0?ifrmjhsa£
Zij'Ata steeds Uw ideaal!
Het radicale Schuur- en Reinigingsmiddel.
Gemengde Berichten
Marktberichten.
Ata is uitstekend in zijn
werking en in 't gebruik
zeer voordeelig.
Alles blijft nieuw door
Eenig Importeur E. Ontennann èkMb't Handel Mij.. Amsterdam Fabrikante: Henkei ft Cie. A. G.. Düaaeldorf
P. M. Flinscnberg, dienstbode,
naar Meerlo-Swolgen";
M. P. W. Denissen, idem, naar
Maashees-Holthees.
Eeu Gouden Huwelijksfeest.
Zaterdag 1.1. vierde onder zeer
groote belangstelling het echtpaar
H. Custers en Catharina Luipers te
Bergen zijn gouden huwelijksfeest.
Door de buurt was aan de woning
een passende versiering aangebracht.
De gouden kroon prijkte in 'n krans
van groen en bloemen, terwijl in 't
dorp nagenoeg van alle daken de
nationale driekleur wapperde ten
teeken van sympathie.met het gouden
echtpaar. Om circa 9 uur werden de
jubilarissen aan hun woning afge
haald door de fanfare en een stoet
ruiters. In een fraai versierde auto
reed het echtpaar ter Kerke, waar
de Z. E. Heer Pastoor een plechtige
H. Mis van dankzegging opdroeg.
Na het H. Misoffer werd het jubi-
leerend echtpaar op haftelijke wijze
door den Z. E. Heer Pastoor toe
gesproken, die hun feliciteerde met
dit zeldzame voorrecht, dat slechts
weinigen gegeven wordt. Twee
Paters Franciscanen uit Venray
brachten de gelukwenschen over van
hun Overste en Confraters, want
heden was het ook een halve eeuw
geleden, dat de jubileerende bruide
gom de eerste maal met eeD Eerw.
Broeder uit het klooster van Venray
de rondgang maakte langs de huizen
ten bate van genoemd klooster.
Na de kerkelijke plechtigheid ging
het in feeststoet naar de woning der
jubilarissen, waar zij temidden van
kinderen en kleinkinderen den dag in
gepaste feestvreugde doorbrachten.
Talrijk waren de gelukwenschen,
die den krassen oudjes dezen dag
bereikten, talrijk ook de bloemen,
die veler sympathie te hunnen op
zichte vertolkten.
's Avonds bracht de fanfare een
seienade, waarbij de heer J. v. Dou-
veren de gevoelens van het muziek
korps vertolkte. Spreker eindigde
met een lang leve Driek en Cathrien,
dat door de muziek werd overgeno
men. Namens zijn ouders en verdere
familieleden dankte een zoon voor
de groote eer en hulde, op dezen
blijden feestdag gebracht. Daarna
trokken allen naar de Muziekzaal,
waar de avond verder gezellig werd
doorgebracht.
Onzerzijds aan de jubilarissen als
nog onze hartelijke gelukwenschen.
Moge hun in goede gezondheid nog
een lange en rustige levensavond
geschonken worden 1
Pastoor J. Nelissen f
Zondagavond is te Limbricht
plotseling overleden de Zeereerw.
Heer J. Nelissen, pastoor vanNeeritter.
Zijneerw. was op bezoek bij zijn
ouders, die hun gouden'.huwelijks-
feest vierden.
Vermoedelijk maakte een hart
verlamming een einde aan zijn leven.
begaf hij zich naar de gelagkamer
en zat daar spoedig met een groot
glas brandewijn voor zich aan
'het raam, den weg van hiernaar
de haven in het oog houdend,
voor zoover de duisternis dit toeliet.
Toen hij de kamer verlaten had,
richtte zich op.
Ik dacht het wel," bromde
hij, dat de vent het zonder brande
wijn niet lang zou uithouden.
