JAlFQMft Weekblad voor VENB-AY, HOEST en Omstreken. JftfONOft Accountantskantoor H. Okhuysen, Venlo manufacturen '(YOODDEELlGSr/) manufacturen} YOORDEÊLIOT Dit nummer bestaat uit TWEE bladen. Ontwikkelingsavond te Venray. Binnenl. Nieuws De Kippenhouderij op het platteland Provinciaal Nieuws ZATERDAO 18 JANUARI 1930 Een en vijftigste Jaargang No. 4 l BLIJKEN TOCH HET PEEL EN MAAS 1 BLIJKEN I TOCH HET Jj PRIJS DER ADVERTENT1EN 1—8 regels 60 cent, elke regel meer 7',i ct. bij abonnement lagere tarieven. Uitgave van PI KMA VAN DEN MUNCKHOE VENRAY Telefoon 51 GIRO 150652 ABONNEMENTSPRIJS p. kwartaal voor Venray 65 ctper post 75 cent voor het buitenland f 1.05 bij vooruitbetaling, afzonderl. nummers 5 cent Parade 22bis Inrichten, Contrdleeren en Bijhouden van Administratie, Belastingadviezen. Dr. W. Droesen komt spreken op 21 Januari. Prof. Dr. Ruyter heeft op den avond van 8 Januari j.l. gesproken over de drooglegging, of beter nog de gedeeltelijke drooglegging der Zuiderzee. Ieder, die er kennis van neemt, staat vol bewondering over den durf en ondernemingsgeest van onze ingenieurs. Voor ons, Venrayenaars, die hier hoog en droeg wonen in onze zand streken, is het moeilijk ons een idee te vormen van polders, modderende baggermolens, dijken, keileem etc., maar Dr. Ruyter heeft getoond het talent te bezitten om idee's en be grippen van ons heel vreemde zaken bij ons binnen te smokkelen en'dat op een smakelijke sappige wijze, dat vaak heel zijn auditorium hartelijk moest lachen. Wij kennen thans werkelijk iets van dat reuzenbedrijf, dat beoogt honderdduizenden hectaren grond, die meters beneden normaal Amster- damsch Peil liggen en waar thans de golven nog met de schepen spelen, in vruchtbare landerijen en weiden om te tooveren. Maar wij begrijpen nu ook, dat er heel wat aan vast zit, dat het niet alleen de droog making als werk op zich, is, die onze belangstelling wekt, maar vragen wij ons thans af, hoe dat aan 't visschervolk en het industriële leven, berekend op het visscherij- bedrijf in de randstreken der Zuider zee, een nieuwe en flinke bestaans mogelijkheid kan verschaft worden. Naar wat uit brochures en kranten blijkt, is men 't er nog lang niet over eens of dit reuzenwerk der drooglegging ook voldoende vruch ten zal afwerpen en 't zal nog mil- lioenen en millioenen, ja milliarden kosten, voordat de Zuiderzeepolder- boer naar zijn welige weiden en vette akkers kan gaan kijken. Hier dicht bij ons, gedeeltelijk in onze eigen gemeente, hebben wij gronden liggen, die met heel wat minder millioenen lieve Hollandsche guldens vruchtbaar kunnen gemaakt worden, en bestaansmogelijkheid bieden aan onze jonge boeren, 't Is de Peel. Over die Peel komt de ons allen goed bekende Dr. Droesen spreken, a.s. DINSDAG 21 JANUARI a.s. 's avonds te half acht in de zaal van het Patronaat. Kap. W. GEURTS. Ofschoon we eigenlijk in het hart je van den winter moesten zitten en dat volgens den almanak ook doen, heeft de Januarimaand nog weinig speciaal wintersch weer opgeleverd. Storm was het en nog eens storm, welke het felst in den nacht van Zondag op Maandag, uit de ver schillende deelen van ons land kwa men dan ook tal van berichten om trent kleinere en grootere ongevallen welke door den hevigen wind zijn veroorzaakt. Ook zijner weer enkele schepen vergaan. De schade in groote steden ver oorzaakt, bepaalde zich vrijwel tot het neerkomen van dakpannen, schoorsteenen, schuttingen enz. Ge lukkig bezitten