Tweede Blad van. „PEEL El MAAS Transpireerende Verschil in stand. FEUILLETON Zwijgen en vergeven. Zomersproeten vet. Hollywood-Heiligen. Land- en Tuinbouw. Doorzitten Stuk/oopen Zonnebrand Bij Muggebeten ZATERDAG 12 JULI 1930 Eea ea vijftigste Jaargasg No. 29 Naargéén af-stand of tegen-stand. Onder de verschillende leuzen, waarmee het socialisme en anderen de menschen tot zich trekken w;l, is deze dat alle verschil in stand moet verdwijnen. Er moet zijn „vrijheid, gelijkheid en broederschap." We kunnen begrijpen, dat vooral de mindergegoede klassen en standen, en bijzonder zij, die zoogoed als alles te winnen en niets te verliezen hebben, wel veel voor die leuze voelen en zeggen „waarom móeten er rijke menschen zijn Waarom moeten anderen hooger staan dan wij Wat hierop te antwoorden We antwoorden hierop met hetgeen Paus Leo XIII en Paus Pius X heb ben gezegd. Luister „De burgerlijke maatschappij, zooals God haar heeft gesticht, is samen gesteld uit ongelijke bestanddeelen, zooals ook de ledematen van het menschelijke lichaam ongelijk zijn ze allemaal gelijk maken, zou on mogelijk zijn en zou den ondergang derzelfde maatschappij tengevolge hebben. Vandaar komt het, dat het in de burgerlijke maatschappij volgens Gods verordening is, dat er zijn overheden en onderdanen, patroons en werklieden, rijken en armen, geleerden en ongeletterden, voor namen en niet-voornamen, welke allen, verbonden door den band der liefde, elkander moeten helpen om hun laatste doel in den hemel te bereiken en hier op aarde hun stoffe lijk en zedelijk welzijn". Vooreerstzooals God haar (de maatschappij) heeft gesticht" of „volgens God's verordening". Daaruit blijkt, dat het standsverschil van goddelijke instelling is, of, met andere woorden, als het ware voortvloeit uit de ongelijkheid van natuurlijke gaven. Een stommerik zal nooit een ge leerde worden een domoor nooit een goede bedrijfsleider in een groote fabriekiemand, die niet lezen of schrijven kan, nooit dokterenz. Uit de ongelijkheid van natuurlijke gaven volgt vanzelf ongelijkheid in allerlei posities, en dus in geleerd heid, rijkdom, stand enz. Trouwens, in de geschiedenis van eeuwen, zoolang als de wereld be staat is dat altijd zoo geweest, een bewijs, dat het wel uit de natuur van de menschen voorkomt. En tegen de natuur ingaan, en die willen veranderen of verbeteren of ver krachten, dat is een daad van geweld en iedere gewelddaad werkt sloopend en ondermijnend. Een misdaad tegen de natuur straft dan ook op den duur zich-zelf. Dat leert de zondige geboorte beperking maar al te duide lijk. Daarom zegt de Paus „alle menschen gelijk maken, zou onmoge lijk zijn, en zou den ondergang der maatschappij ten gevolge hebben." En zie eens naar die landen, waar het communisme (allen en alles gelijk) de baas is, b.v. Rusland. Zijn daar allen gelijk en hebben daar allen ook alles We gelooven, dat juist in geen enkel land zooveel tyrannie en onderdrukking is als in Rusland dat in geen enkel land de toestanden ook voor de mindere klassen zoo treurig zijn als daar. Het kan toch ook niet anders. Dan worden een voudig diegenen baas en worden diegenen de rijksten. die over de „macht van den sterkste" (door ge weren, gevangenisstraf, foltering en verbanning) beschikken. Naar het Spaanseh. Hij betoogde, op goede gronden, dat zijne zuster een bewoner van die streek moest huwen, zoodat zij het dorp, waar zij opgevoed was, niet behoefde te verlaten, en waarin zij, van vader op zoon, allen ge lukkig, bemind