Tweede Blad Tan „FEIL 11 MAAS"
Openbare Vergadering
Gemeenteraad van Venray
van den
op 12 Augustus 1930 nam. half 5.
Spoedeischende vergadering
Gemeenteraad van Venray
op 13 Augustus 1930, nam. 6 uur.
Braziliaansche
varkens.
ZATËRDAO 13 SEPTEMBER 1930
Eeo en vijftigste Jaargang
No. 38
Voorzitter de heer O. L. P. van de Loo, burgemeester.
Secretaris de heer A. F. M. van Haaren.
Afwezig de heeren wethouder Houben, Nelissen en Vermeulen, waar
van de laatste met kennisgeving.
De Voorzitter opent de vergadering met gebed, waarna de notulen
der vorige vergadering aan de orde zijn.
De heer Stoot meent, dat zijn gezegde niet juist is weergegeven in
de notulen. Hij heeft gezegd dat hij nog nooit zulke rechtspraak ge
hoord heeft, dat de minister eenvoudig zegt, dat geen aanleiding bestaat,
dat overeenkomstig het verzoek van adressanten wordt gehandeld.
De notulen worden hierna aldus aangevuld vastgesteld.
Dan is aan de orde voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
het verleenen van eervol ontslag ingaande 16 Augustus aan den hulp
keurmeester van Bregt wegens zijne benoeming elders.
De Voorzitter zegt dat volgens de instructie van den hulpkeurmeester
het ontslag minstens 3 maanden te voren moet worden aangevraagd.
We kunnen echter een goede tijdelijke kracht krijgen, die niet gesolli
citeerd heeft, en Kerkrade stelt er prijs op, dat de heer van Bregt aldaar
zoo spoedig mogelijk in dienst treedt. B. en W. stellen dan ook voor
het gevraagde ontslag eervol te verleenen met ingang van 16 Aug. 1930.
Practisch beteekent dit nog een klein finantieel voordeel voor de ge
meente, daar de tijdelijke hulpkeurmeester natuurlijk betaald wordt naar
de minimum jaarwedde.
Wordt algemeen goedgevonden.
Vervolgens is aan de orde vaststelling der rekening van het Burg.
Armbestuur dienst 1929 en der begrooting van het Burgerlijk Armbestuur
dienst 1931.
De Voorzitter leest het rapport der Commissie van onderzoek van
bedoelde rekening en begrooting voor en merkt op, dat reeds verleden
jaar bedeelingslijsten zijn aangelegd, die toen ook zijn overgelegd.
De heer Stoot, die de vergadering eerder moest verlaten, was toen
reeds weg.
De rekening sluit met een totaal aan ontvangsten van f 12611.75 en
een totaal aan uitgaven van f 12799.68izoodat er een nadeelig saldo
is van f 187.93i/i; de begrooting sluit met een bedrag in ontvangsten
en uitgaven van f 8000.
Wordt algemeen goedgevonden de begrooting en rekening aldus goed
te keuren.
Bij de gehouden trekking blijkt dat no. 1 getrokken is, zoodat bij
stemmingen in deze vergadering no. 1 der presentielijst, i.e. de heer
Geurts, het eerst zijn stem moet uitbrengen.
Hierna is aan de ordebenoeming van een lid van het Burgerlijk
Armbestuur, aftredend de heer van Gerven.
Hiervoor worden voorgedragen de heeren H. J. van Gerven en P.
Schols,
Tot stemopnemers worden door den Voorzitter aangewezen de heeren
Stoot en Strijbos.
Na de stemming blijkt dat zijn uitgebrachtop van Gerven 9 stemmen
en op Schols 1 stem, zoodat de heer van Gerven benoemd is.
