Tweede Blad -ran „PlEIi 11 MAAS" Uw naarbHift kri3 Het Geluk. De vloek der geboortebeperking. Op straat of thuis? Een Braziliaansch stierengevecht. lügmalsa liMnllngia. Voor Zelfscheerders FEUILLETON ZATERDAG II OCTOBER 1930 Een en Tij(ti{<te Jaargang No. 42 In zijn blad „La Victoire" heeft Gustave Hervé eenig commentaar gevoegd bij de statistieken der ge boorte- en sterftecijfers in Frank rijk, die dezer dagen gepubliceerd werden. Terwijl in het jaar 1928 het ge boorteoverschot nog 70350 bedroeg, daalde het aantal geboorten in 1929 met 8200, zoodat er in het afgeloo- pen jaar ongeveer 12000 meer stier ven dan geboren werden. Dit bedenkelijk feit is voor het grootste gedeelte een gevolg van de steeds cng.ntger luidende cijfers der huwelijken en de toename van het aantal echtscheidingen. In 1929 werden er bijna 6000 huwelijken minder gesloten dan in het vorig jaar, het aantal echtschei dingen daarentegen steeg van 18882 op 19358. Ondanks de propaganda der re geering ten gunste van de bevol kingstoename, door premies en ver schillende voorrechten voor kinder rijke gezinnen, ondanks het beroep op het nationaal gevoel, ondanks de waarschuwing om toch geen enkel middel te gebruiken, dat de ge boortebeperking bevordert, daar het land binnen afzienbaren tijd voor zijn ondergang staat, is de vermin dering van het bevolkingscijfer niet tegen te houden geweest. Wie per trein door Frankrijk reist, zal het opvallend feit consta- teeren, dat hij bij 't passeeren der dorpen haast nergens kinderen ziet. In het Zuiden van Frankrijk is tengevolge daarvan gebrek aan men- schen, die het land bebouwen of boerenwerk verrichten. Als de Itali anen niet als arbeiders hi^pheen kwamen, dan zouden de akkers braak blijven liggen 1 De diepste oorzaak van dit heele verschijnsel is het godsdienstig ver val in alle lagen der bevolking. Tenslotte is echter dezelfde re geering, die thans hemel en aarde zou bewegen om de daling van het geboortecijfer tegen te houden, zelf de schuld van dezen toestand. Zij houdt hardnekkig vast aan de politiek van haar voorgangers, die zeer vijandig jegens de Kerk gezind was. De politiek, het godsdienstloos onderwijs in de staatsscholen, heeft de liefde tot het kind uitgedoofd en den drang naar een gemakkelijk en genotvol leven gewekt en staats burgers tot groote egoïsten opge kweekt... Priesters en kloosterlingen werden verdreven of hoogstens in het land geduld. Het is treurige werkelijkheid: een groot aantal parochies bezitten geen enkelen zielzorger, omdat er gebrek aan priesters is, die het volk de Goddelijke wetten en geboden voor houden en de heerlijkheid van het huwelijk prediken. Zoo is een volk tot den onder gang gedoemd.... een katholiek volk, dat de Kerk zoovele heiligen ge schonken heeft, dat ook thans nog veel edelmoedige mannen en vrou wen bezit, die met heldenmoed, ge put uit de kracht van het H. Geloof de dwalingen van hun tijd bestrij den. Wanneer de regeering ook in het vervolg nog de opvoeding der jeugd in den geest der 10 geboden onmo gelijk maakt, zullen de statistieken der komende jaren de ontvolking van Frankrijk en den achteruitgang der geboorten en de toename van het aantal echtscheidingen nog dui delijker doen uitkomen. Ook in Duitschland wordt momen teel hetzelfde verschijnsel waargeno men. Ook hier daalt het geboortecijfer ontzettend, in Berlijn is het reeds jaren lang beneden dat van Parijs gezonken. De vermindering van het aantal kinderen is in de protestantsche streken naar evenredigheid veel ster ker dan in de katholieke gewesten. Bij den economischen noodtoestand die in vele gevallen werkelijk zeer drukkend is, komt