nr Mupckhof, Venray. Een wildzang. Zaterdag 18 December 19Q9. 30ste, F aargang No 51 TWEE ])it nummer bestaat uit BLADEN. Mengelwerk. PEEL Abonnementsprijs per kwartaal voor Vbnrat 50 c. franco per post 65 c. voor het buitenland by vooruitbetaling 85 c. afzonderlijke nummers 6 c. Over Centralisatie van bedrijven. In de hoofdstraat van mijn wijk een niet lange straat aldus de schrijver der Haagsche Sprokke lingen in het Utr. Dbl. waren tot dusver vier sigarenwinkels, dezer dagen kwam er een vijfde bij. Het geval is er een uit vele. Ik maak er' dan alleen ook melding van om op te wijzen dat't niet uitsluitend aan den ongunst der tijden te wijten is, als 't hier en daar slecht gaat met zaken, een verschijnsel dat trouwens over 't geheel weer tot staan schijnt te zijn gekomen, want de straten zijn dezer dagen overvol met men schen, de winkels vol met koopers en de trams vol met dames die pakjes huiswaarts brengen. Wie kan er anders dan die men schen zelf, die een winkel opzetten waarin zij zekei f 600 huur ver wonen, voor aansprakelijk worden gesteld, als zij over eenigen tijd mis schier, moeten worden opgenomen in de fatale lijst der faillieten Hollanders rooken veel sigaren maar op een 60tal winkels zijn er vier voor het tabaksvak toch al ruim genoeg. Voor een vijfde is geen plaatB. Als ik dat zoo zie ook in een aantal andere vakken -dan vraaj ik me wel eens af, of 't op den duur zoo tal voortgaan in de maatschappij waarin dan toch op die wijze een ontzaglijk kapitaal aan huishuur werkkracht en andere uitgaven verloren gaat. 't Is waar: daarnaast staat deze andere vraag, hoe de menschen bij een economischer in richting allemaal aan den kost zoun den komen. Maar die vraag hebben schipper Rietheuvel en de Kamer van Koophandel te Rotterdam ook be denkelijk hoofdschuddend gedaan, toen de spoorwegen de trekschuit kwam verdringen en er zijn nu heel wat meer spoorbeambten d toen geëmployeerden aan veerschuit» diensten. Mits 't maar langzaam aan ge» achiedt door «evolutie" zal 't dan ook voor de minimumlijders in schraal beklante winkels er niet slechter op worden. In vroegere jaren waren er immers ook geen reuzentaken als tegen woor» dig. In de plaats daarvan waren er zaakjes van den kleinen middenstand waarvan er velen met zorg en moeite de einden van 't jaar aan elkaar knoopten en een zucht van verlichting slaakten, als een kassiersknecht met zijn wissel hun deur voorbijging. Het grootbedrijf heeft de meeste dier zaakjes weggedrongen, maar het getal plaatsen aan den maatschappe» lijken arbeid is er niet kleiner op geworden, integendeel. En de be» trekkenen? 't Is waar, in plaats I van zelfstandige patroontjes zijn er nu meer bedienden Maar terwijl de kleine patroon in zorgen zat, zijn de bedienden nu zeker, op tijd hun loon te krijgen. Van de coöperatieve winkelver» eeniging van «Eigen Hulp'' ontving ik een gedenkschrift van haar ont» wikkeling in 30 jaren. Haar ledental aanvankelijk 363, is nu gestegen tot bijna 9000, haar omzet beliep ver» leden jaar 2.1 I millioen gulden. Zij heeft en dit was de ergste tijd, in de eerste jaren een aantal kleine krui» denierszakendoen verdwijnen. Maa zij heeft daarentegen 23-1 beambten in vasten dienst, die aan loon ruim f 140,000 ontvangen en bovendien f 19.400 kregen van de winst over 1908, terwijl zij aanspraak hebben op ouderdomspensioen uit een fonds dat alreeds f 170,000 bezit. Zouden dus, zij 't niet uit een persoonlijk, dan toch uit een algemeen maat» schappelijk oogpunt, de werkers in dat vak er niet beter op geworden zijn? En dit terwijl de leden iu die 30 jaren bijna 5.1j2 millioen als aan deelen in de winsten uitgekeerd kregeD, doordat de verkoopsprijzen door royale concurrentie, zoodanig worden gesteld dat de particuliere winkelier