Tweed© Blad van „PEEL EN MAAS God-alleen. Het Onze Vader. iui>/ ff Waarom het te doen is FEUILLBTON Kleine schoenpoetsers. 48e Jaargang. No. 48 ]a waarom Waarover gaat het, wat beoogen de modepropagandis ten De vrouw bederven en daar door de Katholieke Kerk vernietigen. Luistert. En nu vragen wij ons at Wie heeft er belang bij aan de vrouw een heidensche, een zedelooze mode op te dringen, die haar leert allen eerbied voor zich zelf af te leggen en te verzaken aan den eerbied dien de man haar is verschuldigd Wie anders dan de vijanden van Qod en van Zijne zedeleer Wie anders dan de vijanden der Katho lieke Kerk „Om de Katholieke Kerk te ver nietigen" zoo sprak een hunner in het midden der negentiende eeuw „moet men beginnen met de vrouw te doen verdwijnen, maar aangezien dit niet mogelijk is, laat ons ze be derven." De vrouw bederven, ziedaar het doel onzer vijanden en, helaas, hun pogingen zijn niet ijdel. Langzamerhand heeft men de vrouw geleerd haar ingeboren liefde voor den huiselijken haard af te leggen zij wenscht onafhankelijk te zijn, zij dorst naar vrijheid en genot en ver waarloost haar heiligste plichten, het moederschap sehrikt haar af. Ze is geworden een mislukte jongen, een mislukte man. En toen ze eenmaal zoo ver was gekomen, toen hebben sport en dans er het hunne toe bijgedragen om haar voort te zweepen op den weg des verderfs. Toen zijn ontstaan de hedendaagsche wulpsche dansen, de gewoonte om alleen uit te gaan en laat in den nacht terug te keeren, om zich, bijkans ongekleed aan het be dorven publiek op het strand te ver- toonen, de zin voor het naakte, voor iedere ondeugd, voor iedere uitspat ting: de ware ongebondenheid En de hedendaagsche mode, ze is een uitvloeisel van dit alles. Aldus bedorven wordt de vrouw een speel bal van gewetenlooze kleermakers en naaisters, wier bekwame handen de kunst verstaan de hartstochten te vleienzij leende zich gedwee tot alles wat hun bedorven verbeelding wist uit te denken. En, om, haar spoediger te bederven, begint men reeds met het kind en met het jonge meisje. Men heeft een nieuwe zeden leer geschapen waarbij niets kwaad is, niets onwelvoegelijk, niets zede loos. Terwille van gezondheid en lichaamskuituur kan men zich ver- toonen gelijk men wil en alle fatsoen, alle eerbaarheid is een gebrek aan onschuld. Men ziet het, hier geldt het niet te redetwisten over de lengte van een rok en andere kleinigheden de zaak ligt dieper. Het geldt hier de levensvraag: Zal de wereld christelijk blijven of ver vallen tot de schandelijkheden van het heidendom De vraag is zullen de christen vrouwen weten te bewaren en te verdedigen dien kostbaren schat van deugd en goede zeden, welke door Qod aan haar is toevertrouwd of zullen zij zich verlagen tot speelpop pen van onze vijanden, zullen ook zij zich laten bederven en door hunne dwaasheid medewerken tot uitroeiing van het christendom en herleving van het oude heidendom Het komt ons voor, dat, aldus de vraag gesteld, het antwoord niet twijfelachtig kan zijn en iedere waar lijk katholieke vrouw vaarwel moet zeggen aan de hedendaagsche mode grillen en door haar zedige kleeder dracht moet toonen katholiek te zijn en katholiek te willen blijvenH. MIJNHARDTS's Hoofdpijn-Tabletten 60 ct Laxeer-Tabletten 60 ct Zenuw-Tabletten 75 ct Staal-Tabletten 90 ct Maag-Tabletten .75 ct Bij Apoth. en Drogisten Naar het land der zwarten. Onder dezen titel, hoop ik, met Gods hulp en zoo de tijd 't altijd toelaat, 'n reeks artikelen te plaatsen in dit blad, om zoo steeds getuigenis af te leggen van mijne diepgevoelde dankbaarheid jegens al mijne goede missievrienden, die dit lezen zullen. Mogen