Dan komen in behandeling
a. Voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening tot
classificatie van de Gemeente tot heffing der Gemeentefondsbelasting.
b. Voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening betref
fende de classificatie van de Gemeente voor de heffing der Personeele
belasting.
c. Voorstel van B. en W- tot vaststelling der verordeningen tot
heffing en invordering van 50 opcenten op de Vermogensbelasting.
d. Voorstel van B. en W. tot vaststelling der verordeningen tot
heffing en invordering van opcenten op de Gemeentefondsbelasting.
e. Voorstel van B. en W. tot vaststelling der verordeningen tot
heffing en invordering van opcenten op de hoofdsom der Personeele
belasting.
f. Voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening tot ver
vanging van belastingbedragen voorkomende in de wet op de Personeele
belasting 1896, door andere belastingbedragen.
De Voorzitter zegt dat men het zich niet zoo ingewikkeld moet voor
stellen, want het lijkt meer dan het is. Dit hebben de heeren trouwens
re«»ds kunnen zien in het hun toegezonden algemeen overzicht. Het meest
essentieele is, dat vervallen zijn de eigen inkomstenbelasting en de op
centen op de Rijksinkomstenbelasting.
Daarvoor komen in de plaats de belastingen die worden voorgesteld
en tevens de opbrengst der hoofdsom van de personeele belasting. Verder
komt de opbrengst der Grondbelasting voor 75 pCt. ten goede aan de
Gemeente.
De fondsbelasting begint voor gehuwden bij f 600 en voor ongehuw-
den bij f 500, terwijl dit vroeger was f 500 en f 300. Daarbij is de
kinderaftrek thans ook hooger dan vroeger.
De heer Odenhoven zou willen voorstellen deze punten over te slaan
om ze nog eens nader te bestudeeren. We kunnen hierover dan in eene
volgende vergadering beslissen.
De Voorzitter antwoordt dat hiertegen zeer groote bezwaren bestaan
wijl het moet gebeuren vóór 1 September a.s.
Wat betreft punt 9 der agenda, stellen B. en W. zelf voor dit punt
aan te houden tot bij de behandeling der.begrooting. De minister wenscht
n.l. in de verordening vastgesteld te zien het juist aantal te heffen opcen
ten (dus niet enkel het maximum) en dat kunnen we eerst als we weten
wat we noodig hebben
De heer Stoot vindt deze punten van zoo groot finantieel belang, dat
hij ze ook zou willen aanhouden en eerst in Comité-generaal eene voor
vergadering houden.
De Voorzitter heeft hiertegen geen bezwaar, doch meent dat dit ook
nu kan gebeuren.
De heer Odenhoven handhaaft zijn voorstel mede omdat thans 3 leden
afwezig zijn.
Wordt ten slotte algemeen goedgevonden morgen eene spoedeischende
Raadsvergadering over deze punten te houden.
Het kohier der rioolbelasting voor den dienst 1930 wordt hierna vast
gesteld tot een bedrag van f 8954.12s.
Vervolgens wordt behandeld het voorstel van B. en W. tot wijziging
van het Rooilijnenplan.
De Voorzitter leest het hieromtrent ingekomen schrijven van Ged
Staten voor en zet nader uiteen in hoeverre voor bepaalde wegen de
verlangde breedte van 24 M. wordt aangehouden, voor zoover nog
mogelijk.
Na voorlezing van het concept-besluit door den Voorzitter, wordt
algemeen goedgevonden dienovereenkomstig te beslissen.
Dan is aan de orde aanvulling der begrooting dienst 1930.
De Voorzitter leest de voorgestelde aanvullingen voor. welke alge
meen worden goedgevonden.
Nog is aan de orde Voorstel van B. en W. tot verkoop van circa
1 H.A. grond aan den Wanssumschen weg aan A.A. Claessens.
De Voorzitter zegt dat Claessens de laatste is der 4, die zelf gebouwd
hebben, evenals van Dijck, Janssen en Wijnhoven. Hij vraagt thans 1
H.A. van den door hem gepachten grond pl.m. 5.25 H.A. te
mogen koopen en biedt aan daarvoor te betalen f 500, plus de rente
ad 5 pCt. vanaf 31 Aug. 1928.
Wordt algemeen goedgevonden.
