PURIr aaa. mat Jaalt t VlY Paapar te Zonder krijgsplan in den oorlog. Gemengde Berichten Marlchte Zaterdflovêi WoenB N<i Duitschland de meeste af (resp. 563 ton en 2365 ton). In de eerste kwartalen van het loopende jaar zijn niet minder dan 348.252 ton aardappelen uitgevoerd ter waarde van slechts f 13.222.000, tegen 240.541 ton ter waarde van f 12.937.000 in hetzelfde tijdvak van 1928. Hiervan waren 263.810 ton kleiaardappelen, waarde f 10.338.000, 13.791 ton veenaardappelen, waarde f 461.000 en 70.651 ton zandaard- appelen, waarde f 2.423.000. Van de kleiaardappelen gingen 93.344 ton naar België, 74.667 ton naar Duitsch land, 28.779 ton naar Frankrijk en 14.170 ton naar Groot-Britannië. Van de veenaardappelen 6200 ton naar Duitschland en van de zandaardap- pelen 45.716 ton naar Duitschland. De uitvoer van pootaardappelen was in September goed, nl. 6702 ton, hetgeen 4806 ton in September vorig jaar. Hiervan gingen 3298 ton naar België, 2319 ton naar Frankrijk en 1070 ton naar Duitschland. In de eerste drie kwartalen van het loopende jaar zijn 18.712 ton pootaardappelen uitgevoerd ter waarde van f 1.163.000, tegen 8364 ton ter waarde van f 652.000, in hetzelfde tijdvak van 1928. Hiervan gingen 7656 ton naar België, 4781 ton naar Frankrijk en 3345 ton naar Duitschland. Bij de Regeerings-uitgeversmaat- schappij te Moscou zijn dezer dagen verschenen de herinneringen van generaal Brussilow, die in den wereld oorlog het commando voerde over het Zuid-Russische front. Door deze publicaties worden de bekende tekort komingen van de Russische manier van oorlogsvoeren in een geheel nieuw licht geplaatst. Generaal Brus silow gold algemeen als een der bekwaamste Russische legeraanvoer ders in den wereldoorlog. Na de revolutie ging Brussilow over in den dienst der Sovjet- regeering, wat hem den eeuwigen haat der emigranten bezorgde. Een zoon van den generaal, die aan de zijde der Rooden streed, werd in den burgeroorlog door de Witten ge vangen genomen en voor de oogen van het regiment onder allerlei be- leedigingen en plagerijen opgehangen, Brussilow was een der weinigen, die den moed hadden om den ge vreesden grootvorst Nicolai Nico- lajewitsch de waarheid in het gezicht te zeggen. Toen Brussilow in St. Petersburg nog commandeerend generaal van een cavalerie-divisie van de keizerlijke garde was, ontving hij op zekeren dag van grootvorst Nicolai Nicolajewitsch een uitnoodi- ging voor een dejeuner. In werkelijk heid was het geen vriendelijkheid van den grootvorst. Hij wilde den generaal een uitbrander geven over iets wat in een garde-regiment was voorgevallen. Brussilow liet zich dat echter zoo maar niet goedschiks aan leunen; hij antwoordde den groot vorst kalm en zakelijk op al zijn heftige verwijten. In woede ontstoken sprong Nicolai Nicolajewitsch open had zich waarschijnlijk op den gene raal geworpen, wanneer het kalme en bezadigde gezicht van Brussilow hem niet tot bezinning gebracht had. De grootvorst liep naar het venster en trommelde een langen marsch op de ruiten... na enkele minuten was hij zich weer meester. Brussilow stond op en wachtte rustig op het verdere verloop van de zaak. Zonder een woord te spreken verliet de groot vorst de kamer. Brussilow bleef nog eenige minuten, verliet toen eveneens de kamer en zei tot den wachthebbenden adjudant, dat hij niet langer op den grootvorst wachten kon, daar zijn tijd zeer beperkt was. Dit ongewoon gedrag van een generaal tegenover den grootvorst had een zeer onverwacht gevolg. De grootvorst noodigde Brussilow weer bij