PUltOL gemest en v&tftmdi Opvoeding tot gehoorzaamheid. Clemenceau over leden. Land- en Tuinbouw Gemengde Berichten 5tóiasïïr"~ en laten lijk een heel lief komedie spel We hebben 't geloof gekregen, en we hebben de middelen ter zalig heid gekregen gebed en sacramen- menten. Welke groote bekeerlinge zei ook weer dat haar doop, en de genade van het geloof waren als een Sinterklaasgeschenk, waar ze altijd meer en meer schoons ontdekte Wat is er in ons leven dat we niet gekregen hebben We hebben misschien niet alfijd er op nagedacht of we zijn niet altijd bewust waar dat alles van komt. Maar wannneer we gevallen zijn in den rustigen slaap van den dood en dan weer voor eeuwig ontwaken, zullen we het mysterie wel opgeklaard zien gelijk wij, nu groote menschen, het Sinterklaas-mysterie uit onze kinder jaren met zooveel deug te kennen. Eens zullen we ten volle begrijpen dat God de schenker is van alles. God is bovenmate goed. God is onze Vader. niemand laten afbrengen van den weg, dien zij aan de hand van brave opvoeders zoo blijde bewandelen in de dagen hunner jeugd. Dit blijft de groote kunst, die vele ouders hebben verleerd. En toch geven ze een mooi en gelukkig karakter aan kunne kinde ren door ze gewillig te maken. Die weten te gehoorzamen zijn menschen van sterken wil. Om te kunnen regeeren is wijsheid noodig. Sommige ouders werken sterk met bedreigingen. „Gauw of je krijgt een pak slaag." 't Kind gehoorzaamt. Doch 't is geen willige gehoorzaamheid, 't Is de gehoorzaamheid van den slaaf, de angst voor 'n pak slaag. De angst verdwijnt met het rijpen van 't verstand of reeds vroeger. Door 't telkens weer slaag krijgen worden de kinderen onverschillig. Als willooze menschen, die gewend zijn vertrapt en vertreden te worden, zullen ze door het leven gaan. Anderen krijgen door al dat slaan een harde huid en een onbuigbaren nek. Hun wil keert zich tegen eiken vreemden wil als tegen een dreigen den hinderpaal. Niet weinige opvoeders zoeken hun krachten in beloven. „Toe, dan krijg je een koekje," zegt de moeder. „Toe jongens, wees nu stil, dan zal ik jullie straks wat moois vertel len", zegt de onderwijzer. Is dat gehoorzaamheid O neen! De genotzucht regeert het kind, niet de moeder, niet de onderwijzer. Wat dezen het kind geleerd hebben is hun wil te richten naar 't eigen belang, naar de genotzucht. Zoo sparen ze zich wellicht een onaangenaam tooneel van eigenzin nigheid, doch vormen tevens zwak kelingen, die aan elke neiging, elke verleiding toegeven. Ook zijn er, die niet bevelen, maar het kind zelf laten kiezen. „Wil je blijven, of ga je mee Ga je wat glijden, of blijf je liever achter de kachel zitten Het kind dat nog niet oordeelen kan, moet zelf kiezen. Hoe dwaas Hoe gauw heeft het er spijt van, links te hebben gekozen, en roept Rechts Nu wil 't dit, dan dat en niet zelden wil 't noch 't een noch 't ander en huilt en pruilt. Zoo kweekt men wispelturige menschen. Men moet rekening houden met het karakter, de eigenaardigheden van elk kind. Wat het eene kind ten zegen is, kan het andere ten vloek zijn. Gehoorzaamt het kind niet dade lijk aan een duidelijk, vriendelijk, stellig bevel, heb dan 'n oogenblik geduld. Stuif niet dadelijk op. Wacht even. Moet het bevel herhaald wor den, het geschiedde met denzelfden inhoud, doch in een anderen vorm. Uit uw stem klinke de verbazing overhet niet-opvolgen van uw bevel. Ook uwe teleurstelling, doch niet uw toorn. Honderd tegen een zal de zal de weerspannige zijn ongehoor zaamheid betreuren. Koppige kinde ren zijn lastig, doch, goed bestuurd kan er heel wat flinkers uit groeien dan uit de jabroers, wier volgzaam heid en gehoorzaamheid niet zelden ontspruit uit de zwakheid van den wil of de neiging tot toegeven. Ook wel uit den drang tot traagheid. In beide gevallen heeft de volgzaamheid geen