0?ifrmjhsa£ Zij'Ata steeds Uw ideaal! Het radicale Schuur- en Reinigingsmiddel. Gemengde Berichten Marktberichten. Ata is uitstekend in zijn werking en in 't gebruik zeer voordeelig. Alles blijft nieuw door Eenig Importeur E. Ontennann èkMb't Handel Mij.. Amsterdam Fabrikante: Henkei ft Cie. A. G.. Düaaeldorf P. M. Flinscnberg, dienstbode, naar Meerlo-Swolgen"; M. P. W. Denissen, idem, naar Maashees-Holthees. Eeu Gouden Huwelijksfeest. Zaterdag 1.1. vierde onder zeer groote belangstelling het echtpaar H. Custers en Catharina Luipers te Bergen zijn gouden huwelijksfeest. Door de buurt was aan de woning een passende versiering aangebracht. De gouden kroon prijkte in 'n krans van groen en bloemen, terwijl in 't dorp nagenoeg van alle daken de nationale driekleur wapperde ten teeken van sympathie.met het gouden echtpaar. Om circa 9 uur werden de jubilarissen aan hun woning afge haald door de fanfare en een stoet ruiters. In een fraai versierde auto reed het echtpaar ter Kerke, waar de Z. E. Heer Pastoor een plechtige H. Mis van dankzegging opdroeg. Na het H. Misoffer werd het jubi- leerend echtpaar op haftelijke wijze door den Z. E. Heer Pastoor toe gesproken, die hun feliciteerde met dit zeldzame voorrecht, dat slechts weinigen gegeven wordt. Twee Paters Franciscanen uit Venray brachten de gelukwenschen over van hun Overste en Confraters, want heden was het ook een halve eeuw geleden, dat de jubileerende bruide gom de eerste maal met eeD Eerw. Broeder uit het klooster van Venray de rondgang maakte langs de huizen ten bate van genoemd klooster. Na de kerkelijke plechtigheid ging het in feeststoet naar de woning der jubilarissen, waar zij temidden van kinderen en kleinkinderen den dag in gepaste feestvreugde doorbrachten. Talrijk waren de gelukwenschen, die den krassen oudjes dezen dag bereikten, talrijk ook de bloemen, die veler sympathie te hunnen op zichte vertolkten. 's Avonds bracht de fanfare een seienade, waarbij de heer J. v. Dou- veren de gevoelens van het muziek korps vertolkte. Spreker eindigde met een lang leve Driek en Cathrien, dat door de muziek werd overgeno men. Namens zijn ouders en verdere familieleden dankte een zoon voor de groote eer en hulde, op dezen blijden feestdag gebracht. Daarna trokken allen naar de Muziekzaal, waar de avond verder gezellig werd doorgebracht. Onzerzijds aan de jubilarissen als nog onze hartelijke gelukwenschen. Moge hun in goede gezondheid nog een lange en rustige levensavond geschonken worden 1 Pastoor J. Nelissen f Zondagavond is te Limbricht plotseling overleden de Zeereerw. Heer J. Nelissen, pastoor vanNeeritter. Zijneerw. was op bezoek bij zijn ouders, die hun gouden'.huwelijks- feest vierden. Vermoedelijk maakte een hart verlamming een einde aan zijn leven. begaf hij zich naar de gelagkamer en zat daar spoedig met een groot glas brandewijn voor zich aan 'het raam, den weg van hiernaar de haven in het oog houdend, voor zoover de duisternis dit toeliet. Toen hij de kamer verlaten had, richtte zich op. Ik dacht het wel," bromde hij, dat de vent het zonder brande wijn niet lang zou uithouden. Daarna trok hij zijn schoenen uit, opende het venster en keek naar beneden. De kamer lag aan de achterzijde van het huis. Daar echter viel even helder als aan de voorzijde het licht uit de gelag kamer en uit het speelhol, want de geheele benedenruimte van het huis werd doordeze beide vertrek kenen door de keuken ingenomen. Wilde hij hier naar beneden springen, dan zou men ongetwij feld den val hooren en hem in den lichtstroom on middellijk opmerken Op deze manier kon hij bijgevolg' niet onontdekt uit het huis en naar de haven komen. Alle huizen hier waren echter door dezelfde onder nemers van gelijk materiaal en geheel en al op gelijke wijze ge bouwd, volgens welke dit hotel, evenals de andere, aan de langste zi jde een tot aan den grond