Tweed© Blad van „FEIL IN MAAS"
Ooms vertelt.
Hoest, Keelpijn
FE U1LLKTON
De Jodenknaap van
Praag.
Een stukje historie.
De Tillefoon.
ZATERDAG 2 MAART 1929
Vijftigste Jaargang No. 9
v.
Wat anders en toch hetzelfde.
Kan ik 't helpen dat ik erg fa-
milie-achtig ben Beschaamd of zelfs
verlegen kan ik er niet om zijn,
vooral in een tijd dat iedereen, maar
dan ook iedereen, klaagt over 't
verdwijnen van den familiegeest en
over de ontwrichting van het huis
gezin.
Als dat treurige verschijnsel, dat
zich algemeener naar voren dringen
de euvel zijne oorzaak niet vindt in
het vergeten en verwaarloozen der
Heilige Familie, dan ben ik de
grootste uil, die er loopt of vliegt.
Alweer over de H. Familie Oome
wordt taai en saai. De natuur gaat
bij hem boven de leerhij zegt wel
jong van harte te zijn, maar daar zit
hij alweer volop in 't oude. Hij be
rijdt weer zijn oud stokpaardje.
Oud I Oud I De duivel is oud en
zijn moer nog ouder. Moet ik het
dan hebben over z ij n familie En
waarom? Is 't omdat er zooveel
nieuwe families zijn waar 't duivelsch
toegaat, en die regelrecht van dien
nikker afstammen Die mogen er
wel eens aan denken waar zij, na
ongeveer 60 jaar, en velen veël
vroeger, zullen belanden, want aan
den anderen kant hebben ze maar
keuze tusschen twee families, en uit
is het met alle nieuwe bloed- en
aanverwantschappen, Heilige of on
heilige familie.
Foei, ondeugende neefjes en nicht
jes I lk meende 't zoo goed met
jullie. Snapt ge gelijk een goede
vriend mij altijd zegt, alsof ik nu
van niets verstand of begrip kan
hebben.
Wat ik maar wou zeggen Dat ik
den vorigen keer iets vergeten was
Men kan ook alles niet ineens zeg
gen, omdat Peel en Maas meer grond
gebied dan papier beslaat, en de
Koningin van de Peel is meer praters
rijk dan den Oome.
Is er wel iemand geweest, die op
den glorierijken datum van 2 Fe
bruari niet gedacht heeft aan Pastoor
Wilhelm van Haeff, den stichter der
Venraysche H. Familie Ik in allen
gevalle wel, en mij dacht dat zelfs
het sinds 1884 dorrende gebeente
van den goeden en goedigen Pastoor
van vreugde in onzen priesterkelder
heeft moetert opspringen, al heeft
die bedaarde man in zijn pastoors
leven wis en zeker weinig kunnen
springenhij leed immers aan een
breuk en stierf aan breukbeklem
ming, och arme!
Wat er van zij, in den Hemel
heeft die diamanten Jubilaris zonder
den minsten twijfel groot feest ge
vierd, als eerste lid en oprichter der
H. Familie. Och I och I wat zal hij
't dien dag druk gehad hebben, want
hij moest front maken naar den
hemel en naar de aarde, naar zijn
parochie van 5t. Petrus uit de Ban
den en naar die van St. Petrus
Banden. Hierbeneden stond wel heel
het groote Venrqv feestelijk opge
steld, maar een veel grooter Venray
omringde hem daarboven, met eene
H. Familie, waaraan onze 300 aard
sche leden nog niet kunnen tippen
ik bedoel in aantalde rest maakt
O.L.H. wel uit. 't Ware wel eens
Historisch-Itomantisch verhaal.
Vrij naar het Duitseh door B. B.
21.
Toen sleepten zij hem naderhand
wederom naar het huis van den ouden
Abele terug en ik heb alle reden om
te gelooven, dat zij hem toen gemarteld
en zelfs gekruisigd hebben Een kennis
van mij namelijk, die dien nacht toe
vallig lange hel huis was gekomen, had
een harde schreeuw gehoord en daarna
duidelijk hel tikken van hamerslagen
Den volgenden morgen werd ikgehe 1
onverwachts bij den ouden Abele ge
roepen, waar ik onverwijld de opdracht
kreeg om in alle stilte en zoo spo-dig
mogelijk een kindergraf klaar te maken
Aldus vertelde de doodgraver en
zooals iedereen begrijpt, stelde ik alle
pogingen in het we-k om hem aan zijn
versland te brengen, dat hij nu een
groote schuld te vereffenen had met
den heiligen knaap. Ik trachtte hem te
overtuigen, dat hij verplicht was deze
verklaring luid en openlijk voor het
gerecht te herhalen. Daar wilde hij
echter niets van hooren en eyrst na
lang dralen er. talmen bracht ik hem
zoover, dat hij de heele geschiedenis
aan Pater Gard'aan zou mededeelen.
