s Fot Dwars door Canada P. V. 1 Adverteert in dit blad DE U\ri Fot< In Het Schildenwerk. Ingezonden. öemengde Berichten. Prach Bii R A.lle sp, Vergi Olievi van por Bezool A he sc Marktberichten. R.S.Sl wone aard'% zóó, dat de kuil bolvormig wordt en dus het water er af kan loopen. Bij strenge vorst wordt de kuil gedekt met bladeren (loof) en wel zoo veel, dat men overtuigd is, dat de vorst niet tot de groenten kan doordringen Om witte kool te kunnen bewaren, is een eerste vereischte, dat ze onbe schadigd, dus niet gekneusd is. Kool, uit eigen tuin gesneden, komt daardoor méér in aanmerking, dan die, welke is aangevoerd. Verder moeten de kooien behoorlijk vast en groot zijn; te vast en te groot is echter ook moge lijk. De bewaring moet plaats hebben op een koele, doch vorstvrije, droge plaats. Misschien is in een kelder of in de schuur zoodanige plek te vinden. De kooien worden dan aan de stronk op gehangen. Van belang is, dat de kooien op gezette lijden worden nagezien, of zich ook rotte plekjes verloonendeze worden direct weggesneden en de be treffende kooien hel eerst verbruikt. Ook de kooien kan men inkuilen. Ze worden van de grootste buiten bladeren ontdaan en op een hooge, droge plaats in der. hof zóó diep in den grond geplaatst, dat de stronk er boven uit steekt. Bjj strenge vorst wordt een bedekking met stroo of ruigte aange bracht. Uien bewaart men op een droge plaats; sjalotten evenzoo. Vorst vrij behoeft deze bewaarplaats niet te zijn, als ze maar droog liggen. Prei en selderij (struik) kan men buiten opkuilen en met wat boombladeren bedekken, die bij niet vriezend weer moeten worden verwijderd Knolselderij wordt in witzand gekuild, zoodat men de ondereinden der knollen met de kleinste helft in 't zand plaatst; de rest blijft ongedekt. Van het loof der selderij-knollen wordt een weinig behouden, gewoonlijk het binnenste hartje. Van alle andere wortel-of knol gewassen wordt het loof verwijderd Alleen bij bulten mag het, eer men ze opkuilt, niet worden afgesneden, maar moet dit met de hand worden afgedraaid. We willen nog iets zeggen over enkele in den hof staands groen ten Als van de wortelen het loof zoo slecht begint te worden, dat men ze daaraan niet uit den grond kan trekken dan is het goed ze te rooien. Men licht ze eerst wat op met de greep, waarna ze met de handen uit den grond worden gehaald Hoewel de spinazie niet geheel be vriest, kan ze toch door vorst en scherpe wind veel lijden. Dit kan men nog veel voorkomen door er wat droog loof (bladeren) over te strooien, bij voorkeur beukenbladeren, omdat deze niet zwaar op de vrucht liggen. Er worden nu telkens als men ze noodig heeft, d8 grootste bladeren afgeplukt; de kleine bladeren kunnen dan nog groeien zoo het geen vriezend weer isin het laatst groeien ze niet meer maar dan zal de bladbedekking hun toch ten goede komen. Hebt u brocoli (een soort bloemkool) zooals we u hebben aangeraden, gezaaid en later verplant? Zoo ja, dan moet u ze nu naar binnen brengen en plaatsen, zoo mogelijk, in een kouden bak onder glas. Goed en veel luchten is een ver eischte, en vooral vorstvrij houden. Plaats ze in den bak niet al te dicht onder elkaar, want ze groeien den geheelen winter door en vragen dus een weinig ruimte. In't voorjaar zullen er kooltjes in komen, welke mqn een weinig dekt door er een blad van de kool op te leggen, omdat ze anders door zon en scherpe lucht bruin zouden worden; door eenige bedekking houdt men ze blank. Aldus kan men vroeg bloemkool hebben, want