nog als gevolg der oorlogs- en inflatiejaren de al- gemeene verslapping der zeden, de genotzucht der menschen, de anti christelijke propaganda der linksche partijen, de propaganda voor ophef fing van artikel 218 van het wet boek van strafrecht en de propa ganda voor vergemakkeling der echt scheiding. Wanneer hier niet spoedig een radicale hervorming in de volkslagen ingevoerd wordt, zal de bevolkings afname van Duitschland spoedig de F'ransche ontvolking niet alken relatief, maar absoluut overtroffen hebhen. Vroeger vond men 't heerlijk zoo'n langen avond te zamen thuis te zijn, in de week den tijd ver drijven met 'n handwerkje, wat knutselen of zoo. 's Zondags bij spel en gezelligen kout. Vroeger keek men in huis vreemd op, als een der grootste jongens of meisjes een rede meende te hebben om 's avonds uit te gaan. Dan moest er al iets heel bijzonders aan de hand zijn. Thans is 't in veel gezinnen een zeldzaamheid, als alle leden van 't gezin gelijk thuis zijn. Verschillende oorzaken zijn hier voor aan te wijzen: de kinderen hebben avondlessen, gymnastiek, moeten naar de teekenschool. Vader heeft overwerk, doch behalve deze redenen drijft de zin naar buiten lucht en vrijheid kinderen en ook de ouders, onnoodig de straat op. Zoo men in de avonduren de straten doorwandelt, ziet men aan stonds, dat niet steeds de avond lessen de schuld dragen. Hoe het ook zij, deze uithuizig heid heeft vele nadeelen. De huiselijke gezelligheid heeft een weldadigen invloed op 't ka rakter; wanneer de kinderen, groote zoowel als kleine samen de avonduren dcorbrengen met vad;r en moeder werkt dat op de vorming der kinderen en ze ondergaan de goede, rustige, vreedzame en mach tige indrukken van het huiselijk leven. Dit verdwijnt bij de straatlooperij. Ten tweede: de kinderen zijn des avonds weg uit vaders en moeders toezicht. En dat is een zeer groot nadeel. Het zou nog al schikken als de ouders wisten, zeker wisten: m'n knaap of meisje heeft les, werk of wat dan ook en verlangt na afloop daarvan naar huis. Er werken dus geen verkeerde invloeden op 't kind in. Ik kan dus gerust zijn. Het zou ook goed gaan, als de ouders wisten: als ik niet thuis ben gaan de zaken toch geregeld hun gang, de kinderen komen op tijd thuis, doen hun plichten, gaan op tijd naar bed. Doch wie durft zeggen, dat hij van deze twee zaken zeker is Wie mag zeggen, dat hij in dit opzicht gerust zal kan zijn Bestaat de mogelijkheid dan niet, dat uw jongen of meisje na de les het zoo gezellig vindt met vriend of vriendinnetje nog wat om te loopen en te babbelen. En als ge het niet zoo nauw neemt, met 'n kwartiertje, zal de scha k dat spoedig merken en van 't kwartiertje 20 minuten, een half uur of meer nog maken. En als ge dan mopperend vraagt wat kom je toch laat thuis, waar heb je gezeten, volgt het onschul dige antwoord; och u weet toch wel, dat ik na de les nog even sta^ te praten. Is dat nu zoo erg Tot er een tijd komt, dat het kind niet meer zoo vrijmoedig durft opzien bij dezelfde vraag, ook niet meer zoo vrijmoedig durft antwoor den. Dan heeft het verkeerde rela ties, kameraadjes van 'n ander ge- sjacht en zoo meer. Nog later zullen ze misschien met 'n kalmte zeggen: Gunst, ik heb maar even omgeloopen. doch denken bij zich zelfj moest eens weten. O, die straten, die donkere stra- ïen Hoevele ernstige mannen en vrou wen hebben zich al niet giërgefd,' als ze van die slierten jongens of meisjes drukte makend nog laat langs de straat zagen slenteren en dan gedacht: óii schapen hoorden al lang in bed te liggen. Hoeveel aankomende jongens en meisjes, in debakvischjaren, ontmoet men op heel stille heel