reikend plaatijzeren dak had naar het strand, naar de windzijde toe. Er was dus slechts één weg, om het huis onbemerkt te veriaten. Deze was eerst op het dak te geraken en zich langs het plaatijzer af te Jan Willem Gustaaf Nelissen werd geboren te Limbrichi 14 Mei 1881 en priester gewijd 16 Maart 1907. Achtereenvolgens werd hij benoemd tot kapelaan te Merkelbeek 30 Sep tember 1907, te Hoensbroek 25 September 1908 en te Maastricht (St. Mathias) 30 September 1910, tot rector te Tungelroij 19 September 1921. Sinds 14 Februari van dit jaar was hij eerst pastoor van Neeritter. Een ernstige steekpartij. Zondagavond heeft bij de mijn werkerskolonie Lindenheuvel te Lut- terade een ernstige vechtpartij plaats gehad tusschen een viertal mijnwer kers, allen buitenlanders. Twee Duitschers onder hen werden zoo danig met messteken gewond, dat men voor hun leven vreest. Een hunner is in zorgwekkenden toestand naar het Fransche klooster te Sittard overgebracht, de ander werd, na ter plaatse verbonden te zijn, naar huis vervoerd. De Duitsche mijnwerker F., die Zondagavond hij een vechtpartij te Lindenheuvel-Lutterade zeer ernstig werd gewond, is in het Fransche Klooster te Sittard aan de gevolgen daarvan bezweken. Straattype gedood. Zaterdagavond is op de grens van de gemeenten Sittard en Geleen zekere G. M., een bekend straattype, door een passeerende autobus, toe- behoorende aan den heer te Echt, overreden en op slag gedood. De verongelukte liep op het rijwielpad en moet onverhoeds den weg zijn opgekomen. De chauffeur van de autobus, die reeds uitgeweken was voor een passeerenden vrachtauto, kon onmogelijk een aanrijding voor komen. De politie van Geleen heeft de bus, welke mijnwerkers naar huis vervoerde, in beslag genomen. Vliegtuig tegen een huis gebotst. Maandag maakte een vliegtuig 'n noodlanding te Rijen, Dit vliegtuig was gevlogen van Venlo naar Rijen steeg vandaar weer op om terug te keerer, toen na enkele minuten de vliegers bemerkten, dat er iets defect geraakt was. Plotseling weigerde de motor, waarop het vliegtuig omlaag stortte en met groote kracht tegen den zij kant van het huis van den heer Kroos botste. De zijmuur stortte in terwijl het huis op verschillende plaatsen zwaar beschadigd werd. Het vliegtuig werd totaal vernield. De beide vliegers bleven, wonder lijk genoeg, ongedeerd. Doodelyk verkeersongeval. Zaterdagavond is op den Hoofd weg te Amsterdam een 34-jarige vrouw door een vrachtauto overre den en gedood. Zij stak onverwacht den weg over en heeft, vermoedelijk door het slechte weer den auto niet gezien. Den bestuurder treft geen schuld. Aanrijding met doodeljjken afloop Maandagavond is onder Noord- laten glijden. Dien weg besloot de duiker te nemen. Maar er moet snel gehandeld, bedacht hij, want binnen een uur wordt de gelag kamer gesloten. Het was reeds een uur in den nacht, en langer dan tot 2 uren werd niet gespeeld; alsdan sloot de kastelein zijn kroeg. Om de haven te bereiken, had men vijf minuten noodig, en evenveel voor den terugweg. In een half uur kon hij het zaakje handig hebben uit gevoerd. Vervolgens kon hij licht langs een ladder, die bij het afdak stond, weder de kamer binnen klimmen. Zoo hij die ladder dan door middel van een touw weer naar beneden liet zakken, zou moeilijk iemand iets kunnen hoo ren. In den ochtend zou hij dan ongezien de ladder weer op haar plaats terugbrengen. Palof keek naar boven. De balken, die het dak droegen, staken wel twee voet ver vooruit. Men had zich niet eens de moeite gegeven die einden af te zagen. Palof klom alsnu op het venster kozijn, greep den balk boven zijn venster en slingerde zich toen naar buiten. Hij had zich echter in de zwaarte van zijn lichaam misrekendhei was hem niet mogelijk zich op het dak te hijschen. Bovendien was de balk zeer glad, zijn handen voelden geen voldoend houvast, ze gleden uit, en voordat