ze is even goed van smaak als de gewone bloemkool. Om dezen tijd gebeurt het veel, dot het des nachts vriest en daarna weer regent. Hierdoor heeft de andijvie meer te lijden, ze wordt dan zwart in'thart en gaat spoedig rotten. Zoo veel moge lijk moet men thans zorgen, dat bij droog weer de grootste struiken worden opgebonden, de vorst heeft er dsn niet spoedig vat op, omdat de struiken dan gesloten zijn De struiken welke men te klein vindt om opgebonden te wor- deD, kunnen het beste bewaard worden onder glas; ze worden daarvoor uit den grond opgehaald als ze goed droog zijn Men zet ze dan in een bak met de wortels, maar ook niet meer, in den grond en tegen elkander aan. Ds ramen worden dan van onder en boven op lucht gezet, waardoor de groente goed droog blijft. Als het meer gaat vriezen, dan de bak 's nachts dicht leggen en vorstvrij houden. De nieuwe noten zijn er: ze zijn een goed en versterkend voedsel, vooral voor hen, die lijden aan bloedarmoede, bleekzucht, scrofulose (klierachtigheid) vermagering, enz. Twee malen daags 6 tot 8 groote walnoten, geven spoedig een gunstige uitwerking te zien aan de frisschere gelaatskleur en een donkerder rood der lippen ten doel, het Rijk van Christus' H. Hart over de geheele wereld te ver spreiden 600.000, zeggezes honderd duizend zulüe Schilden, in 150 ver schillende talen gedrukt, werden reeds verspreid en gratis aan de Missionaris sen toegezonden en geen dag gaat voorbij zonder dat ze in grooi getal worden gevraagd.' Zelfs Heidenen vragen om een Schild yan het H. Hart, waardoor reeds menige bekeering tot het ware geloof verkregen werd. Een voorbeeld slechts: In een der verre missiegebieden ging de Bisschop, voorzien van een hamer en een zak spijkers, zelf 2000 zulke Schilden in de hutten der Negers vasthechten. Op een der volgende dagen kwam het opper hoofd van een geheel heidenschen stam der binnenlanden, waar nog geen missionaris had kunnen binnendringen, om bem te vragen, waarom ook zij geen platen hadden octvangeu Mgr beloofde te komen, en zoo baande het H. Hart hem zelf den weg Maar hoe is het mogelijk zulks te doen Op vele plaatsen van ons land wor den zulke Schilden met ijver vérspreid tegen den prijs van 10 cent. De opbrengst daarvan komt dan bet Werk in de Missiën ten goede. Waarom zou ook ons land niet in elke woning waarom niet in elk vertrek? een beeltenis van het H. Hart met schiet gebed d8 bewoners aan den Liefde Koning herinneren, en aausporen tot vereeniging met Christus Door zooveel mogelijk de Schilden vooreen dubbeltje te verkoopen, zal dit niet alleen den zegen van het H. Hart over ons land de huisgezinnen doen nederdalen, maar het ook aan het Secretariaat mogelijk maken rog meer Schilden naar de Missiën te zenden. Onlangs werden er voor China 100 000 gevraagd men kon er slechts 10000 zenden, omdat de middelen te kort schoten. Wend U, met bestellingen en geld zendingen tot: Secretariaat «Regina Coeli", Weverssingel 44, Amersfoort R. S C. J. a. Is U bekend met het prachtige Werk der «Schilden van het H. Hart?" Zoo'n Schild is een fraaie plaat op kanton gedrukt, met een schietgebed tot het H Hart; en het Wérk heeft joodsche wet op den Sabath sommige dingen niet mogen aanraken. Een christenmen8ch die zich b.v. op Sabath in de jodenbuurt van Amsterdam durft wagen, kan er zeker van zijn, dat hij hier of daar binnengeroepen wordt om een keteltje op het vuur te zetten of een waschkom leeg te gooien en meer dergelijke dingen, welke een jood op den Sabath niet doen mag. (Noot