KERKELIJK LEVEN. Legrapport van 28 jonge hennen Vacantie vroeger en thans- De Wegenbelasting. Gemengde Berichten. broed Mei 1925, betrokken als broedeieren van het Hoenderpark „De Burgwal". Legtijd loopende van 1 Oct. 1925 tot 1 Oct. 1926. 2. «2 r- O. 1 2 VORIGE STAND JUNI EINDSTAND 3 D- n n D 5 «s o a CTQ a b totaal a b totaal a b to'aal A 13 Oct 38 154 192 2 9 11 40 163 203 B 10 Dec. 102 24 126 23 0 23 125 24 149 C 6 130 24 154 8 4 12 138 28 166 D 11 Nov. 24 123 147 8 14 22 32 137 169 E 18 Dec. 129 12 141 26 0 26 155 12 167 F Dood G 9 Nov. 56 118 174 7 19 26 63 137 200 H 16 132 28 160 19 0 19 151 28 179 I 11 94 82 176 24 0 24 118 82 200 J 1 147 18 165 21 0 21 168 18 186 K 19 1 173 174 0 21 21 1 194 195 L 16 127 43 170 23 3 26 150 46 196 M 29 110 2 112 17 0 17 127 2 129 N 7 Dec 85 58 143 12 1 13 97 59 156 0 4 Nov 142 32 174 19 0 19 161 32 193 P 26 Oct 21 137 158 5 16 21 26 153 179 Q 18 113 83 196 22 2 24 135 85 220 R 11 Nov 152 20 172 14 11 25 166 31 197 s 10 138 27 165 25 0 25 163 27 190 T 0 0 0 0 0 0 0 0 0 U 9 Dec 144 18 162 24 1 25 168 19 187 V 7 Nov 15 146 161 5 19 24 20 165 185 \V 18 Dec 9 106 115 1 4 5 10 110 120 X 23 Oct 54 105 159 12 7 19 66 112 178 Y 17 - 85 56 141 14 4 18 99 oO 159 Z 15 Jan 2 47 49 0 0 0 2 47 49 AA 12 15 108 123 1 18 19 16 126 142 BB 4 Nov 6 43 49 0 0 0 6 43 49 cijfers. De "aangesloten banken tellen te zamen 120.000 leden. Uit een onder zoek is gebleken, dat 1, zegge één procent dier leden, reeds beschikt over 135 millioen gulden onbezwaard eigen dom Het geheele crediet, door de Centrale toegestaan, bedraagt slechts 45 millioen. Er staat 11 12 millioen aansprakelijkheid bij de Centrale Bank. De plaatselijke boerenleenbanken, bij Utrecht aangesloten, beschikken over een reserve van 7 millioen, de Centrale Bank over de 2 millioen. De aanspra kelijkheid kan dus al grootendeels door de reserves gedekt worden. En wat de liquiditeit aangaat vervolgde de heer Van Ittersum onder herhaald applaus vroeger stond de Nederl. Bank ons altijd ter zijde bij hèt ver disconleeren van de promessen der Leenbanken. Als er toen in sommige tijden 5 millioen werd opgevraagd door de locale banken, dan was 't veel. Nu heeft de Centrale zichzelf heelemaal gered bij een totaal aan opvragingen van 30 millioen. Dat was in de maan den April en Mei van dit jaar, in welke maanden steeds het meeste wordt opge vraagd. De liquiditeit der Centrale Bank is door de accountants becijferd op ruim 80 procent. De critiek der Nederl. Bank, die vroeger geregeld steunde, mag verwon deren nu de C. B. een groot en machtg lichaam is geworden. Het zij zoo hooge boomen vangen nu eenmaal veel wind. Het daverend applaus der onge veer 1000 aanwezigen bewees de instem ming der afgevaardigden met deze schitterende weerlegging, en hun ongeschokt vertrouwen in de Boeren leenbanken en de Centrale. Wat gedaan moet worden yoor den landbouw. In de jongste algemeene vergadering van de Groninger Mij v. L. hield de Voorzitter, de heer Ebels, een rede, waarin door hem werd gewezen op verschillende belangrijke zakan Enkele er van willen we aanstippen. Door bezuinigingsnoodzaak gedreven, heeft de Regeering ook den financieëlen steun aan den landbouw sterk besnoeid; wat de landbouw thans uit de staatskas ontvangt, is waarlijk zeer bescheiden nog geen driekwart procent der Staats- begrooting komt rechtstreeks aan den landbouw ten goede. Hierdoor wordt onder meer aan den landbouwvoor- lichtingsdienst te kort gedaan, die zich niet meer ten volle en lustig aan zijn taak kan wijden. Dit is zeer te betreu ren, want juist nu is de voorlichting en kennis van de wijze, waarop van den bodem meer profijt kan worden