Sociale Actie en Slaapziekte in Oeganda. De boete na den dood. ZATERDAG 3 JUNI 1905. ZES EN TWINTIGSTE JAARGANG. No. 22. Uitgever W. A. Yax d1ïx Munckhof, Venray. Christelijke Democratie Mengelwerk. MAAS Abonnementsprijs per kwartaal voor Venray 50 c. franco per post 05 c. voor liet buitenland bij vooruitbetaling 85 c. afzonderlijke nummers 6 c. Prijs der A.dvertentiën: van 1 4 regels 20 c. elke regel meer 5 0. letters en vignetten naar plaatsruimte. Ad verten tiën, 3maal geplaatst worden 2maal berekend. ik iu het verleden wij dat er vele vijftig. Slaan wij pan dan conslatearon tnramlHi'ingcn in de laatste jaar hebben plaatsgegrepen. He laatste belft der vorige eeuw vooral bracht een grooten omkeer te weeg, als gevolg der uitvindingen stoom en elect.ricit.eit, waardoor de maohinen door deze gedreven, geweldig zwaar in vele. omstandigheden hebben ingegrepen. Snel wordt er vervaardigd een spanne tijds is slechts noodig om betichten van de andere wereld hier te vernemen. De telegraaf en de tele foon zijn de snelle boden van den legenwoordigen tijd. Vooruitgang op velerlei gebied Doch is do mensch er gelukkiger om geworden Wij stemmen dit niet. onvoorwaar delijk toe. Maar wel is vooruitgang, die ver betering mag heeten en deze heeft ons de christelijke democratie gebracht, hel toenemen nl. det' sociale actie ter verbetering van het lot des werkmans. In do I.amers wouipn sóciaie wetten gemaakt en de groote mannen werken met kracht, daaraan mede. Elke man, die van beteekenis wil zijn, moet democraat, wezen de oude behoudende partij hoeft haren tijd gehad. Bisschoppen on priesters doen als om strijd mede en streven er naar om de leiding veilig op zich te nemen. Do heldere stralen van liet heraelsch licht., dat uitgaat van den troon van St. Petrus, zijn op den werkenden stand neergevallen. Paus Deo XIII z. g. heeft zich root oen bijzondere voorliefde met.de werklieden beziggehouden. Van dezeit Opperpriester zijn vele encyclieken uitgegaan ook die over de christelijke democratie ou wij allen stemmer, in met dn verbetering van het, lot van den werkman Er moot gewerkt worden voor de 1 li 1■islrlijko democratie echter niet voor de sociale, die dn rechten van God voorbijziet. Deze toch wil do wei omkeeron zonder den Schepper. Wij echter willen hot behoud van het eigendom, van het huisgezin en van liet (todsgozag De grondslag van de christelijke democratie is gelogen in de waarheden van den godsdienst. De zoon Gods is op aarde gekomen, om dc menschen wijsheid te leeren. maar ook liefde en gerechtigheid. Daaruit volgt, dat. elke mensch recht heeft op een dragelijk lot, dus ook op vreugde eu passende genoegens. Er zijn er, die zonder God afko men, doch waar hebben zij geleerd, dat de menschen broeders zij n f Van hunne voorouders doch als zij Christus verloochenen, dan verlooche nen zij de bron waaruit ze 't hebben geleerd. Een tredend voorbeeld was de toe stand van 't heider.sch volk vóór de komst van Christus. De maatschappij had oen hoogen trap van beschaving bereikt, en toch was het iot van den werkman droevig hij was slaaf. En waren er dan geen wijsgeeren, die dezen toestand afkeurden yei dool zs[ „i, Neen! zelfs de besten meenden, dat bereikt. die toestand zoo moest zijn. Doch toen Christus was gekomen en Zijne leer te Rome werd gepredikt, toen kwam er eene andere beschaving en dat was het begin der sociale actie, van de christelijke democratie, Wij stemmen daarom in met, haar oorsprong en doel. Wat willen wij bereiken De verheffing van den werkmansstand De arbeiders moeten behoorlijk loon hebben, eu in de vruchten van zijn arbeid niet alleen zijn onderhoud, maar ook geluk en tevredenheid vin den De arbeid is noodig