zich uit en ont ving hem met de woorden: „Laten we het voorgevallene vergeten. Ik heb niets gezegd, en u hebt niets geantwoord, Kom laat ons gaan ont bijten." Zooals generaal Brussilow verder in zijn memoiries vertelt, zag heter in de keizerlijke garde in St. Peters burg in werkelijkheid heelemaal niet zoo rooskleurig uit als het uiterlijk wel scheen. Het gistte in het officieren korps en de dragonder-officieren liepen heimelijk met plannen rond om hun commandeerend generaal Graaf Keller, in het publiek af te ranselen, daar hij brutaal en wreed was in zijn optreden tegenover zijn ondergeschikten. Het gelukte echter den oproer nog in zijn kiem te ver stikken. Toch werd er op een goeden dag nog een aanslag op Graaf Keiler gepleegd. Gedurende een parade slingerde een soldaat een Verkleede revolutionair een bom naar den Generaal. Graaf Keiler had de zeld zame tegenwoordigheid van geest om den bom, die hem in stukken verscheurd had, wanneer die voor zijn voeten gevallen was, met de bloote hand op te vangen. De Generale Staf van Rusland was, volgens de beweringen van Brussilow heelemaal niet op den wereldoorlog voorbeid. De Russische vestingen aan de Westgrens bevon den zich in desolaten toestand. Er was niet eens een krijgsplan opge maakt. Alle operaties van den Gene- ralen Staf waren van het toeval af hankelijk, Maar ondanks dit alles houdt Brussilow staande, dat groot vorst Nicolai Nicolajewitsch eender beste Russische legeraanvoerders was. Toen de Czaar in den zomer van 1916 onder den druk der publieke meening den grootvorst uit zijn post ontsloeg om zelf het oppercommando op zich te nemen, deed in militaire kringen de volgende anecdote d< ronde Hindenburg heeft nooit van zijn leven gelachen. Toen hij echter hoorde, dat de Czaar opperbevelhebber ge worden was kreeg hij een lachkramp, die een half uur duurde. Brussilouw spreekt in zijn boek ook nog van een Krijgsraad, die onder voorzitterschap van den Czaar stond, Bijna alle legeraanvoerders verklaar den dat aan een offensief aan hun front niet te denken viel. De Czaar, van wien men een definitieve beslis sing verwachtte zat als een steenen beeld tusschen hen in en deed alsof de zaak hem heelemaal niet aanging. Zoo lang de beraadslagingen duurden sprak de Czaar geen enkel woord. Tenslotte zei hij, dat hij het met alles wat er besproken was, eens was. Het boek van generaal Brussilow, dat zoovele ophelderingen en ver klaringen bevat, werpt nog eens een helder licht op de oorzaken van de vreeselijke ineenstorting van een regeeringssysteem, waardoor een reuzenrijk met onuitputtelijke econo mische en cultureele bronnen in een diepen afgrond geraakte. Hoe en wanneer een gentleman in 1860 rooken mocht. In den tijd waarin men het heel gewoon vindt, dat vrouwen en meisjes in het openbaar rooken, is het wel interesant een oud Ameri- kaansch boekje te lezen van 't jaar 1860, getiteld „The Gentlemen's Book of Etiquette", dat toen in Amerika gold als het Wetboek van Mevrouw Etiquette en waarin de volgende regels gegeven worden, hoe een fatsoenlijk rooker zich moet gedragen. Men moet nooit een pijp op straat rooken en in een koffiehuis of hotel moet men geheel-en-al niet rooken. In tegenwoordigheid van een dominémag men niet rooken zonder zijn toestemming. Hem een sigaar aanbieden is zeer onhoffelijk Wanneer men rookt of met roo- kers vertoeft, en zich daarna in gezelschap van dames begeeft, trek dan eerst een ander pak aan. Een gastheer, die weet hoe 't hoort, en die u een sigaar presenteert, biedt u tegelijk een jas aan, waarin