Purol geneest en verfraait de Huid Uit een platlelandschen gemeenteraad. Verbeterde opgave der Rundveekeuringen. Gemengd Nieuws. eenige droge dagen was het procent zieke knollen, na bewaren, veel gerin ger dan bij rooien na eenige regen dagen. Het schijnt dus ïaadzaam vat bare knollen niei te rooien, wanneer de grond zeer nat is. Zij kunnen dan veiliger dieper in den grond blijven en gerooid worden na eenige droge dagen Bij gesneden knollen, die gespreid buiten bewaard waren, was de wond- sluiting nog niet ingetreden. Het buiten laten liggen van de knollen om hel gevaar voor besmetting door rooiwon- den te verminderen, treft dus geen doel. Gave Eigenheimers, in zand ge groeid, werden bij nat bewaren met doorgesneden zieke knollen niet be smet. Bij Eigenheimers, in klei gebouwd op gelijke wijze behandeld, vond wel besmetting plaats. Byvoeilcrcn van melkvee in liet weiland. Is bij voederen van melkvee in het land gewenscht, zoo ja, hoe dient dit te geschieden Dit vraagpunt is aan de orde gesteld in de afdeelingen der Friesche Mij. van Landbouw. Een 24-tal hebben hierop geantwoord; de antwoorden zijn in een rapport ver werkt, waaraan wij 't volgende ont- leenen Bij onvoldoenden grasgroei is tijdige bijvoedering noodzakelijk om den voe dingstoestand en dus productievermogen op peil te houden. Te lang wachten wreekt zich. Het verstrekken van krachtvoer in den zomer wordt slechts onder zeer bepaalde omstandigheden rendabel geacht. Bij geil gras wegens overmatigen regenval wordt bijvoederen in het land zeer gewenscht, doch praktisch moei lijk uitvoerbaar geoordeeld, dewijl droog ruwvoer het eerst in aanmerking komt. Betreffende den invloed van het bijvoederen op de kwaliteit der zuivel producten is zoo goed als niets bekend. De nazomer en nog meer de herfst kan de dankbaarste periode van het bijvoederen in het land worden ge noemd. Vooral het indirecte voordeel dal de dieren in veel betere conditie den staltijd ingaan, moet niet uit het oog worden verloren. Bijvoederen is het meest rendadel te achten bij hoog productief en bij on volwassen melkvee. Vooral in het na jaar is hiermee rekening te houden. Noodzakelijk is het om verzwakking tegen te gaan bij mond en klauwzeer, en spoedig hersteld der productie te bevorderen. Verstrekt men het bijvoeder regelmatig op vaste tijdstippen, dan voorkomt men reeds grootendeels hel onrustig worden der dieren. Gebruik van een zomerstalgeregeld iets in koekvorm geven gedurende den geheelen weidetijd weiden in kleine koppelsongezien aanbrengen van het ruwvoer; lijdelijk vastzetten enz., zijn middelen orn het bijvoederen te verge makkelijken. Zindelijkheid en verwij deren der resten is bovendien ver- eischte. Zijn er overwegende bezwaren tegen het bijvoederen in het land, dan is lijdelijk opstallen en vroeg stallen in den herfst zeer aanbevelenswaard Dit geld vooral voor den greidboer, die minder dan de bouw-bouw van bij voederen gewend is, en in het bijzonder voor bedrijven in de laagveenstreek. Verregend hooi. 't Gebeurt, dal in regenperioden een gemaaid gewas geheel verregent; zeer veel van de voedingswaarde kan dan verloren gaan. 