Tweede Blad van. „PEEL El MAAS
Transpireerende
Verschil in stand.
FEUILLETON
Zwijgen en vergeven.
Zomersproeten vet.
Hollywood-Heiligen.
Land- en Tuinbouw.
Doorzitten
Stuk/oopen
Zonnebrand
Bij Muggebeten
ZATERDAG 12 JULI 1930
Eea ea vijftigste Jaargasg No. 29
Naargéén af-stand
of tegen-stand.
Onder de verschillende leuzen,
waarmee het socialisme en anderen
de menschen tot zich trekken w;l,
is deze dat alle verschil in stand
moet verdwijnen. Er moet zijn
„vrijheid, gelijkheid en broederschap."
We kunnen begrijpen, dat vooral
de mindergegoede klassen en standen,
en bijzonder zij, die zoogoed als
alles te winnen en niets te verliezen
hebben, wel veel voor die leuze
voelen en zeggen „waarom móeten
er rijke menschen zijn Waarom
moeten anderen hooger staan dan
wij
Wat hierop te antwoorden
We antwoorden hierop met hetgeen
Paus Leo XIII en Paus Pius X heb
ben gezegd. Luister
„De burgerlijke maatschappij, zooals
God haar heeft gesticht, is samen
gesteld uit ongelijke bestanddeelen,
zooals ook de ledematen van het
menschelijke lichaam ongelijk zijn
ze allemaal gelijk maken, zou on
mogelijk zijn en zou den ondergang
derzelfde maatschappij tengevolge
hebben. Vandaar komt het, dat het
in de burgerlijke maatschappij volgens
Gods verordening is, dat er zijn
overheden en onderdanen, patroons
en werklieden, rijken en armen,
geleerden en ongeletterden, voor
namen en niet-voornamen, welke
allen, verbonden door den band der
liefde, elkander moeten helpen om
hun laatste doel in den hemel te
bereiken en hier op aarde hun stoffe
lijk en zedelijk welzijn".
Vooreerstzooals God haar (de
maatschappij) heeft gesticht" of
„volgens God's verordening". Daaruit
blijkt, dat het standsverschil van
goddelijke instelling is, of, met andere
woorden, als het ware voortvloeit
uit de ongelijkheid van natuurlijke
gaven.
Een stommerik zal nooit een ge
leerde worden een domoor nooit
een goede bedrijfsleider in een groote
fabriekiemand, die niet lezen of
schrijven kan, nooit dokterenz.
Uit de ongelijkheid van natuurlijke
gaven volgt vanzelf ongelijkheid in
allerlei posities, en dus in geleerd
heid, rijkdom, stand enz.
Trouwens, in de geschiedenis van
eeuwen, zoolang als de wereld be
staat is dat altijd zoo geweest, een
bewijs, dat het wel uit de natuur
van de menschen voorkomt. En tegen
de natuur ingaan, en die willen
veranderen of verbeteren of ver
krachten, dat is een daad van geweld
en iedere gewelddaad werkt sloopend
en ondermijnend. Een misdaad tegen
de natuur straft dan ook op den
duur zich-zelf. Dat leert de zondige
geboorte beperking maar al te duide
lijk.
Daarom zegt de Paus „alle
menschen gelijk maken, zou onmoge
lijk zijn, en zou den ondergang der
maatschappij ten gevolge hebben."
En zie eens naar die landen, waar
het communisme (allen en alles gelijk)
de baas is, b.v. Rusland. Zijn daar
allen gelijk en hebben daar allen ook
alles We gelooven, dat juist in
geen enkel land zooveel tyrannie en
onderdrukking is als in Rusland
dat in geen enkel land de toestanden
ook voor de mindere klassen zoo
treurig zijn als daar. Het kan toch
ook niet anders. Dan worden een
voudig diegenen baas en worden
diegenen de rijksten. die over de
„macht van den sterkste" (door ge
weren, gevangenisstraf, foltering en
verbanning) beschikken.
Naar het Spaanseh.