Broeder Cuniberlua ging aanstonds
interessant en heilzaam leerrijk eene
statistiek op te stellen van al de
Venrayers, die in den loop van 60
aren, als leden der H. Familie zijn
gehemeld. En dan wacht ik den eer
ste nog, die er nu spijt van heeft
zich ooit bij Pastoor van Haeff's
Familie te hebben aangesloten.
Die goede man had een hart en
een verstand I
Hart had hij buitengewoon voor
zijn H. Familie. Ik herinner me nog,
al was ik toen nog maar een „blaag",
en lang voordat ik ingeschreven werd,
hoe ik met kameraden stilletjes ach
ter een pilaar of onder 't zangkoor
kroop, om Pastoor van Haeff ge
moedelijk tot zijn Familieleden, allen
met gerekte j halzen en soms open
mond strak luisterend, te hooren
spreken, vooral als hij 't had over
de zware beproevingen der kerk,
over die roodhemden van Oaribaldi
(die Italianen loopen liefst in hun
hemd, vroeger rood, nu zwart; maar
de zwarten zijn beter en maken nu
weer goed, God zij lof, wat die
rooden bedierven), over Pius IX en
zijn zouaven (en daar waren van zijn
jongens bij), dan over den Fransch-
Dultschen oorlog; (ik was toen nog
wat vechtlustig aangelegd, want we
speelden toen soms onder ons mis
dienaars zouaaf en soldaat achter het
hoogaltaar in de toogkasten, in de
sacristie om ampullen en wierooksvat,
en oorlog op het kerkhof; o jeugd
zonden I)
Wat een lust daarna dat wel niet
geschoold, maar van harte zingend
mannenkoor van eenige honderden
te hooren. Ja, het stormde toen naar
de H. Familie, tot van Leunen, Over
broek en Veulen, van alle kanten en
hoeken van Venray. De H. Familie
was troef, hoorMaar ze wordt
het weer, let er op.
Verstand had die goede Pastoor,
want lang vóór den grooten Leo
XIII, Licht aan den Hemel, had hij
gedacht wat die verlichte Paus ten
eeuwigen dage neerschreef in Zijn
apostolischen Rondbrief van 14 juni
1892: Niets zoo heilzaam en vrucht
baar kan er voor de christelijke
huisgezinnen uitgedacht worden als
het voorbeeld der H. Familie, welke
het geheel der huiselijke deugden
zoo volmaakt en zoo af omvat. Al
dus aangeroepen in de huiselijke
woning, mogen Jezus, Maria en Jo
seph genadig de wederzijdsche liefde
voeden, de zeden richten, tot deugd
zaamheid aansporen, de van alle
zijden dreigende smarten lenigen en
dragelijker maken.
Dat wist, dat voorzag Pastoor van
Haeff, en vergist heeft hij zich niet
Wie beschrijft ooit de ontzaglijke
som goeds, geboren uit deze zijne
stichting Hoe blijde en dankbaar
zal onze H. Familie-stichter, ditmaal
het op zich zelf toepassend, tot den
Algoede herhaald hebben Hij toonde
hem den weg van het Rijk, gaf hem
dc wetenschap der Heiligen, vereer
de hem in zijn werk en voltooide
zijne onderneming. Ja, ja, ik heb die
woorden goed onthouden, eens van
onzen preekstoel gebruikt bij de
teraardebestelling van een opvolger
van Pastoor van Haeff.
Niemand zeggedat is een preek,
't Is niet waar, want 't is maar een
leekenpreekje. En toch is 't waar,
want ik zeg 't een onfeilbare Paus
en een heilige Pastoor na.
Of er nu nog een paar honderd
meer leden tot de H. Familie zullen
toetreden Daar moet gij allen maar
eens goed voor bidden, mannen van
Oideon.
Tot ziens. OOME.
Om jong te bljjven.