't Kan zelfs voorkomen dat zulk slecht gewonnen hooi moei lijk of in 't geheel niet bewaard kan worden. Is dit dan waardeloos? Proe ven in Duitschland hebben bewezen, dat dit geenszins het geval behoeft te zijn. In sommige streken waren groote hoeveelheden klaver en luccrnehooi door den regen zeer bedorven, slechts gescnifct voor de mestvaalt. Men han delde er echter anders mee, op initiatief van twee deskundigen. Het hooi werd op hoopen gezetvier vrachten op een hoop. Aan zulk een hoop werd toege voegd 10 Liter aangezuurde ondermelk waarna er een laag aarde op kwam van 30 tot 50 centimeter. Men kreeg aldus een veevoeder van uitnemende kwaliteit, een zuur persvoeder, dat door het vee met graagte werd gegeten, en niet te onderscheiden was van voeder, uil silo's afkomstig. Men houde het in gedachten en passé het, bij voorkomende gelegenheid, eens toe! De Kali-industrie. De moderne bemestingsleer heeft onze aandacht gevestigd op vier hoofd voedingsstoffen stikstof, phosphor, kali en kalk, de vier pooten der boerentafel. Een dier stoffen, de kali, wordt ons voornamelijk geleverd door de Duilsche kali-industrie; voorts door de Elzasser kalimijnen, welke sedert den oorlog aan Frankrijk zijn toegewezen. Tusschen beide kwam in 1924 een overeenkomst tot stand, waarbij een gemeenschappelijke verkooppolitiek werd uitgestippeld. De orders voorden afzet naar de Vereenigde Staten en Zweden werden gelijkelijk verdeeld, en een dito regeling zal in {de loop van dit jaar waarschijnlijk worden getroffen ten aanzien van de afzet over de ge- heele wereld. Duilschland zelf heeft de meeste kali noodig, méér dan de overige landen der wereld samen slechts 40 pCl. der geproduceerde kali wordt uitgevoerd. De afzet was natuur lijk door den oorlog sterk verminderd, en sedert dien nog niet weer op peil gebracht. In 1913 bedroeg de binnen- en buiten- landsche afzet ruim 11 millioen d. c. zuivere kali, in 1923 en 1924 nog maar 8i/* millioen. Men hoopt echter dit jaar den omzet weer te kunnen opvoeren tot ruim 13 millioen d. c. zuivere kali. Hiertoe zijn 40 50 der beste mijnen, bij het syndicaal aangesloten, in wer king de overige der 218 mijnen zijn gesloten Br. De raad van het kleine dorpje E. is in zitting bijeen. Alle leden, zeven in getal, zijn present. Eenige achtbare heeren stoppen een pijp, anderen die een sterkeren prikkel noodig hebben, nemen een slaatje in hun mond. De burgervader zit in zijn hoogen fauteuil en overziet met ernstige blik de ver gadering Hij is doordrongen van zijn waardigheid, van het hooge gewicht dezer zitting; daarom legt hij zijn lange pijp neer, kijkt nog eens rond, klopt met zijn hamer op de tafel en zegt met krachtige stem; »Is men klaar? Dan zullen we maar beginnen." Aan de deur der raadkamer, die on middellijk aan de straat grenst, staat de veldwachter met zijn pet met groenen rand op het hoofd en een dikken stok in de hand. Hij staat daar trolsch als een schildwacht voor het paleis der koningin op den dam. Zijn gelaat is ook ernstig, streng officieel bijna barsch zooals het een goed ambtenaar in rijks- of gemeente dienst betaamt Een boertje stapt op het raadhuis toe en wil binnentreden. Nee, zegt de veldwachter, hem den weg versperrend. Laat mij er door, Dorus, ik wil de vergadering bijwonen. Nee, herneemt Dorus onbeweeg lijk, dat kan nie dat mag nie. 