Weervoorspellende vogels.
Feestavond Patronaat.
Zaterdag 14 .Tuni 1913.
34ste .Taargang.
No. 25
Uitgave van Firma W. Van den Munckhof, Venray.
DU nummer
bestaat uit
TWEE BLADEN.
Paardenstallen en
menschenwoningen.
Algemeen Nieuws.
Abonnementsprijs per kwartaal
voor VENRAY 50 c.
franco per post <>5 c.
voor het buitenland bij vooruitbetaling 65 c.
afzonderlijke nummers 4 c.
Prijs der Advertentlën
van 1 —4 regels 20 c.
elke regel meer 5 c>
letters en vignetten naar plaatsruimte.
Advertentiën, 3maal geplaatst, worden 2maal berekend.
Zij die zich mot ingang van 1 Juli
a. s. op PEEL. EN MAAS abon-
neeren, ontvangen de nog voor
dien datum verschijnende num
mers GRATIS.
Piet van Brussel schrijft in het
H. van Antw. (en veel er van is ook
op ons land van toepassing) als
volgt
Het is gebeurd te St. Walburgis-
parochie.
In eene der volkrijkste straten dier
wijk eene van die straten waar
een fijne dame nooit den voet zal in
zetten en een fijne heer slechts met
opgehaalden neus doorloopt (tenzij
die vrouw een Zusterke van Liefde
of die heer een priester of een lid
van Vincentius weze) in eene dier
straten woonde eene moeder mot
hare kinderen, beter gezegd ze
waren daar allemaal in een armzalig
plaatsken bijeengekropen.
De familie was juist een stuk brood
aan 't verorberen. ïn den hoek der
kamer stond eene doodskist: e»
kindeke was daags te voren ge
storven.
En wat hebt ge dezen nacht met
het lijk gedaan.
Wel mijnheer, het kistje was
nog niet gemaakt (zoo vertelde de
moeder en 'k zei zon.- we moeten
toch ergens blijven met ons dood
Lowieke en ik dacht: voor èènen
keer zullen wij hem maar bij Marieke
leggen. Maar 't kwam toch aardig
voor, mijnheer, want 's nachts werd
ons Marieke wakkei-en riep Och
moe, ons Lowieke krijgt toch zoo'n
kou
Sommige lezers zullen hier aan
vertelsels denken. Het feit is echter
waar gebeurd. En let wel op, het is
voorgevallen niet in een of ander
Whitechapel-achtig kwartier van
Londen of Parijs, maar in eene
beschaafde parochie onzer beschaaf
de stad Antwerpen.
Stel u ook niet voor, lezer, dat
zulke toestanden uitzonderingen zijn.
Helaas neen. Een vluchtig bezoek
aan onze volkrijkste straten is vol
doende om al aanstonds te beseffen
dat het woning-vraagstuk een der
meest aangrijpende zijden is van het
werklieden-vraagst uk.
Deerniswekkend is 't somtijds om
te zien hoe groot en klein, hoe
jongens en meisjes, zieken en ge»
zonden, hoe dat alles dooreen wemelt,
met 0 of 7 en meer opeengetast zit
in 'n ellendig kamertje. Aan leven
ontbreekt het er niet, 0 neen 't
leven zit er... tot in de muren, alles
schijnt er te leven, tot zelfs de
planken van den bodem en de steenen
van den muur.
Gebrek aan leven is er niet, neen,
maar er is ware nood aan reiner
leven. Reiner leven naar het lichaam
en daardoor reiner leven naar de
ziel. Dit door dat.
Laatst had ik het genoegen een
mijn te bezoeken. Welnu, ik bestatig
de daar dat de paarden uit de kolen»
mijnen. »de koelies van het paarden
ras" beter gelogoerd waren in den
ondergrond van Anzin als vele
raenschen in St. Andrieskwartier, St
Walburgisparochie of 't Looibroek
Niemand zal ons dan ook van
overdrijving beschuldigen wanneer
wij zeggen voor den werkersstand
is het woningvraagstuk het belang
rijkste aller vraagstukken. Alles
alles moeter bij winnen.