Palof nog tijd vond om te overleggen, wat hij zóu doen, wijkerhout de 58-jarige timmerman J. B. uit Hillegom aangereden door een auto. Ernstig gewond is de man naar het Academisch Ziekenhuis te Leiden vervoerd, waar hij bij aankomst bleek te zijn overleden. Zware brand te Oss. Zondagnacht is brand ontstaan in de boerderij van Smits aan de Ka pelstraat, terwijl weldra de aangren zende boerderij van den landbouwer van D. eveneens in volle vlam stond. Hoewel de brandweer spoedig ter plaatse was, kon toch aan bestrijding van het geweldige vuur niet meer worden gedacht, evenals aan redding van den inventaris en het meeste vee. Een aantal koeien en varkens en een honderdtal kippen kwamen in de vlammen om. Een zieke vrouw kon met de grootste moeite gered worden. Een der redders liep daarbij nog ernstige brandwonden op. Op een derde boerderij in de na bijheid, welke ook reeds had vlam gevat wist men het vuur te blus- schen. Verzekering dekt gedeeltelijk de schade. Aan de gevolgen overleden. Naar wij vernemen is de 19-jarige J. O., die Zondag door een auto werd aangereden onder Terwinselen, in het ziekenhuis te Heerlen aan de gevolgen overleden. Krachttoer van een jongmenscb, dat fllmartist wilde worden. Toen Dinsdag de roailtrein uit Duitschland te Vlissingen arriveerde, kwam van onder een der wagons een jongen te voorschijn, wiens ge laat, handen en kleeren onder het roet zaten. Bij onderzoek bleek, dat het een 18-jarig jongmensch was, afkomstig uit Wintergrun (Tsjecho-Slowakije). De jongen was Vrijdag 1. 1. van uit zijn geboorteplaats vertrokken en trachtte naar Londen te komen, om daar bij een filmmaatschappij een betrekking te krijgen. Van Wintergrün naar Dresden had hij met een spoorkaartje gereisd. Daar zag hij een trein waarop een bord „Vlissingen—Londen". Omdat hij geen geld meer had, was hij Maandag onder een der wagons gekropen en half zittend, halt hangend had hij de reis naar Vlissingen gemaakt. Toen de trein te Vlissingen aan kwam, ontdekte hij, dat de trein niet op de boot gereden werd, zooals hij aanvankelijk had gedacht. Geheel verkleumd en uitgehongerd was hij toen te voorschijn gekomen. Daar hij zonder middelen van bestaan was en ook geen papieren bij zich had, zal de politie nader overwegen, wat verder met den jongen te doen. Do politie voedt werkloozen. De werkloosheid in de Vereenigde Staten is in de maand October met li/ipct. gestegen. Te New York heeft de politie Zondag aan 4000 kliefde zijn lichaam de lucht en belandde hij met een doffen smak op een houten valdeur, die den ingang van een kelder afsloot. Hola, wat is daar gaande riep een mannenstem, en de zwarte kop van den neger, die als kok in het hotel dienst deed, keek uit hel keukenvenster naar buiten. Palof's hart klopte, alsof het uit zijn boezem zou breken, die val had hem, ofschoon hij op zijne voeten terecht was gekomen, hevig geschokthij stond daar als ver lamd, als een steenen beeld. Wat moet je in den kelder uitvoeren Dat is geen weg voor jou, man, riep hem de neger toe. Maak dat je wegkomt, of ik roep den meester, en dan komt erwat voor je kijken Palof hoorde hard schreeuwen, lachen, stampen en de tonen van een harmonica in de gelagkamer. De Iersche duikers waren weder aan het dansen. Hij wenkte den kok afwerend en sloop zoo snel mogelijk heen. Vervolgens rende hij, ofschoon zijn voeten hem ge weldig zeer deden, door het zand naar den inham. De wind was opgestoken en had den bewolkten hemel vaneengescheurd. De lucht helderde op, er scheen een mat sterrenlicht. Het verlichtte flauw den inham, zoodat men het groene water kon onderscheiden van het witte zand, en de schepen en het takelwerk grauw-zwart zich af- teekenden. gezinnen paketten met levensmidde len verdeeld. Er worden maatrege len beraamd om dagelijks 8000 behoeftigen te spijzen. Ook in andere Amerikaansche steden worden der gelijke