't Is openbare zitting, jong, zegt het boertje, ik wil welen, wat ze te vertellen hebben. De veldwachter blijft echter den toe gang versperren en weigert hardnekkig den boer binnen te laten, die een groot tumult begint te maken. Op het oogenblik, als de burgemees ter zegt: Dan zullen we maar beginnen, zijn de boer en de handhaver der open bare orde formeel met elkaar -aan het vechten. De burgervader kijkt verstoord naar de deur en roept uit. de verte: Dorus, wat is daar aan de hand? Hij wil er met alle geweld in burgemeester, en dat mag toch immers nie, hij is geen lid van de raad De burgemeester kijkt verstoord op. Wie is het roept hij den veldwachter toe. Kneliske, de zwager van onzen wethouder. De burgemeester kijkt zijn raadsleden vragend aan. Men is gewoon, zonder getuigen te vergaderen nog nooit heeft de openbare tribune, die uit een oude vermolmde bank beslaat, bezoekers gehadI En vooral nu wenscht de bur gemeester geen getuigen in den raad, nu er een gewichtige kwestie te beslis sen valt We zijn steeds gewoon geweest, zonder pottekijkers te vergaderen, brom t hel achtbare hoofd half luid. Daar springt de wethouder, de zwager van het nog steeds voor de deur wach tende Kneliske op, hij is een nog jonge man met schrander gezicht. Met uw verlof, burgemeester, zegt hij, in een boekje bladerend Artikel 43 der gemeentewet zegt: De vergade ring wordt in het openbaar gehouden. Wij moeten dus iedereen, die wil, binnenlaten. De burgemeester kijkt den spreker met toornig gelaat aan. De jonge wet houder is steeds de felle oppositieman in den raad en wat het ergst is, hij is ook de knapste. De geheele gemeente wet heeft hij in zijn hoofd zitten Doch de burgemeester wil zich door hem niet laten overbluffen en herneemt met waardigheid: Met uw verlof, Hannes Boermans gij' leest dat artikel slechts ten halve In artikel 43 slaat nog meer. Ik Jees daar: De deuren worden gesloten, wanneer het in gemeenten beneden de 20.000 zielen door drie, in de overige gemeenten door een vijfde der aan wezige leden wordt gevorderd of de voorzitter het noodig keurt. De voor zitter dat ben ik, de burgemeester, Hannes Boermans; als ik het dus noodig keur, zal met gesloten deuren beraadslaagd worden. De raadsleden kijken elkaar een weinig beduusd aan. Er heerscht een pijnlijke stilte welke het eerst door den veldwachter wordt onderbroken, die luide roept: «Burgemeester wat moet ik doen Ze komen er vandaag gelijk op los. Daar is de barbier ook al, en Willemke Konings met z'n jonge ook en ginds komt er al eene aan.... Meuge ze binnen De burgemeester bijt zich op de tanden. Dat is een komplot, een af spraak, om de vergadering in de war te sturen, zegt de voorzitter toornig. Daarom stel ik voor, dat de deuren worden gesloten. Ik protsteer, roept de onverbid delijke oppositie-voerende wethouder Hannes Boermans. 't Is tegen de wet, burgemeester, want artikel 44 zegt, dat in een besloten vergadering niet be raadslaagd noch een besluit genomen kan worden over de plaatselijke be grooting en rekeningen het onderhands aanbesteden van werken of leverantiën. En ik geloof, dat wat in deze vergade ring aan de orde komen, middellijk of onmiddellijk daarmee in verband staat. De gansche raad slaat verstomd bij zooveel wetgeleerdheid en sommigen hebben er heimelijk genoegen in, dat de wethouder zoo flink voor den dag durft komen. Het zij zoo, herneemt de voorzitter, ik stem er ditmaal in toe, dal men de deuren open late. Doch rriën vergete niet, dat er ook een artikel in de ge meentewet staat, dat mij de bevoegd heid geeft, zoo noodig