al mijne lezers er dan ook niets in zien, dan een aanmoediging steeds met meer ijver met den missionaris mee te werken aan de verbreiding van ons schoone ééne ware geloof, bij onze zwarte heidensche broeders in Midden- Afrika, ja bij allen, die over heel de wereld nog ronddwalen in ongeloof en onwaarheid. Dat de lezers tevens willen excusee- ren, wanneer er soms te langen tijd zal zijn tusschen 't verschijnen der verschillende artikelen, daar omstan digheden en tijdgebrek dit zeker meer dan eens mee zullen brengen. Het uur van scheiden. »Gij die alles verlaten hebt om mijnentwille, en mij ge volgd zijt, honderdvoudig zult gij beloond werden, en 't eeuwig leven bezitten." Dat was 't zoete evangeliewoord, 'l troostwoord dat heel dien grooten zwa ren dag van 2 October in m'n ooren klonk, en fluisterend in mijn priester- hart bleef naklinken, om te sussen 't leed dat ieder scheidingsuur met zich medebrengt* 't Was de groote dag des Heeren, waarop 't Evangeliewoord moest bewaarheid worden »Een zwaard ben ik op aarde komen brengen om te scheiden wat vereenigd is", 't Groote offer van scheiden, dat de Meester vraagt van al zijn apostelen die Hem volgen willen. 's Morgens nog had ik het geluk een plechtige Hoogmis op te dragen voor alle parochianen van Oirlo-Castenray, en voor al mijne vrienden, niet het minst voor mijne familie, 's Middags nog zong ik de Vespers en het Lof in de mij zoo dierbare parochiekerk, met den Z.E. Heer Pastoor zelf als diaken aan mijne zijde. Dan nog de processie waarin ik zelf het hoogheilig Sacra ment droeg, rondom 't kerkhof waar zoovele dierbaren rusten, langs de graven van te vroeg ontslapen Ouders Dan, nog een paar uurtjes van samen zijn, en een laalsten keer klonk 't woord van den vragenden Meester »Wilt gij volmaakt zijn, dan verlaat alles, en volg mij." Kwart voor zessen was de trein.. Daar rolt hij reeds met veel geraas 't kleine stationnetje binnen. Nog een afscheidskus van alle dierbaren die me vergezelden, vele wuivende kinderen die ons gevolgd waren nog eens wui ven en wuiven.... Tot over tien jaarl... 't Groote offer was gebracht 1 De duistere avond bracht me met regen en wind in Oirschot, in 't Scho- lasticaat, waar 'n Broer op me wachtte, en Leermeesters en vele studiegenoo 24. De moeder beefde. Het was voor het eerst sedert dien ongelukkigen avond, dat er over haar dochter Marie gespro ken werd. Koud en met berekende strengheid in den toon zijner stem zeide Dimier Zij bracht de schande met zich mede. Mijn jongste dochter zal en mag daaronder niet lijdenen door haar tegenwoordigheid zou er steeds een schaduw op Evi terugvallen.... de wereld is zoo kwaadwillig. Dus om wille van de wereld weigert gij uw kind het ouderlijk huis, niet uit eigen overtuiging Dimier viel hem scherp in de rede Overigens, Saville, laten wij hier over zwijgen. Eens had ik een dochter, Marie, zij is voor mij dood. Uwe Miotte gaat mij niets aan, ik ken haar niet en wensch evenmin haar te leeren kennen. O, Everard, zeg dat toch niet, zeide zijn vrouw schuchter en pijnlijk aange daan. Ja, inderdaad, ik geloof, dat gij haar niet kent, mijnheer Dimier, zeide Saville kalm. Vóór tien jaar hebt gij een kind uit uw huis gejaagd, nu keert een vrouw terug, gerijpt door kommer, ellende en ontbering.... En wie was de schuld van de lijdensschool, en van vervlogen dagen, om samen 't afscheid te vieren. Regen en wind en storm maar zonneschijn zou er zijn den dag daarop, 3 October; de zon van echte broederliefde zou alle nevel verdrijven en alle tranen drogen die 't scheiden uit 's menschen harten perst. Ook van ons zouden de heidenen gezegd hebben gelijk weleer van de eerste christenen »Ziet hoe zij elkan der lief hebben Wilt slechts verder lezen... 