Twee helden.
Naar 't land der zwarten.
Kleingoed
De weidenstreek op den
linker Maasoever
Speel niet r l
met Uw KEEL
AKKER'5
ZATERDAG 14 JANUARI 1928
Negen en veertigste Jaargang
Aan boord van de
„Oénéral Duchèsne".
Nog slechts enkele dagen, en we
zullen met Oods hulp te Port-Said
zijn; waar we onze correspondentie
kunnen posten. Dus maar gauw er
van geprofiteerd, om een episteltje
voor 't dierbare Holland klaar te
maken.
Maandagmorgen 19 Dec. vertrok
ken we dan van uit St. Laurent-Sur-
Sèvre. Oansch den dag hingen we
in een propvollen trein, om 's avonds
in Bordeau aan te komen.
Nauwelijks stond daar de sneltrein
stil, of er werd van buiten lustig op
de ruiten getrommeld, 't Was pater
Deau, de procurator onzer missies,
die ons opwachtte en reeds een
stevig diner besteld had. Nou we
mochten 't wel, want daar stonden
ons nog een paar rustelooze dagen
te wachten.
Tegen tienen stapten we in den
nachttrein BordeauLourdes. We
sliepen ieder in een hoekje zoo goed
en zoo kwaad als 't ging.
Ik troost me bij zulke gelegenheden
maar altijd met 't zelfde liedje„daar
gindsch zal 't nog wel erger worden".
In Tarbes stapten we over in den
vroegen morgen; nog een half uurtje
en we zouden in heerlijke Lourdes
zijn.
Reeds zagen we van uit den trein
't lichtende Kruis hoog op den Pic
du jer, 't meest verheven punt van
de onmiddellijke omgeving van Lour
des. 'f Heele jaar door electrisch
verlicht, staat 't daar noodigend alle
voorbijgangers even 't jachtende
leven te willen bedaren om een
oogenblikje neer te knielen bij haar
die alle zorgen met haar verrukke-
lijken glimlach wegveegt.
U Lourdes beschrijven Neen dat
kan 'k niet. Niet z'n uiterlijk natuur
schoon, maar nog minder datgene
wat Lourdes, Lourdes heeft gemaakt,
't Was nog slechts 5 uur, toen we 't
slapende stadje doorwandelden, naar
beneden de hellende straten af. Enkele
minuten later knielden we neer bij
de heerlijke grot.
Nog slechts kort geleden verlieten
we een bezorgde Moeder met veel
leed. Hier vonden we de beste aller
Moeders terug. We hadden 't geluk
de H. Mis op te dragen in de zoo
rijkgebouwde crypte, de onderste
kerk van de drie die juist boven de
grot der verschijning gebouwd zijn.
Oansch den dag brachten we verder
door in Lourdes' heerlijkheden, 't
Gold een gedetailleerd bezoek aan
de drie kerken, allen even rijk en
schoon met ervoor gansch den bouw
van de groote Esplanade.
Samen volgden we den beroemden
kruisweg in levensgroote beelden en
hadden van daar tevens een heerlijk
gezicht op de besneeuwde toppen
der Pyreneën. Met herhaling brach
ten we een lang bezoek aan de H
Orot, waar eens de voeten der On
bevlekte stonden.
Daar zijn altijd biddende pelgrims
en een zee van kaarsenlicht noopt er
den geest op te stijgen tot Haar, die
alle gebed verhoord. Daar kost 't
geen moeite de handen ten hemel te
heffen en de lippen te drukken op
de druipende rots. 't Spreekt vanzelf
dat daar al mijne dierbaren en al
mijne goede missievrienden een meer
Op een herfstdag van het jaar 1788.
het jaar, dat aan de groote revolutie
voorafging en waarin reeds een sterke
wind van ontevredenheid door Frank
rijk woei, liep een slagersjongen,
Gioachimo genaamd, met een vleesch-
mand aan den arm in de atraten van
Montpellier.
