Tweed© Blad van „FEEL MM MAAS
Om twee millioen
Abdijsiroop
ff
'n Wereld van half
garen.
FEUILLETON
Tijd verspillen.
Even nadenken als
't U blieft.
Een Koester heeft
Abdijsiroop noodig!
ZATERDAG 6 DECEMBER 1930
Een en Vijftigste Jaargang No.
Parijs
Het Vél' d'Hiver
Wielerbaan 250 M. in 't rond
In den grooten cirkel om de be-
tonbaan 2itten de leegloopers, de
nietsnutters, de geldsmijlers, de gok
kers en de schokkers, met een portie
bankbiljetten, die ze hopen te ver
dubbelen, in een spannende wedden
schap, maar ze desnoods ook wel
kunnen missen, hééren omdat ze
een smoking dames omdat ze
bijna niets aan hebben, met lange
langoureuse bellen in de gemasseerde
oorlellen, geverfd, getint, geschminkt
opgekalefaterd, aangedikt met de
allerbeste stift, waarvan de kleur
smakeloos en onbederfelijk is.
Achter op de goedkoopere plaat
sen de gegadigden die minder
gefortuneerd zijn, de toffe jongens
uit de sportwereld, die met hun
leven geen raad weten en er hoege
naamd geen been in zien om de
beste jaren van hun aardsche bestaan
te verdoen op een wielerbaanniet
eens wetend dat ze een ziel hebben
die de heele wereld met al haar
schoone kunsten en geweldige be
langen glad verpatsen voor een
Dunlopbandje om hun schriele,
magere race-rijwieltjes met doorge
zakt stuur, speelgoed-frame en pop
penzadeltje.
De toffe jongens die allen bij
elkaar nóg onbeduidender zijn dan
de dijspier of kuit-pees waarmee zij
de pedaal van hun fiets in beweging
brengen.
Als ze allemaal tegelijk van de
aarde verdwijnen, bemerkt niemand
er iets van dat ze verdwenen zijn,
behalve een of andere morgenwan
delaar, voor wien het uitzicht in de
lanen niet meer bederven wordt
door hun leelijke truien, hun smerig-
beschilderde trapkarretjes en hun
onfatsoenlijk gebogen ruggen.
Vél' d'Hiver.
De rijke onbeduidendheid op de
eerste rijen.
De minder gefortuneerde onbe
duidendheid op de volgende.
De absolute onbeduidendheid in 't
midden cirkelend langs de baan.
Alles bij elkaar een wereld van
halfgaren.
De belachelijke monsterwedstrijd
van zes dagen en zes nachten is be
gonnen, een rit van 144 uren ineen
helsche duizeling van telkens 250
Meter in 't rond.
De wereld van de would-be groot
heid
Van fictieve belangrijkheid alsof
het heel wat is
Alsof er niets anders is, dat ge
wichtig is.
Zou 't wel in aanmerking kunnen
komen voor één oogopslag; zou er
papier te vinden zijn, slecht genoeg
van kwaliteit om het te besteden
aan een verslag van zoo'n onbedui
dende grootheidswaanzin van 144
uren race
Die 't uithouden, kunnen na afloop,
zeggen Een kop om te denken heb
ik niet, maar ik heb een spier, die
144 uren aan één stuk kan trappen
Ha, ha
Met champagne en peperdure
soupers dooden de toeschouwers den
tijd. Soms ontsteken ze ineens in
woede en beginnen naar de trap
pende slaven te vloeken met hun
etende, geschminkte praat-apparaten.
Ze rijden te tam, ze moeten door
trappen, harder trappenwant t
begint deze moderne Collosseum-
bezoekers, deze verwijfde moderne
Nerodianen te vervelen. Trappen
moeten ze, dat de vellen er bij
hangen.
Als een loeiende bende hangen ze
over de ballustrade en hun snoepende
en snoeperige fransche mondjes
schelden met een geraffineerd taaltje,
waarbij de aristocraat, dien ze wiilen
thangen, ondergaat in den protser,
die ze over heel de lengte en de
breedte van hun met juweelen be
hangen karkassen blijven.
Maar de mannetjes trappen
voorovergebogen, aangespoord door
de loeiende sirenen van de schelden
de monden.