en geacht geleefd hadden. Maar geen dier gegronde aanmerkingen maakte een einde aan de begoocheling van donna Mariana, die met geestdrift de schitterende toekomst van hare Rosalie tegemoet zag. De aanhoudende tegenwerking van haren zoon diende slechts, om de goede vrouw te verbitteren, die hem eindelijk zeide, dat hij zich zeker alleen daarom tegen de ver deeling der goederen verzette, ten einde het beste deel te behouden. Niettegenstaande dit onrecht vaardig verwijt hield de jongeling vol openlijk het huwelijk zijner zuster tegen te gaan, zoodat de moeder, verbitterd over dezen tegenstand en geleid door de meerdere liefde, die zij hare doch ter toedroeg, eindelijk verklaarde, zich nooit van haar te scheiden en haar te volgen, waar zij ging. Wat volgt uit bovenstaande Daar volgt dit uit dat iedereen tevreden moet zijn met den stand en de positie, waarin O. L. Heer hem heeft geplaatst. Maar daar volgt ook uit, dat iedereen gerust met behulp van zijn natuurlijke gaven op eerlijke wijze mag streven naar verbetering van zijn stand, van zijn positie, van zijn vermogen enz. Ja, wanneer men de zorg heeft voor vrouw en kind, is men dat tot op zekere hoogte zelfs verplicht. Maar daar volgt nog meer uit De Paus zegt ook nog „welke allen (n.l. patroon, werklieden, rijken, armen, geleerden, ongeletterden enz.) verbonden door de band der liefde elkander moeten helpen." En daarom schreven we boven dit artikel géén af-stand en geen tegen stand. Het standsverschil mag geen standsverwijdering tengevolge heb ben nog minder standstegenstelling en nog minder klassestrijd. Wanneer de socialisten spreken van vrijheid, gelijkheid en broeder- ichap, dan, zoo zei prof. Kors O.P. het zoo mooi op de vijfde Limburg- sche sociale studieweek „dan spreken zij onze taal. Maar we zijn het vergeten, dat wij de waarachtige vrijheid hebben der kinderen Gods, dat wij de gelijkheid hebben in Christus, dat wij broeders zijn door den eenen Christus, door wien wij allen leven. Al hebben zij (de socia listen) onze leuze, laten wij meer de daad van liefde hebben." Daarom moeten de rijken begrijpen, dat zij al hun geld niet mogen be steden alléén voor hun eigen ik, maar dat God hun dat gegeven heeft ten bate der gemeenschap, voor de goede' zaak, voor hun medemen- schen en bijzonder voor de minder bedeelden, de armen. Dan moeten de patroons begrijpen, dat de fabriek niet is, om hen alleen rijk te maken, maar dat zij van hun winst in overvloedige mate (door goede loonen, kindertoeslag enz.) ook hun levende arbeidskrachten (want wat zijn tenslotte de machines zonder dat moeten laten profiteeren dan moeten de overheden begrijpen, dat zij zoo goed mogelijk moeten zorgen voor het tijdelijke en ook het geeste lijke welzijn hunner onderdanen, in zooverre dat op hun terrein ligt (b.v. door alles te vermijden en tegen te gaan, wat de publieke moraliteit zou in gevaar brengen) dan moeten de hoogere en betere standen ook in alles aan de zooge naamde lagere standen het goede voorbeeld geven, en daardoor vooral toonen, dat zij zooveel hooger zijn en beter dan moeten de meer ont wikkelden en gestudeerden hun kennis, hun invloed en hun activiteit ook aanwenden ten bate van de goede zaak, door zich niet afzijdig te houden van alle katholieke sociale en politieke actie dan moeten de zakenmenschen wel begrijpen, dat hun zaak niet mag misbruikt worden tot bederf van den evenmensch (zooals, om enkele voorbeelden te noemen, bij de filmindustrie, door het maken van slechte