u rooken kunt. (Dat waren dus de eerste „smokings". Als men gerookt heeft, spoele men zijn mond goed schoon en poetse zijn tanden die men voor dat doel dient bij zich te hebben. In andermans huis rookt men niet zonder zijn verlof en wanneer er dames zijn, vraagt men die permissie niet. Het staat zeer onbeleefd een sigaar op te steken, zonder de aanwezigen er ook een te offreeren, uitgezonderd aan een dominé of een ouden man. Een aangeboden sigaar, goed of slecht, behoort men op te rooken en maakt geen op-of aanmerkingen over haar kwaliteit. Berst probeeren. Een electriciën had de draden verlegd en 't kwam er nog slechts op aan de draden te verbinden. Maar in zijn haast en ijver had hij vergeten wat de positieve of wat de negatieve Pool was. Een oogen- blik aarzelde hij, toen riep hij Char ley, kom 's hier". Het jongmaatje kwam aangeloopen. „Steek je vinger 's in dat gaatje! zoo.... merk je niets „Niets" zei Charley doodkalm. „Dan is 't goed, ik wist niet, welke draad het was....maar kom in 's hemelsnaam niet aan de andere want dan ben je er bij I" Het booze geweten. Hein de Gapper had uit de open veranda van een villa een papegaai gestolen. Hij had het dier gebraden en smakelijk opgepeuzeld. Een paar dagen later voelt hij zich heelemaal niet lekker', en gaat naar zijn fonds dokter om zich te laten onderzoe ken. Deze zette een gehoorbuis op zijn borst, luisterde aandachtig en trok daarna een zeer bedenkelijk gezicht. Hein de Gapper schrok er van en stamelde "In 's hemelsnaam dokter, heeft ie wat gezegd De geheimzinnige onderzeeboot In de oostzee, Botnische en Finsche jolf wordt druk gesmokkeld. Finland ïeeft een drankverbod en evenals de Vereenigde Staten valt er iets te verdienen aan den clandestienen 'invoer van spirtualiën. Tallooze smokkelaarsbenden vinden op de ontelbare eilanden voor de Finsche kust een uitstekende schuilplaats, terwijl de talrijke waterwegen allerlei mogelijkheden bieden, om aan het toezicht der Finsche en Zweedsché tolbeambten te ontkomen. De smokkelaars voeren hun be drijf in snelvarende, met mitrailleurs bewapende motorbooten uit en ze schromen niet, in geval van nood van hun machinegeweren gebruik te maken. Menigmaal is het reeds tot schietpartijen gekomen. En vaak moesten de smokkelaars het onder spit delven. Dit heeft hen er zeer waarschijnlijk toe gebracht, zich op grootscheepsche manier tegen de overvallen van de douaniers te be schermen. Reeds herhaaldelijk waren deze van de duisternis mit uet lichte kanonnen beschoten, zonder dat ze konden ontdekken, door wie en waar deze schoten gelost werden. Het vermoeden werd uitgesproken dat de smokkelaars over een onder zeeboot moesten beschikken. "Doch dit werd weinig aannemelijk geacht. Tenslotte moest men na herhaaldelij ke ontmoetingen wel aannemen, dat een door vrijbuiters bemande onderzeeboot de Oostzee onveilig maakte. En in heldere maannacht kregen de douanen zekerheid. Toen de Finsche kustwacht in de nabijheid van het vuurschip Aerens- grund een smokkelaarsboot achter volgde, dook op^eens een lang zwart naar schatting 70 meter lang gevaarte uit de zee op. De douanen hadden geen enkele aanleiding om te meenen dat ze met de beruchte zeeslang te doen hadden, want plotseling donderde een kanonschot door de nachtelijke stilte. Direct daarop werd gevraagd waar de douaneboot heen ging. De mannen van de kustwacht hadden niet eens den tijd voor een antwoord want op hetzelfde oogenblik sloeg een kanonskogel vlak voor hun vaartuig in zee. De zwarte gedaante kwam steeds dichterbij en de