getrokken, hoogst noodzakelijk. De bevolking van ons land breidt zich zeer uit, in veler oogen is die toename ontstellend snel. Voor den boer zal de grootste energie noodig zijn om 't hoofd boven water te houden; velen hebben gekocht of gepacht tegen prijzen, die bijna geen ondernemers winst toelaten. Voor den jongen boer is het een strijd om het bestaan, die hem dwingt de uiterste zuinigheid te betrachten, zonder de productiviteit van zijn bedrijf te schaden. Het loon van den land arbeider is laaghet zou zeer te betreuren zijn, indien het nog meer zou moeten dalen. De heer Ebels wil de oplossing zoeken in de richting van emigratie; emigratie naar Frankrijk en Canada, waar voor onze landbouwende bevolking nog carrière te maken is. De Regeering mag niet alles overlaten aan het particulier initiatief, maar moet zelf regelend optreden. Een goed geoutil- leerden inlichtingsdienst kan hierbij met raad en daad bijstaan. Verder kan ook in ons land zelf aan vele men- schen emplooy gegeven worden door inpolderingen; deze kunnen het natio nale vermogen vergrooten en de welvaart bevorderen. In ontginning van woeste gronden ziet Spreker geen heil; die kunnen naar zijn meening in de toekomst geen behoorlijk bestaan opleveren. (De vraag rijst hier, wat men onder een behoorlijk bestaan ver staat. Wij zouden niet gaarne de ontginningen uitgeschakeld zien. Br Als een paar mooie voorbeelden van w l door samenwerking van overheid 't belanghebbenden is te bereiken, n genoemd worden de inpolderin- \an den Juliana-polder en den Carel Coenraadpolder, beide te Gronin- gen. Ernstig mag den jongeren op het hart worden gedrukt, dat zij hun uit- aven voor luxe (auto's en motorfietsen) ienen te beperken. Bij de huidige bedrijfsconjunctuur is er geen sprake van, dat die uitgaven uit hel bedrijf kunnen worden bestreden. Onze boeren stand kan alleen dan de belangrijke plaats, welke hij in de samenleving met eere inneemt, behouden, als hij de goede deugden der vaderen niet verzaakt en zich aan den modernen tijdgeest niet al te zeer aanpast. Wenken en inededcelingen. Het natte weer in den hooitijd geeft veel gevaar voor hooibroei. Geef dus acht! Maar ook vraag ik u: zijt gij verzekerd En dan zijt ge niet te laag verzekerd? Indien wel: haast u dan, om nog heden uw verzuim te herstellen. De heer P. H. Burgers, die Zuid- Afrika bezocht, schreef een reeks artikelen over de toestanden aldaar. Een zin schrijven we af: »Zuid-Afrika zal wel nimmer een land worden waarheen »de arbeider zonder kapitsal kan emigreeren, een stroom van land verhuizers als de Vereenigde Staten of Canada gekend hebben of nog kennen, zal daar vermoedelijk wel nooit werk vinden, maar er is wel groote behoefte aan menschen met klein kapitaal en voldoende kennis, en voor zulke men schen wacht daar een prachtig leven 1 Bij een veehouder vertelt de ^Telegraaf" kregen 20 van de 30 koeien hel mond- en klauwzeer; hij leed hierdoor in 6 weken een schade van ruim f 1830, gespecificeerd als volgtmelkgeld f 763.78; verplegings- koslen f 21; bijvoedering in de wei f 231; verkoop minderwaardig vee f320. veearts f 22 50; verlies door sterfte f472; Weet gg Weet gij, dat volgens dr. W. A. Riddell, technisch adviseur van Canada bij den Volkenbond, in Noord Amerika de productie van den landarbeider 2 6 maal zoo groot is als in Europa dat daar een groote boer 3 maal zoo veel voordeel heeft van zijn machines als de kleine boer? dal dus in Canada de vaak uitgesproken meening wordt bevestigd, dat de machines minder kosten aan boeren in het grootbedrijf dan aan de kleine boeren dat daar gemiddeld 5 keer meer mechanische werktuigen (in handelswaarde) in