of althans zeer geringe waarde en doet het ergste voor de toekomst vreezen. Nooit of te nimmer mag men eeri gebod om den onwil van een kind weer intrekken. Zoolang het kind het bestuur van zijn wil mist, moet het zich naar onzen wil schikken. Wie niet heeft leeren gehoorzamen leert nooit regeeren. Zoodra hij op eigen beenen staat, zal hij niet ge hoorzamen aan z'n beter ik, aan t geweten. Hij zal zijn neigingen en driften niet beheerschen. doch erdoor beheerscht worden. Men houde steeds 't eerste doel der opvoeding in het oog. Dit is niet het vormen van gehoorzame kinderen, doch van goede Christenen goede staatsburgers, die meester zijn in het eigen huis, die zich zelf be heerschen, die zich niet en door Hot testament van don overledene. Zyn veelbewogen leven. Zondagmorgen werd uit Parijs gemeld, dat de oud-premier George Clemenceau des nachts om kwart voor twee op 88-jarigen leeftijd is overleden, In een zijner laatste oogenblikken van volledig bewustzijn heeft hij nog zijn testament gedicteerd, Hij ver klaarde dat hij*geen begrafenis op staatskosten wenscht en dat zijn stoffelijk overschot naar St. Vincent sur Jard in de Vendêe overgebracht moet worden, om daar naast zijn vader te worden bijgezet. De lijkkist zal naar den wensch van Clemenceau rechtop worden geplaatst. In een aardig boekje over Fransche staatslieden vertelt Max Nordeau van Clemenceau „Hij had een zeer merkwaardigen levensgang, rijk aan ongewone ge beurtenissen, doch ook aan geweldige nederlagen, waarvan ieder ander dan hij zich niet dan met moeite zou hebben hersteld. Langen tijd was hij een man van de daad, alvorens hij een man werd van de pen. Hij werd in 1841 uit een oude Vendeesche familie geboren. In zijn verschijning is hij een echte zoon van den rots- harden bodem en de zwaarmoedig heid van het Fransche Noord- Westen. Slank, mager gespierd als een wolf, met een vierkant hoofd, zijn gelaat als door een beeldhouwer uit graniet vervaardigd." Georges Clemenceau werd op 28 September 1841 te Mouilleron gebo ren. Zijn vader was daar geneesheer. Toen Georges 10 jaar oud was, zag hij dat zijn vader door de gendarmes werd gearresteerd. Het was na den coup d'etat van Louis Napoleon, den lateren keizer Napoleon III, in December 1851. De jongen woest, schreeuwde: „Ik zal je wreken," waarop de vader rustig antwoordde „ga werken." Dit antwoord kenmerkte den vader die bekend stond als een sarcast.een sarcasme, dat zijn oudste zoon van hem heeft geërfd. Hij kon snijdend sarcastisch zijn. Zijn woord was vaak een geweldig wapen, Ook Georges zou geneesheer wor den. Zoo was het altijd geweest in zijn geslacht. Hij kwam op het lyceum te Nancy, waar hij tot 1858 bleef. Toen trok hij naar Parijs, waar hij in het Quartier Latin Emile Zola en Jules Meline, den thans reeds geruimen tijd overleden staats man ontmoette. Hij werd al spoedig journalist. De studenten hadden een klein blaadje dat „Travail" heette, en Clemenceau schreef daarin reeds felle artikelen. Bij het negende nummer, gedateerd 2 Maart 1862, werd de uitgave gestaakt, want de drie redacteuren, de heeren Carré, Clemenceau en Taciles, waren eenige dagen tevoren gearresteerd. Waarom, was niet be kend, maar dat is zeker, dat Cle menceau, die het voortdurend met de censuur, met „dame Anastatie" aan den stok had, toen voor het eerst met de dame kennis maakte. Maar het verblijf in de gevangenis had hem den weg gewezen, of, zoo men wil, werd hem tot een aansporing om polemist te worden. Tal van bladen werden door hem opgericht, die overigens slechts een kortstondig bestaan hadden. We noe men La Jeune France. LaCandide La Libre Pensèe. La Morale Inde- pendante, en enkele andere. In 1865 promoveert hij tot dokter in de medicijnen. Dan gaat hij naar Amerika, daar hij meende dat de keizerlijke politie hem achtervolgde, omdat