hulpmaatregelen overwogen. WEET GIJ dat de stad Parijs dagelijks een millioen liter melk verbruikt dat het aantal kerken er 75 be draagt dat er per jaar minstens vijf mil liard francs verwed worden dat er volgens mededeeling van de politie perfectuur iederen dag 70—75 personen, zwakzinnigen en kinderen niet medegerekend, spoor loos verdwijnen dat er in diezelfde stad 4000 piano-onderwijzers, 3000 viool leeraars en meer dan 1200 cello leeraars uitsluitend leven van lesge ven dat er in de ruïnen van Thebe papyrusrollen gevonden zijn, die meer dan 3000 jaar oud zijn dat de dikste en oudste boomen (met een middellijn van 10 12 meter en een leeftijd van 4000 jaar de Welling toniVs zijn dat deze boomen te vinden zijn in het Sequoia National Park in Californië dat de sparappels van deze boo men 16 jaar roodig hebben om geheel rijp te worden Levenswijsheid. Twee opvattingen De een sprak „Ik zal wetenschap verzamelen en de menschheid raad en voorlichting schenken. Zij zullen mij daarvoor eer endank betoonen." De ander sprak „Ik wil demen- schen mijn liefde schenken en hunne harten met blijdschap vervullen. Dat zal mij loon genoeg zijn." De menschen namen wat de een hen bood, dankten hem niet eens en gingen hans weegs. Den ander echter volgden zij, beminden en eerden hem en schonken hem hunne harten, Voor en uit de zakenwereld. Leg kracht in uw werk, wordt een voornaam onderdeel uwer or ganisatie werk mèt den chef en niet voor hem vergeet uzelf, tijd en ongemakken, dan zult ge met den besteD wil ter wereld het succes niet kunnen ontsnappen. De beste chef is hij, die genoeg begrip heett, om die menschen te kiezen, die doen, wat hij gedaan wenscht te hebben en voldoende eloïa Vüo'ióteehjjotuj op geregelde tijden en neem zoo noodig des avonds een Foster's Maagpil. Gemakke lijk in te nemen en - zacht werkend. 0.65 per flacon. Palof's duikerschip lag ongeveer midden inde linie van den inham, ongeveer tien voet van hel strand. De zeebodem was hier vier meter diep uilgegraven. Thans was het echter hooge eb, en de diepte be droeg derhalve nauwelijks de helft. Palof wist juist de plek, waar hij de mossel over zijn hoofd had geworpen hij had juist voor dén hoofd gezeten, derhalve moest de mossel tusschen het land en dit punt aan bakboord op den bodem liggen. Er was hier niemand te zien, geen geluid werd vernomen. In minder dan een minuut had de duiker zich ontkleed en gleed in het licht golvende water naar beneden. Hij tastte met handen en voeten om zich heen. Hel zoute water hief hem steeds van den grond op, en buitendien trok het door de beweging der eb hem onder de scheepskiel. Deze om standigheden verhinderden hem, terstond de plek aan te treffen, waar de mossel volgens zijn be rekening liggen moest, en dwongen hem weer naar de oppervlakte te rijzen, om lucht te happen. Daar door verliepen voor hem verschei dene kostbare minuten van den zoo krappen tijd, waarover hij beschikken kon, want elk oogen- blik kon de scheepseigenaar op zijn kamer terugkomen en ontdekken dat Palof er niet was. Geschiedde dat en werd hij dan hier gevonden, dan zou men hem, zonder verder veel woorden te verspillen, volgens zelfbeheersching, om er zich niet mee te bemoeien, terwijl zij het doen. Er is bijna niets op deze wereld, dat de menschen niet een beetje slechter kunnen maken en een beetje goedkooper kunnen verkoo- pen en degenen, die alleen naar den prijs kijken, zijn hun rechtmatige prooi. Belasting op baarden. Het haar dat in een bepaalde levensperiode van den mannelijken mensch aan zijn gezicht ontspruiten waaraan de verzamelnaam „baard" pleegt geschonken te worden is feitelijk het natuurlijke masker des mans. Waarom is eigenlijk dit haren struikgewas den heeren der schep ping alleen toebedeeld, en niet zijne lieve dienares de vrouw Is het soms, omdat het blozen der eersten slecht staat, doch daarente gen de