voor flHSAÏ, HOSST ®o UitgeverW. A. Munckhof, Venray. Castro, de Beul. Bruintje de beer. Zaterdag" 14 November 190S. 29ste Jaargang- No. 47. Mengelwerk. Abonnementsprijs per kwartaal voor Venray 50 c. franco per post 65 c. voor het buitenland by vooruitbetaling 85 c. afzonderlijke nummers 6 c. der Advertentiën: Prijs van 1 4 regels 20 c. elke regel meer 5 c. letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiën, 3maal geplaatst worden 2maal berekend. De politieke gevangenen. Ik heb beloofd aldus schrijft een correspondent van de T. uit Curacao, uwen lezers net een en ander mede te deelen over het fort San Carlos, de groote politieke gevangenis van Venezuela,. Men heeft ze hier dezer dagen weer herhaaldelijk hooren vernoemen, daar Gen. Castro weer eens een opruiming gehouden heeft onder verdachte personen. Zoo b. v. was nog slechts zeer kort geleden op Curasao de heer v. Spinetti die de functies uitoefende van handels agent van Venezuela op Bonaire. Deze heer vroeg 7an generaal Castro verlof om naar Venezuela te mogen terugkee» ren. gelijk iedereen zulks tegen woordig doen moet. Het speciaal ver lof werd toegestaan en de heer Spi- neti begaf zich naar La Geayra. Daar aangekomen, niefs kwaads vermoedende en sterk door zijn spe ciaal verlof van den «onverwonnen veldheer", werd hij nochthans op last van Castro gevangen genomen en, zonder vorm van proces, naar San Carlos gebracht waar hij nu in een der krotten van het fort zit te betreu ren, dat hij zich verlaten heeft op het woord van zulk een man. Dat is het juist, wat ons, die an ders gewoon zijn, het bloed naar het hoofd jaagt van verontwaardiging dat zulke dingen geschieden zonder vorm van proces, 't is genoeg dat de een of ander u beschuldigt van slecht gezind te zijn jegens de regeering, dat men een brief aan een vriend onder schept, of dat er zulk een brief gefin geerd wordt, waarin op minder vlei- enden toon over den legenwoordigen toestand gesproken wordt, dat en minder, is voldoende om te worden opgepakt en opgesloten in San Carlos waar men den ongelukige met kete» nen van 30 en meer pond belaadt om hem daarna misschien voor jaren te vergeten. Zoo is het o.a. ook gegaan met den heer A. Boscan, wiens vreeselijk lot ik u in mijne vorige correspondentie mededeelde. Hij was een eerzaam koopman. De eenige misdaad, die van hem bekend is. is dat hij van uit Curacao reisde op het zelfde schip waarop zich ook eenige vechtgene» raals uit vorige revoluties bevonden. Zij reisden gezamelijk naar Culumbia doch door tegen wind gedreven, kwamen in Venezolaansche wateren, werden door een kunstwachter ge» grepen, en zonder vorm van proces opgesloten. Men weet met welk een vreeselijk gevolg voor Boscan. Zoo is het ook gegaan met een zekere Tailhardat, die in San Carlos meer dan 24 uren geketend bleef aan een doode, die met hem dezelfde ke» tens droeg. De jonge man wiens moeder nog leefde, is er volslagen krankzinnig van geworden en waan» zinnig gestorven. Wat zou onze «Heemskerck'' eene weldaad bewijzen aan de beschaving als hij dat fort eens van de wereld deed verdwijnen De Duitschers zijn er in 1903 aan begonnen, maar heb» ben niet door gezet. Hetzelfde zou I boven het hoofd stond, as men we de Heemskerck" in porto Cabbello moeten doen, waar het fort »Li'oer» tador" zelf door zijn naam een be» spotting is van de vrijheid en waar» digheid des menschen. 