Weekblad voor VEISAY UitgeverW. A. Munckhof, Venray. Het Arbeidscontract. Landverhuizing. Een vreeselijk gevecht. Zaterdag* 24 Augustus 10O7. :38ste Jaargang. No. 34. Mengelwerk. Abonnementsprijs per kwartaal voor Vbnray 50 c. franco per post 65 c. voor het buitenland bij vooruitbetaling 85 c. afzonderlyko nummers 6 c. Prijs der Advertentiën: van 1 4 regels elke regel meer letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiën, 3maal geplaatst worden 2maal berekend. 20 c. 5 c. 1. r- Nu in de Eerste Kamer 't A beidscontract voor goed zijn beslag heeft gekregen, zullen enkele naile- ré beschouwingen den lezer zeker aangenaam zijfl. Wij zullen deze in eenige num uiers samenrapen uit de Gr. Ct. waarin wij een duidelijk overzicht vinden in zeer beknopten vorm. De arbeidsovereenkomst te regelen dat is het doel van dit wetsont werp. De arbeidsovereenkomst dat is de verbintenis, waarbij de arbeider zich vei bindt om in dienst vaneen ander (den werkgever,) gedurende zekeren tijd tegen een bepaald loon arbeid te verrichten. Tegen loon want zonder loons^ vergoeding bestaat geen arbeidscon ti act, en zijn de bepalingen van di ontw erp niet toepasselijk. Zooals men uit de omschrijving duidelijk zal begrijpen, zijn ook de gewone dienstboden, die in huis wonen, onder deze wet begrepen i De heer De Savomin Lohraan heeft in de Tweede Kamer nog ge» poogci, bij wijze van proef en omdat de verhouding tot het gezin waar zij inwonen iets buitengewoons ja deze huisdienstboden uitgezonderd te krijgen. Maar zijn amendement werd met 46 tegen 1.' Stemmen verworpen. Alle arbeiders, van allerlei soor vallen nu dus onder 't arbeidscon tract En die verbintenis tusschen werkgevers en arbeiders zal zoowel schriftelijk als mondeling kunnen worden aangegaan. Is zij bij ge schrifte opgemaakt, dan zijn de kosten der akto en onkosten ten laste van don werkgever. Wij willen nu eerst eens nagaan, welke verplichtingen de werkgever door deze wet weer krijgt. Natuurlijk moet hij den arbeider op den bepaaldeu tijd zijn loon uit- keeren. Dit loon mag voor arbeiders die niet inwonend zijn bij den werkgever, niet anders worden Vastgesteld dan in: I geld, II voedsel dat genuttigd wordt ter plaatse, waar het wordt verstrekt, en ver lichting- of verwarmingsartikelen, die gebruikt worden ter plaatse, waar ze worden gegeven, III klee» ding, in dienst te dragen, IV een bepaalde hoeveelheid der voort brengselen van het bedrijf, waarin het loon wordt verdiend, of van de grond-en hulpstoffen in dat bedrijf gebruikt, doch alleen voor zoover deze behooron tot de eerste levensbehoeften of in het bedrijf worden gebruikt, terwijl alle al coholhoudenden drank streng wordt uitgesloten, V 't gebruik van een stuk grond of een woning, of'tge» bruik van werktuigen en 't onder houd ervan, VI bepaalde werkzaam heden, door of vanwege den werkgever voor den arbeider te verrichten, en VII onderricht. Iels anders dan wat in deze 7 puntjes is opgesteld, mag geen onderdeel van het loon uitmaken. Zoo ja, dan is dit onwettig. In de Tweede Kamer waren er leden, die wezen op 't kellnersvak. Daar werd o. a. de aandacht geves tigd op kellners, die alleen in de fooien hun belooning vinden, en geen betaling krijgen, ook geen loon genieten in den vorm van voedsel. We weten niet, of er veel zijn, die dit laatste geheel missen zijn zeer, dan vallen ze niet onder 't arbeids contract, dat staat vast. Het is hier de plaats, tevens wat Ie zeggen van de gedwongen win» keinering. Deze is door den