Vervolgens wordt algemeen goedgevonden eveneens het voorstel van
B. en W. tot aanvulling en wijziging van het Reglement van Orde voor
den Gemeenteraad aan te houden, vooral ook omdat de voorsteller van
een der wijzigingen, de heer Vermeulen, niet aanwezig is.
Hierna wordt behandeld het voorstel van B. en W. tot reorganisatie
der brandweer en aanschaffing van brandbluschapparaten.
De Voorzitter zet uiteen hoe de plaatsing der brandbluschapparaten
het doelmatigst kan geschieden. Natuarlijk blijft de motorbrandspuit
disponibel voor de geheele gemeente. Op de anders zeer dure apparaten
krijgen we een flinke reductie, terwijl de directeur der onderlinge brand-
assurantie van den Limburgschen Land- en Tuinbouwbond, door wiens
bemiddeling de apparaten worden besteld, zal zorgen dat de jaarlijksche
controle en de vullingen gratis geschieden. Ondanks dit alles zal er toch
nog ongeveer f 2000 mede gemoeid zijn, doch B. en W. zijn voornemens
dit bedrag over 2 jaren te verdeelen.
Hiermede meenen B. en W. dat de gemeente het mogelijke heeft
gedaan, doch zij vertrouwen dat de boeren zullen blijven doorgaan met
voor zich zelf brandbluschapparaten aan te schaffen, want hoe eerder
er hulp bij is in een voorkomend geval, hoe beter.
De heer Millen vindt het een tamelijk groot bedrag en vraagt of er
niet eerst met zoo n apparaat kan worden gedemonstreerd.
De Voorzitter zegt, dat er reeds demonstraties mede gehouden zijn
toen juist is gebleken dat de aan te schaffen apparaten de beste
waren. Alvorens de apparaten komen zal spreker echter zorgen dat nog
een flinke demonstratie wordt gehouden, waarbij ook de Raad zal worden
uitgenoodigd.
De heer Odenhoven vraagt of deze apparaten ook geschikt zijn voor
boschbranden, waarop de Voorzitter antwoordt: niet bij uitstek; wel
natuurlijk als men er juist ter plaatse direct bij is.
Wethouder Pubben zegt. dat de Gemeente hiertoe nog te meer wil
overgaan, omdat de brandbluschmiddelen op de gehuchten zoo sobertjes
zijn en er al 'n 140 apparaten door particulieren zijn aangeschaft. Spreker
zou het wel goed vinden dat ook de motorbrandspuit met enkele appa
raten werd uitgerust, dan kunnen de spuitgasten bij aankomst op de
plaats des onheils direct beginnen. Nog zegt spreker dat we aldus over
enkele jaren voordeeliger uit zullen zijn dan nu.
De heer Jacobs vraagt of de apparaten lang goed blijven, waarop
de Voorzitter antwoordt, dat de Boerenbond er wel achter zal zitten
dat ze goed onderhouden wordeu. Daarbij is er nog de jaarlijksche
controle.
Wethouder Pubben zegt, dat de apparaten goed zijn. Dit blijkt wel
hieruit dat de brandassurantie van den Boerenbond f 15 bijbetaalt voor
elk lid, dat zoo'n apparaat aanschaft.
Het voorstel van B. en W. wordt hierna zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
In verband met het voorstel van B. en W. tot het aangaan eener
gemeenschappelijke regeling met de gemeente Wanssum omtrent toelating
van leerlingen als bedoeld in art. 19 der L.O.-wet, zegt de Voorzitter
dat dit besluit, na de bekomen machtiging van Ged. Staten formaliter
nog eens moet worden genomen.
Wordt algemeen goedgevonden.
De ingekomen dankbetuiging der Turnclub St. Christoffel voor ver
leende garantie wordt, na voorlezing door den Voorzitter, voor kennis
geving aangenomen.
Nog is aan de orde het na het opmaken der agenda ingekomen
schrijven van Ged. Staten inzake jaarwedde Burgemeester en Secretaris.