4 jaar in den kerker. Generaal Antonio Paredes werd in San Carlos opgesloten in 1899 en heeft er gezucht tot 12 December 1903. Onwillekeurig hebben wij, Hollanders, nog eenigzins mede ge» werkt tot zijn opsluiting aldaar, 't Was in October 1899 tijdens het be» leg van Puerto Cabbello, dat door generaal Paredes ridderlijk verde» digd werd. Hij had van president Anerade het commando ontvangen aan niemand anders dan aan Andrade wilde hij het teruggeven. Met helden» moed en groot beleid, zooals Hol» landsche marine officieren mij ver» zekerden, verdedigde hij de plaats H^t Hollandsche eskader lag voor Porto Cabbelo. De «De Ruyter", de »Somme!sdijk" en de «Suriname" namen de Hollanders, die zulks wenschten, op en zonden ambulancen aan land om hulp aan de talrijke gewonden te verleenen. Aan Paredes werd aangeboden op een onzer schepen over te gaan. Tot zes uur 's avonds werd hem de tijd daartoe gelaten. Hij liet den tijd echter voorbijgaan en toen hij des nachts verzocht om opgenomen te worden, was bette laat. Zoo viel hij in de handen van Castro en werd naar Caracas ge» bracht en van daar naar San Carlos waaruit hij eerst ontslagen werd toen in 1903 de Mogendheden geza» men lijk tegen Castro gingen optre» den. De beschrijving, die hij van het fort geeft, iokt niet uit tot kennismaking, 't Is een oud, Spaansch kasteel, gebouwd aan den ingang der baai van Maracaibo. Het beheerscht den ingang geheel, zoodat geen bootje kan passeeren zonder onder het geschut van het fort te komen. De muren zijn ontzaglijk dik en worden door het water der zee be- spoeld. In die dikke muren zijn aan den binnenkant bogen. Nu 't zijn die bogen, die den politieken gevange nen tot verblijf dienen. Het vertrek onder zulk een boog is4a5 meter lang en even breed, terwijl de hoog ste hoogte 2 a 3 meter bedraagt, Vochtig zijn die krochten in hooge mate. In zulk een krocht, afgesloten door een traliepoort, die toegang geeft tol een binnenplaats, worden de gevangenen met zessen, zevenen of achten opgesloten. Die waar generaal Parades ver bleef, was zoo vochtig en vunzig, dat de matten, waarop de gevangenen moesten slapen, in een minimum van tijd verrot waren on in stukken vielen. Overdag kon men op de binnen plaats zitten of staan: doch daar San Carlo's in de tropen ligt, waren er maar enkele uren van den dag, dat men een weinig schaduw had. Tegen don middag, als de zon loodrecht genoodzaakt zich in het vunzige ho in veiligheid te brengen. 't Ergste was het des nachts. Des avonds te zes uur werden de gevangenen in de krocht opgesloten. Dan was er niet de minste ventilatie in h. t hok, waar zooveel menschen, waaronder grijs aards en zieken, hoestten, zweetten enz. enz. De zware boeien, die aan de voeten het rustige liggen belem merden, verjoegen ree. s den slaap maar meer nog het onophoudelijk roepen der talrijke schildwachten die elkaar uit den slaap moesten houden door steeds herhaald lellen, en boven het bruisen der zee uit elkander toeriepen Ren twee drie en zoo verder. Eens kon generaal Parades het niet langer volhouden en maakte zich met behulp van papier, stijfsel en een bezemsteel een soort olifants» tromp. Hij legde zich bij de tralie» poort en stak de romp naar buiten en trachtte zoo eeu weinig versche lucht machtig te worden. Eoch wijl het toestel veel geleek op een helsche machine, werd het volgenden dag bij de inspectie mee ionomen en vernietigd. Eenmaal werd aan generaal Pa» rades gedurende 35 dagen verboden buiten het vunzige hok te korren. Weer lag er een te sterven. Hij vroeg een priester. Er was er een onder'de gevangenen, een eer» biedwaardig grijsaard, wiens eeDige misdaad was, zich onvoorzichtig over Castro te hebben uitgelaten. Hij werd geroepen; maar moest om den zieke te bereiken een touw aan de zware ketenen binden, waarin zijn enkels gevat waren; zoo met de touw zijne ketenen oplichtende, kon hij langzaam gaan en in die houding diende hij den zieke de H.H. Sac ra menten der biecht en des H. Oliesels toe. Intusschen werd de zieke niet van zijne ketenen ontdaan, en stierf kort daarna beladen met zijn