Dan krijgen ze duivels-woede in
hunne trappende beenen en ze vliegen
als een levende mallemolen, aan een
reuze-caroussel, voorbij de oogen
van de zelfvergeten toeschouwers.
Arme slaven
Gebombardeerd worden ze met
proppen, kurken, flodders pudding.
Een vrouwenhand smijt een leege
flesch over de balustrade voor de
trappers en in een donderenden
smak rollen fietsers en trappers en
fietsen bliksemend, flitsend over en
door elkaar tegen het kei-harde
cement.
Het publiek lacht een lach van
Nero
De loudspeaker meldt, dat Calvaing
zwaar gewond is. Een spaak is hem
in den enkel gedrongen.
Ze stappen weer op, zij rijden
weer door.... zes dagen, zes nachten,
Half-garen
In 't midden zetelt de Schoon
heidskoningin van Parijs met haar
hofdames. Ze kosten heel wat geld,
maar niet aan den kleermaker. Veel
moois is er niet aan.
Ze konden bloemen zijn aan den
oever van de Doode Zee.
De 144 uren zijn om.
De laatste uren hebben ze getrapt
met het uithoudingsvermogen en de
snelheid van zuigerstangen.
Raynaud en Dayen konden het
beste trappen. Die twee eminente
doodtrappers wonnen
En de prijs... voor hun 144 uur
trappen
Ze krijgen van de Schoonheids
koningin op hun vuile bezweete
gezicht een,., kus
Nou ze zijn er vet mee maar 't
is mager betaald.
Advocaat Rembold besloot der
halve nog een laatste poging aan
te wenden en persoonlijk naar
Hamburg te reizen, om daar ter
plaatse de sporen der moeder van
den vermiste na te vorschen.
HOOFDSTUK V.
Een week na den plotselingen
dood van den Ier te Kossak liepen
het contract van den duiker Palof
en dat van Reinkens af.
Palof wilde na zijn loon en zijn
premie te hebben ontvangen, met
de eerstvolgende stoomboot af
reizen. Reinkens daarentegen bood
zich aan, om den kotter van den
verongelukten Ier over te nemen
en de duikerszaak tot na het
einde van het seizoen tegen zekere
pachtsom voort te zetten.
Deze aanbieding was nog altijd
voordeeliger voor de eventueele
erfgenamen van den verdronkene,
dan dat het schip werkeloos in
den inham was blijven liggen.
De rechter nam derhalve Rein
kens aanbod aan, en deze stak
■den volgenden dag met den kotter
Te Oxford, in Engeland, draagt
een zonnewijzer het opschrift „De
uren sterven en worden ons toege
rekend."
Elk uur in het leven van den
mensch heeft zijn eigen bijzonder
werk, dat slechts daarop mogelijk is,
en op geen ander uur, binnen den
kring der jaren die ons zijn toege
staan en eenmaal weg, keert het
niet terug.
Iemand, die jong van jaren is, kan
oud van uren zijn, als hij geen tijd
heeft laten verloren gaan. Het kapi
taal van den tijd, zuinig beheerd,
zal iemand in latere jaren een woe
kerwinst opleveren die de stoutste
droomen overtreft.
Tijdverspillen zal iemand verstan
delijk en zedelijk meer doen achter
uitgaan, dan hij het zich heeft kun
nen voorstellen.
Geen uur in onze jeugd, dat niet
trilt van bestemmingen, geen oogen
blik, waarin, als het eenmaal voorbij
is, het daarvopr bestemde werk nog
gedaan kan worden.
Een droog-komieke filosoof schreef
eens op zijn voordeur „Verloren
tusschen zonsopgang en zonsonder
gang, twee gouden uren, ieder met
zestig diamanten minuten bezet. Er
wordt geen belooning uitgeloofd,
want ze zijn voor altijd weg."
De dagen komen tot ons als ver
momde vrienden die onschatbare
gaven brengen uit een ongeziene
hand maar, als wij ze niet gebrui
ken, gaan zij ongemerkt voorbij, om
nooit terug te keeren. Eiken volgen
den morgen worden nieuwe gaven
gebracht, doch indien wij in gebreke
olijven, die aan te nemen welke ons
gisteren en eergisteren gebracht
werden, verliezen wij hoe langer
hoe meer de geschiktheid, ze tot
ons voordeel aan te wenden, tot we
op den duur niet meer in staat zijn,
ze te waardeeren en te benutten.