eveneens met behoorlijke winst voor verkoopen kan. Deze coöperatie is intusschen niet de grootste in onze stad. «De Vol harding" een werkliedenvereniging is veel grooter. Deze heeft bijna 30,000 leden, die over 1908 een winst deelden van f 161,000 gemaakt op artikelen van dagelijksch verbruik waar weinig winst op zit. Voeg bij die 38,000 leden nu nog die van een tweede arbeiders-coope* atie, en men ziet, hoe er van de 48,000 Haagsche gezinnen nog maar een klein deel bij particulieren te markt gaal. Die particulieren, die krachtig waren om den strijd te voeien, zijn wat minder rijk door geworden, maar kunnen toch ook goed bestaan. Maar wat wij in dit vak niet meer zien is de overvloed van kleine zaken die een kommervol bestaan oplever» den en, voor zoover nog aanwezig de meeste klandisie opleveren voor j den keuringsdienst. MAAS Prijs der Advertentiên: van 1 4 regels elke regel meer o letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiên, 3maal'geplaatst worden 2maal berekend. 20 wenschon een mestvork veranderde. .1 De boer, heizij een i ij e of een arme, heeft zijn lijd volop i oodig in zijn bedrijfMeent hij winters eer.ige vrije urer, te heb en, dan map hij die bestedon aan de vermeer dering zijner vakkennis, "ok kan hij zich dan eens goed net zijn kinderen bezighouden, en z-h over tuigen van hunne vorderingen, iets wat op 't platte land itn'» veel te wenschen overlaat. Wanneer men hoort, dat in dorpjes van ecu 100ial boerderijen 6 tot 8 jachtak en wor den uitgegeven, dan kar men er zeker van zijn dat in zulke .plaatsen de boerenstand niet hard vot ruitgaat Eene andere afwijking is de handelszucht. De eiger.lij e boer. die. geen opleiding voor de handel heeft gehad, die niet fli k kan rekenen en boekhouden en die zich dan in den handel gaat menden, gaat 'oijDa altijd achteruit. Bi een zoo grooten omzet als bijv. c igia&n- handel wenscht, moet ien .nd niet alleen goed kunnen reken a, maar ook goed beslagen zijn op li t gebied handels- en vakkenni -! order i'a ;:".i onmid :llijk in omstandigheden en beroepsplichten i bierdoor geen schade lijden. Is dit! niet het geval, dan mag hij 't postje aannemen. Maar om naar zulk een post of ook maar een poslje als post bode oi iels dergelijks met alle middelen en met allo geweld 1e sfreven, hetzij uit eer- hetzij uit hebzucht, is beslist af te keuren, Voor vele boeren is zulk een post met zijn moeite en verantwoordelijk heid, en vooral met zijn groot lijds- verzuim, de reden van achteruit- en ondergang geworden. Noortje bang was voor dokters wraak A JDc schrik was er ingekomen. En de dokter herinnerde zich nog goed de bedreiging die hij toen had uitgesproken maar die hij zoo graag onuitgevoerd zou laten blijven. Als hij Doortjc maar eens zien kon. In had SLOT. der moet hij ook het gelei góed bij el kaar kunnen houden. Het grootste gevaar bestaat echter in het tijdverlies en in de gewoonte van een gemakkelijk leven. Zulk een «handelsman" vindt spoedig het werk op den akkeren den stal al te zwaar en te ver velend. Hij gaat liever de markten af. Dat is gemakkelijker. En men heeft er zoo vaak gelegenheid, een oed glas te drinken. Spoedig ziet men aan land en stal, dat de baas vaak afwe..ig is: De kinderen en dienstboden verwilderen'en worden niet voor hun beroep opgeleid. Er mogen uiizor.deringen zijn, maar in den regel is 't hier boven gezegde toch het gewone verloop van een baiideldrijvendvii boer Afwijken van het boerenbedrijf. In het algemeen streven van onzen tijd. om op gemakkelijke wijze zijn brood te verdienen, geschiedt het vaak, dat ook de boer zijn eigenlijk beroep uit het oog verliest en naar gelegenheid zoekt, om zich een bijverdienste of een gemakkelijk ven te verschaffen. Dit afwijken is reeds voor veleD een gevaarlijke