De godsdienst, de zeden, 't anti-
alcoholisme, de verzoening tusschen
de lagere en de hoogere standen,
geheel het stoffelijke en geestelijke
ontwikkelingsvermogen van ons volk;
al deze zoo sferk ineengestrengelde
vraagstukken zullen reeds half op
gelost zijn wanneer velen uit de
lagere standen zullen wonen, niet
gelijk honden in hokken, maar gelijk
raenschen in werkmanswoningen. En
daarom moeten we hulde brengen
aan ons katholiek Staatsbestuur dat
ten volle bewust van de groofe
sociale rol dien bet hier te vervullen
heeft, door zijn wetsvoorstel op
werkmanswoningen, kortelings eene
•«Nationale maatschappij voorgoed-
koope woningen" zal in 't leven
roepen.
In "Prometheus" spreekt II.
Philippsen over vogels als weerpro-
feten. Als voorspellers van regen en
wind kan bij met zekerheid geen
enkelen vogel aanwijzen. Hij acht
het wel waarschijnlijk dat er zelfs
eén aantal vogels bestaan, die een
storm kunnen voorgevoelen maar
in weerwil van de daarop wijzende
namen als stormvogel, stormzwaluw,
stormmeeuw, stormduiker e. a.,
duift hij er toch geen als betrouwbaar
windvoorspeller aanduiden, zegt het
»Hdbl." De zaak staat anders met
betrekking tot de koude. De meest
betrouwbare warmte- en koude»
profeten zijn eenden en ganzen, de
lamme haast evenzeer als de wilde.
Alle huiseenden laten zich 's avonds
slechts met tegenzin opsluiten. Het
gebeurt echter ook dat zij 's avonds
o' al vroeger uit eigen beweging
den stal opzoeken en de ervaring
bewijst, dat een voorgevoel van
naderende koude hen in dit geval
naar den warmen stal heeft gedreven.
Zijn ze iu den stal of op het erf
in een kleine ruimte opgesloten er»
werden ze dan plotseling onrustig,
waarbij ze doeu, alsof ze wilden
wegvliegen, gaan ze snateren, leggen
ze zich op den grond en maken ze
bewegingen, als waren ze in het
water aan het baden, dan komt na
enkele uren verandering van weer
de temperatuur stijgt en in den1
winter volgt dooi of sneeuw.
Dit voorgevoel is bij de eenden
zoo fijn, dat ze in den winter een
weer»- en temperatuu'randering
vroeger aangeven dan barometer of
thermometer.
Met de wilde eenden en ganzen
is het evenzoo, doch die vallen groo*
tendeels buiten ons waarnemingsveld
Nochtans weet men, ilai de ganzen
slechts zeer kort vóór de vorst verder
zuidwaarts vliegen. Re rotgans
verschijnt nu vroeg, dan laat,
waaruit men met eenig recht tot een
vroegen of een laten winter, een
vroege of een late lente schijnt te
mogen besluiten.
De sneeuvigors of sneeuwputtar
houdt zich bij voorketr op in de
grensstreken tusschen vesten dooi.
Verschijnt hij in den winter en trekt
hij naar het zuiden, dan volgt
strenge koude. Vliegt hij noord
waarts of vertoont hij zich, terwijl
het vriest, dan is met vrij groote
zekerheid dooiweer te wachten.
Ook troepen van scholeksters 0
oestervisschers. die in den winter
plotseling verschijnen, wijzen op
spoedig te verwachten koude. Zij
zijn dan uit het hooge noorden door
de vinnige koude, die hen meestal
volgt, maar in onze s.reken voor
hen draaglijk is, verdt-ren Hun
verdwijnen wijst natuurlijk op een
spoedig volgende verhooging van
temperatuur.
De beste onweerprofeet is de
zilvermeeuw. Ph. hield een aantal
getemde meeuwen in zijn tuin. Vóór
een onweer liepen de dieren steeds
angstig rond ze beproefden weg
te vliegen en lieten een heesch gekras
hooien. Dikwijls gebeurde dat bij
helderen hemel en goeden barometer
stand doch dan duurde het gewoon
lijk niet lang of aan den horizon
vertoonden zich de bekende onweers
wolken. Onder het woeden van een
onweer schenen de meeuwen geen
angst meer te kennen. Gingen zij
echter te dier tijde opnieuw aan het
vliegen en schreeuwen, dan volgde
later zoo goed als zeker een tweede
onweer.
De zware herfststormen die met
groot geweld over de Noordzee
loeien en bijna altijd met eleetrische
ontladingen gepaard gaan, werden
door de meeuwen regelmatig aan
gekondigd. Ph. voegt hierbij dat
niet al zijn meen won zich op de
beschreven manier gedroegen. Of
schoon de meeste dit wel deden,
waren er toch enkele bij, welker
wijze van doen haast geen veran
dering vertoonde.
eene uitvoering hij te wonen, waar de
Hemeische Altaarwacht werd opgevoerd.
