Ukmm Een zeldzaam feit Imanufautug&nI WORDEELlöSTf Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken. MANUFACTUREN NOODDEEUGSTf Dit nummer bestaat uit TWEE bladen. Openbare vergadering Raad van Venray Ingezonden, Provinciaal Nieuws ZATERDAG 7 DECEMBER 1929 Vijftigste Jaargang No. 49 BLIJKEN TOCH HET NMAA BLIJKEN TOCH HET PRIJS DER ADVERTENTIEN1—8 regels 60 cent, elke regel meer 7»/i ct bij abonnement lagere tarieven. Uitgave van FIRMA VAX DEN MUXCKHOF VENRAY Telefoon 51 GIRO 150652 ABONNEMENTSPRIJS p. kwartaal voor Ven ray 65 ctper post 75 cent voor het buitenland f 1.05 bij vooruitbetaling, afzonderl. nummers 5 cent 1880 - 13 Maart - 1930 Vijftig jaren Priester op dezelfde plaats! In den beginne schiep God hemel en aarde... En de aarde was woest en ledig. Kaal en eerbiedwaardig als het hoofd van den profeet waren de bergen, velden en landouwen... En er was nog geen gas en elec triciteit, want die waren nog niet uitgevonden... En de auto's snorden nog niet langs de wegen, want er waren nog geen auto's en er waren nog geen wegen... En de stoombooten puften en stampten nog niet op hooge zeëen en diepe rivieren, want er was wel water, maar er was nog geen stoom... En er waren nog geen treinen, die holderdebolderden in duizelingwek kende vaart over lange, eentonige ijzeren staven, want het ijzer lag nog diep in de maagdelijke schoot der aarde... En de vliegmachines bromden en snorden en gonsden nog niet door de lucht, want God had de aarde en niet de lucht gegeven aan de kinderen der menschen.... En er waren nog geen dorsch-, geen ploeg-, geen zaai-, maai- of naaimachines, want de ziel/het even beeld van God, was nog niet ge blazen in den mensch... En de koeien werden nog niet electrisch gemolken, want er waren nog geen koeien en er was nog geen melk... En de sneeuwblanke kunstmest bevruchtte nog niet de aarde, want de kunst had eeuwen noodig om te komen tot rijpheid en bloei... En de fietsen en motoren, telefoon en telegraaf, radio en televisie, theaters en bioscopen, sportvelden en luchtkrabbers... die allen lagen nog verzonken in diepe duisternis van eindelooze onbegrijpelijkheid.... En er waren nog geen korte haren, korte rokken en hooge hakken, want Eva lag nog, onbewust van haar lot, in zoete sluimering tusschen de ge heimzinnige ribben van haar toe- komstigen Adam... Zoo was het in den beginne, toen God schiep hemel en aarde... enzóó was het ook in het jaar Onzes Heeren 1880 op een klein gehuchtje in het beroemde land van de „Peel"... zóó was het eenmaal op de... Smakt Het was dan in den jare 1380... Een schuit dreef stroomafwaarts van Roermond naar Maashees. Langzaam, plechtig, zooals een schuit dat doen kan, naderde zij de veilige haven- Een jeugdig Priester, de oogen tintelend van heilig vuur en idealisme, stond op den uitkijk... Nog eenige ©ogenblikken en hij zou kunnen afstappen, dan nog een klein ritje en hij was op zijn parochie! Daar zou hij het goede zaad van het Evan gelie gaan zaaien. Geve God, dat het allemaal op goede aarde moge vallen De Priester sprong aan walpaard en kar en rieten stoel vormden de gala-koets; eenige ruiters voorop en voorwaarts ging de eenvoudige, maar goed bedoelde eerestoet... Eindelijk, daar klonk een knal door de lucht, de stoet had zijn bestem ming bereikt... „Ziet hier, meneer de Rector, uwe Parochie!" „Hier...?" „Ja, meneer de Rector." De Rector keek rond en keek nog er eens rond en al wat hij