de groote stedeneen instelling, die altijd paraat is. De brandweer tot velerlei doeleinden gebruikt worden, dat is bekend, ook voor het bedwingen van oproer in de gevangenissen, het tot rede bren gen van woestelingen enz. Gelukkig gaat het in ons land wel zoo vredig en vreedzaam toe, dat de brandweer hier niet voor genoemde doeleinden behoeft gebruikt te wor den. Maar overigens bewijst »ze ook goede diensten daar, waar geen brand is en zoo moest de Haagsche brandweer in genoemden nacht acht en dertig maal uitrukken om hier en daar assistentie te verleenem We beleven thans, zou men zeg gen, een tijd, waarin de spokerij welig tiert. Uit Rotterdam, maar ook uit andere plaatsen kwamen berich ten over spookgeschiedenissen, waar over we hier gevoeglijk kunnen zwij gen. De electriciteit vindt tegenwoordig vele toepassingen. In „de Installa teur" komt een artikel voor, waarin wordt verteld, dat en hoe de elec- trische stroom ook toegepast wordt voor het dooden van varkens in de slachthuizen. Zooals in bedoeld artikel wordt gezegd, mag worden aangenomen, dat circa 1.8 millioen varkens ge slacht worden. Het is te begrijpen, dat vooral in groote inrichtingen, waar zoo van 3 tot 4000 varkens per dag geslacht worden, de bespa ring van tijd op het slachten van groot belang is en dat de ouder- wetsche manier van slachten voor grootere quantums te tijdroovend is niet alleen, maar ock in strijd is met de hedendaagsche opvattingen betref 'ende het zoo snel en pijnloos vol trekken van het proces. Bedoeld artikel vermeldt o.m. dat de toepassing van verdooving der te slachten dieren door electriciteit heel snel gaat en goedkooper bijvoor beeld, dan de toepassing van het schietapparaat. Intusschen moet nog uitgemaakt worden of inderdaad door de toe passing van electrole verdooving inderdaad gevoelloosheid dan wel alleen bewegingloosheid wordt ver oorzaakt. In den tegenwoordigen tijd wordt er heel druk aan jubilea gedaan, om de haverklap jubileert iemand of iets. Eenige dagen geleden was het een jaar geleden, dat in het Rijks telefoonkantoor in Amsterdam, het telefoonverkeer met Ned.-Indië voor het publiek werd geopend. Sinsdien worden gesprekken gevoerd over een afstand van twaalfduizend kilo meter door den aether. Dat is geen kleinigheid. Het totaal aantal gesprekken met Indiê beliep in het eerste jaar ruim vijfendertighonderd, wat ons al bijzonder veel toeschijnt te meer, daar men nu eenmaal (ook vanwege de kosten) maar niet voor elk wissewasje een gesprek met Indië aanvraagt, zooals dat vermoedelijk met de locale telefoon wel het geval is. Het aantal met Indië te voeren gesprekken zal, naar vermoed wordt, nog belangrijk toenemen wanneer de gelegenheid om van huis uit met Indië contact te krijgen wat meer algemeen wordt. t Naar het Hbld. meldde is het aantal uit Indië „inkomende" ge sprekken twee en een half maal zoo groot als het aantal uit ons land uitgaande gesprekken, en was het aantal familie-gesprekken tweemaal zoo groot als het aantal zakenge- sprekken. De oorzaak van het eerste is misschien deels gelegen daarin, dat de Hollanders in Indië, meer geiso- lecrd daar, dan hun familie hier, wat meer behoefte en belangstelling voor een familiepraatje hebben en mogelijk ook wat gemakkelijker over de hooge kosten heenstappen. Intusschen, de K.L.M, en het telefoonverkeer Holland-Indië hebben de beide landen heel wat dichter bij elkaar gebracht.. Er is nog steeds sprake van de verwezelijking van het