wetgever uit drukkelijk ongeoorloofd verklaard. I)e ai beidsovereankomst mag niet bepalen, dat het loon op de een of andere vooraf bepaalde wijze moet worden besteed, dan alleen in deze twee geva'len le. bij deelneming van een ar beider in een ziektefonds, dat dan nog voldoen moet aan nader vast te stellen eischen, 2e. hij eene ver bintenis van minderjarige arbeiders, w aarbij een deel van 't loon wordt vastgezet in de Rijkspostspaarbank of in een opzettelijk gesticht spaar fonds. Pp de vaststelling en uitbetaling van loon kunnen nog o,m. van in vloed zijn de boeten, die door den werkgever den arbeider kunnen worden opgelegd. Zeer belangrijk zijn de bepalingen hierover, en de Kamer heeft er lang en breed over gepraat. We willen in algemeene trekken even de regeling schetsen, die is aangenomen. Boete mag slechts worden opge legd bij overtreding van bepaald aangeduide voorschriften van een reglement, terwijl het bedrag van elke boete in dat reglement moet zijn voorgeschreven, Voorts zal, als bij do overeen komst reeds boete is bedongen, die overeenkomst schriftelijk moeten zijn aangegaan. De boete mag nooit, noch middelijk, noch onmiddellijk in den zak van den werkgever terecht komen, noch in den zak van hem die de bevoegdheid heeft de boete op te leggen. In de overeenkomst of het regie» ment moet dus de bestemming der loetgelden nauwkeurig worden aan gegeven. Ook is er in de wet over het be drag van de boete een zeer scherpe oepaling opgenomen Binnen een week mag geen hooger bedrag aan gezamenlijke boeten worden opge» egd, dan 't loon van den arbeider voor een dag bedraagt. Deze laatste regeling in zake de boeten geldt echter alleen voor de aroeiders, wier in geld vastgesteld oon meer dan f 4 per dag bedraagt. Als gevolg van do ellenlange dis cussie in de Tweede Kamer over deze boete bepalingen gevoerd, is ook be» >aald, dat b.v. 't geven van schade vergoedingen enz. onder de bepa» ingen betreffende boeten zullen be grepen zijn. Deze nieuw ingevoegde zinsnede is niet duidelijk j De moeste commen tatoren van de nieuwe we:, meenen, dat de werkgever voortaan bij het opnemen van bepalingen in reglement of overeenkomst omtrent vergoeding van schade (b.v. hei broken van ruiten) de voorschriften omtrent de boeten zal moeten in acht nemen. In een tweede artikel zuilen we verschillende bijzondere regelingen bespreken en wat er nog meer van den werkgever wordt gevorderd, door deze wet, om dan in een laatste artikel de verplichtingen van den arbeider te behandelen en enkele losse zaken, die nog afzonderlijke op« merking verdienen. Do wet op de landverhuizing in de Vereen. Staten van Noord Amerika, die met 1 Juli jl. in werking is ge treden, is buitengewoon streng niet alleen, maar geeft aan agf eten van stoomvaartmaatschappijen wat te doen. In de eerste plaats moet door elk persoon, man, vrouw, kind, tot zelfs zuigeling, die in New York aankomt, 4 dollar -hoofdbelasting" (head (ax) worden betaald. Deze belasting moet betaald worden tegelijkertijd met het koopen van de reiskaarten. Ten tweede: Aan elk reisbiljet van uit Amerika naar het buitenland moet een biliet gehecht worden, hel doet er niet toe of de passagier eerste tweede of derde klas reist, van den volgenden inhoud Volle naam, ouderdom, geslacht, vak of bezigheid, waar geboren, ras laatste woonplaats in de Ver. Staten waar de laatste vaste woonplaats is geweest, in wat land men zich in het vervolg voor vast denkt te vestigen. De datum wanneer hij of zij de laatste maal