kogels suisden over de hoofden der douanen die niet anders konden doen, dan de vlucht te nemen, zoodat de motorboot met de smokkelaars veilig ontsnappen kon. Men had nu de zekerheid, dat een in dienst van de smokkelaars varende onderzeeboot in de Finsche golf opereerde, en spoedig kwamen er berichten binnen, dat de boot in de Botnische golf ook gesignaleerd was. De Finsche en Zweedsche regee ringen overwegen nu, oorlogschepen op de geheimzinnige onderzeeboot af te zenden. ZIJN VROUW VOOR f2400 VERKOCHT. Het is ongeveer anderhalf jaar geleden, dat melding is gemaakt van een opzienbarend geval te Niebert, een dorpje in het westerkwartier van de provincie Groningen, welks be volking meende recht te moeten spreken in een delicate zaak. Een dergelijke geschiedenis is nu afge speeld in het Drentsche dorp Zuid laren. De Provinciale Groninger Courant meldt daarover o.m. Niet lang geleden heeft de Zuid- laarder jeugd een volksgericht ge houden om haar woede te koelen op een man, die eens anders vrouw had gekocht voor f 2400. Op een avond is een bende opge schoten jongens naar het huis van den kooper getrokken met de be doeling om hem te zamen met zijn nieuwe aanwinst op een boeren wagen te pronk te zetten en een rit door het dorp aan te bieden. Zij hebben de man en de vrouw echter niet te pakken kunnen krijgen, daar deze zich verdekt hadden opgesteld in den kelder, waar zij vqpr de bende veilig waren. In finesses heeft de zaak zich als volgt toegedragenEr woont te Zuidlaren een boertje B. dat ge trouwd is met een vrouw. Een zekeren varkenskoopman („zwiene- koopman" noemt men dat in het dorpje) trachtte met de vrouw in relatie te treden. Het gelukte. Aanvankelijk bemerkte B. weinig van deze verhouding en zonder eenige bijgedachte leende hij van T. een som gelds, die naar men zegt f 1400 bedroeg, Eerst later kwam hij er achter, hoe het stond tusschen T. en zijn vrouw. Hij was daarover eerst zeer ontsticht, doch later werd tusschen de twee de oneenigheid geliquideerd, doordat de volgende overeenkomst tot stand kwam T. zou van B. diens vrouw over nemen. Als tegenpraestatie zou T. aan B. dien schuld kwijtschelden en hem bovendien nog 1000 gulden er bij betalen. Op een Vrijdag heeft de vrouw haar hebben en houden bij haar echtgenoot weggehaald en naar haar kooper overgebracht. Op den avond van dien Vrijdag is een bende, die naar sommigen beweren, bestond uit dertig tot veertig jonge kerels van 18 tot 22 jaar, maar die volgens anderen wel tenminste vijftig man sterk geweest moet zijn, luid zingende, naar de woning van T. getrokken. Het huisje van T, ligt zeer dicht bij de kom van het dorp. Het was de bedoeling van de jongelui, om T. en de vrouw op minder fatsoenlijke wijze op een boerenwagen door het dorp te rijden. Toen bleek, dat beidé personen zich den kelder onbereikbaar hadden opgesteld, heeft de bende volstaan, met de ruiten van het huis en de deur te vernielen, verwoesting aan te richting onder het huisraad en het linnen uit de linnenkasten te halen en stuk te scheuren. Het bezoek heeft geduurd van des avonds half tien tot des nachts half één. Toen is de menigte, half voldaan weggetrokken. T. en de vrouw hebben nog een Daar dagen in het huisje gewoond. Daarna zijn zij uit Zuidlaren ver trokken naar het heet naar Gronin gen. Zuidlaarders hebben T. ten minste daar op de markt gesignaleerd. Het snedige antwoord. Een boer had erwten gezaaid op een stuk land. Kort daarna hield Lodewijk XIV wapenoefeningen met zijn troepen Fransche gardes en Zwitsers en zooals dat vroeger ging, 