stap geweest, waar door zij grooto schade geleden heb ben. Een der gevaarlijkste nevenbe roepen van den boer is jacht en visscherij. Wanneer ik een boer met geweer zie, dan zou ik willen het Zoo gaat het ook gewoonlijk als boerenmenscheu, zonder, voldoende middelen een winkel ofberber innen. Wie zonder kennis van zaken een bedrijf begint, die moet vaak duur leergeld betalen. Niet alleen het tijdverlies, dat vooral de herberg meebrengt, maar ook het inkoopen van minderwaardige winkelwaar, en het lichtzinnig ver- leenen van crediet hebben reeds raenigen boer ten onder gebracht. In den laatste» tijd is er bij de boeren nog de postjesjacht ais af wijking bijgekomen. In elke gemeente moet natuurlijk zeker getal mannen de leiding in handen hebben, en als dit iu eene boerengemeente boeren zijn, die de coodige kennis hebben, dan is dit zeer goed. Wordt nu een boer door zijn medeburgers aangespoord om zulk een ambt (bijv. burgemeester, raadslid, secretaris of gemeente ontvanger) te aanvaarden, dan on- derzoeke hij eerst of zijne huiselijke Dc rentmeester was het eerst weer bij zijn stukken en nam dc gekkin stevig bij den arm. - Ongemanierd dingDoe je zoo met den dokter? En die heeft om jc hand gevraagdHen je gek of droom je nog Dat heb ik boven aan de trap al gehoord luidde het antwoord terstond. En omdat ik mij daarom ergerde heb ik hem een patsch gegeven. Dat was allerliefst, klonk het uit den hoed. .in zier. verstaanbare $prqk de rentmeesters vróuw nare dochter toe maar in 't eerst zonder eenig gevolgeinde lijk kwam het als uit een stortvloed uit Doortje* s mond: Maar ik kan hem heelemaa! niet lijden En gisteren heb je mij een kus ge geven en gezegd dat ik een verschrikkelijk aardige kerel was I steunde de dokter be schaamd en geërgerd, nadat het hem ge lukt was zich te bevrijden van de treurige overblijfselen van zijnen kort te voren nog zoo glimmende cylinder. Onze schaapsherder is ook een aardige kerel, maar daarom hoef ik nog niet met hem te trouwen Veel moeitte kostte het den dokter, den rentmeester en diens vrouw weder in een gemoedelijke stemming te brengen. Toen volgde er een lang gesprek met den koetsier van den dokterswagen, die zich liet overeden door een groot zilveren stuk om eeuwig het stil/.wijl;en te bewaren over alles wal hij gezien en gehoord had. Doortjc die hierbij nu en dan ineen schaterlach was losgebroken, sprong achter het wegrijdend rijtuig spottend heen u weer en lachte den dokter na, totdat deze zich omdraaide en de vuist ballen I ha.tr toeriep - - Doortjc wij vinden elkander nog wel eens en dan wee je persoontje! Wraak is zoet! Je hebt mij bekedigd hoordenk daar aan meisje. Sedert dien ongelukkigen morgen waren de bezoeken van den dokter bij den rent meester tot de. hoogst noodzakelijke be perkt, ofschoon deze zoowel als zijn vrouw zich alle moeite gaven om den pijnlijken indruk dier vergeefsehe poging zooveel mogelijk uit te wisschen. Een wonder iets is toch des menschen hart. Tot nu toe had dc dokter nag niets ge voeld van iets dat men liefde zou kunnen noemen, zelfs niet op dien Meiavond, waarop die merkwaardige gebeurtenis was voorgevallen. En was ook ternauwernood iels meer dan een stoute luim geweest, die hem den morgen daarna op den weg tot dc krenkende vernedering gevoerd had. Nu echter, nadat die kleine kat hem zoo vreeselijk er tusschen had gehad, nu was zijn hart getrolVen. sedert di n tijd voelde hij een onweerstaanbare, niet te doovcn liefde voor dat wilde Doortje. Het was eene hopeloozc liefde, zooals hij tot zich zei ven zeide want Doortje zag hij niet meer, zelfs bij zijne bezoeken op het slot niet. De rentmeester zeide, dat Doortje zich schaamde over hetgeen zij gedaan had en niet te vinden was als dc mcnschen- dokter kwam. Intusschen