's Morgens droegen we samen een plechtige Hoogmis op, wij, drie klas- genooten, vertrekkende Missionarissen. Voor 't eerst zongen we plechtig de Mis van 't feest der H. Theresia van 't Kindje Jezus, de beschermster der missie en missionarissen, 't Koor van Fraters voerde de schoone, smeekende Mis van Rheinberger uit. Wat 'n en thousiasme in die stemmen 1 Wat 'n meeleven, 'n smeeken Laat ook mij heengaan, Heer, gelijk deze uitver korenen. 't Afscheidsdiner verliep sober, maar prettig en gezellig. Maar de avond zou ons vooral zonneschijn brengen, be wijzen van Broederliefde, gelijk de wereld er nauwelijks meer kent. Tegen vijf uur was de zoogenaamde missieavond. De zaal waar we bijeen kwamen, was feestelijk en diepzinnig versierd, 't Groote Kruis met draperieën omhangen en daaronder de beeltenis van 't tf. Treeske. Van 'tkruis af hing een regen van rozen, langs de beelte nis van de H. Theresia af, onder op n grooten wereldbol, waar de rozen blaadjes uiteendwarrelden en terecht kwamen op de missielanden die ons wachten. Dat was schoon en diep van zin. 'n Regen van rozen zal Treeske zeker voor ons afgebeden hebbenen al zullen 'tdan rozen met doornen zijn.... dat zullen 't zeker soms zijn 1 Dat is nu eenmaal 't wachtwoord van den missionaris, maar ook zijn kracht: »Per crucem ad lucem, per crucem ad coronam (Door kruis en lijden naar 't licht en de glorie 1) Weldra volgde een aaneenschakeling van geestdriftige missieliederen en toe spraken, fijnverzorgde redevoeringen over de grootheid van den missionaris, over 't schoone van zijn nobel offer, afgewisseld telkens met zang en keurige lichte missiegedichten, 't Ging als om strijd, wie toch maar 't beste 't zielen- vuur van zijn hart zou ontboezemen Dat was de schoone uiting van even- zoovele jonge harten, die hunkeren naar den dag dat ze kunnen volgen op het veld van eer en strijddat was weer een van die resultaten van reine sterke liefde, die 'n Overste en Leer meesters aankweeken in jonge enthou siaste harten. En al schooner en hooger ziet men 't Priesterideaal dan siijgen, en lichter wordt 't offer en zoet de dag van scheiden. »Ubi caritas et amor ibi Deus est.» (Waar liefde, reine liefde heerscht, daar toeft God zelf.) 't Schoonste wachtte ons nog in den lateren avond. Toen we na 't avond eten in 't duistere park kwamen, lag daar de kasteelgracht gansch verlicht. Van den overkant stond 'n hoog kruis in kleurig doorschijnend papier, van binnen verlicht, en dragend om 't ge kroonde Christushoofd »Sitio I Sitio 1... quia amore langueo». (Dorst heb ik, dorst naar zielen, omdat ik wegkwijn van liefde). En daaronder weer de groote wereld, met de missielanden sterker omlijnd, en de zinrijke tekst >Groot is de oogst, maar weinig de werklieden». 'n Honderd passen verder lag een open Indianentent, waar men duidelijk een Indiaan zag liggen, met wijde amazonebroek en wuivende pluimen om zijn voorhoofd, 'n Beetje luguber laaide 't nachtvuur op, dat knetterde voor de nut en lekkende tongen sloeg in 't water van de gracht. En nog wat verder, in 't duistere een negerhut, die dit arme kind doormaakte Wan neer zij een armen jongen lief had, die u niet aanstond, was dit toch nog geen misdaad..die een dergelijke straf ver diende. Ik weet het wel, de toorn komt plotseling, een kwaad woord is licht ontsnapt, en een ruwe daad snel begaan. Maar wanneer wij een onrecht begaan hebben, vindèn wij altijd wel weereen gelegenheid dit tenminste gedeeltelijk goed te maken en van deze gelegen heid hebt gij voor een paar weken geen gebruik willen maken.... Wat