films of bij het drank-kapitaal, door het éxploi- teeren van slechte kroegen.) We sluiten met de volgende schoone woorden van professor Kors O.P. „Hoe heerlijk vinden we de waar achtige ^democratie in ons verheven voorbeeld Christus. In Hem zien we vereenigd het hoogere en het lagere. In Hem vinden we den éénigen Zoon van God, den Vader, en den Zoon des menschenden Zoon van David (afstammeling dus van een Koning) en den Zoon van Jozef, den timmer man. Hij is Christus-Koning en Christus-Werkman. Hoog en laag, één in Hem, huwen zich daar tot één arbeid voor het welzijn van den mensch en God en van Gods glorie in den mensch." dwijnen spoedig door een pot §P8®Utoïa Bij ajie Drogisten. Dit voornemen van de waardige weduwe kon den kapitein niet dan aangenaam zijn, die het met groote tevredenheid opnam en het met zijn geheelen invloed onder steunde. Het huwelijk had weinig tijds daarna plaats en het nieuwe ge zin vertrok. Het gezin leefde zeven jaren in onafgebroken vrede, dank zij het engelachtig karakter van moeder en dochter, het ontbreken van elke aanmatiging van haren kant en ook wegens den kleinen huise- lijken kring, waarin zij zich be wogen. Het bestaan der twee vrouwen beperkle zich tot het be wonderen van den kapitein, die commandant geworden was en tot hel hartstochtelijk beminnen van de drie kinderen, die uit hun huwelijk geboren waren. Builen dat weinige, werden zij als nulliteiten beschouwd, verduis terd als zij werden door den alles overtreffenden trots van den over ste Penal ta. Eene treurige wereld is het, waar men slechts door ze te ver overen eene plaats verkrijgt, en waar men ze slechts behoudt, door zich af te zonderen 1 Zwakke en arme menschheid, die den mensch vernedert, die zich met zedigheid helpt, en die den onbeschaamde eert, die zich weet te verheffen. Dit schouwspel bewijst onze men schelijke minderheid, en is vol doende, om ons naar die hoogere Er was nog precies éen flinke vier kante meter open op de schutting een oase-van-iust in die schel schreeuwende kleuren van reclame en verkiezingsplaten. 'e oog kon er juist even op uit rusten en bekomen van de kleuren- herrie, honderd meter lang, langs de schutting. Maar daar kwam Jan de Plakker, in zijn wit pakje, met zijn glimmend petje, met zijn tasch-op-zij met een stijfsel-emmer en een kwast met langen stok en 't was gedaan met het rustige onbeplakte vierkante metertje. Jan zette zijn ingrediënten neer. vouwde 't groot vel open, ving 't op zijn kwast en plakte het met zijn witten achterkant tegen de schutting, met drie, vier vliegensvlugge streken de voorover vallende punten glad strijkend. Het nieuwe plakkaat schreeuwde nog harder dan de anderen blauw tegen rood, en rood tegen groen. Links in den hoek renden paarden weg die blijkbaar een kostbaren last mee droegen, rechts in den hoek keken gerokte apachen, met cham pagne flesschen op den achtergrond, een opgedirkte dikke juffrouw drei gend aan. Beneden recnts kregen „ze" elkaar waarschijnlijk. Beneden links, in medaillon, 'n lachende vrouwenkop, zooals je die vroeger toekreeg bij een doosje cigaretten, op een zwart plaatje, en er onder met wijdpootige en breed uitgesmeerde letters Liefde op Kookpunt." In de hoofdrol de nieuw ontdekte filmster, die heel Chicago dol maakte: Carla Pourpasta. Een groepje slagersjongens en ander winkelpersoneel lieten hun klanten een tam kwartiertje wachten, om de nieuwe diva met slagers- en kruideniers-oogen en misschien wel met andere oogen, op te nemen. Eenige