't eigendom van den armen boer werd niet ontzien, de soldaten ston den op een gegeven oogenblik op zijn stuk land. Dadelijk begon de boer luidkeels te schreeuwen „Miracle miracle Een officier vroeg hem „Waarom schreeuw je toch miracle Wat is er dan toch voor een wonder ge beurd De boer antwoordde niet, maar ging voort met zijn kreten, totdat hij zeker wist, door den koning te zijn gehoord. Deze liet hem bij zich komen en vroeg waarom hij toch miracle schreeuwde. Toen zei de boer „Ach, koning, ik heb hier erwten gezaaid en er zijn soldaten opgekomen !"- Door dit antwoord lachte de koning en de boer kreeg vergoeding. Levenswijsheid. Niemand heeft recht op geluk, die nog nooit den gelukshonger heeft gekend, en niemand heeft recht op liefde, die er nog nooit smachtend naar heeft verlangd. Ik heb boeken, dat zijn de aan genaamste metgezellen, zij veranderen niet van stemming men kan op hen vertrouwen en kiezen, welke ons het best passen. Wie zijn gezicht in het vuur steekt, zal er rood en verwond en ontdaan uitkomen, steek uzelf in brand van nijd, afgunst en kwaadwilligheid, en ge zult op de een of andere wijze gewond en ontdaan te voor schijn komen uit een element, of schoon onzichtbaar, toch even werkelijk als vuur is. Hoe meer zand uit den zandlooper onzes levens terneder valt, des te helderder moet gij door het ledige glas heenzien. 01 wanneer komt de tijd dat ieder man In elk paar oogen een vriende- groet zal lezen, Geen menschenhart eenzaam meer leven kan. Beter is het alles prijs te geven, dan te handelen tegen de voor schriften der liefde. Ik weet bij ondervinding, dat niets meer vormt, dan het vormen van anderen. Zonder zwarte aarde ontstaan geene schoone, welriekende bloemen. Er is een allen en alles omvattend, goddelijk Leven, zich openbarend door den sterrenhemel boven en het geweten in ons. Gebruik u naaste nooit zonder zonder meer als middel. Eer in hem de persoonlijkeid, die gij zelf tracht te wezen. Vrede Wie kan oprecht vrede smaken? Slechts hij die bereid is om van alles afstand te doen. Het is de plicht van den mensch, door zijn houding de waardigheid van 't menschdom te behoeden. De mensch, die zich zelf verlaagt, ver mindert niet alleen zijn eigen waarde, maar die van de geheele menschheid. Onze rijkdom en onze roem zijn barricaden, die zich tusschen ons en en ons zelf stellen. In ieder hart is een snaar, die een reinen klank voort brengt, als zij wordt aangeslagen. Tevreden zijn is groote gunst, Tevreden schijnen groote kunst, Tevreden worden groot gelijk, Tevreden blijven 't meesterwerk. Spreken is zilver, maar zwijgen is goud. Vaak heeft meer spreken dan 't zwijgen berouwd. Toch is soms zwijgen een zonde voor God, Spreken een plicht naar Gods heilig gebod. Dan, welk een omkeer, verwon derlijk groot! Goud wordt nu 't spreken, en 't zwijgen is lood Voor en uit ,,De Zakenwereld". Wijs mij de firma, waar alle employé 's er in zijn opgevoed, wel willend over de klanten te denken, zoodat, wanneer ze over hen spreken, dit in beleefde termen geschiedt en ik kan veilig voor die firma een snel en durend succes voorspellen, zoolang de politiek van kracht blijft. Laat uw klant merken, dat ge persoonlijk belang in hem stelt een werkelijk persoonlijk belang, dat niet uitsluitend wordt gemeten naar zijn orders en zijn guldens en ge zult in ruil zijn gehechtheid en werkelijken steun ontvangen, die een zaak opbouwen. Persoonlijkheid vormt den grond toon voor ieder zakelijk object. Meer dan dat, zij is het kardinale element in iedere onderneming. Menschen, niet