Venray voorheen
en thans.
Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken.
Fulco van lern
Dit n urn mei-
bestaat uit twee bladen
Door den dood verijdeld.
FEUILLETON.
Gemengd Nieuws.
Zaterdag 26 Augustus 1923
44e Jaargang No 84
abonnementsprijs
PER KWARTAAL
voor VENRAY 65 c.
franco per post 75 c.
voor het buitenland
(bij voot uitbetaling) f 1,30
aïzonderl. nummers 5 c.
PEEL EN MAAS
Uitgave van FIRMA. VAN DEN MUNCKHOF. VENRAY. Tel. No. 51
PRIJS DER
ADVERTENTIEN
1—8 regels 60 ct
elke regel meer 77» ct
Advertentiën bij abonne
ment groote reductie.
Volgens vroom gebruik herdenkt
de katholieke piëteit in deze dagen
met gebeden de tragisch omgekomeD
touristen bij de auto-ramp te St.
Sauveur, waar alle levenden weer
zoo ernstig werden herinnerd aaD
het «memento mori'' en een goed
benutten van de korte spanne tijda,
welke den mensch ter beschikking
van zijn vrijen wil is gesteld. Onge
twijfeld zal deze katholieke piëteit
een bijzonder gebed storten voor den
leider van het verongelukte reisge
zelschap, deD heer O. Klerk te
Doidrecht. tegen wiet 2 aanvallen
in »l)e Protestant'', van hetwelk hij
hoofdredacteur was, wij soo ber»
haaldelijk, nog de jongste weken
de waarheden van ons geloof
moesten verdedigen.
Helaas was^het vooral de Maria»
vereering, welke den heer Klerk
meer dan eens aanleiding gaf, om
tegen de Katholieke Kerk de pole»
mieken ie schrijven, welke wij niet
in berinnering behoeve te brengen,
en waarvan hij nog in het jongste
nummer van zijn orgaan een entree
filet tegen de wonderen van Lourdes
besloot met de woorden, dat men er
alleen vertrouwen in kan hebben
»met e8n goed geloof en een kurken
ziel."
Reeds enkele maanden geleden
nad de hoofdredacteur van »De
Protestant'' doen aankondigen, dat
eerlaDg in het anlUpapisliscb orgaan
van »De Erangelische Maatschappij"
van welke hij secretaiis was. op
de jongste jaarvergadering nog her»
benoemd. artikelen ter bestrijding
van het genadeoord Lourdes zouden
worden opgenomen. Naar wij ver»
nemen, had hij zich voornamelijk
met dit doel in de tweede week vaD
Augustus naar Lourdes b'geven, om
aldaar een vijftal dagen door te
brengen. Zelfs had hy ïd het deze
week verschenen nummer van »lie
Piottstant," dat hij voor zijp. ver»
tiek nog zooveel mogelijk had ge»
reed gemaakt, doen aankondigeo
»de redacttur is voornemers binnen»
kort iets over Lourdes te schrijven
naar zanleiding van persoonlijke
waarnemingen aldzar".
De dood heeft zijn voornemen ver»
ijdeld de hand, die opnieuw de
pen tegen de Mariauvereering zou
aanzetten, ligt verstijfd ,- als het
ware op den vooravond van het
groote feest der Tor Hemel»opne»
ming van Maria werd met zijn reis»
gezelschap ook diens leider plotse»
liug voor Gods rechterstoel geroepen.
Terwijl het katholieke gebed de
voorspraak inroept der Moeder van
Christus, den Rechter over levenden
en dooden, vermag dit biddende
piëteitsgevoel echter niet te verzwij»
gen aan de medewerkers van den
heer D. Klerk» die zijn taak voort»
zetten om »het ultramontanisme te
bestrijden als den vijaod van onze
godsdienstige en staatkundige vrij»
beid (Statuten van de Ev. Mij. en
motto van het orgaan De Protestant),
toch ter wille van de christelijke ge»
voelers, die ben en ons samenbrengen
aan de zijde van dat graf bij den
veischrikkelijken afgrond van St.
Sauveur, voortaan mrer de aandacht
te vrstigen op hetgeen ons vereent
dan hetgeen ons verdeelt. Eo zoo dit
niet voor htn mogelijk is, dat dan
tenminste de christelijke liefde, welke
wij elkander verschuldigd zijn hun de
lasterlijke aanvallen doen staken,
waarmee zij hun orgaan geregeld op»
vullen."Nog in het nummer, dat 01
Hemelvaartsdag versoheeD, schrijven
de heeren G. Westmijse, G Voet.