voorbijgangers bleven staan. Aan hun verbeelding gingen visioe nen voorbij van aangrijpende liefdes- romantiek, en ze gingen weer verder. Ze peilden hun memorie wie de laatste nieuwe Hollywood-heilige was, maar ze schudden het hoofd ze waren haar of hem vergeten, ofschoon hij toch pas gisteren op de schuttingen gecanonizeerd werd met den titel„de super-heldenrol". Maar enfin dit was de laatste, in ieder geval. Carla Pourpasta, die heel Chicago dol maakte. Elke dag brengt een nieuwe Holly wood-heilige, aangekondigd met ge weldige woorden en-in-de-overtref- feride-trap-benaderingen, zoodat bin nenkort de reclame-bureaux geen woorden meer zullen vinden om de allerlaatst ontdekte filmdiva een aan haar enorme super-capaciteiten beantwoordende benaming te geven. Elke dag, een nieuwe Hollywood- heilige. Welke heiligen-index kan ze nog bevatten. Ze zijn niet meer te tellen. Ik denk er met schrik aan, dat ik ben groot gebracht met geen andere modellen en figuren om mee te dwepen dan de H. Antonius, de H. Ignatius, de H. Gerardus-Majella, voor het geestelijk leven en daarnaast voor het laat ik maar zeggen, ontspannings leven Phileas Fog, uit de Reis om de Wereld in 80 dagen van Jules Verne; Dik Trom, Percy Winn, en Tijl Uilenspiegel in een gefatsoeneer de editie, plus eenige Indianenhelden als de Woudlooper, etc. Dat waren boeken van respectabele lengte, waarover je eenige weken las, zoodat je hoogstens als je een liefhebber van lezen was per drie weken een nieuwen heilige ter navolging er bij kreeg. Gewoonlijk waren ze daarenboven niet na te volgen, met hun prairie-jachten en Indianen gevechten en wat er wel van na te volgen was, zooals in Percy Winn en Tom Playfair, was in hooge mate netjes en van groot fatsoen. Maar wat doen we met al die vreemde buitenlandscbe snuiters, met hun malle namen en hun nog veel mallere avonturen, waarvan 't vrouwelijke gedeelte bijna altijd in zwijm valt of geschaakt wordt of verleidersrollen speelt, waarvan het mannelijke gedeelte steelt of schaakt (niet op een schaakbord) of moordt of zich laat scheiden, en die bijna allen, en mannen en vrouwen, krank zinnig verliefd zijn en zich op grond daarvan van alles permitteeren En die moderne heiligen zien er zoo raar uit ze hebben zoo weinig aan, je wordt er zoo slap van en dan dat gewerk met hun oogen, dat smachteD, dat sentimen- teele sterven van liefde. En allemaal dingen, die wel nage volgd kunnen worden en ook inder daad nagevolgd worden. Ja, nu begrijp ik waarom de wereld nu gekker is dan vroeger. rechtvaardigheid te doen verlangen die door geen praal verbijsterd wordt, en voor wie geene duister nis ondoordringbaar is. Zoo ging het ook met deze twee vrouwen; hare zedigheid, die alles verdroeghare nederigheid die toegafhare goedheid, die zich voor iedereen en alles schikte, wel verre van gewaardeerd te worden als de fijnste en volmaakste parelen van alle vrouwelijke edelgesteen ten, dienden slechts om haar als zwak en krachteloos te doen beschouwen, en om bij hem, dien zij zoo gaarne hoogachtten, het gevoel van verachting en over- heersehing te versterken. Don Andres Penalla, die met eene groote eigenliefde behebd was, en eene buitensporige be geerte koesterde om voor een man van verdienste door te gaan,, behandelde zijne vrouw en schoon moeder in tegenwoordigheid van vreemden met achting en wel willendheid, en daalde wel eens genadig af naar de spheren van haar, die zich zoo zeer tot hem neigden maar stelde zich daar voor in den huiselijken