donkere plaatsen in de stille avonduren Wat doen ze daar Praten over hun sommen hun huiswerk Ze schamen zich soms riet meer en zien u driest aan, wanneer ge voorbijkomt als dachten ze: kijk voor je, 't gaat je niet aan, wat ik doe Hebben die allen dan geen ouders die zich moeten afvragen: waar *zit m'n jongen of meisje toch Ja, dat moesten die ouders zich wel afvragen, maar ze doen 't niet, omdat ze denken, ik kan m'n kind wel vertrouwen of omdat ze rede neeren: je kunt je jongens en meisjes toch niet aan 'n koordje vasthouden of wel wat werkelijk geschiedt wijl ze aldus redeneeren toen ik jong was, heb ik 't ook gedaan en ik ben er nu ook minder om of ook wel omdat ze zelf niet thuis zijn f y wordt zacht, TT iamvw zitten, krijgt mooier glans en valt niet uit. indien U 1 of 2 maal per week een weinig Purol in het haar weg wrijft zoodat het daarin wordt opgenomen. (In de Binnenlanden.) HET SCHOUWSPEL. Zooals gezegd, daar stond dan de „koe" midden in de arena en scheen vast besloten door kalmte de situatie te redden. Maar, daar vloog de stierenvech ter op haar aan.... zwaaide met grootsche zwierige zwaai een groote vuurroode lap één, twee, driemaal voor haar bo!-g!azige oogen, het publiek werd stil, de spanning kwam er in.... De koe echter bleef kalm en verroerde geen vin, keek weer met diezelfde groote, smeekende koeien blik naar het publiek en de stieren vechters alsof ze zeggen wilde: wat heb ik jullie gedaan Laat me terug gaan naar de wei, dan zal ik jou weer melk geven; waarom zwaai je den heelen tijd die rooie lap voor mijn neus, je weet toch wel, dat ik mijn neus nooit snuit, ik heb geen zakdoek noodig Het publiek evenwel werd onge duldig, wilde niets weten van die evangelische kalmte en gelatenheid, dat past een koe niet; ze begonnen de stierenvechters een handje te helpen met roepen en schreeuwen: vooruit jongens, pak aan, zijn jullie bang voor die oude likkebaard: hé Chico, was je bang voor je beestjes had je geen andere kunnen leenen, waar een beetje meer vuur in zit? Breng die oude tante terug naar de wei, ze moet nog gemolken worden: wat doen jullie hier met dat oude karkas, ze is het slachten nog niet waardAl'o, Philippo, toon je kunst, trek haar nog eens aan d'r staart, piek haar met je stok enz. Steeds heftiger werd het publiek op die onverstoorbare koe en op oie prullen van stierenvechters, die de koe niet kwaad konden krijgen. Ik wierp al eens een kalmeeren den blik in het rond, maar dat hielp ook al niet veel. Spijt stond er op aller oogen, spijt omdat het alweer vervelend was, spijt, omdat ze ver stoken werden van prikkeling, gevaar, bloed, gevechtonbewust spijtig, omdat zij hun opgekropte gemoede ren tegen al het bestaande niet eens flink konden luchten op stieren en waaghalzen. De stierenvechters werden kwaad, omdat de koe het vertikte kwaad te worden. Ze zwaaiden hun roode lappen steeds dichter bij het vier- pootig gevaarte, maar durfden er toch niet al te dicht bijkomen. Het beest stond nu in 't open veld. inwendig kon het wel er eens koken en een gunstig oogenblik af wachten om haar slag te slaan, de koe echter bleef ijzig, zelfs benau wend kalm. Ten slotte schenen de stierenvech ters er van overtuigd, dat de koe inwendig niet kookteaangevuurd door het publiek, naderden zij den dehkbeeldigen stier en begonnen het dier met hun roode lappen te be werken van alle kanten, maar bleven toch zoover mogelijk van zijn kop vandaan. Pats, boem, zei de koe en gaf opeens een korte stoot met haar horens. Hoera, bulderde het publiek, er komt beweging in. Vooruit, jon gens, zet door allo, Philippo, toe Joasinho (Jantje), pak aan Pedrinho (Pietje). Pats, boem. zei de koe weer, keerde haar eigen om en gaf nu een paar langere stooten in de lucht. Hoera, bulderde het publiek alweer, de stierenvechters kregen moed, de koe ,werd steeds wakkerder en scheen het spelletje moe, het zachtste lam zou 't ten slotte opgeven. Plotseling naderde onverwachts een der stierenvechters de koe en gaf het stomme dier een felle slag met zijn roode lap vlak voor haar kop.