Ir™™*» ™cc- Weekblad voor VENRAY, HORST en Omstreken. SSSreë
De toestand
in bezet België.
Bonnetjes-wes.
Vergadering Middenstand
De redder in den nood.
Zaterdag 17 Augustus 191839e Jaargang No. 33
PEEL EN MAAS
PRUS DER
ADVERTENTIEN
ABQNNEMENTSPRITS
PER KWARTAAL MBK^M van 4 regels 20 c.
voor het buitenland tien, 3 maal geplaatst,
SLn°deri.itwtSlr895 c. Uitgave van FIRMA VAN DEN MUNCKHOF, VENRAY. worden2 maal berekend.
Het Haagsche Correspondentie-
Bureau meldt
Het is voor de in Nederland wo-
neudeu moeilijk zich een eenigszins
juist denkbeeld te vormen van de
voedingstoestanden in België. Niet
tegenstaande dit land dicht bij het
onze gelegen is, zijn wij metterdaad
vrij slecht ingelicht nopens hetgeen
daar omgaat.
De weinige Belgen, die op gezette
tjjden naar Nederland mogen komen,
behooren tot de bemiddelde klasse,
die ten koste van geldelijke opoffe
ringen niet zoozeer onder de ont
beringen lijden als de mindere man.
Deze Be'gen vertegenwoordigen ech
ter slechts een zeer gering percentage
van de groote menigte en men wacht
te er zich wel voor in hen hst toon
beeld te zien van alle in België ver
toevende Belgen.
Degenen onzer landgenooten, die
zoo nu en dan een paspoort verkrijgen
om zich naar België te begeven,
kunnen, door den korten duur van
hun verblijf en het hotelleven dat zij
lijden, onmogelijk het schitterend
décor wegdenken, dat in de groote
steden de ellende van den huiselijken
haard verbergt.
Slechts zij, die België bewonen en
voortdurend voeling houden met de
verschillende maatschappelijke klas-
sea, kunnen zich een juist beeld
vormen van den moeilijken {oestand
waarin zich onze zwaar beproefde
naburen bevinden.
Ondanks zijn bloeienden landbouw
en den enormen vooruitgang op elk
gebied van den akkerbouw, veeteelt
en landbouwnijverheid, was België
voor den oorlog genoopt zich tot 't
buitenland te wenden ter verkrijging
van een groot deel van de noodzake
lijke levensbehoeften voor zijn zeven
en een half millioen inwoners. Zoo
moest men jaarlijks drie of vier malen
meer tarwe invoeren dan het land
zelf voortbracht, zegge ongeveer
1.500.000 ton, om de bevolking de
beschikking te geven over de 232
kilogram graan uitmakende het jaar-
lijksche verbruik van elk zijner in
woners. Nederland zond er iedere
week ongeveer een duizendtal vette
en melkkoeien heen, ongerekend de
vele tienduizendtallen Hollandsche
schapen, welke iederen herfst naar
de slachthuizen te Brussel, Antwer
pen, Gent, Luik enz. weiden gezon
den.
Onze landgenooten, aldus onze
berichtgever, weten, welk een onbe
grensd afzetgebied onze eieren, boter
groenten, alsmede de oliehoudende
zaden uit onze koloniën in België
vonden, om nu maar onze voornaam
ste uitvoerartikelen te noemen.
Canada, de Vereenigde Staten, de
Zuid Amerikaansche republieken vul
den wat wij aan België niet konden
leveren aan, door belangrijke zen
dingen aan levend vee, verduurzaamd
vleesch, spek, dierlijke en plantaar
dige vetten. Tenslotte vonden koffie,
thee, cacao, specerijen in dat land
een afzetgebed, dat uitgebreider was
naarmate de welvaart er grooter en
het verbruik dezer producten onder
alle klassen verspreid was.
De gemiddelde jaarlijksche invoer
aan voedingsmiddelen bedroeg dan
ook 2,800.000 ton.
Sedert vier jaar is dat land naar
gezegd kan worden op eigen krachten
aangewezen. De vrije handel bestaat
Diet meer; zijn voorziening uit vreem
de herkomst is uitsluitend beperkt
tot de door de Belgische Reliefcom-
miBsie ingevoerde hoeveelheden.