weet gij Jaarvan riep Dimier verwonderd. Hij dacht, dat de terugkomst van Marie, die toch slechts enkele oogen blikken in het ouderhuis vertoefde, onopgemerkt gebleven was. Ik weet, dat uw dochter Marie tot u gekomen is om uw vergiffenis af te smeeken, ik weet, dat zij zich voor u en alle aanwezigen vernederd heeft en ik begrijp niet, dat gij, mijnheer Dimier, u toen niet herinnerd hebt, dat ook gij eenigen tijd geleden om genade ge smeekt hebt tot God, dat deze u zou vergeven en het leven van den kleinen Abel u mocht behouden blijven.... en God heeft uw smeeken verhoord.... doch gij zijt onverbiddelijk gebleven.... en toch hebt gij destijds beloofd Gods naam in uw huis te heiligen..En kunt gij dezen meer heiligen en eerbiedigen dan door de geboden van God te onder houden. Heeft God zelf niet gezegd Wanneer uw broeder u zevenmaal op een dag heeft beleedigd en u ook zeven maal op een dag om vergiffenis vraagt en spreekthet doel mij leed, dan zult met 'n koolzwarte bewoner bij den gror.d neergehurkt. Dal was de scène 1 De avond was prachtig, stil en majestueus, als was ie bang de stemming te storen. Nu ging 't komen 1 Van schier uit de dichte boomen kwamen lich'en. 'I Was 't roeibootje der Fraters, gansch herschapen in een gesloten missi'boot, van binnen verlicht Voor op 't spits prijkte doorschijnend de beeltenis van de kleine Theresia, en de zijden droe gen in gloeiende letters: -La Petite Reine" ('t Kleine koninginneke) Drie missionarissen stonden rechtop aan den achtersteven, 't Kruis hoog, en boven hun hoofd »Ecce ego, Mitte me". (Hier ben ik, Heer, zendt mij). Lang zaam schoof 't bootje over het stille water. Niets dan 't zachte geklots der riemen, wanneer plots vanaf 't lichtende kruis een hooge tenorstem langzaam declameerend door den stillen avond zong »Sla op uwe oogen, en ziet de velden die wit staan en rijp voor den oogst; de eogst is groot en weinig maar de arbeiders". Juist onder't kruis lei 't bootje aan en de missionarissen stapten aan wal. Dan volgde een hartstochtelijke heen en weerspraak tusschen kruis en Indiaan en neger, en de missionarissen die leerden, alles in gloedvolle verzen van Frater Piet zelf. Ziehier een paar uittreksels VANAF 'T KRUIS Uitgestrekt zijn nog de landen Uitgestrekt de heerschappij, Satans macht wringt nog in banden Handhaaft nog zijn dwing'landij Over harten, die mij minden, Als ik door hen was gekend. MISSIONARIS 'k Heb Uw stem, o Heer, vernomen, Die mij aansprak en mij vroeg Of ik na U wilde komen Dragen 't kruis dat Gij eens droegt, Om Het in dien grond te drukken Waar het onbekend nog bleef. 'kZal dan heengaan, Heerl en blijde Wordt Uw Kruis in d'aard geplant Van een heugel, dat de heiden 't Moge zien van allen kant. INDIAAN: Welke zachte held're klanken Dringen door het dichte woud Waar, lot nu, bij vur'ge spranken Waap'nen klett'ren van aloud O Visioen... van ver aanschouwd Is 't waarheid Ik, mag ik hopen Op licht in 't donkere, bange woud Waar ik den blanken ben ontloopen NEGER Wie zij* Gij, die daar hangt ge klonken Aan 't schandhout dat de misdaad plant Hebt Gij de tranen, die er blonken In 't negeroog, vertrapt metschand? MISSIONARIS Ziet opnaar 'tgeen gij hebt aan schouwd Naar 't Kruis van glanzend licht omgeven Opdat Het voor U thans ontvoawt Zijn g'nadenschaten geeft't Leven. Zendt op uit eenen mond een beê Laat Heer Uw gunst niet gaan ver loren Geef ons geloof en liefde weer Opdat wij met de blanken knielen Bij 't Kruis van eenen God en Heer. Dan knielden allen neer, badend in lichtgroen bengaalsch vuur, en zongen vierstemmig »Komt, alle volken, aan bidt den Heer, want Hij is Koning der koningen