Daarna trok hij zijn schoenen
uit, opende het venster en keek
naar beneden. De kamer lag aan
de achterzijde van het huis. Daar
echter viel even helder als aan
de voorzijde het licht uit de gelag
kamer en uit het speelhol, want
de geheele benedenruimte van het
huis werd doordeze beide vertrek
kenen door de keuken ingenomen.
Wilde hij hier naar beneden
springen, dan zou men ongetwij
feld den val hooren en hem in den
lichtstroom on middellijk opmerken
Op deze manier kon hij bijgevolg'
niet onontdekt uit het huis en naar
de haven komen. Alle huizen hier
waren echter door dezelfde onder
nemers van gelijk materiaal en
geheel en al op gelijke wijze ge
bouwd, volgens welke dit hotel,
evenals de andere, aan de langste
zi jde een tot aan den grond reikend
plaatijzeren dak had naar het
strand, naar de windzijde toe. Er
was dus slechts één weg, om het
huis onbemerkt te veriaten. Deze
was eerst op het dak te geraken
en zich langs het plaatijzer af te
Jan Willem Gustaaf Nelissen werd
geboren te Limbrichi 14 Mei 1881
en priester gewijd 16 Maart 1907.
Achtereenvolgens werd hij benoemd
tot kapelaan te Merkelbeek 30 Sep
tember 1907, te Hoensbroek 25
September 1908 en te Maastricht
(St. Mathias) 30 September 1910, tot
rector te Tungelroij 19 September
1921. Sinds 14 Februari van dit jaar
was hij eerst pastoor van Neeritter.
Een ernstige steekpartij.
Zondagavond heeft bij de mijn
werkerskolonie Lindenheuvel te Lut-
terade een ernstige vechtpartij plaats
gehad tusschen een viertal mijnwer
kers, allen buitenlanders. Twee
Duitschers onder hen werden zoo
danig met messteken gewond, dat
men voor hun leven vreest.
Een hunner is in zorgwekkenden
toestand naar het Fransche klooster
te Sittard overgebracht, de ander
werd, na ter plaatse verbonden te
zijn, naar huis vervoerd.
De Duitsche mijnwerker F., die
Zondagavond hij een vechtpartij te
Lindenheuvel-Lutterade zeer ernstig
werd gewond, is in het Fransche
Klooster te Sittard aan de gevolgen
daarvan bezweken.
Straattype gedood.
Zaterdagavond is op de grens van
de gemeenten Sittard en Geleen
zekere G. M., een bekend straattype,
door een passeerende autobus, toe-
behoorende aan den heer te Echt,
overreden en op slag gedood. De
verongelukte liep op het rijwielpad
en moet onverhoeds den weg zijn
opgekomen. De chauffeur van de
autobus, die reeds uitgeweken was
voor een passeerenden vrachtauto,
kon onmogelijk een aanrijding voor
komen. De politie van Geleen heeft
de bus, welke mijnwerkers naar huis
vervoerde, in beslag genomen.
Vliegtuig tegen een huis gebotst.
Maandag maakte een vliegtuig 'n
noodlanding te Rijen, Dit vliegtuig
was gevlogen van Venlo naar Rijen
steeg vandaar weer op om terug te
keerer, toen na enkele minuten de
vliegers bemerkten, dat er iets defect
geraakt was.
Plotseling weigerde de motor,
waarop het vliegtuig omlaag stortte
en met groote kracht tegen den zij
kant van het huis van den heer
Kroos botste. De zijmuur stortte in
terwijl het huis op verschillende
plaatsen zwaar beschadigd werd.
Het vliegtuig werd totaal vernield.
De beide vliegers bleven, wonder
lijk genoeg, ongedeerd.
Doodelyk verkeersongeval.
Zaterdagavond is op den Hoofd
weg te Amsterdam een 34-jarige
vrouw door een vrachtauto overre
den en gedood. Zij stak onverwacht
den weg over en heeft, vermoedelijk
door het slechte weer den auto niet
gezien.
Den bestuurder treft geen schuld.