Een wijs gezegde was het, dat
verloren rijkdom herwonnen kan
worden door vlijt en spaarzaamheid,
verlóren kennis door studie, verloren
gezondheid door matigheid en genees
middelen, maar dat verloren tijd
voor goed verloren is.
„Och we hebben maar vijf of tien
minuten meer voor 't eten; er is nu
geen tijd meer om nog iets te doen"
dat is een van de meest gewone
gezegden, die men in het gezin hoort.
Maar welke monumenten werden
niet opgebouwd door arme jongens
zonder vooruitzicht, uit stukjes tijd,
die velen van ons wegwierpen
het was op een Maandag
welks gezamelijke equipage, op
Palof na, was gebleven, in zee
naar de parelgronden.
Den volgenden dag zou de
Londensche stoomboot naar Bom
bay varen en aan boord van deze
had Palof een plaats genomen.
Tegen zijn gewoonte wss hij zeer
soliede, dronk niet meer en ver
meed de speelholen. Hij slenterde
om de haven heeri, zocht mosse
len en scheen zich alleen onledig
te houden met het verzamelen
van souvenirs aan zijn verblijf
op deze onherbergzame kust.
Palof en Reinkens woonden in
hetzelfde logement. Het waren
lange, loodsachtige gebouwen, uit
één verdieping, met een lange
middelgang, op welks beide zijden
kleine kamers met één raam uit
kwamen. Het gansche meubilair
daarvan bestond in een bed van
maisstroo, een houten stoel en
een tafel. Kasten waren er niet
te vinden; hun kleeren hingen
de bewoners aan spijkers op, en
hun overige goederen bewaarden
zij in bundels, die op den grond
lagen, of in koffers en houten
kisten, voor het geval zij die be
zaten.
Overdag bevond zich zelden de
bewoner in zijn kamer, daar de
arbeider van zonsopgang tot zons
ondergang op zee was. Allen gin
gen in den vroegen ochtend heen
en keerden eerst in den avond
terug. De kamers konden niet
Voedsel voor geest en hart.
,Wat de rijken in overvloed heb
ben, behoort als noodzakelijk levens
onderhoud aan de armen bezit in
overvloed is bezit van anderen." St.
Augustinus.
Wil men altijd geld bij de hand
hebben, dan moet men het nooit bij
de hand hebben En daarom is een
spaarbankboekje zoo goed.
Het gelukkig leven bestaat niet
in veel te hebben, maar in met
weinig, veel genoegen te hebben.
Rijkdom baart zorgen 1 De heiden-
sche wijsgeer Anakrem kreeg van
koning Polykrates een groote som
gelds. Dit kostbaar bezit bezorgde
hem twee slapelooze nachten,
toen steurde hij het geld terug met
de boodschap, dat die schatten hem
niet zooveel onrust en kommer waard
waren
Geen dag ga voorbij of de mensch
bedenke 't is beter (volgens Chris
tus' eigen woord) dat ik met een
molensteen om den hals in de diepte
der zee zink, dan dat ik door mijn
kleeding, door mijn woord, door
de uitstalling der vertooning van
slechte boeken, (reclame-platen,) door
voorstellingen enz. aanleiding geef,
dat een ander of anderen, zondige
gedachte, slechte begeerten, ver
keerde daden verricht.
Tegenover dergelijk dergelijk er
gernis geven, heeft Jezus een „Wee
u" uitgesproken. En wat is verschrik
kelijker dan dat Wie zal in zijn
hart daarmee durven lachen of
spotten De ergernis is het tegen
deel van naastenliefde de ergernis
gever is, wat gewoonlijk genoemd
wordteen zielen-moordenaar.