* Een slag in het gelaat 1 Dat was te veel 1 Een slag in het gelaat wordt nooit vergeven of vergeten maakt een wonde, die blijft bloeden heel het leven lang 1 Zelfs een koe duldt dat niet Of hij haar in de oogen geraakt had of niet, weet ik niet, maar nog hoor ik het korte gebrul, dat zij uitstiet, nog zie ik, haar plotseling als dol geworden los stormen op den stiervechter. Ze was niet alleen geraakt op haar koeien-lichaam, maar ook in haar koeien-ziel Philippo maakte echter, dat hij wegkwam, rende een paar keer het circus rond met de dolle koe achter hem aan, sprong ten slotte over de lage schutting, de andere stiervech ters kwamen ter hulp, trachten met hun roode lappen het beest af te leiden, de koe draaide, wendde en keerde zich nu naar den een dan naar den ander, stormde ten slotte op het publiek in, maar kwam juist tegen het voorgebergte van een paar kinderep en er vaster in den gr nd geworteld dan een wijnstok. Nu, ook goed ik wil mij hier eigendommen aanschaffen en het zal u niet aan een goeden post ontbreken, beschouw uwe schulden als betaald. Ilierzietgij, vervolgde de generaal, op den ouden heer wijzend, mijn broeder en hier, ging hij voort, den overste toonend, den man, die inijn schoonzoon zal worden. Toen Victor Guerra den ouden militairen bediende zag, verschoot zijne kleur, en maakte hij zelfs êene beweging, als wilde hij zijn hoed opnemen en zich verwijderen. Maar toen hij onmiddellijk met zijne gewone tegenwoordigheid van geest overlegde, dat de ont moeting met dien man geen toe vallige was, maar dagelijks zich zou herhalen, keerde de altijd zegepralende en van de overwin ning verzekerde koenheid terug, en daarmede de overtuiging, dat het niet mogelijk zou zijn hem te herkennen, en hij zette zich, schijnbaar bedaard neder en les eene courant Toen hij hoorde, hoe hem de generaal aan zijn ouden bediende voorstelde, hief hij trolsch het hoofd in de hoogte, om het licht tegen den nieuw aangekomene te buigen. Maar nauwelijks had deze zijne oogen op hem gevestigd, of de diepste verbazing spiegelde zich af op zijn openhartig gelaat, en hij kon zijn blik van datbleeke, trotsche gelaat niet afwenden. stevige boeren terecht, (de schutting was zoo laag, dat hun buiken er over heen kwamen) die grepen haar bij de horens, draaiden haar om, gaven haar een paar fiksche slagen op haar koeien-derrière en rrrr, daar vloog de koe weer naar den anderen kant. Het publiek rilde, juichte, schreeuw de, lachte, stampte, bulderde als bezeten, vuurde de stiervechters aan. allemaal even krek en even dol als bij een echt Spaansch stierengevecht, De stierenvechters vlogen om de beurt van de arena over de schut ting en van de schutting in de arena. De koe begon langzamerhand wer kelijk iets weg te krijgen van een brieschende keuw, zoekende wien hij zal verslinden. Hare oogen spatten vuur, zij snoof, loeide, brulde, stond nu eens plotseling stil als een stand beeld uit steen gehouwen, rende dan weer met opgeheven kop en staart door het circus, zoekende naar een prooi, de eerste de beste, die in haar nabijheid kwam, zou zij met haar kop en pooten verpletteren en ik... kroop uit voorzichtigheid een bankje hooger 1 Maar de kruik gaat zoolang te water totdat zij