voor Surrexit, alleluja. Het onbekende nichtje. ZES EN TWINTIGSTE JAARGANG No. 10. Uitgever W. A. Van pen Munckhof, Venray. 0 Mengelwerk. Abonnementsprijs per kwartaal. voor Venrat 50 c. franco per post 65 c. voor het buitenland by vooruitbetaling 85 c. afzonderlijke nummers 6 c. Prijs der Advertentiën: van 1 4 regels elke regel meer letters en vignetten naar plaatsruimte. Advertentiën, 3maal geplaatst worden 2maal berekend. 20 c. 5 c. Hij is verrezen, alleluja In de blijdste en helderste verhef fingen trilt die hooge boodschap door do zuivere voorjaarsluchten. Hij is verrezen, alleluja Gelijk do zware steen, die Zijn graf dekte zoo is ook het loodzware ge wicht der sombere droefheid gewen teld van het hart. O daar was matelooze jammer ge komen over dat christenhart. De droefheid viel niet daarop in pletterende oogonblikkelijkheid. Neen langzaam groeide dat gewicht der smarte aan. De Christus, troosteloos lij'dend in Gethsemani ten doode toe de Chris tus ten speelbal aan laag verraad en bar.delooze ruwheid de Christus schandeloos en onvettig schuldig ver klaard des doods de Christus over gegeven aan spot en hoon, geofferd door haal en lafheid, vernield in de geeseling, weergaloos gepijnigd in de doornenkrooning, onmenschelijk mis handeld in de kruisiging en terwijl alle licht terugweek en duister de aarde dekte gestorven in schade en versmading o hoe groeide de felle smart in de Christus trouwe zielen Eu na dat alles de somberheid des grafs, schijnbaar in onverbreekbare afsluiting verstikkend alle idealen, alle verwachtingen, alle boloften O 't is geen wonder dat on/.achelijke droefheid het hart samenwrong en dei- ziele de hoop ontnam. Maar nu? De steen is afgewenteld. Dat graf is leeg. En elke trilling der van licht door gloeide luchten herhaalt de boodschap der hoogste vreugde. Surrexit, alleluja! Hij is verrezen, alleluja Wat baten nu de schande en smaad, de mishandeling en marlelie, de krui siging en dood SurrexitVerrezen En wat Hij verloor aan schoonheid in het vluchtig uur des lijdens, kwam in verhoogde aantrekkelijkheid aan zijn onsterfelijk lichaam weer! En de macht, die schijnbaar smade lijk onderging, heerscht spottend over dood en graf! En de verwachtingeu, zoo somber verborgen in de zwaar gesloten ruimten des grafs, worden glorieus verwezen lijkt door den goddelijkon Triumfator over dood en hel! SurrexitVerrezen O hel geloovig hart moet jubelen op dezen dag, wijl deze dag liet geheim viert, dat het fundament zijns geloovens is. »Als Christus niet verrozen ware uit den dood Maar Hij is verrezen En verrezen in glorie, in majesteit, in en door eigen macht. Maar Hij. is verrezen! Het zegel der waarheid draagt Hij in handen en voeten en zijden Maar Hij is verrezen En uit zijn rijk verheerlijkt lichaam gaat eer. onweerstaanbare aantrek kingskracht, die alle volkeren Hem zullen toevoegen, als een buit des overwinnaars SerrexitVerrezen Pin in dankbaar blijde aaudoening herdenkt de Christen dit grootsche feit, dat tot grondslag werd van zijn geloof, dat do grondslag is zijner hope, en dat voor Hem ook zija moet de aanleiding tot een oprechte toege wijde, edelmoedige liefde. Want daartoe heeft de Christus de volheid des levees geschonken en hernomen, opdat wij in de levensvol heid zouden deelen. In ons is de hoogste levenskracht de liefde, O spreken wij dan die liefde uit jegens onzen glorievollen Meester door een volhardende toewijding en een werkende liefde. Goen enkel moeilijkheid ontsla ons van dien heiligen plicht geen beproe ving, geen vervolging, geen zwaard, geen dood, geen