geld, zijn de beslissende factoren in commercieele en industrieele ondernemingen. Een crediteur weet, dat ge om crediet vraagt, omdat ge het noodig hebt. Hij verwacht niet, dat uw balans een groot surplus aan kas middelen zal aanwijzen als dat zoo was, zoudt ge hem niet noodig hebben. Al wat hij vraagt is te weten hoe ge er voor staat welke kans hij en wij samen nemen. Verplichte verzekering van derden. Norrisson, de Engelsche minis ter van vervoerwezen, heeft de voornaamste bepalingen van zijn ontwerp-verzekeringswet tegen ongelukken door auto of motor rijders, bekend gemaakt. Alle houders van rijbewijzen moeten een verzekering sluiten, tegen ongelukken aan derden overkomen en moeten hun polisch evengoed als hun rijbewijs steeds bij zich hebben.. op boete van 50 pond, of een maximum van 1 jaar gevangenisstraf. Iemand die tweemaal veroordeeld is voor het veroorzaken van ongelukken wordt het rijbewijs voor goed afgeno men. Dronkenschap als bestuurder van een auto of motorfiets wordt met intrekking van rijbewijs van ten hoogste een jaar gestraft, on gerekend de aansprakelijkheid voor veroorzaakte ongevallen. Een vrouwenarts maakt 600 slachtoffers. Voor het sovjet-gerecht te Kieff is het volgende «zaakje behandeld dat wel een licht werpt.op som mige verhoudingen in de unie der sovjet-republieken. Sinds 8 jaar was in het zieken huis te Kieff een vrouwenarts een zekere »dr." Kolesnikow aange steld. Een zijner eerste en grootste verdiensten was, dat hij een bijzonder ijverig partijgenoot was. Weshalve werd hij bij zijn aanstelling meer op partijbelangen dan wel op zijn bekwaamheid, of liever gemis aan bekwaamheid gelet. Toen er in den lojp der jaren echter niet minder dan 600 vrou wen onder het mes van den geleerde sneuvelden, zagen zich zijn collega's gedwongen hem toch een beetje nauwkeuriger op de vingers te kijken Er werd een onderzoekingscoms- sie ingesteld, die vaststelde dat de zoogenaamde »arts" niets anders was dan een schoenma kersknecht die zich met behulp van valsehe documenten voor docter in de geneeskunde had doen doorgaan. Hij werd tot 5 jaar «vrijheids- berooving" veroordeeld. Een geneeskundig oordeel over de biecht en den zelfmoord. De te München verschijnende „Medizinische Wochenschrift" brengt een studie van Dr. Erich Meyer over den zelfmoord en zijn bestrijding, Op grond van uitgebreide statistische onderzoekingen komt hij tot de slot som, dat katholieke landen een veel geringer aantal zelfmoordenaars tellen dan niet-katholieke landen. Hij schrijft dit op de eerste plaats toe aan de biecht der katholieke kerk. „Ik beken hier, voegt hij er aan toe, dat ik protestant ben en er niet aan denk de katholieke instellingen te verheer lijken. In de biecht, waaraan de katholiek reeds vroeg gewend wordt, ligt voor ieder, en bijzonderlijk voor de katholieke jeugd, het groote voor deel, dat hij een mensch bezit, aan wien hij al zijn nooden en strijden in zekeren zin onpersoonlijk kan bekend maken. Hij weet, dat de priester in Gods plaats de biecht aanhoort en dat deze tot zwijgen verplicht is over alles wat hem toe vertrouwd wordt.... Indien de zelf moordenaar in zwaarmoedige oogen- blikken een helpenden vriend had, wien hij zich toevertrouwen kan, zouden verschillende zelfmoorden achterwege blijven. De geneesheer moet daarom zijn beroep als een priesterschap over de hem toever trouwde zielen uitoefenen...." De ommekeer in Oostenryk. Aan een artikel in de „Deutsche Presse" over de kentering op gods dienstig in de arbeidersklasse in Oostenrijk het volgende