Willem Zuidema, C. v. d. Pol, ge»
holpen door enkele afvallige, vrij»
denkers of socialisten weder anti»
paspsche stukken, welke voortaao
vervangen mogen worden dcor
beschouwingen, geïnspireerd door
den ernst, de verzoening en den
vrede, die uit de ravijn van St.
Sauveur door den dood worden ge»
predikt. De Tijd.
XXI.
Wij zouden te kort doen aan de be-
taekenis van het gezellige stadje Ven
ray, als wij nu en dan niet eens het
bewijs leverden, dat het in oude tijden
ook zijn stof heeft geleverd voor
interessante onderwerpen tot literaire
gedachten.
En telken jare in de schoone maand
Mei, de wondermaand van bruidswit
en purperend blank, de gouden schaal
vol zonne en blommen, komt voor m'n
geest de herinnering aan 'n teere ge
schiedenis, die mijn vader zaliger ge
dachtenis ons meer dan eens verhaalde,
en die daleerde uit den lijd, dat zijn
vader als koopman bij een kennis te
Venray logeerde, liet verhaal is dus
ruim honderd jaren oud.
Men vond in Venray toen nog vele
primitieve huizen, opgetrokken in geel
leem, met oud-Frankische beschotten er
tusschen, die nog een dak droegen van
droevig verkleurde roode pannen, of
beschimmeld stroo, dat zadelvormig of
als een kap over de nok was gelegd.
Aan eene' zijde van het stadje lag er
toen immensiteit van heide- en heester-
gewasschen waardoorheen op zeer
ongelijke afstanden enkele oude pijn-
boomen met waaiervormige pluimen
en onlschubde of schilferende stammen
oprezen, recht en hoog-op, als toonden
2e zich de seigneuren in deze vlakte
van eenzaamheid en schralen eenvoud.
Wel groeide er hier en daar achter dat
arbuust 'n frisch roggeveld, en kleur-
duizelde er 'n lap lupinen, bedwel
mend van kittelend aroom.
Mijn grootvader kwam er op zekeren
avond laat aan zoo vertelde hij, maar
was toen veel te moe om eene nacht
wandeling bij maneschijn te doen.
Wel wist hij, dat eene promenade
daar, als de aarde in laatste zacht
schijnsel opblonk, zilverig wit onder
hemelstolp van maneschijn als gras-
en andere halmen glimmerden, en 'n
dauwig lichtrwaas dampte over het
verstillende land als de krekeltjes
hun dreunzang eentonig melodieerden
en winde-Huister rond en ver-af ruischte;
als glim- of gloeiwormpjes sprokelamp
jes pinkten tusschen grassprietjes en
hooi-slengeltjes als gonskevertjes hun
klank-snorren staakten, en eindelijk
hel ruisch-gebed van riet in plassen en
ploelen, het heimelijk teer ritselen van
blad en aar verstierven waarna, als
de kroon op 'l werk, plots de nachte
gaal aansloeg, z'n keel deed opzwellen,
waaruit trillers opspoten, jubelend van
geluk en dank tot den Schepper, o ja,
zoo'n wandeling daar en dan, je was in
staat, volgens den ouden man, om 'n
wandelaar in '11 moment van zaligstem-
ming te voeren.
Edoch, afgemat als zijn lichaam was,
dat uren lang zijn last had gedragen,
werd toen. dat heerlijke gevoel voor
natuur grootendeels in hem gedood, en
hunkerde zijne ledematen naar de ver
kwikking der zoete ruste.
De kam&i», die grootvader daar ge
woonlijk betrok, had haren uitkijk over
'n zee van paars en groen. Dat stemde
hem toch ook weer aangenaam en ver
langend. En alvorens zich in Morpheus
armen te werpen wilde hij van uit het
peuterige raampje den nacht gaan aan
schouwen, 'n oogenblik slechts bewon
deren daar den majestueuzen nacht, die
dra komen ging.
En terwijl hij waarnam thans, dat de
laatste avondgeruchten verzwierven,
wezenloos, vaag, al zachter fluisterenc
over het aandonkerend groen en paars,
ging vermoeienis weer 'n poosje wijken
voor de machten der droomen, die stil
den en kalmeerden de zenuwen.