den landbouw gebruikt worden dan 50 jaar geleden Weet gij, dat dr. Riddell al overtuiging van Noord-Amerika heeft gezegd»Werken is slechts middel om een doel te bereiken. Als het doel edel of ten minste bevredigend is, dan kan dit ook van den arbeid die daartoe leidt, gezegd worden. Maar indien zulk een edel of bevredigend doel bereikt kon worden met minder arbeid, dan is alle onnoodig bestede niet meer dan een vruchtelooze corvee, Noord-Amerika ziet noch een deugd, noch een voordeel in de verspilling van energie en vindt geen enkelen arbeid bewonderenswaardig als bi;' overbodig is" Het is voordeeliger voor den land bouwer zijn producten aan een goede veiling te leveren, dan ze aan opkoopers te verkoopen. Br. i de dit 15 Augustus. Twaalfde Zondag na Pinksteren; Opneming yan Maria ten hemel. WIT. Tweede gebed van den Zondag; Gloria; Credo; Prefatie van O. L. Vrouw; laatste Evangelie van den Zondag. Om haar onvergetelijke waardigheid van Moeder Gods en haar Onbevlekte Ontvangenis, was, volgens het vroom geloof der Kerk, het lichaam der H. Maagd niet aan bederf onderworpen en werd het spoedig na haar dood ver- eenigd met hare ziel, ten hemel opge nomen. Evangelie van den 12den Zondag Zalig hij, die Christus kent en als lid der Kerk deelgenoot wordt van Zijn Rijk. In dit rijk moeten wij alle men schen zonder uitzondering als onze evenaaste beschouwen en behandelen Zondag van den barmhartigen Sa maritaan. o 16 Augustus. Maandag. H. Joachim Vader der H. Maagd Maria, Belijder. WIT. Gloria; Credo; Prefatie van de H. Maagd. Na Sint Anna (26 Juli) Moeder der H. Maagd, viert vandaag de H. Kerk Sint Joachim, vader der Heilige Maagd Men weet niets omtrent zijn leven; maar met alle reden mogen wij ver onderstellen, dat hij, die mede het levenslicht gaf aan de moeder Gods, een heilig man was; men kent den boom aan zijn vruchten en de kinderen zijn de roem der ouders. o 17 Augustus. Dinsdag 11. Hyacinthus. Belijder. WIT. Tweede gebed van het Octaaf van O. L. Vrouw; derde van den Octaafdag van Laurentius Gloria; Credo; Prefatie van O. L. Vrouw. De H. Hyacinthus, Apostel van Polen genaamd, werd op het kasteel Kamin nabij Breslau geboren. Doctor in de rechten en de godgeleerdheid, trad hij in de orde van den H. Dominicus, leefde in de strengste boetvaardigheid ondernam de groote missiereizen door Polen en Rusland, werd door velewon- deren verheerlijkt en stierf te Krakau in 1257. o 18 Augustus. Woensdag. Van het Octaaf van 0. L. Vrouw. WIT. Twee de gebed van den vorigen Zondag; Derde ter eere van den H. Agapitus. Gloria; Credo; Prefatie van O.L. Vr0uw. De H. Agapitus, waarvan heden de gedachtenis, werd op löjarigen leeftijd te Preneste (Italië) met het zwaard doorstoken. 275. o 19 Augustus. Donderdag. Van het Octaaf van O. L. Vrouw. WIT Twee de gebed ter eere van den H. Geest; derde voor de Kerk of voor den Paus; vierde a domo; Gloria; Credo: Prefatie van O. L Vrouw. o 20 Augustus. Vrijdag. H. Bernar- dus. Abt en Kerkleeraar. WIT. Tweede gebed van het Octaaf; Gloria; Credo; Prefatie van O. L Vrouw. De H. Bernardus, de honigvloeiende leeraar genoemd, werd in 1091 uiteen grafelijk geslacht bij Dyon geboren. Op 22jarigen leeftijd trad hij in het Cisterciënserklooster te Citeaux. Hij stichtte het klooster Clairvaux, met 160 vertakkingen, schitterende door zijne wijsheid, ondernam verschillende mis siereizen, predikte den tweeden kruis tocht en stierf te Clairvaux in 1153. o 21 Augustus. Zaterdag. H. Johanna Francisca Fremiot do Chantal. Weduwe Tweede gebed van het Octaaf; Gloria; Credo; Prefatie van O. L. Vrouw De H. Joanna te Dyon in Frankrijk in 1572 geboren, werd op 28jarigen leeftijd weduwe. Alsdan stelde zij zich onder de leiding van den H. Francis- cus van Salis. Met dezen heilige sticht te zij de kloosterorde van Maria Bood schap (Visitatie) f 1641. o— Jezus, ware 't den Mcnsch gegeven. 