Hij betoogde, op goede gronden,
dat zijne zuster een bewoner van
die streek moest huwen, zoodat zij
het dorp, waar zij opgevoed was,
niet behoefde te verlaten, en waarin
zij, van vader op zoon, allen ge
lukkig, bemind en geacht geleefd
hadden. Maar geen dier gegronde
aanmerkingen maakte een einde
aan de begoocheling van donna
Mariana, die met geestdrift de
schitterende toekomst van hare
Rosalie tegemoet zag.
De aanhoudende tegenwerking
van haren zoon diende slechts, om
de goede vrouw te verbitteren, die
hem eindelijk zeide, dat hij zich
zeker alleen daarom tegen de ver
deeling der goederen verzette, ten
einde het beste deel te behouden.
Niettegenstaande dit onrecht
vaardig verwijt hield de jongeling
vol openlijk het huwelijk zijner
zuster tegen te gaan, zoodat de
moeder, verbitterd over dezen
tegenstand en geleid door de
meerdere liefde, die zij hare doch
ter toedroeg, eindelijk verklaarde,
zich nooit van haar te scheiden
en haar te volgen, waar zij ging.
Wat volgt uit bovenstaande
Daar volgt dit uit dat iedereen
tevreden moet zijn met den stand en
de positie, waarin O. L. Heer hem
heeft geplaatst. Maar daar volgt ook
uit, dat iedereen gerust met behulp
van zijn natuurlijke gaven op eerlijke
wijze mag streven naar verbetering
van zijn stand, van zijn positie, van
zijn vermogen enz. Ja, wanneer men
de zorg heeft voor vrouw en kind,
is men dat tot op zekere hoogte
zelfs verplicht.
Maar daar volgt nog meer uit
De Paus zegt ook nog „welke
allen (n.l. patroon, werklieden, rijken,
armen, geleerden, ongeletterden enz.)
verbonden door de band der liefde
elkander moeten helpen."
En daarom schreven we boven dit
artikel géén af-stand en geen tegen
stand.
Het standsverschil mag geen
standsverwijdering tengevolge heb
ben nog minder standstegenstelling
en nog minder klassestrijd.
Wanneer de socialisten spreken
van vrijheid, gelijkheid en broeder-
ichap, dan, zoo zei prof. Kors O.P.
het zoo mooi op de vijfde Limburg-
sche sociale studieweek „dan spreken
zij onze taal. Maar we zijn het
vergeten, dat wij de waarachtige
vrijheid hebben der kinderen Gods,
dat wij de gelijkheid hebben in
Christus, dat wij broeders zijn door
den eenen Christus, door wien wij
allen leven. Al hebben zij (de socia
listen) onze leuze, laten wij meer de
daad van liefde hebben."
Daarom moeten de rijken begrijpen,
dat zij al hun geld niet mogen be
steden alléén voor hun eigen ik,
maar dat God hun dat gegeven
heeft ten bate der gemeenschap, voor
de goede' zaak, voor hun medemen-
schen en bijzonder voor de minder
bedeelden, de armen. Dan moeten
de patroons begrijpen, dat de fabriek
niet is, om hen alleen rijk te
maken, maar dat zij van hun winst
in overvloedige mate (door goede
loonen, kindertoeslag enz.) ook hun
levende arbeidskrachten (want wat
zijn tenslotte de machines zonder
dat moeten laten profiteeren dan
moeten de overheden begrijpen, dat
zij zoo goed mogelijk moeten zorgen
voor het tijdelijke en ook het geeste
lijke welzijn hunner onderdanen, in
zooverre dat op hun terrein ligt
(b.v. door alles te vermijden en
tegen te gaan, wat de publieke
moraliteit zou in gevaar brengen)
dan moeten de hoogere en betere
standen ook in alles aan de zooge
naamde lagere standen het goede
voorbeeld geven, en daardoor vooral
toonen, dat zij zooveel hooger zijn
en beter dan moeten de meer ont
wikkelden en gestudeerden hun
kennis, hun invloed en hun activiteit
ook aanwenden ten bate van de
goede zaak, door zich niet afzijdig
te houden van alle katholieke sociale
en politieke actie dan moeten de
zakenmenschen wel begrijpen, dat
hun zaak niet mag misbruikt worden
tot bederf van den evenmensch
(zooals, om enkele voorbeelden te
noemen, bij de filmindustrie, door
het maken van slechte films of bij
het drank-kapitaal, door het éxploi-
teeren van slechte kroegen.)