De Voorzitter zegt, dat dit hierop neerkomt dat de Burgemeester f 300
meer salaris zou krijgen en de Secretaris f 200, zulks ingaande 1 Januari
1931. B. en W. zijn echter van oordeel dat het momenteel geen tijd is
voor salarisverhooging en de thans geldende jaarwedden dan ook vol
doende kunnen worden geacht, en stellen voor dienovereenkomstig aan
Ged. Staten te berichten.
Wordt algemeen goedgevonden.
De heer Odenhoven vraagt of B. en W. iets weten omtrent de aan
besteding van de school aan het Veulen, waarop de Voorzitter antwoordt
officieel nog niet.
De heer van Bergen vraagt of het niet gevonden kan worden, dat,
nu er zoo weinig verschil is, een Venrayschen aannemer de school aan
het Veulen wordt gegund. Spreker zou het betreuren als dergelijk werk
grootendeels voor de Venraysche werklieden verloren ging.
De Voorzitter zegt, dat er slechts 2 mogelijkheden zijn, ofwel beperkte
inschrijving alleen voor de inwoners, ofwel openbare inschrijving. Het
blijft echter moeilijk, want als iedereen zich op het standpunt van den
heer van Bergen stelde, zou het er voor de Venraysche aannemers en
werklieden niet beter op worden, aangezien die de laatste paar jaren
meer werk buiten Venray hebben gehad dan in Venray zelf. We zouden
de aannemers hoogstens kunnen verzoeken om zooveel mogelijk Ven
raysche arbeiders te nemen, maar dwingen kunnen we niet. Hiervoor wil
spreker zijn best wel doen.
De heer Odenhoven vraagt of B. en W. geen invloed kunnen uit
oefenen op den bouw der landbouwhuishöudschool, waarop de Voorzitter
ontkennend ontwoerdt*
De heer Odenhoven had anders willen zeggen, dat, waar het Martinus-
fonds door Venray, dus ook Venraysche aannemers en huisvaders,
bijeengebracht, hij het niet meer dan mooi zou vinden, dat ook alle
Venrayers kans krijgen op de aanneming hiervan.
De heer Millen is het hiermede eens. Ook hij zou het erg vinden
als deze door iemand van buiten gemaakt werd.
De Voorzitter zegt hiervan nota te zullen nemen. Hij gelooft dat het
werk wel in Venray zal blijven, het Gemeentebestuur heeft echter hierin
geen beslissing te nemen.
Thans niets meer aan de orde zijnde en geen der leden nog het woord
verlangende, sluit de Voorzitter de vergadering met gebed.
van den
Voorzitter de heer O. L. P. van de Loo, burgemeester.
Secretaris de heer A. F. M. van Haaren.
Afwezig de heeren van Dijck en van Bergen, waarvan de laatste met
kennisgeving.
De Voorzitter opent de vergadering met gebed, waarna de Raad
in geheime zitting gaat.
Na heropening der vergadering stelt de Voorzitter aan de orde
voorstel van B. en W. tot vaststelling eener verordening, betreffende
de classificatie van de gemeente, tot heffing der gemeentefondsbelasting.
De Voorzitter leest de ontwerp-verordening voor, welke algemeen
wordt goedgevonden.
Vervolgens is aan de orde voorstel van B. en W. tot vaststelling
eener verordening betreffende de classificatie van de gemeente, voor de
heffing der Personeele belasting.
De Voorzitter leest de ontwerp-verordening voor.
De heer Millen zag de gemeente liever ingedeeld in de 7e en 8e
klasse. Hij meent, dat de huurwaarde dan beter tot haar recht komt.
De Voorzitter zegt, dat B. en W. daartegen overwegende bezwaren
hebben. Hierdoor zouden er 220 pecceele.i in de Kom en 130 buiten
de Kom meer buiten de belasting vallen dan thans, waardoorde opbrengst
in hoofdsom reeds f 5000.— minder zou worden, Hieibij dan nog de
opcenten ad f 25000.zoodat de andere belastingbetalers weer f 7500
meer zouden moeten opbrengen.