aantrekkelijkheid der laatste verhoogt Of is het, omdat de man om zijn grooter euveldaden meer reden heeft zijn gelaat te verbergen dan Eva's dochters. Men zou folio-vellen met conjec ture over deze „netelige kwestie vol kunnen schrijven. In ieder geval lijkt mij het geheel of gedeeltelijk afscheren van den baard eigenlijk een tegennatuurlijk gebruik, evenzeer het geheel of gedeeltelijk afscheren van het hoofdhaar. Daarmee wil ik echter niet gezegd hebben, dat het uit den booze is, in de natuur met een zeis rond te loopen, (dit kan nuttig, noodzakelijk zijn), maar wel dat een Europeaan, die de gewoonte heeft om zich geregeld het haar van het gelaat te laten maaien, daardoor het recht verliest om b.v. te spotten met den Chinees, die gewoon is (moeten wij reeds schrijven „was?") zich bijna al het hoofdhaar af te scheren, op een bengelend kwastje na. Ik vindt het aannemelijk, dat men in bepaalde standen of beroepen eiken dag den baard tot het vel onderhanden neemt, ik kan begrijpen dat een echtgenoot op dit stuk een concessie doet aan zijn baardelooze levensgezellin, doch dat de regeering zich ermee zou gaan bemoeien De gedachte alleen reeds, dat de baard zou liggen op den weg van den wetgever, lijkt me waanzinnig. En toch, deze dwaasheid heeft zich voorgedaan in het oude Rusland. Bij deze verre Oostelijke buren was het dragen van den baard eeuwen lang als een gewone, geper- miteerde zaak beschouwd. Het sche ren van het gelaat werd zelfs steeds door hen als verachtelijk aangezien. Tot Tsaar Peter I het in zijn her vormingszcchtig hoofd kreeg, om eensklaps een zoo goed als heilig volksgebruik af te schaffen en het dragen van een baard aan alle on derdanen van den tsaar, zoowel burgers en krijgslieden te verbieden. Waarom luidde hij dit baarde looze tijdperk in Mogelijk louter en alleen om het op dit punt ook 's lands wijs eenvoudig opknoopen Snel zijn beenen samenvoegend, dook Palof weder in de diepte. Ditmaal bereikte hij de plek, waar de mossel moest liggen, maar hoe ver hij ook om zich heen tastte, ze was ledig. De beweging der eb was hier tusschen de scheepskiel en den oever zeer sterk; ondanks den door hem geboden tegenstand werd hij dan ook onder de kiel doorgetrokken. Daarbij voelde hij plotseling onder zijn lichaam iets hards, en werktuigelijk greep hij er naar. Het volgend oogenblik kwam hij aan de andere zijde van het schip weer boven en hield in de hand de gezochte, halfgeopende, groote, ongeveer twee kilo zware mossel. Snel zwom hij met zijn vondst om het schip heen naar den oever. De dageraad begon te schemereneen bleekrood lictit vertoonde zich in het Oosten. Plotseling werd hij op den oever een gedaante gewaar, die tegen de vale schemering reusachtig groot en donker afstak. Die figuur hield een geweer in de hand. Het was de Ier, de scheepseigenaar. Wacht, canaille, dat zal je niet gelukken, brulde hij in eigen aardige klanken en hief zijn ge weer in de hoogte. Palof dook terstond en zwom onder water voort, zoodat hij aan de stuurboordzijde van den kotter weer aan de oppervlakte verscheen. Dit was nu niet moeilijk uit te voeren, wijl wegens de eb het eens „anders te doen". De geheele bevolking rilde van verontwaardiging toen dit regeeringsbesluit werd rond- gebulderd, maar het meest verbitterd waren de kozakken, die nog in veel lateren tijd liever den kop, dan den baard zouden willen verliezen. Toen de keizer bespeurde, dat zijn besluit de gewenschte ontstelte nis had teweeg gebracht, deed hij in 1699 afkondigen, dat een belas ting zou worden geheven van alle baarden die aan zijn vervolging waren ontsnapt. Zes jaar later werd deze zaak door een keizerlijke ukase verder geregeld en bekrachtigd. Mogelijk werd de groote tsaar niet gedreven door louter zucht om te veranderen, maar wilde hij het aangezicht der Russen voor de schatkist productief maken. De