van den Vert) Wordt vervolgd. Duizelende cjjfers. Ottawa,;25 September 1928. Alvorens het verhaal van dien even langen als gevarieerde tocht dwars door Canada voort te zetten, kan het wel zoo nuttig zijn Canada als geheel eersi bij den iezer in te leiden door eenige korte historische bijzonderheden en Canada's positie in de wereld van vandaag te bezien aan de hand van welsprekende cijfers en vergelijkingen want voor Canada, geen land bijkans doch een werelddeel op zichzelf, gaat de bekeode zegswijze op dat men door al de boomen te bekijken, dikwijls vergeet bosch als geheel te zi-n. De Franschen zijn ongetwijfeld de eerste ontdekkers en kolonisten van Canada geweest. En wanneer in het federale parlement van Ottawa naast het Engelsch het Fransch nog steeds scrupuleus als de tweede taal des lands erkend wordl, dan kan men deze twee taligheid in eersten oorsprong terug leiden tot Jean Cabot die nog vóó 1500 Canada's kusten ontdekte Jacques Cartier die reeds spoedig daarna de oevers van den machtigen St Lawrence rivier tot ver landwaarts in verkende. Handel door scheepvaart was in die eerste jaren het uitsluitend doel en pas omstreeks 1660 kwamen de kolonies als «Nieuw Frankrijk" ook bestuurlijk onder den Franschan koning. Honderd jasr duurde dien heerschapp en gesn regime had romantischer en schilderachtiger ondergrond dan deze voortdurenden strijd tusschen dekranigi Fransche edelen en de niet minde dappere roodhuiden, de oerbewoners des lands. Politieke konkellarijen dier dage; zag in de verre nieuwe wereld een geschikt ruilbezit. Successievelijk in 1713 bij den Vrede van Utrecht en later in 1763 bij dien van Parijs kwam Engeland in het bezit van Canada, dat later van zulk een ontzaglijke waarde voor haar zou worden. En steeds heeft Engeland in wijs politiek beleid het nieuwe volk die vrijheden gegeven waartoe het steeds meer rijpte. Een oorlog met de Vereenigde Staten liep voor Canada omstreeks 1815 voordeelig af Het Fransche element had immer vrijheid van godsdienst en provinciaal zelfbestuur en dus bij Amerikaansche invasie niets te winnen. Reeds in 1848 berustte bet heft der Slaat niet in handen van den Gouverneur Generaal doch bij door eigen volk gekozen lands- regeering. Langzaam groeide het oude Oosten naar het verre Westen toe, waar Vancouver reeds een uitgangspunt was. De spoorwegen, pas in opkomsr, bonden de uitgestrekte landen tezamen en zoo sloten zich in 1867 de verschillende provincies aaneen tot het Dominion of Canada dat wij vandaag kennen. En aldus groeiden de vier origineele pro vincies van 350,000 vierkante mijl uit tot de negen provincies en het admini stratieve territorium van het nog grootendeels onbekende Noorden, met een totaal van 3.700000 vierkante mijl als tegenwoordig gebiedsoppervlak, het geen beteekent dat geheel Canada onge veer 282 maal zoo groot als Nederland is Landbouw is door heel hetCanadee- sche continent de hoofdbron van be slaan. Haar akkeropperviakte na aftrek der Noordelijke territoriën, de moerassen en wouden is 1400 millioen acres. Hiervan is een derde geschikt voor bebouwing. Van deze 470 millioen acres zijn pas 110 millioen acres bezet en daarvan is nog maar nauwelijks de helft onder cultuur ge bracht. En met geen duidelijke cijfers kan wel aangetoond worden welke prachtige kansen er nog voor grond bezitters zijn en anderzijds hoeveel werkvolk er op deboerdijen nog noodig is als in het algemeen de helft dier bezette akkers nog pas in cultivatie is. Er ia, het spreekt van zelf, een