Tweede Blad Tan „FEIL 11 MAAS" Openbare Vergadering Gemeenteraad van Venray van den op 12 Augustus 1930 nam. half 5. Spoedeischende vergadering Gemeenteraad van Venray op 13 Augustus 1930, nam. 6 uur. Braziliaansche varkens. ZATËRDAO 13 SEPTEMBER 1930 Eeo en vijftigste Jaargang No. 38 Voorzitter de heer O. L. P. van de Loo, burgemeester. Secretaris de heer A. F. M. van Haaren. Afwezig de heeren wethouder Houben, Nelissen en Vermeulen, waar van de laatste met kennisgeving. De Voorzitter opent de vergadering met gebed, waarna de notulen der vorige vergadering aan de orde zijn. De heer Stoot meent, dat zijn gezegde niet juist is weergegeven in de notulen. Hij heeft gezegd dat hij nog nooit zulke rechtspraak ge hoord heeft, dat de minister eenvoudig zegt, dat geen aanleiding bestaat, dat overeenkomstig het verzoek van adressanten wordt gehandeld. De notulen worden hierna aldus aangevuld vastgesteld. Dan is aan de orde voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verleenen van eervol ontslag ingaande 16 Augustus aan den hulp keurmeester van Bregt wegens zijne benoeming elders. De Voorzitter zegt dat volgens de instructie van den hulpkeurmeester het ontslag minstens 3 maanden te voren moet worden aangevraagd. We kunnen echter een goede tijdelijke kracht krijgen, die niet gesolli citeerd heeft, en Kerkrade stelt er prijs op, dat de heer van Bregt aldaar zoo spoedig mogelijk in dienst treedt. B. en W. stellen dan ook voor het gevraagde ontslag eervol te verleenen met ingang van 16 Aug. 1930. Practisch beteekent dit nog een klein finantieel voordeel voor de ge meente, daar de tijdelijke hulpkeurmeester natuurlijk betaald wordt naar de minimum jaarwedde. Wordt algemeen goedgevonden. Vervolgens is aan de orde vaststelling der rekening van het Burg. Armbestuur dienst 1929 en der begrooting van het Burgerlijk Armbestuur dienst 1931. De Voorzitter leest het rapport der Commissie van onderzoek van bedoelde rekening en begrooting voor en merkt op, dat reeds verleden jaar bedeelingslijsten zijn aangelegd, die toen ook zijn overgelegd. De heer Stoot, die de vergadering eerder moest verlaten, was toen reeds weg. De rekening sluit met een totaal aan ontvangsten van f 12611.75 en een totaal aan uitgaven van f 12799.68izoodat er een nadeelig saldo is van f 187.93i/i; de begrooting sluit met een bedrag in ontvangsten en uitgaven van f 8000. Wordt algemeen goedgevonden de begrooting en rekening aldus goed te keuren. Bij de gehouden trekking blijkt dat no. 1 getrokken is, zoodat bij stemmingen in deze vergadering no. 1 der presentielijst, i.e. de heer Geurts, het eerst zijn stem moet uitbrengen. Hierna is aan de ordebenoeming van een lid van het Burgerlijk Armbestuur, aftredend de heer van Gerven. Hiervoor worden voorgedragen de heeren H. J. van Gerven en P. Schols, Tot stemopnemers worden door den Voorzitter aangewezen de heeren Stoot en Strijbos. Na de stemming blijkt dat zijn uitgebrachtop van Gerven 9 stemmen en op Schols 1 stem, zoodat de heer van Gerven benoemd is. Dan komen in behandeling a. Voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening tot classificatie van de Gemeente tot heffing der Gemeentefondsbelasting. b. Voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening betref fende de classificatie van de Gemeente voor de heffing der Personeele belasting. c. Voorstel van B. en W- tot vaststelling der verordeningen tot heffing en invordering van 50 opcenten op de Vermogensbelasting. d. Voorstel van B. en W. tot vaststelling der verordeningen tot heffing en invordering van opcenten op de Gemeentefondsbelasting. e. Voorstel van B. en W. tot vaststelling der verordeningen tot heffing en invordering van opcenten op de hoofdsom der Personeele belasting. f. Voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening tot ver vanging van belastingbedragen voorkomende in de wet op de Personeele belasting 1896, door andere belastingbedragen. De Voorzitter zegt dat men het zich niet