te allen tijde de toehoorders buiten te zetten. Als gij op bladzijde 35 kijkt, zoo wendt hij zich tot den weerspannigen wethouder, dan ziet gij daar artikel 66, dat luidt: »De burgemeester is de voorzitter van den raad hij zorgt voor de handhaving der orde en is bevoegd, bevoegd herhaalt hij met nadruk, terwijl zijn oogen op Hannes Boermans rusten wanneer die orde op eenigerlei wijze door de toehoorders wordt verstoord, hen, die die dit doen, of alle toehoorders te doen vertrekken." Daarna zich tot den veldwachter wendend, zegt hijLaat ze maar binnen die nieuwsgierigen, Dorus, doch blijf hier en waak voor de orde en rust. De veldwachter tikt met zijn wij3 vinger tegen zijn pet en gaat ter zijde staan, om de belangstellenden in de gemeentezaken, vier in getal, door te laten. En nu ter zake, vervolgt de bur gemeester. Wij kunnen onzen tijd veel beter gebruiken dan dien te verbeuzelen mei. nietswaardige dingen. Laten we kort zijn.... gij allen weet, waarover het gaat.... Ik vraag het woord, onderbreekt hem de wethouder. De burgemeester kijkt hem nijdig aan, doch zegt niettemin Hannes Boermans heeft het woord. Burgemeester, begint Hannes, ik weet, waarover liet gaal; ik heb gister avond toevallig in het »Zwaanlje" ge hoord, dat gij van plan waart, vijf lantaarns in hel dorp bij te zetten, wat ik, alvast bij voorbaat gezegd, geld weggooien vind. Maar wat ik op het oogenblik wil zeggen is dit. Ik weet waarover het hier gaat, dit is zoo, doch niet als raadslid, ik heb het, zooals gezegd, alleen toevallig gehoord. Op de oproepingsbriefjes, die, in passant ge zegd, tweemaal vier en twintig uren voor het houden der vergadering aan de leden van den raad moeten worden bezorgd, en ik heb het mijne eerst gisterenmorgen gekregen moeten de zaken vermeld staan, waarvoorde ver gadering belegd is, en nu constateer ik, dat dit niet is geschiedDaar protesteer ik tegen. De voorzitter kijkt den oppositieman met woedende blikken aan. Hij weet niet wat te antwoorden eindelijk zegt hij: Mij dunkt, dat wij beter doen, voort te gaan, mot hetgeen thans aan de orde is Ik stel dus voor, vijf lantaarns in de kom der gemeente bij te plaatsen... Ik zal u, mijne heeren, niet behoeven te overtuigen van de dringende nood zakelijkheid daarvan.... Gij allen weet, hoe donker het des avonds op sommige plaatsen van onze gehneente is, en gij weet ook, dat onze veldwachter de vorige week bijna het slachtoffer is geworden van het.... van het.... hier blijft hij even steken.... te weinig licht in onze gemeente. Op zijn nachtelijken rondgang door het dorp voor ons aller veiligheid liep hij, door de duisternis misleid, in de sloot achler de kerk en zou zeker verdronken zijn, indien de sloot dieper ware geweest.... Dorus was op dien avond zat, burgemeester, roept een stem van de «publieke tribune". Hij kwam uit de kaartclub, een nuchter mensch zal nie in die sloot loopen. Woede van den burgemeester; wild fonkelende oogen richten zich naar de tribune", dreigend opgeheven vuist van een in zijn eer aangeranden veld wachter, vroolijk gelach bij de achtbare raadsleden. De burgemeester slaat met zijn voorzittershamer met geweld op de tafel, leest nogmaals met luider stem het vreeselijke artikel 66 uit de ge meentewet voor en gelast daarna den veldwachter, den schuldige ui'de raad zaal te verwijderen. Als dit onder veel