in de Ver. Staten is aan gekomen. Dan of hij reeds Amerikaansch burger is. Dit laatste moet door den reiziger bewezen worden voor den agent, 'van wien hij de reiskaart koopt. Men ziet dus dat er heel wat aan verbonden is als men een reisje over den Oceaan wil maken. Het bureau voor landverhuizing te Washington heeft aan der gouver neurs der verschillende staten eenige vragen gericht. Het doel is om de .andverhuizers doelmatiger te plaat» sen dan tot dusverre gedaan werd. De voornaamste vragen, welke den gouverneurs zijn gesteld, zijn deze Waar is de vraag voor werklieden het meest dringend Welk soort van arbeid is benoo» igd. Zijn er nederzetters op het land ..oodig Aan welke nationaliteiten of rassen geeft men de voorkeur Biedt uw staat of territory voor- deelen aan nederzetters op het lar.c aan Alle emigratie records in de geschiedenis des lands werden ge broken door het totaal van het dienstjaar 1907, op 30 Juni ge eindigd. Het totaal emigranten in Amerika geland gedurende het jaar was 1,285,439 tegen 1,100,735 geland in het dienstjaar van 1906. De vermeerdering gedurende net vorige jaar was omstreeks 8 percent over het grootste aantal emigranten tot dusver in een enkel jaar immer in Amerika aangekomen. Van het totaal aangekomenen gedurende de laatste 6 maanden waren 132,185 Russen Geen etiköfë ro%Cïlf"had (t* nehoot^'L rost, en al was mijn eigen lot slecht ge noeg. het werd inderdaad ondragelijk gemaakt door de wanhopige kreten en lamentaties van mijn armen trouwen gezel. Op den derden dag bereikten wij een aanzienlijk dorp. waar we werden binnengeleid op een open plaats, door eenige bananen omheind, waar twee of drie ellendige hutten aan den kant stonden Het was het marktplein. Wy worden in een hut gestooten en aan csn der pal vastgeknoopt. Na die vermoeiende mar- schen, geleek mij den grond in deze lage hut een zacht veeren bed. waarop ik eens zou kunnen slapen maar er was geen kans om maar eén halve minuut in te dommelen, want zoowel by nacht als bij dag, was er een oorverdoovend geschreeuw en lawaai in myn onraiddelijke nabijheid. Het scheen mij toe, dat de inboorlingen iets aan het bouwen waren, wat ik van uit mijn hut niet kon zien. Eindelijk op den derden dag werd ik des morgens uitgeleid en zag ik een groote afsluiting, waar in het midden een platvorm was aangebracht, genoegzaam boven alles uitstekend, om toeschouwers in staat te stellen, te zien, wat er voorviel. Ik zeff mocht op een oude mierenhoop plaats nemen. Een groote troep negers was reeds aanwezig en toen een muziekkorps met hun lawaai begon, kreeg ik een liauw idee van wat men met mij beginnen zou. Een oogenblik daarna kwam een zwaard drager en daarna volgde de chef zelf. Ondanks mijn ellendigen toestand barstte ik in een luid gelach uit. zoo fantastisch had de man zich toegetakeld. Hij had een ouden hoogen zijden hoed op, en de jas van een lakei over een vuurrood hemd aangetrokken. Daarbij droeg hij een afgedragen ge streept linnen broek, waarvan de pijpen hem voor de helft te kort waren. Hij nam het zwaard van den drager, klom op de tribune, zette zich neer op een laag stoeltje en riep met een grijn- zenden lach Witte man jacht maken op gorilla, gorilla zien, witte man dooden gorilla. Ik kreeg plotseling een onbestemd angstgevoel als bij een naderend onbe kond gevaar. Dadelijk verscheen aan het eene einde een groote troep negers, die in hun midden iets voortsleepten, dat mij met schrik vervulde. Men duwde het in de omheining, die zich terstond