voor de maat schappij, verdienstelijk voor God indien hij geschiedt ter eere van God de arbeid van den werkman is op dit punt evenveel waard als het werk dei- koningen eu ministers die de wetten maken. Wij streven naar verbeteriug voor allen, die huu plicht doeD, maar met behoud dhr wettelijke orde. Er wordt geleden in lagere, er wordt geleden in hoogeie standen. De Christelijke democratie spiegelt den werkman niet voor, dat alle lij den zal «..'den weggenomen, dat de gulden eeuw voor beu zal aanbreken. Neen dat doen de sociaal-demo craten, maar zij bedriegen den werk man. Er zal altijd geleden worden. Dooi den Koning, door don werkman, dooi den Paus. Om bun stand opto heffen, moeten do werklieden doen wat Paus en Bisschoppen verlangen en wat de natuurlijke rede huu aanspoort te doen. «Vereenigt u in bonden en vakvereenigingen", is een raad dien wij de werklieden geven. Zoo wordt aangeraden in tierum Xovantm. Men moet zich vereenigen ter behartiging zijner belangen, niet daarom echter tegen de patroons, en niet in do eerste plaats en altijd om hooger I0011. E&j| werkman moet zich beschermen tegen do concurrentie. De beslaande vakvereenigingen moeten nog meer ki'acht.oiitwikkelenjreeds is door deze veel vooruitgegaan, doch vermeerdering is nog altijd mogelijk. Wij moeten vooruit. Ons Hollanders wordt weieens verweten dat. wij de Chinoezeii van Europa zijn, laten wij vooruitgaan in onze vakvereenigingen om dat spreekwoord te beschamen. Dit kan niet in hens, maar geschiede geleidelijk en zeker. Zonder schokken dus, zonder be roering, echler met de noodige kracht en met. volharding. in Frankrijk bestonden misstanden on dan brak revolutie uit in al haren opstand tegen God. Deze beloofde vrijheid, gelijkheid, broederschap, doch gaf niets dan bloed. De revolutie heeft den werkman veel ongelukkiger gemaakt, dan hij vroeger was, Deze sociaal-democraten handelen op dezelfde wijze, niet denkend aan de waarheid der woorden: •■Als de Heer het huis niet bouwt, dan is ijdel der werklieden werk." Laten wij werken aan de opheffing van den werkmansstand met moed en vertrouwen, maar ook met volharding. Maar de toekomv van den werken den stand staat op; i spel. Arbeiden wij allen naar de voor lichting van den Paus, en de Bisschop pen, ter vorming van een Katholieken werkmansstand, waarop de maatschap pij steunen kan in tijden van gevaar. Zoo zullen wij krijgen werklieden, die tevreden zijn ea gelukkig. De ZEerw. heer van Term, Ne- derlandsch missionaris in Oeganda, (midden-Afrika1 sclnjfl: Langs de geheele Noordkust van 't groote Vicioria-Nysnzaineer staan de hutten van de ongeh kkige slachtoffers der slaapziekte. ï- Waar vroeger de trommels werden geslagen en hare krachtige slagen maat hielden met h eentonig geluid der fluiten, heerscht ffians oen doodscho stilte. Waar vroeger h ndurden mannen, vrouwen en kindei n zich groetend verdrongen rondom ien aankomenden p'iestei'i vertopr..;,-- nu slechts eeuige droevige gezichten. En de reden van dat alles I)e dood, die zijn zwarte vleugels over het eens zoo levensvolle dorp hoeft uitgespreid, do dood in zijn meest onweerstaanbaren vorm 1 de verschrikkelijke slaapziekte. De slaapziekte begint meestal met eene ontsteking der oogleden. Op 'n goeden morgen staat de neger op en ondervindt wat pijn aan de oogleden Langzamerhand want de ziekte duurt dikwijls wel een jaar begint de eetlust te verminderen en krijg! hij pijn in de schouders, den rug, de knieën en andere lichaamsdeelen. Een soort van slaperigheid en \er- dooving bevangt hem, zoodat het hoe langer hoe moeilijker wordt den lijder wakker te houden. Dit wórdt hoe langer hoe erger en eindelijk slaapt de arme lijder voor goed in, 001 