tumult geschied is, herneemt de burge meester uiterlijk kalm: Mijne heeren, gij zijt dus allen doordrongen van de noodzakelijkheid van mijn voorstel Welnu, dan is het voorstel met alge- meene stemmen aangenomen. En reeds wil hij ter bekrachtiging met den hamer op de tafel slaan, als Hannes Boermans nog juist gelegenheid heeft, het woord te vragen. Burgemees ter, zegt hij, hei is mijn voornemen niet, met alle geweld oppositie te voeren tegen uw voorsteldoch alvorens mijn stem daaraan te geven, wensch ik eerst verdere inlichtingen omtrent de kosten der nieuwe lantaarns en de plaats, waar gij ze denkt te zetten. En aller eerst wil ik u de vraag stellen: Hoe veel lantaarns heeft de gemeente op het oogenblik Ik meen van achttien, wellicht ware het mogelijk, de kwestie op te lossen, door eenige lantaarns, die om het zoo eens uit te drukken toch maar voor spek en boonen er bij staan, te verplaatsen, m.a w. een betere plaats te geven. Ik kan Hannes Boermans bescheid geven op zijn eerste vraag, antwoordt de burgemeester. Onze gemeente bezit niet achttien, doch slechts veertien lantaarns Dat kun niet, weerspreekt de wet houder. Zestien op z'n minst, zegt een ander raadslid. Zeventien," verklaart een derde. En zoo geeft elk raadslid een ander cijfer op, doch altijd hooger dan net cijfer van den burgemeester. Deze wendt zich tot den veldwachter, en vraagt, of hij weet, hoeveel lantaarns er in het dorp staan. De veldwachter heeft een oogenblik het debat slecht gevolgd en zegtZoo'n stuk of twintig, burgemeester. Veertien, lomperd, bijt hem de burgemeester toe. Zestien, achttien, twintig, klinkt het in het rond. Wij kunnen het voorstel van den burgemeester niet aannemen voor wij weten, hoeveel lantaarns er al zijn, herneemt Hannes Boermans. Daarom wil ik een motie indienen, omhel voor stel tot een volgende vergadering aan te houden en eerst de lantaarns nauw keurig te tellen. De motie wordt in stemming gebracht en met zes tegen één stem aangenomen. En de raad gaat onder groote hilari teil uiteen om nauwkeurig de lantaarns langs de wegen te tellen.... Hgz. H. V. by gelegenheid der Landbouwtentoon stelling te Yenray. Klasse 1. CAT. 1 A. Jonge Stieren geboren voor 1 Sept. 1924. Ie en 2e prijs niet toegekend. 3e prijs Max, van W. Verheijen, Sevenum. CAT. 1 B. Jonge Stieren geb. tusschen 1 Sept. '24 en 1 April '25. Ie prijs Gradus van Th. v. d. Riet, Sevenum. 2e prijs Jan van J. Burgers, Oostrum. 3e en 4e prijs niet toegekend. CAT. II. Geen prijzen toegekend. CAT. III. Jonge Vaarzen geb. tusschen 1 Jan. '24 en 1 Oct. '24 le prijs Cato van J. Rambaghs, Castenray. 2e prijs Roosje van Geb. Goumans, Scheide. 3e prijs J. A. I. van M. Wismans, Venray. CAT. IVa. Kennelijk drachtige vaarzen geboren in 1923. le prijs Miss van Th. Droesen, Heide, le pr. b: Anna van Gebr. Kleven, Swolgen. 2e prijs Dora van Seb. Leijsten, Sevenum. 3e prijs Nelly van Joh. van Meijel, Heide. 4e prijs Sientje van G. Dinghs, Castenray. CAT. IVb. Niet kennelijk drachtige vaarzen geb. in 1923. le prijs Catho van P. J. Hanssen, Broekhuizenv. 2e prijs Nelly van Erven M. Geurts, Horst. 3e pr. Gonda van P. J. Hanssen, Broekhuizenv. 4e prijs Truus van J. Drabbels te Meterik. CAT. lVc. Kennelijk drachtige vaarzen geb. voor 1925. le prijs Betsie van Hub. Janssen, Venray. 2e prijs Gerda van Hub. Camps, Heide. 