De heer Millen zegt, andere cijfers te hebben. Hij komt niet tot
220 perceelen in de Kom, maar slechts tot 163..
De Voorzitter zegt, zijne gegevens te hebben van den Inspecteur der
Directe Belastingen, dus officieel.
Bij de gehouden trekking blijkt, dat no. 8 getrokken is, zoodat bij
stemmingen in deze vergadering no. 8 der presentielijst, i.e. de heer
Stoot, het eerst zijn stem moet uitbrengen.
De heer Millen handhaaft zijn voorstel, hetwelk echter niet wordt
gesteund.
Het voorstel van B. en W. wordt hierna z. h. s. aangenomen.
Nog is aan de ordevoorstel van B. en W, tot vaststelling der
verordeningen tot heffing en invordering van 50 opcenten op de ver
mogensbelasting.
In stemming gebracht staken hierover de stemmen. Voor stemden de
heeren Stoot, Odenhoven, wethouder Houben, Geurts en Vermeulen.
Tegen de heeren wethouder Pubben, Strijbosch, Nelissen Jacobs en
Goumans.
De heer Millen was tijdens de stemming afwezig.
Het voorstel van B. en W. tot vaststelling der verordeningen tot
heffing en invordering van opcenten op de Gemeentefondsbelasting
wordt vervolgens aangehouden, tot bij de behandeling der Gemeentebe-
grooting. Dit zal dan worden de sluitpost der begrooting.
Vervolgens komt in behandeling het voorstel van B. en W. tot
vaststelling der verordeningen tot heffing en invordering van opcenten
op de hoofdsom der Personeele Belasting.
Wordt algemeen goedgevonden voor dit jaar 50 opcenten te heffen.
Nog wordt behandeld het voorstel van B. en W. tot vaststelling
eener verordening tot vervanging van belastingbedragen, voorkomend
in de wet op de Personeele Belasting 1896 door andere belastingbe
dragen.
De Vo'orzitter leest de voorgestelde bedragen voor en zegt dat. als
dit voorstel wordt aangenomen, de voerdiensten voor de luxe-auto's
kunnen vervallen.
De heer Vermeulen is tegen deze belasting, omdat de opbrengst
zooals uit de memorie van toelichting blijkt, gebruikt wordt voor de
wegen, en dit volgens spreker niet mag.
Volgens art. 41 der wegenbelastingwet mag terzake van het rijden
met motorrijtuigen en rijwielen op den openbaren weg geen rndere
belasting geheven worden dan welke krachtens die wet aan het wegen
fonds ten goede komt en spreker betwijfeld dan ook, of deze belasting
verordening eventueel zal worden goedgekeurd.
De Voorzitter zegt, deze meening niet te kunnen deelen. De opbrengst
komt ook niet uitgesproken ten goede aan het onderhoud der wegen,
zij komt gewoon met de andere belastingen in de gemeentekas ter
completeering van hetgeen voor de gemeentelijke huishouding noodig is,
De heer Millen meent, dat de auto's reeds genoeg belast zijn vooral
de vrachtrijders hebben hun wagen niet voor hun plezier. Hij kan er
zijn stem dan ook niet aan geven.
De heer Stoot vraagt, hoeveel het verschil per auto bedraagt, waarop
de Voorzitter antwoordt dat dit niet precies gezegd kan worden. Dit
hangt van eiken wagen individueel af. In totaal zal de meerdere op
brengst ongeveer f 1000.— bedragen, terwijl het voor de meeste hier
loopende wagens ongeveer f 6 bedraagt.
De heer Vermeulen vraagt, waarom nu juist Venray een uitzondering
moest maken, waarop de Voorzitter antwoordt, dat dit in meer plaatsen
gebeurt, o.a. te Beverwijk.
De heer Vermeulen zegt, zich met alle kracht tegen de totstandkoming
dezer verordening te zullen verzetten.
De heer Goumans zou er voor kunnen zijn, deze belasting niet te
heffen, als ook de hand- en spandiensten werden afgeschaft.