Het feit, dat uw gezondheid te wen
schen overlaat, is waarschijnlijk de
eenige redeD, dat gij u door lichte
zorgen reeds zenuwachtig, versleten en
oud gevoelt. Misschien zijt gij een dier
noodelooze slachtoffers van een nier-
sandoening Laat deze te voorkomen
ierzwakte u'.niet oud maken voor uw
tijd.
Zoek en verbeter de oorzaak van uw
kwaal. Tracht weer flink en gezond te
worden. Die pijn in de lendenen, die
ellendige blaasstoornissen, hoofdpijn en
duizeligheid, dat afgematte, zenuwach
tige gevoel behoeven u niet langer te
kwellen. Alle tesamen maken uw leven
lot een last, die zoodra gij uw nieren
verzorgd hebt, verdwijnt.
Verzwakte nieren kunnen metFoster's
Rugpijn Nieren Pillen versterkt worden
waardoor gij u in elk opzicht jonger
voelt. Begin onmiddellijk met hel
gebruik. Zonder uitstel I Wacht niel,
tot gij last krijgt van rheumatiek,
ischias, spit, blaasontsteking of water
zucht. Ook tegen dergelijke ernstiger
kwalen worden Foster's Pillen aanbe
volen, doch voorkomen is altijd beter
dan genezen
Verkrijgbaar (in glasverpakking met
geel etiket iet hier vooral op) bij
potheken en drogisten f 1,75 per
flacon. 34
den Gardiaan roepen en deze liet den
ouden Jood alles haarfijn uitleggen en
spande hem zelfs menige strikvraag,
want hij scheen den jood niet bijzonder
te vertrouwen. Ten slotte zweeg P.
Honorius, blëef eenigen tijd kalm voor
zich uitstaren, nam eens een flin'
snuifje, draaide de doos een poost
rond tusschen zijn vingers en zeide
toen
Of uw zonderling verhaal op
waarheid berust, kunnen we overigen
gemakkelijk laten nagaan. Ik zal bet
plaatselijk gerecht er van in kennis
stellen, men laat eenvoudig het graf
van den jongen Abel openen en als hij
werkelijk door zijn vader vermoord of,
zooals gij gelooft, zelfs gekruisigd ia,
dan moet men dit nog aan de wond
teekenen kunnen zien.
Daar stemde ik ten volle mee in en
na lang praten was de doodgraver
eindelijk tevreden, vooral toen Pater
Gardiaan hem een voorloopig toevluchls
oord aanbood in ons kloostertje Pale
Honorius beloofde hem verder, dat hij
hem met raad en daad behulpzaam zou
zijn en dat hij op zijne voorspraak kon
rekenen, indien hij later soms naar een
andere plaats of stad zou willen trek
ken. Echter natuurlijk alleen bijgeval
alles werkelijk uitkwam zooala hij zeid-
Denz Ifden avond nog werd in het
gastenkwartier een klein kamertje voor
den doodgraver in orde gebracht.
Broeder Cuniberlua kreeg in het gehei
van ons beide de opdracht scberp op
den jood te letten. Wij, arme Capuciji.an
bezitten wel ia waar geen geld, maar
in onze Sacristie wordt, behalve andere
laguoadia Htdsdnllagia.
Wat maar al te dikwijls over
het hoofd wordt gezien.,
Door een misverstand (felix culpa I)
is Mgr. Dr. Poelser, naar onzen lezer*
bekend is, toe bewogen, om eindelijk
ens een lasterpraatje dood te slaan
dat hem al dertig jaren had achter-
olgd.
Dit is vermoedelijk de aanleiding
eweest voor den ZeerEerw Pater A
Abels O ESA, om in »St Petrus" eer
artikel te wijden aan een ingekankerde
kwaal, waaraan wij katholieken in ons
kleine landje over het algemeen labo
reeren, om namelijk de vrije meenir.gs
'liling van anderen op sociaal en politeK
gebied te beknibbelen en hen, die in
kennis en ontwikkeling soms toren
hoog boven ons verheven zijn, door
erdachtmakende critiek af te breker
en neer te halen.
Daarbij vertelt de Z Eerw. schrijver
een stukje historie, dat zeer leerzaam
is voor menigeen onder ons
Hoe is dr. Schaepman in zijn lijd
verguisd geworden, schrijft p. Abels
Ik herinner hel mij nog zoo goed, dat
k als student meende voor hem te
moeten bidden, opdat God hem d
rogeii zou openen voor de dwaalleer,
di6 hij verkondigde. Zoo werden wij
als jong student, die geen dagblad
mochten lezen, voorgelicht.