We sluiten met de volgende
schoone woorden van professor
Kors O.P.
„Hoe heerlijk vinden we de waar
achtige ^democratie in ons verheven
voorbeeld Christus.
In Hem zien we vereenigd het
hoogere en het lagere. In Hem
vinden we den éénigen Zoon van
God, den Vader, en den Zoon des
menschenden Zoon van David
(afstammeling dus van een Koning)
en den Zoon van Jozef, den timmer
man. Hij is Christus-Koning en
Christus-Werkman. Hoog en laag,
één in Hem, huwen zich daar tot
één arbeid voor het welzijn van den
mensch en God en van Gods glorie
in den mensch."
dwijnen spoedig door een pot
§P8®Utoïa Bij ajie Drogisten.
Dit voornemen van de waardige
weduwe kon den kapitein niet
dan aangenaam zijn, die het met
groote tevredenheid opnam en het
met zijn geheelen invloed onder
steunde.
Het huwelijk had weinig tijds
daarna plaats en het nieuwe ge
zin vertrok.
Het gezin leefde zeven jaren in
onafgebroken vrede, dank zij het
engelachtig karakter van moeder
en dochter, het ontbreken van
elke aanmatiging van haren kant
en ook wegens den kleinen huise-
lijken kring, waarin zij zich be
wogen. Het bestaan der twee
vrouwen beperkle zich tot het be
wonderen van den kapitein, die
commandant geworden was en
tot hel hartstochtelijk beminnen
van de drie kinderen, die uit hun
huwelijk geboren waren.
Builen dat weinige, werden zij
als nulliteiten beschouwd, verduis
terd als zij werden door den alles
overtreffenden trots van den over
ste Penal ta.
Eene treurige wereld is het,
waar men slechts door ze te ver
overen eene plaats verkrijgt, en
waar men ze slechts behoudt, door
zich af te zonderen 1 Zwakke en
arme menschheid, die den mensch
vernedert, die zich met zedigheid
helpt, en die den onbeschaamde
eert, die zich weet te verheffen.
Dit schouwspel bewijst onze men
schelijke minderheid, en is vol
doende, om ons naar die hoogere
Er was nog precies éen flinke vier
kante meter open op de schutting
een oase-van-iust in die schel
schreeuwende kleuren van reclame
en verkiezingsplaten.
'e oog kon er juist even op uit
rusten en bekomen van de kleuren-
herrie, honderd meter lang, langs de
schutting.
Maar daar kwam Jan de Plakker,
in zijn wit pakje, met zijn glimmend
petje, met zijn tasch-op-zij met een
stijfsel-emmer en een kwast met
langen stok en 't was gedaan met
het rustige onbeplakte vierkante
metertje.
Jan zette zijn ingrediënten neer.
vouwde 't groot vel open, ving 't
op zijn kwast en plakte het met zijn
witten achterkant tegen de schutting,
met drie, vier vliegensvlugge streken
de voorover vallende punten glad
strijkend.
Het nieuwe plakkaat schreeuwde
nog harder dan de anderen blauw
tegen rood, en rood tegen groen.
Links in den hoek renden paarden
weg die blijkbaar een kostbaren last
mee droegen, rechts in den hoek
keken gerokte apachen, met cham
pagne flesschen op den achtergrond,
een opgedirkte dikke juffrouw drei
gend aan.
Beneden recnts kregen „ze" elkaar
waarschijnlijk. Beneden links, in
medaillon, 'n lachende vrouwenkop,
zooals je die vroeger toekreeg bij
een doosje cigaretten, op een zwart
plaatje, en er onder met wijdpootige
en breed uitgesmeerde letters
Liefde op Kookpunt."
In de hoofdrol de nieuw ontdekte
filmster, die heel Chicago dol maakte:
Carla Pourpasta.
Een groepje slagersjongens en
ander winkelpersoneel lieten hun
klanten een tam kwartiertje wachten,
om de nieuwe diva met slagers- en
kruideniers-oogen en misschien wel
met andere oogen, op te nemen.
Eenige voorbijgangers bleven staan.
Aan hun verbeelding gingen visioe
nen voorbij van aangrijpende liefdes-
romantiek, en ze gingen weer verder.