Iloe lang hij daar toen heeft gedoezeld
in '11 lichte zwijm van extase, hij wist
het niet, hij kon dat niet meer zeggen
Maar fluisterzacht werd hij uit die
ontgoocheling wakker gewiegd dooi:
zangerige geluidsgolven, die kwamen
tot z'n oor als uit '11 rijk van Gods-
wijde landschap-stilte, ver, heel ver.
Wie kon daar op dat uur toch nog
zingen
Zoo vroeg hij zich af onder droomerig
oogwrijven. Niemand anders, zoo ver
(Veivolg van 2de Blad)
10
—•Wee dan die trotsche ridders, die zich
thaas reeds van geheele gewesten hebben
meester gemaakt, verschrikkelijk zal hun
einde zijn Aan hunne lichamen, zal de
Muzelman zijne woede koelen het warme
bloed dat uit hunne gapende wonden zal
vloeien, zal hij diinken het Hen levenden
christenen in het sangezicht spuwenen
deze oorlog zal niet eerder eindigen dan
tot het laatste spoor der vorstendommen,
welke zij opgericht hebben, zal weggevaagd,
tot de laaisie Christen zal vernietigd zijn.
Na eenige oogenblikken stilte, verkreeg
Hasan echter weder zijne bedaardheid terug
en vervolgde Mijn vader ontkwam ge
lukkig en als door een wonder aan den
algemeenen moord en bereikte het open
veld, waar hij zich alreeds in veiligheid
waande, toen hij zich eensklaps door een
vijandelijke bende ruiters omsingeld zag,
en genoodzaakt was, zich over te geven.
Reeds maakte men zich gereed om hem
zijn doodvonnis te doen ondergaan, toen de
aanvoerder zich tusschen 2ijne ruiteis eD
den gevangene wierp, en verklaarde dat
men alleen over zijn lijk den weerloozen
man zoude naderen.
Hij verweet hen hunne voortvarend- en
bloeddorstigheid, en verklaarde dat hy als
aanvoerder alleen het recht had, in deze
zaak te beslissen. Dat zij, die zich hieraan
niet wilden onder we'pen ten strengste
zouden bestraft worden, en dat hij die man
onder zijne bescherming nam, omdat hij de
zwakste was. Zijne woorden vonden zoo
veel ingang bij zijne krijgsmakkers, dat zij
beschaamd den degen opstaken, en achter
uit weken. Toen bood de onbekende mijn
vader een tweegevecht op leven en dood
aan, indien deze door zijne handelwijze zich
soms beleedigd mocht gevoelen, hetgeen
echter Malek afsloeg, daar hij den redder
zijns levens toch moeilijk met de wapens
in de vuist voor zijne ijverige bemoeiingen
kon dank zeggen.
Hij werd nu naar de voorposten van het
Christenleger gevoerd daar in de tent des
aanvoerders rijkelijk van spijs en drank
voorzien en voor alle beleedigingen geviij-
waard. Toen de nacht aangebroken was,
werd hij door den onbekende zacht in zijne
rust gestoord, die hem van geld en andere
kleederen voorzag, en hem aldus aan* prak
Malek 1 Uw naam nog uw wezen-
trekken zijn mij uit het geheugen gewischt
Eenmaal hebt ge mij en mijne metgezellen
grootmoedig de vrijheid geschonken, ik
wil u met gelijke munt betalen. Gij zijt vrij
Gij kunt u begeven waatbeen gij verkiest
Ofschoon gij een ongeloovige zijt, zoo stel
ik echter prijs op de vriendschap van een
edelaardig menschmogen eenmaal de
schaduwen, die u thans omzweven, voor
het schitterend licht des kruizes verdwijneü
en eij met ons eenmaal het geloof belijden,
dat u tot op dit oogenblik zijne vei kwik-
kende stralen onihouden hetft.
Niet ver van hier, aan den zoom van
ginds bosch staat uw e:gen paard gezadeld,
ik zal u derwaarts begeleiden, en als ge u
weder bij uwe benden bevindt, herinner u
dan dezen nacht, en denkt dat er onder de
christenen ook menschen zijn, die manne
lijke dapperheid en grootheid van ziel op
waren prijs weten te stellen.
