iMmm Oostrum Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken. J. YERMEULEK-ROELOFS Behoudenis i manufacturen) mimiGsrr Dit nummer bestaat uit TWEE bladen. der tiet Feest der H. Familie De waarde eener goede Opvoeding. Buitenlandsch Overzicht Provinciaal Nieuws ZATERDAG 21 JULI 1928 Negen en veertigste Jaargang No. 29 BLIJKEN TOCH HET PEEL EN MAAS PRIJS DER ADVERTENTiEN: 1-8 regels 60 cent, elke regel meer 7>/» ct. Uitgave van FIRMA VAN DEN MUNCKHOE VENRAY ABONNEMENTSPRIJS p. kwartaal voor Venray 65 ct., per post 75 cent bij abonnement lagere tarieven. Telefoon 51 voor het buitenland f 1.05 bij vooruitbetaling, afzonderl. nummers 5 cent Alleenverkoop v. Nederland CHAMPAGNE Vve. Puisard Cie Rijn- en Moesel- WIJNEN Wijnhandel Venray, Gr. Markt B Huis opgericht 1843 boomen of struikhout te planten, waar onder begrepen niet geschoren en op gaande hagen. d. binnen den afstand van één meter als voormeld, aarde, zand, grind, puin- en mesthoopen langs de waterlossingen te leggen of te hebben. vaartuigen, boomen, hout, vlas, asch, puin of andere voorwerpen van dien aard, in de walerlossingen neder te leggen of le hebben. De walerlossingen op eenigerlei wijze te vernauwen of te verondiepen. Terwijl volgens artikel 38 sub f in de waterlossingen geen dammen, krib, bat of andere stroomkeerende of oever verdedigende werken mogen worden aangebracht. Venray 18 Juli 1928 De Burgemeester van Venray, O. VAN DE LOO Schouw der Waterlossingen Op 20 Augustus a.s. en volgende dagen zal wederom de jaarlijksche schouw der waterlossingen worden gehouden. Dit jaar is het wegens den lagen waterstand eenieder mogelijk de beken goed te reinigen, den bodem te zuiveren en de beken op diepte le brengen. Er zal dan ook streng wor der. geschouwd, zoowel de beken zelve als den toestand der oevers tot op anderhalven meter breedte. Struikgewas, boomen, kribben, dam men enz. moeten worden verwijderd Ook de nieuw op de leggers geplaat ste waterlossingen worden alle ge schouwd. Niettegenstaande daarop herhaalde lijk is gewezen, blijven vele eigenaren hunne weilandon enz. met prikkeldraad afsluiten tot aan de beek, waardoor de schouw in hooge mate wordt belem merd. De eigenaren zijn verplicht te zorgen dat er voldoende ruimte overblijf'; is dit niet het geval, dan zal de punt- draad worden verwijderd. Tenslotte wordt de aandacht van belanghebbenden er op gevestigd, dat ingevolge de Waterstaatswet 1900, zoo als die thans is gewijzigd, niet alleen legen nalatigen procesverbaal zal wor den opgemaakt, doch tövens van ge meentewege op kosten van de nalatigen de waterlossicgen zullen worden ge reinigd en deze kosten onmiddellijk bij dwangbevel zullen worden ingevor derd overeenkomstig de W6t. Venray 21 Juli 1928. De Burgemeester voornoemd O. VAN DE LOO. Schouw der Waterlossingen. De Burgemeester van Venray vestigt de aandacht op artikel 21 van hst Reglement op de waterlossingen in deze Provincie o.m. luidende als volgt: Voor elke schouw zijn de onder houdsplichtigen verplicht: a. de waterlossingen tot op den bodem te zuiveren van onkruid, water planten, biezen, ruigte, boomen en struiken, alsmede van wortels en over hangende takken, die den geregelden afvoer belemmeren of biunennort zul len belemmeren; b. de oevers, waar deze zijn uitge zakt, ingestort of aangezand, te her stellen en voorts de aarde welke in de waterlossing gevallen is, alsmede de grint en zandplaten en al hetgeen den geregelden afloop van het water zoude kunnen belemmeren, daaruit te verwij deren; c. de waterlossingen te brengen op de vastgestelde diepte. Het is verboden bij die zuivering en ruiming het onkruid en de andere voorwerpen, in de eerste zinsnede van dit artikel genoemd, in de waterlossing te laten afdrijven. Deze voorwerpen moeten, evenals de uit de waterlossingen afkomstige aarde, zand en andere voor den waterafvoer hinderlijke zaken, daaruit opgehaald en op de wederzijdsche oevers op een afstand