ontleend Op de afvalbeweging in Oosten rijk is een terugkeer gevolgd, die percentagegewijs reeds van meer beteekenis is dan eerstgenoemde beweging. Wat dit feit beteekent, kan men slechts dan begrijpen, wanneer men de fanatieke propaganda volgt, die nu sinds meer dan tien jaren in woord geschrift en beeld, tegen de Katho lieke Kerk gevoerd wordt. Prelaat dr. Seipel heeft, naar men weet indertijd zijn vrijwillig aftreden als bondskanselier hiermede gemoti veerd, dat hij den propagandisten voorden verderen afval geen verdere mogelijkheid wilde geven, zijn eigen persoon als politicus bij de agitatie tegen de Kerk te gebruiken. Het was dan ook, zooals bekend, nergens in Europa zoo treurig op dit gebied gesteld Rusland alleen uitgezonderd als juist wel in Oostenrijk, waar tienduizenden sinds den oorlog de Kerk verlieten. De Weensche Maasbodecorres pondent heeft daarover herhaaldelijk geschreven. De leiding der sociaal democratische partij in Oostenrijk is het, die de voornaamste stootkracht aan de beweging geeft zooals men weet. Wat nu den ommekeer betreft, die zich aan 't voltrekken is, daar over kunnen de volgende opgaven worden verstrekt Terwijl in het jaar 1928 de groei der Katholieke Kerk tegenover den Katholieken-afval te Weenen 15.1 bedroeg, is dit cijfer, ondanks een verscherpte afval-propaganda, in het tweede kwartaal 1929 reeds tot 22 pet. gestegen. Merkwaardig mag het heeten, dat de trek naar de Kerk te Weenen juist in de arbeiderswijken het dui delijkst aan den dag treedt. In Weenen is in het voorjaar zelfs een groot aantal volwassenen, die tot dan toe geen enkele religie aan hingen, in de Katholieke Kerk getreden. Twee en twintig pet., dus meer dan een vijfde van de in het laatste In het gelaat verdwijnert spoedig door deze des avonds met wat PUROL In je wrijven en door zich 's morgens te wasschen met warm water en gewone zeep of beter nog met Purolzeep. 't Voldoet iedereen. 818-13 kwartaal afgevallen katholieken, zijn weer in den schoot der Kerk terug gekeerd, ondanks de terreur, die hen wacht. En wie gelegenheid heeft, met zulke teruggekeerden in aanraking te komen, zal de groote zielsveran dering dezer menschen niet kunnen loochenen. Diefstal. Ten nadeele van den heer W. R. te Afferden, werden 120 zilverpels- konijnen meegenomen, gedood of verminkt. Dader(s) onbekend. Ernstige val. Bij het verrichten van werkzaam heden viel Zaterdadmiddag de timmermanszoon K. van het dak eener woning te Kerkrade in de O. L. Vr. straat. Met gebroken iedematerf in- en uitwendige verwondingen en zware hoofdwonden, werd K. wiens toestand ernstig is, naar de ouderlijke woning gebracht, De nieuwe weg Hccrlen-Geleen. In de raadsvergadering van Nuth deelde de voorzitter mede, dat het in de bedoeling van Waterstaat ligt om binnen afzienbaren tijd over te gaan tot aanleg van een nieuwen grooten verkeersweg Heerlen-Nuth- Geleen. De rentabiliteit der suiker bietenteelt. De rentabiliteit der suikerbietenteelt laat de laatste jaren te wenschen, zoodat van uitbreiding der teelt geen sprake is. Echter dient te worden bedacht dat in den regel slechts 10 tot 15 pet. van het bouwland met suikerbieten wordt beteeld en dat de aardappelcultuur een 3 a 4 maal zoo groote oppervlakte inneemt. Daarbij gevoegd de beteekenis voor de vee houderij en de leveringsverplichtingen voor de coöperatieve fabriek, zal de onvermijdelijke inkrimping zeer zeker niet dadelijk groote afmetingen aannemen. Dit wordt door de meeste afdee- lingen ook niet wenschelijk geacht. Behalve op overheidssteun wordt