Naar mijn oordeel was de uitvoering zeer
goed en toch ontbrak er ie» aan.
Het waren geen kinderen, die speelden
maar volwassenen. En daarom ben ik zoo
blij, dat ik nu datzelfde stuk zal zien
opgevoerd door kioderen. Dat moet pak
keu. Waarom Het is niet met 'n paar
woorden gezegd. Zij, die zullen komen
om de Hemelscbe Altaarwacht te zien
moeten geen bont spel, geen pakkende
verwikkelingen, geen mooie tooneeleffecte»
verwachten, maar hunne verraste oogen
zullen staren op zeven stille witte engelen
en een blanke engelengroep, wier eenige
actie onder het zingende-spreken bestaat
ia 'n sober handgeoaar of eene zachte
buiging. En toch zal over menigeen de
ontroering komen, eene stille, zachte ont
roering, bij het zien van die blanke
onschuldige eugelen, en bij liet hooren van
de wondere verhalen van de liefde des
Heeren.
Zullen die Engelen dau zoo mooi voor
dragen, zoo mooi declameeren O neen,
bedenk ook dat het kinderen zijn, ze
dragen niet voor, te declameeren niet, ze
zingen altijd, ook als zij spreken. En de
voordracht zult ge met hooren, gij zult
zien. Voor nw oogen zullen voorbijtrekken
de tafereelen van den nacht der geboorte
van Jezus, gij zult binnentreden in de
zaal van hel laatste avondmaal, gü zult
meegaan naar den hof der Olyven eo den
berg van Golgotha. Gy hoort hen zingend
xprekeu en «at .5 U fa.
'n Mooi getuigenis gaf hiervau iemand,
die, gevraagd wat by over de Hemeische
Altaarwacht dacht, antwoordde: -Ik vond
het prachtig." -En de voorJracht ervan
Dat weet ik niet, daar heb ik niet op
gelet."
En nu zou ik u den gang en den in
houd van de Hemelscbe Altaarwacht
kunnen aangeven, maar dan zou ik er
het nieuwe, het verrassende van wegnemen.
Dit uiag ik nog wel 2eggen, dat het stuk
uwe belangstelling wel verdient. En ik
geloof, dat menigeen, die Zondag 15 Juni
de uitvoering op liet patronaat bijwoont,
ook zich zelf een dienst zal bewijzen.
Want bij zal er zien een deel der schoon
heid van ons heilig Roomsch Katholiek
geloof, eene schoonheid voor grooten en
kleinen, voor geleerden en eeuvoudigen.
X.
Verleden Zondag reeds las men in deze
couraut de advertentie, dat op Zondag 15
Juni a. s. door de jongens van het patro
naat onder andere zou worden opgevoerd:
De Hemeische Altaarwacht" van den
priester-dichter W. Smulders, met muziek
van den priester-musiens Ant. Hansen.
Toen ik die advertentie las, leefde er
in mij op eene lieve herinnering uit een
mooien tijd. Mag ik er eens even over
spreken Misschien dat ik er sommigen
een dienst mee bewijs, misschien ook dat
ik sommigen behoed voor groote teleur
stelling.
Verleden jaar heb ik het geluk gehad,
l)e 3 sociale wellen door II. M.
de Koningin g:eleekend.
Stct. no. 132 bevat de drie groote soci
ale wetten van den oen Juni 1913, n.l.
a. de wet tot regeliug der Arbeidersziekte
verzekering (Radenwet). b. de wet tot
regeling der Arbeidersziekteverzekering
(Ziektewet) en c. de wet tot verzekering
van arbeiders tegen geldelijke gevolgen
van invaliditeit en ouderdom. (Invalidi
teitswet*
Deze drie wetten zullen op een nader te
bepalen dag in werking treden.
In de Invaliditeitswet staat in art. 411
evenwel de volgende bepaling
Zes maanden na den dag der afkondi
ging dezv wet treedt artikel 369 van
rechtswege in werking, indien het niet
vroeger io werking is getreden.
Dit artikel 369 bepaalt 0. ra. als volgt
Hij, die bij het in werkiDg treden van
dit artikel den leeftyd van 70 jaar heeft
bereikt of overschreden, heeft recht op
een rente, indien by aannemelijk maakt,
dat by in bet tydvak van tien jaren, dat
onmiddellijk voorafgaat aan bet in werking
treden van dit artikel of aan de vervuiliog
van zijn zeventigste jaar, te zamen ge
durende minstens 156 weken in de termen
van verzekeringspücht zou zijn gevallen,
indien de verzekering bij den aanvang van
dat tijdvak reeds ingevoerd ware.