kring schadeloos, door haar met trotsch- heid en de grootste yerachting te behandelen. De linkschheden of dwaasheden van Rosalie in gezelschappen, verontwaardigden hem. Het was evenwel gemakkelijk te begrijpen, dat de arme jonge vrouw, in eene pachthoeve opgevoed, niets wist bang te zijn voor blootwoelen van den kleine, dat is het instinctmatig verweer van baby tegen overver hitting. Men bade de kinderen veel en late ze gerust flink spartelen. En men lette er vooral op, den kinderen geen melk, soep of bouillon van den vorigen dag te geven. Juist des zomers kunnen jonge moeders veel nut hebben van de adviezen van de consultatiebureaux van den gemeentelijken geneeskun digen dienst. Groene Kruis enz. en men verzuime niet in voorkomende gevallen dat advies in te winnen. Gewaarschuwd moet worden tegen het zich door de zon laten ver branden, zonder daarbij de noodige voorzichtigheid te betrachten. Zonnebaden zijn goed, maar er is een periode noodig van veertien dagen ter voorbereiding op totale zonnebaden (die ten hoogste twee uur achtereen mogen duren). En in den beginne vette men zich in met zoete olie. Men drage bij sterken zonneschijn en ook als men last van hooikoorts heeft, een zonnebril. Aan 't strand is dat altijd aanbevelenswaardig ter voorkoming van hoofdpijn en dui zeligheid. Strijdt tegen muggen en vliegen met klamboe en vliegenmepper: dit komt volwassenen en kinderen ten goede. Hbl. oksels en voeten behandele men met Purolpoeder. Dit is het meest afdoende middel daar voor. Het kost 45 en 60 ct. per bus en is evenals Purol, verkrijgbaar bij Apoth. en Drogisten. De warmte en onze gezondheid. Wenken tot ons aller welzün. In de zomersche warmte van deze weken gevoelen we ons allen anders dan gewooniijk en we vragen ons af, wat we moeten doen en laten, om zoo weinig mogelijk last van de hitte te ondervinden. De last, welken wij van de warm te hebben, is afhankelijk van de vochtigheid van de atmosfeer: is het vochtgehalte laag, dan zal ons de warmte weinig deren. Men zorge in de eerste plaats ook de heeren der schepping voor luchtige, gemakkelijk zittende klee ding; op het kantoor of werkplaats trekke men jas en vest uit en drage er een sporthemd met riem. Voorts is het parool veel baden en was- schen, opdat onze poriën goed ge opend blijven en vooral verzorge men in dit opzicht zijn voeten goed. Men slape met open ramen. En men ete weinig vet en veel vruchten. Alcoholische dranken ge- bruike men vooral niet te veel, maar tegen een verfrisschenden dronk in den vorm van kwast e.d., is abso luut geen bezwaar. IntegendeelEn er bestaat ook geen bezwaar tegen ijs in zijn dranken te gebruiken. Voor zuigelingen dreigt groot ge vaar als ze in deze dagen te warm gekleed worden, ^Oververhitting is voor zuigelingen zelfs levensgevaarlijk. Een enkel flanelletje is voldoende en dan een enkel lakentje. Moeder behoeft niet van de gebruiken en eischen eener volkrijke stad, nóch zich metpraal te kleeden, noch drie of zes uren voor hare toilettafel te zetten. Zij zong niet, zij danste niet, zij speelde niet op de piano, en de zotte eigen liefde van haren man, door al di dingen teleurgesteld, had, om zijne ontevredenheid te betuigen, een woord aangenomen, waarmede hij zijne arme vrouw onophoudelijk martelde en vernederde: Gij kunt niets 1 Twee dingen zijn er, waartegen eene harde en kwaadwillige over- heersching niets vermag: het ijzer, dal altijd met gelijke kracht weer stand biedt, en het riet, dat altijd buigt. Daarom