plan voor een vliegtocht Holland-West-Indië. Waarom ook wel naaf den Oost en niet naar de West? Intusschen blijkt de verwezenlijking van het reeds uitgewerkte plan vooralsnog af te stuiten op gebrek aan noodige contanten. Het Nederlandsche initi atief, zoo lezen we in „het Vader land", is hier door een tekort aan nationale geestdrift en krachtigen steun tot onmacht gedoemd worden. Het betreffende comité wil echter alsnog trachten het gestelde doel te bzreiken, waarvan dan ons land van daadwerkelijken steun blijk zal moeten geven. De gemeenten Rotterdam en Den Haag zijn er op uit het inrichten van een gemeenschappelijk vliegveld te bevorderen, en de plannen zijn al in dat stadium gekomen, dat er 'n commissie gevormd is, welke naar een geschikte plaats voor zulk een vliegveld zal hebben uit te zien. Uit den aard der zaak loopt het voor de inrichting van een vliegveld van eenig belang, nogal in de pa pieren. Aangenomen mag worden, dat zoo'n vliegveld er op den duur wel komt, wanneer twee groote gemeenten als de genoemde er hun gemeenschappelijk belang in zien. Als het vliegen wat meer algemeen wat meer populair geworden is, zal natuurlijk naar meerdere landings plaatsen moeten worden omgezien. Maar de tijd, dat ieder particulier vlieger, op het dak van zijn huis zal kunnen neerstrijken (zooals in som mige fantastische verhalen vermeld ordt,) die tijd is zeker nog verre. Met ingang van dit jaar is het werktijdenbesluit voor winkels in werking getreden. Het is met een nieuwe wet al dikwijls zoo precies zooals met een nieuwe jas of een ander nieuw kleedingstuk. Men moet er nog aan gewennen, men moet er nog zoo'n beetje ingroeien, nog leeren zich gemakkelijk er in te be wegen en tenslotte.de praktijk leert eigenlijk pas wat er aan hapert. Wat als het er op aankomt, aan een jas, (soms) makkelijker te verhelpen is dan aan een wet. Het werktijdenbesluit voor winkels is nieuw en de belanghebbenden zullen uit den aard der zaak nog moeten leeren er zich bij aan te passen. Zonder nader op de verschil lende bepalingen van de nieuwe regeling in te gaan, willen we op een der moeilijkheden wijzen althans op iets, dat een moeilijkheid zijn kan. De wet schrijft o.m. voor dat het winkelpersoneel 51/2 dag mag werken, dus een halven dag niet. Op de vraag welken halven dag, kan door het gemeentebestuur beslist worden. De practijk kan hier eenige, aan wijzing geven en zoo is dan in enkele plaatsen, 0.3. in de residentie een proef genomen door verschillende vooraanstaande zaken met het sluiten gedurende den „stillen" Dinsdag morgen. Dat het publiek zich ook zal hebben aan te passen, spreekt wel vanzelf. Maar, uit den aard der zaak zal de beslissing der werkgevers in dezen wel in nauw verband staan met de door jarenlange gewoonten, kenbaar geworden wenschen van het publiek, m.a.w. de winkeliers zullen hun zaken wel sluiten op dien hal ven dag, waarop het publiek getoond heeft het minst van de gelegenheid te koopen gebruik te willen maken. door jOS. BOSHOUWERS te LENT DE KUIKENTIJD. We zijn nog wel niet zoo ver, maar we dachten toch goed te doen onze serie artikeltjes daaromtrent reeds heden te beginnen. Onze lezers zullen daarom goed doen, deze num mers te bewaren, opdat ze nog eens nageslagen kunnen worden als het noodig blijkt. Velen van ons broeden tegen woordig zelf niet meer, doch laten dat aan anderen over. bij wien ze eendaagskuikens koopen, soms ook wel jonge hennen van 6 weken tot 2 a 3 maanden. We