barstde stieren vechters werden hoe langer hoe driester en overmoediger, plaagden de koe hoe langer hoe meer enz. Op een gegeven oogenblik rende het steeds doller wordende beest weer achter een stierenvechter heen. Philippo rende achter de koe, om haar zoo noodig in tijd van gevaar bij den staart te trekken en af te leiden. Maar de koe kreeg 't lang zamerhand in de gaten, werd dit spelletje moe. draaide zich zelf in volle vaart plotseling om en gaf Philippo. die nog juist de tijd had zijn eigen om te draaien een gewel dige stoot in den rug. Gelukkig kwam de stoot op het lagere deel van zijn ruggegraat terecht, de stierenvechter tuimelde onder de kop van de koe, de koe stond klaar den man met haar kop en horens te verpletteren, doodsche stilte onder het publiek, een gil hier een angstgilletje daar, maar d'r viel toch geen één oude of jonge dame flauw. In een oogwenk echter waren de toreadors er bij, sloegen, trapten en piekten de koe van alle kanten om haar tot andere en betere gedachten te brengen, de koe aarzelde een oogenblik, die korte aarzeling was genoeg voor den ge- en betuimelden stiervechter; lenig als een slang was hij in een wip onder de kop van het dier vandaan. Hij zag wel een beetje bleek van de schrik, maar herstelde zich aanstonds.. Hoera, schreeuwde weer het publiek hé, Philippo, dat scheelde weinig, jongen, die ouwe tante valt je nog niet mee, hè, daar was je bijna in den hemel een mopje gaan zingen, de Pater was de H. Olie al halen enz. en Philippo mocht werkelijk van geluk spreken. Alles had zich in den tijd van een oogenblik afgespeeld, maar de koe had Philippo toch makkelijk naar de andere wereld kunnen helpen als ze gewild had, het was ech'er zooals gezegd, een zachtzinnige koe, wilde geen menschenbloed zien en deed niets liever dan grazen en melk geven aan de menschen, die haar plaagden. Ze lachen wel er eens met die Amerikaansche juffrouw, die heel haar vermogen naliet aan haar schoot hondje (als het eers een ka j; ge weest was omdat ze bevonden had, dat de dieren beter waren dan de menschen, maar toch was die oude vrijster (het is natuurlijk een oude vrijster geweest) nog zoo gek niet. Intusscben was de koe wear wat lntusschen was de generaal op gestaan en had gescheld. Wijs, zeide hij, tot den bin nenlredende bediende, aan dezen gast, die mij een bezoek is komen brengen, eene kamer, breng hem een ontbijt, en bedien hem als een lid onzer eigen familie. Ga, rust uit, Bernardo, vervolgde hij zich lot dezen wendende, ik zal u daarna aan mijne vrouw en kin deren voorstellen, die er naar ver langen u te zien, en te leeren kennen. En den oude, die nog altijd in gedachten verzonken daar stond, bij den arm vattende, drong hij er op aan, dat hij den bediende zou volgen. Hoe heet deze overste vroeg Tio Bernardo den bediende. Don Victor Guerra. Kent gij hem Ik zou er op kunnen zweren, antwoordde de gast, maar toen was hij geen overste en noemde zich ook niet don Victor Guerra. Maar daar dit reeds langgeleden is, wil ik mij eerst verzekeren of het dezelfde is, voor ik helbewcer. Tio Bernardo kon geen enkele bete naar binnen brengen. Hij stond, na eenige oogenblikken uitgerust te hebben, op, en ging heen, onder het voorwendsel, zijn valies uit het logement te willen halen. Maar hij ging slechts naar de benedenverdieping; daar ge komen, bleef hij staan, metangslige I onrust heen en weer ziende, als I verwachtte hij iets,dat zijn geheele gekalmeerd, langzaam, slim en ge slepen, zooals alleen een mensch dat doen kan, waren ze naar haar toe gekomen, hadden haar voorzichtig, zoogenaamd vertrouwelijk, heel zoet sappig op den rug geklopt, allerlei