Als grondslag aannemende, de
cijfers der aan den oorlog vooraf
gaande jaren zou België gedurende
dat tijdperk uit het buitenland onge
veer elf millioen levensmiddelen heb
ben moeten ontvangen. Tengevolge
der moeilijkheden van allerlei aard,
welke uit den oorlogstoestand voort
vloeien, vermocht da Belgische Re-
liefcommissie, ondanks haar toewij
ding en de waardevolle medewerking
welke haar van alle kanten ten deel
viel, niet meer in te voeren dan
2 500.000 toD, dat is minder dan een
vierde van de normale behoefte van
België; met andere woorden de
Belgische Reliefcommissie heeft in
haar vierjarig bestaan nog niet dat
kwantum levensmiddelen kunnen in»
voeren, dat België in één jaar
noodig had en verbruikte.
Het stopzetten van alle invoeren,
buiten die van de Belgische Relief»
commissie, heeft een noodlottigen
terugslag gehad op de binnenland»
sche productie. Tengevolge van bet
gebrek aan kunstmeststoffen, waar»
van België naar verhouding van zijn
omvang een der grootste afnemers
ter wereld was, heeft de bebouwde
grond zijn vruchtbaarheid verloren,
en heeft dientengevolge de opbrengst
der gewassen van jaar tot jaar een
toenemende vermindering ondergaan.
De opheffing van dè invoeren van
veevoeder heeft de productiviteit van
't vee verminderd; de door de Duit»
schers aan de maalinrichtingen op»
gelegde verplichting om meel te
bereiden tot op 97 pet. van de tot
broodbereiding bestemde granen en
het verbod op het gebruik van haver
gerst, aardappelen voor veevoeder
hebben aan de veeteelt haar laatste
hulpmiddelen ontnomen.
Als gevolg van deze omstandig»
heden zijn de beide bronnen voor de
voorziening van de Belgische bevol»
king bijna opgedroogd. Men kan
zich gemakkelijk den noodtoestand
voorstellen, die daarvan voor de
bevolking het gevolg is geweest.
Zonder eenige overdrijving kan
beweerd worden, dat er ten huidigen
dage geen levensmiddelen meer in
het land zijn; 9/10 der bevolking kan
zich slechts staande houden in de
angstige verwachting van den komen
den oogst en van de karige rant»
soenen, die da toewijding van de
Reliefcommissie er in slaagt haar te
verschaffen.
De weinige uitstallingen, die men
in de groote steden nog aantreft, zijn
op den keper beschouwd, slechts een
gezichtsbedrog, waarbij de vinding»
rijkheid van den Belgischen winkelier
door allerlei kunstmiddeltjes de
scbaarschte aan artikelen tracht te
verbergen.
Om te weten wat er omgaat, moet
men doordringen tot de haardsteden
der drie a vier millioen Belgen, die
steun ontvangen van het nationaal
steun en voedingscomité, tot de wo»
ningen van eenige millioenen beamb»
ten, ambtenaren, kleine kooplieden,
renteniers en menschen met pensioen
die, uit schaamte voor het inroepen
van steun, er de voorkeur aan geven
het zonder te stellen en derhalve ge»
brek lijden. En wil men een beeld
van wat voor ieder dier Belgen deze
belangrijke aanvoeren, welke men te
Rotterdam ziet inladen, beteekenen
Men legge op een schotel 260
gram brood, saamgesteid voor een
groot gedeelte uit roggemeel, gerst
en maïs, 20 gram reuzel of spek, 15
gram boonen of erwten en men aan»
schouwt het dagelijksch rantsoen van
den Belg. Volledigheidshalve zij hier
nog aan toegevoegd, dat bovendien
nog om de drie maanden 50 gram
koffie of cacao wordt uitgedeeld.
Is er onder onze landgenooten
iemand, wiens hart niet inkrimpt bij
het aanschouwen van dat honger»
rantsoen, waarvan de Belgen moeten
leven
En men verbeelde zich niet, dat
dit karige en onvoldoende officieele
rantsoen aangevuld kan worden door
levensmiddelen van eigen bodem. De
aanhoudende stijging van do prijzen
der door het eigen land voortge»
brachte voedingsmiddelen maakt ze
onbereikbaar voor 9/10 der be
volking.