De vader van keizer Constatijn
had in zijn leger veel Christenen,
die aan hun geloof verzaakten,
met het doel om hun veldheer en
aanvoerder te behagen en wellicht
hooger in rang te kunnen opklim
men. Maar dat kwam anders uit 1
Hij ontsloeg die afvalligen uit
den dienst: „Hoe kan, zoo zeide
hij, „hoe kan ik op soldaten reke
nen, op wie zelfs God niet kan
vertrouwen."
De kinderen voeden de ouders op.
Bovenstaand opschrift wordt wel
eens gezegd en dikwijls zeer terecht.
Ook de ouders kuDnen vaak van
de kinderen leeren. Ziehier een
voorbeeld
Vanuit hun naast elkandergelegen
kamer voeren een jongetje en een
meisje, broertje en zusje, 9 en 7
jaren oud, dit gesprek
worden afgesloten, de deuren had
den geen sloten, slechts van binnen
konden ze door een houten gren
del worden gesloten Overdag
stonden zij open, wegens de reini
ging en luchtverversching, die het
kleine dienstpersoneel, dat de
logementhouders hadden, den
ganschen dag bezighielden.
Palof was thans bezig met in
zijn kamer zijn boeltje bijeen te
pakken, dat maar een dun bundel
tje uitmaakte, en liep vervolgens
af en toe met de Maleiers pratend,
die voor het opruimen der kamers
zorgden, in de gang heen en weer.
Eensklaps zag hem een der be
wakers ivi Reinken's kamer en
voegde de kleurling hem toe
Dat is toch uw kamer niet,
man, wat hebt gij daar te
maken
't Is maar een grap, die ik
met Reinkens voorheb, een af-
scheidsgrap, antwoordde Palof
lachend. Hier, vriend, zeg er niets
van, ging hij voort en gaf den
man een dollar.
Terstond verliet hij de kamer,
maar de houten koffer, die in de
kamer aanwezig en gesloten was
geweest, stond nu open, en Palof
schoof een enveloppe, welke hij
uit een ouderwetsche portefeuille
had genomen, snel in zijn borst
zak.
Eerst laat in den avond, nadat
Reinkens de velerlei zaken, welke
het overnemen van den kotter
meebracht, had afgewikkeld,
„Jeanne?"„Wat is er?"
„Weet je 't niet Er is een Onze
Lieve Heer". —„Wat is dat?"
Zij piaten samen en eiken avond
praten ze opnieuw. Het jongetje
verteld, wat hij op school geleerd
heeft. Op zekeren dag bemerken
het de ouders, ongeloovigen zij
luisteren toe, worden diep bewogen
de genade deed verder haar
werk. George en Jeanne Doussot
tegelijk met hunne ouders gedoopt.
Het broertje werd later Dominicaan
en het zusje Carmelites
De dappere en geestige officier.
Een officier der genie in Frankrijk
ruilt zijn galons (onderscheidingstee
kenen van officier) met de pij der
Broeders van den heiligen Johannes
de Deo (die zich hoofdzakelijk met
ziekenverpleging bezig houden.) Van
hen is bekend, dat zij eens werden
gevolgd door een bende apachen
(Parijsche schurken) die hem luid
keels toeriepen „Weg met den
fezuiet". Broeder Magalon (zoo
leette de vroegere officier) keerde
zich om, en zeide kalm „ik ben
geen Jezuiet. ik ben een broeder
van Johannes de Deo en ik verpleeg
de krankzinnigen. Ik ben tot uw
dienst heeren.
Gekken of Heiligen.
Ik heb een missionaris gekend,
die dapper was onder de dapperen,
hij is nu gestoren, pater Jean Marie
Desaubes. Zooals het ia Indié wel
meer gebeurt moest hij een lange
voetreis maken. Na het H. Misoffer
te hebben opgedragen, vertrok hij
voor het opgaan der zon en liep
den geheelen voormiddag door. Des
middags hield hij halt onder een
schaduwrijken boom en met behulp
van drie steenen en een kruik maakte
hij zich op zijn Indiaanscb, wat rijst
klaar. Zoo nam hij een bescheiden
maaltijd en ging weer op weg bij
een temperatuur van 40 graden en
liep verder den heelen dag door.
