T@@ï Uitgever n omstr Munckhof, Venray. Werkloosheid. Zaterdag1 3 October 19QS. £9ste .Jaargang No, 41. Mengelwerk. Wraak is zoet. Een betere Ongevallenwet voor den Landbouw. Abonnementsprijs per kwartaal voor Venray 50 c. franco per post 65 e. voor het buitenland by vooruitbetaling 85 c. afzonderlijke nummers Prijs der Advertentiën: van 1 4 elke regel meer letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiën, 3maal geplaatst worden 2maal berekend. 20 c. 5 c. het uog Ofschoon nog midden in seizoen, aldus »de Aannemer", midden in dat gedeelte des jaars, waarin de Bouwbedrijven zich door leven en beweging kenmerken, zien wij om ons heen een schier onge kende stilte en een rust, die ons herinnert aan de enkele weken in den meest strengen winter. De malaise in de bouwnijverheid ten vorige jare duidelijk merkbaar ontstaan, die in den afgeloopen winter klom, in het voorjaar scheen te wijken, om spoedig weer te voorschijn te treden, hield aan, neemt hand over hand toe, en doet velen met angst den winter tegemoet gaan. Welk een winter dit voor hen zijn zal, laat zich indenken. De ellende, die de werkloosheid bracht en straks brengen zal, is groot. Deswege klimt in menig gezin nu al reedes de zorg. Neen. wij zien die niet voorbit in den krir.g van den werkgever En wij sluiten het oog niet voor het feit, dat menig patroon, die in de laatste jaren er naar streefde om, trots de concurrentie, aan zijn bedrijf hechter grondslag te geven en in zijn bedrijf wat perspectief te geven, gedupeerd door werkloosheid, zijn hoop in rook ziet opgaan en wien de toekomst somber tegen- blinkt. In zulke tijden blijft niet bij allen den moed erin, het vertrouwen zinkt bij velen en verbrijzelt den weerstand. Niet allen voelen zich in zulke tijden gesteund door geloof in de toekomst. Maar hooger klimt de nood in het gezin van den werkman. De malaise der laatste jaren, de dikwijls afgebroken werkperiode, gaf een resultaat in doorsnede beneden hetgeen noodig was. Van o\erleggen kon geen sprake zijn, aan hechten grondslag of basis kou niet gedacht zelfs, hier gaan derhalve werkloos heid en ontbering hand in hand. En stelt men zich uitsluitend op materiali8tich standpunt, dan zijn straks de velden wit om te oogsten voor hen die politiek materiaal zoeken, dan stijgt de ontevredenheid, en ontstaat een bodem, waarop anarchisme en socialisme welig bloeien. Dan toont het blad aan, hoe de algemeene werkloosheid niet van localen aard is, doch zich zelfs als een internationaal verschijnsel voor doet. Daarvoor zijn allerlei oorzaken. Maar men kar. toch niet tegen spreken, dat in ons land het aller meest de slapte zich voordoet in die bedrijven, waarover in de laatste jaren een autocratische macht zich deed gelden. Het blad gaat verder krachtig te keer tegen de «overdreven" bouw- veiordeningen, vooral te Amsterdam maar ook elders hier en daar ge volgd! Er wordt nu hier en daar verzeke ring tegen werkloosheid ingevoerd. Maar, zegt «De Aannemer" De beste bestrijding der werkloos heid is de industrie te ontlasten van hetgeen haar door overdreven eischen teneerdrukt. De beste bestrijding is werk. En het werk zal er komen voor zooveel het bouwbedrijf aangaat, wanneer men inziet te ver te zijn gegaan wanneer men de bouwver ordeningen terugbrengt tot het stellen van mindere eischen, een einde maakt aan bureaucratische toepassing en machtsfanatismeen aan een streven om zuke groote maatschappelijke belangen op te offeren aan persoon lijke overwegingen. Er is moed voor noodig. Wie nog rekent met het algemeen belang, wie niet mee hard vooruit loopt, geldt voor bekrompen en klein. Groot is hij alleen die speelt met verantwoor delijkheid en zich om anderen niet bekommert. De brutaliteit wint het van den ernst. Maar dat dit verande ren moet is klaar als de dag. De nood stijgt. Voorziening moet getroffen. Wam werkloosheid en ontbering gaan hand en hand. En de verantwoordelijkheid voor die ontbering, dient toch eenmaal door te dringen. laatsten tijd stemmer opgaan, en luide stemmen, om hel systeem zelf veranderd te krijgen. De samenkqppelin;,' van de ongevallenverzekering nan de Rijks verzekering is een der grootste grieven. Men moet, zooveel doenlijk, aan de particuliere verze veringen de uitvoering laten. Maar onder controle 'an den Staat En deze contróle met zöö gere» geld zijn, dat de arbeider, wien een ongeval overkomt, stee ls de schade» vergoeding ontvangt waarop hij recht heeft. Dat moet de eerste en voornaam» ste