groote variatie, door wisselende omstandig heden van grond, ligging en klimaat over deGanadeesche landbouwdistricten. De Zeeprovincien zijn bekend om hun fruit en groenten. Prins Edward Eiland en New Brunswick om de aardappelen, Nova Scotia om de appels, Quebec en Ontario beoefenen bijkans uitsluitend het gemengde bedrijf van landbouw met veeteelt «mixed farming". Manitoba, Saskatchewan en Alberta zijn voor namelijk de groote graan producenten, terwijl de vruchtbare valleien van Britsch Columbia, aan de kust der Stille Oceaan, zich weer meer voor fruitteelt leenen. Doch hoe voornaam ook de rol is welke de landbouw in het economische leven des lands speelt en uiteraard altijd als de korenschuur der wereld zal worden beschouwd, daartoe alleen in Canada's natuurlijke rijkdom niet beperkt, het heeft de wouden van zijn Rotsgebergte en in eeiï breede boog van de Yuken rivier langs het Noorden der groote meeren door Zuid Ontario en Quebec naar de Atlantische kusten, ruim een en een kwart mil ioen vier kante mijlen waardevolle bebossching. De vischvangst, niet alleen langs de kusten, doch vooral in de baaien, de groote rivieren en de meeren levert geweldige hoeveelheden in alle soorten van de eenvoudige baring tot kreeften en zalm. In het voorbijgaan valt hierbij nog te bemerken de ontzaglijke hoeveel heden aan potentieele electrische ener gie, de «Witte Steenkool" welke in naar machtige wateren besloten liggen en die geleidelijk aan in exploitatie beginnen te komen. Alberta is een der uitgestrekste «Zwarte Steenkool" districten ter wereld. Canada levert daarnaast het leeuwendeel van alle nikkel en asbest en is het derde goud land ter wereld Om boven al deze natuurlijke voordeelen nog een kroon te spannen, herbergen de Noordelijke onbewoonde streken zulke ongekende hoeveelheden pelsdieren, dat de jacht- waarde der gescholen huiden over verleden jaar de veertig millioen gulden naderde. Met een enkel woord moge ook nog even het landsbestuur in Canada be keken worden. Elk der provincies heeft tot in verre mate zelfbestuur, met een eigen wetgevende kamer en een eigen ministerie, zetelende in de paleislijke parlementsgebouwen der verschillende provinciale hoofdsleden, paleizen van zulk een groote en kostbare al'ure dat ze wel een heel markant licht werpan op het voik8vertrouwen in een schit terende toekomst. Boven al deze pro vinciale besturen staat het in Oltava zetelende federale landsbestuur: het Rijksministerie gecontroleerd door een Senaat en een Kamer van Volksver tegenwoordigers uit alle provincies bij algemeen mannen- en vrouwenkiesrecht van boven de 21 jaar gekozen. Canada, dat maar koit een kolonie was, om spoedig een zelfregeerend Dominion te worden, heeft zich in den wereldoorlog haar rechten tot volkomen onafhankelijkheid veroverd. Het land recruteerde 600.000 man, waarvan er 400.000 naar Europa gingen, het ver dubbelde de voedsel en ammunutie voorzieningvoorziening der geallieerden en finanfieel kostte de oorlog Canada vijf billioen gulden. Doch dit record, gepaard aan de schitterende politiek van groote Cana- deesche staatslieden (mannen mat een wete'dnasm als Sir Wilfred Laurier bijv.) bracht haar spotdig de volkomen onafhankelijkheid, welke sinds de imperiale conferentie van 1926 alle Britsche Dominions op voet van ,rol komen gelijkheid met Engeland, als bond van zeifregeerende landen onder één kroon genieten De Gouverneu Generaal is de persoonlijke vertegen woordiger van den Brilschen koning als koning van Canada geworden