Ze peilden hun memorie wie de
laatste nieuwe Hollywood-heilige
was, maar ze schudden het hoofd
ze waren haar of hem vergeten,
ofschoon hij toch pas gisteren op
de schuttingen gecanonizeerd werd
met den titel„de super-heldenrol".
Maar enfin dit was de laatste,
in ieder geval.
Carla Pourpasta, die heel Chicago
dol maakte.
Elke dag brengt een nieuwe Holly
wood-heilige, aangekondigd met ge
weldige woorden en-in-de-overtref-
feride-trap-benaderingen, zoodat bin
nenkort de reclame-bureaux geen
woorden meer zullen vinden om de
allerlaatst ontdekte filmdiva een aan
haar enorme super-capaciteiten
beantwoordende benaming te geven.
Elke dag, een nieuwe Hollywood-
heilige.
Welke heiligen-index kan ze nog
bevatten. Ze zijn niet meer te tellen.
Ik denk er met schrik aan, dat ik
ben groot gebracht met geen andere
modellen en figuren om mee te dwepen
dan de H. Antonius, de H. Ignatius,
de H. Gerardus-Majella, voor het
geestelijk leven en daarnaast voor
het laat ik maar zeggen, ontspannings
leven Phileas Fog, uit de Reis om
de Wereld in 80 dagen van Jules
Verne; Dik Trom, Percy Winn, en
Tijl Uilenspiegel in een gefatsoeneer
de editie, plus eenige Indianenhelden
als de Woudlooper, etc.
Dat waren boeken van respectabele
lengte, waarover je eenige weken
las, zoodat je hoogstens als je
een liefhebber van lezen was per
drie weken een nieuwen heilige ter
navolging er bij kreeg. Gewoonlijk
waren ze daarenboven niet na te
volgen, met hun prairie-jachten en
Indianen gevechten en wat er wel
van na te volgen was, zooals in
Percy Winn en Tom Playfair, was
in hooge mate netjes en van groot
fatsoen.
Maar wat doen we met al die
vreemde buitenlandscbe snuiters, met
hun malle namen en hun nog veel
mallere avonturen, waarvan 't
vrouwelijke gedeelte bijna altijd in
zwijm valt of geschaakt wordt of
verleidersrollen speelt, waarvan het
mannelijke gedeelte steelt of schaakt
(niet op een schaakbord) of moordt
of zich laat scheiden, en die bijna
allen, en mannen en vrouwen, krank
zinnig verliefd zijn en zich op grond
daarvan van alles permitteeren
En die moderne heiligen zien er
zoo raar uit ze hebben zoo
weinig aan, je wordt er zoo slap
van en dan dat gewerk met hun
oogen, dat smachteD, dat sentimen-
teele sterven van liefde.
En allemaal dingen, die wel nage
volgd kunnen worden en ook inder
daad nagevolgd worden.
Ja, nu begrijp ik waarom de wereld
nu gekker is dan vroeger.
rechtvaardigheid te doen verlangen
die door geen praal verbijsterd
wordt, en voor wie geene duister
nis ondoordringbaar is.
Zoo ging het ook met deze twee
vrouwen; hare zedigheid, die alles
verdroeghare nederigheid die
toegafhare goedheid, die zich
voor iedereen en alles schikte, wel
verre van gewaardeerd te worden
als de fijnste en volmaakste parelen
van alle vrouwelijke edelgesteen
ten, dienden slechts om haar als
zwak en krachteloos te doen
beschouwen, en om bij hem, dien
zij zoo gaarne hoogachtten, het
gevoel van verachting en over-
heersehing te versterken.
Don Andres Penalla, die met
eene groote eigenliefde behebd
was, en eene buitensporige be
geerte koesterde om voor een man
van verdienste door te gaan,,
behandelde zijne vrouw en schoon
moeder in tegenwoordigheid van
vreemden met achting en wel
willendheid, en daalde wel eens
genadig af naar de spheren van
haar, die zich zoo zeer tot hem
neigden maar stelde zich daar
voor in den huiselijken kring
schadeloos, door haar met trotsch-
heid en de grootste yerachting te
behandelen.