hebben er al vaker op gewe zen, dat de bestellingen daarvoor tijdig dienen te geschieden, want s'raks komt men niet meer klaar, dan te laat. En menigeen heeft reeds moeten ondervinden, welke nadeelige gevolgen dit heeft geen eieren den a.s. herfst en voorwinter, en daardoor ook weinig of geen winst dat jaar. Te vroege kuikens zijn nog beter dan te late. Onthoud dit. Sommigen nemen broedeieren van eigen hoenders en broeden die zelf met de machine uit, of laten dat anderen. Dit laatste noemt men loon-broeden. Bij het broed-ei speelt de afstamming der hoenders een voorname rol. Wie geen bijzonder goede legsters heeft, moet daarom van eigen toom géén broedeieren nemen, want dan blijft hij in het slechte soort. In ieder dorp heeft men tegen woordig wel serieuze kippenhouders, die of zelf met valnesten controleeren, of materiaal bezitten dat van goede inrichtingen afkomstig is. Het komt ons gewenscht voor, dat men daar broedeieren gaat halen laat ze een paar centen meer kosten dan het consumptie-ei, dat gee't riats, het komt er dubbel en dwars uit. We willen vandaag het een en ander mededeelen over het kunst matig broeden, dus alleen tot die menschen, welke zelf eene broed machine hebben, of van plan zijn er eene aan te schaffen. Kloeken zijn uit den tijd, voor de bedrijfspluim veehouderij hebben ze afgedaan. Ze kunnen alleen nog dienen voor 'n heel kleinen kippen houder en voor den sportfokker. Een goede broedmachine maakt het ons veel gemakkelijker, dan die vele broedhennen, welke er anders noodig zouden zijn. We kunnen er mee beginnen als het goede oogen- blik daarvoor aanbreekt en hebben we eene flinke machine, dan zijn we, bij tamelijk resultaat, met één broed sel klaar en hoeven we dus' ook maar één stel op te fokken. Dat is een enorm voordeel altijd kuikens van denzelfden leeftijd bij mekaar, o dan groeit het stel zoo Kennis om met de broedmachine om te gaan heeft men al gauw, wanneer men de handleiding, die er bij is, maar met aandacht overleest en de wenken, daarin gegeven, stipt opvolgt. We zien dan ook heel vaak, dat degenen, die voor het eerst met de machine broede.i, al direct een goede uitkomst hebben, ten minste, wanneer de broedeieren goed bevrucht zijn en sterke kiemen bevatten. Ni»mand heeft het o.i. om de kennis die hij over broedmachines nog miste, te laten. Een bezwaar tegen het aanschaffen eencr machine is, dat de boer geen goede staan plaats ervoor heeft. Ma« dat komt toch ook al weer niet zoo heel vaak voor. Elk frisch vertrek, waar weinig of geen zon in komt, en waar men goed kan luchten is geschikt, indien het ten minste weer niet al te klein is. Kan de zon in het broedvertrek schijnen, dan zal de temperatuur te veel schommelen. Daarom kiezen we een locaal, dat op het N., of N. O. of N. W. gelegen is, liefst op het Noorden. Dan hapert het vaker aan de broedeieren dan aan het broedver trek. Wie eene machine koopt, die neme geen te kleine. Er moeten zooveel eieren in gaan, dat zelfs bij 40 a 50 pet. uitkomst men royaal kuikens genoeg heeft voor het heele jaar. Anders zit men later vast bij het opfokken der tweede koppel. Men moet dan 2 kunstmoeders heb ben en natuurlijk ook 2 opfokhuisjes. De meesten bezitten die niet en zijn dan vaak zoo onverstandig, de kuikens onder ééne en dezelfde kunst moeder te brengen, zij het dan ook met een schot er tusschen. Het grootste bezwaar hierbij is, dat de kuikens van verschillenden leeftijd den dezelfde temperatuur krijgen