3e prijs Gonda van M. Wismans, Venray. 4e prijs Aline van J. Drabbels, Meterik. CAT. Va. Droogstaande Koeien (ingeschr. in 't N. R. S.) le prijs Koosje van P. Geelen, Broekhuzen. 2e prijs Liza van M. Wismans, Venray. 3e prijs Dina van M. Wismans. Venray. 3e prijs Liza van Goemans, Scheide-Venray. 4e prijs Marietje van J. Vullings, Sevenum. 4e prijs Martha van Zusters Ursulinen, Venray. 5e prijs Clara van P. W. van Meyel, Heide. CAT. Vb. Droogstaande Koeien (niet ingeschreven in 't N. R. S.) le pr. Marie van N. Ambrosius, Horst. 2e pr. N. N. van St. Annagesticht, Venray. CAT. Vla. Melkgevende koeien (ingeschreven in het N. R. S.) le pr. Gonda van H. Hendriks, Sevenum. le pr. b: Dora van P. J. Steeghs, Castenray. 2e pr. Nelly van Gebr. Verstegen, Sevenum. 2e pr. a: Emma van Th. de Riet, Sevenum. 3e pr. Jana van Jan Janssen, Heide. 3e pr. a: Dora van wed. Duyckers, Hoogriebr. 3e pr. b: N. N. 2545 van St, Annagesticht Venray 4e pr. Nella van P. J. Derikx, Volen-Venray 4e pr. a: Dora van Hub. Camps, Heide-Venrey 4e pr. b: Marie van Hub. Janssen, Venray 4e pr. c: Jansje III van Gebr. Kleven, Swolgen 5e pr. Fientje van H. H. Aerts, Broekhuizen. 5e pr. a: Johanna van A. v. Dijk, Venray. 5e pr. b: Bertha van J. Janssen, Venray. 5e pr. c: Betje van P. Geelen, Broekhuizen. E.V. Trijntje van M. Wismans, Venray. E.V. Aleida van M. Wismans, Venray. CAT. VIb. Melkgevende Koeien (niet ingeschreven in het N. R. S.) le pr. Cato van M. Geurts, Overbroek. 2e pr. Netje van G. Hermans, Broekhuizenv. CAT. VIL Vereenigings-Stieren. le pr. Adolf van Fokvereeniging „Eensge zindheid" Heide Venray. le pr. Prins, van dezelfde. 2e pr. Nico, van Fokvereeniging „Brigida" Broekhuizenvorst. 2e pr. Max, van Coop. Stoomzuivelfabriek en Stierhouderij „De Boerenbond" Sevenum 3e pr. Boris, van Fokvereeniging „Volhar ding" Horst. 3e pr. Prins, van Stierhouderij „Eendracht" Oirlo Castenray. 4e pr. Gerhard III, van Stierhouderij „Volhar ding" Baarlo. 4e pr. Robert 1 van Stierhouderij „Vooruit gang" Bergen. CAT. VIII. Groep van zes Koeien uit één vereeniging met één vereenigingsstier. le pr. Fokvereeniging „Eensgezindheid" Venray-Heide. 2e pr. Fokvereeniging „Brigida", Broek huizenvorst. 3e pr. a: Fokvereeniging „Ons Belang", Sevenum. 3e pr. b: Fokvereeniging „Boerenbelang", Horst—Meterik. 4e pr. a: Fokvereeniging „Vooruit", Oirlo- Castenray. 4e pr. b: Stierhouderij „V. I. O. D.", Venray- Merselo. CAT. IX. Afgekalfde vaarzen, le pr. J. A, 13485 van M. Wismans, Venray 2e pr. Delia van Kinderen M. Janssen Venray 3e pr. Truus van P. J. Goemans, Venray 4e pr. Betje van H. Strijbosch. KI. Oirlo CAT. X. Kampioensprijs Koosje van PGeelen, Broekhuizenvorst Reserve Kampioensprijs Dora van P. J. Steeghs, Castenray Klasse II. CAT. I. Pinken met kalvertanden. le pr. niet toegekend. 2e pr. N.N. van B. Linders, Heukelom 3e pr. Bertha I van J. Claes, Weverslo. 4e pr. N.N. van Jac. Maas, Heukelom. CAT. II. Vaarzen met 2 of meer breede tanden, le pr. Nelly van M. Wismans, Venroy 2e pr. Sophie van dezelfde 2e pr. b: Betha van dezelfde 3e pr. Rika van dezelfde 3e pr. b: N.N. van M. Claassens, Overbroek 3e pr. c: van M. Wismans, Venray 4e pr. N.N. van B. Linders, Heukelom 4e pr. b: Keesje van P. J. Hanssen, Broekhuizen 4e pr. c: Arnolda van G. Hermans, Broekhuizen 4e pr. d: Martha van Zusters Ursulinen CAT. III. Droogstaande Koeien (opluisteringsgroep). le pr. Emma vah G. Camps, Oostrum. 