ijzers. Tot in de verst verwijderde krocb» ten drong het geschrei van den broeder des overledenen, die hemel en aarde tot getuige riep. dat zijn broer het niet verdiend had, aldus na doze correspondentie in handen verontwaardigd. - Zou] iets andera dan kreeg een Br°°t®. wilde beer in etaat «jjB, me De diepste en donkerste krocht jOUCl0 en rheumal'ek en belachelijkheid te zou niet diep en donker genoeg zijn doen trotseeren, in dit... eh... ellendige kostuum Ik hoorde een soort gegrinnik. Neen zeker niet, oom Richard I zei een andere stem toen. Maar... eb... zou u niet u wat gaan aankleeden U kon kou vatten, en... Annie kan elk oogenhlik komen. J Dat zal ik doen, Walter, zei de booze stem styf. Maar ik zal niet licht Op een morgen werd ik wakker,., terwijl m'n meesters nog sliepen en ik I f8 re aan ,me e8evoe' *®rgeten. ontdekte tot myn onuitsprekelyke vreugde stapte 'nuijden tuin binnen, eo zag dat ik met mijn snuit de deur van den I 80 e6n paar8tr°lken jonge» stal, waarin we geslapen hadden, kon|Kan.0p 8 grasve zitten, terwjjl ten openduwen. Ik was wel gemuilkorfd,!,'^ 6 ..\8 lau*e r"g in huis verdween, maar de zon scheen warm, 't duinzand}. VaQ en'onSen raan beviel me, was aangenaam om in te rollen, en een I '°e* 'iy V00r m0lnent beel vreemd goed deel van myn raoigen had ik reeds 'en '°noe vruuw kwam no t hui» op de prettigste wijze doorgebracht, toen ik eensklaps op 't strand een kleine witte tent ootdekte. Er was niemand in de buurt, en in bedacht dat die tent een schuilplaats was voor het geval Walter 1 riep ze „Wat doe je Ik lach, Annie, zei hy. zwak. Heb je oom gezien Ja... Wat is hem overkomen? myn bazen Henri en Charles me zochten. I°"'moe'fe een heer ia zijn Rovftndiftn ftftt Ar misschifln ppf.wflsr in I "en Zei ®MIf 6ü verteld® Bovendien zat er misschien eetwaar in met wat geduld en volharding kun je zelfs door een muilkorf heen eten. Vlak bij 't strand sprong een groot helblauw zeedier in het water rond het leek me een zeevarken van een bizondere soort, maar ik lette er verder weinig op. Als ik honger heb, voel ik niet veel voor nattruriyke historie; De tent was leeg, maar er lagen een hoop kleeren in en daar hoven op, o vreugde een papieren zak mei Annie, ik sympathiek, alles wat er gebeurd was. vind dien beer beslist eindigde hij. Dat is niet heel lief, vond Annie. Toch wel, antwoorde de man, die Walter heette ik heb altyd een beer willen hebben als huisdier, en j« weet dat oom Richard me zelfs belet om een hond te houden. Dat is nu toehaal te dwaas, zei Annie. Hy is toch maar onze gaat. koekjes. Ik at die dankbaar en met moeite I, t awe maar ooze ^®SIe gMtvrjj- op, maakte vervolgens van de kleeren een! 161aa em l0r aa'dig don haas sooit rustbed, en strekte ray daarop zeer gemakkelijk uit. I spelen, zei de jonge man droevig, M'n St. Bernard weg, en de aap Net toen ik op 't punt was van lekker ''aaf denpdierentuin. alles omdat oom in te dutten, hoorde ik voetstappen Richard niet vanjdieren houdt... Oroote naderen, en kort daarop kwam iets de tent j 8e,1®de, daar komt zijn beer Ik wandelde bedaard op hen af. Ik vond die menschen aardig. Die jonge binnen. Het drong niet duidelijk tot me door,. - - dat het iets roenschelijks was. 't Was.het J,Dan. 8 8 y ,66n w'"en hebben, groote, helblauwe zeevarken, dat ik gezien had, en in 't eerst wist ik niet, of 't soms een gevaarlijk dier was en bromde dus en ik had een huis soodig. Op een paar meters afstand van hen hield ik stil, en begon toen plotseling maar voor alle zekerheid. Spoedig echter myn gebeele «pertoira kunsdjes te 'vertoonen. ontdekte ik mijn dwaling. Het was een mensch, een heel dik, roodharig, oudachtig mensch, dat heelemaal droop, en gekleed was in een nauwsluitend, helblauw pak. Het was een beslist verrassend gezicht. Nu weet ik. dat hij gebaad had. een gewoonte die Henri en Charles beschouwen 't Is een snoes, constateerde Annié. 