Nadat hij deze woorden gesproken had,
trok hij dezen ring, dien gij hier aan mijnen
vinger ziet, van zijne hand er reikte dien
mijn vader toe, die hem in sprakelooze
aandoening aan zijne lippen drukte, en
slechts door een handdruk zijn gevoel kon
te kennen geven
Hy keerde nu veilig tot de zijnen weder,
en mocht zich eenigen tijd in het geluk
zijner kinderen verheugen, toen hij bij een
uitval der christenen ernstig gewond, en
bijna in stervenden toestand thuis werd
gebracht. Toen hij zijn einde voelde nade
ren, liep hij mij aan zijne legerstede, gaf
mij den ring, die htm zco dieibaar was.
als hèt laatste pand zijner liefde, en ver
maande mij steeds met gematigheid te
werk te gaan, dien ring immer m hooge
waa; de te houden, en mij nimmer van hem
te ontdoen.
Die gelofte aan het bed eens stervende
vaders afgelegd was mij heilig, en immer
heb ik zooveel mijne drif ige geaardheid
zulks toelieten, mij er aan gehouden.
Na den dood mijns vaders werd ik in
zijne plaats benoemd, en het was mijn
streven, den naam van den ove; ledenen.
die ook de mijne was, met nieuwen luister
te omgeven- Ik spaarde om dit doel te
bereiken, nog opofferingen nog moeite, en
ofschoon ik wel eens den weg my afge
bakend, heb verlaten, zoo mag ik mij ech
ter beroemen nimmer de wetten der mem
schelijkheid overtreden te hebben.
De ziedende toorn waartce gij mij straks
vervoerd zaagt, was, verzeker ik u, slechts
geveinsd. Ik meende door krachtige, door
geweldige middelen, u het geheim te ont
wringen, dat gij zoo edel bewaard hebt.
Het is mij onbeschrijfe:ijk u het gevoel te
zeggen, wat ik gevoelde toen ik uwen ring
moedde hij, dan '11 voorbijtrekkenden
schaapsherder, die te midden van den
acht met zijne kudde onder loomen
tred kooi-waarts sukkelt.
En toen wilde hij het kleine venster
ke nauw hoorbaar dicht floepen, als
plots het hem toescheen, of klonk de
stem al naderbij hij wachtte nog 'n
poosje, en luisterde aandachtig, ja, het
was zoo, hij kon het vreemd gezang-
al meer en duidelijker onderscheiden
en tot z'n niet geringe verbazing was
het geen mannenstem.
Vlug, nieuwsgierig maar ook ver
langend hing hij z'n hoofd even buiten
het raampje, en poogde te peilen in de
donkerte, die allengskens grauwer was
gaan worden. Daar schoot de maan
an achter 'n wolkenstoet uit, en bij
de kronkeling van een smal pad, dat
zich door de heideboschjes slangde,
ontwaarde hij eene nog jonge vrouw,
die, voor zoover hij nog onderscheiden
kon, op hare armen droeg '11 reuzen-
boeket- van veldbloemen en blaren.
In haar blanke lichtkleurige japon,
die in zachtbeweeg door'n truzelwindje
om hare beenen zich plooide, en som
wijlen glansde in het zilveren lichtge-
flonker der maan, was zij op dat
moment als '11 sproke-wezen, als 'n.
hernelsch visioen, waarvan de dichters
muzenzonen zoo vaak vol weeken
gloed hunne harpen smachten laten.
Al voortschrijdende, langzaam, om
zichtig, zong zij hare trieste melodieën
die rondzweefden als golfjes-geruisch
jouden nachtstilte, als klonk er uit
op de snik van het minnen en heilig
werden ze voor hem van toon, als
kwam tot z'n oor 'n echo uit kerkege-
welf, 'n zacht murmelend koorgezang-
uit engelenmond iu droefle van weenen
tot God..:.,
Eindelijk zag hij haar de richting
nemen van den doodenakker, die daar
een eind verder lag, rustig en klooster-
stil.
En hij zag in het zilveren, heldere
schijnsel der maan, hoe zij, daar aange
komen, het houten hekje opende en er
binpen trad,.
Van tijd tot tijd bleef ze staan tus
schen -kruisen en tomben. Na enkele
oogenblikken zweeg ze, en verdween
eensklaps in de wijde heidevlakte,
Dat was alles, wat hij met al zijn
staren verder kon opmerken.