hij de zoon was van een republiekein. In Amerika geeft hij Fransche les en trouwt daar met Clarisse Plummers. Hij keert even voor den Fransch- Duitschen oorlog naar Parijs terug. Hij wordt tot wat men burgemeester van Montmartre zou kunnen noemen gekozen in de Nationale vergadering welke te Bordeaux heeft te beslissen over den afstand van Elzas-Lotha- ringen. Clemenceau en nog anderen stemmen tegen en van dit oogenblik is hij er op uit, in woorc" n geschrift om terug te krijgen wat de oorlog Frankrijk ontnomen heeft. Als de wereldoorlog uitbreekt, is hij de eenige overgeblevene van hen, die destijds tegen den afstand heb ben gestemd. Het gaat in het begin van den oorlog Frankrijk niet goed. Eindelijk wordt Clemenceau bereid gevonden zich aan het hoofd van de regeering te plaatsen. Vanaf dit moment ver anderd alles. Hij decreteert voor Frankrijk het vredesverdrag van Versailles. Doch bij de verkiezing voor pre sident na het aftreden van Poincare werd hij niet gekozen. Hij had een dag vóór de verkiezing te Versailles zijn candidatuur ingetrokken, wel wetende dat hij toch niet gekozen zou worden. Dat beteekende voor hem min of meer een nederlaag, die hij nooit heeft vergeten. Na dien tijd heeft hij zich weinig met de politiek ingelaten, Toen begon hij met het schrijven van zijn memoires die eerst na zijn dood zouden wor den gepubliceerd. De politieke loopbaan van Cle menceau is niet over rozen gegaan, hetgeen begrijpelijk is voor iemand, die altijd strijdvaardig was en altijd bereid om aan te vallen. Hij had den naam van tombeur des mini stères." Clemenceau is ook niet ontkomen aan den laster, waaraan vrijwel ieder politiek man in Frankrijk bloot staat. Een bende van vervalschers schreef om hem te treffen, zijn naam op 'n lijst, welke, naar men beweerde, ge stolen was uit de Engelsche ambas sade. Het moest een lijst beteekenen van Fransche verraders en spionnen in dienst van Engeland. Het groote geloofde inderdaad aan zijn schuld. De toenmalige minister-president Charles Dupuy, de verklaarde vijand van den tijger en den omverwerper van ministeries, keek, in het geheim de lijst in, en voor hij de namen van de lijst voorlas, riep Dupuy uit „Wanneer we nog leefden in de oude republiek Venetië, zouden wij de ellendelingen 's nachts in de Lagunen werpen." Clemenceau had een blad, „la Justice" opgericht en daar hij zelf geen vermogen bezat: had hij het blad laten financieren door een ze keren Cornelizs Herz, een zwende laar. Daarvan maakten zijn tegen standers gebruik. Voornamelijk Deroulede, een der bekendste vijanden van de republiek, die later uit Frank rijk werd verbannen, toen hij, tijdens de Dreyffus-affaire, aanzette tot opstand. Clemenceau was meer strijder dan diplomaat, meer aanvaller dan politicus Hij is conservatief, waar hij strijden moet tegen een vrijzinnig ministerie, vrijzinnig, zeer democratisch als de regeering aan den rechtschen kant is. Voor hem is heel zijn leven een politieke aanval geweest zijn pen was zijn wapen. En dat wapen kon heel fel zijn en heel scherp. Dat hebben velen in Frankrijk ondervonden, velen, die hem zijn voorgegaan in het graf. Frankrijk zal treuren om den man die verklaarde „je fais la guerre". Do Kykssoruminrichting. Zooals bekend zal zijn is te Rot terdam de Rijksseruminrichting ge vestigd, waar verschillende sera worden gewonnen tegendiverse veeziekten en waar ook verschillende zieke dieren ter onderzoek worden ontvangen. Het onderzoek en het gegeven advies is kosteloos. Men adresseert aan Den directeur van den Rijksseruminrichting te Rotter dam. Van dit instituut ontvingen we het verslag over 1928, waaruit we enkele dingen naar voren willen halen, om het toenemende belang van deze inrichting uit te doen komen. In 1928 werd 12.500 Kg. serum en voor 380.000 dieren entstof afge