Voorde bepaling van de 156 weken, in'
liet vorige lid bedoeld, komt mede in
aanmerking de tijd, dau tengevolge van
ziekte niet is gewerkt, voor zoover over
dien tijd de premie door een ziekenkas
zou zijn betaald, indien de verplichte ver
zekering ten aanzien vau iuvaliditeit en
ouderdom en ten aauzien van ziekte reed»
bad bestaan bij den aanvang van het
tienjaiig tijdvak.
Het verzoek om rente wordt afgewezen,
indien de verzoeker of zijn eebtgenoote in
de vermogensbelasting was aangeslagen
over het belastingjaar, eindigende den 30
April van het jaar, waarin dit artikel iu
werking treedt.
Hieruit volgt dus, dat zij, die 7 Decem
ber a.s. 70 jaren zijn en in de 10 laatste
jaren tezamen minstens 156 wekeu hebben
gewerkt, recht krijgen op ouderdoms
pensioen.
Moordaanslag en zelfmoord.
Men meldt uit Leiden aan het Huisg.
Zaterdagmiddag is op bet college der
paters Jesaieten te Katwyk aan den Ryn
een moordaanslag, gevolgd door zelfmoord
gepleegd.
De 21jarige leerling Th. schoot met een
revolver op zijn lSjarigen medeleerling V.
zoon van bet Statenlid te Loon op Zand.
Hij werd in het hoofd getroffen.
De dader schoot daarna op zich zelf en
was op slag dood.
De heer V. is denzelfden dag naar
Leiden overgebracht, waar de kogel werd
verwyderd. Men hüopt hem in het leven
t» behouden.
Aardappelen voor I gulden.
In Maas en Waal zijn dezer dagen
aardappelen verkocht aan den ongelooflijk
lagen prijs van één gulden per mud.
De raenschen moeten ze wel kwijt zien
te raken, want de voorraad is nog groot,
eu de nieuwe aardappelen zijn weldra aau
de beurt. Maar een gulden voor een mud
aardappelen is toch wel iets heel bijzonders
Diefstal.
Een brutale diefstal bad Dinsdagmorgen
te Helmond plaats. Op klaarlichten dag
is bij den winkelier V. op deu Koningin-
newal ingebroken en een aanzienlijk be
drag aan geld uit de toonbauklade ont
vreemd.
Dank zij de activiteit der politie, meldt
de Tel., werd de vermoedelijke dader,
zekere v. d. S. 's namiddags reeds gear
resteerd. Deze heeft bekend den diefstal
bedreven te hebben.
Mlüliaudelliig.
Men meldt nit Helmond aan de Tei.
Zaterdagavond ontstond na afloop vau
een aanbesteding, tusschen eenige aau.
nemers, welke te veel aan Bacchus
oft'erd hadden, een hevige vechtpartij
waarby L. v. G, deerlijk met bet mè»
behandeld werd.
Eenige surveilleerende politieagenten
vonden v. G. hevig kefmende in de Wolf.
straat liggen en zy hebben de getrotfeue.
die uit talrijke zware sneden over het
gezicht hevig bloedde, onder geneeskun
dige behandeling gesteld.
Dast op de nieuwe eenten
Bij een onzer lezers zoo lezeu wij
in den -Prov. Gron. Ct." een dood
eeriyk mensch, maar een grappenmaker,
had zich de meemng vastgezet dat achter
het zwartgallige mombakkes vau het
jongste onzer muntstukken een vriendelijk
gelaat moest schuilen. Hij besloot dus
al het mogelijke te doen om den zwart
kijker het masker af te rukken en
probeerde met bytende vochten om den
neger een zonniger aanschyn te geven.
En ziet, de wascb met zoutzuur loste de
vuile roetlaag op en ons nikkertje bleek
een echte, onvervalschte blanke die geen
druppel zwart bloed in zyn aderen beeft.
Prachtig schitterde by in de zoo en
PEEL
MAAS
Weekblad voor Venray, Horst en omstreken.
1
Omtrent iu-, ui<Hju -.0. -ua-i,
men in het duister. Men vermoedt dat er
een oude vee te tusscheii de jongelui be
stond.