lieve woordjes tegen haar gesproken, welke uitwendig zooveel beduiden moesten als je bent een goede, beste koe, we zullen je niets meer doen enz. terwijl inwendig de bedoeling was: wacht maar als we je goed te pakken hebben, denk aan die Amerikaansche juffrouw. Het publiek scheen voldaan over de slotscène van die ren en brui- partij en verlangde alweer naar iets anders. Philippo, een beetje ontnuch terd, vond ook, dat dit spelletje lang genoeg geduurd had, nam een kaars rechte houding aan, wierp eennijdigen blik op de koe, die hem zoo leelijk te pakken had gehad, wreef nog een paar maal met zijn handen over zijn tweeledig zitvlak, voelde nog eens goed of al zijn ribbetjes nog op hun plaats zaten, plakte toen de trompet voor zijn mond, têterêtètte zoo hard als hij kon en riep toen met luider stem Geacht publiek, wij hopen dat het eerste nummer van ons pro gram U allen ten zeerste voldaan heeft; de stier (gelach) is wel niet op volle kracht, toch hopen we, dat het volgend nummer van ons pro gram, het groote attractie-nummer van de wereldberoemde „touradas" van Sevilla, Toledo enz. U ten volle zal bevredigen. Vertoond zal worden het met bliksemsnelheid planten of s'eken van twee vlaggen achter de horens op de schoften van den stier 1 Pedrinho, onze trouwe en onver saagde compagnon de medewerker (hij was des morgens pas aan komen zwaaien) zal de verrichter zijn van dit meesterstuk, hetwelk meesterstuk en nog een ander allerkomiekst meesterstuk wij in het volgende artikel naar vermogen, hopen te be schrijven. B. B. Wordt vervolgd. Voor vrouwen. Vrouwen vooral, hebben nu en dan behoefte aan de hulp van Fos ters Rugpijn Nieren Pillen. Vanaf de vorming tot voorbij den middelbaren leeftijd treden in het vrouwelijk or ganisme, voortdurend veranderingen op. die veel inspanning van de nieren vorderen. Eveneens in het kritieke tijdperk en in de maanden voor en na de geboorte van kinderen, krijgen de nieren veel extra werk te doen. Het is daarom geen wonder» dat vrouwen zoo vaak lijden aan rugpijn, afmattende pijnen, water zuchtige zwellingen, hoofdpijn, dui zeligheid, zenuwachtigheid en urine- stoornissen. Vrouwen behooren te weten, dat de nieren de gewichtige levenstaak hebben om de onzuivere stoffen uit het bloed te filtreeren. Als de nieren verzwakt of overspannen zijn, wordt de bloedsomloop geinfecteerd en het geheele gestel aangedaan, waardoor spit. blaasontsteking, rheumatiek, lendezwakte enz. kunnen ontstaan Foster's Rugpijn Nieren Pillen zullen voor vrouwen in tijd van nood een zegen blijken. Zij worden aanbevolen door vele dankbare, ver standige vrouwen, die haar herstel en welzijn aan het tijdig gebruik van dit versterkend niermiddel te danken hebben. Verkrijgbaar (in glasverpakking met geel etiket let hier vooral op) bij apotheken en drogisten a f 1.75 per flacon. 39 Eerst een weinig Purol inwrijven endairna ie zeepen Dan schzert men zich schoon, zacht en pijnloos. gemoed zou aandoen. Nog kon hij zijne oogen niet gelooven, toen hij in den overste den moordenaar des herbergiers meende te herken nen en hij wilde zich van eene list bedienen, om zich van de waarheid te overtuigen. Na een half uur werden schreden op de trap gehoord, de oude man verhief angstig het hoofd, en zag den man, dien hij verwachtte, met al zijn trotsch nederdalen. Ilij verwijderde zich een weinig en verborg zich. Nauwelijks was de overste op de laatste trede gekomen'of hij hoorde eene stem, die riep Juan Luiz De overste wendde oogenblikke- 1 ijk het hoofd om. Gij hebt uwen naam niet vergeten riep Tio Bernardo uit, zich juist tegenover den overste plaatsende. Juan Luiz, scharesliep