leven want de glorieuze overwinning van dat alles vinden wij in den verrezen Christus, die in grootsch macbtbetoon al dat vergankelijke zijn beteekenis ontnam en geheel de aandacht vestigde op de eeuwig blijvende heerlijkheid. Hem zij de jubel gebracht onzer harten, niet in de snelvoorbijgaande stemming door het paaschfeest in onze zielen verwekt, maar in de blijvende toewijding eener getrouwe en edelmoe dige liefde. Daartoe wenden wij ons in vurige beden tot den glorieuzen Verwinnaar van dood en hel. Daartoe vragen wij Hem de genade iu het woord der kerk Ut sis perrenne mentibus Paschale, Jesu, gaudium A morte dira crimiuum Vitae renatos libera. Zoo zij hetTh. Hyrana uit het Officie der Apostelen voor den paaschtijd, waarvan hier een proeve van vertaling volgt, die gaarne voor een betere gegeven wordt. Opdat Gij, Jezus, voor de ziel In eeuwigheid de paaschvreugd zijt Spaar uw verlosten voor den dood Waar 's levensschuld ons wreed aan wijdt. «Advertenties zijn de beweegkracht eener zaak, gelijk de stoom het is voor de machine." «De weg naar den rijkdom loopt door drukinkt," «Hoe kan de wereld weten, dat iemand iets goeds heeft, als hij het niet zegt." «Mijne millioenen dank ik aan het velo en geregelde adverteeren." »Het succes hangt af van de onder steuning der drukkerijen." «Alles wat ik heb, mijne wereldfaam, mijne millioenen, dank ik voor 99 percent aan de kracht der advertenties." Ziedaar de uitspraken van een zestal groote mannen, die van ondervinding kunnen spreken, want zij zijn millionair geworden door het adverteeren. Bij al hun rijkdom zijn zij echter nederig gebleven, want zij roemen niet op eigen krachten. Zij bekennen rond uit, dat zij al hun succes danken aan de I pers, aan de publiciteit in de couranten. Als zij een divies moesten nemen, zou het een der volgende zijn «Adverteeren is rijk worden." «In de reclame ligt de kracht." «Het geld aan advertenties uitgege ven wordt ons duizendvoudig vergoed." Al wie dus zijne artikelen aanprijst of bekend maakt in de courant, heeft driedubbel meer kans om geld te ver dienen dan een ander, die zulks ver zuimt. Dat is toch zeer begrijpelijk Wanueer men niet weet dat een artikel bij Jan verkrijgbaar is, zal men er ook niet bij hem om gaan vragen, en Jan blijft er mee zitten. Piet is echter slimmer Piet maakt door middel van de Courant aan Jan en alleman bekend, dat het een of ander bij hem verkrijgbaar is'; hij wijst op de deugdelijkheid van zijne artikelen, eu geeft des noods de prijzen aan, Piet verkoopt Maar wij zouden het hebben over de verschillende manieren om reclame te maken, en al is nu het adverteeren ook de meest gebruikelijke manier, iedereen weet dat er nog vele anderen zijn. Men maakt bijv. reclame voor zijn zaak, wanneer ir o h t publiek bedreigt met een «snoe^'J met een «onherroepelijk laatste voorstelling," met een «uitverkoop, die nog slechts één dag duurt" enz. Heeft men daarentegen een natuur lijken afkeer van «dreigementen, dan tracht men de menschen te winnen door het aanbieden van geschenken, gratis verlotingen van huishoudelijke artikelen door zijne waren te verpakken in een papier, dat, als het teruggebracht wordt weer dienst doet als bon voor iets anders. Sommigen laten luchtballons gevuld met reclamebiljetten omhoog; andoren laten hunne namen en artikelen met groote letters schilderen op huizen en torens, stations en hotels, langs spoor wegen en vaarten, op bergen en in tunnels, ja, wanneer de maan dienst kon doen als reclamebord, dan zou men misschien binnen kort hierop de woorden zien prijken «X's Cacao is de