Hij moest een bestelling wegbrengen
en liep lusteloos voort, want zijn vak
beviel hem in 't geheel niet. Hij ge
voelde zich tot iets hoogers geboren
Met een vlug begrip, een helder ver
stand en hoofd en een hartstochtelijk
temperament, meende hij dat het hem
op de wereld niets kon tegenloopen.
De straat, die Gioachimo volgde, had
aan de eene ziide een kleine helling,
aan welker voet een beek ruischte en
toen hij hel hoofd vol phantaslische
ideeën en toekomstplannen, voortliep
hoorde hij eensklaps achter zich 'n
hevig stooten en ratelen, stampen en
snuiven.
Snel keerde hij zich om en bemerkte
hoe een reiskoets door twee wild ge
worden paarden meer voortgesleept dan
getrokken werd.
De wagen vloog nu eens naar deze
dan naar gene zijde der straat en
Gioachimo zag, dat hij elk oogenblik
of tegen de rots verpletterd of van de
helling afgeslingerd zou worden als de
paarden niet tot staan gebracht wer
den.
dan bijzonder plaatsje in' mijn ge
dachtenis hadden.
De namiddag bracht ons nog een
uitgelezen genade. We hadden n.l.
't geluk een bad te nemen in de
piscine waar 't wonderwater van
Lourdes stroomt. Dan werd 't tijd
om heen te gaanen nogmaals
knielden we aan de grot en steeds
bleven we groeten tot 't genadeoord
uit onze oogen verdwenen was. We
voelden dat 't een werkelijk afscheid
was. Maar de Maagd van Lourdes
zal ons blijven vergezellen op onzen
verren tocht.
Nog lang bleven we turen naar 't
steeds lichtende Kruis op den Pic du
Jer, van uit den nachttrein, die ons
Woensdag 21 Dec. in Marseille
bracht.
Daar wachtte ons een nieuwe
bedevaart naar N.D. de la Oarde
(O. L. Vr. ter Wacht) de Hooge be
schermster der zeevarenden. Met de
tenradbaan ging 't naar boven, waar
we weer heerlijke kerken mochten
bewonderen, twee boven elkaar, 'n
paar echte bijoux waar Frankrijk
groot op mag gaan. Onze goede
Zusters, Dochteren der Wijsheid
logeerden ons en deden ons daags
daarna uitgeleide met hunne beste
wenschen en de verzekering van hun
gebed.
DONDERDAG: 22 December.
Eindelijk is dan de dag gekomen,
waarop we de groote zeereis zullen
aanvaarden. In de haven van Mar
seille is 't een komen en gaan van
belang! Kisten en koffers, die niet
te tellen zijn, honderde sjouwers, die
maar altoos nieuwe bagage aanbren
gen; meer dar duizend zakken post
zaken voor alle mogelijke en onmo
gelijke hoeken van '1 aardrijk.
Schreeuwende vrouwen, d'e allerlei
onmogelijke dingen te koop bieden,
alles natuurlijk 't meest probate mid
del tegen zeeziekte. Dan nog de
passagiers, van alle kleur en natie
velen vergezeld van schreiende
familieleden, die afscheid namen.
Ik was blij toen we door al dat
geroezemoes heen eindelijk de boot
bereikten, die reeds onder stoom lag,
Onze bagage was reeds ingeschreven,
zegge 'n kleine twintig stuksons
plaatsbewijs werd gecontroleerd, en
vlug zochten we onze kajuit op, die
Goddank nog al meeviel.
Een heel aardig hokje voor ons
twee alleen, 't Had anders nog heel
wat moeite gekost aan onzen agent
in Marseille (Monsieur Lionzi) om dat
vrije plaatsje voor ons te bemach
tigen. Hij ging trouwens zelf mee om
te zien of alles in orde was. Dan
nemen we afscheid van den missie
procurator, wan', de boot staat op
vertrek.
't Bepaalde uur is reeds voorbij,
want men sleept nog maar altijd
postzakken aan, die met den laatsten
trein zijn binnengekomen.