zoo ingewikkeld moet voor stellen, want het lijkt meer dan het is. Dit hebben de heeren trouwens re«»ds kunnen zien in het hun toegezonden algemeen overzicht. Het meest essentieele is, dat vervallen zijn de eigen inkomstenbelasting en de op centen op de Rijksinkomstenbelasting. Daarvoor komen in de plaats de belastingen die worden voorgesteld en tevens de opbrengst der hoofdsom van de personeele belasting. Verder komt de opbrengst der Grondbelasting voor 75 pCt. ten goede aan de Gemeente. De fondsbelasting begint voor gehuwden bij f 600 en voor ongehuw- den bij f 500, terwijl dit vroeger was f 500 en f 300. Daarbij is de kinderaftrek thans ook hooger dan vroeger. De heer Odenhoven zou willen voorstellen deze punten over te slaan om ze nog eens nader te bestudeeren. We kunnen hierover dan in eene volgende vergadering beslissen. De Voorzitter antwoordt dat hiertegen zeer groote bezwaren bestaan wijl het moet gebeuren vóór 1 September a.s. Wat betreft punt 9 der agenda, stellen B. en W. zelf voor dit punt aan te houden tot bij de behandeling der.begrooting. De minister wenscht n.l. in de verordening vastgesteld te zien het juist aantal te heffen opcen ten (dus niet enkel het maximum) en dat kunnen we eerst als we weten wat we noodig hebben De heer Stoot vindt deze punten van zoo groot finantieel belang, dat hij ze ook zou willen aanhouden en eerst in Comité-generaal eene voor vergadering houden. De Voorzitter heeft hiertegen geen bezwaar, doch meent dat dit ook nu kan gebeuren. De heer Odenhoven handhaaft zijn voorstel mede omdat thans 3 leden afwezig zijn. Wordt ten slotte algemeen goedgevonden morgen eene spoedeischende Raadsvergadering over deze punten te houden. Het kohier der rioolbelasting voor den dienst 1930 wordt hierna vast gesteld tot een bedrag van f 8954.12s. Vervolgens wordt behandeld het voorstel van B. en W. tot wijziging van het Rooilijnenplan. De Voorzitter leest het hieromtrent ingekomen schrijven van Ged Staten voor en zet nader uiteen in hoeverre voor bepaalde wegen de verlangde breedte van 24 M. wordt aangehouden, voor zoover nog mogelijk. Na voorlezing van het concept-besluit door den Voorzitter, wordt algemeen goedgevonden dienovereenkomstig te beslissen. Dan is aan de orde aanvulling der begrooting dienst 1930. De Voorzitter leest de voorgestelde aanvullingen voor. welke alge meen worden goedgevonden. Nog is aan de orde Voorstel van B. en W. tot verkoop van circa 1 H.A. grond aan den Wanssumschen weg aan A.A. Claessens. De Voorzitter zegt dat Claessens de laatste is der 4, die zelf gebouwd hebben, evenals van Dijck, Janssen en Wijnhoven. Hij vraagt thans 1 H.A. van den door hem gepachten grond pl.m. 5.25 H.A. te mogen koopen en biedt aan daarvoor te betalen f 500, plus de rente ad 5 pCt. vanaf 31 Aug. 1928. Wordt algemeen goedgevonden. Vervolgens wordt algemeen goedgevonden eveneens het voorstel van B. en W. tot aanvulling en wijziging van het Reglement van Orde voor den Gemeenteraad aan te houden, vooral ook omdat de voorsteller van een der wijzigingen, de heer Vermeulen, niet aanwezig is. Hierna wordt behandeld het voorstel van B. en W. tot reorganisatie der brandweer en aanschaffing van brandbluschapparaten. De Voorzitter zet uiteen hoe de plaatsing der brandbluschapparaten het doelmatigst kan geschieden. Natuarlijk blijft de motorbrandspuit disponibel voor de geheele gemeente. Op de anders zeer dure apparaten krijgen we een flinke reductie, terwijl de directeur der onderlinge brand- assurantie van den Limburgschen Land- en Tuinbouwbond, door wiens bemiddeling de apparaten worden besteld, zal zorgen dat de jaarlijksche controle en de vullingen gratis geschieden. Ondanks dit alles zal er toch nog ongeveer f 2000 mede gemoeid zijn, doch B. en W. zijn voornemens dit bedrag over 2 jaren te verdeelen. Hiermede meenen B. en W. dat de gemeente het mogelijke heeft gedaan, doch zij vertrouwen dat de boeren zullen blijven doorgaan met voor zich zelf brandbluschapparaten