beste" of wel Leest Peel en Maas In ieder geval was het zeker, dat met ue exploitatie van de maan op dergelijke wijze nog een aardig duitje te ver dienen was. Het kan alzoo niet betwist worden, wie zijn waren wil verkoopen, moet er op de een of andere manier de aandacht van het publiek op vestigen, hij moet reclame maken Eu hiervoor is nog een ander raiddel, waarop niet veel af te dingen is, name lijk om de te verkoopen artikelen netjes uit te stallen, en dit kan ook als eene rentegevende kunst beschouwd wor den. Er zijn zelfs lieden, die hiermede eene zoodanige vaardigheid bereikt hebben, dat zij hieraan voornamelijk hunne drukke zaken te danken hebben; vooral in de groote steden is eene nette etalage noodzakelijk en geschikt om de aandacht van het wandelende volk te trekken. Niettegenstaande alle vertoogen, zullen er echter nog altijd menschen gevonden worden, wier vertrouwen in de reclame nog niet zoo heel groot is. Indien adverteeren en rijk worden het zelfde is, zeggen zij, dan zouden wijl niet zoo veel hooren over de malaise van onzen tijd, want iedereen adver teert tegenwoordig. O neen, iedereen adverteert nog niet, nog lang is men niet doordrongen van het groote nut en voordeel van adver teeren; nog zoo velen wijzen op het voorbeeld van hunne grootvaders, die er zonder dat ook gekomen waren, en met eene hardnekkigheid, eene betere zaak waardig, versmaden zij het om met de nieuwere orde van zaken mee te gaan. Wat zijn het dwazen, waut ziende zijn zij blind ze bemerken zeer goed, dat hunne jongere meer vooruitstre vende medeburgers en concurrenten veel meer succes hebben, doch ze z:jn te koppig, om de hun ingeprentte denk beelden op dat gebied te laten varen ze worden de slachtoffers van hun eigen koppigheid. Onze eeuw is de eeuw der reclame. Ouder alle vormen vertoont zij zich, maar jammer genoeg ook niet altijd onder de schoonste vormen. Indien alle «wonderen" die ons uit Amerika verteld worden, waar zijn, dan worden daar tegenwoordig bij den ingang der kerken gebedenboeken aangeboden, gratis natuurlijk, waarin vrome gebeden en pittig gestelde ad vertenties elkander afwisselen. Dit is natuurlijk overdreven en ten zeerste af te keuren; trouwens, het klinkt ook wel eenigzins Ameri- kaansch Intusschen is het een feit, dat men schen, die op een fatsoenlijke wijze re clame maken, er wél bij varen. De bloei en vooruitgang eener zaak hangt er dikwijls van af, of er min of meer publiciteit van gegeven wordt. Daarom mag en moet ieder die zaken doet adverteeren Mijnheer Jacques Duval was niet erg in zijn huiueur. Zijn trouwe bediende Johan had hem er reeds opmerkzaam gemaakt dat hij morgen jarig was en dat iiij dan do enveloppe met de ingesloten banknoten ge reed moest leggen voor de verzending. Vrij barsch had mijneer Duval -ja, ja geantwoord en hij was daarna de kamer op en neer gaan loopen. Morgen weer jarig Jawel En geen raenseh die zich daarom bekommert, behalve de lui, die er op wachten, dat ik hun het geld stuur, eooals elk jaar Lui, die ik heel aardige sommetjes schonk alleen, omdat zij aan mij verwant zijn. Ik bedank er verder hartelijk voor Hij vervolgde zyn wandeling door de kamer en bromde verder in zich zelf: - Daar is bijvoorbeeld neef Leopold, dien ik elf jaar op mijn verjaardag 100 francs laat brengen 1 Wat zou die wel veor mij doen Zeker niets. Hij zou me niet eens bezoeken als ik ziek was 1 En de oude uicht Betty l Die krijgt elk jaar zelfs 500 franks van me. Waarom Dat zou ik wel eens willen weten. Sedert tien jaren hebben we elkander niet gezien. Misschien heeft ze meer