Toen hij des avonds, bijna dood
van vermoeienis, zijn toog,rood van
het stof van den weg, zijn bloed als
bruischend onder den invloed van
het loopen en van de warmte, zijn
armelijke hut bereikte, liet hij zich
op den grond neervallen en had nog
slechts de kracht om uit te roepen
Waarachtig, om zoo'n vak uit te
oefenen moeten er gekken of heili
gen zijn.
Worden gevraagd....
Worden gevraagd 500.000 hel
den en heldinnen om aan onzinde
lijke kinderen te leeren het gebed
en het alphabet, op voorwaarde, dat
deze helden en heldinnen zullen
blijven kuisch, geduldig, volhaidend,
zullen werken 10 uren per dag voor
15 stuivers en zullende ontvangen
beleedigingen als aanvullend salaris,
zich zelf zullende ontzeggen alle
geoorloofde genoegens.
Zet dat eens in een krant ik
zal de advertentie betalen Gij
lacht Gij hebt gelijk en gij hebt
ongelijk. Want... dat sublieme leger
bestaat. Een Meester, en een eenige
Meester heeft het kunnen samen
stellen. heeft het kunnen begeesteren
Hij roept dat leger op, Hij recru-
teert het, Hij bewapent het en voert
het bevel sinds 18 eeuwen. Hij
heeft geen andere belooning dan
Zijn glimlach en Zijn zegen. Die
Meester is Jezus-Christus.
Ook de socialisten en
bolsjewieken.
Laatst bij de vreeselijke mijnramp
van Alsdorf heeft zich een klein
voorval afgespeeld, dat ik u nood
zakelijk eens moet vertellen.
Ik bied u het verhaal, ontdaan
van elke overdrijving en zonder
medewerking mijner phantasie, zoo
dat ge de geheele waarheid en
keerde hij in zijne kamer terug.
Hij had reeds aanstonds een kamer
in het hotel gehuurd, daar hij als
patroon niet langer een niet af te
sluiten kamer in een arbeidersloge
ment kon bewonen. Hij was dood
moede en wierp zich op zijn bed,
waar hij terstond in een diepen
slaap viel.
Nog voordat hij opstond was de
Engelsche stoomboot met Palof in
zee gestoken.
Toen Reinkenszijnhouten koffer
naar het hotel wilde dragen ont
dekte hij tot zijn bevreemding, dat
zijn zeekist zooals de matrozen
die soort van koffers noemen
met een steekbeitel was openge
broken. Den boel terstond na
kijkend, ontbrak hem wel niets,
maar hij gaf toch het ongewone
geval bij den sjerif aan. Deze ver
klaarde de zaak voor een domme
grap van Palof, die den als pijn
lijk ordelievend bekendstaanden
kameraad tot afscheid een part
had willen spelen. Wijis niets werd
gemist, was dat de meest waar
schijnlijke verklaring. En ze werd
bovendien bevestigd door den
Maleier, die Palof in Reinkens'
kamer had gezien.
Reinkens ging met zijn kotter
in zee en gaf zich zooveel moge
lijk moeite, daar hij de zaken van
den scheepseigenaar en den arbeid
van den heengeganen Palof mede
moest overnemen, m.a. w. voor
twee personen duiken moest. Palof
was inmiddels aan boord van de
niets dan de geheele waarheid ver
neemt. Voor de echtheid sta ik in.
't Was na de ontploffing.
'n Vrouw drukt aan haar hart een
nog jeugdigen mijnwerker, die beslijkt
en gehavend uitziet, 't Is haar jongen,
haar zoon, gered uit den greep des
doods
„Mijn kind", sprak liefdevol ver
wijtend de moeder, „zie je nu wel,
dat je dikwijler te biechten moet
gaan
„Ge hebt gelijk, moeder Bij de
ramp vielen wij allen zonder uitzon
dering op de knieën om te bidden,
ook de socialisten en communisten."
In het uur der dreiging komt
wel eens in den mensch het geloof
weer bovendrijven, dat door het
gewicht van 't materialisme naar de
diepte was meegetrokken.
Dan bidden zelfs communisten
Zelatrice-avonturen.
Een Zelatrice, die 380 Almanakken
aan den man had gebracht ze
had haar hakken afgeloopen, zei ze
maar... „de schoenmaker moet ook
leven deed op denzelfden dag
de volgende zeer verscheiden onder
vinding op.