hovelingen, krijgslieden en kooplieden werden in die belasting aangeslagen voor 100, de kleinere landeigenaars en renteniers voor 60, en de hurgers van Moskou voor ongeveer 40 roebels. De priesters en lijfeigenen moesten een kopek betalen, telkens als zij met een baard uitgedost een stadspoort door gingen. Bij weigering van betaling werd de overtreder in de gevangenis geworpen. Eenige ontvangbewijzen van de betaalde haardbelasting bestaan nog. Op een dier papieren, van het jaar 1696 van onze jaartelling, vertoont zich een mond, gedekt door een zwaren knevel en van onderen voor zien van een baard, met het opschrift: .Denghoi usilati", (wat evenveel beteekent als belasting ontvangen.) terwijl op de keerzijde het jaartal voorkomt. Andere medailles dragen op de eene zijde den dubbelen Russischen adelaar met een lauwerkroon op en op de keerzijde het jaartal 1705. Sommige stukken zijn van koper, andere van goud. In den beginne werd de belasting slechts in een provincie geheven, dicht in 1722 werd het verbod, den baard te dragen, tenzij men er belasting voor betaalde, uitgestrekt tot St. Peters- burg. Bij dezelfde ukase werd de jaarlijksche cijns afgeschaft, en door een belasting, slechts éénmaal te betalen, vervangen. Men kreeg dan een medaille, waarop aan de eene zijde het jaartal met de woorden „De haardbelasting is betaald ge worden" en aan de keerzijde„De baard is een nuttelooze last", voor kwamen. Men wil, dat het laatste gezegde door Peter I zelf in de medaille werd gesneden. Catharina I bekrachtigde de bevel schriften van haar voorganger. In 1728 werd bij een edikt van Peter II aan de landbouwers en veefokkers de licentie verleend, den baard aan te kweeken, maar de belasting van 50 roebels op den baard van oudere lieden, bleef bestaan. In het geheel bleven deze wettelijke bepalingen zestig jaren lang van kracht. Daarna kon de baard weer vrij en kosteloos tieren. Ik hoop niet dat ik den Neder- landschen wetgever den weg gewezen heb door een nieuwe belasting nieuwe baten in de schatkist te doen «troomen door n.l. de taktiek van Peter en zijn nakomers om te keeren en een belasting te heffen op cleans haven. Ik weet dat ik er mij heel wat vijanden door op den hals zou halen. t. B. VENLO. Op de Coöp. Veiling- vereeniging van Maandag was de aanvoer 425.000 eieren. Groote eieren van f 9.10 tot f 10.30 Kleine eieren van f 6.20 tot f 8. Eendeneieren van f 7.10 tot f 7.90 Ganseieren van f 18.90 ROERMOND. Op de Coöp. Eiermijn van Maandag was de aan voer 11.00.000 eieren, Groote eieren van f 8,80 totf 10.30 Kleine eieren van f 5.50 tot f 8. Eendeneieren van f 7.— tot f8.— schip zeer diep stond. Palof trachtte onder de scheeps kiel door aan land te komen en zwom met alle kracht. Op dat oogenblik zag hij den Ier in zeer wankelende houding de loopplank betreden, vervolgens de armen uitstrekken, en hoorde alsdan een plomp, alsof een zwaar lichaam in het water viel. Palof zwom snel r.aar het schip toe, wierp de mossel over de ver schansing, greep een afhangend touw en heesch zich aldus op het dek. Van daar keek hij in het water; het bobbelde in een schemer achtig koperrooden vloed, hier en daar stegen blazen op, maar van den Ier was niets meer te zien. Zoo vlug mogelijk raapte Palof de mossel op, liep over de plank naar den oever, kleedde zich aan en ging dan naar het dicht bij het hotel van den Ier gelegen logement, waar hij een kamer aan den beganen grond bewoonde. De duiker stiet het slechts aanstaande venster open, geraakte onopge merkt in zijn kamer en legde zich te bed. Bij zonsopgang stond hij op, liet het gordijn voor zijn raam vallen en brak de mossel geheel open. Zij hield twee groote, lang werpige parelen in van zeldzaam gelijkmatige ronding en van een waarde Palof kon dat wel on geveer schatten van ruim dui zend dollar. Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1930 | | pagina 6