dan ik 1 En dan tante Laura i Eu oom Durand Maar waarachtig, ik ben een ondersteuningskas in persoon I Neen, neen, zoo kan het niet vei der gaan. Het is wel heel mooi, goed te zijn, maar daarom behoeft men toch niet dadelyk dom te wezen Ik wil nu eens een onderzoek instellen! Wien het slecht gaat, zal ik zyn gratifi catie niet onthouden. Maar de anderen 't Is uit Dan kan ik mijn geld beter gebruiken Jacques Duval was. ofschoon hij nu wat bromde, de beste man ter wereld. By den dood van'zijn vader, die hem als een rijken man had achtergelaten, had hij in de pa pieren van den ouden heer een lijst van menschen gevonden, die jaarlijks van dezen een ondersteuning kregen op den verjaardag van zijn zoon, en hij verzocht in zijn testa ment Jacques daarmee door te gaan, zoolang hij dat noodig oordeelde. Tien jaren lang had hij den wil zijns vaders geëerbiedigd, nu echter was hij besloten om eens een kleine controle te houden. Maar hoe zou hij dat onderzoek aanpak ken Niets eenvoudiger dan dat in plaats van het geld per post of met zyn bediende te zenden, zou hij het zelf brengen. Dat zou men een dubbele attentie vinden, in den loop van het gesprek zou Jacques wol verne men, wat hij wilde weten. Dan kon hij altijd nog zien, of hy het geld zou geven, of het weer meenemen. Zoo gezegd zoo gedaan. Mynheer heeft toch niet vergelen, de enveloppen gereed te maken, vroeg Johan weer. Neen, Johan daar zal ik ditmaal zelf voor zorgen. Den volgenden morgen, zijn verjaardag, ging Jacques Duval vroeg de deur uit- In den borstzak van zijn jas droeg hij een pakje. Nu ik ben er wel nieuwsgierig naar hoe dc zaak zal aftoopen. Ik geioof, dat men mij al tien jaar lang voor den gek houdt. We zullen eens zien Het rijtuig hield stil in Le Marais, voor het huis van neet Leopold. Mijnheer Leopold Courben vroeg hij aan den portier. Maar die is immers dood 1 Dood Sedert wanneer Sedert vier jaren Jacques stond op het punt om uit te roepen En hij heeft het vorige jaar nog laten bedanken Maar hy vroeg kalm En heeft hij geen zoon of dochter nagelaten O, zeker, een zoon, maar die is gister naar zyn villa vertrokken. Jacques voelde, dat hij woedend werd. Naar zijn villa vertrokken, Het is goed, ik dank u, zei hy tot den portier en steeg in zijn rijtuig. Dat is honderd francs gewonnen 1 mompelde hij. Zoo'n schurk 1 Daarna liet Jacques Duval het rijtuig stil houden op do Placo da Ia Bastille," bij tan to La ura. Jacques Duval werd in een elegant salon met zwarte portiéres en kostbare schilderijen gelaten. Ach, beste neef, wat is dat vriendelijk van u Ik wou u juist schrijven 1 Zoo Verbeeld u, mijn dochter is juist heel rijk getrouwd ik ga bij haar inwonnen en nu heb ik uw uw nu, u begrijpt me wel Dat bevalt me, dat is een brave vrouw dacht Jacques. Op dat oogenblik werd de deur geopend en een jong mooi meisje trad de kamer binnen. Mijn dochter Estelle, zei tante, haar voorstellen^ Ik feliciteerd u nog wel met uw onlangs gesloten huwelijk, zeide Jacques buigend. Onlangs antwoordde de jonge dame. Ik ben toch reeds vier jaren getrouwd 1 Jacques vertrok geen spier van zyn gezicht, maar toen hy de trap afging, zei hy vroolijk bij zich zelf Dat is 300 francs bespaard, met de 100 voor oom Leopold maakt het al vierhonderd, 't Zyn toch ellendelingen Bij oom Duratid wachtte hem een andere komedie. Hij vond den goeden man in een herberg en met de 200 francs, die hy altyd aan oom stuurde, moest een oude wijnreke ning worden betaald. Neen, noen, nu heb ik er genoeg van, zei Jacques bij zich zelf. AINTIKNDRAI.

Peel en Maas | 1905 | | pagina 1