't Is een rakker, vond Walter. Waar zou hy vandaan komen, en aan wie zou hy toebehooren Helaas, deze vraag werd onmiddellyk beantwoord. Ik sidderde hy het hooren is gevaarlijk voor de teere, me.ischelyke Pr0fa"e P*w,,a,w als een misdadiger met boeien be» laden te steiven. Zoo zou ik nog menig staaltje u t het boek van Generaal Paredes kunnen aanhalen, dat eenvoudigweg ongelooflijk schijnt. Menig Hol» landsch lezer zal misschien glim» lachen en zeggen »Ocli, die man overdrijft, om Castro too zwart mogelijk te maken". Stond Paredes alleen men zou gelijk kunnen hebben. Doch schrijver dezes heeft menig ooggetuige go» sproken, die de boeien der gevange nen gezien, hunne krochten bezocht, hun lijden aanschouwd heeft en zij gebruiken nog zwarter kleuren dan Paredes, die wel een vechtgeneraal maar tegelijk een stoicijnsche wijs» geer was en zich liefst zoo onge» voelig mogelijk toonde, vooral wat men hem aandeed. Ai mij, zoo generaal Castro mij Ik denk, dal hy me dertig seconden aanstaarde. toen slaakte hy een krei-t en viel de tent uit. Zöó woest miste hy del opening, dat de middelste paal met al de rest van de zeilen en touwen op my neer kwam. Ik vocht twee minuten verwoed en daar verschenen Henri en Charles. De jonge man rasn-kte gauw een einde aan hun verontwaardiging. Twee vragen, zei hij. Is die beef betrouwbaar als hij goed behandeld wordt! Hemi knikte fel van ja. Mais oui, monsieur I zei hy, eo ik hoorde hetn voor het eerst in m'n Mijn eerste gevoel van boosheid tegen-1 „"J1® "T"' over het dikke, natte mensch verdween echter spoedig, en ik kreeg medelijden met hem. De stumper was naar de duinen geloopen, maar had zich op het laatste. oogenhlik bedacht, dat hij eigenlijk niet ®,e"1 861 U» Mooi 1 zei de man Walter. E» au Is hy te koop Henri schudde waardig zyn hoofd. Deze Brain is ons dierbaar, mos- en zyn waarde is aiet gekleed was voor een wandeling ou den I ^ePa^en* r 1 Jawel, viel Walter iB de rede maar nu zonder nonsens hoeveel moetje voor hem hebben. publieken weg. Menschen hebben nu eenmaal de gekste begrippen omtrent kleeding. Die exemplaar raapte nu handen, Hen» en Charles spraken samen, en vol droog zeewier op, en drapeerde die j i.i noemden toen een prys, driemaal zoo ornat.st.ek over zyn nauwsluitend pa«t,e. groot alg dieQ p Hy zag er zoo eigenaardig uit, toen hy 5etaaId hadden en na tien ,lijnut0D ViB klaar was.—zyn gezicht leende zich niet over en weer praten, waarin ik doods- voor de maskerade, dat mijn hart begon angsten uitstond, betaalde Walter hen te oioeden, en ik liep snel op hem af. met en verlieten zy. na een zeer kort en 't idee l.era mijn spyt te betuigen. aandoenlyk afscheid van my. den tuin. Ik merkte echter, dat hy me niet graag Ach, het heerlijke gevoel, dat ze nu geeu zag komen, want hy verdween hals over macht meer over me hadden 1 Maar m^jn kop in de duinen. Nu heb ik een buiten- zalige overdenkingen werden gestoord gewoon volhardende natuur, en dus volgde door een uitroep, ik hem gedeeltelijk door myn reuk, en Hemel dat vreeselyke beest heeft me gedeeltelijk door afgevallen zeewier geleid, vervolgd tot by een open tuindeur en hier hoorde ik stemmen. i verscheen in de deur. Denk je dat ik jok? klonk 't heel' WV hete.-kent dit W» Oom Richard, nu behoorlyk gekleed. il r PËÊL EN MAAS I nOOn fmlnannAn n J1 L .11 ■- D I Ik atnnt.o 'nnlMan k:.... vinuonio ivi uiiiii onui oui oivonj nv I Kiehorn n i o* n n A iL... AA i VOli KU V HUI lil n UIOI VII UZUUitiV U UB I I an Hnnv> i'Cionlinnnn J nik<ri r, P iI natuur. om vry te komen. rorg

Peel en Maas | 1908 | | pagina 1