Hoe is dr. Ariëns in zijn tijd niel
aangevallen om zijn zich zelf offerende
liefdesaclie 'voor zijn hongerende mede
menschen.
Wat heeft 'n dr. Poels op alle gebied
niet moeten verduren vanaf het begin
van zijn priesterleven. Hij, die door
God met zulke buitengewone talenten
begiftigd was, zag zich als jeugdig
priester verdacht gemsakt, wat zich op
felle wijze herhaalde in den beklagens
waardigen tijd van het inlegralisme,
loen geen middelen werden ontzien, om
zijn leven en dat zijner dierbaren zelfs
te verbitteren niet alleen, maar om
hem met geweld als het ware te voeren
tot dwaling en tot opstand tegenover
het over hem gesteld gezag der kerke
lijke overheid.
Wanneer zij niet zulke groote en
allerhoogst staande karakters en tevens
kinderlijke gehoorzame zonen hunner
boven alles dierbare Moederkerk ge
weest waren, dan hadden zij in de
volle kracht van hun leven hun
machtige strijdbijl neergeworpen en
zich teruggetrokken in een of ander
verborgen hoekje der wereld; maar
zuivere Godsliefde en zuivere liefde
Kerk en maatschappij drongeD
hen om trots geniepige en hatelijke
aanvallen, te blijven werken aan de
verwezenlijking van gedachten, die
hun geniale geesten als goed en nuttig
hadden ieeren inzien.
En geen enkele der aanvallers heeft
ooit den noodigen moed getoond om
met dezelfde pen, waarmee zij die
schrijnende wonden hebben geslagen,
die open blijvende wonden trachten te
heelen of te verzachten. En wel mogen
wij het beschouwen als een zichtbare
leiding der vaderlijke Voorzienighed,
dat juist deze groote mannen zoo
verkleineerd en onverdiend vernederd
verguisd, in hun leven nog, door
het hoogste kerkelijke gezag, door
Pausen Kardinalen niet alleen in hun
klein vaderland, maar voor gansch de
wereld als andere Mardochaeussen mei
«rper omkleed werden, gehuldigd en
geprezen om hun blinde gehoorzaam
heid en reuzenarbeid voor Kerk en
Maatschappij
Het is nu 16 jaren geleden, dat dr
Poels wekelijka door den redacteur
van een onzer R K. provinciale week
blaadjes werd aangevallen op een wijze,
die bij ieder weldenkend priester verzet
moet uitlokken. Ik maakte in een daar
verschijnend weekblad aanmerking op
en verdedigde openlijk dr. Poels, dien
nooit gezien of gesproken had, maar
kende uit zijn geschriften en door zijn
arbeid in de Limburgsche mijnstreek
Daarop ontving ik van den redacteur
een vertrouwelijk verdachtmakend
schrijven, waarin het patertje onder
bet oog werd gebracht, dat hij de
critiek niet zou geschreven hebben,
indien hij volkomen bekend ware ge
weest met den geest, die dr. Poels
bezielt, want dr. Poels kent men eersi
dan, wanneer men hem geregeld, week
aan week leest. «Dat overigens de
journalistieke arbeid van dr. Poels niet
llijd bevalt en zelfs verre van daar
aan het hoogste kerkelijke gezag is
mij van zeer nabij bekend".
Het was sterk, en om de waarheid
te zeggen, werd ik een beetje bang, ik
schreef aan den bisschop van Roermond
monseigneur Drehmanns en aan dr
Poels, om te vernemen, of datvertrou
welijk schrijven waarheid bevatte, of
dat het een vertrouwelijke verdacht
making wes. Dan volgenden dag had
k van beiden antwoord. Monseigneur
schreef
ijke heilige vaten en kerkelijke ge
waden, ook nog de beroemde monstrans
de Santa Casa (ziekenhuis) met
haar 6666 diamanten bewaarden Pater
Gardiaan vertrouwde den Jood tocb
niet heelemaal.
Wij lieten er geen gras overgroeien
en eenige oogenblikken later beval
Gardiaan mij hem te v«rgezellen naar
Sint Clemens, het College der Paters
Jezuïten. Pater Honorius wilde de
eventueele gevolgen van die geschiede
nis van den kleinen Abel niet alleen
op zijn verantwoording en op die van
de Paters Capucijnen nemen. Hij vond
het beter en voorzichtiger om eerst
eens even aan te gaan bij den Rector
van het Jezuïten-Oollege Deze was,
volgens zijp zeggen, in zulke zaken
veel beter thuis en daarom wilde bij
eerst eens hooren wat hij van heel die
geschiedenis dacht In aller haast wier
pen we onze mantels om en gingen
naar de Jezuïten.