aan te schaffen, want hoe eerder er hulp bij is in een voorkomend geval, hoe beter. De heer Millen vindt het een tamelijk groot bedrag en vraagt of er niet eerst met zoo n apparaat kan worden gedemonstreerd. De Voorzitter zegt, dat er reeds demonstraties mede gehouden zijn toen juist is gebleken dat de aan te schaffen apparaten de beste waren. Alvorens de apparaten komen zal spreker echter zorgen dat nog een flinke demonstratie wordt gehouden, waarbij ook de Raad zal worden uitgenoodigd. De heer Odenhoven vraagt of deze apparaten ook geschikt zijn voor boschbranden, waarop de Voorzitter antwoordt: niet bij uitstek; wel natuurlijk als men er juist ter plaatse direct bij is. Wethouder Pubben zegt. dat de Gemeente hiertoe nog te meer wil overgaan, omdat de brandbluschmiddelen op de gehuchten zoo sobertjes zijn en er al 'n 140 apparaten door particulieren zijn aangeschaft. Spreker zou het wel goed vinden dat ook de motorbrandspuit met enkele appa raten werd uitgerust, dan kunnen de spuitgasten bij aankomst op de plaats des onheils direct beginnen. Nog zegt spreker dat we aldus over enkele jaren voordeeliger uit zullen zijn dan nu. De heer Jacobs vraagt of de apparaten lang goed blijven, waarop de Voorzitter antwoordt, dat de Boerenbond er wel achter zal zitten dat ze goed onderhouden wordeu. Daarbij is er nog de jaarlijksche controle. Wethouder Pubben zegt, dat de apparaten goed zijn. Dit blijkt wel hieruit dat de brandassurantie van den Boerenbond f 15 bijbetaalt voor elk lid, dat zoo'n apparaat aanschaft. Het voorstel van B. en W. wordt hierna zonder hoofdelijke stemming aangenomen. In verband met het voorstel van B. en W. tot het aangaan eener gemeenschappelijke regeling met de gemeente Wanssum omtrent toelating van leerlingen als bedoeld in art. 19 der L.O.-wet, zegt de Voorzitter dat dit besluit, na de bekomen machtiging van Ged. Staten formaliter nog eens moet worden genomen. Wordt algemeen goedgevonden. De ingekomen dankbetuiging der Turnclub St. Christoffel voor ver leende garantie wordt, na voorlezing door den Voorzitter, voor kennis geving aangenomen. Nog is aan de orde het na het opmaken der agenda ingekomen schrijven van Ged. Staten inzake jaarwedde Burgemeester en Secretaris. De Voorzitter zegt, dat dit hierop neerkomt dat de Burgemeester f 300 meer salaris zou krijgen en de Secretaris f 200, zulks ingaande 1 Januari 1931. B. en W. zijn echter van oordeel dat het momenteel geen tijd is voor salarisverhooging en de thans geldende jaarwedden dan ook vol doende kunnen worden geacht, en stellen voor dienovereenkomstig aan Ged. Staten te berichten. Wordt algemeen goedgevonden. De heer Odenhoven vraagt of B. en W. iets weten omtrent de aan besteding van de school aan het Veulen, waarop de Voorzitter antwoordt officieel nog niet. De heer van Bergen vraagt of het niet gevonden kan worden, dat, nu er zoo weinig verschil is, een Venrayschen aannemer de school aan het Veulen wordt gegund. Spreker zou het betreuren als dergelijk werk grootendeels voor de Venraysche werklieden verloren ging. De Voorzitter zegt, dat er slechts 2 mogelijkheden zijn, ofwel beperkte inschrijving alleen voor de inwoners, ofwel openbare inschrijving. Het blijft echter moeilijk, want als iedereen zich op het standpunt van den heer van Bergen stelde, zou het er voor de Venraysche aannemers en werklieden niet beter op worden, aangezien die de laatste paar jaren meer werk buiten Venray hebben gehad dan in Venray zelf. We zouden de aannemers hoogstens kunnen verzoeken om zooveel mogelijk Ven raysche arbeiders te nemen, maar dwingen kunnen we niet. Hiervoor wil spreker zijn best wel doen. De heer Odenhoven vraagt of B. en W. geen invloed kunnen uit oefenen op den bouw der landbouwhuishöudschool, waarop de Voorzitter ontkennend ontwoerdt* De heer Odenhoven had anders willen zeggen, dat, waar het Martinus- fonds door Venray, dus ook Venraysche aannemers en huisvaders, bijeengebracht, hij het niet meer dan mooi