en dat is verkeerd. We zullen daar verder over spreken, als we het heb ben over het opfokken der kuikens. Neem nu al maar vast van mij aan, dat het verkeerd is bij eene warmtebron kuikens van uiteenloopen den leeftijd groot te brengen. Eene broedmachine voor de boer derij moet 5 maal zooveel eieren kunnen bevatten, als men dat jaar hennetjes denkt te fokken. Honderd jonge hennen is een aardig getal voor eene boerderij juist genoeg ook voor een Horster kippenhok van 6 bij 4 Meter. Maar om ieder jaar 100 jonge hennen te kunnen fokken zal de machine eene capaciteit van circa 500 broedeieren moeten hebben. Valt het eens 'n jaar best mee, welnu, de overtollige hennetjes raakt men gemakkelijk kwijt. De menschen vechten er als 't ware om, als ze maar op 'n goeden tijd geboren zijn. En voor den verkoop van een daagskuikens kan men dan nog eens 'n keer nabroeden. 't Wordt dan wel 3 weken later, maar ook deze kuikens gaan er nog wel in. Dat zien we ieder jaar. En de vraag naar eendaagskuikens neemt nog steeds toe, ze zal dat voorloopig ook nog wel blijven doen. Wie eene broedmachine heeft (of eendaagskuikens koopt) die moet ook eene kunstmoeder hebben. Een goede kachelkunstmoeder of een blauwbran- der is verre te verkiezen boven de z.g. bakkunstmoeders, want kuikens hebben veel frissche lucht noodig. In de bakkunstmoeder kunnen we ze die niet altijd geven, zonder te veel warmteverlies te hebben. Bij een kachel of 'n blauwbrander regelen de kuikens de warmte, die ze ont vangen, zelf, door dichter bij de warmtebron te vertoeven, of er verder af te gaan zitten. In een bakkunstmoedzr is dat meestal on mogelijk, omdat daar de rï i-nte te beperkt is en de overtollige warmte er riet altijd voldoende kan ont wijken. Er is nóg 'n ander soort, dat als 't weer wat meewerkt, ook wel vol doet de carrousselkunstmoeder, met petroleumlamp. Bij heel koud weer, vroeg in het seizoen, is het vaak 'n toer, om de kuikens de eerste week, vooral de eerste dagen, warm genoeg te houden, 't Kost heel wat moeite. In de bakkunstmoeder zitten de kuikens te heet (en te benauwd) in de carrousselkunstmoeder de eerste dagen te koud. Dat zijn 2 beroerde dingen. die men echter met een kachel of blauwbrander vermijdt. Onder de kachels of blauwbranders moet men niet zooveel kuikens bren gen, als waarvoor ze door den leverancier is verkocht. Eene van 500 b.v. zou ik er niet meer geven dan 300, hoogstens 400, en. enz. Voor zoo'n kachel of blauwbrander heeft men een vertrekje noodig, dat minstens bij 4 Meter groot is, en een voor de carrousselkunstmoeder 3 bij 3 Meter, niet kleiner. Wordt vervolgd. Ingezonden, Buiten verantwoordelijkheid der Redactie Mijnheer de Redacteur, Met belangstelling heb ik in Uw blad het verslag gelezen van de te Venray gehouden vergadering van den B.B.N. Wanneer de Bond meent in het belang zijner leden iets te moeten doen tegen de in Venray ingevoerde z.g. verkapte autobelasting dan is dat haar goed recht. De wijze echter waarop hier in Venray door den B.B.N. deze zaak wordt behan deld en besproken, is mijns inziens niet de goede manier om het beoogde doel te bereiken. Ik zou dan ook aan de B.B.N. de raad willen geven voor het voeren van actie eens in de leer te gaan bij de A.N.W.B. of de K.N.A.C. Üok de heer Schreurs heeft de zaak geen goed gedaan. En hoe iemand voor wiens bedrijf de Ge meente (op kosten van de belasting betalers) de weg Leunen—Veulen over eene lengte van ongev. 