1. Jezus, waar 't den mensch gegeven éénen keer maar in zijn leven U te bidden, éénen keer och, hoe zou hij bidden, Heer 1 2. Stond er eens één enk'le Kerke, heel alleen en van de werke weg 1) waar één mensch binnen kon och, hoe zou hij bidden ton (dan) 1) ver weg, afgezonderd. 3 Maar gij wilt ons alle dagen doen om hulp en bijstand vragen, en Gij luistert altijd voort, of Gij ons niet bidden hoort. 4 Gij gebiedt ons en wij moeten met gebeden voor Uw voeten komen, zegt ge, ied'ren stond, dat Gij ons het leven gont (gunt) 5 Waarom is 't dan, och, zoo zelden dat ik kom mijn plicht ontgelden? (vei vullen) Gij, die heel mijn herte ziet: beter zeker bad ik niet? 6 Want ze zijn toch bitter kleene mijn gebeden, bijkans geene zijn de vragen, die ik U doe zeker zijt Ge 't lang al moe. 7 Ha, nochtans o goederlieren Jesus, Gij betaalt zoo diere (duur) voor wat luttel weerden heeft, als men 't uit der harten geeft 1 8 Dikwijls heb ik 't ondervonden, hoe Gij met de bittere wonden van mijn hart hebt toegedaan, als ik kwam naar U gegaan. 9 Ja, maar van de 10 leprozen (melaatschen) waren negen schaamteloozen, was maar één, die wederkwam, Naar Die hem zijn kwaal afnam. 10 En ik heb mij naar de negen, naar den tienden niet, gedregen, (gedragen) ik heb vergeten, Jesu mijn, dat ik U moest dankbaar zijn. 11 Wilt Ge mij, of is 't te late? Kan 't bekeeren nu nog baten Heb mij weer dan, Jesus, en maak, dat ik getrouwig ben. 12 'k Wil van stonden aan, van heden, U bestormen met gebeden, 'Jesus, wees getuige er van help, dat ik U bidden kan. 13 Werken, rusten, lezen, leeren, Zal ik, in den naam des Heeren: bidden is 't, dat leven doet, bidden maakt het sterven zoet De Vlaamsche priester-dichter GUIDO GEZELLE. Wij leven nu in de maand van de vacantie. Vroeger kenden wij dat woord enkel uit onze schooljaren. Dan hadden we vacantie, wat beleekende dat de school voor een paar weken gesloten werd en wij mochten thuis blijven. Verder bleef alles bij het oude. Wij gingen op een middag wel eens naar een theetuin met de gewone ver maken van schommelen en wippen, maar dat was dan ook een extra uitgangentje. En voor wie in Rotterdam, Leiden of Gouda woonde, was 't het comble van vacantiegenot een daagje naar Den Haag en Scheveningen, behoorlijk onder geleide van vader en moeder, plus een ongetrouwde tante die ook van de partij mocht zijn. Nu is dal alles anders geworden, Wij heeten allen, groot en klein, recht te hebben op vacantie, wat dan beteekent voor een poosje uitgaan, reizen, elders gaan wonen. Wij spreken van vacantiegenot, van vacantietijd, van vacantiegeld. Wij kennen vacantiefeestjes en vaeantie- kolonies. En nu is er alweer een nieuw ge bruik in zwang gekomen, wij hebben vacantiekampen Vroeger kenden wij alleen »het kamp van Zeist" voor de militairen. En wij hoorden dat altijd afschilderen als een oord van verschrikking. Die arme jongens, die nog niet eens in hun eigen bed mochten liggen, maar den nacht moesten doorbrengen in tenten zoomaar a i'improviste opgeslagen in de open lucht. Met den oorlog maakten wij kennis met de interneeringskampen, en ook daar kon geen kwaad genoeg van gezegd worden. 