zag was heide en zand bosch en moeras en eindelooze vlakten doorsneden met modderige, klonterige wegen... „Maar, waar zijn de huizen van mijn Parochianen „Die huizen, meneer de Rector, liggen hier en daar verspreid; daalt nu af van ,uw rieten troon en beziet uw rectoraat en kapel..." De rector daalde af, trad binnen, telde en telde nog eens de kamers, maar kwam niet verder dan drie kamertjes, tien a twaalf vierkante meter... „Ziet hier uwe kapel...!" De rector ging binnen, bad en schatte de kapel op 3 meter lang en 2i/2 breed...! Hij ging weer naar buiten, keek nog eens in het rond en hij begreep beter dan elk ander de beteekenis der woorden En de aarde was woest en ledig... Hij glimlachte en zweeg... Waar een wil is, is ook een weg! En nu, na bijna 50 jaren nog altijd dezelfde man op dezelfde plaats. Het lichaam is geknakt, de haren zijn vergrijsd, de stap heeft zijn jeugdige veerkracht verloren, maar zijn ziel, de geest die levend maakt, trilt nog van geestkracht en heeft nog van geen wijken willen weten... Wij willen de teergevoeligheid van den ouden Rector niet kwetsen door hier openlijk de loftrompet over hem te steken. De nieuwe harde weg (die „harde noot"), de juweel van een kapel, het mooie Pelgrimshuis en kosterij, het bekoorlijk park met vijver en bloem rijke tuin door hem persoonlijk aan gelegd, de vergrootte oude kapel, het nieuwe kapelleke van Zeven Smarten met boschage over den spoorlijn; het nette, vergrootte en toch zoo eenvoudige Rectoraat, de steeds toenemende bedevaart naar St. Jozef ja, de groene weiden, de bebouwde landen, de flinke boerde rijen, die er zich tegenwoordig be vinden, zijn in zekeren zin eveneens zoovele levende getuigen, dat de grijze Herder niet werkeloos is ge bleven in de Wijngaard des Heeren... De* armen, die hij geholpen, de zieken, die hij getroost herft; de honderden, ja, we mogen wel zeggen, de duizenden, die in den loop der jaren voor korter of langer zijn gastvrijheid genoten hebben, zullen eenparig moeten getuigen, dat, ofschoon streng en uiterst matig voor zich zelf, voor anderen het beste niet goed genoeg was... Moge zijne daden met gulden letters staan opgeteekend in het Boek des Levens. Den 13den Maart 1930 hoopt de Eerw. Heer Rector zijn „Gouden Priesterfeest" te herdenken en eenige maanden later zijn vijftigjarig verblijf op de Smakt. Niet alleen de inwoners van de Smakt, maar ook de inwoners van Holthees, die gedurende al die jaren lief en leed eenparig gedeeld hebben, voelen zich gedrongen om die heugelijke datum openlijk en plechtig te herdenken. Daarom is door het feest-comité besloten om zich van hun plicht van dankbaar heid te kwijten door het geven van een huldeblijk. Dit huldeblijk zal bestaan voor namelijk in het aanbieden van een preekstoel, nieuwe banken en beeld voor de kapel. Vrienden en kennissen van den Eerw. Heer Rector en godvruchtigen tot den H. Jozef, die zich bij dit huldeblijk zouden willen aansluiten en met geldelijke of andere bijdragen dit huldeblijk willen ondersteunen, kunnen aan hun vriendschappelijk of godvruchtig verlangen voldoen door hunne bijdragen te zenden naar een van de volgende adressen: Redactie „Peel en Maas", Venray, de Heeren P. Geurts, Smakt en Fr. Kersten— v. d. Heuvel, Holthees. Namens de Feesi-commissie. Eere-leden: P. Geurts, W. Jen- neskens, Smakt; Th. v. d. Heuvel, R. Zeegers, G. Kersten, Holthees. Werkende leden: P. fr. Balth. Brölmann (Voorzitter), M. Geurts. Jac. Philipsen, Ed. Asselbergs, Smakt. Fr. Kersten-v. d. Heuvel (Penning meester), G. Linssen en P. Koenen, Holthees. van den Op Woensdag 4 December 1929 (Vervolg van Tweede Blad.) Afwezig met kennisgeving de heeren M. Goemans en Nelissen. Heden vergaderde de Raad tot afwerking der agendapunten, welke Dinsdag niet behandeld konden worden. Na opening der vergadering met gebed, stelde de Voorzitter aan de orde punt 13 Aanvrage van J. van der Sterren en anderen tot aankoop van door hen van de gemeente gepachte gron den in het Oostrumsch Ven. De Voorzitter deelde namens B. en W. mede, dat zij in beginsel afkeerig waren om alle verpachte gronden tijdens den loop van het pachtcontract te verkoopen. Boven dien staan Ged. Staten ook op het standpunt, dat 't niet goed is, dat de gemeente zich van haar grond bezit ontdoet. Iets anders is, wanneer op de gronden door de verpachters gebouwen zijn gesticht. Ook zijn de gronden in 't Oostrumsch ven aan een drukke verkeersweg gelegen, welke in 't wegenplan zal worden opgenomen, zoodat deze gronden hun waarde zullen houden, als zij nog niet in prijs zullen stijgen, Als de pacht afgeloopen is, kan men nog zien, ofwel boerderijen er op bouwen, of zoo verkoopen. Ook zou men door verkoopen een prece dent stellen en ook de Overige pachters van gemeentegronden in de gelegenheid moeten stellen om die gronden te koopen. De heer Strijbosch zou, als de situatie zoo is, er maar niet verder over praten. De Voorzitter meent, dat er toch wel een ander lid kan zijn, die van meening verschilt, maar al- zou de Raad tot verkoop besluiten, dan n#g blijven B. en W. bij hun bezwaar. De heer Miüen vraagt hoe lang de pacht nog loopt, waarop de Voorzitter antwoordt: gemiddeld nog tot 1951. De heer Millen meent, dat bij verkoop de renten der verkoopsom men wel opwegen tegen de pachten en deze zelfs aanmerkelijk overtref fen, zoodat verkoop te billijken zou zijn. De Voorzitter zegt, dat de pach ters in geen geval de volle waarde zullen betalen, en zoo ja, dan in ieder geval de ontginningskosten in rekening brengen. De heer Odenhoven zou, als hij wist, dat dit de laatste aanvraag was tot aankoop, wel wat willen doen, maar vreest, dat ook pachters uit 't Venray's broek zullen aan kloppen, wien hij gaarne hulde brengt voor hun schoon ontginnings werk. De heer Stoot is voor verkoop., daar rente op rente der koopsom beduidend hooger zijn zal, dan de verkoopsom in 1951. Het algemeen gevoelen is immers, dat de vaste goederen thans op 't hoogste staan. De heer Jacobs zegt, dat de pach ters er toch wel voordeel in zien, den grond te koopen. Wat zij dur ven af te wachten, kan de gemeente ook. De Voorzitter zegt, dat 't niet goed is, wanneer de gemeente niets dan effecten bezit, grondbezit is ook veilig. De heer Strijbosch zegt, dat de gronden thans te duur zijn teft op zichte der producten en deze den arbeid niet Ioonen. Hij verwacht daling der grondprijzen, welke rede neering de Voorzitter te pessimis tisch vindt. De heer Stoot is bang, dat bij de invoering der Pachtwet, het uit zal zijn met de hooge pachten, waarop de Voorzitter zegt, dat de Pachtwet reëele pachtprijzen wel zal toelaten. Wethouder Pubben zegt, dat de pachters de gronden gaarne zouden koopen, wat hun duurder aan rente zal uitkomen dan de pacht. Daar is in die buurt weinig grond te krijgen en vraagt: wat zou die grond niet opbrengen als deze eens vrij van pacht