Ofschoon het reeds tamelijk laat was
toen we daar aankwamen en broeder
portier nu juist niet, wat men noemt,
zijn vriendelijkste gezicht trok, kwa
de Hoogeerw. Pater Rector toch spoedig
in de spreekkamer of locutorium, zooals
de Jezuïten die noemen.
De Rector hoorde onze wonderbare
geschiedenis kalm aan en ofschoon hel
een en ander hem niet erg geloof*
waardig voorkwam, vond hij toch het
verhaal in zijn geheel genomen niet
heel vreemd of onmogelijk. Daarom
vroeg hij ons of die geschiedenis reeds
ruchtbaar was geworden en of er ook
nog anderen waren, die er ook van
Ik kan u de verzekering geven
dat het hoogste kerkelijke gezag in
Nederland den socialen arbeid van
dr. Poels ten zeerste waardeert en
geen aanleiding heeft gevonden, om
zijn journalistieke werkzaamheden
minder prijzenswaardig te vinden
Wie het tegenovergestelde beweert
en zegt, dat hem zulks van zeer
nabij bekend is, mag dit te goedei
trouw doen, maar is dan door een
derde in de luren gelegd of lijdt aan
hallicunaties.
Hoogachtend,
(wg)f J. DREHMANNS,
Bisschop van Roermond
Dr. Poels schreef mij
Ik verklaar u, dat men u een
perfieden leugen heeft verteld... Als
ik u een brief liet lezen, dien ik deze
maand nog van mgr. Drehmanns
ontving, zoudt ge ineens voor goed
weten, dat men u in dat vertrouwe
lijk schrijven juist het omgekeerde
van de waarheid heeft verteld. De
Aarlabi88chop van Utrecht dus
het hoogste kerkelijk gezag in Neder
land heeft mij nooit of nimmer
doen blijken, dat mijn optreden of
mijn journalistieke arbeid hem
minder bevalt Toen ik voor eenige
maanden te Utrecht bij hem was,
gaf hij mij integendeel de meest
ondubbelzinnige blijken 'van sym
pathie...
Uw vriend,
H. A. POELS.
Ik liet d8ze~brieven"aan den redac»
teur lezen en wees hem op zijn ge»
wetensplicht, om dr. Poels openlijk in
zijn blad, dat hem zoo intreurig had
fgekamd en verdacht gemaakt, in
eere te herstellen, door den brief van
den bisschop van Roermond in het
door hem geredigeerd blad te publi»
ceeren. Vervulde hij dien gewetens»
plicht Wel neen. Hij bleef doorgaan
met afbraak en ik bereikte niets
anders, dan dat ook ik gerangschikt
werd onder de rij van geestelijken,
die in het oog van redacteurs niet
zuiver in de leer waren.
Deze geschiedenis van nu juist 16
jaren geleden schoot mij te binnen nu
ik over bovenstaande stof schrijven
wilde. Hel lot van geestelijken, van
hooger of lager geplaatsten, die zich
op sociaal of politiek terrein bewegen
is menigmaal, dat zij, als ze niet van
plan zijn voorgelegde patronen op
sociaal en politiek gebied zuiver na te
knippen, aangevallen worden omtrent
hun gehoorzaamheid aan bisschoppe»
lijke uitspraken. Dat is gewoon taktiek
van hen, die niet over voldoende gees»
Leacapaciteiten beschikken om gedegen
argumenten te vinden.
Neen, ook bij bestrijding van tegen
standers moeten wij de streng voor»
geschreven naastenliefde onderhouden
zonder verplicht te zijn in vrije kwea»
lies ja en amen te zeggen op alles
wat door leiders of anderen gepubli»
ceerd wordt. En dat ziet men in onze
sociale en politieke beweging en or»
eanisalie maar al te dikwijls over het
hoofd.
'n Venraots yertelselke dur
GERARD LEMMENS.
Umdat dees geschiedenis wie ze 't
meei Yertelde nog mer amper twieë
jaor geleeje echtwaor mot gebeurd zien,
za'k ow dan ok mer drek zegge dat
ozze goeie acherbaas ozze Hannes wir
as klant hit terug gekreege.
Goejenaovondaaame.
Goejn aavent! (de klassieke groet
van de scherluui beei ós).