't Was een gruwel en een aanslag op onze beschaving. En nu opeens lijkt er geen grooter vacantiegenot dan het kampeeren. Eerst zijn de padvinders er mee begonnen. De jongens natuurlijk, die trokken er Zondagsochlends vroeg op uit en na een fiksche wandeling zetten zij hun tenten op om er wat te rusten. Maar tegen den middag werd door den troepenleider weer den aftocht geblazen, en de jongens waren tegen het donker weer bij vader en moeder thuis. Later kwam de smaak voor kampee ren er zoo in, dat het tentenverblijf met dagen lang werd verlengd. De meisjes volgden het voorbeeld der jongens al ras na. Ook de meisjes padvindsters gingen gezamenlijk voer weken naar het kamp. Er zat iets avontuurlijks, iets roman tisch in, maar 't bleef aldoor nog bij jeugdvermaak. Maar de kampepidemie sloeg al verder door. Nu volgden studenten kampen, conferentiekampen, algemeene vacantiekampen. Wij zijn bezig 's zomers een soort van nomadenvolk te worden, wij ont vluchten de gerieflijkheden van onze woning om buiten primitief in een tent te gaan leven. Wij gaan met onze tent naar bosch en heide, en naar het strand. Wij hebben altijd een beetje huiver gehad voor menschen, die in*een woon wagen verbleven, dat waren een raar zigeunervolkje. Maar nu oordeelen wij 't als een summum van vacantiegenot, om in een tent te wonen, om te gaan kampeeren. Wij lezen nu hoe dit kampeeren ernstig geprezen wordt als een waarde in het leven van vele organisaties, een waarde, die in de propaganda voor een dieper persoonlijk en een beter maat schappelijk leven niet meer gemist kan worden Het kampeeren, vooral als vacantie genot, komt geweldig in de mode. Ouders zullen straks voor heel ou derwelsch en conservatief worden aan gezien, als zij hun kinderen in de va cantie niet permitteeren om in een kamp te gaan leven. En 't zal straks niet meer blijven bij een kamp op vaderlandschen bodem maar er komt wel de eene of andere paedagoog, die 't noodig en nuttig oor deelt, dat onze jeugd al kampeerend, ook het buitenland intrekt om van den vreemde te gaan genieten. De eerste slap in deze richting is al gezet door de Blue Band, die onze jeugd al gratis meeneemt op een reisje door Zwitserland. Vroeger was 'I gewoonlijk eerst op zijn huwelijksreis, dat men een be scheiden tripje maakte over de grenzen en was het eerste snoepreisje een simpel tochtje langs den Rijn. Nu slepen de reisvereenigingen de menschen onder hun vacantie zelfs al naar Amerika. O, 't is zoo eenvoudig als men maar denken kan, men stort zijn contributie maar en men wordt gereisd waarheen men maar wil. Laatst lazen wij de verzuchting van zoo'n vacantiereiziger, die beweerde, dat hij zich gevoeld had als een koffer die aldoor maar in en uitgeladen werd, Er bestaat geen reisgenot meer, maar 't is een reisindustrie geworden. 't Komt er niet op aan of men de schoonheid van een lanu leert bewon deren, als men maar zeggen kan, dat men er geweest is, als men er maar groot op kan gaan zijn vacantie bui tenslands te hebben doorgebracht. M. Een actie der Limburgscke autobezitters. De Maastrichtsche correspondent van de Maasbode schrijft Het ontwerp wegenbelasting heeft ook de Limburgsche autobezitters in beweging gebracht. Na een lange voor bereiding werd Zondag in de Staarzaal een vergadering gehouden, waarop tal van Limburgsche autohouders aanwe zig waren. Door den voorzitter en den secretaris in het voorloopig comité werd be toogd, dat men niet is tegen een wegen belasting als zoodanig, doch tegen het ingediende wetsontwerp, dat vele fouten gebreken telt. Betoogd werd, dat de directe belastingen reeds hoog ge noeg zijn, weshalve de bedrijven een nieuwe directe heffing niet zouden kunnen dragen, afgezien nog van het feit, dat de tarieven te hoog zijn. Als groote onbillijkheid werd gevoeld dat de autobozitters alléén de wegen belasting zullen betalen, terwijl toch de wagens en karren, met paarden be spannen, meer aan de wegen