voorwaarde blijven. Dan echter ook weg met al den onnoodigen en duren rompslomp, die de tegenwoordige ongevallenwet van 1901 zoo onsympathiek maakt. verzekerd, en zou de landbouwer van veel ongemakken en onkosten worden bevrijd. Maar -in ieder geval wordt het eindelijk tijd, dat er voortgewerkt wordt en den landarbeider niet onthouden worde, wat zijn collega in de industrie sinds verschillende jaren geniet. Het is treurig, dat zoolang moet gewacht worden, alvorens de arbei ders in den landbouw tegen oogeval- len zijn verzekerd. De industrie-arbeiders zijn reeds meerdere jaren verzekerd bij de Ongevallenwet van 1901. En bij de behandeling dezer wet werd reeds toezegging gedaan, dat deze weldra zou uitgebreid worden tot den landbouw. Wij schrijven 1908, en nog is de andbouw verzekering geen feit. Aan dit uitstel, hoe te betreuren ook, is althans één voordeel verbon den. En het is, dat men zijn voordeel kan doen met de ondervinding, opge daan met de ongevallenwet voor de industrie-arbeiders. De ondervinding leert dat het systeem in 1901 ingevoerd, te duur en te omslachtig is. Toch is ditzelfde systeem ook Landbouw- 1905 werd voorgesteld voor de ongevallenwet, die in ingediend. Zelfs werd de verzekeringsplicht uitgestrekt tot de hoofden van kleine bedrijven, tot hunne vrouwen en kinderen. Wel werd de inrichting der land- bouwverzekering gemakkelijker ge maakt, doordat het lastige bijhouden van loonlijsten niet werd voor geschreven, maar het systeem bleef toch hetzelfde als van de industrie verzekering. Geen wonder, dat er vooral den Het ware dus het L ste, dal een nieuw systeem voor cL "allen* wet in den Laudbouv oge» voerd. H ec t, rraacuttfc stelt vour, net Belgische te aanvaarden. Natuurlijk enkel het systeem van verzekering. Want dat een arbeider, die toe» valligerwijze werkt bij een land» bouwer die maar één of twee knechten houdt, niet verzekerd is, en het wel wordt, als hij bij een landbouwer werkt, die er drie of meer op na houdt, dat achten wij een onbillijkheid, waarvoor men in ons land niet zou te vinden zijn. Als beginselen eener nieuwe wet van ongevalverzekering bij den landbouw stelt het Landbouwcomité voor 1. De wet legge den werkgevers slechts den plicht op, om hunne werknemers te verzekeren tegen de geideiijke gevolgen van ongevallen, hun in of door het bedrijf overkomen. 2. De regeling en uitvoering dier verzekering worde onder controle van den Staat aan de verzekerings» plicütigen overgelaten. 3. Deze contróle omvatte een toezicht, zoowel op de richtige uit» voering en naleving van de wet, als op de soliditeit van de door het particulier initiatief in het leven geroepen verzekeringsinstellingen. 4. De kosten dezer contróle zullen evenais die van elke andere soortgelijke controle, door de over» heid behooren te worden gedragen. 5. Verder vervange men den in het ontwerp aan sommige categorieën van hoofden van khine bedrijven opgeiegden dwang tot verzekering van zich zelf, hunne vrouw en in het bedrijf werkzaam zijnde kinderen, door het geven van eenee zeer gemakkelijke gelegenheid tot verze» kering. Als men deze beginselen in een nieuw wetsontwerp belichaamde, zou daardoor de arbeider evengoed zijn Joe Mac Brien e» Jack Ringston waren eerzame varkenskooplui in de zwynenstad Cincinati, ook wel procopolis genoemd. Elk voor zich was 'n zeer gemoedelijk man, maar ze konden elkaar niet zetten en wer- den woest als ze aiekander maar ontmoet ten. Joe was een kort, dik manneke, Jack buitengewoon lang en zoo mager als een talhout. Op zekeren dag had Joe op de varkensbeurs verteld, dat Jack een mooie betrekking in staatsdienst had gekregen, hij was aangesteld om eiken avond de maan op te poetsen, dat .kon hij wel zonder dat hij meer op zijn teenen behoefde te gaan staan. De heele beurs nam Jack hiermee in <fe maling en deze, zeer goed voëfena' uit welken de wind woei, nam zich voor het Joe geducht betaald te zetten. Den volgenden dag kreeg hij daar al de gelegenheid voor. Terwijl hij op deu tram stond te wach ten. kwam daar de dikke Joe aanstappen die ook mee moest. Joe ging binnen in zitten, haalde de courant uit den zak en vlijde zich in een makkelijk hoekje neer, waar hij begon te lezen, zonder eenig notitie te nemen van Jack, die op het balkon bleef staan. Toen de conducteur her geld kwam op halen, zeide Jack tegen hem. Voor mij en voor den dikken heer die daar in den hoek zijn courant zit te lezen. Hij gaf den conducteur 50 cent en toen deze er hem 30 teruggeven