en Heer der heerscharen en tot de eindgrens der aarde moet Hij alleen regeeren. Amen Zoo eindigde die schoone missieavond. En allen gingen wat later stilzwijgend heen, ieder naar zijne cel, en 't was als ging 't nog flvisterend door de kloostergangen: »Waar liefde, reine liefde heerscht, daar loeft God zelf.» Nog een paar dagen gezellig samen zijn en alweer was 't afscheid nemen Van Overste en leermeesters, die me zoo lange jaren met hun vaderlijke zorgen omgaven van al de anderen, waarmee ik zoolange jaren lief en leed van studie- en voorbereidingsleven mocht deelen aan de Belgische grens eindelijk van een Broer, waarmee ik van kindsaf heb samengeleefd, maar die ik over nog slechts twee jaren als Priester-Missionaris in Afrika hoop te ontmoeten..Dan ging mijn reis óver Leuven, Brussel, Parijs naar St. Lau rent sur-Sèvres(Vendée Frankrijk) waar ik Zaterdagmorgen 8 October in het Moederhuis onzer Congregatie aankwam en neerknielde bij 't graf van onzen Zal. Stichter om te bidden voor allen, die mijn vertrek mocht bedroeven. Wilt ook gij allen mij gedenken, vooral wanneer de zeereis zal aanvan gen (waarschijnlijk 2 Dec. a.s.) Vaart wel mijne vrienden Gods besten zegen blijve met U alleD. Specialen dank nog aan 't Rectoraat van Oostrum, dat in mijne algemeene dankbetuiging ver beten bleef. Tot 'n volgenden keer. v fi rlnrel PATER JAN DE PONTI, Missionaris Gez. van Maria. gij hem vergeven.... Everard Dimier maakte een afwerend gebaar. Lazare had de gevoeligste plek van zijn hart aangeraakt, de wonderbaar lijke genezing van zijn zoon, tengevolge waarvan hij een nieuw mensch ge worden was.... En nu kwam een man en die bewees hem duidelijk, dat zijn woorden en handelingen in scherpe tegenspraak waren met zijn goede voornemens. Dat trof hem zeer. En al zou ik haar vergeven, riep hij, wat zou het baten Wat het baten zou, kunt gij dat nog vragen Haar vergiffenis schen ken, heet voor haar een nieuw leven beginnen in alle eerlijkheid en liefde aan den huiselijken haard. Maar de menschen hebben het in hun groote wijsheid anders bestemd vogelvrij zijn de vrouwen, die eens het ouderlijk huis zijn uitgeloopen vogelvrij allen, die door anderen in een val gelokt, die zwak en hulpbe hoevend zijn. Men stoot hen neder in den afgrond. Het ped, dat naar boven leidt, is voor hen gesloten, en wanneer zij zich wanhopend vastklampen aan de klippen, wordt het gras onder hun voeten weggemaaid, zoodat zij nog dieper zinken. Men roept hun toe Gij zijt in het graf der schande geval len, welnu, wij zullen u meteen zwaren steen bedekken, zoodat gij niet meer kunt opstaan. De wereld handelt logisch, doch haar logica is een duivelsche en past niet voor menschen, die aan een God gelooven en Zijn geboden onderhouden willen. Geen heil meer den gevallenen Vervloeking zij hun op aarde, vervloe king in den hemel I Zij zijn als de melaatschen, die men steenigde, wan neer zij nader kwamen, en die met hun levend lichaam moesten huizen met de dooden in leege graven en dood waren voor de levenden. Wan neer een medelijdend mensch hen naderde, waren zij volgens de wet verplicht hem toe te roepen»Wij zijn bevlekt... onrein, onrein 1"... Doch toen kwam Jezus en zij riepen tot Hem Heer, ontferm u onzer 1 Toen sprak HijGaat in vrede, uw geloof heeft u genezen 1 En zij waren rein Everard scheen bewogen, maar met een treurige beslistheid antwoordde hij Ja, Saville, dat klinkt alles heel mooi in woorden, doch tegenwoordig kan dat alles zoo niet meer in practijk gebracht worden. De wereld is onver- biddellijk, hare wetten zijn onbeperkt. Wat wilt gij Dit is nu eenmaal zoo en wij moeten ons hiernaar voegen. O, ik