verkocht kon worden. De heer Geurts vraagt, of er iets van den prijs gezegd wordt. Wethouder Pubben meent tegen den prijs zooals Wijnhoven besteed heeft. De heer Millen meent, dat gega digden wel wat meer willen geven, zij verwachten, dat hun prijs za! worden opgegeven. De Voorzitter wijst nogmaals op het standpunt van B. en W. De heer Stoot zou wel willen verkoopen en wat de ligging aan den harden weg betreft, Ysselsteyn ligt ook aan den grooten verkeers weg naar Helmond. De Voorzitter meent, dat Yssel steyn een heel ander geval is. Wethouder Hcuben zegt, dat de grondprijs in Ysselsteyn voorloopig steeds gedrukt zal blijven door éz vele aldaar beschikbare gronden, terwijl in het Oostrumsch Ven geen gronden te krijgen zijn. De heer Stoot vraagt, wat er ge beuren gaat, als de pachters gebouwen stichten op hun gepachte perceelen, waarop de Voorzitter de pacht- contracten naleest, waaruit blijkt, dat de Gemeente de gebouwen kan, maar niet moet overnemen. Na deze discussien wordt z.h.s. het besluit genomen, in de toekomst geen verpachte gronden tijdens den duur der verpachting te verkoopen. 14. Voorstel van B. en W. tot het verleenen van voorschotten tot den bouw van woningen door parti culiere onder verband van eerste hypotheek. De Voorzitter deelt mede, dat er nu een voorstel is, om personen te helpen aan een eigen doening, waar voor de Gemeente hypotheek zal verleenen tot 85 pet. der waarde. De heer Jacobs meent, dat 15 pet. te weinig is, hij zou van gegadigden f 1000 bezit eischen. De Voorzitter wijst er op, dat men dit voorstel uit sociaal oogpunt moet bezien. De Landarbeiderswet vraagt maar 10 pet. bezit. Boven dien is het de bedoeling deze huizen te stichten op onontgonnen grond, welke grond door ontginning meer waarde krijgt, zoodat men vanzelf meer onderpand waarde krijgt. De heer Vermeulen vraagt, of dergelijke huizen ook voor brand verzekerd moeten zijn en zulks vooral voor de zekerheid der hypotheek. Hij leest daar niets van in de toe lichting. De Voorzitter zegt, dat dit bij de hypotheekakte geregeld wordt. De heer Stoot zegt, dat in de toelichting staat, dat deze huizen niet verhuurd mogen worden. En wanneer nu de man met achterlating van een gezin komt te.overlijden en het gezin wegens te kleine kinderen de huizing niet kan bewonen en tijdelijk elders moet gaan wonen, doch later graag zulk pand wederom had, wat moet dan gebeuren De Voorzitter zegt, dat dan altijd nog een beslissing kan genomen worden in zulke gevallen. De heer Odenhoven vraagt, wat er gedaan zal worden, als er meer dan 4 gegadigden opkomen, waarop het antwoord des Voorzitters is, dat de Raad dan nog kan beslissen. De Heer Stoot zegt, dat deze panden eenmaal verkocht mogen worden met behoud der Gemeente hypotheek, wat moet er bij verdere verkoop geschieden De hypotheek aflossen zegt de Voorzitter. De heer Odenhoven vraagt, of de eigenaar het pand zelf moet be wonen, waarop de Voorzitter be vestigend antwoordt, wat billijk is, meent de heer van Dijck, daar anders een rijke boer goedkoop aan een woning voor zijn arbeiders komen kon. 17. Request van den R.K. Bond van Overheidspersoneel om te be vorderen dat een behoorlijke rechts positie en loonregeling voor de werklieden in dienst der gemeente tot stand kome. De Voorzitter zet in den breede uiteen, de geschiedenis der werkver schaffing door de Gemeente, welke speciaal in den oorlog is opgekomen. Vele ongeschoolde