wilde, ging nij voort: 't Is goed zoo, maar luister eens conducteur. De dikke heer is mijn oom en by is 'n beetje ja, hoe zal ik je dat zeggen 'n beetje wonderlijk. De conducteur trok een medelydend ge zicht en wees op zijn voorhoofd. Begrepen, hernam Jack. O hij is niet kwaadaardig, maar men moei toch voorzichtig met hem zijn, geen notitie van hem nemen. Hij zal u straks wel willen betalen, maar dan doet gij maar of ge het niet bemerkt en bij het hoofdbureau van politie moet hij er uit, verstaat ge, hij moet of bij wil of niet. In orde, mijnheer. De tramconducteur ging naar binnen en haalde ook daar geld op. Joe, stak zonder van zijn courant op te kijken, zijn hand met een lOcentssluk uit, maar de conducteur ging hem voorbij »l«of hij hem niet zag. Hé conducteur riep hij juist toen deze den wagen weer verliet. De conducteur deed de deur weer open en keek naar binnen, maar toen Joe zijn band met het geldstuk ophief, schoof by dadelijk de deur weer dicht en ging op het balkon slaan, met den rug tegen Je ruit van den wagen geleund. Wat heb ik nu aan de hand, bromde Joe, wil die keiel mjjn geld niet hebben Hij tikte met het geldstuk tegen de ruit. De conducteur schoof weer de deur open en voegde hem norsch toe: Ik verzoek u, mijnheer, de passagiers niet te hinderen. Ik hinder geen mensch I riep Joe kwaad ik wil alleen betalen. De conducteur schoof hem de deur voor zyn neus dicht. Wel almachtig, heb ik ooit zoo'n idioot gezien schreeuwde Joe. Steek uw geld weer in uw zak, myn heer. zei een medereiziger, dat is 10 cent extra winst Denkt ge dat ik een fooi aanneem van een tramconducteur snauwde Joe hem toe. Ik wil betalen wat ik schuldig ben en daarmee uit. En weer bombardeerde Joe tegen de ruit dat het glas rinkelde. Mijnheer, hernam de conducteur, die weer de deur open schoof, op dreigenden toon, voor de laatste maal verzoek ik u, uw gemak te houden. Neem dan voor den duivel mijn geld aan Wel ja, conducteur neem het geld van dien heer toch aan 1 zeiden andere pas sagiers. Ik doe het niet, er is voor dien heer al betaald. Wie heeft voor my betaald 1 Niemand behoeft voor mij te betalen. De conducteur legde gemoedelijk zijn hand op den schouder van Joe en zei. Laat u nu raden en blijf kalm. Joe gaf hem een stomp en de passagiers begonnen partij voor hem te trekkeD, maar de conducteur fluisterde een hunner iets in het oor, terwijl hij op zyn voorhoofd wees. O zei de passagier en fluisterde nu met ziju buurman en deze weer met den zijne. Zoo ging het nieuws den wagen rond en allen stonden nu aan de zijde van den conducteur. Wees maar stil, zei de conducteur weer tegen Joe, gij zijt dadelijk waar ge wezen moet. Joe keek hem met groote oogen aan. Waar ik wezen moet Wat hebt gij daarmee te maken I Kalm toch, mynheer zei de passagier naast Joe, gij maakt er uw toestand nog maar erger mee. Daar stopte de wagen. Hoofdbureau van politie 1 riep de conducteur. En zich tot Joe wendend vervolgde hij op bevendeu toon Uitstappen, mijnheer. Geen denken aan riep Joe. Ik moet niet op het politiebureau wezen. Ik wil betalen en verder rijden. Uitstappen herhaalde de conduc teur dreigend. Ja, toe, mijnheer, stap hier nu uit, heusch smeekten de passagiers. Hel en duivel brulde Joe, zit de heele wagen hier dan vol met gekken Nauwelijks had hij dat laatste woord gesproken, of wel tien handen grepen hem aan en in een minimum van tyd was Joe buiten deu wagen gezet en over genomen door twee politieagenten, die hem, zonder op zijn tegenstribbelen te letten, het bureau binnen brachten, ter wijl de tram voortreed, met den glunder lachenden langen Jack op het balkon. («een slecht baantje. Bij de laatstelyk gehouden algemeene vergadering van de -London Mendicity Society"was men byna algemeen van oor deeldat bedelaars gemiddeld meer verdienen dan arbeiders," Zoo was uit een politierapport gebleken dat de meeste bedelaars zelfs vrij veel bij zich hadden. Bij enkelen vond men soms bedragen van 30 a 50 gulden. Ter typeeriog van het leveu van een bekend Londen8ch bedelaar, geven wij een blaadje uit zyn dagboek. Om half 9 's morgens eerste ontbyt, bestaande uit thee, melk, brood, vleesch of visch. Negen uur gemoedelyk een pijp rooken en de krant lezen. Eén been opbindeD, om in den lamme te motamorphoseeren. Voet omzwachtelen. Half tien 't werk begonnen. Tien uur begin van 't werk. Ontvang twee stuivers, strompel dan verder. Twaalf uur 's middags bij twee straat- PËËL 6 o. MAAS

Peel en Maas | 1908 | | pagina 1