleering op de fabriek door verschillende personen plaats heeft. De eene man zal beter z'n werk verstaan dan de ander, of er meer zorg aan besteden. U zou kunnen bekleeden met dunne asbestplaten, of zorgen, dat de temperatuur in het broedlocaal stijgt. Maar hierbij mag weer niet uit het oog verloren worden, dat de ventilatie steeds tot haar recht moet kunnen komen. De wanden opnieuw vullen, b.v. met slakkerwol zou m.i. nog het beste wezen, maar eene machine uit mekaar halen en weer ineenzetten is ook niet ieders werk. Wollen doeken met punaises aan den buitenkant langs de wanden aanbrengen kan ook. Hoe moeten de eieren in de machine liggen "VRAAGIk bedoel, met het spitse, of met het stompe eind iets hooger Gaarne zag ik beide vragen beantwoord in Peel en Maas. Uit Venray. ANTWOORDDe natuurlijke stand om een broedei te bewaren is liggende, dus horizontaal. Maar als 'n vogel in de natuur broedt, liggen de eitjes meestal niet juist horizon taal, omdat de bodem van het nest nooit geheel vlak, maar eenigszins - i 1 ^ol is* ^ct stomPe cinc* moet dan <f dan de punt. Als 't gedurende het wezen, zal het kuiken bij de geboorte Jaarmarkt te Venray Woensdag 1 April Uw bloed wordt vergiftigd met die ziekte kiemen. die een heerlijk bedje vinden in de slijm-massa, welke zich bij LI gevormd heeft. Ze groeien als kool. die ziekte diertjes en hoe meer slijmerige massa, hoe meer ziekteverschijnselen. Los met Abdij meer moeite hebben, om de schaal te verbreken. Slijmerige geelwitte ontlasting. VRAAGIk heb de laatste 14 siroop die slijm op, werp ze met kracht dagen al 3 kippen dood aan dezelfde en toch zonder gevaar voor Uw adem- ziekte. Dat veronderstel ik ten halingsorganen naar bulten. Dan zult Ge minste_ want 2e hadden alle 3 slij- taaie, geelwitte ontlasting. weer heerlijk vrij en ruim ademen. De hoest verdwijnt en de kriebeling in de keel ®Cri9*' ta*ie: geelwitte ontlasting, houdt op. BijHoest, Bronchitis, Asthma. ™e_°eele achterlijf bevuilde. AKKER's zorgen, en een politiebeambte wachtte op het oogenblik, dat hij hel bewustzijn zou terugkrijgen. De oppassers en de overige be dienden van het circus legden eenstemmig de verklaring af, dal bij de leeuwen in den Ijop van den dag en ook voor de voorstel ling geen onrustwekkende ver schijnselen werden waargenomen. Evenwel hadden de twee later in woede ontstokenen niet gesluimerd toen men hen met de overigen naar het arena bracht. Dat kwam echter dikwijls voor en was geen ongunstig teeken. Dedieren schenen even kalm en goedig als anders En toch moet hen iets on begrijpelijks geprikkeld en hoos gemaakt hebben, meende de direc teur Deiro. Wat dit evenwel is geweest is mij, evenals allen anderen deskundigen onverklaar baar. De beide leeuwen zijn tha.is nog zoo kwaadaardig, dat men hen niet in hunkooi heeft kunnen krijgen men was gedwongen hen in de arena te laten blijven. Den dood van Stockton kan slechts een onbegrijpelijke achteloosheid van dezen man hebben veroorzaakt, verklaarde de directeur verder. De Schot wist zeer goed, dat men gedurende de voorstelling in geen geval dicht Lij een kooi van wilde dieren moet komen. Tijgers zijn meestal verraderlijk en slaan gauw tijdens de voorstelling met hun klauwen tusschen de staven door. Als ze het rennen, blazen en spelen Deze mest was er haast niet af te krijgen, zoo kleefde ze aan de veeren, tot onderen toe. Ik heb eene der gestorven dieren opengemaakt, en nu zag ik, dat in de darmen het- Alom verkrijgbaar. Prijs F,. 1.50. Fl. 2.75, Fl.4.50 «We geelwitte goedje zat. Eten doen kippen, die het hebben, niet ,,Voor de Borst" g?cuk ot'X -el. wel drinken Wat zou dit voor BD1JS1ROOP-BONBONS (Gestolde Abdijsiroop) g^^es flene2en van wilde dieren hooren, kan men met absolute zekerheid daarop rekenen. Hoe kon derhalve de man, zoo hij niet dronken was, dat vergeten? Zoo iets laat men zelfs het oogenblik der hoogste op gewondenheid instinctmatig niet builen aanmerking. De handeling van den tijgertemmer is mij vol komen onverklaarbaar. Kan niet iemand dien heer tegen de kooi hebben gestooten vorschte de inspecteur van politie Opzet hierbij is volkomen buitengesloten, en toevallig kan het niet zijr. geschied. De plaatsing van de tijgerkooi was zoo, dat niemand ze dicht voorbij moest, getuigde de directeur. Het verhoor van het personeel over dit punt had tot resultaat, dat voor dergelijkevercnderstelling niet de geringste grond aanwezig was. Thans werd de in tranen baden de en van smart en vertwijfeling schier waanzinnig Bertha Sigis mund gehoord. Zij was de eerste geweest, die moedig in de arena was gedrongen en ook bij de ver binding van den bewusteloozen leeuwentemmer de ijverigste hulp had geboden. Het duurde lang, voordat men duidelijke antwoorden uit haar kreeg. Haar was niets bijzonders in het oog gevallen, noch te voren noch daarna. Toen zij echter vlak bij den leeuw was en deze haar in het gezicht blies, kwam het Uit Oostrum. haar voor, dat het dier naar jene ver rook. Deze verklaring wekte eerst gelach, maar vervolgens gaf het den aanwezigen te denken De eene leeuw is nog altijd aan de kooi vastgeketend. Zou het met mogelijk zijn, het dier zoo dicht te naderen, om onder dit opzicht een onderzoek in te stel len vroeg de irspecleur van politie. Dat is te doen, gaf de heer Deiro toe, maar of er na verloop van twee uur nog iets van te be speuren zal zijn, komt me twijfel achtig voor. Men begaf zich naar de arena. Het circus was volkomen duister, en men had dus lantaarns mede genomen. Toen men den vastge- ketenden leeuw nabij kwam, trok en rukte deze geweldig aan de ketting, brulde en zette de manen op; ook de andere, die den aanval had gedaan, kwam thans toege sprongen, posteerde zich voor de staven en blies den mannen, die de lantaarns droegen, in het ge zicht. Er was thans duidelijk een zonderlinge lucht waar te nemen, die den eigenaardigen adem dezer dieren vreemd was. Zoo consta teerden ook de oppassers en de directeur Deiro. Of die afwijking echter aan alcohol was toe te schrijven, was niet uit te maken Het onderzoek leverde dus in die richting niets wezenlijks op. Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1931 | | pagina 7