arbeiders kwamen bij de Gemeente om werk aanklop pen, die deze personen bij de be- bossching, bij de grondwerken te Ysselsteyn en riooleering wel kon aan werk helpen. Steeds is er ech ter op aangedrongen, dat zij op de vrije markt naar ander werk zouden uitzien, wat zij echter niet deden. Het loon, dat gegeven werd, was aangepast aan de plaatselijke toe standen, die al valt dit te betreuren nu eenmaal op loongebied laag zijn. Het loon dat de Gemeente echter gaf was nog wel zoo hoog, dat particulieren klaagden geen los per soneel te kunnen krijgen, ze bleven liever bij de Gemeente. Dit nu juist moet niet zijn. De Gemeente had maar werkverschaffing, niet de be doeling deze arbeiders te houden, vandaar ook dat de arbeiders her haaldelijk werden aangespoord ander werk te zoeken. De heer Odenhoven had andere woorden van den Voorzitter ver wacht, nu is hetzelfde gezegd als steeds. Er is niets nieuws bij. Door deze redeneering wordt ook niet be reikt, wat beoogd is: het verkrijgen van een rechtspositie voor het per soneel. Vooral nu deze personen in een Bond vereenigd zijn. De Voorzitter zegt de vrijheid tot organisatie Steeds geerbiedigd te heb- hebben. De heer Odenhoven meent dat de Gemeente een goed voorbeeld moet geven op loongebied. En wanneer straks gezegd is, dat de landerijen te duur waren, kan men dan denken dat de arbeider met f 15 kan rond komen. Dan zouden de aardappelen nog goedkooper moeten worden. Het request vraagt niet dat de Ge meente maar personeel aanstelt, doch het loon moet goed zijn, en f 18 is toch wel het minste wat gevraagd kan worden voor een gezin. Moge lijk zijn er wel onderkruipers, die het minder willen doen, doch daar kan geen rekening mede gehouden worden. Ook gaat het moeilijk aan om van werkverschaffing te spreken bij 10 tot 20-jarig dienstverband. In Amsterdam is gelachen met den toe stand te Venray. De Voorzitter zegt, dat het loon van den voorwerker en nog een paar anderen, die steeds in dienst zijn en ook wat meer presteeren, hooger zijn dan f 18, en deze per soon dan ook een vaste aanstelling krijgen zal en gelijk gesteld wordt met den Kantonnier. De heer Odenhoven zou het loon der arbeiders verhoogen en deze personen zoo trachten op te heffen. Hij had meer verwacht. Het is hem kolossaal tegengevallen, dat het maar bij één persoon blijft. De Voorzitter zegt, dat de Ge meente wel meer loon wil geven dan het particulier bedrijf, doch dan moet de Gemeente haar arbeiders ook mogen uitzoeken, doch waar zal dan de rest der arbeiders blijven Dit kan niet. De Gemeente wordt be schouwd als toevlucht. De heer Millen meent, dat de Gemeente niet zonder losse arbeiders kan en vraagt wat de Gemeente doen zou als de losse arbeiders af spraken niet bij de Gemeente in dienst te gaan. Hij stelt voor, dat de Gemeente een staf van vaste arbeiders neemt. Hij betreurt het ontslag, dat aan beste arbeiders gegeven is. Op een vraag van den heer Stoot, zegt de Voorzitter, dac er weinig verlet bij de Gemeente voorkomt De heer Vermeulen zou ook meer loon geven dan f 15 in de week, waarop de Voorzitter zegt, dat opper lieden in Venray 35 cent per uur hebben. Rekent men nu den tijd, dat deze niet kunnen werken, dan is het Gemeente-loon nog even hoog. De Voorzitter leest de loonlijst voor en voegt er bij herhaaldelijk er op aan gedrongen te hebben, dat de arbei ders naar ander werk zouden omzien, maar, ze bleven maar hangen aan de Gemeente, zoo