De linkschheden of dwaasheden
van Rosalie in gezelschappen,
verontwaardigden hem. Het was
evenwel gemakkelijk te begrijpen,
dat de arme jonge vrouw, in eene
pachthoeve opgevoed, niets wist
bang te zijn voor blootwoelen van
den kleine, dat is het instinctmatig
verweer van baby tegen overver
hitting.
Men bade de kinderen veel en
late ze gerust flink spartelen. En
men lette er vooral op, den kinderen
geen melk, soep of bouillon van
den vorigen dag te geven.
Juist des zomers kunnen jonge
moeders veel nut hebben van de
adviezen van de consultatiebureaux
van den gemeentelijken geneeskun
digen dienst. Groene Kruis enz. en
men verzuime niet in voorkomende
gevallen dat advies in te winnen.
Gewaarschuwd moet worden tegen
het zich door de zon laten ver
branden, zonder daarbij de noodige
voorzichtigheid te betrachten.
Zonnebaden zijn goed, maar er
is een periode noodig van veertien
dagen ter voorbereiding op totale
zonnebaden (die ten hoogste twee
uur achtereen mogen duren). En in
den beginne vette men zich in met
zoete olie.
Men drage bij sterken zonneschijn
en ook als men last van hooikoorts
heeft, een zonnebril. Aan 't strand
is dat altijd aanbevelenswaardig ter
voorkoming van hoofdpijn en dui
zeligheid.
Strijdt tegen muggen en vliegen
met klamboe en vliegenmepper: dit
komt volwassenen en kinderen ten
goede. Hbl.
oksels en voeten
behandele men met Purolpoeder. Dit
is het meest afdoende middel daar
voor. Het kost 45 en 60 ct. per bus
en is evenals Purol, verkrijgbaar bij
Apoth. en Drogisten.
De warmte en onze
gezondheid.
Wenken tot ons aller welzün.
In de zomersche warmte van deze
weken gevoelen we ons allen anders
dan gewooniijk en we vragen ons
af, wat we moeten doen en laten,
om zoo weinig mogelijk last van
de hitte te ondervinden.
De last, welken wij van de warm
te hebben, is afhankelijk van de
vochtigheid van de atmosfeer: is
het vochtgehalte laag, dan zal ons
de warmte weinig deren.
Men zorge in de eerste plaats
ook de heeren der schepping voor
luchtige, gemakkelijk zittende klee
ding; op het kantoor of werkplaats
trekke men jas en vest uit en drage
er een sporthemd met riem. Voorts
is het parool veel baden en was-
schen, opdat onze poriën goed ge
opend blijven en vooral verzorge
men in dit opzicht zijn voeten goed.
Men slape met open ramen.
En men ete weinig vet en veel
vruchten. Alcoholische dranken ge-
bruike men vooral niet te veel, maar
tegen een verfrisschenden dronk in
den vorm van kwast e.d., is abso
luut geen bezwaar. IntegendeelEn
er bestaat ook geen bezwaar tegen
ijs in zijn dranken te gebruiken.
Voor zuigelingen dreigt groot ge
vaar als ze in deze dagen te warm
gekleed worden,
^Oververhitting is voor zuigelingen
zelfs levensgevaarlijk. Een enkel
flanelletje is voldoende en dan een
enkel lakentje. Moeder behoeft niet
van de gebruiken en eischen eener
volkrijke stad, nóch zich metpraal
te kleeden, noch drie of zes uren
voor hare toilettafel te zetten. Zij
zong niet, zij danste niet, zij speelde
niet op de piano, en de zotte eigen
liefde van haren man, door al di
dingen teleurgesteld, had, om zijne
ontevredenheid te betuigen, een
woord aangenomen, waarmede hij
zijne arme vrouw onophoudelijk
martelde en vernederde: Gij kunt
niets 1
Twee dingen zijn er, waartegen
eene harde en kwaadwillige over-
heersching niets vermag: het ijzer,
dal altijd met gelijke kracht weer
stand biedt, en het riet, dat altijd
buigt. Daarom heerschte er in dat
huis een onverstoorbare vrede,
het oppergezag, dat er in heerschte,
ontmoette slechts buigzame en
zwakke riethalmen. De wil van
den dwingeland ging over dat
huisgezin, gelijk de vlagen van
den orkaan over eene effene vlakte.