In stemming gebracht werd het voorstel van B. en W. met 8 tegen
3 stemmen aangenomen.
Tegen stemden de heeren Odenhoven. Vermeulen en Millen.
De Voorzitter dankt vervolgens de heeren Raadsleden voor de
aangename wijze, waarop deze belangrijke zaken hier behandeld zijn.
Thans niets meer aan de orde zijnde en geen der leden nog het
woord verlangende, sluit de Voorzitter de vergadering met gebed.
SLOT.
Vijf verschillen tusschen het Noor-
der en Zuidervarken hebben we
gezien, nu volgt het zesde onderscheid.
Het zesde verschil is heel komiek
en dit bestaat wel vooraldaarin.dat
terwijl hier de heele familie minstens
een half jaar plezier heeft van een
geslacht varken, men in Brazilië niet
weet en begrijpt wat ze daar met
zoo'n varken uitvoeren.
Als ze zulk een nuttig beest op
de meest zachtzinnige wijze naar de
andere wereld geholpen hebben, dan
zie je een dag ot wat later 'n paar
magere worstjes in de keuken han
gen, hier en daar een stuk varken
liggen en daarmee afgeloopen
Nier, lever. ham, karbonade,
snoetje, ik bedoel varkenssnoetje,
waar een kennis van me zoo dol op
wasniets daarvan komt op tafel.
De eerste dagen verschijnen er wat
magere ribbetjes, gebakken bloed,
varkensoortjes in stukken gesneden
tusschen bruine boonen verwerkt en
als het 'n heel knappe, (bedoeld
„flinke") keukenprincesis, dan komt
er ook nog wel eens een stukje lever
voor den dag.
Maar dit is dan ook het toppunt
en enkele dagen later hoor of zie je
niets meer van het bewuste varken
Als je dan als man den ijselijken
moed hebt om naar de keuken te
stappen en [als je dan met je hand
stijf om den deurknop van de half
geopende deur in allen deemoed aan
die wijze of dwaze keukenmaagd
durft vragen, wat ze toch met het
varken heeft uitgevoerd, dan moet
je zorgen, dat je niet al te dicht in
de nabijheid van bezemstelen, scof-
blikken of ander keukenwapentuig
komt. Want behalve een paar groote
verwonderde brutale oogen, die
zooveel willen zeggen als „w
bemoei je je mee" (tout comme chez
nous) krijg je ten antwoord porco
nao para carneetc.) hetgeen zooveel
moet beteekenen, als een varken
helpen ze niet naar den varkenshemel
om er vleesch van te hebben, maar
voornamelijk vanwege zijn spek en
vet....
Als je dan na die korte en krach
tige inlichting uit dit beminnelijk
keukenprinsesselijk mondje maakt,,
dat je weg komt, krijgt men meestal
nog een paar lieflijke wenscnen
achternawaar bemoeit hij zich
mee, als ie nog eens komt, gooi ik
hem de keuken uit, die gekke vreem
delingen willen alles beter weten,
denken dat ze overal verstand van
hebben, wat doen ze hier, laten ze
in d'r eigen land blijven enz. enz.
Allemaal historisch, een jongen, die
wel er eens een keukenmeid heeft,
weet er van mee te praten....
Maar, recht is recht en waar is
waar. Hier in dit geval heeft zoo'n
Braziliaansche keuken-madame toch
werkelijk gelijk, 's Lands wijs, 'slands
eer.
Het klimaat oefent nu eenmaal 'n
ontegenzeglijke invloed uit op alles:
op godsdienst, volkeren, ontwikkeling,
gewoonten, gebruiken, enz., zoowel
bij menschen als dieren, dus ook
op het varken I
Vanwege de enorme hitte en
maandenlange droogte kunnen ze
daar nu eenmaal met een dood var
ken niet zoo omspringen als hier;
eenmaal geslacht moeten ze er als
de kippen bij zijn om het tegen be
derf te bewaren. Daarom wordt alles,
wat niet gevoegelijk gezouten of
ingezouten kan worden zooals nier,
lever, tong enz. weggeworpen. De
rest wordt allemaal ingezout. hetgeen
tot worst kan verwerkt worden,
wordt met de nooaige kruien als
peper. zout. knoflook, uien tot worst
verwerkt en behalve het spek blijft
er dus niet veel versch vleesch meer
over als alleen een flink stuk uit de
lendenen. Aangezien er daar in de
binnenlanden geen ijskelders of koel
machines zijn. zit er dus niets anders
op.