zou vinden, dat ook alle Venrayers kans krijgen op de aanneming hiervan. De heer Millen is het hiermede eens. Ook hij zou het erg vinden als deze door iemand van buiten gemaakt werd. De Voorzitter zegt hiervan nota te zullen nemen. Hij gelooft dat het werk wel in Venray zal blijven, het Gemeentebestuur heeft echter hierin geen beslissing te nemen. Thans niets meer aan de orde zijnde en geen der leden nog het woord verlangende, sluit de Voorzitter de vergadering met gebed. van den Voorzitter de heer O. L. P. van de Loo, burgemeester. Secretaris de heer A. F. M. van Haaren. Afwezig de heeren van Dijck en van Bergen, waarvan de laatste met kennisgeving. De Voorzitter opent de vergadering met gebed, waarna de Raad in geheime zitting gaat. Na heropening der vergadering stelt de Voorzitter aan de orde voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening, betreffende de classificatie van de gemeente, tot heffing der gemeentefondsbelasting. De Voorzitter leest de ontwerp-verordening voor, welke algemeen wordt goedgevonden. Vervolgens is aan de orde voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening betreffende de classificatie van de gemeente, voor de heffing der Personeele belasting. De Voorzitter leest de ontwerp-verordening voor. De heer Millen zag de gemeente liever ingedeeld in de 7e en 8e klasse. Hij meent, dat de huurwaarde dan beter tot haar recht komt. De Voorzitter zegt, dat B. en W. daartegen overwegende bezwaren hebben. Hierdoor zouden er 220 pecceele.i in de Kom en 130 buiten de Kom meer buiten de belasting vallen dan thans, waardoorde opbrengst in hoofdsom reeds f 5000.— minder zou worden, Hieibij dan nog de opcenten ad f 25000.zoodat de andere belastingbetalers weer f 7500 meer zouden moeten opbrengen. De heer Millen zegt, andere cijfers te hebben. Hij komt niet tot 220 perceelen in de Kom, maar slechts tot 163.. De Voorzitter zegt, zijne gegevens te hebben van den Inspecteur der Directe Belastingen, dus officieel. Bij de gehouden trekking blijkt, dat no. 8 getrokken is, zoodat bij stemmingen in deze vergadering no. 8 der presentielijst, i.e. de heer Stoot, het eerst zijn stem moet uitbrengen. De heer Millen handhaaft zijn voorstel, hetwelk echter niet wordt gesteund. Het voorstel van B. en W. wordt hierna z. h. s. aangenomen. Nog is aan de ordevoorstel van B. en W, tot vaststelling der verordeningen tot heffing en invordering van 50 opcenten op de ver mogensbelasting. In stemming gebracht staken hierover de stemmen. Voor stemden de heeren Stoot, Odenhoven, wethouder Houben, Geurts en Vermeulen. Tegen de heeren wethouder Pubben, Strijbosch, Nelissen Jacobs en Goumans. De heer Millen was tijdens de stemming afwezig. Het voorstel van B. en W. tot vaststelling der verordeningen tot heffing en invordering van opcenten op de Gemeentefondsbelasting wordt vervolgens aangehouden, tot bij de behandeling der Gemeentebe- grooting. Dit zal dan worden de sluitpost der begrooting. Vervolgens komt in behandeling het voorstel van B. en W. tot vaststelling der verordeningen tot heffing en invordering van opcenten op de hoofdsom der Personeele Belasting. Wordt algemeen goedgevonden voor dit jaar 50 opcenten te heffen. Nog wordt behandeld het voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening tot vervanging van belastingbedragen, voorkomend in de wet op de Personeele Belasting 1896 door andere belastingbe dragen. De Vo'orzitter leest de voorgestelde bedragen voor en zegt dat. als dit voorstel wordt aangenomen, de voerdiensten voor de luxe-auto's kunnen vervallen. De heer Vermeulen is tegen deze belasting, omdat de opbrengst zooals uit de memorie van toelichting blijkt, gebruikt wordt voor de wegen, en dit volgens spreker niet mag. Volgens art. 41 der wegenbelastingwet mag terzake van het rijden met motorrijtuigen en rijwielen op den openbaren weg geen rndere belasting geheven worden dan welke krachtens die wet aan het wegen fonds ten goede komt en spreker betwijfeld