niet moer tc ontwaken. Water voor hel II. Doopsel met de H. Oliën Gij mij dragend, begon ik liet akeligste en walgelijkste werk, dat ik ooit verricht had. Wegens de vrees voor besmetting leeft iedere lijder aan slaapziekte in een klein hutje buiten liet dorp. en als een cindelooze rij strekken die hutten zich uit, het een na het andere, elk bevattende iiet lichaam van een hul- peloozen man of een machtelooze vrouw die den dood nabij is. De reis begon van hut tot hut, om den laats ten troost van den godsdienst te brengen. Binnen in de hutten was er overal een verschrikkelijke lucht, want zoon hut is slechts weinige voeten lang, en daar op den grond lag een menschelijk wezen zonder eenige bedekking, on machtig om op te staan en de hut van tijd tot tijd eens te verlaten. Zoo ondragelijk was de lucht in eenige hutten, dat ik soms, ofschoon ik mijn zakdoek voor den neus hield, verscheidene malen mijne heilige be diening moest onderbreken, om naar buiten te ijlen voor wat versche lucht. s worden j In een dier holen trof ik eene vrouw aan, die half was opgegeten door de mieren, die in zwermen op haar lichaam huisden en die zij niet in staat was af te weren, omdat zij zich niet meer bewegen kon; eene andere vrouw zag ik modder en aarde eten, terwijl hare oogen woest rolden in hunne kassen. En telkens weer een nieuw beeld van wanhopige ellende, dat mijn oogen moesten aanschouwen. Daar waren er, die ik wilde voorbereiden voor het ontvangen vau het H. Doopsel o( het H. Oliesel, die ik met gcon mo gelijkheid kon wakker schudden. Twee stierven in mijne armen ua het storten van tranen van geluk terwijl ik het rVertrek, Christen ziel1* uitsprak. Hun nameloos lijden iu dit ^dal van tranen" was ten einde. Al de overige bevolking is natuur- lijk ten zeerste bevreesd. Eene'missiestatie, die vroeger bloei de onder eene bevolkiug van verschei dene duizenden menschen, is gesloten moeten worden, omdat de menschen daar waren uitgestorven, en het is waarschijnlijk, dat nog eene andere missiestatie eveneens gesloten zal worden om dezelfde reden. In die streken, waar de ziekte heerscht, blijven er gewoonlijk slechts een dozijn van de duizend over, want eenmaal door de ziekte aangetast, is er geen hoop meer op herstel. Het was zittingsdag van de rechtbank. Daarbuiten hing een dikke mist, die het onvriendplijk gebouw van alle kanton omsloot en aan do vensters scheen vast te kleven. In de zittingszaal was de lucht zwaar gedrukt, de rechters leunden achteloos met den rug tegen de stoplen de president trok zijn bril wat lager en droogde zijn voorhoofd en neus af. Zijn koude, grijze oogen richtten zich opmerkzaam naar de deur. Is er nog iemand huiten vroeg hij op brommendon toon aan den portier. Een meisje, antwoordde deze. Laat haar binnenkomen. De deur werd geopend en het meisje k w am binnen een stroom van de koele buitenlucht begeleide haar en verfrischte voor een oogen? hlik de oogen en het gezicht dergenon. die het naast nabij de deur zaten. Tegelijkertijd drong ook een zonnestraal door den dikken mist en bescheen de wanden en meubelen der gerechtszaal. Het meisje hield hare groote donkere oogen zedig neergeslagen en zag er tegelijk zeer aantrekkelijk en vriendelijk uit. Wat wilt gij, mijn kind? vroeg de rechter stroef. Strenge rechters hebben werkelijk geen gevoel. Het meisje streek baar zwarten doek gelijk die haar hoofd bedekte en antwoordde met een diepen zucht Mijne zaak is treurig, zeer treurig. Hare zachte, klagende stem drong binnen in de harten als liefelijke muziek, die nog iu de lucht schijnt na to trillen. Du gelaatstrekken der rechters waruu uiet moer zou lusteloos, eu nu het kind eenmaal begonnen was, schoon zij moed te