Aanrijding met doodeljjken afloop
Maandagavond is onder Noord-
laten glijden. Dien weg besloot de
duiker te nemen. Maar er moet
snel gehandeld, bedacht hij, want
binnen een uur wordt de gelag
kamer gesloten.
Het was reeds een uur in den
nacht, en langer dan tot 2 uren
werd niet gespeeld; alsdan sloot
de kastelein zijn kroeg. Om de
haven te bereiken, had men vijf
minuten noodig, en evenveel voor
den terugweg. In een half uur kon
hij het zaakje handig hebben uit
gevoerd. Vervolgens kon hij licht
langs een ladder, die bij het afdak
stond, weder de kamer binnen
klimmen. Zoo hij die ladder dan
door middel van een touw weer
naar beneden liet zakken, zou
moeilijk iemand iets kunnen hoo
ren. In den ochtend zou hij dan
ongezien de ladder weer op haar
plaats terugbrengen.
Palof keek naar boven. De
balken, die het dak droegen,
staken wel twee voet ver vooruit.
Men had zich niet eens de moeite
gegeven die einden af te zagen.
Palof klom alsnu op het venster
kozijn, greep den balk boven zijn
venster en slingerde zich toen
naar buiten. Hij had zich echter
in de zwaarte van zijn lichaam
misrekendhei was hem niet
mogelijk zich op het dak te
hijschen. Bovendien was de balk
zeer glad, zijn handen voelden
geen voldoend houvast, ze gleden
uit, en voordat Palof nog tijd vond
om te overleggen, wat hij zóu doen,
wijkerhout de 58-jarige timmerman
J. B. uit Hillegom aangereden door
een auto. Ernstig gewond is de
man naar het Academisch Ziekenhuis
te Leiden vervoerd, waar hij bij
aankomst bleek te zijn overleden.
Zware brand te Oss.
Zondagnacht is brand ontstaan in
de boerderij van Smits aan de Ka
pelstraat, terwijl weldra de aangren
zende boerderij van den landbouwer
van D. eveneens in volle vlam stond.
Hoewel de brandweer spoedig ter
plaatse was, kon toch aan bestrijding
van het geweldige vuur niet meer
worden gedacht, evenals aan redding
van den inventaris en het meeste
vee. Een aantal koeien en varkens
en een honderdtal kippen kwamen
in de vlammen om.
Een zieke vrouw kon met de
grootste moeite gered worden. Een
der redders liep daarbij nog ernstige
brandwonden op.
Op een derde boerderij in de na
bijheid, welke ook reeds had vlam
gevat wist men het vuur te blus-
schen. Verzekering dekt gedeeltelijk
de schade.
Aan de gevolgen overleden.
Naar wij vernemen is de 19-jarige
J. O., die Zondag door een auto
werd aangereden onder Terwinselen,
in het ziekenhuis te Heerlen aan de
gevolgen overleden.
Krachttoer van een jongmenscb,
dat fllmartist wilde worden.
Toen Dinsdag de roailtrein uit
Duitschland te Vlissingen arriveerde,
kwam van onder een der wagons
een jongen te voorschijn, wiens ge
laat, handen en kleeren onder het
roet zaten.
Bij onderzoek bleek, dat het een
18-jarig jongmensch was, afkomstig
uit Wintergrun (Tsjecho-Slowakije).
De jongen was Vrijdag 1. 1. van
uit zijn geboorteplaats vertrokken
en trachtte naar Londen te komen,
om daar bij een filmmaatschappij
een betrekking te krijgen. Van
Wintergrün naar Dresden had hij
met een spoorkaartje gereisd. Daar
zag hij een trein waarop een bord
„Vlissingen—Londen".
Omdat hij geen geld meer had,
was hij Maandag onder een der
wagons gekropen en half zittend,
halt hangend had hij de reis naar
Vlissingen gemaakt.
Toen de trein te Vlissingen aan
kwam, ontdekte hij, dat de trein niet
op de boot gereden werd, zooals
hij aanvankelijk had gedacht.