leverd. Daarbij komen nog 1304 L. van middelen ter bestrijding van de ratten- en muizenplaag in 16L. rein cultuur van melkzuurbacteriën. Niet minder dan 8643 onderzoe kingen worden verricht. Er werd een groot aantal onder zoekingen gedaan naar het besmet telijk verwerpen bij de runderen, in verband met de meening, dat de ziekte fabris imdulans door dezelfde bacterie zou worden veroorzaakt als de abortus bij het rund. De melk van hygiënische stallen, die hoofd zakelijk door zieken, zwakken en ouden van dagen mag deze bacillen zeker niet bevatten. In verband hier mede zijn tal van bloedmonsters aan runderen van dergelijke bedrijven onderzocht. Daarbij is gebleken, dat er gevallen voorkomen, waar de immuniteitsreacties van het bloed sneller verdwijnen dan de abortus bacillen uit de melk. Daardoor kan alleen het bloedonderzoek geen zekere verklaring geven, dat de abortusbacil niet voorkomt, maar is melkonderzoek eveneens noodig. Dit heeft dan ook nog plaats gehad op een hygiënischen stal van 30 stuks melkvee waar vroeger abortus was opgetreden. Thans bleken nog bij 6 runderen in de melk abortusbacillen voor te komen. Nadat die dieren verwijderd waren, konden geen abortusbacillen meer worden aange toond. Vooral ook het pullorumonder- zoek is zeer belangrijk geweest. Een onderzoek, dat zeker niet elk jaar voorkomt, is dat geweest van bijen, die aan een kwaadaardige darmziekte leden, n.l. de Nosema, die in vorige jaren sporadisch, in 1928 zeer kwaadaardig is opgetreden. Ook werden verschillende geheim middelen onderzocht. Het is niet overbodig van die geheimmiddelen de samenstelling te geven, daar nogal te veel geknoeid wordt om voor waardeloos spul het goede geld van het publiek te verkrijgen. Zoo werd een middel onderzocht genaamd Anaphtol een middel tegen mond en klauwzeer. Dit bleek te bestaan uit Zoutzuur van 25 pet. waarin 1 pet. gemalen kinabast in gesuspen- deerden vorm. Een middel tegen diarrhee tegen kuikens bestond voor 23ijt pet. uit IJzeroxyde, veel zet meel, kaneel en Semen Foenugraeci en ruim 13 pet. vocht. Een middel tegen alle mogelijke ziekten van menschen en dier bestond uitsluitend uit Semen Founugraeci. „Astralin" tegen rotkreupel bestaat uit een 10 pet. procentische oplossing van gekristalleerd kopersulfaat, waarin 1 pet. basisch kopercanbonaat in gesuspendeerden vorm en een klein beetje kampfer. Van de 4494 inzen dingen van dieren en organen enz. van dieren waren er 77 van paarden afkomstig, 512 van runderen, 239 van varkens, 13 van schapen. 6 van geiten, 89 van konijnen, 24 van honden, 42 van katten, 3188 van kippen, 267 van andere vogels, waarvan 112 eenden, 13 ganzen en 21 kalkoenen. Uit deze opsomming moge duidelijk geworden zijn de groote beteekenis die de Rijksserum inrichting voor den landbouw en veeteelt, maar ook voor den parti culier heeft. Wie een ziek dier heeft, wachtte niet te lang raad te vragen en het dier op te zenden. Wie weet of het niet aan een zeer besmette lijke ziekte lijdende is. In Rotterdam geeft men gaarne advies en goed advies, na gedaan onderzoek. Oude Trouw aangereden. Maandag werd in de Molenstraat mal, 68-jarige mej. Schoen, makers aangereden door een auto, bestuurd door Z. uit Boxmeer, ten gevolge van het defect geraken der stuurinrichting, De vrouw werd met een ernstige wonde aan het hoofd en een dubbele beenfractuur opge nomen. Zij moest van de H H Sacramenten der Stervenden worden voorzien. Een doodelgko «ronk Rc ongehuwde 36-jarige R. Koe- u. je Sappemeer dronk Zondag ochtend bij vergissing uit een flesch met verdund carbolzuur, waarna spoedig de dood volgde. Een zeldzaam feest. Het bekende zangkoor van de parochie St. Mathias. „St. Pascalis". ho-,H ?StrirCh(' hecft Zonda9 *in on W J 'en"tWint'9"'ari9 hestaan op waardige wijze kerkelijk gevierd. De directeur, de heer Fr Holle