weer sloot en nu zag ik, dat het een buitengewoon groote gorilla was j een akelig ondier, brommend en grijnzend en slaande met vreeselijke klauwen. Hij stond daar hygend en zyn vooruit tekende borst, besmeurd met vlokken schuim, toen andermaal de omheining zich opende en myn armen trouwen Blue Ruiu naar binnen werd geduwd. De kerel riep nog, toen hy mij zag Wat ik gezeg, master, wij gedood Toen kroop hy over den grond van angst. De gorilla zag er vreeselijk bloeddorstig uithij was waarschijnlijk gesard en hongerig. Langzaam keerde hij zich naar Blue Ruin. De chef schaterlachte en ik werd zoo woedend, dat ik mijn polsen bijna brak. m ze van de boeien te bevryden, en naar de geweren te kunnen grijpen, die men tegen een der hutten had neergezet. De paar patronen, die ik in myn vest zak had zitten, zouden hun dienst gedaan hebben In het volgend oogenblik liet de gorilla een schril geluid hooren als van een jankendenliond, was meteen enkelen sprong by Blue Ruin, omarmde hem met zijn vreeselijke klauwen en scheurde hem letterlijk in stukken. Ik keerde myn hoofd af van dat gruwzame tooneel, doch men vatte mij bij de schouders en voor het leven den urmeo Blue Ruin nog ver laten had, werd ik in de arena geduwd en bevond ik mij tegenover het akelige monster. Men had myn handen losgemaakt en de hoofdmau riep grijnzend Witte man jacht maken op gorilla, gorilla niet dooden hem hij gorilla I Ik moest alle krachten inspannen, om myn kalmte te bewaren, toen de aap. met zyn klauwen in de lucht slaande zich andermaal oprichtte. Toen zag ik eerst met welk een groot monsterachtig ondier ik den stryd om Ijet leven moest beginnen. Akelig brullend met wijd opengesperden muil. sprong de gorilla op mij toe. maar ik ontweek zijn van scherpe nagels voor ziene klauwen en wachtte met mijn vuis ten gereed, een tweeden aanval af. Vijf minuten had ik tijd om mijn krachten te herstellen toen wierp het ondier zich met vernieuwde woede op mij en ik bok te mijn vuisten op zijn borst, met zooveel kracht, dat het eenige passen achteruit week. Ik zelf gleed uit in het bloed van mijn aimen Blue Ruin en ik waande my ver loren. De gorilla echter brulde uiet meer. maar huilde van woede of pijn en ik zag een geelvocht uit zijn akeligen muil vloeien Hetzelfde oogenblik werd ik aan de linkerzijde onder de ribben een gezwel gezwaai', als hij iemand die een miltziek te heelt, en een reddende gedachte vloog me door het hoofd. Mijn hart vei stijfde bijna van onbe- schrijfelijken afschuw toen het walgely'k ondier zich voor de derde maal tot de.n aanval gereed maakte. Ik kneep mijn van bloed kleverige han den vast te zaïnen en voor het afschuwe lijke monster op mij toesprong, stootten mijn beide vuisten met volle kracht op ket uitwas onder de ribben. De gorilla wan kelde terug, sloeg met de klauwen in de lucht, een golf bloed sprong uit zijn geopenden muil en met een akeligen kreet viel hij dood aan mijn voeten. De consternatie door zijn onverwachten dood veroorzaakt, was zoo verschrikkelijk dat de negers begonnen te vluchten. Ik verloor geen oogenblik, was met één enkelen sprong op de tribune bij den chef, greep hem by de keel met eene hand. en met de andere zijn eigen zwaard opheffend, kliefde ik hem met een slag den schedel tot aan de kin. Dan rende ik naar mijn geweren en schoot op den negertroep. die dol van angst een uitweg zocht, om in het houtgewas te ontkomen. Zoozeer had de vrees hen aangegrepen, PEEL EN 1... .-U MAAS

Peel en Maas | 1907 | | pagina 1