vernielen, dan de auto's, speciaal in den winter. Een derde grief was, dat van alle wagens de volle belasting moet wor den betaald; dus ook van de reserve wagens. Een grootbedrijf wordt dus nog zwaarder belast, omdat het van zijn totaal aan wagens te betalen heeft, terwijl 'n groot gedeelte tot de helft toe steeds in reserve is en dus geen gebruik maakt van den weg. In de vierde plaats verlangde men, dat de wegen spoediger zullen worden ver beterd, c q. aangelegd, waartoe een leening het geëigende middel zou zijn, waarbij dan de belasting ware te ge bruiken als fonds voor rente en aflos sing Een motie werd voorgesteld, die deze punten behelsde en waarin tevens op een belasting van buitenlanders wordt aangedrongen op grond van weder- keerigheid. Als middel om van de directe belas ting af te komen, werd aangeprezen een benzinebelasting, te heffen bij den invoer, waardoor de heffing billijker verdeeld wordt en de inning geen bij zondere kosten medebrengt. Door den secretaris der B.B N werd evenwel betoogd, dat aan een benzine belasting, te heffen bij den invoer, ook groote nadeelen kleven, n.m. oneven redige belasting van personenauto's, het treffen van bedrijven, die er geen anto's op na houden, het niet aanmoe digen van het gebruik van soepele banden, die minder van den weg ver gen en speciaal voor Limburg, het grootere benzineverbruik per kilometer omdat het terrein heuvelachtig ia. Overigens was deze spr. hel met hel comité eens, dat deze wet in haar tegen- woordigen vorm, moordend werken zal. Na ampele discussie werd besloten de motie aan te houden en in een volgendè vergadering weer in behan deling te nemen, nadat door het be stuur met de andere groote bonden, speciaal de B.B.N. overleg zal zijn gepleegd, om zoo te komen tot eenheid in actie Hierna volgde sluiting. Ernstig ongeval. Te Venlo had Maandagmiddag inde parapluiefabriek van den heer F. Cohen een ernstig ongeluk plaats. De 23 jarige arbeider Walter Boekme uit Dobeln in Saksen werd door de machine gegrepen en omvergeworpen. In- en uitwendig zwaar gewond werd hij naar't gasthuis St. Jozef overgebracht. Zijn toestand is hopeloos. Aangehouden. Te Venlo werden door de politie aangehouden de 23-jarige chauffeur J. B. en de 28 jarige chauffeur L. V., als verdacht van misdrijf tegen de zeden. Uit een raam gevallen. Te Venlo viel op een binnenplaats aan de Parade een 6 jarig jongetje uit een venster. Het venster was ruim drie en een halve meter van den beganen grond. Zeer ernstig verwond werd het kind naar het R. K. Gasthuis overgebracht Doodelgk motorongeluk. De heer F. Dor uit Weert viel, door dat hij een toeval kreeg, aldaar van zijn motor en geraakte er onder. Hij werd naar het Gasthuis vervoerd, waar hij Maandagmorgen overleed. De aangifte dor Mgnongevallen. Verschillende ongevallen verzwegen. Men meldt uit Heerlen Naar aanleiding van de klacht der vakbonden, dat de mijnondernemingen de ongevallenwet ontduiken door het overgroote deel der ongevallen niet aan te geven, heeft het bestuur der Rijksverzekeringsbank een onderzoek ingesteld. Dr. van Eeden heeft hiervoor om streeks twee weken in de mijnstreek vertoefd, om alle betrokkenen te hooren. In verband met de resultaten van dit onderzoek ontvingen de samenwerkende mijnwerkersbonden thans een brief van het bestuur der R.V.B., waarin o.a. wordt gezegd, dat een ingesteld onder zoek heeft aangetoond, dat inderdaad ongevallen zijn verzwegen, welke naar het inzien der Bank hadden behooren te zijn aangegeven en dat maatregelen zijn getroffen en andere in overweging zijn om een betere nakoming der wet in dit opzicht te verzekeren. MM

Peel en Maas | 1926 | | pagina 6