Niet alleen zijn de' ondersteunden
buiten staat ze zich te verschaffen,
maar iedere dag vermeerdert het
aantal van de welgestelden, die door
het stopzetten hunner zaken, het ver»
lies hunner betrekking, het opraken
hunner spaarpenningen, in de onmo
gelijkheid verkeeren tot deze nood»
zakelijke aanvulling van de door de
ambtelijke organen verstrekte rant»
soenen te geraken.
Rundvleesch kost 30 tot 35 fr per
kilogram, varkensvleesch 40 tot 45
fr., spek en vet 65 fimelk fr. 1,50
de liter, eieren fr. 1,45 per stuk, de
boter wordt frauduleus verkocht voor
40 fr. per kilogram, aardappelen
worden clandestien verkocht voor
4fr. per kilogram, meel voor 19 fr,,
suiker voor 18 fr. per kilogram, een
klein bosje nieuwe peentjes kost
fr. 1,50, een kilogram erwtjes fr 2,50
een bloemkool 2 fr. een kropje salade
50 centimes, enz.
Uit deze cijfers kan men afleiden
hoe gering bet aantal is dergenen,
die in staat zijn hun voedsel aan te
vullen met levensmiddelen van eigen
bodem. Onder deze omstandigheden
kan men zich de verwoestingen voor»
stellen, welke uoor ondervoeding
worden veroorzaakt; deze ondervoe»
ding strekt zich uit tot alle klassen
van de maatschappij en veroorzaakt
een ziektetoestand en een sterfte
welke tot dusver in België onbekend
waren, en die België nooit heeft on»
dervonden, zelfs niet ten tijde van de
moorddadigste epidemieën waardoor
het land in de 19 eeuw geteisterd
werd.
Om den toestand onzer naburen
juist te schilderen is er maar een
woord hongersnood.
Als die hongersnood in Beigie nog
niet het gruwzame kleed heeft aan».
genomen van de beruchte hongers»
nooden, waarvan de geschiedenis ons
de dramatische gebeurtenissen heeft
overgeleverd, dan is dit uitsluitend
te danken aan het steunwerk. dat in
Belgie in het leven is geroepen met
medewerking van de Nederlandsche
en Spaansche regeeriogen. Des»
ondaDks leiden alle pogingen en alle
opofferingen der onderscheidene re»
geeringen, betrokken bij de hulp aan
Belgie en met name der onzijdige
regeeringen ten hoogste slechts hier
toe, dat het allerergste wordt voor»
komen.
Ondanks alles wat er gedaan wordt
zet het proces van het lichamelijk
verval zijn heimelijk en noodlottig
werk onder de bevolking voort. Men
sla op het eerste het "beste kruispunt
de menigte op straat slechts gade:
de gebogen gestalten, de langzame
en onvaste tred, de ingevallen wan»
gen, de magere en bleeke gezichten,
de van koorts schitterende in de kas»
sen weggezonken oogen bieden den
ziektekundige rijke stof tot waar»
neming.
En dit is nog maar een van de
meest in het oog vallende gezichts»
punten van den ontzeitenden toestand;
men zou nog kunnen denken, dat
een verbetering der leveDsvoorwaar»
den kracht en sterkte zou kunnen
terug brengen aan deze lichamen,
dietengevolge van ontberingen, welke
men voor goed in onze moderne be»
schaving uitgesloten achtte, voor
hun tijd zijn uitgeput. Maar vol»
strekt niet tegen te gaan en onher»
stslbaar is de steeds grooter wor»
dende afwijking tusschen geboorte
en sterfte.
Iedere maand neemt de bevolking
van Belgie iets meer af; die afneming
der geboorten gedurende deze oor»
logsjaren zal nog een zeer langen
tijd haar invloed doen gelden op den
socialen en economischen toestand
van dat land.
Vader Cats heeft eens gezeid.
't Is eeuwen reeds geleêo.
Wilt ge volmaakt gelukkig zyn.
Wees met Uw lot tevreóo.
Maar als by du in dezen tijd.