was zij toch wel wat stiller en gezeglijker geworden. De rentmeestersvromv echter meende woord dokter Justu levenslust meer. Op zekeren dag stond hij in den kiemen tuin, die bij zijn huis hoorde. Dc bloeiende herfstbloemen ©p bedden en struiken stonden in veelkleurige pracht, door dc mild schijnend»- zon nog verhoogd. Plots ontstond er geruisch op den landweg: in galop kwam dc rentmeester aangereden op zijn bruiotje en riep hel aan het tuinhek Doktergauw gauw Is er en ongeluk gebeurd vroeg dc dokter reeds op weg naar den stal. waar zijn rijpaard stond. Doortje stamelde de rentmeester, Bleek van schrik keerde de dokter zich om en vroeg Wat is er Is het erg Met een zuurzoet gezicht zeide de rent. meester Zij huilt verschrikkelijk zij heeft tandpijn. Het is een holle baktand geloof ik. Zij vliegt bijna tegen de muur op. Laat ze maar vliegenzeide de dok ter, die door deze verklaring zijn gewonen zieltoestand spoedig herkregen had. Dat is gezond voor dat speelsche ding. Laat ze maar eens goed uithuppelen, dan gaat de speelschheid er uit. Zeker weergaf de rentmeester, maUr neem uwe tangen mee en al wat noodig en kom gauw met me mee. anders is er geen rust in mijn huis. Dc dokter haalde zijne schouders op. Het spijt mij wel beste vriend, maar ik heb besloten Doortje te laten spartelen. \'ie', om mij te wreken over die be ie ed ging dat zij vérre van mijMaa? neV noodlot geeft mij bij mijne weigering oen middel in dc hand, om een dresseerenden invloed uit te oefenen op dat spring-in-'t- veld, dat om een hollen tand baar eigen vader van huis jaagt. Komt toch 1 't is maar om vrede in- huis te hebben, bedelde de rentmeester. De dokter bleef koel tot in zijn hart. gaf den raad, die spectakelmaakster in een afgelegen schuur op te sluiten. Over twee, drie dagen zou dc pijn wel over zijn. Nog duurden de onderhandelingen van beide zijden voort, toen het weder leven dig werd op den landweg In hel biezen- wagentje waarin zij Zondags naar de kerk reed kwam de rentmeestersvrouw aangerammeld. Door haren man spoedig op de hoogte gebracht van den toestand, vcreenigde zij hare .smeekingen met dc zijne. Maar o. schande! dc dokter bleef bij zijn be sluit. I n de andere dokter woont vijf uren an hier, steunde de rentmeesters vrouw n reed weg. De rentmeester bedacht zich •n. toen zette hij zich op een tuinbank Ier cn mccncnde. dat de dokter wel een hard hoofd en een dik vel had. maar toch niet onbuigzaam zou wezen, verzocht hij, hem een beetje gezelschap t< willen houden, want dut geschrei daar n huis. had zijne zenuwen geschokt. Hiertegen had tic dokter niets, hij dook iu den kelder en haalde een goede flescb. Uchoelioehoc, oeah, ocah klonk het plotseling van den landweg af. en spoedig daarna hield een biezen wagentje weer stil voor het hek. De rentmeesters- vrouw geleidde hare huilende dochter den tuin in. stelde ze den dokter voor en snikkend liet zij hooren Hier onmensch, zie je mijn arm kind. Blijl nu maar hardvochtig als ge kunt. Heli? haar toch. het arme lieve Doortje. dat jou De dokter voelde zich licht bewogen, toen hij dat van pijn trillende menscben- kind voor zich zag en dat weinig wel luidend huilen en dat met doeken om wonden hoofd stemden hem thans minder lot lachen als wanneer hij geheel voelloos ware geweest. Welnu Doortje. zeide hij eindelijk, doet het erg pijn Och, oeah Ja, met tandpijn valt niet te spotten. Maar er zijn toch smarten, die heviger zijn, kleine. Dat is waar. Oeah mijn tand. mijn tand. trek hem er uit dokter, om Gods wil. Dat is zeker waar. bevestigde de dokter. Bijvoorbeeld toen gij mij op dien Meiavond een verbazend aardigen kerel noemdet en mij den volgenden dag hebt afgewezen, dat deed mij meer pijn dan die holle tand. En die

Peel en Maas | 1909 | | pagina 1