Geheel verkleumd en uitgehongerd
was hij toen te voorschijn gekomen.
Daar hij zonder middelen van
bestaan was en ook geen papieren
bij zich had, zal de politie nader
overwegen, wat verder met den
jongen te doen.
Do politie voedt werkloozen.
De werkloosheid in de Vereenigde
Staten is in de maand October met
li/ipct. gestegen. Te New York
heeft de politie Zondag aan 4000
kliefde zijn lichaam de lucht en
belandde hij met een doffen smak
op een houten valdeur, die den
ingang van een kelder afsloot.
Hola, wat is daar gaande
riep een mannenstem, en de zwarte
kop van den neger, die als kok
in het hotel dienst deed, keek uit
hel keukenvenster naar buiten.
Palof's hart klopte, alsof het uit
zijn boezem zou breken, die val
had hem, ofschoon hij op zijne
voeten terecht was gekomen, hevig
geschokthij stond daar als ver
lamd, als een steenen beeld.
Wat moet je in den kelder
uitvoeren Dat is geen weg voor
jou, man, riep hem de neger toe.
Maak dat je wegkomt, of ik roep
den meester, en dan komt erwat
voor je kijken
Palof hoorde hard schreeuwen,
lachen, stampen en de tonen van
een harmonica in de gelagkamer.
De Iersche duikers waren weder
aan het dansen. Hij wenkte den
kok afwerend en sloop zoo snel
mogelijk heen. Vervolgens rende
hij, ofschoon zijn voeten hem ge
weldig zeer deden, door het zand
naar den inham. De wind was
opgestoken en had den bewolkten
hemel vaneengescheurd. De lucht
helderde op, er scheen een mat
sterrenlicht. Het verlichtte flauw
den inham, zoodat men het groene
water kon onderscheiden van het
witte zand, en de schepen en het
takelwerk grauw-zwart zich af-
teekenden.
gezinnen paketten met levensmidde
len verdeeld. Er worden maatrege
len beraamd om dagelijks 8000
behoeftigen te spijzen. Ook in andere
Amerikaansche steden worden der
gelijke hulpmaatregelen overwogen.
WEET GIJ
dat de stad Parijs dagelijks een
millioen liter melk verbruikt
dat het aantal kerken er 75 be
draagt
dat er per jaar minstens vijf mil
liard francs verwed worden
dat er volgens mededeeling van
de politie perfectuur iederen dag
70—75 personen, zwakzinnigen en
kinderen niet medegerekend, spoor
loos verdwijnen
dat er in diezelfde stad 4000
piano-onderwijzers, 3000 viool
leeraars en meer dan 1200 cello
leeraars uitsluitend leven van lesge
ven
dat er in de ruïnen van Thebe
papyrusrollen gevonden zijn, die
meer dan 3000 jaar oud zijn
dat de dikste en oudste boomen
(met een middellijn van 10 12
meter en een leeftijd van 4000 jaar
de Welling toniVs zijn
dat deze boomen te vinden zijn
in het Sequoia National Park in
Californië
dat de sparappels van deze boo
men 16 jaar roodig hebben om
geheel rijp te worden
Levenswijsheid.
Twee opvattingen
De een sprak „Ik zal wetenschap
verzamelen en de menschheid raad
en voorlichting schenken. Zij zullen
mij daarvoor eer endank betoonen."
De ander sprak „Ik wil demen-
schen mijn liefde schenken en hunne
harten met blijdschap vervullen. Dat
zal mij loon genoeg zijn."
De menschen namen wat de een
hen bood, dankten hem niet eens
en gingen hans weegs. Den ander
echter volgden zij, beminden en
eerden hem en schonken hem hunne
harten,
Voor en uit de zakenwereld.
Leg kracht in uw werk, wordt
een voornaam onderdeel uwer or
ganisatie werk mèt den chef en
niet voor hem vergeet uzelf, tijd
en ongemakken, dan zult ge met
den besteD wil ter wereld het succes
niet kunnen ontsnappen.