Die reeks van boenen zag.
Dan zou by tooh wel denken
't Is heusch een bard gelag.
o
Een koopmandie langs Uwe denr.
Met waren loop te veDteo.
Kijk nog eerder naar je bon.
Dan naar Uw lieve centen.
En ga je met je bon op reis,
Naar bakker, kruidenier.
Dan zegt bij benscb geen juffrouw
meer.
Maar barsch je bon, geef hier 1
En kom je om je twee ons vleescb,
Dan antwoordt men U vlug
Jans beeft bet laatste weggehaald,
Kom morgen maar terug.
Daar ga je met je leege mand
En met je dierb're bon.
Een troost blyft U. nog over,
Een haring uit de ton.
o
En dan die koffie-praaljes.
Zijn ook reeds van de baan,
Want eeo half ons per week,
Kan men alléén wel aan.
En vraagje soms een stukje zeep,
Dan klinkt t zoo geniep
Wij mogen Diet verkoopen,
Hier heersebt de Spaansobe griep.
o
O, lieve Vrede, maakt een eind,
Aan al die narigheid,
Sohenkt aan ons allen, groot en kleiD,
Den goeden, ouden tyd.
Dan roepen wy. nit volle borst
Weg Distributie-wet,
Met je twee ons brood per dag,
En vijf gram plantenvet.
Fr de VROEGE
Noordwijkeruout.
Zondag ffl Aug.
De Voorzitter moest wederom tot zijn
spyt constateeren, dat de opkomst zoo
gering wat; by heette de aanwezigen har
telijk welkom en opende de vergadering
mtt den cbristelijken groet -Geloofd zij
Jezns Christus".
De notulen der vorige vergadering wer»
den door den secretaris voorgelezen cn
ongewijzigd goedgekenrd.
Vervolgens bracht de beer W. Lanrensse
een uitvoerig en duidelyk verslag uit van
bet verhandelde op de te Roermond ge»
bonden algemeeoe vergadering, waarvoor
hem door den voorzitter werd dank ge»
braoht.
Naar aanleiding van bet op de algemeene
vergadering te Roermond gesprokene,
over het door de afd. Venray, op iniatitiet
van den beer Winters, ingediend voorstel
zoo spoedig mogelijk stappen te doen tot
oprichting der vereeniging «Jongen Mid
denstand'', vroeg de heer Winters het
woord en zette hij zijne zienswijze in deze
nog'eens duidelyk en breedvoerig niteeo,
en vreesde er voor, dat dit zoo belangrijk
voorstel door het Hoofdbestuur op de laDge
baan zon geschoven worden.
De Voorzitter bedankte den heer Winters
voor zyn zakelijk betoog, maar kon bij
toch niet in alles met den beer Winters
accoord gaan. Wat op de eerste plaats bet
terzijde stellen van het voorstel betrof,
deelde de voorzitter mede, dat bet hoofd»
bestuur tbans door een aDdere voorname
kwestie ernstig werd bezig gebonden, nl.
de Bankkwestie Indien deze aangelegen»
beid eenmaal achter den rug was en het
voorstel Venray kwsm andermaal in be»
handeling, dan twijfelde spreker er ook
Diet aaD of dit voorstel werd missohien
wel met algemeene stemmen aaDgenomeD.
Over de vraag, of iemand, die lid is van
de R. K. Werkliedenvereeniging, ook
tegelijk lid kan zijn van de R K. MiddeD»
staDdsvereeniging, ontspon zich eene druk
ke discussie tusschen den voorzitter en
den heor Winters, welke ecbt9r tot geen
resultaat leidde.
Toen kwam aan de orde de bespreking
deelname aan het 2<le M ddenstandscongres
te '8 Bosch. De voorzitter wees ep de be»
langrijkneid van dit congres en van de
prae-adviezeD. die daar zouden worden
uitgebracht; bij kan dan ook Diet nalaten
de leden aan te sporen, zooveel mogelyk
aan dit congres deel te nemen*
De heer v.d. Pasch kon bet nut daarvan
niet inzien, maar indien bet bestuu? zich
verantwoord achtte, om een nfgevaardigde
te zenden, dan koD hy ziob daarbij neer»
leggen.