heerschte er in dat huis een onverstoorbare vrede, het oppergezag, dat er in heerschte, ontmoette slechts buigzame en zwakke riethalmen. De wil van den dwingeland ging over dat huisgezin, gelijk de vlagen van den orkaan over eene effene vlakte. Intusschen was deze vlakte niet onvruchtbaar noch verlaten, zij was met zacht en frisch groen bedekt. VI. Het beschreven blad. Gedurende dien tijd, werd de verhouding lusschen donna Ma riana en haar zoon gedurig bit terder. De goede dame, in alles haren schoonzoon gehoorzaam, gelegenheid voor hun product te zoeken. Dat konden ze niet omdat ze nog zoo buitengewoon slecht zijn georganiseerd, In de organisatie van de boeren ligt hun kracht. Dat ze dat zelfs nu nog niet beseffen, wijst er wel op, dat de groote ernst van den toestand nog niet volkomen tot hen is doorgedrongen. Zoo goed als de tuinders er zelf op uitgaan, om hun producten aan den man te brengen, zoo zullen ook de boeren-organisa- ties er hun réizigers op af moeten sturen cm afzetgebied te vinden. En dan zal men zien. dat er nog plaats is voor ons product. Al was het alleen maar zaaizaad en poot- goed. Daarvoor alleen is nog ruim plaats, maai men moet niet wachten, tot men er om komt. Men moet er op uit. En dan zal men. wanneer men tenminste een hechte organisatie heeft, zeker een goed deel van het beste van onze gewassen ais zaai- en pootgoed over de grens doen gaan tegen een behoorlijke prijs. Eureka 1 Dat zeide de heer Colijn verleden week Zaterdag niet, toen hij in Goes over de crisis in den landbouw sprak. De boeren onder zijn hoorders zullen dat misschien wel gehoopt hebben, maar ook bij hem was het eind van het liedje Help uzelf! Van bescherming in het algemeen wilde hij niets weten, wat wel niet te verwonderen is van den man van Genève. Intusschen is het te hopen, dat de boeren meer krijgen, dan de heer Colijn ze zou willen geven, n.l. alleen wat steun op de suikerbietenteelt en wat steun op de aardappelmeelfabrieken. Dat is niet al te veel. Hij drong wel zeer aan op verso bering van levenswijzen, maar als men er zoo voor staat, zal het niet lang duren, of men zal wel moeten versoberen, of men wil of niet. Maar het Eureka, hoe moest men geraken uit de impasse, waar de productiekosten thans op 165 staan, terwijl de waarde van de producten 75 aanwijst wist hij niet te geven. En dan zal men het er wel over eens zijn, dat er meer zal moeten gebeuren dan wat steun 'aan suiker en aardappelmeel en versobering in levenswijzen. We hadden van een econoom als de heer Colijn is mogen ver wachten, dat hij andere wegen had gewezen, maar helaas die bleven uit. We moeten dus maar weer vragen Zuster Anne ziet ge nog niets, nog niet een vleugje van herstel komen. Misschien, dat de commissie van Lovink een antwoord daarop geeft. Deze week komt de Tweede Kamer bijeen om over de landbouwcrisis te beraadslagen. We zullen dan wel hooren, wat de commissie meent, dat er te doen valt. Het is zeker heel gemakkelijk nu van de regeering een heele massa te vragen, maar de boeren blijven graag baas op eigen erf en over de zelf verbouwde producten. En nu komt het me voor, dat de boeren wel wat meer recht van vragen zouden hebben, wanneer ze zelf al het mogelijke hadden gedaan, om op welke manier dan ook afzet- bij Doos 30-60-90 ct. Tubt 80 ct-Bïj Apoth. 