De beste chef is hij, die genoeg
begrip heett, om die menschen te
kiezen, die doen, wat hij gedaan
wenscht te hebben en voldoende
eloïa Vüo'ióteehjjotuj
op geregelde tijden en
neem zoo noodig des
avonds een Foster's
Maagpil. Gemakke
lijk in te nemen en
- zacht werkend.
0.65 per flacon.
Palof's duikerschip lag ongeveer
midden inde linie van den inham,
ongeveer tien voet van hel strand.
De zeebodem was hier vier meter
diep uilgegraven. Thans was het
echter hooge eb, en de diepte be
droeg derhalve nauwelijks de helft.
Palof wist juist de plek, waar hij
de mossel over zijn hoofd had
geworpen hij had juist voor dén
hoofd gezeten, derhalve moest de
mossel tusschen het land en dit
punt aan bakboord op den bodem
liggen. Er was hier niemand te
zien, geen geluid werd vernomen.
In minder dan een minuut had
de duiker zich ontkleed en gleed
in het licht golvende water naar
beneden. Hij tastte met handen
en voeten om zich heen. Hel zoute
water hief hem steeds van den
grond op, en buitendien trok het
door de beweging der eb hem
onder de scheepskiel. Deze om
standigheden verhinderden hem,
terstond de plek aan te treffen,
waar de mossel volgens zijn be
rekening liggen moest, en dwongen
hem weer naar de oppervlakte te
rijzen, om lucht te happen. Daar
door verliepen voor hem verschei
dene kostbare minuten van den
zoo krappen tijd, waarover hij
beschikken kon, want elk oogen-
blik kon de scheepseigenaar op zijn
kamer terugkomen en ontdekken
dat Palof er niet was. Geschiedde
dat en werd hij dan hier gevonden,
dan zou men hem, zonder verder
veel woorden te verspillen, volgens
zelfbeheersching, om er zich niet
mee te bemoeien, terwijl zij het
doen.
Er is bijna niets op deze wereld,
dat de menschen niet een beetje
slechter kunnen maken en een
beetje goedkooper kunnen verkoo-
pen en degenen, die alleen naar den
prijs kijken, zijn hun rechtmatige
prooi.
Belasting op baarden.
Het haar dat in een bepaalde
levensperiode van den mannelijken
mensch aan zijn gezicht ontspruiten
waaraan de verzamelnaam „baard"
pleegt geschonken te worden is
feitelijk het natuurlijke masker des
mans. Waarom is eigenlijk dit haren
struikgewas den heeren der schep
ping alleen toebedeeld, en niet zijne
lieve dienares de vrouw
Is het soms, omdat het blozen der
eersten slecht staat, doch daarente
gen de aantrekkelijkheid der laatste
verhoogt Of is het, omdat de man
om zijn grooter euveldaden meer
reden heeft zijn gelaat te verbergen
dan Eva's dochters.
Men zou folio-vellen met conjec
ture over deze „netelige kwestie
vol kunnen schrijven. In ieder geval
lijkt mij het geheel of gedeeltelijk
afscheren van den baard eigenlijk
een tegennatuurlijk gebruik, evenzeer
het geheel of gedeeltelijk afscheren
van het hoofdhaar.
Daarmee wil ik echter niet gezegd
hebben, dat het uit den booze is,
in de natuur met een zeis rond te
loopen, (dit kan nuttig, noodzakelijk
zijn), maar wel dat een Europeaan,
die de gewoonte heeft om zich
geregeld het haar van het gelaat te
laten maaien, daardoor het recht
verliest om b.v. te spotten met den
Chinees, die gewoon is (moeten wij
reeds schrijven „was?") zich bijna al
het hoofdhaar af te scheren, op een
bengelend kwastje na.