Intusschen was deze vlakte niet
onvruchtbaar noch verlaten, zij
was met zacht en frisch groen
bedekt.
VI.
Het beschreven blad.
Gedurende dien tijd, werd de
verhouding lusschen donna Ma
riana en haar zoon gedurig bit
terder. De goede dame, in alles
haren schoonzoon gehoorzaam,
gelegenheid voor hun product te
zoeken. Dat konden ze niet omdat
ze nog zoo buitengewoon slecht zijn
georganiseerd,
In de organisatie van de boeren
ligt hun kracht. Dat ze dat zelfs
nu nog niet beseffen, wijst er wel
op, dat de groote ernst van den
toestand nog niet volkomen tot hen
is doorgedrongen. Zoo goed als de
tuinders er zelf op uitgaan, om hun
producten aan den man te brengen,
zoo zullen ook de boeren-organisa-
ties er hun réizigers op af moeten
sturen cm afzetgebied te vinden.
En dan zal men zien. dat er nog
plaats is voor ons product. Al was
het alleen maar zaaizaad en poot-
goed. Daarvoor alleen is nog ruim
plaats, maai men moet niet wachten,
tot men er om komt. Men moet er
op uit. En dan zal men. wanneer
men tenminste een hechte organisatie
heeft, zeker een goed deel van het
beste van onze gewassen ais zaai- en
pootgoed over de grens doen gaan
tegen een behoorlijke prijs.
Eureka 1 Dat zeide de heer Colijn
verleden week Zaterdag niet, toen
hij in Goes over de crisis in den
landbouw sprak. De boeren onder
zijn hoorders zullen dat misschien
wel gehoopt hebben, maar ook bij
hem was het eind van het liedje
Help uzelf!
Van bescherming in het algemeen
wilde hij niets weten, wat wel niet
te verwonderen is van den man
van Genève. Intusschen is het te
hopen, dat de boeren meer krijgen,
dan de heer Colijn ze zou willen
geven, n.l. alleen wat steun op de
suikerbietenteelt en wat steun op de
aardappelmeelfabrieken. Dat is niet
al te veel.
Hij drong wel zeer aan op verso
bering van levenswijzen, maar als
men er zoo voor staat, zal het niet
lang duren, of men zal wel moeten
versoberen, of men wil of niet.
Maar het Eureka, hoe moest men
geraken uit de impasse, waar de
productiekosten thans op 165 staan,
terwijl de waarde van de producten
75 aanwijst wist hij niet te geven.
En dan zal men het er wel over
eens zijn, dat er meer zal moeten
gebeuren dan wat steun 'aan suiker
en aardappelmeel en versobering in
levenswijzen.
We hadden van een econoom
als de heer Colijn is mogen ver
wachten, dat hij andere wegen had
gewezen, maar helaas die bleven
uit. We moeten dus maar weer
vragen Zuster Anne ziet ge nog
niets, nog niet een vleugje van
herstel komen.
Misschien, dat de commissie van
Lovink een antwoord daarop geeft.
Deze week komt de Tweede Kamer
bijeen om over de landbouwcrisis
te beraadslagen. We zullen dan wel
hooren, wat de commissie meent,
dat er te doen valt.
Het is zeker heel gemakkelijk nu
van de regeering een heele massa
te vragen, maar de boeren blijven
graag baas op eigen erf en over de
zelf verbouwde producten.
En nu komt het me voor, dat de
boeren wel wat meer recht van
vragen zouden hebben, wanneer ze
zelf al het mogelijke hadden gedaan,
om op welke manier dan ook afzet-
bij
Doos 30-60-90 ct. Tubt 80 ct-Bïj Apoth. 6 Drogisten
885-14
Ingekomen en vertrokken
personen
van 29 Juni tot 4 Juli.