De Voorzitter merkte den heer van de
Pascb op, dat de afgevaardigde gezonden
werd op last van de algemeene vergadering
6D niet van bet bestnnr.
De heer Winters wees ook nog eens op
het leerzame van dat coDgres en spoorde
ook by de aanwezigen aan, daaraan zooveel
mogelijk deel ta nemen.
Daarna deelde de Voorzitter mede, dat
van de Commissie voor Beroepskeuze in
deze gemeente de mededeeling was oDt»
vangen, dat alle verzoeken om snbsidie
voor vakcursussen bij baar ter advies
kwamen, en het van baar advies grooteD-
deels afhiog, of de gevraagde sabsidio al
dan niet zou worden verleend.
Verder werd daarbij gevraagd, welke
patroonsenrsussen het meest noodig werden
geacht voor Venray.
Het bestnnr kwam het 't meest wenscbe»
lyk voor, om voorloopig voor de schilders
en kleermakerspatrooDs cursussen te doen
geven. Voor de schilders was daartoe
reeds eene vergadering belegd, maar
waren daarop slechts drie schilders ver
tegenwoordigd, van wie maar één bet nut
van een zoodanigen cursus inzag; van de
kleermakers was nog geen antwoord ont»
vaogen.
De voorzitter zeide, dat bem tbans nog
de aangename plicht restte, de vergadering
mede te deelen, dat hier is opgericht een
sub comi'é van het Santosfonds en zou
de geestelyk adviseur hierover een enkel
woordje sprekeD.
De geestelyk adviseur zette daarop de
samenstelling, bet doel en de werking van
dit fonds duidelyk uit een en spoorde by
alle leden van de R.K. Middenstandsver»
eeniging aan lid te worden van deze nuttige
instelling; de contributie zal jaarlijks be
dragen 60 ceüt voor gewone leden, f 2,50
voor buitengewone leden en f 5 voor
donateurs.
De voorzitter bedankte den geestelyk
adviseur voor zijne korte maar duidelijke
uiteenzetting en sprak ook hy de hoop uit,
dat alle Middenstanders lid zouden worden
van bet Santosfonds.
Staande de vergadering traden reeds een
25 tal leden toe.
Ten slotte deed de voorzitter Dog mede»
deelmg van BDkele ingekomen stukken en
werden deze voor kennisgeving aange»
nomen.
Bij de rondvraag kwam de heer Winters
Dogmaals terng op bet voorstel Venrsy
inzake de oprichtiüg van »Den Jongen
Middenstand" en op de mogelijkheid van
lidmaatschap van Werklieden- en Midden»
staodsvereenigiDg.
Aangaande bet eerste pant was de beer
Winters door de straks gegeven toelichting
van den voorzitter tevreden gesteld, wat
bet tweede betrof bleef bij evenwel zijn
eeomaal ingenomen standpnot handhaven.
Na eeDige discussie hierover tnsschen
den voorzitter od den hter Winters, werd,
wyl verder niemand meer bet woord ver»
langde, de vergadering docr den voorzitter
met den cbristelyken groet gesloten.
In de kabinetscrisis gaat de belangstel»
ling des volks algemeen uit naar dat
ministerie, dat voor de voedselvoorziening
zal hebben zorg te dragen, Gelyk bet nu
loopt, is het eenvoudig voor deD meest
geduldige niet om uit te staan, schrijft de
-Geld."
Wie bad ooit kunnen droomen, dat een
land, waar veeteelt en zuivelbereiding
hoofdbronnen zijn van bestaaD, waar jaar
lijks voor millioeD8n aan vee, kaas, boter
en melk werd uitgevoerd, thans by lange
niet iD de volksbehoefte kan voorzien Wie
bad kunnen denkeD, dat in Nederland
maanden lang geen onsje vleesch zou zyn te
krygen, dat duizenden kilo's bedorven
worst tot dierlyk voedsel worden vermalen,
dat in een pakhnis te Bodegraven duizenden
kilo's kaas liggen te rotten en in een land,
dat den bynaam van ksaslaod beeft ge»
kregeu, aan een bespottelijk klein rantsoen
niet eens kan worden voldaan Wat is er