Canada heeft gezanten in Londen, Parijs en New-York om mee te begin nen, het is onderteekenaar van het Versailles Vredesverdrag en lid van den Volkenbond. Tenslotte nog eenige bevolkings cijfers. In 1655 vertoonde de eerste volkstelling 3200 zielen, in 1927 he jongste officieels cijter wss dit 9 519 520 inwoners. Ruim een derde daarvan is Katholiek en de overige 2/3 zijn over lal van godsdienstige genoot schappen verdeeld. Van Brit'schen oorsprong zijn 55 pCt. der bevolking, van Franschen 28 pCt. en de overige 17 pCt. is bijeengestroomd uit alle hoekan der wereld, samengegaard doo de aantrekkingskracht van dit jonge land der belofte uitgaande. Het Hollandsche contingent steeg van ruim 29 000in 1871 tot ruim 117 000 in 1927 en zij vormen een element hoogelijk gewenscht door de Canadee- sche autoriteiten om het groote succes dat de doorsnee Hollander zich in Canada heeft weten te bewerkstelligen. Aldus, in groote lijnen, heeft het «Dominion of Canada" land van oud geboorterecht doch van nog maar jong ontwaken, zich ontwikkeld en vertoont het zich aan den wereldburger van vandaag als bet land der toekomst, even goud en even koesterend als zijn nooit falende zonl K. v. H. Buitin verantwoordelijkheid der Rtdaotie, Mijnheer de Redacteur. Vorige week Woensdag heb ik mijn intrede gedaan als 14e lid van onzen Gemeenteraad. Nu ik moet zeggen, dat het mij ge weldig is meegevallen. Ik was er een beetje bang voor, omdat ik nu juist niet zoo erg goed uit mijn woorden kan komen en het publiek wil nu eenmaal, wanneer je in den Raad gezet wordt, dat je zoo ongeveer fungeert als «luid spreker" dan geeft je blijk van «durf". Om nu de gunst en recommandatie van het geachte publiek niet te ver liezen, heb ik besloten mijn Raads indrukken in de Courant te zetten Zoo zal ik ook wel meer gemak in 't spreken krijgen. Ik trof het den eerste keer buitengewoon en was er voor mij op het gebied der praatkunst veel te lee'en. De praatmakende collega's waren buitengewoon op dreef. Het begon a na het voorlezen der notulen. De heer Stoot wou al dadelijk van wal steken en dank zij den Voorzitter, die stevig vasthield aan de dagorde en hierin door eene stemming «ad hoe" werd. Zoo kregen dus eerst de soepen andere gerechten een beurt, en iater het dessert, zooals het hoort bij een goed menu. De eerste 6 punten der agenda gingen zonder discussie onder den hamer door. Bij punt 7 verzocht de heer Vermeulen om in het Armbestuur een Vincentiaan op te nemen, wat ik ook lang niet slecht vond. Ik heb wel eens vernomen, dat het Armbestuur gelden aan behoef- tigen leent, als dat waar is, vind ik het niet zooals het behoort. Ik wou dezen keer nog maar eens niets zsggen Bij het voorstel tot het sluiten van een overeenkomst met het Rijk tot overdracht in onderhoud van een parallelweg ten Oosten vsn den spoor weg (gedeelte weg naar de Smakt) wou coliega Millen, ondanks er reeds in vorige vergaderingen meermalen op gewezen is, dat het beter is zooveel mogelijk op eigen terrein te blijven, och dezen weg geheel op de gronden van de Staatsspoorwegen leggen uit veiligheidsoogpunt. Natuurlijk is zijn fractiegenoot Odenhoven het weer roe rend met hem eens en als nu na de zooveelslen uitleg van den Voorzitter, waarmee de heer Stoot het zelfs eens den heer Millen een «men zegt" in het midden brengt, hakt de heer Oden- hoven den knoop door en wil de be woners van de Smakt laten kiezen. Jongens nog toe, collega.de schaper, leiden toch den herder niet. Ik kan me dan ook goed begrijpen, dat