INGEKOMEN:
J. M. Derkx, dienstbode, Buiten
weg 6 van Maashees;
M. H. v. d. Heuvel, idem, Bosch-
weg 4 van Venlo
A. M. G. Weijs, z.b., Leunen K
78 van Sevenum
E. Bouten, dienstbode. Hofstraat
10 van Vierlingsbeek;
A. M, v. Dijck, R.K. Priester,
idem, van Weert;
J. B. v. Gaaien, kleermaker,
Marktstraat 6, van Ewijk
J. Lucassen, dienstknecht. Casten-
ray G 37b, van Bergen;
P. C. Verheijen, dienstbode, Veulen
H 16, van Horst
M. v. d. Heuvel, dienstbode,
Grootestraat 6 van Weeze
M. C. Cuijpers, winkeljuffrouw,
Groote Straat 14 van Hoensbroek.
VERTROKKEN
M. M. O, Collaert, winkeljuffrouw,
naar Eindhoven
M. J. Ver voort, verpleger, naar
Grubbenvorst
P. F. M. Rieter, z.b„ naar Venlo;
A. J. Stoffels, winkeljuffrouw, naar
Horn
A. Creemers, chauffeur, naar. Cuyk;
A. J. Opheij, verpleger, naar
Grubbenvorst
M. J. Diktenzee, z.b., naar Venlo;
A. Harks, verpleegster, naar Eind
hoven
J. P. Franssen, dienstbode, naar
Venlo
H. Lichteveld, rijwielhersteller, naar
Amstenrade
G. P. Th. Michels, dienstbode,
naar Apeldoorn.
en Beten van Andere Insecten geeft
het inwrijven met PUROL dadelijk
verlichting
nam de rekeningen niet aan, welke
de jongeling haar zond, die voort
gegaan was het goed zijner moeder
dat met het zijne verbonden was
gebleven, te beheeren. Zich naar
de meening en raadgevingen van
don Adres schikkende, verlangde
donna Mariana, na veel twisten,
de verdeeling en het te gelde
maken van hetgeen haar toekwam.
Deze zaak was weinig tijds na de
aankomst der familie Ie M... ge
beurd. Deze uilslag stelde iedereen
tevreden, en de goede dame ge
voelde zich van een zwaren last
ontheven, daar zij zich voorstelde,
dat zij door dit middel elke reden
van twist, zoowel met haren zoon
al met haren schoonzoon, voor de
toekomst had doen verdwijnen.
Op zekeren morgen, na haren
terugkeer uit de kerk, had een
makelaar, die de zaakwaarnemer
van haren zoon was, de goede
dame een bezoek gebracht en vijf
honderd oneen goud overhandigd!
de laatste som van haar te gelde
gemaaktvermogen. Donna Mariana
had de kwitantie geteekend, en,
naast hare dochter gezeten,
wenschte zij zich geluk, dat de
zaak ten einde was, toen de oudste
van hare kleinkinderen, die uit de
school kwam, binnen trad. Het
kind hield vol vreugde eene blad
zijde in de hand, welke het be
schreven had, en toonde ze aan
zijne grootmoeder. Deze nam het
blad met begeerte en die vriende
iijkheid, welke bij haar opgewekt
werden door alles wat hare klein
kinderen deden. Zij las de spreuk,
die met vaste hand op den eersten
regel geschreven, en op eiken
regel, door het kind nageschreven,
herhaald wasReken niet op
den dag van morgen, gij zijt niet
zeker hem te zien
Grootmoeder beschouwde eiken
regel met een goedkeurend voor
komen, en zeide tot het kind
Hel is alles hetzelfde, mijn
kleine Andres!
Ja, grootma, zeide deze, al
de regels zeggen hetzelfde als het
voorschrift, behalve de laatste.
De grootmoeder vestigde er de
oogen op en las: Geschreven door
Andrés Penalta, 20 Maart 1840.
Kleine, hernam de dame, wij
hebben heden eerst den 19en,het
feest van den patriarch.
Het kind begon te lachen en
antwoordde
Hel is waar, ik heb mij ver
gist; maar wat komt er dat op
aan Veronderstel, dat ik het
morgen schrijf.
Vergeel gij zo6 spoedig de
spreuken, die gij schrijft zeide
hem zijne grootmoeder. Staat er
niet: »Reken niet op den dag van
morgengij zijt niet zeker hem te
zien.
Welnu, ik zal het veranderen,
antwoordde het kind, dat het blad
nam en op een draf wegliep. Een
oogenblik later kwam het terug,
en gaf het blad aan zijne groot
moeder over.
Wordt vervolgd.