van minstens een meter van de waterlossing worden nedergelegd en weggevoerd. Venray 21 Juli 1928 De .Burgemeester voornoemd O. VAN DE LOO Schouw der Waterlossingen. Da Burgemeester van Venray vestigt de aandacht op artikel 39 van het Reglement op de waterlossingen in Limburg. Hierbij is verboden: a. binnen den afstand van één meter, 'gemeten uit den uitersten rand eener waterlossing, woon- of andere huizen, getimmerten of muren daar te stellen. b. binnen denzelfden afstand (dus binnen één meter) hagen langs de waterlossingen te planten. c. binnen den afstand van ander halven meter, gemeten als boven De H. Familie te Venray viert morgen groot feest 1 Ruim honderd mannen hebben zich edelmoedig aangeboden om de aposio- lische tsak der Aartsbroederschap der Familie mee te helpen vervullen. Het behoeft hier geen betoog, het is onlangs op het Diocesane Congres der H. Familie te Boxtei duidelijk uiteen gezet, dat van de H. Familie een groote kracht uitgaat, om het echte katholieke leven in 't huisgezin, alsook in het openbare leven te verbreiden. Het i3 duidelijk, hoe een flinke groote H Familie er zoo ontzaggelijk veel kan toe bijdragen, om den ouden, christelijken Zondag in een parochie eere te doen houden, om den Zon dag als den dag des Heeren te blijven beschouwen. De parochie mag dus alle redon hebben zich te verheugen, nu zij het ledenaantal der H Familie ziet ver dubbeld, nu een zoo groot aantal man nen uit alle rang en stand zich per soonlijk heeft komen aanmelden. Het congres te Boxtel heeft nog eens naar voren gebracht, d&t de H. Familie niet is een organisatie van één sland, maar een vereeniging voor alle standen, waarbij de maatschappelijke positie niet mag vooruitgeschoven worden. De H. Familie bedoelt de geestelijke belangen der menschen le behartigen en als zoodanig passen alle mannan bij elkaar. De groote Paus Leo XIII zegt in zijn rondschrijven van 14 Juni 1892: »De H. Familie te Nazareth is door de genade der Voorzienigheid zoo samengesteld, dat alle christenen, van wat stand of plaats zij ook mogen wezen, in hare beschouwing gemakkelijk eene reden en uitnoodi- ging kunnen vinden lot beoefening der deugden...." »Zij, die van adelijk geslacht zijn, moeten van deze H. Familie, die van koninklijken bloede was, leeren zich in voorspoed le matigen en in tegen spoed hun waardighei lop te houden De rijken moeten van haar leeren hoever de rijkdom moet achterstaan bij de deugd. En de werklieden en zij allen, die vooral in onzen lijd door benarde huiselijke omstandigheden en een minder gunstig lot zoo scherp ge prikkeld worden, zij zullen reden hebben zich over hun lot te verheugen dan te bedroeven, wanneer zij een blik werpen op de allerheiligste leden van dat huisgezin. Zij immers hebben met die H. Familie gemeen, niet slechts den arbeid; maar ook de zorg voor het dagelijksch brood; ook Joseph moest door zijn werkloon in het onderhoud der zijnen voorzien, ja, zelfs de god delijke handen van Jezus verrichten het werk eens^timmermans." Ook de latere pausen hebben hun steun doen hooren ten gunste der H Familie. En onlangs heeft nog onze roemrijk regeerende Paus Pius XI op de meest ondubbelzinnige wijze zijn groote sym pathie en waardeering over de aarts broederschap der H. Familie uitgespro ken en de stichting van den Limburger Belletable wenschts Hij een groote bloei en invloed toe. Moge het feest van de H. Familie er veel toe bijdragen om het werk van Belletable hier in Venray in aanzien te doen stijgen en in groei en bloei te doen toenemen. Een gewichtig punt, dal ten volle onze aandacht verdient, is de opvoeding der jeugd. Aan de opvoeding der jonk heid moeten de beste en edelste zorgen worden besteed. Het kind van heden is de man der toekomst. Hoe nu de man in de toekomst zijn zal, moet ongetwijfeld voor een groot deel afhangen van de opvoeding en vorming, welke hij in zijn jeugd ont vangen heeft Een niet-ehristelijke wijsgeer