de Voorzitter hier niet op inging Na enkele minder belangrijke punten begonnen we aan het uitdeelen van subsidiëo, waarbij de fanfare's m. i wel wat ruim bedeeld worden, terwijl toch ook nuttige instellingen als de ANW.B., waarvan we hier zooveel vruchten plukten, geen f 25 kon ver krijgen en de subsidie der Leesbibiio theek aan een nader onderzoek wordt onderworpen. Bij de verhooging der subsidie van de bewaarschool kwamen de tongen los en ik ben het eens met mijn collega's, die er voor waren den leeftijdsgrens een weiniger soepeler toe te passen, waarbij ik nog de opmerking verwacht had, dat niet voor iedere klip klap de kinderen naar huis worden gestuurd, tot grooten last en ergernis van onze huismoeders. Nu kwam de hoofdschotel en ik was blij voor den heer Stoot, dat hij zich wat kon luchten. De rioleering schijnt hem erg ba zwaard te hebben Hij vond het r?iet correct dat het Dagelijksch Bestuur zoo maar zonder den Raad er in te kennen f 5000 voor de Gemeente heeft bezuinigd. Hij noemde dat na uitlegging van den Voorzitter er een manteltje om draaien Ik dacht onwillekeurig zoo aan de waard en zijn gasten. Natuurlijk kreeg hij hulp, terwijl ook meer bezadigden zich eenigszins in hun eer voelden aangetast. De heer Odenhoven had weer «van hooren zeggen", dat de aannemer het werk nu f 1000 liever had, waarop de Voorzitter adrem antwoordde: dan zijn beide partijen tevreden. Ik begreep den heer Odenhoven niet erg goeu, die streeft toch altijd in het belang van den werkman en gunde hij den aannemer die f 1000 «van hooren zeggen" niet? Ik kon mij best voorstellen, dat onze wethouders er niets van begrepen en na zulk een redeneering da klomp van den voorzitter brak Ook ik kon 't niet onder mijn muts krijgen, dat de heeren, die het meest op aanbesteding hebben aangedrongen, nu de meeste kritiek uitoefenden. Enkele mijner collega's die in mijn verwonderd gezicht keken, knipten een oogje tegen mij of ze zeggen wilden stumpert, snap je dat nu niet. Misschien als ik wat langer in de politiek ben, dat ik dan wijzer word. Hiermede was nu het dessert geko men waarvan ik niet veel meer genoten heb, wijl ik mijn buik al vol had. Toch was ik het met mijn collega Millen eens om op den Heuvel en de Gasstraat wat lantaarns te plaatsen. Mij dunkt als er du wat meer licht scheen, kon dit geen kwaad. Ook met wat hooger loon der we rk lieden voor het zware werk op de sproeivelden zou ik me kunnen ver eenigen, mits het particuliere bedrijf het ook doet. Een groot voordeel is, dat velen der geheelen winter bij de rioleering werk zullen vinden. Met het Iraditioneeleniets meer te behandelen zijnde, sloot de Voorzitter de vergadering met gebed. Intus8chen was de stemming der vergadering zoo gemoedelijk geworden dat wij haast niet konden scheiden daarom werd er nog een nommerlje nagepraat. Toen zijn wij in de Zwaan gaan toepen. XIV RAADSLID. Aanbesteding. Dinsdag werd door den Architect, Ir. J. G. Deur, te Nijmegen aanbesteed het bouwen van een Missiehuis (Juvenaat met) Zusterklooster voor de E.E. P P. van het H Hart, gevestigd te Bergen op Zoom, voor den Bouw van een Missiehuis (Juvenaat) metZusterklooster te Bakel, aan den hardon weg van Deurne naar Helmond. a. Massa b. Massa zonder Zuster klooster; c. Massa zonder fundeering; d. Massa zonder Zusterklooster en zon der Fund. Laagst8 inschrijvers Gebrs Gooden, Meijel s. f 261,258, b. f 245,880, c. f 239,258, d. f 223,888 De raming was voor de Massa f 301,630. Wijziging der Telefoontarievan. Bij de