gehoopt op nieuwe soorten welke minder gevoelig zijn voor ziekten en ongunstige groei-omstandigheden. Ovor boord gevallen en verdronken. Maandagmorgen is in de Dortsche Kil ter hoogte van 's Gravendeel de 36-jarige vrouw van den schipper Beekman van het sleepschip „Martha" over boord gevallen en verdronken. Het lijk, dat spoedig gedregd werd is met het schip mee, naar Dordrecht genomen en aldaar naar het lijkenhuisje der R, K. begraaf plaats overgebracht. Kinderverlamming. Te Roermond zijn op het oogen blik drie gevallen van kinderverlam ming. De kleinen zijn in het hospitaal opgenomen. Schadelyk wild. Dat er in de gemeente Bergen nog wild zit is gebleken op de dezer dagen gehouden drijfjacht op de goederen van Jurgens onder Afferden. Met zeven geweren werden geschoten 145 konijnen, 8 hazen, 1 fazant en 4 patrijzen. Het doel van deze drijfjacht was alleen om de opruiming van konijnen te doen. By kot korfballen doodgebleven. Bij den korfftal-wedstrijd Emma Vitesse te Den Haag voor de West. 3e klasse van den N. K. B. is Zon dagmiddag na de rust de 18-jarige mej, Savalle van Vitesse (L.) plotse ling doodgebleven. De in allerijl ontboden geneesheer, dr. Buizer, constateerde hartverlam ming. 20 jaar geëischt in de moordzaak Lans. Zaterdagmorgen, de derde dag van de behandeling van de moordzaak Lans voor de Rotterdamsche Recht bank, bestond er zeer groote belang stelling. Nadat nog enkele getuigen waren gehoord, ving mr. J. A. de Visser zijn requisitoir aan. De officier nam aan, dat de ver duisteringen vaststaan. Veel moeilijker i(e c 790-20 is de vraag subs, doodsla agaa: voerig de v e g« hebben nag* ent de doodsla en wegens dood erdu jaar gevangei Mr. v. d. als op inzake jster: vroeg clemenverd reeds veel he n ei indien gevang yerd deze gelijk te an 1; hechtenis. Mr, Koko te v inzake de mo doe Deze verdt t, da aangaat iem wint veroordeelen 1 op gingen. Spr. spra; de verduiste iet v pleegd, zou s dellijl heidstelling li zoch Uitspraak Sichtei Door ee jegre Op Zond; ren v uur is op di an d straat te 's G een ganger door gegre De man be i sch< en bloedde 1 het 1 enkele oogen ezwe De getrofl. M jaar oud en 'ieterf Vermoed v on was overgest Vorst tlow De voort skans het Duitsche st vo is Maandagn ingev* uur, na ee ijd va uren, op l leeftij villa „Malta' ovei ruw ipen: Als Uw gesprongeipi en pijnlijkforal brand- gen en Het i alle jr verz ge Parys De Pariji enter; besloten da geen voerti worden get innen h s valle ang k maar oeilijk Ook de dit verbod, men dit radii tot nog toe Deze schiji et bel de vereenigit dieren ming uit d eruimc En om de en de van het vet le stad grooten, vr indwac paarden mt nesteel wereld (van tolpen] Een vok acht paard meer i de k zullen in d d'Ace netjes in et iterd 1 historische i bekijken. in, ont :won aard« Janu paar In ik. ont eet een gedressjen, da op de kan maken pooten loop Inde stilti tige publiek buitenman dat heen, varkens dik moeten Haar frlzettei Een klein is bezfi daarlijk te b laar ge zei wat eer zeer a en opc „Wa« al ook al toe ze wat af te „Marietje, vliegmachint De klein keek stil aam ir het totdat dit ufcht ven was. Toen waar huilde De even galant Toen eeeen dan een oog, aspoort schreef de t Oogen d Ier, teei uitdrukking, te wei: paarc het zei ind eer om i Ut. Fran bte wa dames ROERM i de Eiermijn va waren voerd 1.000 Groote ei J.60 tot Kleine eie 6.tot Eendeneii tot VENLOtoöp. V andag tieren, tot vereeniging aangevoerd Groote eiiO.. Kleine eie 6.80 tot Eendeneii 7.20 tot Ganseiere Kippeneie f 1.6C

Peel en Maas | 1929 | | pagina 8