Tegen half vijf treed de eerste
commandant op de commandobrug
dat personage ziet men enkel bij
zulke plechtige gelegenheden. De
dikke kabels worden losgemaaktde
scheepsfluit stoot drie keer een lang
gerekt geluid uitandere booten
antwoorden op even laconische wijze
daar gaan we, uitgesleept door een
kleinere stoomboot tot buiten de
haven.
Adieu Marseille, Frankrijk en
Europa Vaartwel Holland met al
mijne dierbaren en al uw onvergete
lijke missievriendenVaartwel in
De koelsier was radeloos en hield
zich, luid om hulp roepend, kramp
achtig aan den bok vast. Ook uit den
wagen hoorde Gioachimo stemmen.
Bliksemsnel zette hij zijn vleeschbak
neer en klampte zich aan de paarden
vast. Eenige seconden werd hij door
de in woeste vaart voorthollende dieren
voortgesleept en het scheen bijna, alsof
zij hem onder hun hoeven wilden ver
trappen. Hij echter trok de teugels neer
en eindelijk stonden de paarden stil,
trillend, met zweet bedekt, met snuiven
de neusgaten.
Ook de redder beefde aan al zijn
leden, zijn oogen schitterden, maar hij
stond als van ijzer voor de dieren.
Terwijl Gioachimo nog bezig was,
de paarden te sussen, bemerkte hij, hoe
een zeer jong officier in de uniform
van luitenant der artillerie uit den
wagen sprong en zeide «Alles is voor
bij. mama, er is geen gevaar meer.
Help moeder, Carolina's bezwijming
zal spoedig over zijn, wees maar kalm
er is niets meer te vreezen."
Gioachimo keek den officier aan. Hij
was klein, een onooglijke gestalte,
waarop echter een hoofd met een
breed, verbazend ernstig voorhoofd. De
gelaatstrekken maakten ongetwijfeld
diepen indruk en rechtvaardigden zeker
zegevierend vertrouwen, zeker bevelen
de kortheid in woorden en gebaren
Daarna stapte nog een zeer jong
meisje uit den wagen, blijkbaar de
zuster van den officier.
Gioachimo was geheel verdiept in
den aanblik van dit meisje, toen de
officier hem aansprak
den Heer en Maria's besten Moeder
zegen.
We zijn al dra in volle zee dui-
zende lichten houden ons oog op de
kust gevestigd. Hoog op den bergtop
zien we nog lang de lichten van N.
D. de la Garde, en opnieuw stellen
we onze reis onder Hare Moederlijke
bescherming.
Aan boord van de „General
Duchesne".
Wat u te schrijven over't eentonige
leven aan boord Veel water en
lucht en veel meer is er niet te
zien. Op 't oogenblik dat ik U zit
te schrijven, tellen we Dinsdagmid
dag 2 uur (Holl. tijd 12 uur onge
veer). We moesten reeds in Port-
Said zijn, maar hebben ons een heele
dag verlaat. De eerste drie dagen
ging 't n.l. niet erg voorspoedig. Nu
wel juist geen slorm, maar toch ruw
weer, zoodat ons huisje tamelijk
danste en slechts sukkelend vooruit
ging. De gevolgen bleven niet uit.
Bij 't avondeten waren reeds vele
passagiers afwezig wegens zeeziekte.
Wij gingen beiden met moed aan
tafel maar na de soep was 't al mis
met me. Een knikje tegen de tafel-
genooten als excuus, en toen maar
gauw 't dak op. Flelaas, daar ging
't heele lekkere afscheidsdiner van
de Zusters van Marseille. Pater
Meens, m'n reisgezel volgde aldra.
We zijn er echter nog met van de
beste van afgekomen.
Met een paar keer vischjes voeren
en een paar dagen een gevoel van -■
„Jij moet niet zoo draaien" hadden
we onzen zeestrijd gestreden. Om
erger te voorkomen zijn we ten
Noorden van Corsica omgevaren.
Een prachtig gezicht hadden we daar
op de hooge bergtoppen van 't
eiland'n tijdje later zagen we 't
befaamde Elba en nog enkele andere
zustereilandjes van Corsica.