Maar nog lang, heel lang daarna
bleef hij diep getroffen door de bekoor
lijkheid van deze mysterieuze ver
schijning....
Den anderen morgen vertelde hij
zijnen gastheer, wat hij gezien en ge
hoord had.
»0", zeide deze, zonder de minste
verwondering te toonen, »dan hebt ge
Simpele Anna zien voorbijgaan, zoo
noemt men dat meisje hier."
»Simpele Anna Wat eigenaardige
naam Schuilt daarachter wellicht een
of andere historie of drama" vroeg
mijn grootvader.
«Geraden" hernam z'n vriend, »en
wel een droeve historie
Sedert verscheidene jaren al beweent
dit arme meisje haren verloofde. Die
ongelukkige kwam op tragische wijze
aan z'n einde bij het uitdiepen eener
zandgroeve hier in de omstreken, werd
hij door een reusachtig blok afstorten-
den grond doodgedrukt. Het jammeren
de kind heeft de ontzetting van deze
ramp niet kunnen weerstaan, en is
terstond na de gebeurtenis krankzinnig-
geworden.
Allen noemen haar Simpele Anna.
De dorpeling, die deze droeve schoone
dagelijks door velden en over de akkers
ziet dwalen, groet haar met alle eer
bied. De armen en behoeftigen ver
eeren haar als 'n heilige. Vaak gaat
zij bij hen 0111 den huiselijken haard
zitten, in gezelschap van hare moeder,
die weduwvrouw is, en die juist in de
liefdadigheid en in goede werken ver
zachting, troost, leniging zoekt voor
hare ontzeglijke droefheid en smart.
In de lentetijd dwaalt de schoone
Anna vaak door de onmetelijke heide,
maar zij vergeet nooit voor ze 's avonds
of 's nachts huiswaarts keert, om op
de grafzerk van haren, zoo rampzalig
omgekomen verloofde, neer te leggen
een reusachtige garwe van kleurrijke,
ersche Meibloemen.
GERHARD KREKELBERG
Ktigpijo waarschuwt
Iedere hardnekkige pijn in het smalle
gedeelte van den rug waarschuwt u om
acht te s'aanopuw nieren. Zware, slepende
rugpijn en scherpe steken bij bukken of
plotseling keer en, wijzen op gezwollen,
ontstoken nierenpijnlijke, overwerkte en
vermoeide nieren.
De (aak der nieren is om het urinezuur
uit het bloed te filtreeren. Kouvatting, koorts,
overwerking en buitensporigheden over
spannen de nieren en veroorzaken ont
steking. Zulk een in den aanvang lichte
ontsteking leidt bij verwaarloozing metter
tijd tot niergruis, waterzucht, rheumatiek,
of een chronische nierkwaal.
Let op nieren, zoodra de rug pijn begint
te doen. Zie toe 0! de urine afwijkingen
vertoont, te schaarsch of te veelvuldig ge
loosd wordt, brandend, pijnlijk en vol be-
zink»el is, een abnormale kleur heeft enz.
Let ook op hoofdpijn, aanvallen van duize«
ligheid, een voortdurend vermoeid gevoel
en zenuwachtigheid.
Als uw nieren verzwakt zijn, gebruik dan
Fostei's Rugpijn Nieren Pillen, het genees*
middel, dat ruim 50 jaren lang zwakke
nieren heeft genezen en over de heele
wereld wordt aanbevolen.
Verkrijgbaar in apotheken en drogistzaken
a f 1.75 per doos. 30
ontwaarde; h:er hebt gij den mijne, zie ze
gelijken volkomen op elkander. Laat ons
bid ik u, die voorwerpen vei w isselen, die
on9 thans zulk een grooten dienst bewezen
hebben. De vaders zijn vrienden geweest,
laat de zonen broeders zijn I
Fulco reikte Hasan bewogen de hand en
reikte hem het verlangde kleinood toe, dat
deze met vuur aan den vinger stak.
Dank zij u, o Allah "riep de Muzel'
men uit, dat gij mij in steat stelt denzoon
des mans, die eens mijn vader het leven
redde, naar waarde te kunnen beloonen.