zelfs dat de boeren geen arbeiders konden krijgen. De werkverschaffing is in de zomer maanden dan ook stop gezet. De heer Odenhoven zegt nogmaals, dat het de bedoeling is het perso neel een betere positie te verschaffen, zoo gaat de Paulusbond kapot. De heer Stoot vraagt aan B. en W. een regeling te ontwerpen, waarin een en ander voorzien is. De Vcorzitter wil wachten op de Rijksregeling, Ziektewet etc. Dan zal het laat worden meent de heer Stoot. De Voorzitter zegt dat voorge steld kan worden: geen arbeiders langer dan 6 maanden te houden en vanaf het 4e kind toeslag te geven a 50 cent per week. Dat het bij de Gemeente niet slecht was, blijkt wel uit de bepaling, dat men 3 jaar in de Gemeente moet wonen, om aan de Gemeente te werk gesteld te worden. Deze bepaling is ingevoerd moeten worden om vestiging der arbeiders van elders tegen te gaan. Wethouder Pubben zegt, dat wanneer het concept loonregeling aangenomen wordt, zooals het daar ligt, veel keuters spijt zullen hebben niet aan de Gemeente te zijn. De heer Jacobs meent dat de gemeente-loonen gunstig afsteken, b. v. bij de Steenfabrieken. De heer Vermeulen zou vast per soneel aanstellen, En waar dan met de rest heen, vraagt de Voorzitter, De heer Millen merkt op, dat Wethouder Pubben zei, dat het concept onaannemelijk is, maar men zou toch kunnen praten met den Paulusbond. De Voorzitter zegt dat het concept niet als basis eener bespreking aan neembaar is, waarop de heer Oden hoven vraagt, of B. en W. op zulk een onderhoud tegen zijn. De Voorzitter zegt, dit niet gezegd te hebben, doch een andere basis te verlangen. Als de heer Odenhoven aanhou ding van dit punt tot een volgende vergadering voorstelt, is de vergade ring van gevoelen, dat een en ander voldoende besproken is, en de weg bekend. 16. Request van J. Derksen inzake de verordening tot levering van hand-, span- en voerdiensten. De Voorzitter zegt de verordening en de Hand- Span- en Voerdiensten niet te kunnen missen in een gem. als deze. Verder acht de Voorzitter het standpunt van B. en W. bekend zooals op een vergadering van den BBN is besproken. De heer Vermeulen acht autobe lasting uit den booze, vooral daar de Gemeente toch al wat in het laadje krijgt bij de personeele belas ting voor de auto's. De Voorzitter zegt, dat hiermede reeds rekening is gehouden en alle auto's slechts voor één dag zijn aangeslagen. De heer Millen zegt, dat dit request is ingekomen om een beslissing in hoogste instantie uit te lokken. De Voorzitter zegt, dat de ver ordening Koninklijk is goedgekeurd. Zou nu de hoogste beslissing on gunstig zijn voor de Gemeente, dan zou daarmede de geheele Hand-, Span- en Voerdienst vervallen. De heer Stoot zou dit voor de Gemeente betreuren. De heer Vermeulen stelt voor de auto's te schrappen. De heeren Pubben en Geurts wij zen er op, dat de auto-houders weinig bezwaar tegen de van hun gevergde diensten hebben. In stemming gebracht bleken alleen de heeren Odenhoven, Millen en Vermeulen voor de schrapping der auto's in deze verordening. 18. Request van G. W. Sijbers e.a. inzake bestrating van het Hen- seniusplein en aangrenzend gedeelte van den Merseloscheweg. De Voorzitter zegt, dat de toestand daar slecht is, doch dit werd ver oorzaakt door de rioleering en den bouw van het huis van den heer G. Kupers. Nu deze oorzaken weg zijn is de toestand reeds aanmerkelijk beter. Later zou men dit plein en weg kunnen verharden en met Spramex behandelen. De gevraagde bestrating zou ongeveer f 6000 kosten. Dit vond de Raad wel wat veel en sluit zich aan bij het voorstel'van den Voorzitter. 