Zij klopt aan bij een rijke dame.
Neemt U a.u.b. een Almanak
van me, Mevrouw?
Nee, daar hou ik niet van... U
moet er toch wel veel zin in hebben
om bij zoo'n weer met die dingen
rond te gaan.
Och, Mevrouw, ik doe 't ook
niet voor m'n plezier, al doe ik 't
mét plezier. Maar als m'n broer
(missionaris) er zooveel voor over
heeft, mag ik er toch ook wel iets
voor doen.
Slot was, dat de dame geen
Almanak nam. Ze hield er niet van.
Even later stapte onze Zelatrice
binnen bij een arm oud vrouwtje.
Raak ik een Almanak aan U
kwijt, Juffrouw
Ik kan niet meer lezen, schaap,
maar hoeveel kost ie
Acht stuivers.
Goeddan kan ik toch plaatjes
kijken. Ik zal je 2 kwartjes geven.
Dan geeft U een dubbeltje te
veel.
Da's niets. Hou maar't is
van mijn armoe voor je broer in de
missie. Wat 'n weer, hé. En kom
jij daar door Schaap, lussie 'n
bakkie IJc ben wel arm, maar
schoontjes, hoor
Toen de Zelatrice 't aanbod aan
nam, glunderde de goede ziel van
plezier.
Wat een verschil van menschen,
't zelfde dorp, in denzelfden
godsdienst
Waarom zyn er geen... Walen
in den hemel
De portier van den hemel ging
zekeren zomerdag, op kermisse naar
Sinte-Pieters-op-den-dijk, boven Brug
ge. Hij mocht de hemelpoorte alleene
niet laten en stelde Sint Andries aan,
om den ingang tot den hemel te be
waken. Ja, maar Sint Andries kende
geen Fransch en een heele bende
Walen zagen de kans schoon om in
den hemel te geraken. Sint Andries
verstond hun bargoensch niet, noch
en wiste hij wat te zeggen om dat
goedje tegen te houdenen hij liet
ze allemaal binnen, in 't gedacht dat
't al brave menschen waren.
't Was een gebabbel en een lawaai
van een andere wereld.
Sinte Pieter kwam 's avonds thuis
van de kermisse en hoorde al dat
snateren en gerrebekken en hij stond
er versteld van.
,,'t Is mijn verdooie, Waalsch
zei Sinte Pieter. Dries wat heb je
gedaan, vent
„Ik en versta geen Fransch," zei
Sint Andries, „wat wil je daaraan
doen, en ik die meende dat er hier
Als Gij hoest, als Uw ontstoken keel U
het spreken moeilijk maakt, als Uw bGrst
vol slijm zit, dat niet los wil komen, als
U 't slapen wordt belet door hoestbuien
of het gevoel alsof er een blok op Uw
borst ligt: dan hebt Gij Abdijsiroop
noodig. Een balsem voor Uw borst.
Abdijsiroop heeft door haar overtuigende
resultaten zich vanzelf een weg gebaand.
Wordt door hare aangenaam slijmoplos*
sende, verzachtende, hoeststillende werking
geroemd bij: Hoest, Bronchitis, Asthma.
AKKER',
,,Voor de Borst
I
Alom verkrijgbaar. Prijs Fl. 1.50, Fl. 2.75, Fl.4.50
Gebruik buitenshuis Abdijsiroop-Bonbons
(60 ct.). Dan bespoedigt Ge Uw genezing. 1
ABDIJSIROOP-BONBONS (Gestolde Abdijsiroop)
geen andere als goe zielen 'n kwamen,
'k heb ze hunnen weisier gegeven
en ze binnen gelaten. Heb 'k gemist.
'k.Wil 't geweten hebben, maar als
ge nog uit kerremessen gaat, doe u
als 't u belieft vervangen door eenen
die op meer dan eenen toon zijn
lied zingen kan."
Sinte Pieter schartte achter zijne
oore, maar hij 'n was nooit lange
met iets verlegen.
„Gauw riep hij, naar eenige
engels die dat van op een afstandje
hadden afgezien. „Gauw Michael,
Rafaël, Gabriël en Uriël, draagt ge
vieren de tafels buiten de poor te,
dekt ze met de sneeuwwitte dwale,
legt de zilveren lepels en brengt de
rijstpap op."