6 Drogisten 885-14 Ingekomen en vertrokken personen van 29 Juni tot 4 Juli. INGEKOMEN: J. M. Derkx, dienstbode, Buiten weg 6 van Maashees; M. H. v. d. Heuvel, idem, Bosch- weg 4 van Venlo A. M. G. Weijs, z.b., Leunen K 78 van Sevenum E. Bouten, dienstbode. Hofstraat 10 van Vierlingsbeek; A. M, v. Dijck, R.K. Priester, idem, van Weert; J. B. v. Gaaien, kleermaker, Marktstraat 6, van Ewijk J. Lucassen, dienstknecht. Casten- ray G 37b, van Bergen; P. C. Verheijen, dienstbode, Veulen H 16, van Horst M. v. d. Heuvel, dienstbode, Grootestraat 6 van Weeze M. C. Cuijpers, winkeljuffrouw, Groote Straat 14 van Hoensbroek. VERTROKKEN M. M. O, Collaert, winkeljuffrouw, naar Eindhoven M. J. Ver voort, verpleger, naar Grubbenvorst P. F. M. Rieter, z.b„ naar Venlo; A. J. Stoffels, winkeljuffrouw, naar Horn A. Creemers, chauffeur, naar. Cuyk; A. J. Opheij, verpleger, naar Grubbenvorst M. J. Diktenzee, z.b., naar Venlo; A. Harks, verpleegster, naar Eind hoven J. P. Franssen, dienstbode, naar Venlo H. Lichteveld, rijwielhersteller, naar Amstenrade G. P. Th. Michels, dienstbode, naar Apeldoorn. en Beten van Andere Insecten geeft het inwrijven met PUROL dadelijk verlichting nam de rekeningen niet aan, welke de jongeling haar zond, die voort gegaan was het goed zijner moeder dat met het zijne verbonden was gebleven, te beheeren. Zich naar de meening en raadgevingen van don Adres schikkende, verlangde donna Mariana, na veel twisten, de verdeeling en het te gelde maken van hetgeen haar toekwam. Deze zaak was weinig tijds na de aankomst der familie Ie M... ge beurd. Deze uilslag stelde iedereen tevreden, en de goede dame ge voelde zich van een zwaren last ontheven, daar zij zich voorstelde, dat zij door dit middel elke reden van twist, zoowel met haren zoon al met haren schoonzoon, voor de toekomst had doen verdwijnen. Op zekeren morgen, na haren terugkeer uit de kerk, had een makelaar, die de zaakwaarnemer van haren zoon was, de goede dame een bezoek gebracht en vijf honderd oneen goud overhandigd! de laatste som van haar te gelde gemaaktvermogen. Donna Mariana had de kwitantie geteekend, en, naast hare dochter gezeten, wenschte zij zich geluk, dat de zaak ten einde was, toen de oudste van hare kleinkinderen, die uit de school kwam, binnen trad. Het kind hield vol vreugde eene blad zijde in de hand, welke het be schreven had, en toonde ze aan zijne grootmoeder. Deze nam het blad met begeerte en die vriende iijkheid, welke bij haar opgewekt werden door alles wat hare klein kinderen deden. Zij las de spreuk, die met vaste hand op den eersten regel geschreven, en op eiken regel, door het kind nageschreven, herhaald wasReken niet op den dag van morgen, gij zijt niet zeker hem te zien Grootmoeder beschouwde eiken regel met een goedkeurend voor komen, en zeide tot het kind Hel is alles hetzelfde, mijn kleine Andres! Ja, grootma, zeide deze, al de regels zeggen hetzelfde als het voorschrift, behalve de laatste. De grootmoeder vestigde er de oogen op en las: Geschreven door Andrés Penalta, 20 Maart 1840. Kleine, hernam de dame, wij hebben heden eerst den 19en,het feest van den patriarch. Het kind begon te lachen en antwoordde Hel is waar, ik heb mij ver gist; maar wat komt er dat op aan Veronderstel, dat ik het morgen schrijf. Vergeel gij zo6 spoedig de spreuken, die gij schrijft zeide hem zijne grootmoeder. Staat er niet: »Reken niet op den dag van morgengij zijt niet zeker hem te zien. Welnu, ik zal het veranderen, antwoordde het kind, dat het blad nam en op een draf wegliep. Een oogenblik later kwam het terug, en gaf het blad aan zijne groot moeder over. Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1930 | | pagina 5