2e pr. Anna van Zusters Ursulinen, Venray 3e pr. Juliana van G. Camps, Oostrum CAT. IV. Melkgevende Koeien, le pr. Emma van L. Janssen. Merselo 2e pr. Flora van dezelfde 3e pr. N.N. van Joh. Noijen, Brukske E.V., N.N. van M. Swfnkels, Brukske CAT. V. Afgekalfde vaarzen, le pr. Agnes van G. Hermans Broekhuizenv. 2e pr. Flora van G. Camps, Oostrum 3e pr. Mina van M. Geurts, Venray 4e pr. Frida van G. Hermans Broekhuizenvorst Ter opluistering: Groep Ysselsteyn, Eervolle vermelding. Klasse III. Collectieve inzendingen van minstens 6 stuks Rundvee, geregistreerd of ongeregistreerd van één eigenaar of instelling, le pr. M. Wismans. Venray 2e pr. G. Camps, Oostrum 3e pr. Hub. Camps, Heide Venray 4e pr. P. J. Hanssen, Broekhuizenvorst 5e pr. Z. Z. Ursulinen, Venray 5e pr. St. Annagesticht, Venray E.V. Stierhouderij Eendracht, Oirlo-Castenray Die ellendige rugpyn. Hebt gij onophoudelijk pijn in uw rug? Zijt gij op van de zenuwen door de marteling van rheumalische pijnen? Voelt gij u oud, uitgeput en ontmoe digd, dof, terneergeslagen en prikkel baar? Er moet een oorzaak voor zijn Hebt gij ooit aan uw nieren gedacht? Dat moest gij gedaan hebben De nieren zijn de. filters van het bloed en gij zoudt zonder nieren geen dag kun nen leven. Als uw nieren niet behoor lijk werken, wordt uw bloed vergiftigd en deze vergiften verspreiden zich door uw geheele gestel. Hel is tijd om na te denken tijd om voorzorgen te nemen tegen chronische nierziekten. Gij behoort uw verzwakte nieren te helpen, voor zich meer ernstige ziek ten kunnen ontwikkelen. Verwaarloo- zing leidt vaak tot rheumaliek, spil ischias, nier- of blaassteen en lot wa terzucht of ongeneeslijke kwalen. Ge- biuik zonder uitstel Foster's Rugpijn Nieren Pillen, het speciale geneesmid del voor verzwakte nieren. Zij hebben duizende gevallen als het uwe gebeterd Let op dé verpakking in glazen fla cons met geel etiket'(alom verkrijg baar) waardoor gij zeker zijt geen ver legen buitenlandsch goed te ontvangen Prijs f 1.75 per fiacon. 32 Nat. Landbouwtentoonstelling to Wychen. Zaterdagnamiddag had le Wychen de officieele openi ig plaats van de groote nationale land- en tuinbouwten toonstelling van den N. C. B. kring Nijmegen. De burgemeester van Wychen Jhr. van Ryckevorsel, sprak een wel komstwoord en huldigde het groote werken voor deze expositie der heeren Roelofs en Schuurs. Het officieele openingswoord werd uitgesproken door den heer W. van der Ven, voorzitter van den Noord-Brab. Christ. Boerenbond te Son, die huldigde 4e mannen van het initiatief en wees op den vooruitgang van landbouw en veeteelt ook in de streken tusschen MaasWaal van Nijmegen, Wychen en Cuyck. Verschillende geestelijke en wereld lijke autoriteiten woonden de officieele opening bij w.o. het Kamerlid J. J. Wintermans. Deze expositie was rijk aan inzendingen en honderden beste paarden en koeien uit het Rijk van Nijmegen en land van Cuyck waren te bezichtigen. De herhalingsoefeningen. In verband met de zeer ongunstige weersomstandigheden heeft de com mandant van 't veldleger bepaald, dat van het gebruik van tentenkampen, welke voor de legering van de man schappen voor herhalingsoefeningen worden benut, voorloopig moet worden afgezien. Melk verval selling. Tegen een melkverkooper uitRoosen-

Peel en Maas | 1925 | | pagina 2