en, vierde 16 November 1.1. zijn CaS-koorCteUISChaP VM he' St' Puil zjjn spaarpenningen beroofd. iinb^i? ade mi'"werker B- Spek- holzerhe.de van de mijn in zijn kost huis terugkeerde, kwam hij tot de ontdekking dat al zijn spaarpenningen, 121, gestolen waren. De vermoede- hjke daders zijn mede-kostgangers, ,g oeders s- Duitschers. zijn met de noorderzon vertrokken. Auto-ongeluk. Op den Maastrichterweg nabij Roermond is Maandagmorgen de auto van den heer J. E. uit Amster dam door slippen tegen een boom gereden. E. die ernstig aan het hoofd «brachf D° 13 naarhe'^zmkenhuis U De narosserie van den auto is geheel in elkaar gedrukt. Een smokkelbende uitgeroeid. Groote geldstraffen. Voor het schciffengericht in Cleve f" 1 jaar 1926 vormde zich in het Duitsch-Hollandsche grensgebied m de omgeving van Venlo, een uitgebreide smokkelbende, die onge- .1 personen omvatte en haar en Stra I 'p Ven'°' Ka,denkirchen en Straelen. Eerst in 1928 kwamde douane op t spoor van deze bende mn'Jf S 9ef9d,kree0 2i' cen ver moeden dat deze bestond. Op zekeren dag werd dit ver- 1° a" bevestigd, door zekere chauffeur B. uit Limburg, die de douane mededeelde dat zekere Tonnissen in Venlo de leider was van de bende. Door belasting ambtenaren was spoedig vastgesteld, bh W9 vrachtwagens alleen bij Walbeek over de grens waren K uitgebreide veilig- hedsdienst had telkens nauwlettend te kV a9e1 °m 'uiste moment te kiezen om de grens te passeeren Zware verdenking rustte op de land- deiX' l' h O" Uit Slrae!en en den heer John Roos, kofflebranderij- db^r^Kadenkirch-B-szoJu be"n en h" WC9 9ew«en heb ben en hen tevens gewaarschuwd van nTaad uW55 DVol9en= °P9ave van getuige had Bones ook op 22 September 1927 ongeveer 1400 Kg. koffie naar Heilo bij Krefeld in een cafe laten brengen, waarin ze in een bSh-ëed Ti n- PP9esla9en- Bones Bestreed dit. Die bewuste 1400 Ko was geen koffie geweest, maar erw- ten. Ook ontkende hij, iets van de Venlosche medeplichtigen af te m1' k?o ndsche beambten echter verklaarden Bones dikwijls in gezel schap der verdachte Hollanders gezien te hebben. De douanebeambten schatten, de door bemiddeling van Bones gesmok kelde koffie op ruim 25000 Kg. De eisch van het gerecht tegen Bones was 6 maanden gevangenisstraf en een totale geldboete van 113.640 R.M. Tegen Roos uit Kaldenkirchen een totale geldboete van 24500 R.M. De uitspraak van 't gerecht was 6 maanden gevangenisstraf en 36.300 R.M. tegen Bones. Roos werd vrij gesproken. Door de vingers zien. Als ge het thuis zoo aangenaam mogelijk wilt hebben, mijn vriend, moet ge leeren niet te veel te zien of te hooren. Als een dienstbode een schaal laat vallen, of het eten laat aanbranden, of iets onhandigs doet, als ge gasten hebt, dan is het veel beter dat te negeeren dan dat ge de vreugde van uw gezin en vsn uw gasten verstoort door er de aan dacht op te vestigen en een standje te maken. Er zijn nog een menigte van der gelijke dingen, die in elk gezin voor komen, vooral als er kinderen zijn, maar waar ge niet op moet letten. Niet omdat ze niet op hun manier belangrijk zijn, maar omdat ge u de prijs niet kunt getroosten, die het u zou kosten als ge toegaaft aan een lust om te schelden, op te stuiven en drukte te maken. Bovendien die kleine huiselijke beslommeringen zooals kleine verspillingen, het breken van dingen, netheid in huis, behooren tot het gebied van uw vrouw, niet tot de uwe. Als ge een goede vrouw hebt, zal zij die dingen wel nagaan, zonder uw tusschenkomst. Ge weet, dat ge orde in uw zaken moet hebben om met voordeel te kunnen werken ge weet dat, om de beste resultaten te krijgen, het noodig is, dat alles van een leien dakje gaat, en toch hebben velen van u geen orde bij u thuis, omdat ge niet afstand kan doen van uw aangeboren neiging om alles achter na te loopen, over iedereen de baas