2600 Meter heeft moeten vernieuwen er groot op kan gaan. dat hij lekker geen spandiensten heeft betaald, is mij onbegrijpelijk. Ik ben dan ook eens op informatie uitgegaan en daaruit blijkt, dat de Heer Schreurs zich inderdaad aan zijre verpach tingen heeft weten te onttrekken doordat hij zijn paardentractie heeft omgezet in motorkracht. Dus wanneer de gewraakte ver ordening wordt ingetrokken dan kan de Heer Schieurs rustig doorgaan met het vernielen van den weg door zijn zwaar met steenen beladen vrachtauto's en zullen de boeren van Veulen en Overbroek met hulp van de overige belastingbetalers er wel voor moeten zorgen, dat de weg weer in orde komt. Een beter plei dooi voor de handhaving van de verplichte voerdiensten voor vracht auto's is wel niet te leveren. Op zoo'n manier raken we van de wal in de sloot. Met dank voor de plaatsruimte. BELANGHEBBENDE. VENRAY, 18 Jannari 1930 BEKENDMAKING. De Burgemeester van Venray brengt ter algemeene kennis, dat aan het in Juni a.s. plaats hebbende jaar- lijksch onderzoek deel moeten nemen de gewone dienstplichtigen der land macht van de lichtingen 1918 en 1921. Plaats en tijd van het onderzeek zullen nader bekend gemaakt worden. Venray, 14 Januari 1930. De Burgemeester voornoemd, O. VAN DE LOO. Vernietiging rupsennesten. De Burgemeester van Venray waarschuwt belanghebbenden, dat aHe eigenaren, bewoners of gebruikers van erveri verplicht zijn volgens artikel 81 der Algemeene Politie verordening ieder jaar voor den 25en Februari de rupsennesten uit de boomen, heggen en struikgewassen op die erven staande te doen ver wijderen. Het is noodzakelijk, dat hieraan met het oog op het veelvuldig voor komen van den bastaardsatijn vlinder krachtig de hand gehouden wordt. Indien na 25 Februari nog rupsen nesten worden aangetroffen, zal proces-verbaal worden opgemaakt. Venray, 13 Januari 1930. De Burgemeester van Venray, O. VAN DE LOO. Do muziekavond. Hij is er geweest. Maar ie mocht er zijn Want wie zou er niet over tevreden zijn Hoogstwaarschijnlijk van de heele, volle zaal wel niemand! Integendeel, het slot van den avond bewees wel anders En wat allen, die met de belangen der fanfare meeleven, wel 't meeste plezier zal hebben gedaan, is, dat we weer 'ns „muziek" hebben ge hoord. Menigeen, die de zomer- concerten der Fanfare in de laatste jaren meemaakte, heeft meer dan eens bedenkelijk het hoofd geschud: „Mit ooz Fanfaar is ut de léste tied misEn met recht, want hoe de eens zoo roemrijke Fanfare het ooit aandurfde, om 'n concert te geven, dat bestond uit meer marschen, dan groote muzieknummers, ..'t was niet alleen beleedigend voor de klinkende namen, die 't bestuur uitmaken en 't programma-hoofd der uitvoeringen sierden, maar.... voor heel Venray! Doch: Schwamm drüber! Alles is voorbij, en geleden! De uitvoering van j.l. Zondag is voor Venray 'n waarborg, dat de sterk-tanende roem zal wederkeeren. Het dankwoord van Dr. Sala, en 't driewerf „hiep, hiep" van den Heer Jan Poels aan 't eind der uitvoering ter eere van den Heer Dietz, ver tolkten beslist aller gevoelens. Hoe keurig kwamen de „Electro-marsch", „The Swallow" en „Potpourri-popu laire", doch met welk 'n tact en vaardigheid, en vooral op welk 'n manier deed Directeur Dietz het moeilijke muziekwerk „Au golfe de Nap\es" door de Fanfare ten ge- hoore brengen De stilte tijdens de muzieknummers zal voor de Fanfare de beste dank zijn. Doch, zooals we reeds in de aan kondiging van dezen avond zeiden, een muziekavond