De engels gehoorzaamden, gelijk
altijd, en toen alles gereed stond,
liep Sinte Pieter aan de poorte staan
van den hemel en riep naar binnen
met eene stem, die aan de hemel-
sche gewelven weerdonderde
„La soupe
En al de Walen stormden den
hemel uit, en Sinte Pieter sloeg de
gouden poorte op hunne hielen toe.
Sedert dien zijn er geen Walen
meer in den hemel.
EBgiieaisn Uifcfciliagia.
snelvarende boot op weg naar
Bombay.
Zonder ongevallen kwam hij in
de Engelsch-Indische havenstad
aan, en na enkele dagen reisde hij
af naar Aden door de Roode Zee,
passeerde hetSuezkanaal en kwam
op den bepaalden tijd, ongeveer
25 dagen na zijn vertrek van
Kossak, te Marseille aan. Hier
vertoonde hij, aan wal komend,
een pas, die hem, in overeenstem
ming met de scheepskaart, als
Erich Reinkens, burger der Ver-
eenigde Staten, legitimeerde.
Het viel Palof niat moeilijk, te
Marseille de door hem verduis
terde parelen te verkoopen. Hij
bewees, dat hij zooeven met het
schip van Bombay was aangekomen
en uit zijn papieren bleek zijn
persoonlijkheid. In Bombay wordt,
naar men weet, een levendige
handel in juweelen en parelen
gedreven, en worden menigmaal
zeldzaam schoone stukken verhan
deld. De juwelier te Marseille
had derhalve geen reden tot eenig
wantrouwen. De gevallen, waarin
uit Indië komende vreemdelingen
kostbare losse steenen en parelen
verkochten, waren veelvuldig.
Hij bood Palof vierduizend frank
voor het tweetal parelen. De dui
ker echter kende de waarde en
toonde zich taai.
Voor deze zeldzaam zuivere,
witte, heerlijk geronde parelen,
zei hij, ontvangt gij, na ze te
hebben gemonteerd, zonder den
Gebogen, pijnlijke lendenen, rheu-
matiek in de gewrichten en urine-
kwalen behoeven niet beschouwd te
worden als een natuurlijke last van
den ouden dag. Opgewekte en leven
dige menschen op leeftijd toonden
hoe zij door middel van Foster's
Rugpijn Nieren Pillen bovengenoem
de ellendige kwalen verdreven.
Dit speciaal niermiddel kan aan
overwerkte nieren de opwekkende,
versterkende hulp geven, die zij zoo
dringend noodig hebben. Dan blijven
niet langer schadelijke onzuiverheden
in het bloed achter, en kan het ge
vaar van rheumatiek, ischias, spit en
graveel afgewend worden.
Foster's Pillen kunnen zoowel
door mannen als vrouwen veilig
gebruikt worden. Zij bevatten geen
schadelijke bestanddeelen. 34
Bij alle drogisten enz. f 1.75 p. flacon.
minsten twijfel acht duizend frank.
Als ik ze u vuor vijf duizend
laat, verdient gij nog altijd min
stens drie duizend frank. Dat
schijnt me een aardige winst toe.
Onder de vijf duizend frank geef
ik de parelen niet.
De juwelier begreep, dat hij te
doen had met een man, die den
prijs van zijn waren kende. Na
eenig aarzelen en na een hernieuwd
onderzoek van de parelen met
loupe en hamertje bewilligde hij
dan ook in den koop en over
handigde aan Palof vijf bank
biljetten, elk van duizend frank.
De eerste daad van Palof was
thans, een kleedermagazijn binnen
te gaan en zich van het hoofd tot
de voeten in een Parijschen mode
heid te laten omscheppen. Eén
dag hield hij zich te Marseille op.
Alsdan vertrok hij naar het wel
bekende Monaco, bij Nizza, waar
hij in een hotel zijn intrek nam.
Van nu af was hij een dagelijksche
gast aan de groene tafel der speel
bank en speelde voortdurend en
hartstochtelijkmet wisselend geluk'
VI.