te spelen, en te maken dat iedereen doet, zooals gij wilt. Ge zoudt er in uw zaken niet over denken om, alleen om uw eigen zin te kunnen doen en om te over- heerschen dingen te doen, die uw hoogste belangen schade toebrengen. Ge zoudt uw personeel niet voor alles berispen en critiseeren, ge zoudt hun het leven niet onaangenaam maken door uw vitten, want ge zoudt weten, dat weldra de verhouding onmogelijk zou worden, en dat uw zaken er zeker onder zouden lijden. Maar ge schijnt te denken, dat ge altijd kunt twisten over de dingen die in uw huis gebeuren, dingen die zoo onbeduidend zijn, dat ge in uw zaken er in 't geheel geen aandacht voor zoudt hebben, en dan verwacht ge nog, dat ge in huis honderd percent harmonie en goede resultaten zult hebben! Wat is mist en hoe ontstaat liy. Mist heeft van nature een groote overeenkomst met wolken en men zou kuneen zeggen, dat mist een wolk is, die contact kreeg met de aarde. Mist bestaat uit een ontelbare menigte micoscopisch kleine water druppels. De natuurkundigen hebben kunnen nagaan, dat al die druppeltjes zoo hol zijn als zeepbellen. Mist vormt zich in den regel als de voch tige grond warmer is dan de lucht en de opstijgende 'dampen zichtbaar worden, zooals waterdamp zichtbaar wordt boven kokend water. Doch somtijds schijnt de mist op de aarde neer te vallen in plaats van omhoog te stijgen. Dit verschijnsel doet zich voor als de bovenlagen van een dampkring warmer zijn dan de benedenlagen (zooals bij dooi). De aanraking dier bovenlagen met de koudere benedenlagen doet den waterdamp zich verdichten en mist ontstaan. Mist komt zoowel te land als ter zee voor. De (raining van voetballers. De heer J. H. E. van de Putte, die voor en tijdens den wedstrijd Holland—Noorwegen de Noorsche ploeg gemasseerd heeft en daardoor in de gelegenheid was met de kam pioenen van Scandinavië over hun training te praten, schrijft in „De Sport" Hun trainingsprogramma luid als volgtéénmaal per week voetbal training en tweemaal per week loopen en wel lange afstand voor conditie en uithoudingsvermogen en sprinten om snelheid te krijgen, verder vee! massage. Verschillende spelers hadden nu al sinds 3 weken geen bal aangeraakt, doch uitsluitend geloopen om te voorkomen, dat hun spieren stijf zouden worden. De Noorsche voet ballers hadden dan ook spieren, die in soepelheid konden wedijveren met die van goedverzorgde athleten. Als men aan een Hollandschen voetbal ler denkt, ziet men een complex knobbelige stijve spieren voor zich, enkele gunstige uitzonderingen daar gelaten. Waarschijnlijk heb ik bij dit Noor sche trainingsverhaal een beetje ver wonderend gekeken, men vroeg mij ten minste of de Hollandsche voet ballers dan anders trainden. Nu was het de beurt van de Noren om verbaasd te zijn, toen ik hun vertelde, dat de Hollandsche voetballers ge durende het seizoen niets anders doen dan voetballen, daarna eenige maan den rust, om dan weer met frisschen moed te beginnen met onze populaire sport. Maar hoe leeren ze dan hardloopen, hoe kunnen ze dan anderhalf uur lang een snel tempo houden? Na afloop van den wedstrijd was hun eenparig oordeel, dat de Hol landers geboren voetballers zijn als zij zonder eén oefenwedstrijd en met dergelijke training nog op een derge lijke manier partij kunnen geven. Voor en uit de Zakenwereld", Cultuur is datgene wat iemand overblijft, wanneer hij alles, wat hij geleerd heeft, vergeten is. Hoe meer iemand financieel onaf hankelijk wordt, hoe meer hij in staat is zijn volkomen onafhankelijk- heid te bevorderen. Indien ervaring een goede leer- meesteres is, dan diende het sommigen van ons toch veel beter te gaan dan inderdaad het geval is. Het is betrekkelijk gemakkelijk honderd menschen te vinden, die u kunnen vertellen, hoe iets gedaan behoort te worden, maar het is bijna onmogelijk