En dan uitsluitend Fanfare-muziek Hét was voor Ven ray iets nieuws, en teveel gedurfd! Al werd de avond overigens zeer verdienstelijk door de solisten ge varieerd. Maar of dé Fanfare zich 'n betere medewerking had kunnen verzekeren, dan van het Helmond- sche dubbelkwartet, we durven 't te betwijfelen. Die stilte, in de zaal, tijdens muziek, we zagen het in Venray nog nimmer. Wat die acht zangers ons brach ten, het zal allen nog lang bij blijven De lief-aandoende Duitsche num mers. naast de machtige Latijnsche „Ecce quomodo moritur", en „Vefcila Regis", zoowel als het nog jongere koorwerk van onze Hollandsche componist Brandts-Buys „de Ruïne", allen wedijverden met elkaar, om het hooge muziekgehalte van 't kwartet te demonstreeren. Vooral 't lange, doch uiterst moei lijke Hollandsche Koorwerk „de Ruïne", 't was machtig-schoon. Dat de bassen in de jagers-passage even onzeker manouvreerden, degenen, die 't opviel, zullen 't gaarne vergeven. En alle aanwezigen zullen met ons instemmen, dat we 't kwartet alle succes gunnen, wanneer zij in den a.s. zomer naar 't internationale concours te Eupen in België zich met de besten zullen gaan meten. Wij durven dan ook gerust de woorden van een in de zaal aanweig muziekkenner tot de onze te maken: „Een muziekavond, van*zoo'n groot muziekgenot hebben we nog weinig, en in Venray nog nóóit meegemaakt" „De gelaarsde kat." Zaterdagmiddag j.l., 11 Januari, had in het St. Antonius-Patronaat de uitvoering plaats van het Operette- sprookje „De gelaarsde kat," door het gezelschap Steenbergen uit Nij megen. Een tooneelvoorstelling voor kin deren moet óf de oogen wijd doen openstaan van verbazing óf doen weerklinken den gullen onschuldigen schaterenden kinderlach óf nog beter alle twee. Dit laatste is o.a. net geval geweest bij de uitvoerin gen van de leerlingen der R. K. Jongensschool. De tooneelvoorstelling van het beschaafde, nette Gezelschap Steen bergen heeft onze kinderen vermaakt, dit is zeker. Evenwel, het succes zou grooter zijn geweest, indien in wat langzamer tempo en derhalve duide lijker ware gespeeld, en indien de meest markante momenten van het Sprookje wat steviger waren onder streept. Bij beschikking van den Minis ter van Defensie is aan P. J. Clephas, dienstplichtige der lichting 1926 uit deze gemeente, met ingang van 18 Jan. 1930 voorgoed vrijstelling van den dienstplicht verleend wegens kostwinnerschap. In het afgeloopen jaar werden aan de Fruitveiling der C.V.V. te Oostrum geveild 873.850 Kg. fruit, dat f 74691.82 opbracht. Voorwaar een mooie som. Voetbal. Na een rust van drie weken ont vangt Albatros morgen Zondag het sterke M.S.V. II uit Meijel op haar terrein aan den Leunscheweg. Toen vier weken geleden Albatros bij M.S.V. op bezoek was wisten zij daar een puntloos gelijk spel te be halen. Wanneer Albatros morgen speelt zooals zij dat in Meijel deden, dan twijfelen wij er niet aan of de overwinning is aan Albatros. Vooruit roofvogels, aanpakken en volhouden tot het einde dan is Albatros Zondagavond twee punten rijker. Sportliefhebbers allen op naar de Leunscheweg en gij zult getuige zijn van een faire strijd. HEIDE. Bij den Heer W. J. Driessens alhier werden alle kippen, 190 stuks, op pullorum onderzocht. Eén kip bleek een smetstofdraag ster te zijn. Deze kip is, volgens het Reglement der landelijk georganiseerde Pullorum-bestrijding opgestuurd naar Groenekan bij Utrecht en wordt daar afgeslacht.

Peel en Maas | 1930 | | pagina 1