vraag wel om verschooning, Dimier, er zijn nog persoonlijke geval len, in welke wij zelfstandig kunnen handelen en de wet door onze woorden en daden kunnen verzachten. Men zegtieder mensch is in zekeren zin zijn eigen schepper, wijl hij zijn eigen vorming in de hand houdt. Ik geloof, dat wij ook tegenover vele ongeluk kigen, waarop wij eenigen invloed bezitten, op zulke wijze scheppend kunnen optreden, terwijl wij uit ben nieuwe wezens vormen. Ik geloof, dal 717—14 Zaguoaiia Ifi&tjnUagta. Een zegen voor de menschheid. Iedere lijder aan verzwakte nieren, die gaarne zijn gezondheid zou her krijgen, behoort Foster's Rugpijn Nieren Pillen te gebruiken, het middel, dat nieuwe kracht en energie aan tal van angstige nierlijders bracht. Het 25-jarig succes stempelt dit niermiddel tot een ware zegen voor de menschheid. Ook gij kunt daarvan profiteeren. Begin nog heden met het gebruik van Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Merk op hoe uw gezondheid er door verbetert Hoe de rugpijn afneemt, hoe de pijn in uw ledematen en spieren vermindert, hoe spoedig uw nier- en blaasstoor«is- sen verdwijnen. Door het versterken van uw zwakke nieren raakt gii bevrijd van urinekwalen, rugpijn, rheiimatiek, blaasontsteking, waterzuchtige zwellin gen, ischias en spit. Stel 't niet uit. Laat de trage nier werking niet van kwaad tot erger worden. Begin dadelijk met Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Kom de aange taste nieren te hulp, waardoor het bloed weder behoorlijk gezuiverd en verrijkt wordt en het geheele gestel bevrijd wordt van schadelijke onzuiver heden. Foster's Pillen worden vervaar digd in modern ingerichte laboratoria, worden noch bij de vervaardiging, noch bij de verpakking door menschelijke handen aangeraakt, en bevatten geen schadeljke bestanddeelen. Verkrijgbaar (in glasverpakking met geet etiket let hier vooral op) bij apotheken en drogisten k f 1.75 per flacon. 39 Hallo, jij daar, riep in New York een heer een kleinen schoenpoetser toe, poets mijn schoenen eens even 1 De kleine vent kwam aandragen met zijn zaken, maar hij was wat langzaam in zijn bewegingen, wat die lui gewoon lijk niet zijn Juist zou hij beginnen met zijn werk, toen een grootere jongen vlug nader trad, den kleine op zij 9tootte, en zei deze verantwoording even zwaar op ons druk' als de voet op den nek van den overwonnen slaat onzer erbarme lijke wetten. Een wijze man heeft ge zegd De wereld zal aan God gelooven, wanneer zij ziet, dat de volgelingen van Christus in een menschelijke ziel gelooven wanneer zij namelijk met die oneindige liefde bezield zijn, die niet aarzelt in de diepste afgronden neder te dalen, om de verlorenen op te zoeken. Everard antwoordde Welnu, aangenomen, dat Marie in staat zou wezen een nieuw leven te beginnen, dan kan ik haar toch niet in mijn huis opnemen, zoolang Evi nog niet gehuwd is.... temeer daar hij wendde zich tot de twee vrouwen ik wilde het u zooeven reeds mededeelen, ik heb een brief van Gaston Lacaze ontvangen. Hij schrijft, dat hij morgen avond komen zal en verontschuldigde zich, daar hij de laatste weken ver hinderd was geweest ons te bezoeken. Hij heeft gepruild sinds dien ongeluk kigen avond, maar wij'l Miotte niet meer verscheen, keert hij rouwmoedig terug... Hij is zoo verliefd in onze Eveline, voegde hij er lachend bij. Maar Eveline was bleek geworden, zij liet haar handwerk rusten, keek haar vader vrij in hel gelaat en ant woordde op beslisten toon: Neen, hij zal niet terugkomen. Zoo, waarom niet? vroeg Dimier, die aan een kleinen twist tusschen de twee verliefden geloofde. Wordt vervolgd.

Peel en Maas | 1927 | | pagina 7