Locke zegt »Ik durf staande houden, dat op de honderd menschen, meer dan negentig zijn wat zij zijn, goed of slecht, nuttig of schadelijk voor de maatschappij, door de opvoeding, die zij genoten hebben in hun jeugd". Dat is waar; de ondervinding van eiken dag is daar om het te bevestigen. Zeg mij wat gij zijt, en ik zal u zeggen, hoe gij werd opgevoed. Een slechte opvoeding zal niet altijd slechte uitkomsten opleveren; want de opvoeding van een mensch hangt ook gedeeltelijk van hem zelven af; hij kan het ontbrekende of het verkeerde der opvoeding zelf aanvullen of terecht wijzen, door dubbele inspanning van eigen krachten en overvlosd van afge beden genaden. Ook kan iemand de vruchten van de beste opvoeding, moedwillig in zich- zelven vernietigen, Maar deze gevallen zijn en blijven uitzonderingen en bevestigen den regel: »Zoo de opvoeding, zoo het leven". Reeds Plato heeft er op gewezen: Gelijk höt begin is der opvoeding, zoo zal het kind in de toekomst wezen." Een godsdienstige opvoeding is de grondslag van een godsdienstig leven De eerste goede grondbeginselen, in de kinderjaren ontvangen, blijven meestal bij in gevorderden leeftijd en oefenen daarop den weldadigsten in vloed uit. Zelfs, al had men het ongeluk, uit zwakheid, door omgang met verkeerde makkers of dopr verleiding,^ontrouw te worden aan de weldaad eener gods dienstige opvoeding en af te dwalen van den weg dor deugd, toch is de invloed dier opvoeding en der eerste goede grondbeginselen, die men in zijn kindsheid en jeugdige jaren heeft ont vangen, zoo sterk, dat zij dikwijls midden van een losbandig leven boven komen, zich doen gelden en niet zelden terug voeren tot God, terwijl zonder zulke opvoeding en goede grondbegin selen bijna geen redmiddel meer over blijft, en men in zijn afdwaling verloren gaat. Zeer schoon en waar zegt De Maistre »Wanneer een moeder het zich tot plicht heeft gemaakt, den goddelijken stempel diep op het voorhoofd van haar kind to drukken, mag men bijna zeker zijn, dat de hand der ondeugd dien nooit geheel zal uitwisschen." Wie de opvoeding in handen heefi beheerscht den mensch en is meester ven de toekomst. Willen wij in de toekomst beschik ken over menschen waarop wij kunnen betrouwenover menschen, die fier op hun borst durven wijzen en zeggen »Ik ben christen, niet een christen van een half uur per week, maar christen altijd, in alles en overalwil len wij beschikken over mannen die hun plicht weten te doen en ten ge pasten tijde ook voor hun rechten durven opkomen die elk menscbelijk opzicht met voeten treden en voor geen Rood cf Blauw hun afkomst verlooche- ziet, als wij dat willen, dan moet er op de eerste plaats gezorgd worden voor een oprecht Christelijke opvoeding. De opvoeding is een vruchtbaar zaad, dat gedeeltelijk reeds spoedig vruchten draagt, gedeeltelijk ook dan nog rijpt, als de hand die het heeft uitgestrooid reeds lang verdord is. In het zaad ligt de vrucht. Het zielenheil der kinderen, de bloei der Kerk, de welvaart der familie en van den Staaf, de toekomst dergeheele menschheid hangt af van de wijze, waarop de opvoeding wordt vervuld. »Een kernachtig schrijver (Jean-Paul) zegt »Als ge wist, dat e8n zwarte of een schitterende gedachte zich zelfstandig losrukte uit uw ziel en buiten u wortel schoot en een halve eeuw lang haar gif ige bloemen of haar geneeskrachtige wortels voortbrachto, hoe zoudt ge beier kiezen en denken 1" Christelijke ouders, als gij wist hoe uw nakomelingschap na eeuwen nog zal voortleven en voortwerken tot zegen of vloek voor zichzelven en voorande ren, naarmate gij door uw opvoeding de zaden in de kinderlijke zielen hebt gelegdhoe zou u de opvoeding uwer kinderen ter harte gaan 1 Hoeveel zegen kan één enkel kind over de wereld uitstorten 1 Het is de vreugde en de troost zijner ouders het strekt tot voorbeeld voor allen met wie het omgaat. Het moge dan later werken in bescheiden kring of ir. een hooge