Hannes kwam beei den acherbaas
binne, wooi de deur wir toe doen, mer
de tocht trok em de deur uut zien hand,
en ze klat8te hard dicht.
Holla 1 zit Hannes, dat haai ik
zoeë nie bedoeld. Ge zut der wel van
geschrokke zien, wor scherman
Nieë, Hannes, zo gaauw schrikt
me nie.
Jao, mer as d'r dor ewel enna
beei ow onder 't mes zitl aal ziedde
geei dat, Kuuob Verdold nog, dsor
ha'k now ewel gaar gen aergt ien,
Hoe gut et? Zeg, wa'kuw vraoge wooi:
hit die roi van Jentjes Driek al ge-
kallefd, Pieëter
Nognie, mer... bas, en Pieëter Néts
speeide de zieëpschoem weg. Nog enne
kieër probierde Pieë er te proate, mer
et gong braaf slecht mit den schoem.
Scherkèl Janse-Grad haai dat drek ien
de gaate, en ie poezelde mer mitzienne
Kwast dat de vluk rondvloogen.
Zeg ia, Hannes, begos ie vur
Pieëter, war de geei vurrige maond
nao de stad? Ow Han isdaor getrowd,
wor
Jao. Oz Han is daor bieësiiggo^d
afwisten.
Toen ik hem zeide, dat behalve wij
tweeën ook Broeder Cunibertus in het
geheim was ingewijd, vond Z eerw. het
maar beter om dienzelfden avond nog
de zaak aanhangig te maken bij de
geestelijke Overheid.
Pater Gardiaan en Pater Rector
gingen aanstonds op stap naar deD
Aartsbisschop en ik ontving bevel om
zoo spoedig mogelijk naar ons kloos
tertje terug te keeren. Broeder Cuni
bertus moest ik nog eens flink op het
hart drukken het diepste stilzwijgen te
bewaren omtrent het verhaal van dien
jood en doodgraver. Wij gingen dus
ieder ons weegs en toen ik in het
klooster was aangekomen vertelde ik
den broeder hoe de zaken stonden, dat
waarschijnlijk alles ontdekt zou worden
en dat bij vooral zijn mond moest
houden wat betrof hel verhaal van dien
jood. De broeder toonde zich zeer ver
heugd en beloofde, dat hij legen
niemand er een woord over zou zeggen.
Als ze allemaal zoo veel praten ala ik,
zei hij nog een beetje geraakt, dan zal
het nog wel los loopen.... Toen bleef
ik verder bij de poort wachten op den
terugkeer van den Gardiaan.
Hij keerde echter pas laat in den
avond terug en mijn nieuwsgierigheid
werd allesbehalve bevredigd, Hij zeide
mij, dat ik mijn nieuwsgierigheid maar
een beetje moest bedwingen en dal ik
mij al 'ang ter ruste had moeten be
geven. Den volgenden dag zou ik alles
wel vernemen.
Er zat dus niets anders op dan te
gehoorzamen en geduld te oefenen.
Zooals ik later hoorde, had de aarts
bisschop hen echter zeer vriendelijk
ontvangen. Toen ze hem dit wonderbare
voorval zoo veel mogelijk lang en
breed hadden uitgelegd, was hij zelf
in zijn eigen rijtuig met hen naar
Graaf Thurm, de stadoverste gereden
om de hulp van de wereldlijke arm in
le roepen. Toen aldaar de causa
criminalia (het feit van een misdaad)
was vastgesteld en uitvoerig besproken,
besloten de Aartsbisschop en graaf
Thurm éénparig om met de gevangen
neming van dien moedwilligen mis
dadiger te wachten tot den volgenden
morgen vroeg. De poorten van de stad,
vooral van het Jodenkwartier zouden
zij echter ten strengste laten bewaken.
Bij het aanbreken van den dag zou
dan een gedeelte van de burgerwacht
naar het huis van den ouden schurk
Abele en den Rabbijn trekken, een
ander gedeelte zou al vast naar het
graf van den knaap gaan om het te
bewaken en tegelijkertijd zon een heel
regiment soldaten heel het Jodenkwar
tier omsingelen, zoodat er geen enkele
jood meer in of uit kon zonder speciaal
verlof van de burgerlijke en militaire
Overheid.
Wordt vervolgd
Münhardt's Hoosttablelten. Doos 30 ct.
Mjjnhardt's Keelpij ntabletten, 60 eu 30 et
Bij Apolh. en Drogisten