Gij heer ridder en uw schildknaap zijt vrij,
want alleen met vrije mannen sluit Hasan
een verbond van vriendschap. Begeef u
werwaarts gij verkiest, en blijft mij in
liefde gedenkenEchter moet ik u bidden,
het uur uwer viijheid nog wat uit te stel»
len. Het zou van mij eene onvergeeflijke
lichtzinnigheid zijn u thans te laten vertrek
ken, de gehetle vlakte is met onze krijgs
lieden bedekt, en gij zult dus nog eenigen
tijd, maar als viije mannen, mijne banier
moeten volgen. Wilt gij vertrekken, het
staat in uwe keuze, maar gij hebt alsdan
veel kans om in handen van andere vijan
den te vallen. Kies dus, aan uw verzoek
zal onmiddellijk voldaan worden.
Wij vertrouwen ons aan uwe eer toe.
zeide Fulco, en hopen dat gij onze ver
wachting niet zult beschamen.
Ik dank u voor dat blijk van vertroui
wen, ze'de Hasan blijkbaar aangedaan, het
zal niet teleurgesteld worden. Vertel een
maal Heer Ridder, bij de uwen weder ge<
keerd, aan uwen grijzen vader, dat het
geslacht der Malek's zich dankbaar genotene
weldaden herinnert, en moge de God, dieD
gij aanbidt, u verder op uwen levensweg
vergezellen. Tot het oogenblik uwer vlucht
dat w«ldra zal aanbreken, blijft gij onder
Ingezonden Mededeellngen
Jacht In Limburg.
Ged. Staten van Limburg hebben bepaald»
dat de jacht op grof en klein wild in de
provincie Limburg zal worden geopend op
Zaterdag 25 Augustus a.9, met zonsopgang
met uitzondering van de jacht op hazen en
fazanten, waarvan de opening zal plaats
hebben op Zaterdag 29 September a.s met
zonsopgangdat de jacht op grof wild ook
zal zijn geoorloofd gedurende de maand
December dezes jaars, doch slechts tot het
tijdstip voor de sluiting dier jacht nader
te bepalen dat gedurende den geopenden
jachttijd de korte jacht alle dagen der week,
uitgezonderd des Zondags en de lange jacht
tweemaal 's weeks en wel des Maandags
en Donderdags mag uitgeoefend worden.
Elke milicien een lijfarts
Het Centrum is over de bezuiniging,
zooals die door verschillende departemen
ten wordt toegepast, niet erg tevreden.
Bij militaire zaken vooral heeft men om
trent de zoo dringend r.oodige bezuiniging
al heel rare ideeën
mijne bescherming, gij behoeft niets te
vreesen, en zijt hier zoo veilig, als onder
het ouderlijke dak.
Bij deze laatste woorden verliet de edele
Tutk de tent en Ridder en schildknaap
vielen op hunne knieën om God voor die
onverhoopte redding, uit den grond des
harten, te danken.
IV.
Plannen.
Nadat Herman van Heusden, gelijk wij in
een vorig hoofdstuk gezien hebben, ver
lokken wa9, bleef Graaf Dido nog langen
tijd in een diep nadenken verzonken. ïiij
vroeg zich zeiven de reden af, waarom de
Ridder hem thans een bezoek was komen
brengen daar bij vroeger zijn bloedverwant
zoozeer verwaarloosd had, en hem bijna
geheel scheen vergeten te hebben. Zou hij
misschien, ging hij halfluid sprekende voorr,
zou hij iets van Fulco vernomen hebben,
en het mij door medelijden bewogen niet
durven mededeelen? Hij heeft mij nog op
zijn ridderwoord verzekerd, dat dit het
doel zijner komst nret was. Wat zijne voor
stellen aangaa', hoe onbaatzuchtig hij deze
ook voorgedragen heeft, zij eiscben ech-er
een rijp beraad en een goed oveileg.
Ik zal het beste doen vader Ambrosius
eens bij mij te ontbieden, bij ten minste
kan mij raad en hulp verleenen. Ware ik
niet zoo slecht ter been, dan begaf ik mij
in persoon naar zijne kamer, thans zal hij
het mij niet euvel duiden, dat ik hem in de
mijne verzoek te komen.
Hij ombood daarop een bediende, dien
hij gelastte vader Ambrosius uil ie noodi
gen, eenigt oogenblikken met h» m een
mondgesprek te hebben.
Wo.'dt vervolgd.