Van de schoone straat van Messina
zagen we zoowat niets dan de vele
lichten der stad, die denzelfden naam
draagt. Daar passeerden we in den
schoonen Kerstnacht, juist na de
nachtmis van 12 uur. Want ja, we
hebben heel aardig Kerstfeest ge
vierd.
De commandant stond ons wel
willend de muziekzaal der 1ste klas
af waar we met behulp van enkele
matrozen eer. altaartje bouwden
Pater Meens las de nachtmis; meer
dan 50 passagiers woonden de plech
tigheid bij een bejaarde Engelsman
ging zelfs ter H. Tafel. Ik las 's mor
gens de H. Mis met weer verschil
lende assisteerenden. De drie H
Missen lezen durfden we niet, daar
t voor 't eerst was, dat we Mis
lazen aan boord. Sindsdien echter
lezen we iederen morgen in de rook
zaal der 2e klas.
Aan alle lezers en beste vrienden
nogmaals Zalig Nieuwjaar. Adieu
Blijf s.v.p. voor mij bidden.
Pater ]AN de PONTI,
Missionaris.
Foster's
Verstopping
Als gij last hebt van
gedruktheid, schele
hoofdpijn, het zuur,
prikkelbaarheid, enz.,
als gevolg van ver
stopping. gebruik dan
Foster's Maagpillen.
het ideale laxeermid
del.
Maagpillen
Alom verkrijgbaar a f 0.65 per flacon.
Uw daad verdient een belooning
dappere vriend, maar tot mijn spijt heb
ik er geen te vergeven en moet mijn
dankbaarheid voor uw moed zich naer
mijn middelen regelen. Neem dit van
mij aan.
Half verwonderd, half nog starende
naar het jonge meisje, nam Gioachimo
een vijffrancstuk van den officier aan
Het geschiedde bijna tegen zijn zin
maar hij deed het toch.
Ik neem het geldstuk niet aan
als een belooning, maar als een herin
nering, sprak hij werktuigelijk.
Met zijn doordringende oogen keek
de officier den slagersknecht een
oogenblik aan.
Het zal mij altijd aangenaam zijn
je weer te zien. Hoe heet je
Gioachimo Murat, luitenant.
Als je mij eens noodig mocht
hebben vriend, wend je dan tot luite
nant Napoleon Bonaparte van het zesde
regiment artillerie te Parijs. Adieu en
nogmaals mijn dank.
De jaren der revolutie, die nog volg
den raasden als een orkaan over Frank
rijk. En ofschoon in den algemeenen
storm der ontketende hartstochten alle
banden der vriendschap en bloedver
wantschap verbroken werden, ofschoon
de grillige afgod van den oorlog den
een tot de sterren verhief en uen ander
stuiptrekkend onder de guillotine neer
wierp, waren toch juist deze tijden van
algemeene ontbindingen omverwerping
der maatschappelijke orde geschikt om
energieke karakters te verheffen.
Tot dezen behoorden zoowel de jonge
1.
Een schoone preek.
Onder de laatste grootste missie was
Betje van den appelen- en koffiewinkel
toch een keer naar het avondsermoen
gaan luisteren. Wel niet veel tijd, maar
alle menschen gaan en die pater kon
toch zoo schoon sermonen...
Wel, vroeg haar man, toen zij
terugkwam, waarover heeft de Pater
gepreekt
Dat zou ik niet kunnen zeggen,
zei Betje, maar dit weet ik wel, dat
dezen avond nog al mijn valsche ge
wichten de Maas in vliegen.
Tyd verloren.
Een Zweedsche geleerde heeft wil
len uitrekenen hoeveel tijd een vrouw
gemiddeld voor haren spiegel door
brengt.
Tot aan haar 6de jaar denkt 't kind
er nog niet aan in de spiegel te kijken
tenzij om er zotte grimassen voor te
maken.
Van 6 tot 10 jaai begint de spiegel
zijn verleidenden invloed en staat hel
meisje er gemiddeld 7 minuten per
dag voor.
Van 10 tot 15 jaar kijkt zij dagelijks
15 minuten in den spiegel.