scheppen om met hare treurige zaak voor deo dag le komen. Hier is hut geschreven, zoide zy, daar staat liet veel boter, dan ik het vertellen kan. De president wenddo het onverbiddelijke, grijze hoofd ter zijde on strekie do lmud naar het papier uit. Een dagvaarding, mompelde hij. terwijl zijne doordringende oogen het stuk over zagen. Anna Bede wordt opgeroepen heden voor het gerechtshof te verschijnen, orn hare gevangenschap van zes maanden te beginnen. Het jonge meisje liet haar hoofd treurig hangen en boog zich zelfs zoo diep, dat baar doek van de schouders gleed en haar vol, donker haar het gezicht ten dcelo bedekte. Dat was echter goed, want zij was zooeven bluok, wit als een lelie, nu werd zij vuurrood van schaamte. Wij hebbon hot papier 8 dageu geleden ontvangen, stamelde zij met hortende stem de heer portier heeft hot zelf gebracht eu ons uitgelogdwat het beteuken Je en mijne moeder beeft gezegd -Ga, ruijn kind, wet is wet, daarmede kan men niet schorteen." Daarom ben ik gekomen, win do t) maanden straf te ondergas De president veegde tweemalen zyu bril af, zijn koude, oulevredene blik gleed langs de gezichten zjjuor ambtgenooten hoeo naar het venster. naar het plafoad cn onwillekeurig herbaalde by wet is wet. Daarop doorliep bij nog eau D ligvur- ding oureine peauestrekeu op het witte papier zy vurkondigdou echter duidelijk, dat Anna BsJe tot eeu gevangenisstraf van sea mïandeu veroordeeld was, wegens ver bergen van g63lolen goederen. De voorzitter vau het gerecb'shul wenkte deu portier -. Breug Auua Bede naar den eoiumaudant dur gevangenis. Dc portier volbracht bet bevel cd 't meisje wendde zich zwijgoud om, maar hare lippen beefden, alsof zij tevergeefs naar woorden zocht. Hebt gij misschien nog iels te zeggen vroeg de rechter. Neen, niets alleen, dat ik Lizette heet, Lizette Bede, want weet gy, om u te dienen, mijnheer Anna, dat is mijne zuster. Acht dagen geleden hebben wij haar be graven, het arme meisje. Maar dan rijt gy in het geheel de veroordeelde niet. Ik Lieve hemel, neen waarom zou men mij veroordeelen Ik heb in mijn leven nog niemand iets kwaads gedaan. Waarom komt gij dan hier, dwaas kind Goed, mag ik liet u vertellen Het komt, omdat zy gestorven is, toen deze zaak aanhanging was». Toen zij met bloemen bedekt stil in haar kist lag, kwam deze kennisgeviag met de veroordeeling tot zes maanden. O, hoe gelukkig is het toch, dat zij niet lang genoeg geleefd heeff, om die te kunnen ontvangen. De tranen kwamen hot meisje in dc oogen en met moeite ging zij voort. Mijne moeder en ik hebben haar beloofd al het onrecht weder goed te maken, dat zy voor haren bruidegom gedaan had, want zij had dien Gabrifcl Harlong innig lief, en bet gebeurde slechts uit genegenheid voor hem, dat zij gezondigd heeft. F.n daarom hebben wij gedacht Wat, mijn kind Dat wij alles, alles goed zullen maken, opdat hare ziel rust zul hebben in de eeuwig heid en niemand zeggen kan, dat zij iets op de wereld is schuldig gebleven. Mijne mooder zal de geldboete betalen en ik in Anna's plaats in de gevangenis gaan. De rechters zagen elkander aan welk een eenvoud, welke natuurlijkheid. Het gezicht van den president had niet muur dio gestrenge, ijskoude uitdrukking. Weder nam hij zyn zakdoek, maar nu i liet zijn voorhoofd niet. dat bij afdroogt, oen weinig later brengt hij dien. Hel is goed, mijne dochter, zoide hij zacht. Maar laat eens zien, als ik mij goed her- inuer hij laat het hoofd op zijito liond rusten eu schijnt diep na te deuken. Ja, ja, er beeft in deze zaak eene treurige dwaling plaats gehad. Wij' hebben u ecu verkeerd «tuk thuis gezonden. zeide hy ou. Het meisje sloeg bare goede droevige

Peel en Maas | 1905 | | pagina 1