Dit neemt echter niet weg, dat de
Brazilianen dol op varkensvleesch
zijn en door hen als een heerlijke
lekkernij beschouwd wordteen
lekker stukje van het varken is ook
overigens zoo kwaad niet. Ze zeggen
wel, dat het niet goed is voor de
gezondheid, dat je er niet te veel
van moet eten, dat je er uitslag,
puistjes enz. van krijgt, ze laten het
echter daarom niet gauw staan. Al
wie nog meer over de nadeelige ge
volgen wil weten van het eten van
varkensvleesch, moet het Oude
Testament maar eens openslaan.
Bij de Brazilianen is het bij een
varken voornamelijk om het vet en
spek te doen, omdat een Braziliaan
sche boer daar nu eenmaal niet
buiten kan. Hoe dikker de vetlaag,
hoe meer waarde het beest heeft.
Het leven van een Braziliaansche
boer is dikwijls allesbehalve lollig.
In de plant, maai, hak en oogsttijd
hebben ze het heel wat zwaarder
dan tegenwoordig hier de boeren;
de eenvoudigste Peel-boer zou er
wellicht nog voor bedanken. Dan is
het weken en maanden achtereen
werken bovenop of tegen dè helling
van bergen in een zonnengloed zóó
fel, dat alle vettige en sappige be-
standdeelen in één, twee dagen uit
hun lichaam verdwenen zouden zijn,
indien ze het niet dagelijks door
liters water en door het noodige vet
en spek te gebruiken bijhielden. Vet
en spek is dus voor die menschen
een noodzakelijke levensvoorwaarde.
Zonder vet of spek waren ze binnen
kort zoo uitgedroogd als een Egyp
tische mummie. Rauw of gekookt
spek zou hun bij die hitt- eenigszins
zwaar op de maag liggen, daarom
eten ze het altijd gebraden ofwel in
groote stukken, zooals hier of in den
vorm van dobbelsteentjes tweemaal
daags bij hun warm eten.
Omdat het getal zeven niet alleen
een mooi, maar zelfs een heilig getal
is, zullen we er nog een zevende
verschil bijvoegen.'
Het Braziliaansche varken is in
tegenstelling met het Nederlandse he
een zeer vriendelijk beest.
Als je in de binnenlanden op reis
bent en je komt ergens te paard een
of'ander dorp, binnenrijden, dan kan
men er zeker van zijn, de eersten
die U begroeten zijn een troep
varkens.... begeeft men zich des
avonds na een zware dagreis ter
ruste, dan is het meestal onder een
zacht, deinend, regelmatig, rytmisch
geronk, geknor, gegons en gezucht
van een dozijn varkens of biggen,
ergens boven, naast of onder je
slaapkamer
Wordt je des morgens wakker,
dan is de eerste morgengroet alweer
een pijnlijk zuchten van een oude
of jonge zeug, welke in haar teedere
varkensmoederliefde aan hare wreede
onverzadigbare, gillende en blerrende
jonge kinderen geeft, wat ze geven
kan....
Verder zijn er in Brazilië behalve
tamme varkens ook nog wilde zwij
nen. Die worden wild genoemd ten
eerste omdat ze erg wild doen, ten
tweede omdat ze in het wild leven
en zich om de heele wereld niet
bekommeren, ten derde omdat ze
dikwijls groote schade doen aan den
landbouw aardappelen, mais en
boonen velden grootelijks verwoesten.
Niemand heeft voordeel van zoo'n