Ik vindt het aannemelijk, dat men
in bepaalde standen of beroepen
eiken dag den baard tot het vel
onderhanden neemt, ik kan begrijpen
dat een echtgenoot op dit stuk een
concessie doet aan zijn baardelooze
levensgezellin, doch dat de regeering
zich ermee zou gaan bemoeien
De gedachte alleen reeds, dat de
baard zou liggen op den weg van
den wetgever, lijkt me waanzinnig.
En toch, deze dwaasheid heeft zich
voorgedaan in het oude Rusland.
Bij deze verre Oostelijke buren
was het dragen van den baard
eeuwen lang als een gewone, geper-
miteerde zaak beschouwd. Het sche
ren van het gelaat werd zelfs steeds
door hen als verachtelijk aangezien.
Tot Tsaar Peter I het in zijn her
vormingszcchtig hoofd kreeg, om
eensklaps een zoo goed als heilig
volksgebruik af te schaffen en het
dragen van een baard aan alle on
derdanen van den tsaar, zoowel
burgers en krijgslieden te verbieden.
Waarom luidde hij dit baarde
looze tijdperk in Mogelijk louter
en alleen om het op dit punt ook
's lands wijs eenvoudig opknoopen
Snel zijn beenen samenvoegend,
dook Palof weder in de diepte.
Ditmaal bereikte hij de plek, waar
de mossel moest liggen, maar hoe
ver hij ook om zich heen tastte,
ze was ledig. De beweging der eb
was hier tusschen de scheepskiel
en den oever zeer sterk; ondanks
den door hem geboden tegenstand
werd hij dan ook onder de kiel
doorgetrokken. Daarbij voelde hij
plotseling onder zijn lichaam iets
hards, en werktuigelijk greep hij
er naar. Het volgend oogenblik
kwam hij aan de andere zijde van
het schip weer boven en hield in
de hand de gezochte, halfgeopende,
groote, ongeveer twee kilo zware
mossel. Snel zwom hij met zijn
vondst om het schip heen naar
den oever. De dageraad begon te
schemereneen bleekrood lictit
vertoonde zich in het Oosten.
Plotseling werd hij op den oever
een gedaante gewaar, die tegen
de vale schemering reusachtig
groot en donker afstak. Die figuur
hield een geweer in de hand. Het
was de Ier, de scheepseigenaar.
Wacht, canaille, dat zal je
niet gelukken, brulde hij in eigen
aardige klanken en hief zijn ge
weer in de hoogte.
Palof dook terstond en zwom
onder water voort, zoodat hij aan
de stuurboordzijde van den kotter
weer aan de oppervlakte verscheen.
Dit was nu niet moeilijk uit te
voeren, wijl wegens de eb het
eens „anders te doen". De geheele
bevolking rilde van verontwaardiging
toen dit regeeringsbesluit werd rond-
gebulderd, maar het meest verbitterd
waren de kozakken, die nog in veel
lateren tijd liever den kop, dan den
baard zouden willen verliezen.
Toen de keizer bespeurde, dat
zijn besluit de gewenschte ontstelte
nis had teweeg gebracht, deed hij
in 1699 afkondigen, dat een belas
ting zou worden geheven van alle
baarden die aan zijn vervolging
waren ontsnapt. Zes jaar later werd
deze zaak door een keizerlijke ukase
verder geregeld en bekrachtigd.
Mogelijk werd de groote tsaar
niet gedreven door louter zucht om
te veranderen, maar wilde hij het
aangezicht der Russen voor de
schatkist productief maken.
De hovelingen, krijgslieden en
kooplieden werden in die belasting
aangeslagen voor 100, de kleinere
landeigenaars en renteniers voor 60,
en de hurgers van Moskou voor
ongeveer 40 roebels. De priesters
en lijfeigenen moesten een kopek
betalen, telkens als zij met een
baard uitgedost een stadspoort door
gingen. Bij weigering van betaling
werd de overtreder in de gevangenis
geworpen.
Eenige ontvangbewijzen van de
betaalde haardbelasting bestaan nog.