betrekking, het zal slechts goed stichten en over het graf heen zal zijn aanden ken in zegening blijven en een nieuw geslacht zal in zijn voetstappen voort gaan. Welk onheil daarentegen kan een slecht opgevoed kind aanrichten 1 Ver wend, bedorven, tot alle boosheid in staat, zal het kommer en ellende bren gen over allen, met wie het in aan raking komt.en het wee begint eerst maar voor goed, als het een nieuw geslacht zijner soort achterlaat. De uitbanning van den oorlog met woorden I Het weinig beteekenend anti-oorlogs- verdrag. Na geen enkelen oorlog zijn er door de diplomaten zooveel schijnbewegingen voor den wereldvrede uitgevoerd dan na het befaamde Versailler-vredesver- drag. Thans staat de wereld ia het teeken van het anti-oorlogsverdrag van den Amerikaansche minister Kellogg. Thans heeft Frankrijk zich ook be reid verklaard, dit bedrag te onder teekenen en meteen het antwoord gepubliceerd, waarin deze boodschap is vervat. Dit antwoord heeft de beteekenis van het anti-oorlogs- verdrag belangrijk verminderd. In de nota, thans door Briand aan zijn Amerikaansche collega overhandigd lezen we om, dat de Fransche Regee ring, na inzage te hebben genomen van de laatste nota van Kellogg, gelukkig is geen bezwaar meer te moeten opperen tegen de ratificatie, wijl de Amerikaan sche regeering de Fransche opvatting in aanmerking heeft genomen. En dan lezen we, dat die Fransche opvatting daarin bestaat, dat het verdrag niet het recht van. zelfverdediging verwerpt tegen een aanval, terwijl elke natie alleen competent is om zelf uit te maken of in een bepaald geval van een zelfverdedigingsoorlog kan gespro ken worden ja of neen. Het behoeft geen betoog meer, dat met deze interpretatie het heele Kellogg-pact niets anders is dan een comediespel zit er toch bij de heeren diplomaten voor waarvan men zich alleen afvraagt wat om op die wijze met een zoo belangrijk vraagstuk als oorlog of vrede te sollen en het publiek zand in de oogen le strooien. Men kan toch op zijn klompen voelen, dat een dergelijk anti oorlogs- verdrag van nul en geenor waarde is en terecht kan dan ook de Fransche Regeering in haar antwoord verklaren, dat het Kellogg verdrag zoo opgevat geheel ligt in de lijn van de Fransche politiek en volkomen in overeenstem ming is met de Volkenbondspoliliek. Er is dus niets veranderd met dit Kellogg-pact; de wereld, die verlangt naar vrede, is weer blij gemaakt met een doode musch, een luguber spelletje, waar de heeren diplomaten in de laatste jaren de menschheid mee stilhouden en de aandacht afleiden van de werkelijke pogingen die moesten worden gedaan, om daad werkelijk iets voor den wereldvrede te bereiken. Immers, door deze bereidverklaring van Frankrijk hebben thans Engeland; Amerika, Italië, Spanje, Duitschland en Frankrijk besloten voortaan elkander niet meer aan te vallen, tenzij het een verdedigingsoorlog geldt of een tehulp komen van bondgenooten met wien een z.g. militair verbond is gesloten. Alleen reeds het feil, dat de verdedi gingsoorlog buiten het pact blijft, is al een zeer zwakke plek in de nieuwe overeenkomst, want wij weten nog uit de ervaringen van 1914, boe iedar land voor zich heilig overtuigd is, dat het een verdedigingsoorlog voert. Von Betthmann Hollweg zeide in den Duitschen Rijksdag, dat Duilsch'and van alle zijden door vijanden werd besprongen en bij voegde er aan toe^ dat de wapens den Duitsehers in de vuisten werden gedrongen. Maar in Parijs en Petersburg werd precies hetzelfde verklaard. Er zou intus8chen nog iets voor het recht van den verdedigingsoorlog te zeggen zijn, indien vóór de wapenen werden opgevat, er een onpartijdig college zou zijn, bijv. het Internationaal Hof van Arbitrage, dat zou uitmaken of er in een bepaald geval sprake zou zijn van een verdediging - of een aanvalsoorlog. Maar ook die mogelijkheid heeft Frankrijk zelfs uitgeschakeld, want in het antwoord van Kellogg staat duide lijk, dat ieder