Van 15 tot 20 jaar, 21 minuten.
Van 20 tot 30 jaar, 30 minuten.
Boven de dertig jaar vermindert het
een weinig.
Zoodat een 30jarige vrouw ongeveer
6000 uur voor haren spiegel heeft
doorgebracht; dat is 8 maanden lang,
dag en Dacht
Die was raak
- Pater, zei een ongeloovige, zoo n
geleerde vrijdenker in den trein, die
graag met den godsdienst en priesters
spotten en het vooral de kloosterlingen
gemunt hebben.
Wat is er van uw dienst, mijn
heer, zei de Pater.
Pater, als ik uw geld eens had
En als ik uw verstand eens had
zei de Pater tot den vrijdenker.
- Wat hadden we dan vroeg de
vrijdenker.
Alle twee niets, mijnheer, zei de
Pater.
Een wyze moeder.
Een meisje eindigde met onderschei
ding haar laatste examen op het pen
sionaat.
Moeder, zei ze, ik heb groote
vorderingen gemaakt in de wetenschap
Ik zou nog willen voortstudeeren om
me le volmaken in de psychologie,
de philologie, de physiologie en de
paleontlogie
Wacht wat, meisje, antwoordde
moeder, ik zal u onderwijzen in de
soepologie, de kookologie, de schuuro-
logie en de waschologie En om
te beginnen neem naald en draad en
zet een knoop aan vaders broek.
door A. F. VAN BEURDEN.
I.
De Maas, een onzer Nederlandsche
hoofdrivieren heeft aan Noord Limburg
den loop der eeuwen veel goeds
gebracht.
Langs haren stroom kwamen de
eerste geloofsverkondigers tot het nog
heidensche volk en brachten het licht
des Evangelies, dat in het Walen- en
Murat als zijn beschermer, de artillerie
luitenant Bonaparte. In het eerste
voerde het noodlot den een hierheen
den ander dsarheen en terwijl de
Gorsikaan de ladder van eer en waar
digheid begon te beklimmen, was de
ander in de Vendee en andere oorlogen
der revolutie gemeen soldaat, zonder
door het lot begunstigd te worden.
Hij werd korporaal dat was alles
terwijl Bonaparte spoedig tot kspi
tein, overste en eindelijk zelfs, na de
met verrassend succes bekroonde be
legering van Toulon, tot brigade
generaal opklom.
Een vier en twintig jarige generaal
Dat was alleen in zoo'n tijd mogelijk.
De jonge Murat gedacht zijn verren
beschermer met bewondering, en dik
wijls, als hij in den eentonigen dienst,
in de vermoeienissen en gevaren van
den oorlog, aan zijn fortuin begon te
wanhopen, trooste hij zich met de
woorden. «Eindelijk zal mijn dag
komen 1 Eindelijk moet hij komen I
En hij kwam.
Het W8S in het jaar 1796. Het Fran
sche leger, onder commando van
generaal Bonaparte, lag voor de vesting
Lodi in boven-Italië, die door de Oos-
tenrijksche troepen verdedigd werd. De
Fransche troepen door de overwinnin
gen van Montenolte, Milstimo en Mon
dovi verwend, morden over slechte
verpleging, nuttelooze belegering van
vaste plaatsan, en de eigenzinnigheid
van den legeraanvoerder, die met het
hoofd door de muur wilde
Het was nacht, een heerlijke Mei
nacht en Murat, die tot een veldtocht
De meeste aandoeningen van de keel
doen zich in sterke mate in het alge
meen gestel voelen en verminderen
daardoor het weerstandsvermogen van
den lijder. Wie een aandoening der keel
niet reeds bij het begin met de. juiste
middelen bestrijdt, stelt zich aan ge
vaarlijke gevolgen bloot. Neemt
men echter tijdig de uit zuivere plan
tensappen bereide Akker's Abdijsiroop,
dan brengt men daarmee met alleen
een ziektekiem-doodende. maar tevens
een algemeen versterkende en dus het
weerstandsvermogen verhoogende mid
del in het lichaam. In enkele dagen kan
een beg innende keelaandoeningheesch-
heid, keelpijn, prikkelhoest verdwijnen
door het gebruik van de krachtige
Per koker: f 1.50, f 2.75,4.50
Belgenland reeds tot het volk doorge
drongen was.