20. Voorstel van B. en W. tot het verleenen van een standplaats aan de Gebr. van Bergen met een stoomcaroussel op de Venraysche kermis in de jaren 1930, 1931 en 1932. De Voorzitter zegt, dat de stand plaats verpacht kan worden aan de Gebrs. van Bergen voor f 350. per jaar, onder voorwaarde, dat er geen Cake-Walk komt, waarmede de Raad accoord ging. De heer Vermeulen hoopt, dat de Stoomcaroussel de geheele kermis moet blijven, wat wel moeilijk is zegt de Voorzitter. Een verzoek om adhaesie betuiging in een L. O. aangelegenheid, werd voor kennisgeving aangenomen. De heer Vermeulen zou nog willen voorstellen om in belangrijke zaken een studie-commissie te benoemen, die den Raad kon voorlichten. De Voorzitter zegt, hierop nader terug te komen als er zulke zaken zijn zuilen, waarna hij de vergadering sloot met gebed. Buiten verantwoordelijkheid der Redactie Rehabilitatie. Het bestuur van de R. K. Ven raysche Middenstandsvereeniging acht zich verplicht mede te deelen, dat het gegeven verslag van hare ver gadering van 27 Nov. j.l. een zéér onjuiste weergave is van het behan delde. Wijst er derhalve met nadruk op, dat, noch het bestuur, noch de ver gadering, noch elk individueel lid in het bizonder, de bedoeling heeft gehad 'n blaam te werpen op het Post- en Telegraafkantoor in zijn geheel of op den Directeur of per soneel in 't bizonder. De klachten welke voor het be stuur genoegzaam met reden omkleed zijn, inzake telefoonbediening, zullen door haar met de Directie van het Postkantoor worden besproken en zullen met de bekende bereidwillig heid van den Directeur ook wel tot bevrediging der leden worden opge lost. Voorts wat betreft den Handels cursus „De leerlingen zijn verplicht naast den gewonen Handelscursus ook de nieuwe, met de uitbreiding van den cursus in verband staande vakken, n.l. Fransch en Duitsch, te volgen." Namens het bestuur van den R.K, V enraysche Middenstandsvereeniging H. VERHEUGEN, Voorz. TH. WINTELS, Secretaris VENRAY, 7 December 1929. Tandarts to Yon ray. Bij de sterke uitbreiding onzer gemeente deed zich hoe langer hoe meer de behoefte gevoelen aan een tandarts, die alhier zijn blijvende woonplaats zou kiezen en die in alle opzichten voldoende geinstalleerd zou zijn. Op deze manier zouden dan zoo goed als alle gevallen op tandheel kundig gebied ter plaatse zelf afdoende behandeld kunnen worden. Aan deze behoefte zal nu voldaan worden. De heer Arthur Kruytzer uit Roermond heeft zich hier als tand arts gevestigd, en zal tegen half December zijn praktijk beginnen ten huize van den heer Ant. van Aars- sen, Patersstraat. De naam Kruytzer is in Venray niet geheel onbekend; en zal voor zeker bij velen nog de herrinnering wakker roepen aan den man, den vader van den vnd. tandarts, die voor ruim 25 jaar terug hier is begonnen met land- en tuinbouwon- derwijs en met de ontginning van woeste gronden op moderne manier, d. w. z. met behulp van kunstmest stoffen, waarvan toen ter tijd hier nog het voordeel moest aangetoond worden door eigen exploitatie. Moge het den nieuwen arts wel gaan en moge een blijvend succes zijn deel zijn. Autobusdiensten. Naar de N. V. C. uit goede bron verneemt, is de autobus-ondernemer Ku ij pers te Venray voornemens de

Peel en Maas | 1929 | | pagina 1