land voor zich zelf zal bepalen of het een aanvals- of verdedi gingsoorlog gaat voeren. M.a.w. Frankrijk wenscht volkomen vrij te blijven, ondanks het pact, de wapenen op le nemen tegen welk land en in welke omstandigheden ook. Als Frankrijk meent, dat het wordt bedreigd of een van Frankrijk's bond genooten meent, dat zulks het geval is, dan is Frankrijk volkomen vry om de wapens ter hand te nemen, geen Volkenbondsverdrag, geen Kellogg- pact kan dan iets verhinderen. Het oorlogsgevaar in Europa wordt dus door hei Kellog pact niet het minste verminderd, want wanneer Frankrijk een oorlog zou willen voeren, dan zal het natuurlijk niet zeggen: Zie, wij willen ons land eens wat vergrooten of wij willen aan de macht van die steeds gevaarlijker wordende tegenstan der een eind maken alvorens hij ons over het hoofd groeit. Zoo openlijk heeft nog nooit een staatsman een oorlog gemotiveerd. Neen, dan zal Frankrijk zeggenWij, Franschen, worden aangevallen, wij worden in ons bestaan doordien slaat bedreigd, ons rest niets anders dan een oorlog om ons te verdedigen. En als men dan zegt, bewijst dit, of laat deze kwestie beslechten door on- partijdigen, dan wijst men dit af en zegt, deze zaak is er van zulk een groot nationaal belang, daarin kunnen wij geen inmenging van derden dulden. Wij noemen hier Frankrijk, we zouden misschien nog met meer recht Italië of Engeland kunnen noe men. Straks, als er nog meer onderteeke naars zijn en waarom niet, dit ver drag kan iedereen onderteekenen zal te Parijs de onderleekening plaats hebben op feestelijke wijze. Er zal veel reclame worden gemaakt, er zal weer gejubeld worden, maar de wereldvrede zal door dit weinig eerlijke diplomatieke spel meer geschaad dan behartigd worden. Want het was voor den wereldvrede beter, dat dergelijke valsche schijn- demonstraties achterwege bleven. Daarmede wordt wel den oorlog maar niet den vrede gediend. Die kan alleen geholpen worden met een eerlijk, oprecht sireven naar inter nationale toenadering en door een politiek, door Benedictus de XVe in zijn Vredes-encycliek uitgestippeld. Maar de verdwaasde menschheid wil niet luisteren naar do belanglooze vredesstem van het Yaticaan, maar jubelt mee met het valsche spel der internationale staatslieden. De ontnuchtering later zal echter vreeselijk zijn. VENRAY, 21 Juli 1928. Op den Zondag gehouden Bloemp jesdag van «Herwonnen Levenskracht" zijn blijkens verslag van den penning meester verkocht te Venray 1073 bloempjes voor f 108 93i/i, Leunen 192 bloempjes voor f 19 40 en Merselo 100 bloempjes voor f 1030; totaal dus 1365 bloempjes voor f 138.63i/t. Hulde aan de dames-verkoopsters, die hunne moeite voor het schoons doel zoo beloond zagen. De Handboogschutterij St. An- tonius, Halfweg, Oostrum behaalde op het groot concours te Zeeland de le Kampioensprijs met 29 punten, terwijl hel le zestal de rozenprijs behaalde met 5 rozen en het 2e zestal de 3e prija met 65 punten. Een mooie prestatie I De nieuwe Motor- en Rywielyerordening treedt Maandag a.s. in werking. Wij meenen goed te doen onder de bijzondere aandacht van onze lezers te brengen de nieuwe Motor- en Rijwiel- verordening, welke wij in haar geheel in het Tweede Blad van dit nummer onzer courant hebben afgedrukt. Deze verordening is officieel afgekondigd op 13 Juli j l. en treedt dus volgens art. 27 op 23 Juli 1928, d.i. aanstaande Maan dag, in werking. Waar zoowat wel iedereen tegen woordig, zooal niet tot het auto- of motorrijdend, dan toch zeker tot het wielrijdend publiek behoort, is eene nauwkeurige kennisneming van de verschillende voorschriften en bepalin gen dezer nieuwe verordening ook voor iedereen wel ten zeerste aan te bevelen, wijl men anders al heel spoedig tot overtredingen zal vervallen en daardoor groote kans loopt mot den strafrechter in aanraking te komen. Men zij der halve gewaarschuwd. Eene stipte naleving der verordening

Peel en Maas | 1928 | | pagina 1