roo- ver, moordenaar! Gij hebt echter bij uwe valsche grootheid ver gelen >Niets is zoo geheim bedacht Of 't wordt eens aan het licht gebracht." De overste had zich, als van een bliksemstraal getroffen, bij het hooren van deze verschrikkelijke beschuldiging, aan den muurvast gehouden, om niet in onmacht te vallen. Wordt vervolgd. ïi Niet een zijner mede-officieren spreekt anders dan prijzend over dat punt, en daarenboven is hij rijk. Ja, zeide de oude met een bitteren lachrijk in het spel ge worden. Dat is in Amerika een alge- meene zonde, broeder, antwoordde de generaal lachende, ofschoon hij pijnlijk aangedaan was en toch niet laten kon, zijn toekomstigen schoonzoon te verdedigen. Neen, zeg ik 1 riep de oude met bitterheid uit, het verledene is als een spoor in de zee. Wat wonder, wanneer de schaamte ver loren gaat, wanneer tegenwoordig zelfs zoo deugdzame en op het punt van eer zoo fijn gevoelende menschen als gij, zich vernederen, de hatelijkste feilen te veront schuldigen. Maar broeder, zeide de gene raal, treurig bewogen, mijne doch ter bemint hem. Uwe dochter is een uitstekend en gehoorzaam meisje, dat zich door hare neiging niet had moeten laten voortslepen, wanneer gij u tegen haar verzet had. Op dat oogenblik trad de overste met vroolijken blik binnen, en vond als altijd, den broeder des generaals koel en terughoudend. De generaal zelf echter deed zijn best, zijn toekomstigen schoonzoon, voor deze zoo in het oog loopende geringschatting, door verdubbelde bewijzen van liefde en hartelijk heid zijnerzijds schadeloos te stellen Nog was geen kwartier voorbij gegaan, of iemand klopte aan de deur. Binnen 1 riep de generaal. De deur werd geopend en op den drempel van deze vertoonde zich een oude, fatsoenlijk gekleede man in de kleeding van een Andalusi- schen landman. Bernardo 1 Komt gij eindelijk! riep de generaal, die, zoodra hij hem zag, op den binnentredende toegeijld was en hem de armen om den hals sloeg. Toen vatte hij hem bij de hand, en hem naar het binnenste der kamer trekkende, stelde hij hem aan zijn broeder en aan den overste voor, terwijl hij zeide Hier staat Bernardo, mijn getrouwe en dappere redder, wien ik het leven te danken heb. Zie, zie, ging hij voort, met de hand het grijze haar van de slapen terugstrijkend, van den man, dien hij zijn redder noemde, zie het lidteeken, dat hem door den sabel des vijands gegeven werd, hier is net bewijs zijner trouw onuit- wischbaar ingeprent, evenals de herinnering er van in mijn hart Maar hoe gaat hel u, mijn vriend? Ik zie, dat de jaren over u heen gegaan zijn als over een vasten en sterken eikenboom, zonder eene andere verandering bij u te weeg te brengen, dan uw haar wit gemaakt en uw krachtig gelaat gebronsd ie hebben. Senor, antwoordde de oude, met mijne gezondheid gaat het niet slecht, en met mijn moed ook niet. Want ofschoon ik vele droe vige uren heb beleefd, heb ik mij daardoor niet laten ontmoedigen. Want verbittering helpt toch niets! Maar uwe genade ziet er uitstekend uit! Ik weet reeds, datuweExcel- lentie gehuwd is, en kinderen als rozen heeft. God zegene ze Gij zult ze zien, Bernardo! Gij zult ze zien En de uwen? En uwe vrouw? Senor, mijne vrouw is inge krompen en gerimpeld als eene dorre kastanje, van mijne zonen dient de een den koning, de ande ren zijn gehuwd en met een aantal kinderen gezegend. Gij echter zult niet meer van mij scheiden, niet waar, Bernardo? Senor, hoe zou ik mijne vrouw kunnen verlaten Breng haar hier: Hoe hier? Dan kon ik even goed een klooster hier brengen. Zij is in hare woonplaats zalig onder hare kinderen en klein-

Peel en Maas | 1930 | | pagina 7