dan ook, of deze belasting verordening eventueel zal worden goedgekeurd. De Voorzitter zegt, deze meening niet te kunnen deelen. De opbrengst komt ook niet uitgesproken ten goede aan het onderhoud der wegen, zij komt gewoon met de andere belastingen in de gemeentekas ter completeering van hetgeen voor de gemeentelijke huishouding noodig is, De heer Millen meent, dat de auto's reeds genoeg belast zijn vooral de vrachtrijders hebben hun wagen niet voor hun plezier. Hij kan er zijn stem dan ook niet aan geven. De heer Stoot vraagt, hoeveel het verschil per auto bedraagt, waarop de Voorzitter antwoordt dat dit niet precies gezegd kan worden. Dit hangt van eiken wagen individueel af. In totaal zal de meerdere op brengst ongeveer f 1000.— bedragen, terwijl het voor de meeste hier loopende wagens ongeveer f 6 bedraagt. De heer Vermeulen vraagt, waarom nu juist Venray een uitzondering moest maken, waarop de Voorzitter antwoordt, dat dit in meer plaatsen gebeurt, o.a. te Beverwijk. De heer Vermeulen zegt, zich met alle kracht tegen de totstandkoming dezer verordening te zullen verzetten. De heer Goumans zou er voor kunnen zijn, deze belasting niet te heffen, als ook de hand- en spandiensten werden afgeschaft. In stemming gebracht werd het voorstel van B. en W. met 8 tegen 3 stemmen aangenomen. Tegen stemden de heeren Odenhoven. Vermeulen en Millen. De Voorzitter dankt vervolgens de heeren Raadsleden voor de aangename wijze, waarop deze belangrijke zaken hier behandeld zijn. Thans niets meer aan de orde zijnde en geen der leden nog het woord verlangende, sluit de Voorzitter de vergadering met gebed. SLOT. Vijf verschillen tusschen het Noor- der en Zuidervarken hebben we gezien, nu volgt het zesde onderscheid. Het zesde verschil is heel komiek en dit bestaat wel vooraldaarin.dat terwijl hier de heele familie minstens een half jaar plezier heeft van een geslacht varken, men in Brazilië niet weet en begrijpt wat ze daar met zoo'n varken uitvoeren. Als ze zulk een nuttig beest op de meest zachtzinnige wijze naar de andere wereld geholpen hebben, dan zie je een dag ot wat later 'n paar magere worstjes in de keuken han gen, hier en daar een stuk varken liggen en daarmee afgeloopen Nier, lever. ham, karbonade, snoetje, ik bedoel varkenssnoetje, waar een kennis van me zoo dol op wasniets daarvan komt op tafel. De eerste dagen verschijnen er wat magere ribbetjes, gebakken bloed, varkensoortjes in stukken gesneden tusschen bruine boonen verwerkt en als het 'n heel knappe, (bedoeld „flinke") keukenprincesis, dan komt er ook nog wel eens een stukje lever voor den dag. Maar dit is dan ook het toppunt en enkele dagen later hoor of zie je niets meer van het bewuste varken Als je dan als man den ijselijken moed hebt om naar de keuken te stappen en [als je dan met je hand stijf om den deurknop van de half geopende deur in allen deemoed aan die wijze of dwaze keukenmaagd durft vragen, wat ze toch met het varken heeft uitgevoerd, dan moet je zorgen, dat je niet al te dicht in de nabijheid van bezemstelen, scof- blikken of ander keukenwapentuig komt. Want behalve een paar groote verwonderde brutale oogen, die zooveel willen zeggen als „w bemoei je je mee" (tout comme chez nous) krijg je ten antwoord porco nao para carneetc.) hetgeen zooveel moet beteekenen, als een varken helpen ze niet naar den varkenshemel om er vleesch van te hebben, maar voornamelijk vanwege zijn spek en vet.... Als je dan na die korte en krach tige inlichting uit dit beminnelijk keukenprinsesselijk mondje maakt,, dat je weg komt, krijgt men meestal nog een paar lieflijke wenscnen achternawaar bemoeit hij zich mee, als ie nog eens komt, gooi ik hem de keuken uit, die gekke vreem delingen willen alles beter weten, denken dat ze overal verstand van hebben, wat doen ze hier, laten ze in d'r eigen land blijven enz. enz. Allemaal historisch, een jongen, die wel er eens een keukenmeid heeft, weet er van mee te praten.... Maar, recht is recht en