Da oeroude kerken herinneren ons in
den bouw der onderste gedeelten van
hare torens uit natuursteen, aan de
eerste tijden.
Ook de doopputten en bronnen in en
bij de kapellen gelegen, wijzen op
vroege kerstening der streek.
Maar bevorens hadden deze streken
reeds het bezoek gehad der wereldver
overaars, de Romeinen en de Romein-
sche oudheden, in Blerick, Grubben-
vorst, Lottum, Geijsteren, Boxmeer en
vooral te Guijk opgegraven, bewijzen,
dat de Romeinen daar niet alleen door
getrokken zijn, maar ook blijvende
vestingen gehad hebben.
Het wordt langzamerhand door aller
lei bewijzen wel zeker, dat zij langs
de Maas te Blerick, Grubbenvorst,
op het gebroken slot, te Arcen, te
Geijsteren, te Afferden, te Gennep en
to Guijk Maasburchten hebben gehad,
om zeker te zijn van verbinding te
onderhouden met de zuidelijk gesla-
tionneerde deelen van het leger te
Tricht of Maastricht, Aken en Luik.
Maar ook zijn langs de Maas de
Noormannen, de wilde roovers geko
men, die te Cuyk vochten en te Elsloo
een tijdlang stand hielden.
Goed en kwaad heeft de wispelturige
Maas gedaan, als ze hare wateren het
land inzondt, en er vruchtbaar sli
achterliet, maar tegelijkertijd hoeven
en hutten verwoestte en bouwland'met
zand bedekte.
Ze hield zich in da oude tijden
moeilijk aan haren gewonen loop. Ze
vloog er bij Broekhuizenvorst uit,
vormde met haar wild geweld moeras
sen, die er nog leggen bij de Gun en
joeg hare wateren tusschen Meerlo en
Blilterswijck door, weer naar Wansum,
rechts en links zandduinen ophoopend,
en tenslotte na jaren de Molenbeek
achterlatend, als eene flauwe herin
nering aan 't geval.
En van Vierlingsbeek af langs Sam-
beek jen Boxmeer tol Beugen koos ze
de ruime baan, werkte zich breed uit
en kronkelde en bochtte zoolang, tot
ze de wateren bijeen had
gecommandeerd was, stoDd, schotvrij
voor de vestingmuren, nabij een wacht
vuur, waaromheen eenige official en met
elkander lagen te praten.
Het is onzin, dat wij hier liggen
riep een hunner.
Wij bereiken hier toch niets. En
terwijl wij ons hier de schedels tegen
de muren verpletteren, concentreert de
vijand in Venetië versterkingen, om ons
weer het hoofd te bieden.
Generaal Bonaparte weet niet wat
hij doet, voegde de overste Saint-Pré,
een bijzonder lange officier, er aan
toe.
Dezen namiddag, toen het reeds
donker was, kreeg ik eensklaps bevel,
met mijn regiment van Montecalco op
te rukken en een stelling in het bosch
van Gasa Reccia in te nemen
En gij zijt niet gegaan, overste?
vroeg een ander eenigszins angstig.
De hemel beware mij. Ik moet
voor mijn regiment instaan. In Mon
tecalco heb ik uitstekende kwartieren,
terwijl in het bosch van Casa Reccia
geen halm stroo te vinden is. In twee
dagen zou het halve regiment naar de
maan zijn, als ik de aangewezen stel
ling ingenomen had.
Maar overste, vermaande een
kameraad welmeenend.
Och wal, dat moet ik beter weten,
riep overste Saint-Pre, wat weet gene
raal Bonaparte van de cavalerie. Een
mensch, zoo klein, dat men hem op
een paard nauwelijks zietl Laat hem
komen i
Wordt vervolgd.