Op een dier papieren, van het jaar
1696 van onze jaartelling, vertoont
zich een mond, gedekt door een
zwaren knevel en van onderen voor
zien van een baard, met het opschrift:
.Denghoi usilati", (wat evenveel
beteekent als belasting ontvangen.)
terwijl op de keerzijde het jaartal
voorkomt.
Andere medailles dragen op de
eene zijde den dubbelen Russischen
adelaar met een lauwerkroon op en
op de keerzijde het jaartal 1705.
Sommige stukken zijn van koper,
andere van goud. In den beginne
werd de belasting slechts in een
provincie geheven, dicht in 1722
werd het verbod, den baard te
dragen, tenzij men er belasting voor
betaalde, uitgestrekt tot St. Peters-
burg. Bij dezelfde ukase werd de
jaarlijksche cijns afgeschaft, en door
een belasting, slechts éénmaal te
betalen, vervangen. Men kreeg dan
een medaille, waarop aan de eene
zijde het jaartal met de woorden
„De haardbelasting is betaald ge
worden" en aan de keerzijde„De
baard is een nuttelooze last", voor
kwamen. Men wil, dat het laatste
gezegde door Peter I zelf in de
medaille werd gesneden.
Catharina I bekrachtigde de bevel
schriften van haar voorganger. In
1728 werd bij een edikt van Peter
II aan de landbouwers en veefokkers
de licentie verleend, den baard aan
te kweeken, maar de belasting van
50 roebels op den baard van oudere
lieden, bleef bestaan. In het geheel
bleven deze wettelijke bepalingen
zestig jaren lang van kracht. Daarna
kon de baard weer vrij en kosteloos
tieren.
Ik hoop niet dat ik den Neder-
landschen wetgever den weg gewezen
heb door een nieuwe belasting
nieuwe baten in de schatkist te doen
«troomen door n.l. de taktiek van
Peter en zijn nakomers om te keeren
en een belasting te heffen op cleans
haven. Ik weet dat ik er mij heel
wat vijanden door op den hals zou
halen. t. B.
VENLO. Op de Coöp. Veiling-
vereeniging van Maandag was de
aanvoer 425.000 eieren.
Groote eieren van f 9.10 tot f 10.30
Kleine eieren van f 6.20 tot f 8.
Eendeneieren van f 7.10 tot f 7.90
Ganseieren van f 18.90
ROERMOND. Op de Coöp.
Eiermijn van Maandag was de aan
voer 11.00.000 eieren,
Groote eieren van f 8,80 totf 10.30
Kleine eieren van f 5.50 tot f 8.
Eendeneieren van f 7.— tot f8.—
schip zeer diep stond.
Palof trachtte onder de scheeps
kiel door aan land te komen en
zwom met alle kracht. Op dat
oogenblik zag hij den Ier in zeer
wankelende houding de loopplank
betreden, vervolgens de armen
uitstrekken, en hoorde alsdan een
plomp, alsof een zwaar lichaam
in het water viel.
Palof zwom snel r.aar het schip
toe, wierp de mossel over de ver
schansing, greep een afhangend
touw en heesch zich aldus op het
dek. Van daar keek hij in het
water; het bobbelde in een schemer
achtig koperrooden vloed, hier en
daar stegen blazen op, maar van
den Ier was niets meer te zien.
Zoo vlug mogelijk raapte Palof
de mossel op, liep over de plank
naar den oever, kleedde zich aan
en ging dan naar het dicht bij
het hotel van den Ier gelegen
logement, waar hij een kamer aan
den beganen grond bewoonde. De
duiker stiet het slechts aanstaande
venster open, geraakte onopge
merkt in zijn kamer en legde zich
te bed.
Bij zonsopgang stond hij op,
liet het gordijn voor zijn raam
vallen en brak de mossel geheel
open. Zij hield twee groote, lang
werpige parelen in van zeldzaam
gelijkmatige ronding en van een
waarde Palof kon dat wel on
geveer schatten van ruim dui
zend dollar.
Wordt vervolgd.