het werkelijk gedaan te krijgen. Een betrekking lijkt veel op een belegging. Wie het baantje heeft moet, gehjk de belegger, geduld hebben. Zaken worden langzaam opgebouwd, en promoties gaan lang zaam. Vaak moeten jonge menschen wachten tot een zaak wordt uitge breid, voordat ze een hoogere positie en meer salaris kunnen krijgen. Soms moeten ze wachten tot iemand sterft ot weggaat. Nu en dan wordt h,t, geduld niet beloond. Niets gebeurt zooals het dient te gebeuren. Doch even vaak veranderen de dingen, zooals niemand het mogelijk achtte. Iedere zaak die met het publiek te doen heeft, bemerkt, indien de leiding waakzaam is, dat sommige klanten eischen stellen, die onredelijk schijnen. Wanneer deze eischen of Klachten geanaliseerd worden zal gewoonlijk blijken, dat het slechts om kleinigheden gaat. Ge dient u af te vragen: Leggen mijn reizigers genoeg bezoeken per dag af Kweeken ze de juiste klan ten en toekomstige klanten? Bezoe ken ze vaak genoeg, grondig genoeg, regelmatig genoeg hun district? Hersens om mee te denken, machines om mee te werken, geven esparing van tijd en arbeidskracht. Het geldt evenzeer voor een kantoor als voor een fabriek. Uw beste klanten zijn de beste toekomstige klanten uwer concurren ten. Morgan heeft onlangs gezegd, dat de eenige zekerheid, die in zaken en op de fondsenmarkt bestaat, een vol doende bruto-marge is, dat er altijd schommelingen zullen voorkomen. Het paard keert terug in Londen. Hoewel de motor triomfantelijk en alsnog tamelijk luidruchtig voort gaat de wereld te veroveren, zijn er te Londen toch altijd nog menschen die gelooven. dat het goedkooperis een paard te voederen dan een motor, zeker voor transport over korten afstand. De aanblik van het verkeer in de ity van Londen verraadt, dat deze meening veld wint. Mannen van de statistiek en de telling hebben met opschrijfboekjes in de City gestaan. En wat zij hebben opgeschreven, dat meer goedige paardenooren ooit, kiekeboe spelen met de hooge «anken van omnibussen en stoom wagens, motorkappen en „saloon,, ruiten (bedoeld zijn rijdende saloons), ue paard-en-wagens nemen toe. Wie in hun hart een warm plaatsje voor het paard hebben, zullen het nieuws met gemengde gevoelens vernemen. K-'J zullen voldoening smaken bij de gedachte dat onze „plus nobel enquete op haar beurt genoeg geestkracht toont te bezitten om zich met te laten verdringen door den motor. -Aan den anderen kant moeten zij begrijpen dat het voor het paard „niet alles" is terug te moeten keeren, naar het gezwoeg in de luidruchtige, volle, glibberige straten van een moderne stad. Paard en wagen nemen echter, in verhou ding tot de vracht, veel minder straatruimte in dan de motorwagens doen, en het verkeer met paard en wagen is traag. Het verkeerspaard mist dat bijzon- dere orgaan, dat als gaspedaal van een motor gehoorzaam vaart ver snelt. Heeft Parijs het paard geheel verdreven, wij in Londen, aldus wordt van daar geschreven, moeten integendeel verwachten, dat het ver keer, reeds ondragelijk traag ook zonder paarden, nog trager gaan zal. Alles wel beschouwd is deze terugkeer van het paard op het plaveisel, geen verschijnsel dat met vreugde te begroeten is. Stempeling van koelhuis-eieren. Ons laud staat natuurlijk niet alleen, wat betreft de woeilijkheden verbonden aan den eieruitvoer en het op peil houden daarvan' vooral naar Engeland. Zoo heeft, volgens mededeeling van Hr. Ms. Gezant te Stockholm de Zweedsche Regeering thans een koninklijk besluit uitge vaardigd, inzake den uitvoer van kippeneieren naar andere landen en het stempelen van eieren, bewaard m koehnrichtingen of op andere wijze geconserveerd'. I Bij uitvoer naar Groot-Brittannië zullen sieren die in een koelinrich- g of op andere wijze zijn gecon serveerd, behalve met het woord

Peel en Maas | 1929 | | pagina 8