waar is waar. Hier in dit geval heeft zoo'n Braziliaansche keuken-madame toch werkelijk gelijk, 's Lands wijs, 'slands eer. Het klimaat oefent nu eenmaal 'n ontegenzeglijke invloed uit op alles: op godsdienst, volkeren, ontwikkeling, gewoonten, gebruiken, enz., zoowel bij menschen als dieren, dus ook op het varken I Vanwege de enorme hitte en maandenlange droogte kunnen ze daar nu eenmaal met een dood var ken niet zoo omspringen als hier; eenmaal geslacht moeten ze er als de kippen bij zijn om het tegen be derf te bewaren. Daarom wordt alles, wat niet gevoegelijk gezouten of ingezouten kan worden zooals nier, lever, tong enz. weggeworpen. De rest wordt allemaal ingezout. hetgeen tot worst kan verwerkt worden, wordt met de nooaige kruien als peper. zout. knoflook, uien tot worst verwerkt en behalve het spek blijft er dus niet veel versch vleesch meer over als alleen een flink stuk uit de lendenen. Aangezien er daar in de binnenlanden geen ijskelders of koel machines zijn. zit er dus niets anders op. Dit neemt echter niet weg, dat de Brazilianen dol op varkensvleesch zijn en door hen als een heerlijke lekkernij beschouwd wordteen lekker stukje van het varken is ook overigens zoo kwaad niet. Ze zeggen wel, dat het niet goed is voor de gezondheid, dat je er niet te veel van moet eten, dat je er uitslag, puistjes enz. van krijgt, ze laten het echter daarom niet gauw staan. Al wie nog meer over de nadeelige ge volgen wil weten van het eten van varkensvleesch, moet het Oude Testament maar eens openslaan. Bij de Brazilianen is het bij een varken voornamelijk om het vet en spek te doen, omdat een Braziliaan sche boer daar nu eenmaal niet buiten kan. Hoe dikker de vetlaag, hoe meer waarde het beest heeft. Het leven van een Braziliaansche boer is dikwijls allesbehalve lollig. In de plant, maai, hak en oogsttijd hebben ze het heel wat zwaarder dan tegenwoordig hier de boeren; de eenvoudigste Peel-boer zou er wellicht nog voor bedanken. Dan is het weken en maanden achtereen werken bovenop of tegen dè helling van bergen in een zonnengloed zóó fel, dat alle vettige en sappige be- standdeelen in één, twee dagen uit hun lichaam verdwenen zouden zijn, indien ze het niet dagelijks door liters water en door het noodige vet en spek te gebruiken bijhielden. Vet en spek is dus voor die menschen een noodzakelijke levensvoorwaarde. Zonder vet of spek waren ze binnen kort zoo uitgedroogd als een Egyp tische mummie. Rauw of gekookt spek zou hun bij die hitt- eenigszins zwaar op de maag liggen, daarom eten ze het altijd gebraden ofwel in groote stukken, zooals hier of in den vorm van dobbelsteentjes tweemaal daags bij hun warm eten. Omdat het getal zeven niet alleen een mooi, maar zelfs een heilig getal is, zullen we er nog een zevende verschil bijvoegen.' Het Braziliaansche varken is in tegenstelling met het Nederlandse he een zeer vriendelijk beest. Als je in de binnenlanden op reis bent en je komt ergens te paard een of'ander dorp, binnenrijden, dan kan men er zeker van zijn, de eersten die U begroeten zijn een troep varkens.... begeeft men zich des avonds na een zware dagreis ter ruste, dan is het meestal onder een zacht, deinend, regelmatig, rytmisch geronk, geknor, gegons en gezucht van een dozijn varkens of biggen, ergens boven, naast of onder je slaapkamer Wordt je des morgens wakker, dan is de eerste morgengroet alweer een pijnlijk zuchten van een oude of jonge zeug, welke in haar teedere varkensmoederliefde aan hare wreede onverzadigbare, gillende en blerrende jonge kinderen geeft, wat ze geven kan.... Verder zijn er in Brazilië behalve tamme varkens ook nog wilde zwij nen. Die worden wild genoemd ten eerste omdat ze erg wild doen, ten tweede omdat ze in het wild leven en zich om de heele wereld niet bekommeren, ten derde omdat ze dikwijls groote schade doen aan den landbouw aardappelen, mais en boonen velden grootelijks verwoesten. Niemand heeft voordeel van zoo'n

Peel en Maas | 1930 | | pagina 5