voorgenomen en reeds ontwor pen wijziging der telefoontarieven zal het vaste abonnementstarief worden vervangen door een gesprekkenlarief. Het volgens het gedachte systeem verschuldigde bestaat uit twee bestand deelen le. een jaarlijks bedrag als huur voor het min of meer individueele deel der te benutten installaties, het zooge naamde grondbedrag, en 2e. een bedrag per aangevraagd locaal gesprek (inkomende gesprekken tellen niet mee). Voor de berekening van bet aantal locale gesprekken worden van de uit gaande niet meegeteld: de aanvragen van in'erlocale of internationale gesprekken b. aanbiedingen van telegrammen per telefoon gesprekken, welke nitt worden gevoerd wegens bezet zijn van de ge vraagde aansluiting. Het laagste grondbedrag zal ver moedelijk f 24 per jaar zijn, het hoogste 48 Waarschijnlijk zal niet meer dan 3 cent per gesprek worden geheven. Hel ligt verder in de bedoeling te bevorderen, dat de thans verschuldigde bijdrage in de kosten voor het tot stand brengen van een telefoonaanslui ting bestempeld met de minder juiste benaming van «entreegeld" ten bedrage van f 25 in netten met niet meer dan honderd aansluitingen van f 50 in de grootere netten, wordt afgeschaft in de eerstbedoelde nelten en tot f 25 verminderd in de overige netten De buiten het minimumlariefsgebi^d van een net voor een aansluiting v«r schuldigde jaarlijksche bijdrage van f 2 per 100 m. zal volgens de plannen tot f 1.50 per 100 m. verminderd kunnen worden. Voor hel verkeer tusschen dicht bij elkaar gelegen plaatsen wordt thans van de telefoon weinig gebruik ge maakt. Da verklaring is, dat men het bedrag van f 0 20 nog te hoog acht in verband met de andere hulpmidde len, waarover men bf schikt. Dit bedrag zal tot f 0.10 voor afstanden tot en met 7.5 kilometer worden \erlaagd, terwijl voor afstanden van meer dan 15 lot en met 35 kilometer f 0 35 zou worden gerekend. Brochure F. van Beurjar- der b.d. Verkrijje secretarie van Jump vesten, venkleedii Verkrijj m den Mum door tijdi Gedipt Ma Het goed er Het beten Iedere rep r, K St; K H Staat ailes,U tegen? Gebrek aan eetlust Verstopping Slechte spijsvertering en alle voedingsstoornissen qjoeten spoedig rwtchten voo». Poster's Maagpll- ten. (fie o w geheele or- gpntane verkwikken. I»Maagpillen Alom verkrijgbaar 6 I 0.65 per flacon. VERI KRUISS Overal zonder priji NI i n, Ingekomen en vertrokken personen van 5 12 October. INGEKOMEN J. F J. Gerz, pater, Leunscheweg 1 van Kerkrede E W. M. Vermeulen en gpzin, siga renmaker, Broekweg 1 van Eindhoven J. P. J. M. Doedens, pater, Leunsche weg 1 van Weert VERTROKKEN J. J. Wouters, religieuss, naar Ren kum, Utrechfsche straatweg G. M. Th. van Houdt, dienstbode, naar MaasheesOverloon A 63a S. A M. Verkley, z.b naar Bergen, (L.) Well 43. P. A. Reynen, idem, naar Apeldoorn, Korte Kanaalstraat 6 C. J. M Roelofsen, idem, naar Roer mond, Willem II singel 56 M. C. Dins, dienstbode, naar Meerlo, Blitterswijk 77 H. J. M. Vollenberg, idem, naar Hel mond, Molenstraat 163 G. M. Vermeulen, idem, naar Eind hoven, Frans Halsstraat 31. VENLO. Op de Coöp. Veilingvereeni- ging van Maandag was de aanvoer 400 000 eieren. Groote eieren van f 9 40 tot f 9 80 Klejne eieren van f 6.tot f 9 20 Eendeneieren van f 7 90 tot f 8.20 Ganzeneieren van f 19,60 Kippeneieren per Kg. f 1,53. ROERMOND. Op de Coop. Eiermijn van Maandag was de aanvoer 1.100 000 eieren. Groote eieren van f 8.90 tot f 10 Kleine eieren van f 7.90 tot f 8.80 Eendeneieren van f hc i amsterK

Peel en Maas | 1928 | | pagina 8